DE ZEEUW tweede blad. het adres a. wilking Wat er deze week voorviel JOAN CARISBROKE Buitenland Land- en Tuinbouw Uit de Provincie. Brieven uit Middelburg. FEUILLETON. verhoudingen zich wat scherper zouden afteekenen en het bovendien nog tijd ge= noeg is. Men kan immers niet verwachten dat H. M. de Koningin reeds in deze of de volgende maand iemand zal aanwijs zen om eerst met Januari a.s. de teugels van het bewind over de Zeeuwsche hoofd stad in handen te nemen. Doch, nu anderen hun licht over deze zaak lieten schijnen, willen ook wij met enkele woorden onze meening over dit punt zeggen. In vroeger dagen waren alleen vrijzin nigen van verschillende schakeering voor het burgemeestersambt geschikt en wer den dan ook hoofdzakelijk liberalen tot deze betrekking benoemd. Na het vertrek van den oud-liberalen Commissaris der Koningin in Zuid-Holland, mr C. Fock, waren, herinneren wij ons, van de plm. 180 burgemeesters in die destijds overwe gend rechtsche provincie, een 12-tal niet- liberaal. Hoe kwam dat? Och, dat ging zoo vanzelf, dat verwachtte men niet an ders. Dr Kuyper schrijft (Ons Program pag. 169) van die dagen, dat „het burgemees terschap in negentig van de honderd ge meenten een middel van propaganda dreigt te worden voor beginselen, die in de gemeenten niet zijn gewild." Daardoor ontstonden botsingen tus- schen burgemeester en gemeenteraad, soms van potsierlijken aard. Doch het gemeentebelang leed hier vaak onder. Wat wist een pas-gepromoveerde, wat wist soms een „gesjeesd" student van het belang af der gemeente, aan wier hoofd hij werd gesteld? Gelukkig dat de ge meente-secretaris van de marktplaats, die men trouw elke week bezocht, vaak een bekwaam man was. Zoo iemand, die in zijn eigen gemeente gewoonlijk de eer ste ambtenaar was van zijn burgemees ter en raad, regeerde daarnevens feite lijk een aantal omliggende buurtgemeen- ten. En misschien was dit maar gelukkig ook. Er werden hierdoor heel wat fou ten voorkomen. De gemeente-secretaris, bij wien de jeugdige burgervaders theo retisch waren opgeleid, voltooide hierdoor practisch hunne educatie. Doch, op zichzelf beschouwd, was deze toestand door en door ongewenscht. Dr Kuyper teekent dien toestand als volgt; „Nu doet zich slag op slag het onhoud bare geval voor, dat een vreemd jonkman, zonder kennis van „land of luyden", van practische ervaring nog verstoken, aan den ernst des levens nog gespeend en al leen begiftigd met wat theoretische ken nis van ons administratief recht, in een gemeente van eenvoudige lieden letter lijk „den baas komt spelen", om in ver- eeniging soms met den eveneens van bui ten ingekomen notaris en kantonrechter enz. een moderne club te vormen, die het zich tot taak stelt de „kolome" te libe- raliseeren". De regel, dat alleen een der liberale sollicitanten de geschikte man was, is al sinds jaren losgelaten. Men wil thans een goed burgervader die met de gezindheid van de meerderheid der bevolking meer eens geestes is. Onze minister van bin- nenlandsche zaken houdt zich nog al eens aan den regel, dat de burgemeester be hoort benoemd te worden uit de talrijk ste politieke partij van rechts of links, naarmate de raadsmeerderheid rechs of links is. Die regel wordt intusschen niet altijd doorgevoerd. Zie maar eens naar de voornaamste Zeeuwsche gemeenten, 't Voorbeeld van Goes, nog niet zoo oud, is hier frappant, of is het de zuurdeesem van den ouden regel, die hier altijd nog doorwerkt? Doch laten we aannemen dat we dit althans nu te boven zijn en dat er bui ten de liberalen ook nog andere bekwame menschen zijn. Dan is de eerste vraag; Is de meerderheid van Middelburg's be volking (niet; liberaal, want het liberale deel is maar een vijftiende deel (630 op de 9104 kiezers), doch: links? Antwoord is: het stond in 1931: 4231 rechts tegen Ingezonden Mededeeling. Op warme dagen is een mondspoeling met het aromatische Chlorodont Mond water bijzonder aangenaam. Flesschen, voldoende voor eenige weken, 90 cent. Een proef overtuigt. 