DE ZEEUW
VAN
DINSDAG 23 JAN. 1934, Nr 05.
TWEEDE BLAD.
„Nu, houd haar maar goed in de
«hen nagaan van, da feafiate esmr, dan
zien we dat steeds in het maatschappe
lijk leven de eigenzinnige mensch het
heter wil doen dan wat God bMchifc'i,
dat geen rekening wordt gehouden met de
door God gestelde levenswetten.
Uit de Provincie
fandfl rede uitsprak, waarin zij dawn
„Wat zou ik weten van het hart van je
duif? Alt hij het in zijn bek draagt, kun
je zeker op een goede keukwaprineee ie-
over hef geheele verkunvnugetuk de re-
gearing uitvoerig te advlsaeren. De Minis
ter heeft thans een wetsontwerp inge
diend.
ZIJN WIJ OP DEN GOEDEN WEG?
(Ingezonden,)
Bij den aanvang van het jaar 1034,
midden in de wereldcrisis, zullen velen
en wellicht ook de Rageering zich heb
ben afgevraagd: „Zijn we op den goeden
w eg?"
Als we dan zoo de maatregelen over
peinzen en toeteen aan Gods Woord en
de geschiedenis, dan valt hot op, dat we
leven in een tijd, waarin vooral de intel-
lectueele wereld vol bewondering is voor
neen, niet voor Gods werken, maar
voor menschelijke organisatie.
Het is in onzen tijd de organisatie van
het Scheppingswerk, die hoogtij viert.
Deze organisatie, geboren in Rusland on
der invloed van zichzelf verheerlijkende
communisten, vindt in het overige Euro
pa, maar ook in ons land, en Vooral aan
de Hoogesoholen, bewondering.
Uitgebroed achter de schrijftafels en op
de colleges is theoretisch alles zoo mooi,
dat zelfs aan onze Hoogescholen in Wage-
ningen en Delft, velen, hoewel allerminst
communistisch aangelegd, vol bewonde
ring staan voor die systematische organi
satie, ja de afgestudeerden pogen dikwijls
zoodra zij kunnen, het in de maatschappij
ook zóó 'te doen.
Het resultaat in Rusland bereikt, moge
op papier heel mooi zijn, de werkelijkheid
is bedroevend, diepe ellende voor het volk,
dat zich aan zulk een regeering onder
want, hongersnood, opidemiën, en groot
mmé ffiS lelijk verval. Nog onlangs
'kan m>& ÏWs& van 400, ja vierhonderd,
leidende ambtenaren, ook onderdeelen van
die organisatie, die in Staat van beschul
diging waren gesteld wegens het onrecht
matig stelen van het loon hunner arbei
ders.
Steeds weer blijkt, dat de mensch geen
stuk machine is, die belangeloos precies
doet wat de organisatie voorschrijft; be
richten van groote corruptie en knoeie
rijen op groote schaal komen steeds weer
tct ons, de menschelijke organisatie heeft
het menschelijke eigenbelang, de wortel
van alle 'kwaad, niet kunnen uitroeden.
Het eenige middel om dat in toom te
houden is de eerbied en gehoorzaamheid
aan God, en juist daarmee houd't die or
ganisatie geen rekening.
Hoe lang nog zal het duren voor Euro
pa weer tot inkeer komt, want die ideeën
zijn overal doorgedrongen, niet alleen in
Rusland, ook in andere landen; ook het
Fascisme en het Na't.-Socialisme met hun
meruschenverheerlijking en vergoding,
zoeken alle heil buiten God in een door
Mussolini of Hitier te ledden organisatie,
ja zelfs ons Christelijk Nederland ia in
deze niet van vreemde smetten vrij.
Bij het optreden van de tegenwoordige
Regeering in ons land heeft men luide ver
kondigd: we moeten naar een lagere
levensstandaard, er moet bezuinigd wor
den, enz. enz., dat is zeer juist.
En wat heeft 1933 ons gegeven: alge
meens prijsverbooging voor den consu
ment van de meest noodzakelijke levens
behoeften en helaas zonder stijging van
groothandelsprijs; immers door die ver-
hoeging nam de koopkracht ai.
