DE ZEEDW NEDERLAND TWEEDE BLAD. a 99 V. Orders, joan carisbr0ke m R or 100.- de directie. aangeboden leerend (drijf. bleijswijk vgen te Wol- ;gens ziekte zoo stbode. 1UDSTER ip dit Blad het heengaan van den directeur-generaal van den arbeid. Uit de Provincie. r-jjx Wat zegt een klein prijsverschil tegenover een GROOT kwaliteitsverschil Koopt Blue Band, Hollands beste standaard- merk, nog altijd 25 cents per half ponds pakje P t-H met allerfijnste HoU VerscT9ekar"boter onder R.jksconfrö/e londsche sche bankkringen angen o.a. betrek- estie der oorlogs- economische we- resultaten van de dat Montague er verklaarde van van prijsstijging .eren valuta, wel moeten worden .bilisatie en terug- tandaard. De lan- andaard geband- an dit plan moe- t bericht uit New News" dat men king van dit be- Narman's bezoek overdrijven, voor- terugkeer tot den trens herstel- en definitief zijn ge- der Economische van terugkeer iard geen sprake VAN WOENSDAG 24 AUG. 1932, Nr 275. Jereeniging voor het groene dekerke roept len 1 Nov. 1932. ieling te bekomen lr harst te Iet bestuur. er letter A no. 10 te Goes. sgezin (vader en |nd-Bath, JOHs. GE, Zandbaan 1. JP: l-MOTOR, voor ƒ125.—. erscheweg, Tel. Een onderhoud met den aftredenden en met den nieuwen directeur-generaal. Een vertegenwoordiger van het Vad. heeft een onderhoud gehad met den heer Zaalberg, die aftreedt als directeur-gene raal van den arbeid. Wij ontleenen er het volgende aan: Zooals men weet, is de heer Zaalberg lid van de Commissie^ Weiter geweest en hij heeft met den heer Weiter alleraan genaamst samengewerkt, dekt volkomen alle voorstellen der commissie. De heer Zaalberg gaat dan ook niet alleen mee met de voorstellen der commissie inzake de arbeidsinspectie, maar is er vrijwel de ontwerper zelf van. De voorstellen zijn z.i. onvermijdelijk. Tot die voorstellen behoort ook, dat drie hoofdambtenaren op wachtgeld moeten gaan, hoe smartelijk het ook wezen mocht en hoe volkomen de getroffenen ook nog voor hun taak berekend zijn. Nadat de heeren Last en Klompe, enkel uit leeftijdsoverweging, aangewezen wa ren, heeft de directeur-generaal zich vrij willig als derde aangeboden. Hij deed dit voorstel reeds 9 Maart 1932. De heer Zaal berg behoort tot hen, die van oordeel zijn, dat de ouderen èn ter wille van den dienst èn uit billijkheidsoverweging moeten plaats maken voor de jongeren. Maar dat was heelemaal niet de be doeling der regeering en zij heeft zeer ernstig getracht, den heer Zaalberg van dien stap terug te houden. De directeur- generaal heeft echter zijn ontslagaanvrage gehandhaafd en met redenen omkleed. Hoofdreden is geweest, dat de snelle ontwikkeling van den dienst en de steeds grootere eischen een jongere kracht vra gen, welke hij zag in Dr Ir A. H. W. Hacke, dien hij dan ook zelf heeft voor gedragen. De heer Hacke is de door den heer Zaalberg zelf aangewezen opvolger. Verder heeft de heer Zaalberg niet ver heeld, dat hij de laatste jaren niet heeft kunnen werken als hij wilde, omdat te veel andere dingen, o.a. de werkloosheids verzorging, hem waren opgedragen. Hij heeft zich dan ook bereid verklaard des- gewenscht, de bij-dingen te blijven behar tigen, welk aanbod werd aanvaard. Eindelijk heeft hij wel zijn verwonde ring te kennen gegeven, dat de betrokken ministers bij de regeling van de contin- genteeringen, de Arbeidsinspectie, z.i. het lichaam, dat het allerbest van voorlich ting kon dienen, niet om advies hebben gevraagd. Pas later heeft de regeering hem ook nog trachten te winnenToor het directo raat van de N.V. Mij