4172 links. De 701 bezuinigers sten we er i'dten, wijl zij gewoonlijk ut recht sche kringen worden gerecruteerd. Motiveert dit de benoeming van een linksch burgemeester? En meer precies: van een liberaal of Vrijheidsbonder? Van iemand, die in het politieke spectrum juist over de grenslijn links-rechts staat? Juist hier is de wensch de vader der gedachte. De zaak moet op denzelfden voet worden voortgezet. Het moet maar weer gaan evenals in Goes en Vlissingen en tot nu toe ook in Middelburg. De zwak ste partij moet den doorslag geven en de burgemeester uit hare rijen worden be noemd. Doch dan wordt de regel van den tegenwoordigen minister zeker niet toe gepast. Immers dan ware een sociaal democraat aan de beurt en met de pro vinciale Zeeuwsche Courant zijn wij het eens dat de Socialistische burgemeester er wel niet komt. Doch om een andere reden denken wij zoo. Immers de genoemde regel is hier NIET van toepassing, waar hier niet al leen de Min. van Binnen! Zaken de voor dracht doet, doch, wijl het hier een pro vinciale hoofdstad geldt, de geheele M i n i s t e r r a a d. En die laat zich alleen leiden door het algemeen belang. Wat brengt dit algemeen belang mede? Dat we bier een burgemeester krij'gen, die onder „algemeen belang" niet be grijpt: bet geven van toestemming aan de socialisten (waarom straks niet aan onafhankelijke socialisten of communis ten?) om des Zondags de gemeente op stelten te zetten (zooals laatst in Goes en in Terneuzen); het geven van toestem ming om, in dagen van politieken str^d, straatbetoogingen en straatpredicaties te houden door revolutionaire partijen; om gemeentegrond in te nemen voor staket sels ten behoeve van politieke reclame; om toestemming te geven aan pretmakerij tot in den nacht, met dans en muziek etc. etc. AI zulke dingen achten wij niet in het algemeen belang, doch uitsluitend in het belang van min of meer revolutionai ren en pretmakers. Als het dien kant uit moet, „als die eisch onverhoopt in ver vulling ging, dan ware dat stellig tegen den zin van de meerderheid der bevolking van Zeelands hoofdstad." Wie moet er dan burgemeester van Middelburg worden? In de eerste plaats: een volkomen onafhankelijk man. S e c u n d o: een .onbetwist b e- k w a a m mem, van rechts. Tertio: een man, die, als bet er op aankomt, een meening heeft en kan door zetten, ook tegen de meerderheid van Dagelijksch Bestuur en Raad in, m.a.w. iemand met haar op de tanden. Quarto: een man, die ontzag heeft voor Middelburgs en Walcherens verle den en niet met ruwe hand daarin wil in grijpen. En Quinto, iemand, die alleen het bereikbare wil en nooit vergeet, dat Mid delburg niet kan worden vergeleken met groote en krachtige gemeenten in Hol land. Zoo'n burgemeester moeten wij, naar onze meening, bier hebben. Vriendschappelijk groetend, t.t. METELLUS. WALCHERSCHE SPREEKWOORDEN. (Slot). 11. Je zou 't land uitgaan en 't slikpoortje binnenkomen. Dit spreekwoord moet echter luiden: „Je zou de Dampoort uitgaan en 't Slik poortje binnenkomen". Daar dit twee poorten van Middelburg waren, is de uit drukking feitelijk voor de bewoners dezer stad. Vóór 60 jaar, toen het kanaal naar Vlissingen nog niet was gegraven en er nog geen trein op Walcheren reed, was Middelburg meer door de singels inge sloten en kon men om de stad een prachti ge wandeling maken. Men ging dan meest al de stad uit door de Dampoort. De zij muren van deze poort staan er nog. Dan ging men langs de kronkelende buitensin gels de verschillende poorten voorbij om ten laatste door het Slijk- of Slikpoortje weer in de stad te komen. Tusschen de VAN ZATERDAG 27 AUG. 1932, Nr 278. De parlementaire vacantie duurt nog wel voort en de Kamerleden zwerven nog her en der, maar toch heeft de regee ring hun alvast enkele wetsontwerpen ter bestudeering toegezonden. Zoo