DEZEEÜW
TWEEDE BLAD.
Een tegenstander van
geneesmiddelen slikken
wrijft in 24 uur
RHEUMATIEK
geheel en al weg!
Staten-Generaal.
JOAN CARISBROKE
VAN
VRIJDAG 2 DEC. 1932, Nr 54.
„Vind je ook niet lieve, dat het wel een
beetje erg feestelijk ie voor deze gelegen
Gemeenteraad van Middelburg.
„Leelijk zeer onaantrekkelijk", was
Ingezonden Mededeellng.
„Al dat innemen van geneesmiddelen,
ik laat het maar aan de liefhebbers
over. Ik gebruik liever iets uitwendigs,
Zoodoende heb ik, naar mijn inzicht,
mijn gezondheid zoo goed kunnen
houden. Maar daar wordt ik Zondag
voor Pinksteren wakker met een pijn
in mijn schouder om tureluursch van
te worden. En zoo in eens. Ik kon
niet meer heen of weer. Ik zeg tegen
Klaartje, haal jij me eens een groote
pot Akker's Kloosterbalsem. Ik kon
mezelf niet wrijven van de pijn, maar
liet het mijn vrouw doen. Niet te hard,
zeg ik, want alles, ook de geheels
omgeving, deed me zeer. Zij wreef mff
zachtjes om te beginnen, naderhand
wat harder en het was of er een won
der gebeurde. Onder het wrijven ver
minderde de pijn al en toen het
's avonds herhaald was, stond ik den
volgenden morgen weer even frisch
op als altijd. Slikken jullie maar ta-
ble.jes, poedertjes en drankjes. Geef
mij maar voor spierpijn en rheuma-
tiek Akker's Kloosterbalsem, ze zeggen
toch „Geen goud zoo goed."
Fr. D. te G.
Origineel ter Inzage.)
Ia drU opzichten 1» Akker'» Kloosterbalsem een onovertroffen middel als wrijfmid.
del en al» bols- en heelmiddel. Krachtig zolt Oe er de onuitstaanbaars te spierpijn en
de smartelijkste spit mede weg kannen wrijven. Alom verkrijgbaar h 60 et. per pot.
TWEEDE KAMER.
Begrooting Binnenlandsche Zaken.
Werkverschaffing en steunverleening.
Gisteren werd de behandeling van
hoofdstuk V (Binnenlandsche Zaken) van
de Rijksbegrooting voortgezet.
De heer Van Voorst tot Voorst,
R.K., vestigt bij de afd. Werkverschaffing
en Steunverleening er de aandacht op,
dat de lasten voor de kleine gemeenten
ten plattelands steeds zwaarder worden.
Het Rijk heeft de kosten der crisiswerk
loosheid op zich te nemen. In elk geval
moet het Rijk de plattelandsgemeenten
meer dan tot nu toe te hulp komen.
De heer Van der Heide, S.D., komt
terug op den noodtoestand der gemeente
Emmen, gisteren door hem ook reeds be
handeld.
De heer M a e n e n, R.K., verzoekt meer
te letten op de huisvesting der tewerk-
gestelden in keeten; het gezinsleven dient
zooveel mogelijk bevorderd te worden.
Zooveel mogelijk moeten de huisvaders
wekelijks in plaats van om de veertien
dagen naar huis kunnen gaan. Arbeiders
bij de werkverschaffing behooren voorts
aanspraak op uitkeering krachtens Inva-
liditeits- en Ouderdomswet te behouden.
De heer v. d. Tempel, S.D., betoogt,
dat verlaging der uitkeeringen voor
werkloozen, die op de grens van een be
staansminimum leven, economisch niet
verantwoord is. Men bevordere zooveel
mogelijk de werkverschaffing in de eigen
gemeente.
Mej. De Jong, S.D., dient een motie
in, waarin de Kamer het gewenscht noemt
volwassen, bij de ouders inwonende werk-
looze personen te steunen, en waarin de
regeering wordt uitgenoodigd onverwijld
maatregelen daartoe te nemen.