tot behartiging van de Nationale Scheepvaartbelangen. Wij kunnen begrijpen, dat deze geheel nieuwe instelling den oud-zee-officier Zaalberg bijzonder heeft aangetrokken. Na zoo afdoende te zijn ingelicht over het heengaan van directeur-generaal Zaal berg hebben wij de gelegenheid te baat genomen, nog een paar vragen te stellen. Wat denkt u van de Zuiderzee werken? Acht u ze veilig? Acht u ze oeconomisch verantwoord? Het antwoord luidde: Technisch acht ik het werk veilig, want de berekening van Prof. Lorentz heeft nog nergens ge faald. Oeconomisch acht ik het onverant woordelijk. Ik heb nooit iets met de Zui derzeewerken te doen willen hebben. He laas moest ik ambtshalve bij de Steun- wet optreden. Onverantwoordelijk be schouw ik het werk, omdat de landbouw nooit onze overbevolking ook maar in de verste verte zal kunnen opnemen en om dat zij in massa-artikelen nooit loonend zal kunnen produceeren. Alleen de indu strie kan de overbevolking in zich op nemen. Beter ware m.i. nooit met de Zui derzeewerken begonnen. Bij een bezoek dat een medewerker van hetzelfde blad gebracht heeft aan den op volger van den heer Zaalberg, Dr Ir A. H. W. Hack e, deelde deze mede: Deze benoeming stemt mij natuurlijk gelukkig; ofschoon: er zijn schaduwzij den. Mijn benoeming is een uitvloeisel van de bezuiniging, die, helaas, slacht- offers heeft gemaakt. Dat is ellendig. Voor al ook: Zaalberg zelf gaat heen. Een on kreukbaar, breed mensch, een man, die zijn eigen weg ging en onder wien het een genot was te werken. Van hem kan ik u geen goeds genoeg zeggen. Waarom gaat hij weg? Een paleis revolutie? Spreekt u dat toch tegen. Men zoekt veel en veel geheimzinnigs achter die vrij plotselinge mutatie. Maar Zaalberg zelf was zoo eerlijk om, toen er sprake van was de ambtenaren met 35 dienstjaren te doen afvloeien, zichzelf het allereerst op die voordracht te plaatsen. Hebt u nieuwe inzichten omtrent uw taak? In groote lijnen zal ik het beleid van mijn voorganger volgen. Ik heb eerbied voor zijn werk en liefde voor de Arbeids wet, zooals die nu is en functionneert. De wenschen, die ik heb en die ik zal trachten uit te voeren, zijn uitvoerig be handeld in mijn proefschrift. U kunt ze gecondenseerd in eenige van de stellingen zoo overnemen: Het zijn: le. Zoolang de volledige aan sluiting tusschen Leerplicht- en Arbeids wet nog niet is verkregen, is het ge- wenscht, jongens beneden den veertien jarigen leeftijd, die aan hun leerplicht hebben voldaan, onder bepaalde voor waarden. tot den bedrijfsarbeid toe te laten. Onder leerplicht wordt in dit geval mede verstaan het volgen van het 7e leer jaar. 2e. Een vergunning verleend op grond van art. 28 7e lid der Arbeidswet behoort te gelden voor alle ondernemingen in denzelfden bedrijfstak. 3e. Het algemeen aanvangsuur voor broodbakkerijen moet in alle gemeenten van het Rijk gelijk zijn. De uitzonderings bepalingen voor de groote bakkerijen moe ten daarnaast gehandhaafd blijven. 4è. De verkoop van klein versch brood kan worden toegelaten van 8 uur des morgens af. 5e. Het is wenschelijk de couponboekjes bedoeld in art 29 der Arbeidswet, te doen gelden voor alle arbeiders van 16 jaar en ouder; voor vrouwen en jeudige personen tot ten hoogste 10 uren per dag en niet des nachts of op Zondag. 6e. Artikel 64 sub 1 der Arbeidswet moet worden ingetrokken. 7e. Controle op de naleving der bepalin gen van de Arbeidswet mag slechts ge schieden door ambtenaren. 