wil ze de huisindustrie, zooals bekend een lastige materie, wettelijk gaan regelen, op gevaar af, dat weer Jeremiades over de be dreigde vrijheid zullen opstijgen. Ook acht de regeering het noodig, wederom den invoer van een aantal artikelen te contingenteeren, o.a. om onze textiel-in- dustrie wat te beschermen tegen te over- matigen import. Verder waren op de buitengewone al gemeene vergadering van het Chr. Nat. Vakverbond verschillende Kamerleden aanwezig om de belangrijke discussies over het bapport-Welter te volgen. Het bleek èn uit die discussies èn uit de aangeno men resoluties wel, dat niet alles, wat door de commissie-Weiter is voorgesteld, de instemming der Chr. vakbeweging heeft. Op de regeering wordt door de tuin bouwers bijna onverpoosd aandrang uit geoefend, om hun bedrijf, dat zoo ernstig in zijn bestaan wordt bedreigd, finan cieel te steunen. Dit is echter geen ge makkelijke kwestie en daarom beeft de betrokken Minister laten weten, dat de regeering steunverleening ernstig moet overwegen, maar zoo spoedig, als baar mogelijk is, van zich zal laten hooren. Duitschland maakt weer een periode van spanning door. Binnen enkele dagen moet de Rijksdag worden geopend. Deze plechtigheid zal zeer waarschijnlijk door een communistische dame, die toevallig het oudste lid is, worden verricht. Zal dit zoo vraagt men zich af geen aanleiding geven tot herrie door de nazi's? De onderhandelingen over de samen stelling der regeering hebben er nog steeds geen resultaat opgeleverd, zoodat de vraag of de Rijksdag reeds weer zal worden ont bonden, in steeds breeder kring wordt gesteld. Ook het proces te Beuthen, waarbij een aantal nationaal-socialisten ter dood is veroordeeld, heeft geweldige opschudding in Duitschland gebracht. De regeering Van Papen wordt hier door in een allesbehalve benijdenswaardi ge positie gebracht. Laat zij het doodvonnis tegen de vijf nationaal-socialisten uitvoeren dan staat dat gelijk met het gieten van olie op een reeds laaiend vuur. Laat zij voor de vijf nazi's genade voor recht gelden dan zal zij worden uitge maakt voor een bestuur, dat het recht buigt naar zijn eigen sympathieën. Ook in Spanje verkeert men in span ning. De beweging van generaal Sanjurjo is wel mislukt en de aanstichter is ter dood veroordeeld (wat later bij wijze van gratie is veranderd in levenslangen dwang arbeid), maar men voelt zoo aan allen kant, dat er nog wat broeit en dat de mo narchisten nog steeds booze plannen heb ben. Het wil in ons werelddeel, evenals daar buiten (Amerika, Britsch-Indië, Mantsjoe- rije enz.) maar niet rustig worden. CXXIIl. Amice, Gij zult hebben opgemerkt, mijn waar de lezers, dat de redacties van enkele po litieke bladen zich reeds onledig hielden met het schrijven van beschouwingen over de vervulling der aanstaande burgemees tersvacature te Middelburg. Ofschoon ook Middelburger, heeft ondergeteekende zich daarvan tot heden onthouden, niét omdat dit onderwerp hem niet zou interes seeren, doch omdat hij meende dat het beter was nog wat te wachten, totdat de dooi EMMA JANE WORBOLSE, (Vrij naar het Engelsch.) 6.) o_ En heel zacht, zoo zacht, als vreesde ze de slaapster binnen te storen, draaide ze de deurkruk om. O, maar de deur was gesloten. Ze wist niet of ze er zich over verheugen of ergeren zou. En waarom moesten doode menschen opgesloten wor den? vroeg ze zichzelf af, de donkere wenkbrauwen fronsend en haar neus op trekkend op die eigenaardige manier, die maakte, dat men er haar altijd van be schuldigde een zuur gezicht te zetten bij de minste ergernis, soms zelfs, als er heelemaal geen reden was. „Misschien zou ik door de kleedkamer naar binnen kunnen komen", hervatte ze haar alleenspraak op dienzelfden, half- luiden toon; „ik geloof, dat ik het in ieder geval maar eens zal probeeren; morgen krijg ik er misschien geen kans meer voor. Maar waarom zou de deur afgeslo ten zijn? Zouden de