De heer Vos, Lib., vraagt gegevens be
treffende de kosten van steunverleening.
Waarom is de Minister gezwicht voor het
verzet tegen zijn voornemen om van den
steun de eerste f5 af te trekken als de
vrouw werkt? Als er geen aftrek is, ver
zwakt dit den prikkel van den man om
werk te zoeken.
De controle moet worden verscherpt.
Spr. zegt dit ook om de bona fide werk
loozen. Met een goede controle kan mis
schien verlaging van steunnormen voor
hen, die anders noodzakelijk zou worden,
worden voorkomen.
Voorts bepleit spr. de belangen van den
scheepsbouw en van de vlascultuur, wel
ke laatste aan een ontzettend groot aan
tal menschen door handenarbeid een stuk
je brood kan geven, maar dumping van
Rusland ondervindt.
Spr. bepleit voorts vermeerdering van
zorg voor jeugdige werkloozen. Hij geeft
een vrijwillige dienstverrichting in over
weging, al wenscht hij daarbij geen kazer
neering, als in Duitschland bestaat.
De heer E b e 1 s, V.D., wenscht land-
verschaffing aan landarbeiders in hun
naaste omgeving, waar zij werk kunnen
verrichten, dat anders ongedaan blijft.
Voor de arbeiders is het een groot voor
deel, dat hun gezinsleven bewaard blijft
Mevr. Bakker Nort, V.D., bepleit
zorg voor jeugdige werkloozen, die ont
trokken moeten worden aan demoralisee-
rende invloeden en bekwaamd moeten
worden voor hun vak. Werklooze fabrieks
meisjes make men bekwaam voor huise-
lijken arbeid, waarmede thans zooveel
Duitsche meisjes hier hun brood ver
dienen.
De heer Bakker, C.H., noemt het bijna
een vloek voor de plattelandsarbeiders,
wanneer zij bij de werkverschaffing wor
den tewerkgesteld en er elementen ont-
FEUILLETON
door
EMMA JANE WORBOLSE.
Vrij naar het Engelsch.
74) o—
Klaarblijkelijk was ze in hooge mate
ingenomen met haar nieuwe uitrusting,
en Frank peinsde vruchteloos op een
middel om haar aan het verstand te bren
gen, dat ze een vogelverschrikker van
zichzelf had gemaakt 1 Haar japon, die
van groene stof was, was gegarneerd met
roze linten van een goedkoope kwaliteit,
wat de kleur nog leelijker maakte; op
haar rug zat een groote strik van zijde
Het waarlijk mooie haar was opgemaakt
met een ordinaire kunstbloem, terwijl
haar voorhoofd met een slinger van zil
veren lovertjes en imitatie-diamanten om
strengeld was. De ongelukkige jongen ge
raakte bijna buiten zijn zinnen. Alleen al
bij deze gedachte, dat hij deze Mei-konin
gin aan zijn welgekleede zusters en aan
Meliora moest voorstellen, die zeker met
een oogopslag Ada's positie en mentali
teit naar de juiste waarde zouden schat
ten.
„Is het niet naar je zin, zie ik er niet
goed uit?" vroeg Ada uit het veld gesla
gen, toen ze Frank's afkeurenden blik
zag.
móeten, die hen naar beneden drukken.
Dit pleit voor een stelsel van loontoe-
slag voor werk in de gemeenten, waar de
arbeiders wonen. Die toeslag behoeft niet
het geheele jaar gegeven te worden, maar
alleen voor het deel des jaars, dat er geen
ander werk te doen valt.
In verschillende plaatsen op het platte
land, meent spr., is er aanleiding tot ver-
hooging van de steunnormen.
De heer H i e m s t r a, S.D., dringt aan
op tewerkstelling in het vrije bedrijf, maar
dan moeten maatregelen worden geno
men ter voorkoming van loondruk, want
anders brengt de loontoeslag de arbeiders
niet in betere omstandigheden.
