No.
Kerknieuws.
Gemengd Nieuws.
Land- en Tuinbouw
nietigd. Van een en ander werd proces
verbaal opgemaakt.
Ritthem. Zaterdag werd hier de tiende
ringrijderij gehouden en volgens het
Zeeuwsch gebruik was het dus een kroon
jaar. De feestvreugde werd niet weinig
verhoogd door de komst van den am
bachtsheer, dhr G. L. M. Lambrechtsen
van Ritthem, wonende te Utrecht, die nu
een goede gelegenheid had om voor het
eerst met de ingezetenen kennis te maken.
Sinds het overlijden van zijn grootvader
in 1930 is hij ambachtsheer. Zijn familie,
een zeer bekend geslacht, uit Vlissingen
afkomstig, bezit het ambacht reeds sinds
1764.
Toen de ambachtsheer na een korte toe
spraak een zilveren beker met inscriptie
als le prijs aan den voorzitter der ring-
rijderscommissie overhandigd had, werd
volgens oud gebruik „gejouwd". Den ge-
heelen dag werd door een 18-tal deelne
mers met animo gereden in de belommer
de Dorpsstraat.
De eerste 10 prijswinners waren: le pr.
D. Polderman met 29 ringen, die den
beker van den ambachtsheer dadelijk in
eigendom mag houden; 2e Jn de Pagter
23 r.; 3e P. de Pagter 23 r.; 4e And. Breel
22 r.; 5e Joh. de Visser 21 r.; 6e J. D.
Koppejan 19 r.; 7e W. Cevaal Cz. 17 r.;
8e Ab. Schout 17 r.; 9e P. de Visser 17 r.;
10e J. J. Schout 16 r. Bij gelijk aantal
ringen werd om den voorrang geloot.
De wisselbeker, verleden jaar door den
burgemeester geschonken, werd voor de
tweede maal gewonnen door D. Polder
man met 6 ringen in 6 ritten.
De meeste volgringen werden gestoken
door D. Polderman na kampen met Andr.
Breel. Hiervoor werd ook een afzonder
lijke prijs gegeven. De pollepel werd afge
reden door P. de Visser.
Den geheelen dag was er een gezellige
drukte op het dorp. Des avonds werkte
hiertoe niet weinig mede het concert, ge
geven door het muziekcorps „Oefening na
den Arbeid".
Biggekerke. Vrijdagmiddag vergaderde
de gemeenteraad. Alle raadsleden waren,
aanwezig. Tot de ingekomen stukken be
hoorden o.a. een mededeeling van den
Commissaris der Koningin van de herbe
noeming van den burgemeester. Namens
den raad werd de burgemeester door wet
houder Goppoolse gefeliciteerd. Door Ged.
Staten was niet goedgekeurd den verkoop
van vroongrond, voor het bouwen van een
landhuisje aan dhr I. v. d. Boogaart, aan
gezien het bouwen van een woning ter
plaatse schade zal doen aan de schoon
heid van het landschap en het staan eener
woning in de nabijheid eener drinkwater
leiding niet wenschelijk werd geacht. In
middels heeft dhr v, d. Boogaart van
den koop afgezien en elders grond ge
kocht..
't Adres van de Kamer van Koophan
del (tegen inkrimping van den postdienst
ten plattenlande werd voor kennisgeving
aangenomen.
Behandeld werd een verzoek van den
Chr. Besturenbond te Middelburg om ver
hooging van het loon in de werkverschaf
fing (minstens f 9 per week met een kin
dertoeslag van 50 ct. per kind voor hoog
stens 3 kinderen). B. en W. meenen dat,
ofschoon veel hun in het verzoek sympa
thiek voorkomt, toch te moeten advisee-
ren dit adres voor kennisneming aan te
nemen, aangezien door de werkloozen in
ieder geval niet minder verdiend is dan
in den landbouw verdiend wordt.
Dhr P. Janse meent dat adressanten
misschien alleen het oog gehad hebben op
hetgeen in werkverschaffing betaald
wordt, maar meent ook, dat het inkomen
niet minder is dan bij anderen.
Medegedeeld werd dat door Ged. Staten
is goedgekeurd het plan tot verbetering
van den weg in de kom van het dorp en
dat uit het wegenfonds een subsidie zal
worden verleend van 75 pet. Besloten
werd in verband met deze beslissing 40
M2 aan te koopen van de vereen, voor
Geref. Schoolonderwijs en van dhr L.
