No. 252
Donderdag 28 Juli 1932
46e Jaargang
II6.
Dagblad voor de Provincie Zeeland
GIJ DWAAS
W VAN MELLE'S KOEK, GEZOND EN LEKKER!
feuilleton
Buitenland.
Belangrijkste Nieuws.
i
Directeur-Hoofdredacteur:
R. ZUIDEMA.
-
Bureau: Lange Vorststraat 70, Goes.
Tel.; Redactie en Administratie No. 11.
Postrekening No. 44455.
Bijkantoor te Middelburg.
Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. No. 259.
'DeZeeuw
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden, franco per post, 13.—
Losse nummers 10.05
Prijs der Advertentien:
1—I regels 11.20, elke regel meer 30 ct«
BI] abonnement belangrijke korting.
Cijfers en feiten.
Bij de hetze die thans in verband met
de publicatie van het rapport-Wel ter al
bij voorbaat van Soc.-Dem. zijde ontke
tend wordt, heet het onophoudelijk, dat
wel op de onderwijsuitgaven sterk bezui
nigd wordt, maar niet op de uitgaven
voor leger en vloot.
Nu is het aantal „vergissingen" in
rooden kring geweldig groot.
De heer van Stapele „vergistte" zich en
niét zoo zuinig toen hij het had over de
opbrengst van de inkomstenbelasting en
de heer Noordhoff maakte een nog
grootere blunder toen hij een berekening
gaf van het aantal inkomens boven de
f 100.000.
Welnu!, wat van die zijde over de be
zuiniging op defensie en onderwijs geba
zeld wordt, berust al mede op een „ver
gissing".
De „Vrijheid"i meldt daaromtrent:
„Op het departement van onderwijs
wordt volgens de voorstellen der commis-
sie-Welter, die stellig niet van a tot z
gevolgd zullen worden, 15.4 millioen be
zuinigd. Dat is percentsgewijze een groo-
ter bezuiniging dan die bij Defensie,
welks eindcijfer in 1932 op ruim 98 mil
lioen geraamd werd tegenover ruim 165
millioen voor onderwijs, kunsten en we
tenschappen. Als wij echter naar het ver
leden kijken, staat de zaak heel anders.
Het Statistische Zakboek over 1930 leert
ons, dat in 1910 voor onderwijs, kunsten
en wetenschappen, dat toen nog niet een
eigen departement vormde, 30.1 millioen
werd uitgegeven, in 1920 126.2 millioen,
in 1928 150.3 millioen. Voor dezelfde ja
ren bedroegen de cijfers voor de militaire
uitgaven van het departement van ma
rine resp. 15.9 millioen, 41.1 millioen en
34.3 millioen, voor het departement van
oorlog, dat toen nog niet met marine ver-
eenigd was, 28.4 millioen, 87.2 millioen,
en 58.3 millioen. De vergelijking der cij
fers leert ons, dat sinds 1920 op de uit
gaven van defensie aanzienlijk is be
zuinigd, terwijl die voor onderwijs nog
met tientallen millioenen zijü gestegen.
Het bezuinigingsrapport herinnert dan
ook terecht aan het feit, dat minister
Deckers in zijn jongste memorie van ant
woord op de begrooting voor 1922 (totaal
f 129.771.667) tegenover de ontwerp-be-
grooting voor 1932 (f 99.135.809) heeft
gesteld. De militaire uitgaven van Defen
sie bleken in die tien jaren met 22.3 pet.
te zijn verminderd; de niet-militaire met
39.5 pet. Als men de pensioenen enz., die
sinds 1922 met 10 millioen zijn ver
hoogd, uitschakelt, zijn de militaire
uitgaven van 1922 tot 1932 zelfs met 37 3A
millioen gulden, d.i. 35 pet. gedaald.
Als alle gewone uitgaven
met eenzelfde percentage
waren verminderd, zou de
commissi e-W elter nie-t eens
in het leven zijn geroepen.
Eb ook nu durft deze commissie het
mes er in te zetten. Het aantal onderzee
booten hier te lande wil zij van 13 tot 7
terugbrengen; het contingent der land
macht vermindert zij met ruim 2150 man.
En zoo is er meer."
Vrij naar het Engelsch.
van JOHN JOY BELL.
98.) _o—
„Elsie, heb geduld met me. Ik ben ruw
en onhandig. Ik kan de dingen niet mooi
zeggen. Maar o, lieve Elsie, als je je aan
mij toevertrouwen wilt
„Ik kan niet".
