1.-1. Partijdag te Goes PUROL Schoonmaak HANDEND EERSTE BLAD, WOENSDAG 22 MAANT 1933 DAGBLAD VOOR DE PROVINCIE ZEELAND :uw Jr, Garage en NINGEN. en Advertentiën nomen door UWENHUIJZE 02. 47e JAARRANG - No. 14T Dit nummer bestaat uit 2 bladen Belangrijkste Nieuws. Buitenland v. bij cholera, allerlei geheime ider over inën- ok de pullorum- n meer ingang; op den verkeer- ibied aardig wat jr en meer blijkt trijding door de loopt. De bloed- jk en ieder denkt Is hij de reagen- sbleken, dat men t dergelijk werk manier de pul- mnen en dat de ote kans op suc- he methode, toe- Georganiseerde renge controle ek, anders komt interessants op het gebied der feel moois te be- TE HENNEPE. je treffende, kun- tvorden gezonden gaardesingel 96a voor antwoord ien. Uitg.: N.V. Uitgevers-Maatschappij „Luctor et Emergo" ter exploitatie van het blad „De Zeeuw". Bureaux Lange Vorststraat 70, Goes, Telefoonnummer 11. Postchèque en Girorekening 44455. ra zware TE KOOP. p het plein „Den 2L, Oostkapelle. COOP: Lorn- en Red Island 18 per 100, op 20 en ƒ21. wedorp. iel prima GOUD GEBIESD 7> 'olphaartsdijk. .00, Bloemk.pl., gr. leven, Vergeet-me- Flieren, Kernolfels, c., Pioenen 3 v. 25 jR, Breeweg D 189. ïoek Gortstraat. eren Donderdag en jn Reuzel 45 ct. p. .gehakt 50 ct. per AGE, Brakstraat, 0 ct per K.G. (per r K.G.), Bladreuzel (umdlappen 3 pond HAGE, Brakstraat, 2S Ps., Test. Ps. en est. Ps. (Datheen) voorradig. Bijbel- 5'huij, Middelburg- KOOP: DE, WEIVAARZEN VNGELS. Leuw Goedgelegen' and te huur: een v. gas en waterl., poort, op tZand rv.\ P. KOOLE Sr, idekerkscheweg. a Uienzaad 4 per Eigenheimerpoters, ƒ1 per 70 K.G. J- EKE, Wemeldinge. gevraagd: IEISJESRIJWIEL. :EUW Jr, Rijwiel- axtsdijk. KOOP: GEREN BED EN 1WIEL (Bato). )7, Oostkapelle. KOOP: )UWD VEULEN- HERRIEP AARD, i 9 jaar oud. SAM. en Sint-Joosland. Bijkantoor Middelburg, Lange Burg. Tclef. 259. Directeur-Hoofdredacteur: R. ZUIDEMA «'.y .wwnn rn- i 1 Abonnementsprijs f 2.50 per kwartaal, weekabonnementen voor Middelburg, Goes en Vlissingen f0.20. Losse nummers 5 cent Advertentiën 30 cent per regel. Ingezonden mededeelingen 60 cent per regel. Kleine Advertenliën Dinsdags en Vrijdags f0.75, bij vooruitbetaling. Onder letter of motto f 085. Bij contract belangrijke korting. Middagvergadering. Een enthousiaste stemming! Voor de samenkomst in de Geref. Kerk, waarin dr H. Colijn spreken zou, was de belangstelling ongekend groot. Reeds ge- ruimen tijd voor de deu ren open gingen, stond een groot aan tal belang stellenden te wach ten. Door dat niet meer kaar ten waren uitgegeven dan er plaatsen be- schikbaar waren (bet aantal plaatsen was door 't bijzetten van stoelen zoo hoog mogelijk opgevoerd) konden echter allen geborgen worden. Er heerschte in de eivolle kerk een enthousiaste stemming. Met begeleiding van het orgel werden vóór de opening der vergadering aller lei liederen gezongen. Toen te kwart over twee de heer Colijn binnenkwam werd hij met een krachtig, langdurig applaus begroet, waarna de vergadering hem staande Ps. 134:3 toe zong. Het was een hartelijk welkom van Anti-Revolutionair Zeeland aan zijn leider. De voorzitter van het Prov. Comité de heer Mr P. A. Schwartz liet zingen Ps. 33:10, las Ps. 28 en ging daarna voor in gebed. Spr. heette vervolgens allen welkom namens het Prov. Comité van A.