DE ZEEUW ONDER VALSCHE VERDENKING VERKADES TWEEDE BLAD. Drie Mevrouw leisje Ihulp, FEUILLETON Gemeenteraad van Middelburg. BESCHUIT jksche pacht- liddeld bijna tige perceelen temet besteed, voor 3 jaren, •gstelling ver- iit betalen. ■WBM— IBER1CHT. van 28 Juli: Iderlijke wind, [vankelijk nog is op regen of koeler. lag 3 u.: M 3 u.: 762. Isers: jaar, P. G. met 1 k. geen be- vorden vergoed let photo onder 1 Zeeuw'', Goes. wegens ziekte [tken, bij Wed Capelle. VAN DONDERDAG 27 JULI 1033, Nr 252. DE S. D. A. P. EN HET GEZAG. Over dit onderwerp schrijft het „Han delsblad": Wij hebben al eens eerder opgemerkt, dat „Het Volk" er op het punt van ge zag eenigszins zonderlinge ideeën op na houdt. In de eigen partij weet het precies wat het gezagsbegrip inhoudt. De dissiden- ters van de O.S.P., de schrijvers van bro chures over „Neu-Orientierung", die voor hun spreken gelaakt worden, weten daar van mee te praten. Wie de partij-disci pline niet eerbiedigt, ontgaat zijn straf niet. De drie sociaal-democraten, die in Amsterdam voor loonsverlaging durfden stemmen, werden zonder pardon politiek geguillotineerd. „Sterk staatsgezag", schreef „Het Volk" onlangs, „is volstrekt niet in strijd met de democratie. Een democratie zonder gezag, zonder een gezag dat tot snel handelen in staat is, is slechts een ca- ricatuur van democratie, en veeleer haar tegendeel, n.l. anarchie. Maar wanneer in het roode „Anker" de marine- leiding beschuldigd wordt van „terreur" en „den meest gra ven broodroof" en ditzelfde „Anker" stelt zich ten doel als vriend en voor lichter van het marine-personeel, om het, na de saneeringsmaatregelen en het her stel van de krijgstucht, thans van „bur gerlijke" zijde toe te stoppen, wat in het militair verband voortaan is uitgeroeid, dan vindt „Het Volk" dat doodgewoon en in het geheel niet strijdig met den eerbied waarop het wettig gezag in de militaire maatschappij aanspraak kan maken. Dan wordt deze aansporing tot verzet tegen de discipline gerechtvaar digd geacht, omdat het tegen „dictatuur" gaat. Dan wordt het militaire gezag met het grootste gemak blootgesteld aan het gevaar om tot „een caricatuur van de mocratie", (de eigen woorden van „Het Volk", toen het in ander verband over gezag schreef) te verworden. Het is het oude liedje. Gezag is alleen goed, wanneer het door sociaal-democra ten wordt uitgeoefend, of hun directe be langen dient. De overheidshand, die bijv. het fascisme moet in toom houden, kan naar den smaak der roode heeren niet hard genoeg zijn. Maar zoodra keert die hand zich tegen overtreders uit hun eigen rangen, of men schreeuwt over terreur, dictatuur, enz. Een kinderachtig spel, dat weinigen meer bevredigt en waartegen dan ook in de S.D.A.P. zelve oppositie begint te ontstaan. Op deze plaats willen wij „Het Volk" alleen nog maar verwijzen naar zijn par tijgenoot, den burgemeester van Koog aan de Zaan, den heer Verstegen, die een dergenen was, die zijn naam aan het nieuwe „Anker" verbond, maar die, na een onderhoud met de regeering in Den Haag, waar het wel eenigszins gewaaid zal hebben, net op tijd tot andere ge dachten is gekomen. Tot grootere waardeering van de ge schiktheid van dhr Verstegen voor zijn ambt van burgem. kan ons deze late in keer moeilijk brengen. Een burgem., die uit Den Haag moet leeren, dat hij zich niet mag vereenzelvigen met een blad, dat militairen tegen hun leiders opzet met termen als terreur, dictatuur en broodroof, begrijpt o.i. de eerste beginse len van zijn positie als gezagdrager niet. Maar terwille van „Het Volk" willen wij toch de woorden, welke zijn soc.