„Nu nog niet, misschien, maar later,
Elsie. Wel, ik zou maken, dat je geen be
rouw kon hebben. Je meent, dat ik een
hard man ben. Misschien is het ook zoo
maar niet, waar jij bij betrokken bent.
Ik kan niet helpen, dat ik hard in zaken
ben. Hoe zou ik anders in de wereld zijn
vooruitgekomen. Ik schaam me niet over
mijn succes, Elsie. Ik ben er trotsch op
maar in jou tegenwoordigheid wordt die
trots minder want geen man zou zich
zoo kunnen voelen in jou tegenwoordig
heid, behalve als jij zei, dat je trotsch op
hem was. Maar Elsie" zijn stem trilde
als jij met me trouwde, zou ik mijn
heele verdere leven trachten iets te vol
brengen, waardoor ik je waardig zou zijn.
En ik geloof, dat ik zou slagen. Ik heb je
zoo lief".
Dat zijn toch sprekende cijfers, zou men
zeggen.
Toch gaat men in strijd met de feiten,
i rustig door met de goe-gemeente wijs te
maken, dat de defensie-uitgaven veilig
gesteld worden en dat de commissie mili
taristische tendenzen aan den dag legt.
De ondergang van de „Niobe;\
Op de plaats, waar de Niobe gezonken
is, zijn gisteravond om zes uur twee vaar
tuigen van het marine-arsenaal te Kiel
aangekomen met duikinstallaties aan
boord.
De duikers zuEen thans nauwkeurig de
ligging van het gezonken schip vaststellen.
Van het resultaat van het duiker-onder
zoek zal het afhangen, of het mogelijk is
de Niobe te lichten. Op het oogenblik is
het op zee slecht weer.
Tot dusver is, behalve een gummiboot,
die waarschijnlijk van de Niobe afkomstig
is, en eenige reddingsboeien niets gevon
den.
Van de Marinehaven Kiel zijn de sleep-
booten Hund en Sperber vertrokken naar
de plaats waar de Niobe is vergaan.
Naar te Kiel verluidt, zou het gelukt
zijn twee dooden uit het schip te bergen.
Een officieele bevestiging van deze me-
dedeeling is nog niet ontvangen.
Naar uit Roedby in Laaland wordt ge
seind heeft men vandaar uit door alle
reddingsstations langs de kust nasporin
gen laten doen naar de geredde overle
venden der Niobe, doch tot nu toe heeft
men nog geen enkel gunstig bericht ont
vangen.
De toestand van eenige matrozen die bij
de ramp gewond werden, is „naar omstan
digheden gunstig.
Het Hamburger Fremdenblatt bevat het
verslag van een onderhoud met een der
geredden van de Niobe, die omtrent de
oorzaak van de ramp het volgende mede
deelde; De eerste officier zag de bui, die
de Niobe noodlottig zou worden, aanko
men. Vrij plotseling commandeerde hij:
„Stuur hard naar stuurboord".
Nauwelijks was dit commando gegeven
of de Niobe begon naar één zijde over te
hellen en was eenige minuten later gezon
ken. De overlevenden hebben zich slechts
kunnen redden doordat zij nog zwemves
ten en reddingsgordels konden grijpen of
zich aan drijvend hout hebben kunnen
vastklampen.
Gewond is slechts de kok, die bij het on
geluk door kokend water ernstige brand
wonden opliep. Niettemin had hij nog de
energie om in het water te springen en
zich zwemmende boven te houden.
Gcrgulcff, de moordenaar van President
Doumer ter dood veroordeeld.
Gisteren is het proces tegen Gorguloff
beëindigd.
Het einde was, zooals verwacht werd,
de doodstraf.
Bij de voortzetting van het getuigenver
hoor getuigde een inspecteur van politie
uitvoerig omtrent Gorguloff s leven en re-
„0, zeg toch niets meer", riep ze wan
hopig. „Ik had u nooit zulke dingen mo
gen laten zeggen, maar
„Wil je er over denken?" vroeg hij,
denkend, dat ze overspannen was, wat
ook werkelijk het geval was. „Wil je er
over denken nu je me niet meer haat?"
„Ik ik weet het niet".
„Wil je er over denken, terwijl je weg
bent en mij mijn antwoord geven als je
terug komt? Ik kan heel geduldig zijn.
Elsie, wil je dat doen?"
Haar kracht was. gebroken. Haar moe
de oogen keken een oogenblik op. Dit was
toch zeker, heel zeker een andere man,
dan de Robert Barker, dien ze altijd ge
kend had verschillend zelfs van den
Robert Barker, die haar drie maal ten
huwelijk had gevraagd.