Zachariasse een bakkeet voor f 1450, ter
wijl na geheime zitting nog besloten werd
te trachten van de kerkvoogdij der Ned.
Herv. Gem. een hoekje grond te koopen
eveneens voor f 2 per M2.
Besproken werd het plan uit te voeren
in de wintermaanden en alsdan werk
loozen te werk te stellen. In de volgende
vergadering hopen B. en W. met meer
omlijnde plannen te komen.
Op een verzoek van de schoolbesturen
der beide bijzondere scholen om verande
ring te brengen in de verordening aanwij
zende de tijdvakken waarin verlof voor
veldarbeid wordt verleend, werd gunstig
beschikt. Vastgesteld werd de pensioens
grondslag van den secretaris-ontvanger
op f 1755. Ingekomen was een verzoek
van dhr J. A. Simpelaar om verminde
ring der biljartbelasting (thans f20 plus
70 opcenten). B. en W. stelden voor de
hoofdsom met f 5 te verlagen. Dhr P.
Janse stelde voor de hoofdsom zoo te
stellen, dat het geheele bedrag met opcen
ten op f 20 komt, de hoofdsom zou dus
f 12 worden. Door niemand werd dit voor
stel gesteund en het voorstel van B. en W.
aangenomen.
De vergoeding volgens art. 101 der L.
O.-wet 1920 voor de bijzondere scholen
over 1930 werd gesteld op f 12.10 per
leerling, d.i. voor de school voor Geref.
Schoolonderwijs f 629.20, en voor de
school voor C. V. O. f 562.65.
Door B. en W. werd hierop voorgesteld
over te gaan tot rioleering van een ge
deelte van de Stationsstraat. Van een in
aanbouw zijnd huis is grond beschikbaar,
om de thans bestaande sloot te dempen.
Door werkloozen kan het werk uitgevoerd
worden, terwijl het materiaal zal kosten
volgens opgave van den gemeentebouw-
kundige f200. Na bespreking werd z.h.
st. dit voorstel aangenomen.
Thans was aan de orde het aangehou
den voorstel van dhr J. Poppe tot invoe
ring van Zondagssluiting der
c a f é's In zijn toelichting zeide de heer
Poppe speciaal het oog te hebben op de
café's in de duinen. Zij lokken veel volk,
inzonderheid de jeugd. Veel zonde wordt
bedreven en veel geld vermorst.
Gelukkig zijn de café's op het dorp ge
sloten; het is z.i. nu niet meer dan bil
lijk dat de anderen het ook moeten.
De voorz. antwoordde: het scheelt hoe
men deze zaak beschouwt, als individu
of als overheid. Het voorstel is uitvoe
rig besproken en de meening van de
meerderheid van het Dagel. Bestuur is
deze: dat zij van oordeel zijn dat, zooals
de toestand in de gemeente thans is, er
voor de overheid geen reden is nog ver
der in te grijpen. Reeds in 1919, toen nog
vrijwel niet over deze aangelegenheid
werd gedacht is hier reeds met het oog op
de Zondagsrust in de politieverordening
opgenomen dat de café's op Zondagen
moeten gesloten zijn van 94 uur, de tijd
van de kerkdiensten. De drukte des Zon
dags te Valkenisse is geen gevolg van de
daar aanwezige café's, doch een gevolg
van toerisme, o.a. van samenkomst der
jeugd, die helaas den Zondag niet ge
bruikt, waartoe deze is gegeven. In elke
gemeente is een dergelijke plaats. Hier is
dit in de duinen. Het bezoek aan de café's
is gering. Extra politie is niet noodig.
Volgens verklaring der politie is de leven
digheid bij Valkenisse niet het gevolg van
het café-bezoek. Gezien deze omstandig-
tftden meenden B. en W. dat hier in de
le plaats een roeping is voor de betrok
ken gezinnen en de kerk. Practisch re
sultaat is er dan ook niet te verwachten
want worden de café's des Zondags ge
sloten, de toeristen blijven daarom niet
weg en onze jongelui gaan er toch heen.
Hetzelfde ziet men in Zoutelande, het ca
fé-lokaal is gesloten, doch de aangrenzen
de gebouwen zijn geopend en het blijkt
dat de toeristen van alles zijn voorzien.
