DE ZEEUW TWEEDE BLAD. GIJ DWAAS Zomersproeten ver dwijnen in korten tijd geheel door Sprutol. Bij alle Drogisten Uit de Provincie Brieven uit de Residentie. F E" I LLETO N. „Ja". kenen van toenemende malaise in de be drijven, welke geheel of grootendeels op de binnenlandsche markt zijn aangewe zen. De vraag naar v„le artikelen leed on der de in steeds breeder lagen der bevol king afgenomen koopkracht. Een aantal industrieën ondervond in sterke mate den terugslag van de slapte in de bedrijven van afnemers. De onderlinge concurrentie nam toe, terwijl dan nog vaak het hoofd moest worden geboden aan een scherpe buitenlandsche concurrentie, welke de prijzen nog meer drukte. Van een aantal artikelen werd de invoer gecontingen- teerd. De omstandigheid, dat niet alle onder nemingen evenzeer onder de ongunstige tijdsomstandigheden gebukt gingen, ver mag den hoogst onbevredigenden totaal indruk niet te veranderen. Het verslag geeft van ongeveer 150 soorten bedrijven, nadere bijzonderheden. De uitbreiding van de werken der Waterleiding te Middelburg. Zaterdagmiddag hebben de leden van den gemeenteraad van Middelburg met den burgemeester, den directeur der be drijven en enkele genoodigden, een be zoek per autobus gebracht aan de uit gebreide prise d'eau der waterleiding, gelegen bij Oranjezon. Het gezelschap begaf zich eerst naar het filtergebouw. De directeur, de heer Ir Roeters van Lennep, hield hier een inleiding. Op 12 September 1928 verleende de raad een crediet van f 18000 voor een bouwput voor de filterinrichting uit te voeren in werkverschaffing en 12 Juni 1929 een van f160.000 voor de ove rige werkzaamheden, welk bedrag op 5 Maart 1930 is verhoogd met f 10.000 en nu Woensdag j.l. met f 11.420, waarmede een en ander is overschreden. Spr. wees er vervolgens op, dat goed drinkwater moet zijn helder, kleur- en reukloos, het moet een goeden smaak en aangename temperatuur bezitten en mag geen giftige stoffen of ziektekiemen be vatten. Het wingebied is het duinterrein van 220 H.A., met een open kanaal, z.g. drai- neerkanaal, van ongeveer 3700 M. lengte en hieruit wordt het water door een ruw- waterpomp opgepompt. Nu was geconstateerd, dat de filters en de reinwaterkelder (van 1892) lek waren, en het bovenwater door scheuren in den kelder binnen kon dringen zonder ge filtreerd te zijn; het beschikbare filter oppervlak te klein was; de filtersnelheid te veel varieerde door het ontbreken van een regulateur en het bedienen op pri mitieve wijze met de hand met een ge wonen afsluiter, en de waterruimte boven de filters en in de reinwaterkelders te klein was om zich aan de wisselende eischen van het verbruik aan te passen. Afgezien nog van de groote capaciteit, biedt de nieuwe installatie verschillende groote verbeteringen. De ontijzering- geschiedt niet meer door het water over een cokesbed te laten sijpelen, maar door het onder druk uit sproeiers te laten spuiten. Voor de bezinking is separaat, een modern bezinkbassin, aanwezig. De voorfiltratie geschiedt in moderne snelfilters, waarin een zeer groot deel der zwevende stoffen teruggehouden worden, wat den filters belangrijk ont last. Daarbij is een groote waterbergruimte van ongeveer 1500 kub. M. aanwezig. De regeling der filtersnelheid geschiedt auto matisch en is verstelbaar met behulp van regulateurs. De reinwaterkelder heeft 881 kub. M. inhoud. De nieuwe filteraanleg is geprojecteerd als aanpassend aan de toekomstige be hoefte van Middelburg