De heer Kupers, S.D., betreurt sterk,
dat de regeering geen wijziging wil bren
gen in het subsidiepercentage van 25
en 75.
De regeering wijze gemeenten, die wei
gerachtig zijn, een steunregeling te maken
op haar plicht, zulks te doen.
De heer Kuiper, R.K., betoogt, dat
werkverruiming veel beter is dan werk
verschaffing. Spr. wenscht werkverrui
ming in grooten stijl, drooglegging van
de Zuiderzee e.a.
Er zij ook rijkscontrole op de loonen bij
het normale werk, dat nu ten onrechte
door de heidemaatschappij geschiedt; deze
loonen zijn te laag.
De heer J. Ter Laan, S.D., sluit zich
aan bij den aandrang om aan de gemeen
ten een grootere rijksbijdrage te geven
in de bekostiging der crisisuitgaven.
Daarna betoogt spr. de noodzakelijkheid
van steun aan de vlasindustrie.
De heer Krijger, C.H., wijst op het
belang van het werk, dat de regeering ter
wille van de werkverruiming verricht
en waaruit de onjuistheid blijkt van het
spreekkoor „Wie maakt onze centen
zoek? Dat is Ruys de Beerenbrouck!"
Toch blijft er nog wel wat te wenschen
over, zoo bijv. dat bij de werkverschaf-
fingsloonen deugdelijk rekening gehouden
moet worden met den plaatselijken loon-
standaard wat nu niet altijd gebeurt
en dat deze loonen hooger behoeven te
zijn dan de steunuitkeeringen.
De heer Langman, C.H., vraagt, of
het niet mogelijk is, door tarieven het uur
loon, dat nu wel eens slechts 2022 cents
bedraagt, te verhoogen tot 28 cent, zoodat
menschen, die flink hun best doen, krij
gen, waarop zij recht hebben
De regeering make het mogelijk, dat
jeugdige werkloozen aan het werk komen,
desnoods doordat de vader thuis blijft.
De werkloosheid van jeugdige arbeiders
is demoraliseerend.
De heer Kortenhorst, R.K., betoogt
dat het departement den Nederlandschen
Werkloosheidsraad moet 'inschakelen in
de organisatie van den werkloosheids-
dienst van het departement. De organi
satie van dezen dienst vertoont een leem
te. Spr. sluit zich aan bij de hulde, aan
dezen dienst gebracht. Zijn bezwaar gaat
niet tegen de personen, maar tegen de
organisatie.
De heer A mei ink, A.R., betoogt, dat
de gelegenheid tot overleg bij de werk
verschaffing moet worden vergroot en dat
in verschillende plattelands gemeenten
de steunnormen absoluut te laat zijn.
Namens den heer Smeenk, die afwezig
is, Tiit spr. de hoop, dat de door den Minis-
ster aangekondigde contactcommissie
spoedig tot stand zal komen.
De heer Braat, Platt., beveelt als
werkverruiming aan aanleg en verbete
ring van dijken en ontwatering, waarmee
waterschappen e.d. ten zeerste zullen
worden gebaat.
Te zes uur werd de vergadering tot acht
uur geschorst.
EEN JAAR ARBEID VAN HET
CRISIS-COMITE.
In de gisteren gehouden vergadering
van het Nat. Crisis-Comité, zijn enkele
mededeelingen gedaan omtrent den arbeid
van het Comité gedurende het eerste
jaar van zqn bestaan.
H. K. H. Prinses Juliana, verklaarde
o.m.3
Met groote erkentelijkheid kunnen wij
terug zien op het achter ons liggende
heid? Een beetje soberder van kleur en
eenvoudiger van snit zou je veel beter
staan. En je moet die lieve krullen van je
niet wegstoppen, jou haar heeft heusch
geen extra versiering van noode. Voor mij
ben je altijd mooi, lieveling; maar ik stel
me je toch het liefst voor, zooals je op
dien stormachtigen regenavond was, weet
je nog wel, in Ursula".