Het bezoek is er niet minder om, even
min de drukte. B. en W. meenden daar
om dat onder deze opstandigheden voor
de overheid geen taak is om verder in te
grijpen.
Dhr Poppe antwoordde, dat hij wil toe
geven dat 't bezoek misschien even druk
zal blijven, doch dan hebben we gedaan
wat we konden. Hij gelooft dat we schul
dig staan als we alles maar vrij spel la
ten.
De voorz. antwoordde: Wij verschil
len in hetgeen roeping is der overheid,
wat de heer Poppe toestemde. De heer
Dommisse zegt: Het zijn beruchte café's,
ze moeten beperkt worden. Hij gaat met
dhr Poppe mee. Ook dhr Coppoolse gaat
met dhr Poppe mee; z.i. wordt door de
café's het bezoek erger. Dhr Moens kan
zich met deze gedachte niet vereenigen,
want wie naar de duinen wil, gaat toch.
De heeren J. Lampert en J. Janse gaan
met dhr Poppe mee en meenen dat het
plicht is te doen wat gedaan kan worden.
Dhr P. Janse is als drankbestrijder voor
sluiting. Tevens is het billijk dat waar
de café's op het dorp gesloten zijn, die
in de duinen dat ook moeten. Hierop werd
het voorstel Poppe in stemming gebracht
en met 6 tegen 1 stem aangenomen, te
gen dhr Moens.
Vastgesteld werd de rekening van het
Burg. Armbestuur over 1931. Ontvangen
f 2966.9(514, uitgegeven f2083.27, batig
saldo f 823.68 Tevens werd aangebo
den en nagezien de gemeenterekening
over 1931. Gewone dienst ontvangen
f 19237.73, uitgaven f 18187. Goed slot
f 1050.73. Kapitaaldienst ontv. f 17258.71,
uitgaven f 17105.41. Goed slot f 153.30.
Hierna sluiting.
Karigene. De kolenvereen. „Helpt El
kander" alhier, vergaderde Donderdag in
een buitengewone openbare vergadering.
Het eenige punt van behandeling was.
het kolenlossen.
De heeren P. Flipse, J. Dingemanse en
J. Verhulst 'vragen, hoe het komt, dat de
heer Broekhoven als laagste inschrijver
voor de lossing van kolen, dit werk toch
niet gegund kreeg.
Het antwoord van den voorzitter was,
dat het inschrijvingsbiljet van den heer
Broekhoven ongeldig was, omdat het on—
geteekend was.
De heer J. Dingemanse wil dit persoon
lijk onderzoeken door zich te overtuigen
van dit gezegde. Er stond echter alleen
maar „Hoogachtend" op het biljet, en
geen onderteekening.
De heer Dingemanse zegt overtuigd te
zijn, dat het biljet een ander was en niet
het oorspronkelijke.
Op deze woorden zegt dhr Heijboer
dat de heer Broekhoven zelf het biljet
had bezorgd. Als het ongeteekend is,
wordt het terzijde gelegd en als ongeldig
beschouwd.
De voorz. sluit de vergadering waarop
de leden roepen: „Zoo gemeen ben je"
en ,,'t Is een knoeizoo" enz. (M. Gt.)
Algem. Synode der Ned. Herv.
Kerk. In de zitting van Zaterdag werd
een bespreking gevoerd over de g e e s t e-
lijke verzorging van de binnen
schippers en hun kinderen. Daarbij
dienden de heeren te Winkel en Haitje-
ma Vrijdag het navolgende voorstel in:
„De Algemeene Synode, gehoord de be
sprekingen over het verzoek van Dr M.
J. A. de Vrijer betreffende den geeste
lijken en kerkelijken nood der Ned. Herv.
binnenschippers, overtuigd van de nood
zakelijkheid, dat ook onze kerk in deze
aangelegenheid mede leiding geve; be
sluit aan het moderamen op de dragen
zoo mogelijk nog in den loop van Octo
ber a.s., onder zijn leiding een vergade
ring te beleggen van afgevaardigden van
de kerkeraden der Ned. Herv. gemeenten
te Amsterdam, Rotterdam en Groningen
(voor iederen kerkeraad twee) en buiten
dien tot die vergadering uit te noodigen
Dr Mr J. A. de Vrijer, Mr J. Schokking, lid
van den Raad van State en den heer
G. de Jong, directeur van het onderwijs
fonds voor de binnenscheepvaart; spreekt
den wensch uit, dat op deze conferentie
maatregelen en wegen mogen worden ge
vonden, om tot voorziening in den gees
telijken en kerkelijken nood der Ned.