„Ik weet waarlijk niet, wat ik u moet
antwoorden", zuchtte ze. „Ik kan niets
beloven".
„Dat vraag ik ook niet. Alleen moet je
me beloven, dat je me over zes maanden
een antwoord geven zult".
„En u u zult geen verwachtingen
koesteren?"
„Ik zal alleen hopen".
„Neen, neen, u moet niet hopen".
Barker liet zijn arm langs zijn lijf val
len en kwam een schrede naar haar toe.
„Het beteekent alles voor mij, ik moet
hopen", zei hij, zijn oogen op haar gericht.
putatie in Tsecho-Slowakije, waarbij be
klaagde heftig opkwam tegen de beschul
diging, dat hij als medicus een slechten
naam gehad zou hebben.
Ook na de andere getuigenissen kwam
hij telkens weer met een niet te stuiten
woordenvloed tusschenbeide, waarbij hij
steeds hetzelfde herhaalt over zijn „Idee"
dat vermoord is en dat hij daarom ster
ven wil.
Uiterst pijnlijk was het korte verhoor
van de vrouw van den beklaagde, die bit
ter snikkend nauwelijks op de gestelde
vragen van den verdediger antwoorden
kan.
Na de pauze komt de procureur-gene
raal Donat-Guigue aan het woord voor
zijn requisitoir, waarin hij begint met een
hulde aan de nagedachtenis van Paul
Doumer en met een uitval tegen de vreem
delingen die Parijs tot een terrein voor
hun gevechten maken.
Zonder Gorguloff onder de bolsjewie
ken te rangschikken schetst hij den be
klaagde als een in alle opzichten minder
waardig individu, de Raspoetin der ge-
emigreerden! Hij betwist, dat Gorguloff
gek zou zijn. Slechts een fanaticus is hij,
vol haat, afgunst en valschheid.
Af en toe springt Gorguloff op, om den
procureur-generaal te onderbreken. Hij
roept: „De waarheid" en: „U hebt mijn
politiek program niet gelezen!" en zwijgt
pas als de procureur-generaal dreigt hem
te doen verwijderen en de debatten buiten
zijn tegenwoordigheid te doen voortzetten.
Dan bespreekt de openbare aanklager
de verklaringen van de deskundigen. Hij
zelf is er van overtuigd, dat Gorguloff,
geholpen door zijn medische kennis, waan
zin voorwendt. Voor den procureur-gene
raal is het rapport van de drie officieele
deskundigen, waarin Gorguloff volkomen
toerekeningsvatbaar wordt genoemd, de
eenige uitspraak die telt.
Het misdrijf is lang te voren voorbereid.
Gorguloff had zelfs vergif bij zich, want
hij wist heel goed, dat, als hij levend ge
pakt werd, hij kennismaken zou met den
beul.
De procureur-generaal eischt de dood
straf, die volkomen verdiend is en die an
deren afschrikken zal.
Tenslotte verzet de procureur-generaal
zich tegen de toekenning van verzachtende
omstandigheden, die volkomen ongemoti
veerd zou zijn. Hij eindigt met de vermel
ding van de smart van mevr. Doumer.
Nadat vervolgens de verdedigers aan
het woord geweest waren, werden om
kwart voor acht de debatten gesloten en
verlieten de juryleden de zaal.
Om kwart over achten keerde de jury
terug en de voorzitter las de antwoorden
voor, die bij meerderheid van stemmen
bevestigend bleken te zijn zoowel voor den
doodslag als voor den voorbedachten raad
en waarin niet gesproken wordt van ver
zachtende omstandigheden.
Dit beteekent de doodstraf.
De beklaagde lijkt wezenloos. Gevraagd
of hij nog wat op te merken heeft, begint
hij opnieuw zijn verward gebazel.
Als het Hof, na de beraadslaging over
de straf in de raadkamer, volgens de nieu
we bepalingen, tezamen met de jury te
rugkeert en de voorzitter het arrest en de
betreffende wetsartikelen voorleest, mom
pelt Gorguloff nog steeds daar tusschen
door en mompelend wordt hij voor goed
weggevoerd.
De stakingen in België.
Het nationaal mijnwerkerscomité heeft
besloten de bijeenroeping van de gemeng
de nationale mijncommissie te vragen.
De paritaire commissie in de glasin
dustrie heeft besloten de loonen tot 1 No
vember te stabiliseeren.