-R. Kies verenigingen, in het bijzonder den spre ker van dezen middag, dr H. Colijn. Spr. wees op het enthousiasme, dat zich in het geheele land in deze weken openbaart, nu dr Colijn in zoovele vergaderingen op treedt. Wij mogen gerust zeggen, dat dr Colijn een nationale figuur is, al kan men van zekere zijde niet nalaten pijlen op hem te richten. Spr. hoopt, dat God hem nog vele jaren moge sparen tot heil van onze partij, maar ook van volk en vader land. Rede dr H. Colijn. Dr H. Colijn, hierna het woord ver krijgend, wees eerst op de groote moei lijkheden van nationalen en internationa len aard, waaronder wij verkeeren en den stembusstrijd tegemoet gaan. Het is nu vijftien jaar geleden, dat aan den wereld oorlog een eind kwam. En wat zien we nu na vijftien jaar? Politieke spanning overal, die herin nert aan de dagen vóór Augustus 1914. De Volkenbond heeft gefaald in zijn po gingen tot beperking der bewapening. Reeds bijna acht jaar werkt men om te komen tot een ontwapeningsconventie. Maar als God niet op het laatste oogen- hlik de harten bereid maakt, zullen die pogingen op een mislukking uitloopen. Het wantrouwen in de volkerenwereld neemt toe. In het verre Oosten is de vrede verbroken. In Europa ziet men dag aan dag de pogingen om nieuwe statengroe- Peeringen te maken met het doel om den vrede te dienen, maar waarvan de uit komst meestal een andere is. Er is voortdurend oorlogsgevaar. Ook op economisch gebied stijgt de nood met den dag. En ook wij worden daarvan niet verschoond. Die nood be strijkt alle lagen der bevolking. Geen en- 0 groep wordt niet door de tijdsom standigheden zwaar getroffen. Pr- bespreekt nu de waanzinnige han- eispolitiek, die door vele landen in Euro- is en wordt gevoerd en die zulke rampzalige gevolgen heeft. Groot is dus het gevaar voor verwar ing- Juist in een tijd, waarin het spant, ®n we ontstaan allerlei bewegingen, ach W1Jzen op ernstige gistingen. D'ie tijd tin 8n a'1S6n voor een revolutionaire ac- He demon der revolutie ligt altijd op win z^n reeds ernstige waarschu- _0,fn> zooals het oproer te Genève, het nrde op de „Zeven Proyinciën", de spanning in Duitschland en waardoor ieder oogenblik burgeroorlog kan uitbreken. n dit is het ergste, dat we hier met Vmptomen te doen hebben van een ern- l8e ziekte, die de geheele wereld heeft a«a8eta»t. Er werken ontbindende en verwoesten de krachten in de samenleving. En temidden van dat alles worden we straks ter stembus geroepen. Waar het om gaat. Het gaat bij deze verkiezingen om het behoud van onze staatsinstellingen. Evenwijdig aan de lijnen, die heen wijzen naar ontbinding, loopt de lijn naar 'de verzwakking van het constitutioneel-par- lementaire stelsel. Dat stelsel is hoog geprezen als het summum van menschelijke wijsheid. En toch het functioneert niet meer. Het be antwoordt niet meer aan de gekoesterdo verwachtingen. In Italië, Joego-Slavië, Polen is het weg of zoo goed als weg. En in Duitschland zal ook de werking van het parlementaire stelsel wel tot het ver leden behooren. En waaraan is het bezweken? Aan de gevolgen van eigen, innerlijke onmacht. Wat men als democratie heeft ingehaald, heeft zich ontwikkeld tot demagogie. Men vraagt en eischt maar, zonder te vragen of de middelen er ook voor zijn om alles in te willigen. En nu heeft de dictatuur openlijk of bedekt zijn plaats in het volkerenleven in genomen. En daarin schuilt een groot gevaar. Een dictatuur kan wel orde en rust be waren. Maar ook bij een goede dictatuur is het met de vrijheid der burgers ge daan. Gevaar voor dictatuur. Is er nu ook voor Nederland gevaar? Inderdaad. In het algemeen is het reeds mogelijk, dat een dictatoriale beweging niet halt houdt aan de grenspaal. En ver der zijn de teekenen van verwording ook hier aanwezig. Bij deze stembus zijn er reeds dertien min of meer fascistisch ge tinte partijenl Drie en vijftig partijen hebben hun candidatenlijsten ingediend. Ze hebben zeker alle de begeerte, om op z'n minst één zetel te bemachtigen. Als eens wer kelijkheid werd, dat b.v. veertig partijen ieder één zetel veroverden, dan bleven er voor 13 grootere partijen zestig zetels over. Zou men dan nog kunnen spreken van een parlement, dat met de regeering kan samenwerken? Ook hier werkt dus de bacil, die in an dere landen zoo funest gewerkt heeft. Misschien is deze verkiezing de laatste kans op behoud van onze parlementaire instellingen, die bij onzen volksaard pas sen, waaronder we 80 jaar rustig hebben geleefd. 