menschen bang zijn, dat dat z ij er uit zou komen en hen aan het schrikken maken? Nu, het zou wel om te schrikken zijn. Ik zou er zelf ook danig van schrikken en ik geloof heusch, dat ik zou beginnen te gillen en ik heb zoo het land aan menschen, die gillen! Maar dan, het zou bewijzen, dat er een vergissing in het spel was dat ze niet dood was, alleen maar bewuste loos of in trance, zooals die menschen waarvan ik gelezen heb. Ik zou wel eens willen weten, hoe lang menschen in tran ce kunnen blijvenl Stel je voor, dat het met mama het geval was! Hoe verschrik kelijk zou dat zijn! Ja, ik moet naar bin nen gaan. Ik weet zeker, dat ik het direct zal zien, als ze werkelijk heelemaal dood is. Het is mijn plicht naar binnen te gaan; als ik het niet doe, zal ik altijd het gevoel hebben, dat ik haar had kun nen redden en dat ik het niet gedaan heb." Zacht en voorzichtig zocht Joan haar weg langs de donkere gang. De deur van de kleedkamer was wijd open en de over blijfselen van een vuurtje lagen nog te smeulen in den haard. De blinden waren niet gesloten en de waschtafel was ge bruikt en niet weer opgeruimd. Het was duidelijk, dat het dienstmeisje hier heden avond niet haar gewone bezoek had ge bracht. O, hoe huilde de wind door den schoorsteen! hoe spookachtig joegen de sneeuwvlokken voorbij het venster en hoe bitter, bitter koud was het! Maar de deur, die toegang gaf tot de slaapkamer was dicht en ja, afgesloten! „Waarom doen ze dat toch?" mompelde Joan ongeduldig. En toen, in het zwakke licht, dat het bijna uitgedoofde haardvuur verspreidde en het weinigje, dat terugge kaatst werd door de sneeuw buiten, zag ze, dat de sleutel nog in het slot stak. Zon der zich tijd te gunnen tot nadenken, draaide ze hem om en ging naar binnen en plotseling bevond ze zich weer in de bekende kamer, daar ze den avond tevo ren baar moeder goeden nacht had ge kust, die in haar gewonen armstoel zat te praten. Twee lange kaarsen brandden op bet marmeren blad van een nachtkastje, er was geen vuur meer in den haard, die netjes uitgehaald en schoongemaakt was, zooals trouwens alles in de kamer pijnlijk netjes in orde was. Alle stoelen stonden precies op hun plaats, de toillettafel was netjes in orde en was overdekt met een schoon kleed, de boeken en andere voor werpen, die gewoonlijk door de kamers zwierven, waren alle opgeruimd. Het ver trek had een verlaten, onbewoond aanzien en het was er kouder, meende Joan, dan in de tochtige gangen. Ze bad er bijna berouw van, dat ze zich binnen had gewaagd. Haar knieën trilden en het koude zweet brak haar overal uit. Ze had zich nog nooit van haar leven zoo vreemd gevoeld en ze vroeg zich verbaasd af, of dit het begin was van een flauwte. Dampoort en het Slikpoortje was de in gang der haven. De letterlijke beteekenis is dus: Je zou een heel groote wandeling maken. Daar alleen prachtig weer de stedeling tot zoo'n lange wandeling uitlokt, wordt thans de uitdrukking nog gebruikt, als men te ken nen wil geven, dat het bijzonder prachtig weer is. Zooals ik reeds zei, is de uitdrukking alleen geldend voor Middelburg. Op het platteland van Walcheren wordt zij ech ter veel gebruikt, maar het woord Dam poort wordt verwisseld door het woord land. Om uit te drukken, dat het zeer mooi weer is, zegt men in Middelburg ook: 't Is 't mooiste weer van de Vischmarkt en op het platteland: 't Is 't mooiste weer van de Polder. 