De consument betaalt aan den 'han
del veel te veel en aan den p r o d u -
cea!t te weinig; b.v. tarwebloem 6
ct. p. K.G., als waterbrood 23 ct. per
kg. melk: aan den boer 6 ct. per L.,
as:-: den leurder 11 ct.; boon en (uitge
zochte) aan den boer 9 10 ct. p. kg.,
aau den hsndel 18 k 20 cent per pond;
koffie aan den planter binnen het Rijk
op Java 28 Ct. p. kg.; de consument be
taalt f 2.— en meer; voor een varken ont
vangt de boer 35 ct. p, kg.; vet spek kost
den consument 60 Ct. p. kg., al het overige
van het varken veel meer, en zoo kan men
voortgaan. Zoo 'komen we tot geen lagere
levensstandaard, zonder dat het geheele
volk armoede lijdt, ja ondervoed wordt.
Het antwoord op de vraag: Zijn we op
den goeden weg?? kan dan ook niet an
ders luiden dan: „Neen".
"W-anneer we de handelingen der men-
feuilleton
Bab Fenwicks verloving.
(Vrij naar het Engelsch.)
57)
Den volgenden morgen, dadelijk na het
ontbijt, liet Bab de dogcart voorijden. „Ik
moet naar Tipton," zeide ze, „boodschap
pen doen, en dan ga ik meteen naar
Woodbury, om Aletta te bedanken."
Mevrouw Fenwick maakte geen ver
dere aanmerking en begeleidde haar
doohter naar buiten, waar ze den kapi
tein hu het rijtuig vonden, om Brunette
in toom te houden, een werkje, dat al zijn
kracht vorderde.
d«?tb"\?eid0 t0€n 20 gezeten was,
„dat beestje van je zullen we moeten op-
rwmen Je mag je leven niet langer in
gevaar brengen. Geniet er vandaag nog
ge1,cht 1beLtrok- ..Brunette en
Stanhope zullen toch niet met elkander
overweg kunnen", antwoordde ze be-
'"H "m?ar lk houd van haar, we
hebben zooveel gemeen, weet u?"
Overal zien we strijd tegen de vastge
stelde wetten. Zoo is er b.v. een wet die
zegt, dat de waarde van iets afhangt, van
de vraag daarnaar en het aanbod daar
van; die wet is zoo vast en zeker als de
wet van behoud van arbeidsvermogen.
Daartegen vechten is niet alleen onzinnig
maar afkeurenswaardig, omdat ook dat
een ingrijpen beduidt in de 'leidingen Gods.
Nergens is de strijd tegen deze wet, die
niet bestreden en overwonnen 'kan wor
den, maar ook niet misbruikt mag wor
den, heftiger gestreden dan op de arbeids
markt. Vereenigingen van werkgevers,
cartels, tracts, enz. enz. verbonden zich
om ongeacht deze wet van vraag en aan
bod, de loonen vast te stellen. Anderen
buiten de wet uit en misbruikten dien om
loonen te betalen, die te laag waren om
in het levensonderhoud te voorzien, ter
wijl Gods Woord toch zegt, dat de arbei
der zijn loon waard is. De werknemers
vormden bonden en afspraken om be
paalde loonen te eischen, wederom on
geacht het aanbod van arbeidskrachten.
Zoo werd en wordt nog de hevige strijd
gevoerd. In het begin dezer eeuw waren
het in alle landen hoofdzakelijk de ar-
beidleveraars, dia de ©ogenblikkelijke
(macht in handen hadden; dalt kon, want
er was welvaart en 'koopkracht, hunne
eischen gingen nog niet boven dat punt
uit waarop deze wet zegt: „tot hiertoe en
niet verder", het grenspunt was nog niet
bereikt.
Na den wereldoorlog werd de toeëtand
anders. Schatten heeft de krijg verslon
den, 'enorme hoeveelheden producten van
arbeid gingen verloren, met als gevolg dat
de koopkracht der volken daalde beneden
een punt, dat wellicht nooit bereikt was;
daorójj kwam dat door allerlei politieke
gebeurtenissen ongeveer de 'helft van de
bevolking der aarde, n.l. vrijwel geheel
Azië, Oost van Midden-Europa, van de
lijst der verbruikers was afgevoerd: Rus
land door 't communisme, Engedsch-Iadië
door de boycot van Engelsc'he (lees
Europeesohe goederen), Ohdna door
de onrustige en onveilige binnenlandsche
toestanden. En dan in Europa zelf, wat
was er overgebleven van de koopkracht
van de landen behoorende tot het oude
Duitschland en Oostenrijk.