8e. De omstandigheid, dat een der con venties van Genève o.a. verbodsbepalin gen inhoudt voor den nachtarbeid van banketbakkerspatroons en bij ratificee ring deze verbodsbepalingen ook in de Nederlandsche Arbeidswet zouden moe ten worden opgenomen, is een onover komelijk bezwaar om deze conventie te ratificeeren, Wat de zesde stelling betreft, aldus Dr Hacke, ik zie in het feit, dat al het con- fessioneele ziekenhuispersoneel vrij is van de wet, een groote onbillijkheid. Wat mijn zevende stelling betreft:U ziet er uit, dat ik een groot tegenstander ben van bedrijfsraden. Uk ben zulk een overtuigd tegenstander van dat stelsel, omdat de mooiste beginselen van onze Arbeidswet, de neutraliteit en de onaf hankelijkheid van hen, die voor haar toe passing moet waken, er ernstig gevaar door gaan loopen. Want een goede con trole is absoluut noodzakelijk uit een oog punt van rechtvaardigheid en ter wille van de concurrentie. U bent dus ook voorstander van het versche cadetje bij het ontbijt, als ik uw vierde stelling bezie? Een overtuigd voorstander. Hebt u, over het algemeen gesproken, nog andere wenschen en idealen? In het algemeen gaan al mijn idea len in de richting van een „ideale" uit voering van de prachtige arbeidswet geving, die wij thans bezitten. En ik hoop óók, dat de nieuwe Veiligheidswet spoe dig in behandeling zal komen. En dan: de Arbeidswet en de Veiligheids wet moeten over het geheele land uniform worden toegepast, dat zie ik als een van de belangrijkste functies van den centra- len dienst. Wat denkt u van de 40-uurs werk week? Daarvan ben ik een overtuigd tegen stander voorloopig. Ik spreek hier deze overtuiging niet uit uit hoofde van wen- schelijkheid, maar ik ontken de mogelijk heid van werktijdverkorting. Concurree- ren met het buitenland is tóch al moeilijk, door een verdere werktijdbeperking zou zij geheel lamgeslagen worden. En uw politieke richting? Die heb ik niet. Ik ben bij geen en kele partij aangesloten. Door de marechaussee te Axel is aangehouden zekere H. J. J. D., koopman te Axel, die er van verdacht wordt ten nadeele van zekere G. te Zierikzee een rij wiel dat, hij gehuurd had, te hebben ver duisterd. Bij aanhouding was hij nog in het bezat van het rijwiel. De man is, na dat hij naar Zierikzee ter confrontatie was overgebracht, ter beschikking van de Justitie te Middelburg gesteld. Abortus. Dezer dagen vertoefde de Justitie uit Middelburg met Dr Hulst uit Leiden, te Goes om een onderzoek in te stellen naar een vermoedelijk geval van abortus mot doodelijken afloop. DE HILVERSUM 5, het prachttoe- stel met Super-inductieschakeling, één- knopsbediening, electro-dynamische luid spreker, f 275, bij alle N.S.F.-agenten. (Adv.) Aan den besteller bij den post- en telegraafdienst J. A. M. de Witte van het post- en telegraafkantoor te Middelburg is op zijn verzoek met ingang van 27 Aug. a.s. eerVol ontslag verleend. Faillissement. De Arr. j Rechtbank te Middelburg heeft failliet verklaard J. Rooze, landbouwer te St. Laurens A nr 10. Rechtercammisjsaris mr Th. Portheine. Curator mr P. C. Adriaanse te Middelburg. Vlissingen. Het aantal werkloozen al hier bereikte juist het cijfer 1000, tegen verleden week 954. Bij de werkverschaf fing zijn 122 personen te werk gesteld. Goes. Gelijk bekend, heeft de gemeente raad in 't begin van dit jaar een verzoek van het R.K. schoolbestuur tot een ver bouwing van de R.K. Jongensschool afge wezen. Daar het bestuur overtuigd was van het onrechtmatige dezer weigering, ging het bij Ged. Staten in beroep, 't Ge volg daarvan is geweest dat Ged. Staten het schoolbestuur in het gelijk stelden en 't gemeentebestuur opdroegen de