Labour wint een Lagerhuiszetel.
Gisteren is te Wednesbury in Staffords
hire een tusschentijdsche verkiezing ge
houden voor het Lagerhuis. De Labour-
candidaat Benfield kreeg 21.977 stemmen,
de conservatieve candidaat Captain Da-
vis, 18.198 stemmen. Hierdoor komt de
door de conservatieve partij bezette zetel
in handen van de Labourpartij. Bij de
vorige verkiezing behaalde de conserva
tieve candidaat in dit district 25.009 stem
men en de Labour-candidaat 20.842
stemmen.
Onrust in Britsch-lndië.
Uit Pesjawar meldt Reuter, dat er in
den nacht van 25 op 26 dezer een ge
vecht is geleverd, toen inlanders een in
val deden op het fort Miskini en terugge
slagen werden door de troepen van den
nabob van Dir. De Britsche militaire over
heid is waakzaam.
De werkloosheid In Amerika.
President Hoover zal binnenkort naar
uit New-York gemeld wordt, een confe
rentie bijeenroepen ter bespreking van
plannen tot leniging van de werkloosheid
door invoering van de vijfdaagsche werk
week in de industrie.
Op het oogenblik bestaat er groote be
langstelling voor een plan tot verkorting
van de arbeidsweek, dat is ontworpen
door een aantal zakenlieden van New-
England.
Onder den druk der toenemende werk
loosheid worden verscheidene plannen
uitgewerkt voor een rationeeler verdee
ling van den arbeidstijd, o.a. een „flexible
week", een werkweek, waarvan de duur
afhankelijk is van de hoeveelheid arbeid.
Naar men aanneemt werken thans zes
millioen arbeiders op den grondslag van
drie, vier of vijf dagen arbeid per week,
terwijl de arbeidersorganisaties sterken
druk op de regeering oefenen tot invoe
ring van de kortere arbeidsweek voor de
industrie in haar geheel. Zij beweren, dat
de vijfdaagsche arbeidsweek in staat zou
stellen de elf millioen werkloozen, die
Amerika thans heeft, aan werk te
helpen.
Binnenland.
Vergadering Breede Watering bewesten
Ierseke.
Tentoonstelling schilder- en teekenwerken
van H. M. de Koningin.
Buitenland.
De moordenaar van president Doumer ter
dood veroordeeld.
De ondergang van de „Niobe".
De politieke toestand in Duitschland.
Voor 5000 menschen sprak gisteren in
de Stadthalle van Maagdenburg de voor
zitter van den Pruisischen Landdag, de
nationaal-socialist Kerrl. Volgens hem
viel aan herstel van de afgezette Pruisi
sche regeering Braun-Severing niet meer
te denken. Hij protesteerde er tegen, dat
Braun en Severing namens den Pruisi
schen staat bij het staatsgerechtshof te
Leipzig een aanklacht hadden ingediend
tegen het Duitsche rijk. Alleen hij had als
voorzitter van den Pruisischen Landdag,
het recht te spreken uit naam van den
Pruisischen staat en hij had den Rijks
kanselier schriftelijk verzooht den afge-
zetten ministers een dergelijk optreden te
verbieden.
Over het aftreden van de vorige re
geering Brüning zei Kerrl, dat Brüning
den Rijkspresident Von Hindenburg had
voorgesteld den Rijksdag twee jaar naar
huis te sturen en de nationaal-socialisti-
sche partij te verbieden. De Rijkspresident
had dezen eisch van de hand gewezen en
het gevolg was geweest dat Brüning zelf
moest heen gaan. Honderd meter voor zijn
doel, dat niet het doel van het Duitsche
volk was geweest, had Brüning in het
zand gebeten. Hiervoor waren de natio-
naal-socialisten den Rijkspresident bui
tengewoon dankbaar.
Een steiger Ingestort.
Uit Boekarest wordt gemeld: in het dorp
Komlos waren eergisteren zes jongelui op
een steiger van de Katholieke kerk ge
klommen om van het uitzicht te genie
ten. Plotseling stortte de steiger in en
sleurde de zes jongens mee in de diepte.
De ongelukkigen konden slechts als lijken
geborgen worden.
De werkverschaffingen In Duitschland.
Volgens een officieele mededeeling zul
len van de 135 millioen mark, welke be
schikbaar worden gesteld voor de werk
verschaffing, 60 millioen worden besteed
voor wegenbouw, 50 voor verbetering van
de waterwegen en 25 millioen voor verbe
tering van den bodem.