Herv. binnenschippers te geraken; ver
klaart deze conferentie bevoegd, nog an
dere kerkeraadsafgevaardigden of perso
nen uit te noodigen, aan de besprekingen
deel te nemen; en wacht nader uitge
werkte voorstellen af, strekkende tot aan
legging van een volledig kerkelijk regis
ter aller Hervormde binnenschippers en
hunner gezinnen, tot aanbeveling van be
paalde wijzigingen in onze kerkelijke
reglementen, en tot organisatie van een
bijzondere vereeniging tot voorziening
zoowel in de geestelijke en kerkelijke ver
zorging der schippersgezinnen, alsook in
de opvoeding der schipperskinderen, die
voor het hun te geven onderwijs aan den
wal verblijven moeten."
Het voorstel wordt na eenige hernieuw
de bespreking aangenomen met 17 tegen
2 stemmen.
Het verzoek van een predikant met
betrekking tot verleening van emeritaats-
bevoegdheid moet worden afgewezen.
Dhr Mulder behandelde een voorstel van
het Classicaal Bestuur van Leeuwarden,
om art. 2 Regl. Pastoriegoederen
aldus te doen luiden: „Het beheer der
pastoriegoederen wordt gevoerd door den
predikant, die er het vruchtgebruik van
geniet en voor zoolang hij dit geniet, ten
zij het krachtens voldoenden rechtstitel
is opgedragen aan derden. De beheerder
is verplicht een register bij te houden van
inkomsten en uitgaven de pastoriegoe
deren betreffende en deze boekhouding na
elk kalenderjaar af te sluiten." Verder
stelt het Classicaal Bestuur voor, art. 3
aldus te lezen: „Het toezicht op het be
heer der pastoriegoederen door den pre
dikant-vruchtgebruiker wordt uitgeoefend
door de kerkvoogden der gemeente, over
eenkomstig het Plaatselijk Reglement op
het Beheer der kerkelijke goederen en
fondsen, of door hen aan wie dit anders
door de gemeente op wettige wijze mocht
zijn opgedragen."
Een minderheid in de commissie van
rapport concludeerde tot aanneming van
het voorstel. De meerderheid wilde het
noodige verscherpte toezicht zien opge
dragen niet aan kerkvoogden, maar aan
de kerkelijke besturen, bepaaldelijk in de
eerste plaats aan het Classicaal Bestuur.
In dien zin wilden zij het voorstel zien
gewijzigd. De conclusie der meerderheid
werd overeenkomstig de adviezen van
Prof. Haitjema en van den president,
aanvaard.
V an rijdende tram gespron
gen. Zaterdagavond begaf de 37-jarige
heer v. d. V., bedrijfschef bij de firma
Bahlmann en Go. te Nijmegen, zich per
tram naar zijn woonplaats te Beek. Bij
de halte Pietersberg sprong hij uit de
rijdende tram, met het gevolg, dat hij
kwam te vallen en door den volgwagen
werd gegrepen. De ongelukkige werd on
geveer dertig meter meegesleurd en bleef
daarna zwaar gewond liggen. Beide bee-
nen waren onder de knie verbrijzeld.
Met opoe op reis. De politie
vond op den Brusselschen Weg te Maas
tricht een vierjarig jongetje, dat vertel
de door vader met chocolaatjes te zijn
achtergelaten. Men toog op onderzoek,
echter te vergeefs en de kleine schikte
zich behagelijk ten politiebureele, waar
hem liefdevol onderdak werd verleend.
Vrijdagavond laat kwam licht in dit
zonderlinge voorval.
Grootmoeder M. K. uit Luik was in
Hevelte (D.) familie wezen bezoeken en
had haar kleinkind meegenomen. Te
Maastricht hadden beiden een bezoek ge
bracht aan de St. Servaeskerk, en daar
was zij 't ventje kwijt geraakt. Goede
raad was duur. In grooten angst reisde
grootmoeder daarop door naar Luik. Van
daar is zij Vrijdag naar Maastricht te
ruggekomen en begon toen bij de kerk
weer nasporingen te doen.