aanvraag in te willigen. Op deze beslissing is echter nog beroep bij de Kroon mogelijk. Eilewoutsdijk. Gisteravond ontstond op huize „Zorgvliet", de bezitting der familie van Hattum, een begin van brand, ver oorzaakt door een schoorsteenbrand in de keuken. De brandweer werd gewaarschuwd en was spoedig ter plaatse, doch spuiten bleek niet meer noodig, aangezien met emmers water de reeds schroeiende en rookende balken en planken nog juist in tijds konden worden gebluscht. Driewegen. De Raad vergaderde Maan dag. Alle leden waren present. Allereerst werd een nieuw raadsbesluit genomen tot den aankoop van gronden van de N.V. Spoorweg Maatschappij Zuid-Beveland voor de verbetering van den Platteweg, als zijnde het eerstgenomen besluit on volledig. Alsnu werd behandeld de gemeentebe- grooting voor 1933. De post werkverschaffing geraamd op f 200, wordt op f 800 gebracht. De post subsidie burgerwacht ad f 10 wordt ge handhaafd met 4 tegen 3 st. (tegen: J. Timmerman, J. de Witte en P. Ringel- berg). Wordt besloten met het oog op de vele crisis-uitgaven en om de begrooting klop pend te krijgen, de opcenten op de Ver mogensbelasting te brengen van 40 op 50, die op de fondsbelasting ook van 40 op 50 en met 4 tegen 3 stemmen de gemeente voor de fondsbelasting te plaatsen in de 3e klasse. Een voorstel van het lid de Witte om voortaan bij de behandeling der begroo ting aan elk raadslid een verkort uit treksel te geven van de begrooting vindt geen verdere instemming, terwijl wordt besloten op den ouden voet voort te gaan. De begrooting wordt nu vastgesteld in ontvang en uitgaaf op f 23045.26 met een bedrag voor onvoorzien ad f 717.72H. Serooskerka (W.) Maandagavond werd een voltallige Raadsvergadering gehou den. De voorz. doet mededeeling, dat B. W. voornemens zijn om op de begroo ting voor 1933 wederom bezuiniging toe te passen. Het college is van meening, dat b.v. op de straatverlichting door deze te dooven om 10 uur thans om 12 uur en de electrische lamp voor het Raadhuis 1 uur te beperken een bezuini ging kan worden verkregen van plm. f 125. Het wenscht dezen maatregel in te voeren op 1 Sept. a.s. Een voorstel van B. en W. tot het vast stellen van den pensioensgrondslag van den burgemeester op f 1920 en van den gem. secretaris op f 2550 ingaande 1 Oct. a.s. wordt z.h.st. goedgekeurd. De voorz. leest hierna de begroeting voor over 1933 van den Vleeschkeurings- dienst kring Oostkapelle, welke een eind cijfer aangeeft van f 7150. Dhr Hoegen vraagt of het niet ge- wenscht is om bij dien dienst bij het ma ken van onkosten op bezuiniging aan te dringen. De voorz. acht zulks voor het ge meentebestuur van Oostkapelle overbodig, wijl men daar wars is van alle onnoodige uitgaven. De begrooting wordt goedge keurd. De gemeenterekening over 1931 wordt goedgekeurd. Zondagssluiting der caf é's. Hierna stelt de voorz. aan de orde het adres van den raad der Geref. Kerk in zake algeheele cafésluiting op den Zondag in deze gemeente. Het adres wordt door den voorz. voorgelezen, benevens een ad- haesiebetuiging met dit adres van de A.R. Kiesvereen. Nog leest de voorz. een ingekomen schrijven voor van den caféhouder dhr A. Westdorp, waarin deze wijst op zijn reeds 26 jaar in exploitatie zijnd café, in welk tijdperk nog nimmer de rust op den Zon dag werd verstoord, zoodat geen redenen aanwezig kunnen zijn om Zondagssluiting voor café's in te voeren en hem den nek slag toe te brengen. Dringend doet hij een beroep op den Raad om de belangen van alle gemeentenaren voor te staan en verzoekt bestendiging