alleen, doch met de mogelijkheid, om later te dienen voor een centrale voorziening. Wat het huidige waterverbruik van Middelburg betreft, merkt spr. op, dat dit zeer hoog is, waaraan de omstandigheid, dat hier geen metertarief is, niet vreemd is. Delft verbruikt per aansluiting 79, Middelburg 155 kub. M. Bij de ingestelde huiscontrole blijkt dan ook, dat een groot deel water verloren gaat door doorloopen- de closets, ondichte kranen enz, Dezen zomer zal door nachtcontrole het buizen net nader op lekkage onderzocht worden en zal getracht worden het abnormaal hooge nachtverbruik te reduceeren. Het treffen van strengere maatregelen tegen verbruikers, wier closets e.d. doorloopen, is volgens spr. dringend gewenscht. Spr. memoreert, dat ter nagedachtenis aan wijlen zijn voorganger, die zoo'n groot deel in de werkzaamheden heeft gehad, een gedenksteen is ingemetseld in het voorfiltergebouw. Het opschrift van dezen steen luidt: „Ter Herinnering aan dipl. Ing. Jacobus Boelen, Hoofddirecteur der bedrijven van 1 Augustus 1919 tot 1 April 1931, onder wiens leiding de uitbreidingswerken zijn tot stand gekomen". Na de uiteenzetting begaf het gezel schap zich naar de machinekamer, om zich o.a. te overtuigen, dat alles hier keu rig in orde was, om dan een bezoek te brengen aan ontijzeringsinrichting en zij, die er niet tegenop zagen om een buiten trapje op te klimmen, konden een kijkje nemen bij de sproeinrichting, waar het water met verbazende snelheid uit de sproeiers vliegt en door de lucht wordt gereinigd. Het ging nu naar de filters, waarvan wij alleen willen navertellen, dat de be wijzen ook voor een leek duidelijk zicht baar zijn, dat nog heel wat vuile be- standdeelen worden verwijderd. Tijdens de pauze heeft de heer Heems kerk, als oudste lid van den raad, namens allen dank gebracht aan B. en W. voor de uitnoodiging en de ontvangst. Spr. noemde het een zeer leerzamen middag en bracht ook dank aan den heer Roeters van Lennep voor zijn duidelijke en zeer gewaardeerde uiteenzetting. Men ging nu een kijkje nemen in het regulateursgebouw en de kelderruimte. Hiermede was het eigenlijke werk der waterwinning in haar geheel gadege slagen en ging het gezelschap naar den weg, die links van den weg naar de gebouwen, dwars door het vroon naar de duinen en zoo naar zee voert en waar in zich een flinke betonnen brug bevindt, die gelegd is over het draineerkanaal. Het ligt in de bedoeling dezen weg bin nen afzienbaren tijd voor het publiek open te stellen, maar onder strenge be palingen, dat er noch links noch rechts er van mag worden afgeweken en de weg, die door een mooie omgeving voert, alleen gebruikt wordt om strand en zee te bereiken. Van den weg ging het langs het kanaal en dus ook langs een deel der beplan ting, die hier over een zeer groote uit gestrektheid is of wordt aangelegd en die aan dit deel van Walcherens duinen, dat vroeger grootendeels een witte woestijn massa leek, zulk een geheel ander as pect heeft gegeven. Ook is een kweektuin aangelegd op een wijze, die alle lof verdient. Toen allen zich ter afscheid weer in het filtergebouw vereenigden, nam de heer Vertregt het woord om dank te bren gen voor de hoog op prijs gestelde uit noodiging om den tocht mede te maken naar de werken, waaraan ook hij een bescheiden aandeel heeft mogen hebben. Het was later dan verwacht was, toen het gezelschap weer in de bus plaats nam en voldaan over het leerzaam en interessant uitstapje was men