-dem. partijgenoot thans aan het gezag wijdt, nog eens afdrukken. „Ik ben thans over tuigd verklaart de heer Verstegen dat het blijk van instemming met den inhoud van het artikel (in het „Anker"), dat uit die mede-onderteekening blijkt, niet te vereenigen is met de plichten, die op mij rusten als burgemeester eener Nederlandsche gemeente. Als zoodanig toch is het mijn taak het gezag hoog Vrij naar het Engelsch. 101.) _o_ Beiden toonden zich ontdaan; beiden stonden stil, vlak voor elkaar, aarzelend, welke houding aan te nemen. Constance bloosde diep; William Yorke was bleek tot op de lippen. Het was de eerste maal, dat ze elkander na hun uiteengaan, ont moetten. Dominee Yorke voelde zich door Constance diep gekrenkt; hij was van meening, dat zij hem niet het vertrouwen had geschonken, waar hij recht op had. En in zijn hooghartigheid het echte bloed der Yorke's stroomde hem door de aderen kon hij er niet toe komen, dit gevoel te bestrijden. In zijn hart verwachtte hij geen oogen- blik, dat Constance voor hem verloren was; hij rekende er op dat de huidige storm wel zou overwaaien, en dat alles mettertijd dan wel in orde zou komen. Bij Constance leefde het gevoel, dat haar verloofde haar verdriet had gedaan. Hij had aan haar getwijfeld; hij had te gereedelijk (als hij 't er niet op aange stuurd had) toegestemd in haar verzoek te houden een taak, die ik onder alle omstandigheden tot het uiterste zal ver vullen en dit is niet de strekking van het artikel." Het woord is nu weer aan „Het Volk". Vermoedelijk zal het nu wel zeggen, dat deze verklaring van zijn partijgenoot met de „terreur" van „broodroof" door Den Haag is afgedwongen. Ofwel zal het de- creteeren, dat de heer Verstegen met deze verklaring opgehouden heeft een waar achtig sociaal-democraat te zijn. Wan neer het er om gaat de ondergraving goed te praten van gezag dat niet past in het eenzijdig groepsbelang van de heeren van den principiëelen „Klassen strijd", is er altijd wel een drogreden te vinden. Gistermiddag vergaderde de Gemeente raad van Middelburg onder voorzitter schap van den burgemeester. De voorzitter deelt mede, dat hem ver lof is verleend van 122 Augustus. Het adres van bewoners van den Zaag- molendijk inzake electrioiteitslevering gaat naar B. en W. om prae-advies. B. en W. willen het adres van den heer Grool inzake huurverlaging in hun han den stellen ter afdoening. Dhr Mes wil prae-advies van B. en W. Dhr Paul vraagt naar het standpunt van B. en W. De voorzitter zegt, dat B. en W. er afwijzend tegenover staan. De' huur is nog maar kort geleden aangegaan. En verlaging zou een gevaarlijk precedent scheppen. Dhr Paul stelt dan voor nu afwij zend te beschikken. Dhr Mes meent, dat de huur veel te hoog is. De omstandigheden zijn voor den middenstand de laatste zes maanden zeer verslechterd. Dhr Wondergemwil heel voor zichtig zijn met huur- en pachtverlagin- gen. Met alg. st. wordt besloten afwijzend te beschikken. Inzake het adres van de ouder-commis- sje school K (op wachtgeldstelling) zegt de voorzitter, dat B. en W. over leg zullen plegen met den inspecteur. Er komt dus een voorstel van B. en W. Dhr v. d. F e 11 z wil hierover besloten zitting. Dhr Paul acht het zenden van dit adres niet de taak van een oudercommis sie. Dhr Jeronimus acht een geheime zitting nu tijd verknoeien. Mevr. W e ij 1 vertrouwt, dat B. en W. deze zaak onpartijdig zullen behandelen. De v o o r z i t t e r wil in ieder geval het adres voor kennisgeving aannemen. De ouder-commissie heeft haar wettelijk omschreven taak, waaraan ze zich heeft te houden. Enkele leden zijn voor aanhouding en vinden het voorstel van B. en W. te for meel. Weth. Onderdijk meent, dat de voorgeschreven weg bij op wachtgeldstel ling dient te worden gevolgd (eerst wordt gelegenheid gegeven tot vrijwillige op wachtgeldstelling; meldt niemand zioh aan dan wordt advies van den Inspecteur in gewonnen en wordt meestal iemand ge nomen, die 't dichtst bij den pensioenge