van den tegenwoor- digen toestand. Weth. Goedbloed zegt dankbaar te zijn voor alle medewerking in de vorige raads vergadering, toen hij om uitstel van be handeling van dit adres heeft gevraagd. Na nader onderzoek is hij1 tot de over tuiging gekomen, dat, wijl wel 95 pet. der bevolking zich Christelijk noemt, hij zijn stem vóór het adres moet uitbrengen. Hij doet tevens een beroep op de Chr. Hist, fractie en verwacht van haar dat zij eveneens eenparig vóór het adres zal stemmen. Dhr Allaart zegt, dat ook hij intus- schen zijn oor te luisteren heeft gelegd en zag ook o.a. uit het raadsverslag van St. Laurens, dat de A.-R. raadsleden aldaar er anders over oordeelen dan de A.-R. leden hier. Hij acht het in de bestaande omstandigheden overbodig thans in te grijpen en kan het adres onmogelijk steu nen. Dhr Boegen zegt het betoog van weth. Goedbloed niet te hegrijpen. Hoe kan deze thans aannemen, dat de Chr. Hist, fractie nu vóór het adres zal zijn? Spr. zegt vierkant tegenover het adres te staan, om dat geen bewijzen zijn aangevoerd en aan te voeren zijn waaruit zou blijken, dat rustverstoring op den Zondag plaats had. «T\\£ BAND FE U I L L E T O N door EMMA JANE WORBOLSE, (Vrij naar het Engelsch.) 3) _0_ Toen ze eenige oogenblikken bleef zwij- 2®j*> hervatte hij op veel bescheidener toon „Wel, het is nutteloos, om over dat punt te redetwisten. Jongens en meisjes kosten allebei veel, dat valt niet te ontkennen, en daar ik een gezin heb en jij niet, kan ik het toch waarschijnlijk wel het beste beoordeelen. Het komt echter hier op neer als er eens iets mocht gebeuren, dan zou Frank wel op de een of andere manier Ti eTen levensonderhoud voorzien. Als de wilde haren er maar eenmaal uit zijn, zal er nog veel goeds van hem te recht komen, maar de meisjes hebben niets dan het geld van haar moeder, en wat is dat, als het onder vijven verdeeld moet worden, onder zes, bedoel ik; ik vergeet de aanspraken van de jonggebo rene." „Ze trouwen misschien wel, een, paar toch zeker." „Dat staat nog te bezien. Met haar al len kunnen ze zich nog niet op zooveel schoonheid beroemen, als soms aan een enkel meisje ten deel valt. Ze zijn niet buitengewoon ontwikkeld, en ze zullen niet veel geld hebben, misschien wel heelemaal niets als we voort blijven gaan op den weg, waarop we ons nu be vinden, dat het inkomen steeds minder wordt, terwijl de uitgaven steeds vermeer deren. Hoe is het met Louisa?" „Je had die vraag wel eens wat eerder kunnen stellen, Frank", zei juffrouw Ca- risbroke op verwijtenden toon. „We ma ken ons nog al bezorgd over haar." „Bezorgd! Maar ik hoop toch, dat al les in orde isl" zei de predikant, oprij zend. Men kon hem allesbehalve een liefheb bend echtgenoot noemen, daar hij een zoogenaamd verstandshuwelijk had ge sloten, waarbij de liefde geheel buiten kwestie was gebleven, maar hij was toch niet geheel en al harteloos en hij koes terde een milde genegenheid voor de moe der van zijn zeven kinderen en hoopte van ganscher harte, dat ze zich niet ernstig in gevaar bevond. Juffrouw Carisbroke kon hem geen erg bemoedigende inlichtingen geven, ze wist alleen, dat de dokter en zuster een zeer ernstig gezicht trokken en dat ze zelf bui ten de kamer was gezet. „Ik ga onmiddellijk naar haar toe", zei de echtgenoot, nu werkelijk ongerust. „Neen, dat moet je niet doen, ze wordt zoo rustig mogelijk gehouden. Als baby begint te schreien, wordt ze naar een an dere kamer gebracht." „En heeft ze al'geschreid?" „Ze geeft geen geluid. Ze is zoo levend als je maar wenschen kunt, maar ze ligt