'Het gaat dus om verkiezingen, die ons een krachtige regeering moeten brengen. En eerste voorwaarde daartoe is een krachtig parlement, dat aan de regeering in dezen moeilijken tijd voldoende steun biedt. Alleen zóó zullen we gevrijwaard blijven voor experimenten, die het buiten land reeds 'kent, waardoor orde en vrijhei^ in chaos ondergaan. Dat is de hoofdzaak, waarom het bij deze verkiezingen gaat. Is het hiermee in orde, dan komt ook het andere goed. De materieele nooden kunnen niet wor den opgelost, maar wel zooveel mogelijk verzacht. We moeten dit keer niet ter stembus gaan met een lange lijst van verlangens. Het is wel gemakkelijk, om zulk een lijst op te stellen, maar de middelen ontbreken om ze uit te voeren. De A.R. party komt dan ook niet met zulk een lange lijst. Maar toch kan ze ook niet zwijgen over de vragen van dezen tijd. Vier vragen. Deze vragen zijn in hoofdzaak vier in getal, n.l. de financieele vraag, de econo mische vraag, het werkloosheidsvraagstuk' en het weerstaan van gezagsondermijnende invloeden. Dat de financieele toestand ernstig is, is hekend. En toch is er zooveel luchthar tigheid. In het gezin mag men niet meer uitgeven dan men ontvangt. Maar deze wijsheid vergeet men als het gaat over de financiën van den Staat Reeds in Nov. 1922 heeft spr. in een rede in de Tweede Kamer gewezen op de ingetreden crisis, die niet was van con- junctureelen aard, maar een liquidatie crisis, waarby we te doen hadden met een verbouwing van ons economisch huis. Daardoor heeft spr. zich ook laten leiden, toen hy minister van financiën was. Velen 'hebben dat toen afgekeurd. Maar nu zijn er toch niet zoovelen meer, die durven zeggen, dat spr. toen mis gezien heeft. Men zou alleen kunnen opmerken, dat spr. toen nog den toestand te gunstig heeft beoordeeld. Vorig najaar moest Min. De Geer dek king zoeken voor een bedrag van f 150 millioen. Het is niet gelukt, dit tekort ge heel weg te werken. Maar al was dit ge lukt, dan zouden we in het a.s. najaar toch staan voor een tekort, dat spr. schat op f 120 millioen. De oorzaak ligt voor de hand. De Staat is afhankelijk van toet volksinkomen. Daalt dat, dan daalt ook de opbrengst van 's lands financiën. Ondanks de belastingver- hoogingen der laatste jaren, daalt het in komen van de publieke organen. Dat kan niet zoo doorgaan. Het volks inkomen is met minstens 40 pet. gedaald. Daarom is de eerste eisch der Anti-Revo lutionairen, dat er evenwicht komt. Er mag niet meer worden uitgegeven, dan er inkomt. Als het onmogelijk blijkt, dit in één jaar te bereiken, dan kunnen t ij d e - lijk de heffingen worden verhoogd. Er zijn menschen, die aan de uitgaven niet willen tornen en die op een steeds grooter deel van het volksinkomen beslag willen leggen. Er is echter hier een grens, die niet overschreden mag worden. De be lastingen moeten komen uit het bezit der natie. Het. thans levend geslacht mag niet onbeperkt putten uit het volksinkomen zonder te letten op de belangen van het geslacht, dat na ons komen zal. Het tweede vraagstuk, het economische, is nog moeilijker dan het eerste. By het eerste zyn we haas in eigen touis, maar by het tweede zyn we in sterke mate van het buitenland afhankelijk. De welvaart van Nederland berustte in hoofdzaak op twee pijlers onze ligging en de gesteldheid van onzen bodem. We waren geworden de tuin van de ons om ringende groote landen en daarnaast wa ren we in