Is het dan 'be verwonderen, dat nu het
door de wet van vraag en aanbod aange
geven punt was overschreden?
Toch wil men het niet inzien en de
arbeidleveraars blijven den 'hoogen prijs
eischen; 't gevolg is dat er bedrijven moe
ten uitvallen wegens overproductie, dus
werkloosheid.
Maar ook op ander gebied dan alleen
arbeid zijn de regeeringen begonnen te
vechten tegen deze wet. We denken b.v.
aan de premie op de suiker in ons land,
op zuivel enz. Overal eigendunkelijk men-
schelijk ingrijpen om uit de greep van de
wet van vraag en aanbod te blijven en
overal zal het niets, niets dan teleurstel
ling geven. De strijd is bij voorbaat reeds
verloren. (Wordlt vervolgd.)
Chr. Zang- en Muziekvere
nigingen in Oost. Zeeuwsch-
Vlaanderen. Zaterdag j.l. werd te
Zaainslag opgericht een Ring van Christe
lijke Zang- en Muziekvereenigingen in
Oostelijk Zeeuwsch-Vlaanderen.
Tot voorzitter, secretaris en penning
meester werden resp. gekozen de heeren
F. C. Wisse te Zaamslag, M. Fraanje te
Terneuzen en M. de Zeeuw te Sas van
Gent
In totaal sloten zich aan 7 vereenigin
gen w.o. de Chr. Gem. Zangvereeniging
„Excelsior" en het Temeuzensch Chr.
Mannenkoor, beiden van Terneuzen.
Vlissingen. Voor de afdeeling Vlissin-
gen van den Ned. Chr. Vrouwenbond trad
gisteravond in het Militair Tehuis als
spreker op de heer J. Baarschers, met
het onderwerp: „Een groot voorvader on
zer Koningin".
Spr. begon met te herinneren aan het
bezoek onzer Koningin in 1912 aan Pa
rijs, waar Hare Majesteit bij het stand
beeld van De Coligny die bekende, tref-
hand", riep de kapitein, terwijl hij ach
teruit sprong. En tot zijn vrouw zeide hij,
het karretje nakijkend:
„Het kind heeft waarlijk gelijk, Mary,
wat passen ze goed bij elkaar, en 't is een
genot om er naar te kijken."
Tot zijn verbazing zag hij, dat Mary's
oogen vol tranen stonden. „Zoo is 'swe-
rels loop", mompelde ze, „je kinderen ter
wereld brengen, ze lief te hebben en groot
ta brengen om ze te verliezen".
„Maar Mary, het kind komt dadelijk
weer thuis na de huwelijksreis. Wat wil
je dan? Men kan toch niet altijd zijn
kinderen aan zijn schortbanden laten
loepen, er komt een tijd, dat ze uitvlie
gen."
„Ik mocht wenschen", barstte ze plot
seling, hartstochtelijk „ik mocht wen
schen, dat ze dien man nooit ontmoet
had, Godfray, waarom zou ze trouwen,
ze was zoo gelukkig hier."
Intusschen was Bab reeds op haar weg
naar Woodbury. De hand, die Brunette
leidde, was vast en onverbiddelijk; en de
eigenares ervan zat recht op, oplettend,
en keek met strakken blik den weg af.
En toch dreigden haar gedachten ai te
dwalen, ze moest telkens denken aan de
zending, die voor haar lag. Bab wa» door
tastend van aard. Ze had ar aan bskal
huldigde als dapper geloofsheld ec be
roemd voorvader van het Huis van
Oranje.
Spr schotste in korte trekken De Colig-
ny'a leven en dat zijner broeders. Hij liet
zien, hoe tijdens de krijgsgevangen
schap na den slag bij St. Quentin De Co
ligny door gebed, door onderzoek der
Heilige Sohrift en van de werken van
Calvijn gekomen is tot zijn overgang naar
de Reformatie. Aangespoord door zijn
vrome en heldhaftige gemalin, schaart hij
zich nu openlijk aan de zijde der Huge
noten en werd hij een ware held Gods,
die, hoezeer in sommige momenten van
zijn leven overstelpt door een zee van
rampen, evenmin aïa Willem van Oranje
ooit het vertrouwen op zijn God z&g wan
kelen.