rechtigden leeftijd staat)_. Weth. B o a s s o n zegt, dat B. en W. deze zaak objectief zullen behandelen en zich niet zullen storen aan persoonlijke sympathieën. Dhr Paul vraagt aan weth. Boasson naar het ontstaan van dit adres. Weth. B o a s s o n zal dit in besloten zitting vertellen. Het adres wordt voor kennisgeving aan genomen. Een adres van den heer Hendrikse wordt weer voor kennisgeving aangeno men. De vereen, van schilderspatroons deelt mede, dat verschillende patroons niet meer zullen inschrijven voor schilderwerk voor de gemeente, zoolang geen behoorlijke be grootingen worden gemaakt. Winkels op Zondag. Ingekomen is nog een adres van Vreemdelingenverkeer, om toe te staan, om haar de vrijheid te geven. In tegen stelling met hem, zag zij de toekomst voor hun beiden donker in. Ze was niet voornemens hem te huwen, zoolang haar broer Arthur onder verdenking stond, na hetgeen William er als zijn meening over gezegd had; en die verdenking zou alleen kunnen worden weggenomen ten koste van een ander. Ze wisselen een verwarden groet; ze wisten nauwelijks, welke houding ze zelf aannamen. Gelukkig viel William's aan dacht op den brief met vreemden post stempel, dien Constance in haar hand hield. „Hoe maakt meneer Channing het?" vroeg hij. „Zooveel beter, dat het wel een wonder mag heeten, antwoordde het meisje. „Ma ma schrijft ze hield den brief op dat hij op haar arm geleund, kan loo- pen." „Dat is heerlijk nieuws! Hamish zeide me verleden week al, dat hij vooruitging. Laat ons hopen, dat de beterschap blijft aanhouden." „Dank je", antwoordde Constance. En terwijl ze zich omwendde, maakte ze een lichte buiging voor hem, maar verkoos niet de hand te zien, die hij haar graag geboden had. Mijnheer Yorke's stem bracht een hoofd en een paar schouders voor de deur van de eetkamer. Ze behoorden aan Lord Car- dat de winkels op Zondag in het zomer seizoen mogen geopend zijn. Devoorzitter stelt voor dit schrij ven te zenden naar B. en W. om prae-ad vies. Dhr v. d. F e 1 t z wil behandeling in een voltallige vergadering en niet in de Augustus-vergadering. Dhr M o n d e e 1 wil afhandeling in deze vergadering. Spr, ziet geen redenen, waarom de Raad zijn vroeger ingenomen standpunt zou moeten wijzigen. Weth, Boasson meent, dat er toch wel redenen zijn om de zaak nogeens te be kijken. Een vorige maal was er een adres van een particulier, nu van een vereeni- ging. Ook houdt Handelsbelangen een enquête onder zijn leden. Spr. zegt toe, dat B. en W. deze zaak in de September- vergadering aan de orde zullen stellen. Dhr Jeronimus verzoekt B. en W. dringend ook dezen zomer reeds bij bij zondere gelegenheden toestemming te ge ven om de winkels op Zondag open te stellen. Er komt in Augustus b.v. een boot met Duitschers. Dhr v. d. F e 1 t z: Die mogen toch geen geld meebrengen! Dhr Den H o 11 a n d e r is het met den heer Mondeel eens. Al de argumenten van den heer Boasson bestaan niet. Een dwingend kind, dat zijn zin niet kan krij gen 'bij vader, gaat wel eens naar moeder of een tante toe. Misschien heeft de parti culier nu wel een vereeniging in den arm genomen. Het adres gaat naar B. en W. om prae- advies. De gemeenterekening wordt aangeboden met een batig saldo van f 17.401 voor den gewonen dienst en van f 12.218,82 voor den kapitaalsdienst. Er zijn echter voor den gewonen dienst nog zooveol uitgaven te doen, dat er een nadeelig saldo zal zijn van f 11.764,49. Behalve de reeds gisteren gemelde be noemingen werden nog de volgende ge daan: tot leden der commissie van toezicht op het Midd. Ond.: Mej. Mr Bolle, Dr P. de Jong, Ir. van Leeuwen en dhr van der Harst. Vaststelling jaarreke ningen 1932 van duinwaterleiding, gasfabriek en electrisch bedrijf Dhr Den Hollander vraagt waarom men aan de bedrijven zoover achter