Hier deelde haar de koster mede, dat
zich op het politiebureau een kereltje be
vond, en inderdaad had daar een harte
lijk weerzien plaats.
't Knaapje had 24 uren ten bureele ver
toefd en bleek er zeer op z'n gemak, zóó
zelfs, dat grootmoedertje moest soebatten
om hem weer mee te krijgen.
Meisje gedood. Bij den mole
naar A. Doms, te Nieuw-Vosmeer, heeft
een treurig ongeval plaats gehad. Een
meisje van omstreeks drie jaar was met
de andere kinderen onder den molen op
zakken met graan aan het spelen. Op een
gegeven moment ging de stapel aan het
schuiven, waardoor de kleine onder de
zakken geraakte. Voor dat de ouders hulp
konden bieden, bleek het kind reeds zoo
ver weg te zijn, dat de inmiddels geroe
pen geneesheer geen hulp meer kon ver-
leenen, daar de dood reeds was ingetre
den.
Kind te water. Te Maastricht
raakte een 4-jarig kind, nabij de Kessel-
kade in het Kanaal. Zekere A. N. sprong
onmiddellijk te water, doch werd bij het
duiken ernstig aan het hoofd gewond. Hij
slaagde er echter in den kleinen drenke
ling te grijpen. Toen hem de krachten
dreigden te begeven, schoten twee voor
bijgangers op hun beurt te hulp, waarna
het geheele stel gelukkig op het droge
werd gebracht. Zoowel de kleine als de
moedige redder waren er erg aan toe,
zoodat medische behandeling noodig was.
De onbekende achter de
kast. Toen Vrijdagavond de beide in
een perceel aan de Nieuwe Parklaan te
Scheveningen inwonende dienstboden om
streeks kwart over tien thuiskwamen, en
zich in haar slaapkamer welke op de
eerste étage gelegen is, hadden begeven,
ontdekten zij plotseling tot haar niet ge
ringen schrik op haar kamer achter een
kastje verscholen, een haar onbekenden
man. Zij snelden het vertrek uit, sloten
de kamerdeur af en waarschuwden de
politie. De bewoners waren met vacan
tia buiten de stad. Buiten gekomen, kon
den de beide vrouwen den man nog juist
uit het slaapkamerraam zien springen en
de vlucht nemen.
De ijlings per politieauto toegesnelde
ambtenaren zetten de omgeving af en
stelden een onderzoek in. Zij troffen geze
ten op een muurtje voor een perceel aan
den Wagenaarweg, een man aan. Uit het
tegelijkertijd in de woning ingesteld on
derzoek bleek, dat op de dienstboden-
kamer een linnenkast was doorzocht en
dat o.a. uit een portemonnaie een bedrag
van pl.m. f 3.90 werd vermist. Bij fouil
leering werd het ontvreemde bedrag op
den aangehouden man bevonden. Ook
bleek hij, vermoedelijk door den sprong
uit het raam, aan een been te zijn gewond.
Hij werd medegenomen naar het hoofd
bureau alwaar hij bleek te zijn de 24-
jarige, te Voorburg woonachtige brood
bakker W. De politie meent in hem den
dader van nog verschillende andere in
braken van den laatsten tijd te hebben
gevonden.
Een teeken des tijds. Enkele
weken geleden hebben B. en W. van Den
Helder een oproeping geplaatst voor de te
vervullen betrekking van klerk ter secre
tarie op een jaarwedde van f 1600 tot
f 2000. Thans hebben zich aangemeld 172
sollicitanten, waaronder 112 met diploma
gemeente-administratie, 62 met een akte
M.O. en ongeveer 12 meesters in de rech
ten.
Dijkverschuiving in
den IJ-p older. Ten oosten van de in
aanbouw zijnde Fordfabriek, niet ver van
de Hembrug, is men nog druk bezig met
het opspuiten van het uitgestrekte indu
strieterrein. Het werk daar ondervindt
zoo meldt de Telegr., op het oogenhlik
bijzondere stagnatie, ten gevolge van een
dijkverschuiving, welke nog al flinke af
metingen aangenomen heeft en aanvan
kelijk groot gevaar opleverde voor den
dijk aan het einde van de breede Ford-
haven. Ware deze dijk bezweken, dan zou
ongetwijfeld een flink gedeelte van den
Grooten IJpolder overstroomd zijn.