te kwart over zes te Middelburg terug. Sportwedstrijden. Rilland III e r s e k e II 34. Voor de competitie werd Zaterdag deze wed strijd te Rilland gespeeld. Met de rust leidde Rilland II nog met 32, maar werd later met 43 overvleugeld. Krabbendijk eK ruiningen II 32. Zaterdag speelde Krabbendijke thuis eveneens voor de competitie tegen Krui- ningen II en won maar ter nauwemood met 32 van het jeugdige Kruiningen II. De ruststand was 20 voor Krabbendijke. Nederlaag-wedstrijden Ril land. RillandOud-Vossemeer 21. Deze wedstrijd tegen de sterke 1ste klas- ser Brabantsche Voetbalbond had een zeer spannend verloop. De ruststand was 10. voor Oud-Vossemeer. Ook ditmaal had den de spelers van Rilland hun krachten gespaard tot na de rust, daar de achter stand bij het einde in een 21 zege was omgezet. H. V. V.Wem el din ge 2-1. De match H. V. V.Wemeldinge, Zaterdag j.l. voor de competitie te Hansweert ge speeld, won H. V. V. met 21. Ruststand was 10 ten voordeele van H. V. V. K a p e 11 e IW aarde I 53. Zater dagavond speelde de voetbalvereeniging Kapelle I een competitiewedstrijd tegen Waarde I. Uitslag 53 in het voordeel van Kapelle I. W i t-Z w a r tZ e e 1 a n d i a III 60. Zaterdag speelde Wit-Zwart te Ierseke *op haar terrein tegen Zeelandia III uit Hansweert. Uitslag 60 in het voordeel van Wit-Zwart. Te sterke bezuiniging. In het Staatsblad is opgenomen een Kon. be sluit tot vernietiging van het besluit van den Raad der gemeente IJzendijke, waar bij de jaarwedde van den gemeente-op zichter ad f 150 ingetrokken werd en de jaarwedde van den gemeentegeneesheer verminderd met 500 gulden en gebracht van 1000 op 500 gulden. De Kroon overwoog hieromtrent, dat de financieels omstandigheden, waarin de gemeente IJzendijke verkeert, niet als bij uitzonde ring ongunstig kunnen worden aange merkt, zoodat de Kroon een verlaging van de jaarwedden van 100 pet, voor den ge meente-opzichter en van 50 pet. voor den gemeentegeneesheer buitensporig acht. Bovendien vormt een verlaging van de jaarwedden, die niet voor alle gemeente ambtenaren geldt, maar zonder dat daar voor voldoende redenen bestaan, slechts op enkele hunner wordt toegepast, een on billijkheid en maakt zij ernstig inbreuk op de rechtszekerheid, waarop de gemeen te-ambtenaren aanspraak moeten kunnen maken. Op deze gronden heeft de Kroon het raadsbesluit vernietigd, als zijnde in strijd met het algemeen belang. Zeeuwsche Bond van ac cordeon- en mond-accorde- on-vereenigingen. Zaterdagmid dag had te Middelburg een vergadering plaats van de in Zeeland gevestigde Ac cordeon- en Mondaccordeon-vereeuigin- gen, met het doel te komen tot oprichting van een Bond van die vereenigingen in Zeeland. Aanwezig waren bestuursleden van de Vereenigingen: „Goesche Orkest- en Too- neelvereeniging „Kunstvrienden"; „Con cordia", Heinkenszand; „Kunstgenot", te Kapelle-Biezelinge; „Crescendo", Middel burg; Chr. Mondh. Vereen. „Souburg" te Souburg; R. K. Vereen. „St Caecilia" te Middelburg en van de Middelburgsohe Mondh. Vereen. „Crescendo". Bericht van verhindering was ingeko men van „Door Oefening Kunst" van Zie- rikzee; „Melodia" van Noordwelle en van „Crescendo" te Vlissingen. Op initiatief van het bestuur van de Mondh. Vereen. „Crescendo" had deze bij eenkomst plaats en haar voorzitter, dbr W. J. Bos, opende de vergadering met woorden van welkom en van blijdschap over de goede opkomst. In het bijzonder riep spr. welkom dhr C. Flipse uit Wissenkerke, voorzitter