12. Hij komt van Lillo. Volgens de bepalingen van de vrede van Munster (1648) bij het einde van den tachtigjarigen oorlog had de Republiek 't recht de Schelde af te sluiten. Daarom lag er in de vestingen Lillo en Liefkenshoek, ongeveer halverwege tusschen de grens en Antwerpen aan beide zijden van de Schel de een Hollandsche bezetting. Daar er onder de militairen ook ge huwde personen waren, die gezinnen had den, was er langzamerhand een burger lijke bevolking en zelfs een Protestantsche kerkelijke gemeente met een eigen predi kant ontstaan. De bewoners van Lillo waren dus vrij wel van de Republiek afgesloten en wis ten niet altijd, wat er in het vaderland gebeurde. De uitdrukking moet echter zijn: Hij doet alsof hij van Lillo komt. Zij betee- kent: Hij doet alsof hij niet van een be paalde zaak weet. Hij houdt zich van den domme. De Oostenrijksche Keizer Jozef II heeft in 1786 de Republiek gedwongen genoem de forten te ontruimen. Tóen werd een fort gebouwd aan den Z.O. punt van den in 1773 bedijkten Reigersbergschen pol der, welk fort den naam kreeg van Bath, naar het in 1539 verdronken dorp van dien naam. Behalve de militaire bezetting van Lillo en Liefkenshoek was ook de geheele Pro testantsche bevolking naar Bath gekomen. Nog spreken de bewoners van Bath en omgeving niet het gewone dialect van Z.- Beveland. 13. Hij woont achter de baiv biesjes. Barbiesjes komt van Berbice, vroeger een Hollandsche kolonie aan de kust van Guyana, thans een Engelsche bezitting. Men bezigt de uitdrukking als men wil te kennen geven, dat iemand in een afge legen streek woont. 14. Het gaat onder paards buik. Wordt iets door slordigheid verloren of vermorst, dan is het als met een paard, dat zijn hooi door de renne (ruif) trekt en niet opeet, maar vertrapt. Het gaat onder paards buik. 15. Ze staan als de buizen in K a d z a n d. Staan b.v. in een kamer de stoelen door elkaar, dan zegt men, dat ze staan als de huizen in Cadzand. 16. Het varken wordt van ach ter opgegeten. Als iemand meent, dat door zijn ouders een broeder of een zuster bevoorrecht wordt, ofschoon het niet waar is, dan wordt van hem gezegd, dat hij denkt, dat het varken van achter wordt opgegeten. R. Aug. 1932. B. J. d. M. Ingezonden Mededeeling. voor Manufacturen. Dames- en Klnderconfectle Tapijten - Gordijnen Bedden - Ledikanten en aanverwante artikelen Is GOES HULST Maar daar schoot ze niets mee op. Ver onderstel, dat ze bewusteloos op den vloer werd gevonden, als de heldin uit de een of andere goedkoope roman! Niets ervan hoor. En al haar wilskracht bij elkaar roepend, dwong ze zich zelf het bed te na deren en te kijken naar de stille witte fi guur, die er op uitgestrekt lag. Met een lichte huivering sloeg ze bet laken terug en daar lag wat? Zeker niet de moeder, die ze den vorigen avond zoo zorgeloos goeden nacht bad gewenscht; de lippen waren grauw, de trekken van pijn ver trokken, bet geheele gelaat veranderd. De dood had zoo duidelijk zijn stempel ge drukt op dit verstarde, bleeke gelaat, dat Joan onmiddellijk de dwaze hoop liet va ren, dat ze een oogenhlik aan de andere zijde van de deur gekoesterd had. Dit was g^en slaap, o neen, evenmin als een flauw te, of zelfs een toestand van trance; dit was de dood zelf, zonder dat er vergissen mogelijk was. Joan raakte het voorhoofd aan; de sneeuw op de graven daarbuiten kon nauwelijks kouder zijn, meende ze. Ze begon weer tegen zichzelf te praten; „Dit is mama en toch is ze bet niet! Ze zullen dit ding onder den grond stoppen, zoodat men bet niet meer zien kan, ze móé ten, wat anders!" en weer huiverde ze en voelde zich duizelig worden. „Maar waar is zij? Is ze rechtstreeks naar den hemel gegaan, dat zou ik wel eens willen weten? Cieenkalen-uitvcBr naar België. Naar het „Limb. Dagblad" verneemt, houden onze Limburgsche mijnen er re kening mee, hoewel officieel hieromtrent nog niets bekend is geworden, dat met in gang van 1 September a.s. ons eteenkoioa- contingeat voor België door dit land met 10.7 pet. verlaagd zal worden er. derha.1 in gebracht van 55.7 op 45 pet. van den ge middelden maanöelijksehen uitvoer over 1930. Dit zal voor onze mijnen een ver minderde maandelijksche afzet van ruim 20.000 ton steenkool beteekenen. Met in gang van 1 April j.l. werd het contingent al teruggebracht van 70 tot 55.7 pet., zoo dat wij in de laatste maanden al een ver mindering te aanvaarden hebben gehad van niet minder dan 25 