is met het innen van de bedragen. Weth. Boasson antwoordt, dat men alles doet om daarin verandering te bren gen. Een ingrijpende wijziging is op komst Dhr Heemskerk stelt een vraag over de rente-berekening, waarop hij in de volgende vergadering antwoord zal krij gen. Dhr Hart hoorn wijst nog eens op de mogelijkheid van betaling aan de be drijven via de post giro-rekening van de firma Tak Go. Dhr Jeronimus vraagt of dit een franco- of een provisie-rekening is. In het laatste geval is bet voor de gemeente niet voordeelig. Weth. Boasson wil ook dit aanhouden tot de nieuwe regeling van de inning aan de orde komt. De rekeningen worden vastgesteld. P a c h t v e r m i n d e) r i n g gron den Mortierepolder. Dhr v. d. F e 1 t z zegt, dat de meerderheid van de commissie van financiën wil wachten tot het eind van het pachtjaar. De Raad is niet gebonden aan een toezegging van B. en W. tegenover den pachter. Dhr Mes wil handhaving van het be drag van den deskundige (f 40 per gemet). B. en W. stellen f 48 voor, terwijl de pach ter bij den Kantonrechter misschien voor f 35 was klaar gekomen. Dhr Van A n d e 1 gelooft ook, dat de kantonrechter zeker niet hooger dan f 40 zou zijn gegaan. Maar hij kon zich daar heen niet wenden, gezien de overeenkomst met B. en W. Uit billijkheidsoverweging bepleit Spr. daarom f 40. Weth. Onderdijk voorziet, wan neer men wacht met pachtvermindering tot October, dat de pachters zich voortaan direct tot den Kantonrechter zullen wen den. B. en W. zijn niet verplicht het ad vies van den deskundige altijd te volgen. De pachter mag toch ook eenige risico dragen en moet ook goed weten, waarvoor hij inschrijft. Een vermindering van 32 pet. beteekent toch wel wat. Men moet riek. Hij en Lady Augusta zaten werke lijk te ontbijten op dat uur van den dag. Zijn Lordschapsoogen volgden Constan ce's aardig figuurtje, toen ze de trap weer opging naar de schoolkamer. William Yorke's oogen volgden de zelfde richting. Toen ontmoetten hun oogen die van den graaf en van den geestelijke el kaar. „Als ik het goed begrepen .heb, heb je haar laten loopen, jonker William?" „Jonker William" verwaardigde zich niet antwoord te geven, daar hij de vraag overbodig en onbescheiden achtte. „Dat toont gebrek aan smaak, hoor!" vervolgde Lord Carrick. „Als ik maar twintig jaar jonger was en ze trok haar neus niet op voor zoo'n lang stuk Ier, dan zou je heusch geen kans hebben haar te krijgen, mijn jongen. Ze is het liefste meisje, dat ik in lang ontmoet heb." Op datzelfde uur zaten de heer Hunt ley en zijn dochter ook in de eetkamer, hoewel alle overblijfselen van het ontbijt reeds lang waren weggeruimd. Dezelfde loftuigingen, die zooeven door Lord Car rick over Constance Channing waren uitgezwaaid, waren ook van toepassing op Ellen Huntley. Ze was een lief meis je, een jaar of vier ouder dan Harry met regelmatige trekken en zachte, donkere oogen. Wat meer wil zeggen, ze was een goed meisje met een flink karakter en een niet verder gaan dan atrikt noodzake lijk is. Dhr v. d. F e 1 t z merkt op, dat recht spraak geen automatisch werk is. De Kan tonrechter beoordeelt elk geval afzonder lijk. Spr. stelt aanhouding voor. Met 14 tegen 3 st. wordt verworpen het voorstel tot aanhouding en met dezelfde stemverhouding het voorstel om de pacht op f 40 te bepalen. Het voorstel van B. en W. wordt z. h. st. aangenomen. De automarkt. Dhr J e r o n 1- m u s is voor het voorstel, maar tegen de plaats. Het Molenwater is beter geschikt om te kunnen proefrijden. Dhr M e s wil in het najaar overwegen andere uren te bepalen. Dhr Paul onderschrijft die bezwaren. Hij wil de automarkt bij daglicht op bet Molenwater. De v o o r z i t t e r wil eerst een proef nemen met het voorstel van B. en W. De beele zaak is eigenlijk een proef. Dhr