van den Bond van Harmonie- en Fanfare-ge zelschappen in Zeeland, die belangloos een causerie zou houden over hetgeen door organisatie te bereiken is. Dhr Flipse begon met te zeggen, dat men gemeend heeft niet te kunnen vol doen aan het verzoek de accordeonvereni gingen als onderdeel in zijn bond op te nemen, maar wel wil die bond en ook spr VAN MAANDAG 6 JUNI 1932, Nr 207. De leiders van de Staatkundig Gerefor meerde partij toonen den laatsten tijd in de practische politiek wel neel duidelijk van hoedanigen geest zij zijn. Eerst hebben ze zich verzet, in bond met de liberalen, tegen de Winkelslui tingswet, die voor vele plaatsen, en met name voor de groote steden, o.m. belce- kent een zeer belangrijke schrede op den weg der verplichte Zondagssluiting. In een stad als Den Haag kan men de goede werking daarvan duidelijk zien. Maar de Staatkundig Gereformeerde heeren zou den, wanneer zij hun zin gekregen had den, deze goede dingen afgewezen heb ben. Dat .is treurig. Maar nog veel treuriger is de houding, die zij aangenomen hebben tegenover het wetsontwerp van Minister Donner, dat de strafbaarstelling van de smalende Godslastering bracht. Het gaf hen niet genoeg, zij wilden meer. Goed, daar maken wij thans geen bemerking op. Het zou te bezien staan, wat ze er zelf van terecht zouden bren gen, wanneer ze geroepen werden regee- ringsverantwoordelijkheid te dragen te genover een parlement, samengesteld als het onze. Nu ze thans niet het meerdere konden krijgen, dat zij wenschten, hebben zij ook het mindere afgewezen. En dat blijkbaar uit haat tegen de christelijke politiek en uit haat tegen de anti-revolutionairen, waarvan Minister Donner er één is. Deze houding moet voor ons christen volk gesignaleerd worden als onwaarach tig. De heeren Kersten, Zandt en van Dis, ze hebben met de communisten, de socia listen en de liberalen gestemd tegen een wetsontwerp, dat, naar het woord van Minister Donner zelf, strafbaar stelde: de openbare smalende Godslastering op voor godsdienstige gevoelens krenkende wijze. Zooals dat geschied is door de godde- looze uitlatingen van het orgaan der com munisten in ons land, waartegen onder ons christelijk volksdeel zulk een krachtig protest is gerezen. Tegen de strafbaarstelling van die god- delooze uitingen, die uitbraaksels der hel, zooals Minister Donner ze noemde, heb ben de Staatkundig Gereformeerden zich niet alken verzet, maar ze hebben er ook, in bond met communisten en socialisten, tegen gestemd. Toen de grijze Heemskerk zijn korte, maar zoo krachtige rede ten gunste van dit ontwerp hield, besloot hij haar met deze opmerking: dan moeten degenen, die altijd doen, alsof zij het monopolie van het Christelijk geloof hebben, maar we ten, of zij den moed zullen hebben tegen dit wetsontwerp te stemmen. Welnu, zij hebben den moed gehad, den treurigen moed. Hun haat tegen de anti-revolutionai ren heeft blijkbaar hun oogen verblind. De A.R. professor Visscher had ook het bezwaar, dat Minister Donner hem niet ver genoeg ging. Hij had ook meer gewild, doch verkoos het halve ei boven de ledige dop. Niet icizoo de Staatkundig Gerefor meerden. Zei de heer Kersten niet, dat ,dit halve ei stonk? .dn dat kwam alleen, omdat het kwam van een anti-revolutio- - nair. Natuurlijk moest ook hier weer artikel 36 der Geloofsbelijdenis misbruikt wor den. Als de opsteller dier Belijdenis ooit had kunnen vermoeden, dat één der arti kelen zou worden misbruikt om enkele eeuwen later te dienen als twistappel in Vrij naar het Engelsch. 