In 1562 beginnen de bloedige gods
dienstoorlogen, die met tusschenpoozen
tot 1593 hebben geduurd.
In 1570 meenen de Hugenoten het doel
van den strijd te hebben bereikt. Bij den
vrede van St. Qermain-en-Lage verkrij
gen zij vrijheid van godsdienst. De Co
ligny komt, vertrouwend op het woord
van zijn koning, aan 't hof; andere aan
voerders der Hugenoten houden zich uit
zeer gerechtvaardigd wantrouwen verre
van Parijs.
Om ze allen in de val te lokken, komt
het hof met het plan van een huwelijk
tusschen Hendrik van Bourbon, een
prins van den bloede en het hoofd der
Hugenoten, met Margaretha van Valois,
zuster van Karei IX. Dit huwelijk vindt
bijval als symbool van de verzoening tus
schen H.-Katholieken en Hugenoten. In
grooten getale komen de Calvinistische
edelen naar Parijs.
De feesten ter eere van het hooge
bruidspaar eindigen in den schandelijken
Bartholomeusmoord in den nacht van
Dinsdag 24 op Woensdag 25 Augustus
1572. Hst eerste slachtoffer is De Co
ligny.
Daarna stond spr. stil bij de dochter
van den admiraal, Louise de Coligny, die
door haar huwelijk in 1583 met Willem
van Oranje, uit welk huwelijk Frederik
Hendrik geboren werd, een der stam
moeders werd van het Huis van Oranje.
lerseke. Zaterdag vergaderde de afd.
Ierseke van den Zeeuwschen Bond van
Mosselkweékers. De druk bezochte ver
gadering werd gepresideerd door dhr
C. Sinke. Na een breede discussie over de
oorzaken der misère in de moseelbranohe
is eenstemmig besloten orni de eenige op
lossing te zoeken in het gesloten houden
van de Waddenzee voor den aanvoer van
mosselzaad. Het tweede punt is paoht-
redudtde '(nu niet voor één plaat® als ver
leden jaar voor Bruinisee), maar voor
alle mosseükweetes in Zeeland. Ge
noemde Voorstellen verwierven alle stem
men en me den meesten aandrang zal voor
een en ander worden gewerkt. De toestand
is wel onhoudbaar. Er gaan bergen mos
sels weg, maar ze brengen geen geld op.
Er wordt momenteel voor f 0.84 per 100
kg. in Antwerpen gelost. Alléén beperking
kan de mosselkwestie oplossen.
Blezelinge. Men meldt ons, dat door de
Kerkvoogdij der Ned. Herv. Gem. aan de
Qhr. Jongélingsvereen. „Jehova Nissi",
toestemming is verleend tot het houden
van haar jaarvergadering dn de consis
toriekamer, nadat door deze vereeniging
spijt was betuigd over hetgeen er tusschen
haar en de Kerkvoogdij, was voorgevallen.
Aaptekerke. De Maandagavond 'gespeel
de competitie-wedstrijd voor den 'Zeeuw
schen 'Dambond tusschen Aagtekerke 2
en Middelburg '2 gaf den volgenden uit
slag
'L. HugenseH. C. v. Eenennaam 0—2;
F. DekkerP. C. Jacobse 20; C. Min-
derhoudW. Semeijn 20; A. Provoost
P Visser 02 A. v. d. DriestW.
Imanse 02; J. DekkerL. Francois' 1
'1; D. 'Hugense—D. Rijkse 2—0; A. Mal-
jaarsIB. Brouwer 20; Jb. DekkerG.
Poortvliet 11; L. Bakker<P. de Ruijter
02. UitslagAagtekerke 10, 'Middel-
buig 10.
Zierikzee. Naar de „Z. Nsb." meldt,
heeft de heer H. J. v. Nouhuijs, Notaris
alhier, tegen 15 Mei a.s. ontslag uit zijn
betrekking aangevraagd. De heer van
Nouhuijs werd den 15 Juni 1893 tot nota
ris te Brouwershaven benoemd, welke
plaats hij den 6 April 1901 met Zierikzee
verwisselde.
aan, naar Woodbury te gaan, doch ze
moest Aletta bedanken voor haar cadeau,
daar hielp niets aan en hoe eerder dat
maar achter den rug was, hoe beter.