Paul wil de uren bepalen van 5 tot 8 uur. De voorzitter zegt overweging toe. In het voorstel wordt de plaats geschrapt. Het voorstel wordt z. h. st. aangenomen. Wijzigingen alg. politie- verordenin g(parkeer-regeling etc.). waarbij in behandeling komt het adres van Vreemdelingenverkeer. De voorzitter stelt namens B. en W. voor het voorstel in zijn geheel aan te houden, mede naar aanleiding van een schrijven van Gedep. Staten aan de ge meentebesturen. Er zouden misschien uit gaven gedaan worden, die later zouden blijken onnoodig geweest te zijn. Ook is het seizoen al ver gevorderd. Dhr v. d. F e 1 t z merkt op, dat B. en W. niet de bevoegdheid hebben een toe lichting bij een verordening te geven, waarin de bedoeling wordt uiteengezet. Wat buiten de verordening staat beeft geen kracht. Dhr Portheine vraagt, of later weer een nieuwe verordening aan de com missie van strafverordeningen wordt aan geboden. De voorzitter antwoordt, dat ge wacht wordt op de verdere voorstellen van de verkeerscommissie. Dhr P o r t h e i n e wil dan goed on der de oogen zien, wat onder motorrijwie len wordt verstaan. Eveneens het parkee ren van de vrachtauto's enz. op de markt, die Spr. met de voorzijde naar het trot toir wil plaatsen. Mevr. W e ij 1 wil het artikel over de etensresten wel behandelen. Sprekend over het geval van de ziekte van Weil, wijst Spr. er op, dat nu aan Dr Broekhuyzen is gemeld, dat deze ziekte wèl in brak water kan voorkomen. Het zwemmen is een nuttige sport, ook uit een oogpunt van veiligheid. Daarom dient deze zaak goed te worden bespro ken en te worden bestudeerd. Spr. stelt daarom voor een studie-commissie te benoemen, bestaande uit den wethouder van publieke werken, de directeuren van gemeentewerken en reinigingsdienst, het medisch lid van den ontsmettingsdienst, het medisch lid van de gezondheidscom missie, den medischen voorzitter van de Bad- en zwem-inrichting en nog enkele andere personen. Deze commissie moet de ligging der zwemplaatsen onderzoeken, aanwijzen of er fouten zijn en of die kunnen worden weggenomen. Vlak bij de zweminrichting is het bal- kengat, de mestvaalt en de meelfabriek, plaatsen, die ratten aantrekken. Ook lig gen er vaak schepen, waarop wel ratten voorkomen. Verder monden er vlakbij uit alle grachten en kaden. Spr. meent te kunnen zeggen op grond van bevoegde inlichtingen, dat ook in brak water, zooals bet hier voorkomt, de ziektekiemen van de ziekte van Weil kunnen leven. De Raad vereenigt zich met het voorstel om de verkeerskwestie uit te stellen tot een volgende vergadering. De andere bepaling (betreffende etens resten) wordt z.h.st. aangenomen. Het voorstel van mevr. Weijl gaat naar B. en W. om prae-advies. Dhr v. d. F e 11 z vraagt of er niet spoe dig een nieuwe politie-verordening komt. De oude is onleesbaar. Dhr den Hollander wijst er op, dat destijds een klacht inkwam van be- edel hartje, ofschoon 'n tikje eigenzinnig heid haar niet vreemd was. Maar die laatste ondeugd had Ellen meer te wijten aan de omstandigheden dan aan de na tuur. Mevr. Huntley was overleden en een ongetrouwde zuster van mijnheer Hunt ley, èen paar jaar ouder dan haar broer, nam zijn huishouding waar en regeerde Ellen, regeerde haar met vaste hand, maar niet op zachte of oordeelkundige wijze en dat had juffrouw Ellens eigenzinnig heid voor" den dag gebracht. Juffrouw Huntley was zeer ouderwetsch, stijf en ingetogen en ze trachtte Ellen naar haar eigen beeld te vormen. Daartegen kwam het meisje in opstand, want een van haar meest sprekende karaktertrekken was een natuurlijke ongedwongenheid. Ze was waarheidlievend, openhartig en rechtuit, leek in karakter wel wat op Tom Channing. Juffrouw Huntley klaag de, dat ze veel te openhartig was voor een dame; Ellen beweerde, dat het haar