„Bus je vindt het te overdadig? Ik ben
toch niet van plan er als een non uit te
zien en evenmin als een winkelmeisje".
Hoe Frank ook smeekte en argumen
teerde, het werd hem allengs duidelijk,
dat ook Ada haar willetje had, waarmede
terdege rekening moest worden gehouden.
„Ik ga zooals ik ben en anders blijf ik
thuis", was het steeds koppig gegeven
antwoord; en of hij wilde of niet, het slot
was, dat hij zijn verloofde in een cab
hielp, met het voornemen, dat de dingen
dan in vredesnaam maar hun beloop heb
ben moesten en dat hij zou trachten er
van te maken, wat er van te maken was.
HOOFDSTUK XXVI.
Met al die wederwaardigheden was het
een half uurtje later dan den afgespro
ken tijd, dat Frank en zijn verloofde
Chestnut House bereikten. Ada was al
spoedig onder den indruk van het statige
gebouw met zijn ruischende kastanjeboo-
men en de groote speelplaats, die het om
ringde. „Wat een prachtig oud huis" riep
zij uit, maar wat ziet het er plechtig en
•omber uitl"
jaar. Veel belanglooze medewerking is
er geweest, werke tot dankbaarheid
noopt. Deze dankbaarheid gaat in het
bijzonder uit naar de vele gevers in
den lande, die in geld of in natura
ons hebben geholpen.
Jhr. van Citters, voorzitter van het
Comité, deelde mede, dat in totaal aan
giften in geld werd ontvangen f 1,033.733.
De uitkeeringen in geld en in natura
vertegenwoordigen een geldswaarde van
f694.624. Grootendeels is dit bedrag aan
de plaatselijke crisis-comité's uitgedeeld.
Behalve in zeer uitzonderlijke geval
len geeft het Centraal Comité nooit recht
streeks steun. Dit gaat altijd, via de plaat-
seljjke afdeeling uit.
De comité's hebben gezamenlijk de be
schikking gehad over f 1.831.712, afge
scheiden van hetgeen zij in giften in
natura hebben ontvangen. De particu
liere offervaardigheid nadert reeds in geld
da drie millioen.
Afgezien hiervan werd nog 1% mil
lioen gulden uit de publieke kassen ont
vangen. Dit geld werd besteed aan extra
steun aan werkloozen.
Avondvergadering.
Dekking exploitatiete
kort 19311932 woningcomplex
Bagijnhof. Dhr DenHollander
zet uiteen, dat het huurbijslagfonds dezer
vereeniging alleen geldt voor de woningen
aan den Stijfselweg en niet voor het Ba-
gijnhof. B. en W. zijn dus onjuist inge
licht. Verder zegt Spr. dat er bij deze
vereen, zeer groote huurachterstanden
zijn. Dit betreft o.a. menschen, die van
Rijk en gemeente huurbijslag krijgen.
Hier moet worden opgetreden.
Weth. Onderdijk zegt, dat er maat
regelen zijn besproken, om het renteloos
voorschot voor het Bagijnhof niet langer
voor gemeenterekening te brengen. Een
deel van het honorarium van de commis
sarissen is gebezigd als compensatie voor
huurachterstand. Overigens erkent Spr.
de juistheid van de mededeelingen van
dhr Hollander.
Naar aanleiding van een vraag van dhr
Jeronimus zegt dhr Wondergem, dat
door het Rijk per woning in wijk
W een bedrag van f 7.50 wordt
gegeven. Daaruit worden honoraria,
onkosten voor vergaderingen, enz.
enz. betaald. Het Bestuur doet alle moge
lijke moeite om van het renteloos voor
schot van de gemeente af te komen, want
het stelt er geen prijs op, jaarlijks in den
Raad critisch besproken te worden. Ook
doet het Bestuur al het mogelijke om
achterstallige huur in te halen.