sterke mate betrokken by de uitwisseling van de goederen tusschen de volken onderling. Die beide pylers zyn nu in ernstige mate aangetast. We genoten een rijke mate van wel vaart. Daarom vraagt het A.R. manifest van de regeering pogingen, om de deuren, die het buitenland gesloten heeft, weer open 'te krijgen. Dat is geen frase. Daarvoor heeft spr. vijf jaar (19271932) hard gewerkt. In Jan. 1931 heeft spr. te Genève de minis ters van buitenlandsche zaken nog ern stig gewaarschuwd en gezegd, dat de wij zers op vyf minuten vóór middernacht stond en dat spoedig ingrijpende maat regelen noodig waren. Sprekers profetie is uitgekomen, want spoedig kwamen de financieele moeilijkheden in Oostenrijk, Duitschland en Engeland. De deuren moeten daarom weer open. Waar we dit niet in onze hand hebben, zal steun aan bepaalde volksgroepen moeten worden verleend en wel in de richting van voorziening van de behoeften der natio nale markt. We moeten zelf zooveel moge lijk gaan voortbrengen, wat we nu uit heit buitenland noodig hebben. Uit de op brengst van het product moeten de nor male lasten, die op het bedrijf drukken, kunnen worden betaald. Daaronder be hoort een billijk arbeidersloon, sociale las ten, pacht, hypotheekrente, enz., waarby spr. echter opmerkt, dat de hooge pach ten, die we gekend hebben, wel tot het verleden zullen behooren. Spr. zegt dit alles volkomen eerlijk en wil vermijden, beloften af te leggen, die spr. straks niet zal kunnen verwezenlijken. Het derde vraagstuk is dat der werk loosheid, die geweldig in het volksleven ingrijpt. We hébben nagenoeg 400.000 werkloozen. Het vraagstux is financieel van groot gewicht. Voor 1933 zal op een bedrag van f 200 millioen voor bestryding der werkloosheid moeten worden gerekend. Veel erger is nog de moreele kant van deze zaak, het altijd tot lediggang gedoemd zyn. De oplossing van dit vraagstuk is niet zoo gemakkelijk en hangt samen met het vorige, het economische. Zelfs al leeft het bedrijfsleven weer wat op, dan moeten de geproduceerde goederen ook in het buiten land tegen concurreerende prijs kunnen worden verkocht. In dit verband zegt spr. tot de arbei ders, dat de grootste loonsverlaging, die ze treffen kan, dan intreedt als ze werkloos worden. Als de werkloosheid nog meer toe neemt zullen de normen voor steunverlee- ning verlaagd, misschien veel verlaagd, moeten worden. Dan is dus een verlaagd loon (natuurlijk met in achtneming van 'n zeker minimum, waar niet onder gegaan mag worden) te verkiezen boven een werkloozensteun. Tot de werkgevers zegt Spr., dat de welvaart, die de arbeiders hebben gekre gen een zeer bescheidene is. Laten de werkgevers bedenken, wat er in het hart van de arbeiders omgaat, als het loon verminderd wordt. De arbeiders zyn te recht bevreesd, dat ze weer terug vallen op het treurige peil der vorige eeuw. Op de overheid rust den plicht, om nuttig en doelmatig werk te verschaffen. Het gexag. Het vierde punt noemt Spr. het aller belangrijkste, n.l. de eisch, dat er in de eerste plaats gezorgd behoort te worden voor een rustig en ordelijk staats- en maatschappelijk leven. De overheid is van Godswege geroepen aan dien eisch te voldoen. Het prestige der Overheid is helaas achteruit gegaan. Het Overheidsgezag is aasgevochten en bestreden en voetje voor voetje, bij cen timeters tegelijk, is men op den verkeer den weg gekomen. Hoe ver het gekomen is, is enkele weken geleden gebleken in de wateren van den Indischen Archipel. De Overheid heeft hier het eerste deel van haar taak vervuld en Spr. vertrouwt, dat ze ook het tweede deel van die taak (de uitzuivering) zal nakomen. Maar ook de oorzaken moeten worden opgespoord. Men denke niet te licht over wat gebeurd is. Als het sein voor het