58.) o- „Neen, gaat u gerust verder." „Hè, wat zijn die aardbeien lekker! Nu dan, lang geleden had men mij eens aan gezocht om op te treden tegen de kunst uitingen van onzen tijd. Een vereeniging voornamelijk uit jonge lieden bestaande, die ernstig het goede zochten, hadden het mij gevraagd. En zij somden allerlei redenen op om hun verzoek te steunen en zij noemden mij vele droeve voorbeelden. Maar toen ik hun vroeg, of er dan geen enkel lichtpunt was, bleven ze mij het antwoord schuldig. Nu moet u goed begrijpen, juffrouw Glen, dat ik, die me nooit met kunst had opgehou den en er mijn vooroordeelen tegen had, stellig niet er vóór zou pleiten, maar toch voelde ik me niet geneigd om hun ver zoek in te willigen. Ik kon niet inzien, dat het mijn hoorders zou helpen, wanneer ik eenvoudig het veto over onze kunstenaars en hun invloed zou uitspreken." De meid kwam de kamer binnen om de tafel af te nemen en Elsie stond op om een kistje sigaren uit het bureau te krij gen. „U rookt zeker wel een sigaar", zeide ze, terwijl ze hem een kistje voor hield. „Tante zei me, dat dit de soort was, die u gaarne mocht". „Mijn nicht is een buitengewone vrouw, juffrouw Glen. Zij is van alle markten thuis. Wel, ik ben niet gewend om den het Nederlandsche parlement, zou hij ver- moedelijk zijn terminilogie gewijzigd heb ben. Maar hoe weinig bij zulk een debat een beroep op dat artikel 36 feitelijk be- teekent, heeft nu de praktijk eens heel duidelijk bewezen. De fractie der Staatkundig Gerefor meerden beriep er zich op, om te spreken en te stemmen tegen het ontwerp van Mi nister Donner. De afgevaardigde der Her vormde Staatspartij beriep zich even krachtig op artikel 36 om het wetsont werp te bestrijden, maar hij stemde er ten 1 slottevoor. Een bewijs, dat een beroep op artikel 36 hier niets zegt. En al het water van de zee wascht niet uit, dat de Staatkundig Gereformeerden hier met communisten en socialisten te hoop liepen, om een Minister te bestrij den, die de smalende Godslastering straf baar wilde stellen. Dat hebben zij afgewezen! Verblind door hun haat tegen de anti revolutionairen. In deze zorgelijke tijden, waarin het ongeloof en de goddeloozen steeds bruter optreden in den strijd tegen God en godsdienst, zijn zij daarvan bond- genooten geweest. Dat stemt droef en doet de vraag rijzen: waar voert zulk een politiek heen? Het is een politiek, die de teekenen der tijden niet verstaat, die verblind is door haat tegenover hen, van wie men zegt, dat men dicht bij hen staat. Zulk een politiek bouwt niet, maar breekt. Minister Donner had van de Staatk. Gereformeerden anders verdiend. Ons heele volk had anders van hen verdiend. Nu hebben ze getoond van hoedanigen geest ze zijn. Het vervult ons met droef heid, maar we kunnen ook moeilijk de bit- i terheid tegen houden over deze coalitie: staatkundig gereformeerden, communis- ten, socialisten en liberalen. Alleen hun gezelschap had hen de oogen reeds moeten openen, dat ze op den ver keerden weg waren. Maar ze schijnen met blindheid geslagen. En dat acht zich dan leiders te zijn! Het is waarlijk te hopen, dat de volgelingen hier hun leeraars zul len overtreffen in inzicht omtrent het op treden, dat de nood der tijden thans van den christen vordert. Want dit optreden van deze leiders was beneden alles. J. H. DE MALAISE IN ONS BEDRIJFS LEVEN. Overzicht eerste kwartaal 1932. De ernstige toeneming