Na eenige discussie wordt het voor
stel aangenomen. Dhr Onderdijk
meent, dat de wijze waarop over deze
vereeniging hier wordt gesproken, wel
wat klein is.
Verhoag'ing crediet steun
verleening. Dhr v. A n d e 1 heeft
een klacht gehoord, dat iemand, die trok
van de steun, vier weken bij een particu
lier heeft gewerkt. Hij ontving steun en
loon en ging geregeld stempelen. Betere
controle is noodig.
Weth. Onderdijk ontkent niet de
mogelijkheid van fraude. Maar in het be
doelde geval was toch die patroon mede
plichtig, door den arbeider permissie te
geven voor stempelen. Het geval, door
dhr v. Andel bedoeld, is nog in onderzoek.
Het is de vraag, of hier niet van een
wraakneming sprake is. Het is ondoenlijk
van al de ges'teunden stuk voor stuk na
te gaan of ze wel eens werken. Komt
er fraude aan het licht, dan wordt de
steun ingehouden.
Dhr M e s is ook op de hoogte van het
geval. Volgens Spr. is de patroon meer
schuldig dan de arbeider, omdat de eer
ste een laag loon gaf, wat alleen kon, om
dat de arbeider steuntrekkende was.
Het voorstel wordt z.h.st. aangenomen.
Toepassing kortingsbe-
sluit van 27 April 1932. Dhr v. d.
F e 11 z merkt op, dat de korting een klein
bedrag is. Spr. heeft wel bezwaar tegen
de eenigszins willekeurige keuze van de
personen.
„Daar heb je Maggie mijn zuster",
zeide Frank, toen hij een tenger, elegant
figuurtje vanuit de hall op hen zag toe
treden. „Waar zou Joan zitten?" vroeg
hij zich af.
Maggie was, sedert ze Perrywood ver
liet, in haar voordeel veranderd. Niet, dat
er ooit een vrouw uit haar zou groeien
met breeden blik en een nobel hart; daar
toe was baar opvoeding te lang in ver
keerde banen geleid geweest en baar vor
ming verwaarloosd. Maar ze had veel ge
leerd sedert ze er met Lavina toe aange
wezen was, in een drukke huishouding
met aanvankelijk weinig inkomsten, het
roer recht te houden; de laatste jaren
hadden haar geleerd, minder om zichzelf
te denken en wat meer om een ander; ze
had geleerd, dat het beter is zijn plicht te
doen, dan zich over te geven aan onver
schilligheid en ijdele zelfzucht; en het
„arbeid adelt" was zeker aan haar be
waarheid, voor zoover dat bij een karak
ter als het hare mogelijk was. Hare vij
andige houding jegens Meliora had zich
gewijzigd in een van vertrouwen en toe
genegenheid. 'En Joan had ze leeren
waardeeren. Voor het uiterlijk was ze nog
steeds het weinig aantrekkelijke, weinig-
knappe meisje van voorheen. Toch sierde,
veel meer dan vroeger, een uitdrukking
van innerlijke tevredenheid de onregelma
tige gelaatstrekken; en haar positie in het
tamelijk uitgebreide instituut, schonk haar
een houding van rustige waardigheid, üe
haar goed afging.
De korting is destijds ingevoerd niet,
omdat de salarissen zoo hoog waren,
maar gedrongen door den nood der tijden.
Dit argument geldt ook voor hen, die geen
pensioenpremie betalen.
Dhr Paul herinnert er aan, dat bij
het destijds genomen besluit een groep
van gemeentepersoneel onbillijk is behan
deld. Dit wordt nu goed gemaakt. Spr.
zou ook aan het Burg. Armbestuur en de
Godshuizen hetzelfde willen vragen. Dit
laatste vraagt ook mevr. W e y 1.