pet. of een vierde van den gemiddelden maandelijkschen uitvoer over 1930. Er blijft een kleine hoop bestaan, dat wij, als mede-onderteekenaars van bet verdrag van Ouchy, eenige compensatie zullen krijgen. Intusschen wordt de uitvoering yan bet Fransch contingent iets soepeler toe gepast en bestaat de kans, dat met ingang van 1 September de mate van soepelheid nog iets grooter worden zal. In Frankrijk n.l. bestaat meer dan ooit, mede tengevol ge van de Belgische kolenstaking, groot gebrek aan huisbrand-kolen. Onze mijnen zouden dus door soepeler toepassing mede kunnen helpen in de behoeften van Frank rijk te voldoen. Korte berichten. Naar een telegram uit Dusseldorp meldt, doen zich aldaar steeds nieuwe ge vallen van buikloop voor, zoodat thans 80 patiënten in de ziekenhuizen opgenomen zijn. De ziekte heeft nogal een goedaardig verloop, zoodat tot nu toe slechts één kind overleden is. Het bericht, dat Hitier overspannen is geraakt, en zich naar een sanatorium heeft moeten begeven, wordt van natio- naal-socialistische zijde tegengesproken. Te Warschau zijn c.a 12.000 man van de stedelijke ambtenaren, kantoorper soneel en arbeiders in staking gegaan om bet gemeentebestuur te dwingen bun de achterstallige salarissen van Juni en Juli uit te betalen. Met uitzondering van de stadsbank zijn alle bureaux gesloten. Loonen in het Westland. Door den kring Westland van den L. T. B. en de R.-K Arbeidersorganisatie is eenigen tijd geleden ingesteld een arbi trage-commissie, welke uitspraak moest doen over de voorgestelde loonsverlaging. Deze commissie heeft vergaderd onder leiding van Mr A. Tepe. Na breedvoerige besprekingen besloot zij met algemeene stemmen het loon voor den tuinbouw te stellen op f20 per week met ingang van den tweeden Zaterdag in September. Dit beteekent een verlaging van f2 per week. Boven het minimumloon wordt per ar beider betaald 2 pet. kindertoeslag. Axel. Woensdagavond is hier een con ferentie gehouden met de bestuurders van den Chr. Boeren- en Tuindersbond en de drie vertegenwoordigers der organisaties (neutrale, christelijke en R. K.). Langdu rig is daar gesproken, temeer daar de landbouwers voorstelden om 20 cents per uur te geven, met een minimum van f 1.80 per dag. De arbeiders stonden daar afwij zend tegenover, waarop weder werd voor gesteld f 2 per dag vanaf 1 September tot 31 Augustus. Na loven en bieden is men tenslotte gekomen tot een compromis, waarbij in een wederzijdsch gehouden le denvergadering een beslissing zou worden uitgelokt om f 2 loon in de wintermaan den en f 2.25 in de zomermaanden te ge ven en voor dorschloon 35 cent per uur. Uiterlijk vandaag moet hierop beslist zijn. Werd ze wakker en was ze toen daarbo ven? of verliet haar ziel het lichaam en vloog door den storm, weg weg, naar waar die andere wereld is? Ik wilde, dat ik het wist; want eens komt er een dag, dat ook ik gaan moet. Er komt een dag, dat ik ook zoo lig, koud en bleek en heele maal alleen, en opgesloten veronderstel ik; en dan zal er iemand binnen komen en buiveren, als hij naar me kijkt. Maar ik geloof niet, dat ik er dan nog bij ben; ik zou het niet weten, als ze het arme ding, dat eens Joan Carisbroke was, beleedig- den; ik zou het niet weten, en het zou me niet kunnen schelen, want ik, dat deel van me, dat denkt en voelt, zou weg zijn waarheen? Wel, naar God natuurlijk. O, maar wat vreeselijk, want ik heb zooveel dingen gedaan om Hem boos te maken. Wat is bet nut, dat we leven, als elk le ven moet eindigen, zooals dit? O, ik zou zooveel dingen willen weten. 0, mama, mama, waarom kunt u niet terug komen en het me vertellen? me vertellen, wat het is te sterven, en hoe men zich voelt op bet oogenblik, dat de dood je omvat en wat er daarna gebeurt? Maar dat kunt u niet, u kunt het nietl Niemand kwam ooit terug tot degenen, die hij achterliet." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1932 | | pagina 5