zoo stil en rustig als een pop." „Ik hoop toch niet, dat ze stom is?" „Dat hoop ik ook niet. Maar maak je maar niet ongerust. Ik denk, dat ze straks haar schade wel zal inhalen. We zullen nog gelegenheid te over krijgen, om de kracht van haar longen te bewonderen, daar twijfel ik geen oogenblik aan. Als ze eenmaal beginnen, dan schreeuwen ze dag en nacht door." „Ik hoop, dat we daarvoor bewaard worden, zeide dominee Carisbroke. „Maar in ernst, Jane, ik ben zeer ontsteld over de slechte berichten, die je me brengt over Louisa. Ik moet eens even nadere bijzon derheden gaan vragen. En de preek had dien dag geen kans meer en ook niet in de dagen, dié volgden; want voor er veel uren voorbij waren gegaan, had de hulpprediker op dracht ontvangen zich klaar te houden om den dominee zoowel in den ochtend als in den avonddienst te vervangen, den volgenden Zondag. De toch al onwelkome baby was dubbel en driedubbel onwel kom, toen bleek, dat ze het leven van baar moeder ernstig in gevaar bracht. Dominee Carisbroke had in zijn jongen tijd het predikambt gekozen, niet, omdat hij meende, dat het zijn roeping was, maar omdat de omstandigheden er toe leidden. De soldatenrok trok hem als jong student meer aan. Maar omdat men nu eenmaal relaties moet hebben om met succes den militaire loopbaan te volgen en de jonge Carisbroke deze niet bezat, althans niet in militairen kring, had hij die gedachte moeten prijsgeven en men had den kansel voor hem gekozen. Diensvolgens was hij in de theologie gaan studeeren, en toen zijn tijd eenmaal daar was, had hij zon der er veel over na te denken, zijn gelofte gedaan en de verklaring afgelegd, dat hij zich „door den Heiligen Geest geroepen voelde". En weer eenigen tijd later was hij door den bisschop in het herderlijk ambt gewijd. Francis Carisbroke was er stellig niet de man naar om zich zijn waardigheid te schande te maken; integendeel, uit een wereldsch oogpunt was hij iemand, die een sieraad mocht heeten van zijn beroep. Geruimen tijd ging hij nog gebukt onder studentenschulden wat in dien tijd geen schande was; maar hij gaf veel les sen, als hulpprediker werd hem vergund in de pastorie verblijf te houden, ver schillende voorrechten vielen hem ten deel, die de meeste hulppredikers hem benijden zouden. Tenslotte bevrijdde een welkom legaat hem van zijn schulden, of schoon en dit mocht hem tot eer strek ken, toen iedere vordering voldaan was, er niets overbleef. Zijn natuurlijke be gaafdheden waren boven het middelma tige en hij zou stellig een figuur zijn ge worden, die van zich deed spreken, wan neer hij niet tevens gemakzuchtig van aard was geweest en te weinig ijverzuch tig om zich op te werken en van de me nigvuldige kansen, die zich voordeden om vooruit te komen, g- bruik te maken. Des ondanks was hij niet onfortuinlijk, het schijnt, dat sommige menschen het geluk in den schoot valt, onverschillig of ze er moeite voor doen of niet. Hoe het ook zij, het duurde niet lang of tot zijn eigen groote verrassing werd hem zonder verderen overgang het rijke Perry wood als standplaats aangeboden. Hoe dat eigenlijk in zijn werk is ge gaan, heeft hij zelf nimmer kunnen ver klaren, Hij had niets gedaan om hem de zen voorsprong te geven op zijn mede broeders, en het meest waarschijnlijke is, dat den landheer, die het vette baantje had te vergeven, weinig gelegen was aan de zaak en dat hij den eersten den bes ten had uitgekozen, die door voorkomen en optreden in zijn smaak gevallen was. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1932 | | pagina 5