van de malaise in ons bedrijfsleven Jplijkt wel duidelijk uit het door het Centraal Bureau voor de Statistiek samengestelde overzicht over hef le kwartaal van 1932, dat wordt opge nomen in de vijfde aflevering van het Maandschrift. Voor de industrie vin den wij daarin uiteengezet, dat de aan blik over het geheel nog bedroeven de r was dan in het toch ook reeds on gunstige jaar 1931. Verschillende omstandigheden werkten hiertoe samen. Vooreerst hadden vele ex- porteerende ondernemingen te kampen met nog maar aldoor groeiende, menig maal zelfs onoverkomelijke moeilijkheden. Zoo b.v. tengevolge van de toenemende belemmeringen welke aan-onzen uitvoer in den weg gelegd worden, de abnormale valuta-toestanden en de allerwegen ver minderde koopkracht. De concurrentie strijd om de nog aan de markt zijnde be perkte orders werd hoe langer hoe feller, waarbij onze industrieelen vaak het na deel ondervonden van het hoogere peil der productiekosten. Naast den zorgwekkenden achteruit gang van onzen export, waren er ook tee- Ingezonden Mededeeling. geheelen dag te rooken, maar waarlijk, zoo'n sigaar is me al te verleidelijk. Weet u, ik heb gisteravond mijn gebruikelijke pijp niet gerookt. Toen ik in den trein zat kwam ik tot de ontdekking, dat ik die ver geten had". „Heeft u dan gisteren gereisd?" „O, sinds Harry ziek is, zit ik haast iederen avond in den trein. Men begint mij er al te kennen. Ik kan mijn werk in Glasgow niet laten liggen, maar u be grijpt, dat ik gaarne zoo dikwijls als mo gelijk is bij mijn zoon wil zijn, ofschoon ik niet veel voor hem doen kan. Gelukkig, nu hij aan de beterende hand is, kan ik wel eens een keertje overslaan. Rookt u ook, juffrouw Glen? Men heeft mij verteld dat iedere artiste dat doet". Zij lachte. „Neen, nu is u toch heusch verkeerd ingelicht. Er zijn bij ons nog wel ernstige vrouwen ook. Om eerlijk te zijn, in het begin heb ik mij er eens toe laten verleiden, maar achteraf vond ik het zoo onvrouwelijk, dat ik me voorge nomen heb, mij er nimmer meer aan te buiten te gaan. Vindt u het erg als vrou wen rooken; 't is toch geen zonde, wel?" „Ik moet eerlijk zeggen, dat ik mij die kwestie nooit ernstig heb ingedacht. Per soonlijk houd ik er niet van, maar als ik misschien in een ander land leefde, waar andere zeden en gewoonten heerschten, dan zou ik er mogelijk niet eens door ge troffen worden. Principieel zie ik trou wens niet in, dat, wat een man zich kan veroorlooven, zondig zou zijn voor een vrouw". i „Wat is u toch altijd ruimdenkend, do minee", riep Elsie uit den grond van haar hart. „Men heeft mij wel een* zwak genoemd" glimlachte hij. „Zoudt u nu maar niet naar de biblio theek gaan?" vroeg het meisje, terwijl ze een blik op de klok sloeg. „Tante had ge zegd, dat ze u daar na de koffie zou wach ten". „Ja, dan mag ik me niet langer ophou den", zei dominee Clement opstaande. „Zie ik u straks nog? Ik wilde naar Har ry gaan, als ik mijn nicht gesproken heb". „Ik ga nu uit", zeide Elsie, haar stoel achteruit schuivend. „Wilt u aan uw zoon zeggen, als 't u blieft, dat het mij spijt te hooren dat hij ziek is en hem beter schap wenschen?" „Dank u. Harry zalHij hield op. „Ik hoop, dat we elkaar nog dikwijls zul len ontmoeten, juffrouw Glen. Ik dank u voor uw vriendelijke ontvangst. Mag ik u ook alles goeds toewenschen in alles wat u zult doen?" Hij hield de deur voor haar open. Het was, alsof ze nog iets wilde zeggen, maar ze hield haar woorden in en stak hem