Een dijk, van eenige meters breedte, die
het op te spuiten terrein scheidt van de
bouwakkers in den IJpolder, heeft zich j.l.
Donderdagavond over een lengte van zes
tig tot honderd meter totaal begeven.
Opeens schoof de dijk ten minste dertig
meter de akkers in. Verscheiden buizen
van het opspuitingswerk, ijzeren pijplei
ding, met een middellijn van 50 tot 60
c.M. braken deels als rietjes af of sloegen
geheel krom. De op de plek werkende ar
beiders zochten in allerijl een goed heen
komen. Het afgeschoven dijkgedeelte heeft
een vrij groot deel van het achter gele
gen bouwland, waar o.a. karwij- en mos
terdzaad te velde stond., geheel verwoest.
Dadelijk werd al ontdekt, dat er door
de afschuiving werking ontstaan was in
den achtersten dijk van de Fordhaven.
Gelukkig is deze dijk niet bezweken, er
werden intijds allerlei maatregelen
genomen om zulks te voorkomen.
'Door een aap gebeten.
Op de kermis te Gouda is een achtjarig
meisje door een gedresseerden aap in
een arm gebeten. Het kind werd bloe
dend verwond; het is in de wijkverpleging
verbonden.
De „D e m p o" t e r u g. De
„Dempo" is Zaterdagmorgen te Rotter
dam aangekomen met een vertraging van
vier dagen ten gevolge van den brand,
die 6 Juli, juist voor het vertrek van
Tandjong Priok, werd ontdekt. Het schip
is met zes dagen vertraging van Tand
jong Priok vertrokken, maar reeds bij. Co
lombo was één dag ingeloopen en op het
traject tot Suez kon nog een dag gewon
nen worden.
De kapitein heeft aan de pers een en
ander verteld over den brand aan boord
van zijn schip.
De brand heeft, zooals men weet, hoofd
zakelijk gewoed in het passagiersgoed.
Dat zag er dan ook allererbarmelijkst uit.
Er kwamen piano's uit, waar geen klank
meer in zat; stoelen en tafeltjes het
leek wel een landverhuizersboeltjel Vele
repatrieerenden nemen n.l. hun heele
hebben en houden mee, omdat zij er in
Indië op de verkooping toch niets voor
krijgen.
Ruim IV zag er weer goed geschilderd
uit; alleen een doordringende scherpe
geur verraadde nog, dat er brand was ge
weest.
'„Grossier in aardappe-
1 e n". De Rotterdamsche centrale recher
che heeft in een logement een 41-jarige
inwoner van Moerkerke gearresteerd,
die zich aan een groot aantal oplichtingen
heeft schuldig gemaakt en door de po
litie uit verschillende plaatsen werd ge
zocht. Zoo wist hij, vertelt do „Tel.", onder
allerlei voorwendsels in Christelijke krin
gen zijn slag te slaan. Doorgaans
begon hij met zijn slachtoffers over ker
kelijke aangelegenheden !te praten ten
einde het vertrouwen te winnen. Was het
eenmaal zoo ver, dan deelde hij mede, dat
hij grossier in aardappelen was en voor
weinig geld een partij aardappelen te
koop had. Ging men op zijn aanbod in,
dan vroeg verdachte een voorschot, dat
hem meestal werd verstrekt. Op deze
wijze wist hij een groot aantal personen
soms voor vrij belangrijke bedragen op te
lichten. Doordat hij voortdurend onder
een anderen naam werkte, wist hij langen
tijd aan de politie te ontkomen.
De veroordeelde heeft reeds verschei
dene vonnissen achter den rug en is her
haalde malen in het Alg. Politieblad ge
signaleerd voor oplichting.
DE DEUR DICHT?
Enkele jaren geleden, schrijft „De
Tuinderij", officieel orgaan van de vei
lingen in Nederland, hebben wij in ons
„De Tuinderij" onomwonden uitgespro
ken over het misbruik, dat onze Duitsche
collega's maakten van onze gastvrijheid.
Het liep in tal van onze landbouwstre
ken storm van Duitsche tuinbouwers, die
probeerden onze kweekerijen binnen te
dringen, gewapend met duimstok en foto
toestel, om zich tot in de finesses op de
hoogte te stellen van onze culturen. Ande
ren zwermden in en om onze veilingsge
bouwen, om straks, thuisgekomen, ons
verkoopsysteem te copieeren.