gebed voor den maaltijd op de „Zeven Provinciën werd gegeven, werd de Internationale aange heven. De gezagsondermijnende invloeden moe ten worden tegengegaan. En dat beperkt zich niet alleen tot de marine! Het is niet hetzelfde, wie er roept om gezagshandh aving en "bok verstaan allen niet hetzelfde onder gezag. Gezag is niet het vertoonen van een paar vuisten. Het ware gezag draagt niet alleen een be dwingend, maar ook een beschermend karakter, 't Gezag, dat we nu in'Duitsch land zien, is geen Overheidsgezag meer. Alle onderdanen moeten een stil en ge rust leven leiden en niet de eene volks groep moet heerschen over de andere. We hebben noodig een krachtig ge voel van nationale saamhoorigheid. Spr. valt geen personen en partyen aan. Spr. wekt liever alle goedgezinde groepen en partijen tot aansluiting op, om samen de diep-ingrypende kwesties op te lossen. Dan zyn we er nog niet. Negatieve arbeid is niet voldoende. Wij, Anti-Revo lutionairen, zeggen: Wij moeten terugl Wy moeten terug naar de Heilige Schrift, naar de beginselen van de A. R. Staat kunde, die op die Schrift zyn gebaseerd, opdat weer het staatkundig en maatschap pelyk terrein worden verlicht door den stralenbundel van Gods Woord. Het A. R. verkiezingsmanifest roept dan ook ons volk terug tot die oude par- den. Op de Schriftuurlijke beginselen rust de geheele cultuur van het Neder- landsche volk, al ontkent een deel van ons volk dat. Daarom rust er op de Anti-Revolutio nairen zulk een dure plicht. Niet alleen om op de A. R. lijst te stemmen, maar om banierdragers te zyn. We mogen ons niet verschuilen achter onze zwakheid. Spr. wijst daartoe op Prins Willem I, die in donkere dagen met den Potentaat aller potentaten een verbond maakte. De menschheid staat momenteel ver schrikt, verdoofd, radeloos, onmachtig. Maar wij zyn niet onmachtig en redde loos. Wanneer we leven uit onze beginselen, wanneer we gTond onder de voeten heb ben, dan weten we, dat de krachten, die ons ontbreken, ons zullen worden ge schonken, ja vermenigvuldigd. Dan keert de moed en de hoop terug en zingen wij het: Gij toch, Gij zyt hun roem, de kracht van hunne kracht. Nadat op verzoek van Dr Colijn de aan wezigen staande dit achtste vers van Ps. 89 hadden gezongen, bracht de voorzitter dank aan allen, die aan het welslagen van dezen partydag hadden meegewerkt. Spr. stelt het zoo bijzonder op prys, dat Br Colyn verklaard heeft, volkomen eerlyk tegenover de kiezers te willen staan. Aan zulke leiders hebben we be hoefte. Spr. hoopt, dat, als Dr Colyn eens werd geroepen wat hy wil, te verwezen lyken, God hem daartoe sterken moge. Naar het Schuttershof. Hierna begaf Dr Colyn zich naar het Schuttershof. Hier was de Schouwburg zaal geheel gevuld geweest met belang stellenden die de rede van Dr Colyn uitste kend hadden kunnen volgen door middel van den luidspreker op het tooneel. Ds A. S c h e e 1 e te Kapelle, die hier de leiding had, verwelkomde Dr Colyn, die ook hier met applaus werd begroet, hartelijk. Spr. bad hem sterkte toe om in deze bewogen dagen tot een zegen voor land en volk te zyn. Dr C o 1 ij n constateerde met dankbaar heid, dat onze vergaderingen in het ge heele land zeer druk worden bezocht. Ons volk is warmer dan het in langen tijd is geweest. Dat is althans één voor recht in den druk, waarin wy verkeeren. Het is trouwens altyd zoo geweest. In dagen van druk voelt Gods volk zich al tyd sterker dan in voorspoed, omdat het dan meer de kracht by God zoekt. Wy kunnen zoo weinig. Ook de knapsten on der ons vermogen niets. Laat echter die groote belangstelling ons niet tot valsche gerustheid stemmen. We moeten hard werken. Zij, die aan de grens staan, moeten worden bezocht. We mogen niet volstaan met papieren huis