Dhr B y b a u erkent, dat er onrecht is
begaan. Dat moet goed gemaakt. Maar
men kan aan de betrokken menschen het
contract opzeggen en dus op hen straks de
korting toepassen. Naar aanleiding van 'n
briefwisseling tusschen B. en W. en de
commissie van financiën, merkt Spr. op,
dat onder Gemeentebestuur de Raad
wordt bedoeld. De Raad had een brief
van de Godshuizen moeten behandelen en
niet B. en W.
Dhr Paul wil niet op het voorstel van
dhr Bybau ingaan. Dan zouden die men
schen minder verdienen dan in het parti
culiere bedrijf. Dit is ook een eenzijdige
verbreking van het contract in zedelijk
opzicht, al is het juridisch misschien in
orde.
Dhr Jeronimus is tegen het voor
stel, al beteekent het financieel weinig.
Het voorstel wordt aangenomen.
Verpachting visscherij
vesten. Dhr Hart hoorn zegt, dat
de pachter niet gebaat is met een verla
ging van 30 pet. Hij gebruikt de vest ook
als reservoir voor van derden gekochte
paling. De visch gaat dood of lijdt in kwa
liteit door den slechten toestand van het
visch water.
Weth. O n d e r d ij k gelooft, dat 30 pet.
de goede middenweg is. Spr. betwist, dat
de visch in de vest doodgaat. De toestand
zal beter worden als het pompgebouw aan
het Noordplein beter werkt.
Dhr Cornelisse heeft gehoord, dat
de eenden in de vest te weinig eten krij
gen.
Dhr Mes stelt 40 pet. verlaging voor.
Dit wordt verworpen met 10 tegen 6
stemmen. Het voorstel van B. en W.
wordt aangenomen.
Drinkwatervoorziening
Domburg. Dhr Jeronimus brengt
hulde aan B. en W. voor de overeenkomst
en doet nog een enkele detailvraag, waar
op weth. de Veer antwoordt.
Het voorstel wordt z.h.st. aangenomen.
Grediet voor warmwater
Ada's oordeel, „maar zeer gedistingeerd",
overdacht ze niet zonder jaloezie, toen ze
haar aanstaande schoonzuster naar de
ontvangkamer volgde. Daar zat Joan, als
een echter muziekliefhebster, een van
Beethoven's minst populaire sonate's te
studeeren, terwijl kleine Ruby met haar
Chinchilla-katje op het haardkleedje spe
lend, een schilderijtje vormde, om een
kunstenaar naar het penseel te doen grij
pen.
Ada voelde zich klein worden, toen Jo
an opstond om de nieuw aangekomene te
begroeten; zoo verbaasd was ze over de
lange, statige figuur van het meisje, dat
haar uiterst vriendelijk groette, maar toch
zonder het te willen, de houding van een
prinses had. Het lag niet in haar bedoe
ling, maar zoowel Joan als Maggie had
den iets neerbuigends en koels in haar
manieren en Ada voelde dat maar al te
duidelijk. Frank had gezegd, dat al zijn
zusters leelijk waren behalve de jongste;
maar Ada zou graag haar mooi gezichtje
geruild hebben voor Maggie's piquant,
aristocratisch uiterlijk. Wat Joan betreft,
ze meende, dat ze nooit een vorstelijker
verschijning gezien had en ze bewegen
zich en spreken beiden zoo kw'am het
de arme Ada voor als wezens uit een
hoogere ordel Waren dat de geminachte
schoolfrikken, die ze had willen overvleu
gelen en verbazen door haar mooiste klee-
ren en sieraden aan te doen? Ze wist, dat
ze zich nooit op haar gemak zou voelen
met deze jonge dames, me wie ze niets
gemeen had.
voorziening zuiverhuis gas
fabriek. Weth. d e V e e r zegt nog, dat
men in den strengen winter van 1929
bijzondere maatregelen heeft moeten ne
men door het ontbreken van een warm
water-voorziening. Ondanks die maatre
gelen is toch nog stagnatie ingetreden. In
de meeste gasfabrieken wordt dit systeem
toegepast.