Nu is daartegen niet veel te doen. Een
fabriek kan haar fabrieksgeheimen mis
schien bewaren, maar onze bedrijven kun
nen wij niet zoo afsluiten, dat geen on-
gewenschte neuzen de kans krijgen wat
van de kunst af te kijken.
Met onze veilingen staat het nog anders.
Wij kunnen geen politiecordon om onze
veilingen plaatsen om iedere buitenlander
er uit te houden. Er zijn ook tal van vrien
den onder, voor wie wij gaarne een gulle
handdruk en een vriendelijk woord over
hebben.
Wat ons destijds tot het advies „De deur
dicht" noopte, was ook niet gericht tegen
hen, maar zeer speciaal tegen die Duitsche
tuinbouwers, die ons hier met een vrien
delijk gelaat trachtten te naderen en bij al
die vriendelijkheid geen ander doel had
den dan zich zooveel mogelijk van ons be
drijf op de hoogte te stellen om dan straks
thuis gekomen, zelfs hetgeen men had ge
zien te gebruiken om de Duitsche regee
ring tot het nemen van de meest draconi
sche maatregelen tegen den invoer van ons
product aan te zetten.
Niet zelden kwam het voor, dat daarbij
de meest grove leugens werden gedebi
teerd, om maar meer kracht aan het be
toog bij te zetten.
Dit moest kwaad bloed zetten en het
heeft dan ook destijds tot gevolg gehad,
dat de Duitsche kweekers in den regel de
deur voor hun neus dicht kregen.
De lust om naar Holland te trekken is
destijds wel sterk bekoeld. Niet bekoeld is
echter de hetze tegen den import van Ne-
derlandsche tuinbouwproducten, waarvan
wij nog dagelijks de nadeelige gevolgen
ondervinden.
Daarbij is het niet gebleven. Sindsdien
hebben zoowat in alle landen, waarheen
wij exporteeren, de kweekers het in hun
hoofd gekregen om bij hun regeering aan
te dringen op bescherming. Wij herinne
ren slechts aan het Engelsche tarief en
aan het Fransche invoerverbod.
Overal zet men ons den voet dwars, g
zonder dat daartegen in dezen tijd van
politieke verdwazing veel te doen is. Wij
zullen moeten probeeren te doorstaan wat
ons onafwendbaar overkomt.
Waarom wij aan deze, ons indertijd
door de omstandigheden opgedrongen
laten wij het maar noemen, zooals het
eigenlijk is tegen onze gastvrijheid in-
druischende houding nog eens herinne
ren?
Niet om nu opnieuw aan te sporen tot
dichtslaan van de deur voor iederen
vreemdeling, die ons te nh, komt. Integen
deel om daartegen te waarschuwen. Niet
iedere buitenlander uit de landen, waarin
wij moeilijkheden ondervinden mogen wij
als een vijand behandelen.
Wij moeten daartegen waarschuwen.
Wij doen dit meer in het bijzonder naar
aanleiding van een ingezonden stuk in
„De Zeeuw", waarin de schrijver met een
beroep op ons artikel „De deur dicht" te
velde trekt tegen iedere excursie van de
vreemde kweekers, die belangstelling voor
onze culturen hebben.
Er zijn nog tal van buitenlandsche kwee
kers op wier vriendschap wij prijs stellen.
Wij hopen nog, en naar wij meenen niet
zonder grond, op een betere verstandhou
ding met onze collega's in het buitenland
en daarom moeten en mogen wij het con
tact met alles wat buitenlander heet niet
in de ban doen.
Terecht zijn daartegen in „De Zeeuw"
de heeren Kakebeeke en Van de Plassche
opgekomen. Wij gelooven aan andere tij
den. De strijd om een plaats op de wereld
markt zal wel blijven, maar dat die strijd
met steeds hoogere tarieven ook in de toe
komst zal worden gevoerd, gelooven wij
niet.
Wij moeten met de mogelijkheid reke
ning houden, dat wij met onze concur
renten in het buitenland weer op een be
tere voet komen.
Daarom voegen wij aan ons advies „de
deur dicht" den raad toe: welkom goed
willende vreemdeling.
108)