haar beide handen toe. „Ik geloof, dat we vrienden zijn", zei dominee Clement warm. „Vaarwel". „Ha, John", zei Lady Mac Donald, toen hij binnentrad. „Ik ben blij je te zien. Vraag me nu als je blieft niet, hoe ik het maak. Hoe heeft Elsie voor je gezorgd? Maar dat behoef ik eigenlijk niet eens te vragen. Goed natuurlijk. Heb je haar aan 't praten gekregen. Ze is nog wat verlegen, maar „Ik geloof, dat ze m ij aan 't praten kreeg, Caroline. Het scheen, of we in 't be gin een beetje bang voor elkaar waren. Maar nu zijn we goede vrienden. Ik ge loof niet dat ik ooit een aardiger meisje ontmoet heb." „Lieve tijd", flapte ze er uit. „Het speet me te hooren, dat Harry ziek was", ging ze ernstiger voort, „gelukkig, dat hij nu weer wat opknapt. Doe hem mijn groeten. Je ziet er zelf ook niet al te best uit, John." „En hoe gaat het met je werk? Stroomt het geld nog steeds binnen?" „De kans op een overstrooming is klei ner dan ooit, Caroline. Om je de waarheid te zeggen zou zelfs het kleinste druppeltje welkom zijn." Lady Mac Donald bewoog even in haar stoel als om een gemakkelijke hou ding te vinden. „Ik zou je graag helpen, John. Maar ik kan niets voor je doen op het moment. Is het dringend". „Ik vrees, dat het bij mij altijd dringend is", antwoordde hij, flauwtjes glimlachend „Maar ik kwam vandaag niet hierheen om je geld te vragen. Ik kwam in de hoop met juffrouw Glen kennis te maken". Voor het eerst van haar leven was zijn nicht stom van verbazing. „En ik ben blij, dat ik kwam, Caroline, zul je goed zorgen voor dat lieve kind?" „Natuurlijk zal ik voor Elsie zorgen zoover het in mijn macht staat", ant woordde ze snibbig. „Maar ik begrijp je niet". „Je zult voor haar zorgen terwille van Harry, terwille van mijn jongen?" „Wat ter wereld bedoel je, John?" Haar neef keek haar aan. „Ik dacht, dat jij dat vast wel zou we ten, Caroline", zei hij eindelijk. „Anders zou ik er niet over gesproken hebben. Heeft Harry in den laatsten tijd juffrouw Glen niet vaak gezien en gesproken?" „Ja, dat zal waar zijn zijn. Waarom vraag je dat?" „Omdat hij de vorige week over niets anders gesproken heeft". „In zijn ijlkoorts". „Je wilt me dus zeggen, dat Harry El sie lief heeft?" Clement knikte. „Jij en ik hebben al eens eerder samen een geheim gehad, Ca roline", zei hij na een kort stilzwijgen. „Ook dit zal onder ons blijven, niet waar? Zooals ik al zei, ik zou nooit over Harry gesproken hebben, als ik niet gedacht had, dat je het wist". Lady Mac Donald antwoordde niet on middellijk. Ze herinnerde zich, wat haar neef voor haar gedaan had in een zeker tijdperk van haar verre van gelukkig hu welijksleven. „Ik wil alles doen om mijn jongen ge lukkig te maken", ging Clement voort, „maar ik had zijn geheim niet mogen verraden". „Discretie was nooit je sterkste punt, beste John", antwoordde ze, opnieuw ver schuivend, als zocht ze een gemakkelij ker houding. „Maar wat mij betreft, denk maar, dat je Harry heelemaal niet ge noemd hebt. Ik kan je echter wel dit zeg gen, ik dacht eerst ook, dat Harry iets meer dan vriendschap voor het kind voel de, maar ik ben bijna zeker, dat het maar een voorbijgaande gril was. In den laat- i sten tijd deed zijn houding tegenover haar 1 niets ernstigs vermoeden. Je kunt gerust zijn. Jou jongen zal niet met een zange res trouwen." „Ik dacht heelemaal niet aan een zan geres, Caroline. Ik dacht aan een goede vrouw". (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1932 | | pagina 5