De minister van landbouw heeft deze
laatste 25 millioen mark onlangs ter be
schikking van de landsregeeringen gesteld
om daaruit fondsen te verschaffen aan
Ingezonden mededeellngen.
„Maar je weet, je belooft niets, dan dat
je me over zes maanden je antwoord zult
geven".
Ze kon niet langer strijden.
„Het zij zoo", zei ze. Het klonk als de
echo van haar stem, maar het ontroerde
den man tot in zijn diepste wezen. Hij kon
nauwelijks zijn opwinding verbergen.
Zich zelf beheersehend nam hij haar
niet weerstrevende hand.
„Dat is dan afgesproken, Elsie. Den dag
na je thuiskomst kom ik om mijn ant
woord".
„Het zij zoo". Ze trok haar hand terug.
„En nu, wilt u me vergeven, als ik u ver
zoek me alleen te laten? Ik, ik moet naar
Lady Mac Donald en ik heb nog veel in
orde te maken voor mijn reis."
„Ik begrijp het. Ik ben bang, dat ik je
vermoeid heb, Elsie".
„Ik ben bang, dat ik erg ruw ben", zei
ze met een zwak glimlachje. „Ik heb u
nog niet bedankt voor de eer, die u mij
aandoet. Daarvoor dank ik u nu".
Ze stond op en drukte op de bel. Dan
stak ze de hand uit.
„Over zes maanden", zei hij, haar hand
grijpend. Vaarwel".
Bij de deur wendde hij zich nog een
maal om en keek naar haar. Ze stond nog
zooals hij haar verlaten had, bewegenloos,
de oogen naar den vloer.
„Over zes maanden", herhaalde hij
zacht en ging weg.
De meid, die hem uitliet, bleef in de
deuropening staan, tot hij het plein was
overgestoken. Toen ging ze het bordes af
en stak den weg over. In de schaduw der
hoornen stond een man te wachten. Ze
spraken eenige minuten fluisterend met
elkaar, waarna de meid zich naar huis
terug haastte. Onder de lamp in de hal
opende ze voorzichtig haar linkerhand.
In haar palm lagen twee goudstukken.
Toen Elsie de slaapkamer binnentrad,
vond ze lady Mac Donald opzitten in bed.
Naast haar stond een dienstblad, waarop
een kippenbout, een slaadje, dunne sneed-
jes brood en wat wijn.
„Ik voel me veel beter, kleine Elsie. Ik
ben in slaap gevallen en werd met hon
ger wakker.
„Ik ben blij, dat u zich beter voelt, tan
tetje". Het meisje ging op een stoel naast
het bed zitten.
„Ik moest u de groeten doen van mijn
heer Barker en u zeggen, dat een kleine
ouderneming, die hij voor u op touw heeft
gezet, waarschijnlijk met een gunstigèn
uitslag bekroond zou worden. Dat is ge
loof ik, woordelijk wat hij zei".
Lady Mac Donald wilde juist een slokje
nemen. Het glas bleef echter halfweg in
den mond steken en toen zette ze het weer
neer; ofschoon het maar voor twee derde
gevuld was, viel er toch wat van 't vocht
op het laken.
„Dank je; het was een klein geheimpje
tusschen ons", zei ze en zweeg, niet in
staat de vraag te stellen, die haar vervul
de.
„Hij vroeg me ook met hem te trouwen.
Ik heb beloofd hem over zes maanden
antwoord te geven, als ik terug kom uit
Amerika". Ze sprak kalm, beheerscht.
„Elsie?"
„Doe je dat voor mij?" Ze stak de ar
men uit, maar het meisje scheen het niet
te zien.
„Ik heb nog niets gedaan. Ik ben niet
zoo onzelfzuchtig als u denkt".
„Begin je dan van mijnheer Barker te
houden? Is het dat? O, jij lief kind, ik ben
zoo blij! Maar ik heb in den laatsten tijd
nu en dan al gemeend, dat er wat meer
hoop voor den armen man was. Met hem
zul je nooit zorgen kennen. Hij is
„Tantetje", viel het meisje haar met een
vermoeiden glimlach in de rede, „stel uw
gelukwenschen nog wat uit, als 't u blieft.
Ik weet nog heelemaal niet, hoe mijn ant
woord over zes maanden zal luiden. Mis
schien ontmoet ik wel een Amerikaan-
schen millionair. Het zou er niets toe
doen, als het maar een millionair is, niet
waar?"
(Wordt vervolgd.)