Toen ze in de Woodburgsche ontvang
kamer werd gelaten, trof ze er Aletta al
leen. Ze bloosde pijnlijk bij Bab's joviale
begroeting en werd toen opmerkelijk bleek.
„De duif is prachtig, Aletta", prees
Bab, „ik vind bet lief van je me zoo te
bedenken. Iedereen is lief voor me, ik
krijg zooveel moois, dat ik nauwelijks
weet, hoe ervoor te danken. Men bederft
me".
„Je zult alles te zijner tijd wel laten
kijken, denk ik; we zullen allen de gele
genheid hebben om te keuren en te benij
den".
Ofschoon Aletta haar best deed, kon
ze zich niet vrijmaken van het cynisme,
dat haar zoo vaak parten speelde. Het
viel haar ook zwaar zich te verheugen
met 'haar, die zich verheugd toonde.
„Vader beweerde, dat je aan Stanhope
hebt gedacht, toen je dat hart in de duif
zijn bek legde", lachte de altijd openhar
tige Bab. „Ik zal het hem vertellen, daar
kun je van op aan".
ColtfniplMt Het gel gieter een lteasto- y
lijk gezicht in 'het dorp, toen van vele I
huizen de vlag was uitgestoken. Dit ge- 1
echieddö ter gelegenheid van dén lOOea
verjaardag van de wed. L. M. de Vos.
Gisteravond bracht het muziekgezel
schap „Wilihelanina" een serenade aan het
oudje. Bij die gelegenheid was het in het
dorp een reuze drukte.
Hoek. Vrijdag hield de afd. Hoek van
den Ned. Chr. Landarbeidershond haar
derde jaarvergadering, onder leiding van
den voorzitter, dhr Maart.
De Ba/vinck sprak naar aanleiding van
een gedeelte uit Ex. 10 een openingswoord
De secretarie las hierna 'het jaarverslag
over 1983. 'Di't gewaagde van veel zorgen
en moeite, betreffende het maatschappe
lijk leven, doch ook van dank wat betrof
de afdeeling. Van 100 leden is ze gestegen
tot 113..
De penningmeester bracht alanu zijn
jaarverslag uit, waaruit bleek, dat een
bedrag van bijna f 3000 is bijeengebracht,
doch ook dat er in totaal over 1933 meer
dan f 5000 aan werkloozensteun is uit
gekeerd.
In de pauze werden de aanwezigen door
enkele jonge dames op thee met een ver
snapering getracteerd. Na de pauze werd
door een drietal meisjes een samenspraak
gehouden.
Dhr P. de Kraker leverde een inlei
ding over „Toen en Nu", waarna d'hr A.
Vingerling uit Goes, hoofdbestuurder,
sprak over „Onze Jaarrekening". Duide
lijk schetste hij den toestand op sociaal
terrein in onze provincie en spoorde aan
tot trouw aan het bondavaandel.
(Met aandacht werd nu beluisterd een
inleiding van dhr P. A. Breure, getiteld:
„De kracht der gewoonte".
Door afgevaardigden van diverse ver
eenigingen werden nu toespraken gehou
den en gelukwenschen overgebracht.
Hierna verkreeg Ds Raams gelegenheid
tot het spreken van zijn slotwoord. Hij
spoorde de landarbeiders aan voort te
werken en in Gods kracht op den inge
slagen weg voort te gaan. Z. Eerw. ein
digde met dankzegging.
Deze vergadering, die werd afgewisseld
door verschillende voordrachten en mede
werd bijgewoond door den burgemeester,
weth. Scheele, en de 'beide hoofden der
Chr. scholen mag goed geslaagd hee'ten.
Zaterdag hield de kolenvereeniging
,,'t Vooruitzicht" alhier haar jaarvergade
ring, onder leiding van dhr H. Wagenaar.
Uit het jaarverslag van den secr.-penn.
blijkt, dat in 't afgeloopen jaar 36 nieuwe
leden zijn toegetreden, 9 afgevoerd en dat
de vereeniging op 't oogenbük 403 leden
telt. In 1933 zijn in een voor- en najaars
levering tezamen 723 ton Duitsche stuk-
kolen aangekocht.
Bij de voorjaarslevering waren de in
komsten f 3769.06 en de uitgaven
f 3506.07, met een batig slot van f 262.99.