bezoekers. Zelf moeten we er op uit. Be denkingen moeten worden weggenomen. We kunnen met onze beginselen voor den dag komen. Daarom heeft het A. R. manifest zich ook tot het geheele volk Binnenland. Een rede van Dr H. Colyn. Bestryding van het dansgevaar. De begrooting Buitenlandsche Zaken in de Eerste Kamer. Wethoudersverkiezing te Middelburg. Buitenland. De opening van den Duitschen Rijksdag. De Engelsch-Russische spanning. gericht. De A. R. partij is een bij uitstek nationale partij. De tijden zijn veel ernstiger dan de massa wel vermoedt. We hebben nog maar de eerste voorloopers van de crisis. Ons volk wordt bedreigd door allerlei verwoestende krachten. Maar in ons ge loof en in onzen historischen wortel staan we sterk. Nadat gezongen was: „Zij zullen het niet hebben", ging Dr Colijn voor in dankgebed. Bij het verlaten van de zaal werd hem spontaan Ps. 1214 toegezongen. Ingezonden Mededeeling. ruw, rood of bescha digd, worden weer vlug gaaf en zacht met Doos 30 en 60 ct. Bij Apoth.en Drogisten. DE OPENING VAN DEN DUITSCHEN RIJKSDAG. Potsdam in feeststemming. De storm van gisternacht had den regen verdreven en het oude Potsdam ontwaakte gistermorgen in een straienden zonne schijn. De voormalige keizersstad was in een zee van vlaggen herschapen. Zwart-wit- rood en hakenkruis wapperden van alle huizen en torens, van trams en autobus sen. Op de 'brug, die toegang geeft tot den verkeersweg naar Berlijn, hing een doek, versierd met sparregroen en vlaggen, waarop geschreven stond: „Wir gruessen das neue Deutsehland". De stad gaf een overweldigenden indruk. Op verschillende plaatsen in de stad was muziek, die door luidsprekers werd ver spreid. Overal zag men opschriften als „Das ganze Deutsehland soil es ein". Voor de garnizoenskerk heerschte een bijna levensgevaarlijk gedrang. Om acht uur begon de politie reeds de eerste maatregelen te treffen om den weg vrij te maken. Toen de rijkspresident was voorgereden en de treden van het kerkgebouw besteeg, moesten de politiebeambten zich arm in arm scharen, om de opdringende menigte tegen te houden. Aan het hoofd van den stoet van hon den en vereenigingen, met blaasinstrumen ten, trommels en fluiten, liep prins August Wilhelm, dan de Stahlhelm met prins Eitel Friedrich en prins Wilhelm, den oudsten zoon van den kroonprins. Het was een kleurig beeld van banieren en uniformen. Het was gisteren juist 62 jaar geleden, dat op 21 Maart 1871 in de witte zaal van het Berlijnsche slot de rijksdag van het door Bismarck gevestigde Duitsche rijk bijeen kwam. In de plaats van een Duitsch keizer woonde gisteren een Duitsch president de plechtigheid in de garnizoenskerk te Pots dam bij. Om half 12 eindigde de dienst zoowel in de Nikolai- als in de Peters- en Pau- luskerk, waarna spoedig de plechtigheid in de garnizoenskerk begon. Onder het ge lui der klokken en een ontzaglijk gejubel van de menigte begaven rijkspresident Von Hindenburg en rijkskanselier Hitier zich naar het kerkgebouw. Het 'heilgeroep was niet van de lucht. Voor ik mijn verordening van 1 Febr. j.l. uitvaardigde, aldus de rijkspresident Von 'Hindenburg, werd de rijksdag ont bonden, opdat het Duitsche volk zelf zijn houding tegenover de nieuwe regeering zou kunnen bepalen. Bij de rijksdagverkiezing van 5 Maart heeft zich ons volk met een duidelyke meerderheid achter de door mijn vertrou wen gevormde regeering geplaatst en haar hierdoor den constitutioneelen grondslag voor 'haar werk gegeven. Zwaar en groot is de taak, waarvoor u, mijnheer de rijkskanselier, en u, heeren rijksministers, zich geplaatst ziet. Ik weet echter, dat 'kanselier en regee ring met vasten wil aan het werk gaan

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1933 | | pagina 1