Dhr v. d. F e 11 z begrijpt niet, dat er
met dit voorstel zoo'n groote haast was
voor de fin. commissie. De zaak is al ja
ren lang zooals ze nu is.
Weth. de Veer erkent de juistheid
van die opmerking. Maar het drong wat
omdat de winter in aantocht is.
Dhr den Hollander dacht aan
vankelijk, dat een meer economische op
lossing mogelijk was. Maar Spr. is door
den directeur overtuigd.
Het voorstel wordt z.h.st. aangenomen.
Wijziging verordening
gymnasium, enz. Dhr v. d. F e 1 tz
heeft eenig bezwaar tegen het voorstel.
Spr. wil alleen tot curator benoemen
iemand, die universitair onderwijs geno
ten heeft. Wil men echter niet met name
den burgemeester benoemen, dan moet
men de keuze geheel vrijlaten.
Dhr Portheine heeft ook bezwaar.
Ook Spr. voelt het meest voor vrije keuze.
Spr. is er tegen het burgemeestersambt te
koppelen aan het voorzitterschap van
allerlei commissies.
Dhr Paul wil toch eenig contact be
houden tusschen B. en W. en het curator
rium. Laat men daarom spreken van „een
lid van het college."
Weth. de Veer zou graag zien, dat
het lid van B. en W., dat onderwijs be
heert curator werd.
De v o o r z. acht het van belang, dat
hetzelfde lid van B. en W. alle onder
wijsfuncties waarneemt.
Een voorstel van mevr. W e y 1 tot aan
houding wordt verworpen met 11 tegen 5
stemmen.
Het voorstel-Portheine (vrije keuze)
wordt aangenomen met 9 tegen 7 st.
V o o r s t e 1 - J e r o n i m u s no
pens salarieering gemeen-
t e-p ersoneel. Dhr v. A n d e 1 kan zich
met het voorstel niet vereenigen. Het is
te weinig gepreciseerd. Het georganiseerd
overleg kan op zulk een voorstel geen ad
vies geven. Spr. zou een ander voorstel
willen indienen, in den geest van Ged.
Staten van Noorl-Holland, waarmee het
georganiseerd overleg zich heeft ver-
eenigd.
Tevergeefs hield ze zichzelf voor, dat
„ze toch even goed was als zij", en dat ze
zich niet hoefde te laten afschrikken door
haar hooghartige manieren. Frank was
erg teleurgesteld, boos over haar duide
lijke, valschq schaamte, terwijl hij met
angst en beven het oogenhlik tegemoet
zag, dat ze zich zou laten gaan. Ongedul
dig beidde hij het oogenhlik, waarop hij
haar kon verzoeken eens wat te zingen.
Van zijn zusters was Joan de eenige, die
wat stem had, zij en Ada zouden best sa
men wat kunnen zingen, meende hij.
Brenda was als gewoonlijk, stil en droo-
merig en keek Ada min of meer nieuws-
gierig aan. Ada besliste voor zichzelf, dat
ze saai en vervelend was, maar toch
een dame. Toen Meliora binnen kwam,
werd de stemming heelemaal gedrukjt.
Juffrouw Martin was iemand, uit wie ze
totaal niet wijs kon worden, maar die zelf
al heel gauw een juist inzicht in het ka
rakter van het meisje kreeg. Ze zag, wat
Ada was trotseh op haar knap uiter
lijk, onwetend van wat er in de wereld
buiten haar eigen bekrompen kringetje te
koop was en even ongeschikt om de vrouw
te worden van een man, die hard moet
werken voor zijn dageliksch brood als om'
aan het hof gepresenteerd te worden. Ze
zou Frank nooit helpen, integendeel, ze
zou in de toekomst een last voor hem blij
ken; als de onvermijdelijke zorgen van het
huwelijksleven haar begonnen te druk
ken, zou ze een sloof en sloddervos wor
den, zichzelf tot last en haar man een blok
aan het been, (Wordt vervolgd,)