Bij de najaarslevering waren deze cijfers
f 5755.43 inkomsten en f 5507.16 uitgaven,
zoodat er een goed slot is van f 248.27.
Met groote meerderheid van stemmen
worden de aftredende bestuursleden, de
heeren A. Kiel en P. de Kraker herkozen.
Meegedeeld wordt, dat door het bestuur
een ongevallen- en ziekteverzekering is
aangegaan tegen een premie van f 20 per
jaar, voor hen, die de 'kolen uitlossen en
afdragen.
Aan het einde der vergadering wordt
door meerdere leden geklaagd over de
kolen van de tnajaaxslevering, die niet
best waren. Aangedrongen wordt op pu
bliciteit van de aanbestedingen, en om
Höllandsche in plaats van Duitsche 'kolen
'aan te schaffen. Dit laatste wordt aange
nomen. Het bestuur bleek niet, ook niet
na herhaald verzoek, bereid 'te willen mee-
deelen voor welke prijs de kolen nu zijn
aanbesteed. Deze geheimhouding wekte bij
velen ontstemming.
KAMER VAN KOOPHANDEL EN
FABRIEKEN VOOR DE ZEEUW-
SCHE EILANDEN.
De Kamer van Koophandel en Fabrie
ken voor de Zeeuwsche Eilanden verga
dert Vrijdagavond ten stadhuize te Mid
delburg.
Instelling verkeersfonds.
Het bureau wijst er op, dat de Minister
van Waterstaat geen gevolg heeft gegeven
aan het verzoek der Kamer van 1932 om
een Commissie te benoemen met opdracht
kenen, Bab".
Beide zwegen een oogenbük. „De storm
heeft je geen kwaad gedaan, Bab; je ziet
er best uit".
„O, ik heb geen klagen, geen kou ge
vat, geen rheumatiek, niets. Stanhope
heeft er het spit in den rag uit overge
houden. Hij had erg met zichzelf te doen.
Heb je nog iets van Jack gehoord?"
„Gisteren".
„Is hij vertrokken?"
„Vrijdag ging de boot".
„Was alle» goed?"
„Er is geen reden voor het tegendeel.
Ben je van plan om uit te «pannen en te
blijven koffie drinken?"
„Neen, dank je, ik moet intijds weer
thuis zijn. Ik 'heb het nog nooit zoo druk
gehad. Aletta, ik ben Mij, dat Jack is
„Vertrokken?" klonk het vlug, scherp.
„Blij, dat hij weg is?"
„Ik ben blij", Bab keek verbaasd bij die
onderbreking, „dat Jack niet de dupe is
geworden van den storm. Het was ver
schrikkelijk. My. Je kunt je niet voor
stellen, hoe scherp de sneeuw was, en de
kracht van den wind laat zich niet be
schrijven. Toen Jack me 's morgens uit
den trein 'haalde, kon ik niet op mijn bee-
aen blijven staan".
„Werkelijk?" Alette list, duidelijk door-
Het Bureau stelt voor zich te verzetten
tegen het denkbeeld om extra-belasting
te heffen van motorrijtuigen en deze ba
lasting te doen strekken tot vermindering
van het tekort der Spoorwegen
Het acht de motiveering van den Mi
nister nogal pover. Het sou sich kunnen
voorstellen, dat men een voorstel tot ver
hooging der bijdragen van motorrijtuigen
en rijwielen deed, wanneer bleek, dat de
bestaande bijdragen niet voldoende waren
om de kosten der wegenverbeteringen be
hoorlijk te dekken of wanneer men de
verbeteringen in sneller tempo tot uitvoe
ring wenschte te brengen. Van het eerste
is nimmer gebleken en tot snellere uit
voering der wegenverbetering wil men
ook niet overgaan. Integendeel de vrees
is zeker allerminst ongegrond, dat men
de uitvoering der wegenverbetering wil
temperen.