onmogelijk was anders dan openhartig te zijn, dat daar niets aan te veranderen viel. De heer Huntley moest vaak lachen om hun getwist. Hoewel hij het in zijn hart geheel met zijn dochter eens was, koos hij, om Ellen te plagen, vaak partij voor zijn zuster. Juffrouw Huntley voel de wel, dat het niets dan comedie was en don werd ze op boor broer al even wonera van den Kinderdijk over overlaat door ratten. Daar is nog niets gebeurd. Weth. Onderdijk antwoordt, dat be strijding van ongedierte in de eerste plaats een taak is van de bewoners Maar slechts weinig bewoners van den Kinder dijk wilden tegen een geringe vergoeding medewerken aan de rattenvordelging. Nu de ziekte van Weil is voorgekomen, zijn van gemeentewege maatregelen genomen, teneinde te voorkomen, dat onschuldige» het slachtoffer werden, Door B. en W. is al het mogelijke ge daan om de ziekte van Weil te bestrijden, maar men kan het water niet ontsmetten. Wanneer de zweminrichtingen werden gesloten, zou er toch, maar dan op andere plaatsen, in het Kanaal gezwommen wor den. Spr. zag b.v. dat er in het Kanaal bij het electrisch gemaal veel werd ge zwommen. Of dit een minder gevaarlijke plaats is, betwijfelt Spr. Dhr J e r o n i m us wil aan den Water staat vragen, of er te Vlissingen en Veere niet wat meer gespuid kan worden. Dit zal worden overwogen. Toevoeging typografen- oursus aan de Ambachts school. Be voorz. merkt nog op, dat de organisaties van patroons en worklie- den krachtens de wet hadden moeten zijn gehoord. Dit is niet gebeurd. Daarom dient de behandeling te worden uitgesteld. Goedgevonden. Overneming grond Leliestraat. Z.h.st. aangenomen. Ontheffing pacht grond Poelendalesin- gel. Aangenomen. Verhuring gemeente-grond Smidsbol- werk. Dhr Jeronimus wil zooveel moge lijk notarieele kosten voor de betrokkenen vermijden. Weth. Onderdijk: dit geschiedt al, als het verzocht wordt. Dhr Jeronimus: mij is het 4 k 5 jaar geleden geweigerd. Het voorstel wordt z.h.st. aangenomen. Barak besmettel ij ke ziek ten. Weth. Boasson beantwoordt en kele schriftelijke vragen. Inderdaad is voor meubilair niets geraamd. Er is groot verschil fusschen de vorige begrooting en deze. De eerste had betrekking op een veel grootere barak dan nu. Verhooging van de begrooting met f 1000 is voldoende voor meubilair. Dhr Jeronimus komt op tegen het honorarium voor den architect (f 800). Deze architect is de directeur van ge meentewerken, die althans een deel van dit werk in gemeentetijd móét verrichten. Ingezonden Mededeeling. Die drie belangrijke eigenschap pen bij elkaar: brosheid, voed zaamheid en licht-verteerbaarheid - die vindt U toch maar alléén bij boos als op zijn dochter. Dien morgen echter lachte de heer Huntley niet. Integendeel, hij scheen in een ongewoon ernstige stemming te zijn. Langzaam liep hij door de kamer heen en weer, zooals hij steeds deed, als het een of ander hem hinderde, zoo nu en dan stilstaan als om zijn gedachten nog beter te kunnen concentreeren. Ellen zat aan een tafeltje voor het raam te teekenen. Het huis was mijnheer Hunt ley's eigendom een witte villa, met een grooten tuin er om heen. Het was buiten de stad gelegen, tegen een helling. Vanuit de eetkamer had men een mooi uitzicht op de prachtige omgeving. Ellen, die al eenige malen had opge keken, niet wetend, wat er bij haar vader aan haperde, kon zich eindelijk niet lan ger stil houden. „Scheelt er iets aan, vader?" Mijnheer Huntley gaf geen antwoord. Hij stond nu dicht bij het tafeltje, schijn baar naar Ellen in haar witte ochtend japon met blauwe linten kijkend, inder daad een lief tafereeltje. Maar waarschijn lijk zag hij noch haar, noch haar ochtend japon, daarvoor was hij te veel in ge dachten verdiept. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1933 | | pagina 5