Waar het bureau zich met het principe
van het ontwerp dus in geenen deele kan
vereenigen, heeft het z.i. geen zin de be
palingen van het ontwerp in finesses te
bestudeeren. Alleen heeft de eenigszins
eigenaardige wijze waarop de Minister de
Centrale Commissie bedoeld in art. 4, wil
samenstellen, de aandacht van het bureau
getrokken. Deze commissie zal bestaan
uit Hoofdambtenaren van het Ministerie
van Waterstaat, een vertegenwoordiger
van den Minister van Financiën en van
het bedrijf der P.T.T. en tenslotte een
van de Directie der N.S. Wanneer men
deze commissie wil doen bestaan uit ver
tegenwoordigers van de regeering is er
o.i. geen plaats voor een vertegenwoordi
ger van de Spoorwegen, toch zeker een
van de grootste belanghebbenden bij de
regeling, zonder dat gelegenheid wordt
gegeven aan andere belanghebbenden hun
stem In de Comrnteie te doen hooien.
Het bureau stolt dm ot,U ïoo.' de Tweede
Kamer te verzoeken het ontwerp niet aan
te nemen.
Bijdragen winkelweken.
Het bureau herinnert aan de vele be
sprekingen over het verleenen van bij
dragen aan winkelweken en de tot nu
toe mislukte pogingen om daarvoor een
vaste regeling te treffen. Het bureau wil
thans nog een poging doen en brengt het
volgende idee naar voren. Telken jare bij
de begrooting stelt de Kamer een bedrag
vast, dat ten behoeve van te houden
winkelweken, etalagewedstrijden en der
gelijke zal mogen worden toegekend. Be
langhebbenden worden dan in de gelegen
heid gesteld vóór een bepaalden datum
hun aanvragen om bijdragen in te dienen.
Wanneer blijkt, dat het bedrag der aan
vragen grooter is dan het beschikbare be
drag, moet er reductie op de aanvragen
plaats hebben. Het bureau zou dan in
de eerste plaats die aanvragen willen uit
schakelen uit plaatsen, waar ook ten
vorigen jare een winkelweek is gehouden
met steun der Kamer.
Het bureau stelt voor het bedoelde ma
ximum voor 1934 te bepalen op f300 en
belanghebbenden in de gelegenheid te
stellen aanvragen vóór 1 April in te die
nen. De Kamer kan dan nader beslissen,
welke vereenigingen voor bijdragen in
aanmerking komen en tot welke bedra
gen.
Uitverkoopen en op
ruimingen.
De principiöele vraag of een wet be
treffende het uitverkoopen en opruimen
in den detailhandel noodig is, buiten be
spreking latende, deelt het bureau mede,
dat het toegezonden voor-ontwerp, hem
in het algemeen geen aanleiding tot op
merkingen geeft, al zal de uitvoering nu
niet zoo eenvoudig blijken te zijn. Het
komt het bureau echter voor, dat het
practisch niet wel mogelijk zal zijn, dat
de Kamer in pleno telkens bijeen komt
om beslissingen te dezer zake te nemen.
Ook leent deze aangelegenheid zich niet
wel tot een schriftelijke behandeling.
Het bureau meent, dat het practisch
niét anders mogelijk zal zijn de zaken te
behandelen dan door de beslissingen over
te laten aan een Commissie uit de Kamer.
Het bureau stelt voor in dezen geest
aan den Minister van Economische Za
ken te berichten.
schemeren, dat Bah'® wederwaardigheden
haar slechts matig belang inboezemden.
„Natuuurüjk heb je alles in de bladen
ervan gelezen, daarom zal ik je verdere
bijzonderheden sparen. Maar ik ben blij,
dat Jack er goed is afgekomen; hij heeft
dag en nacht meegeholpen om het inge
sneeuwde vee te bevrijden. Dus 'hij man
keerde niets, toen hij je schreef?"
„Niet dat ik weet".
„Hij heeft me er alles van verteld, Alet
ta".
Bab had nimmer den taikt bezeten, om
iemands gevoelen® te sparen, doch toen
ze het felle oplichten der matgrijze oogen
tegenover zich zag, nu ze zoo luohtig een
kwestie aanroerde, die beter onbesproken
kon blijven, begreep ze, dat ze een fout
had gemaakt.
„W a t heeft 'hij Je verteld?" Aletta kon
diplomatiek genoeg zijn, al® ze dat wilde,
dooh nu ging ze onbarmhartig op 'haar
doel af.
„Dat hij je tot vrouw begeerde."
„Dat deed hij niet. Hij zeide het wel,
maar in den grond meende hij er niets
van."
„Jack zegt nooit dingen, die hij niet
meent, Aletta."
(Wordt vervolgd.)