OE ZEEUW Uit de Provincie TWEEDE BLAD. Staten-Generaal Gebroken Bakken Verdrijf Uw Rheumatiek Jkker* Kloos terbalsem de interpellant te -weinig waarde hecht aan het verband tusschen in- en uitvoer. Geen enkel land zal op den duur kunnen uitvoeren als het niet tevens invoert. En een zoo sterke beperking van den invoer als de interpellant wil, zal van grooten in vloed zijn op den uitvoer. In de quaestie van de toepassing der meestbegunstigingsbepaling is spr. het wel met den interpellant eens. De Regeering en spr. hebben dat beginsel steeds verde digd in den algemeenen onbeperkten zin, zelfs nog toen er elders reeds kentering ontstond en dit niet alleen op het terrein van de tarieven, maar ook ten aanzien van andere handelsbelemmeringen. Zonder protest heeft men steeds berust in onbeduidende ontduikingen. Alleen in de laatste anderhalf jaar zijn de pogingen om tot ontduikingen te komen belangrijker geworden. Men is tot de overtuiging ge komen, dat de onbeperkte meestbegunsti ging niet meer is door te voeren. Is het nu gewenscht, dat wij ons blijven verzetten tegen het streven om aan die meestbegun- stigingsclausule een gewijzigde toepassing te geven, of moeten wij dit steunen? Wij moeten wel bedenken, dat onze uitvoer voor 80 pet. geconcentreerd is op vier landen. Met die vier landen moeten wij daarom trachten tot een gunstiger verdrag te komen. Of met de deviezencontrole ook de meest- begunstigingsclausule wordt toegepast, is moeilijk uit te maken. Maar ook ten aan zien van de contingenteering is die con trole moeilijk, want er zijn landen welke hun contingenteeringsmaatregelen niet pu- bliceeren en in flagranten strijd handelen met het meestbegunstigingsbeginsel. Ge streefd moet dus worden tot een ruimere toepassing van dat beginsel te geraken. 0 p e n 1 ij k en met de handhaving der be staande verdragen. In Duitschland is Woensdag het 1000 tarief afgekondigd en daarom moet dit streven openlijk geschieden. De heer Van der Waerden (S.D. A.P.) sluit zich gaarne aan bij den minis ter, die vrij positief alle desiderata van den heer Kortenhorst heeft afgéwozen. De heer Snoeck Henkemans (C.- H.) kan zich meer vereenigen met het standpunt van den minister, dan met de sombere uiteenzettingen van den heer Kortenhorst. Intusschen lijkt bij nadere beschouwing het verschil tusschen de Regeering en den interpellant niet zoo heel groot. De Minister merkte nog op, dat wegneming van de bemoeilijking van onze handelspolitiek wellicht zal moeten gaan langs den weg van een gewijzigde opvat ting en toepassing van de meestbegunsti- ging. De Regeering wil de ontwikkeling van die richting met alle aandacht na gaan. i Afd. Zeeland Vereen, van Ned. Gemeenten Destructie van vleesch. Uit het jaarverslag over 1931 van de af deeling Zeeland van de Vereeniging van Nederlandsche gemeenten blijkt, dat het aantal leden der afdeeling is gestegen tot 70 (v. j. 67). 39 Zeeuwsche gemeenten zijn dus nog geen lid. De door de Zeeuwsche Landbouw Maat schappij ingestelde commisie voor het on derzoek naar de meest geweuschte wijze, waarop de vleeschdestructie in Zeeland kan plaats hebben voor genoemde af deeling bad in die commissie zitting Dr A. J. J. M. Mes, burgemeester van Hein- kenszand beeft haar studie beëindigd en komt tot de conclusie, dat de landbouw organisaties in Zeeland in verband met de tijdsomstandigheden de uitvoering niet op zich kunnen nemen. Het hoofdbestuur der Z. L. M. heeft zich met de conclusie vereenigd en besloot daarom de uitvoe ring van de destructie niet in eigen be heer te nemen. Het rapport der commis sie is ter kennis gebracht van de directie der Vereeniging van Nederlandsche ge meenten. Genoemde directie beeft mede gedeeld, dat het wenschelijk is, een be spreking te "houden tusschen het bestuur der afdeeling Zeeland, de N. V. Termo- Cheinische fabrieken, de Noord-Brabant- scben Christelijken boerenbond en de di rectie van Nederlandsche gemeenten, zoo dra er omtrent de plannen van de Regee ring meer vaststaat. Het bestuur der af deeling is n.l. van meening, dat een op lossing van dit moeilijke vraagstuk is te vinden, indien met geldelijken steun van bet Rijk deze zaak ter hand kan worden genomen. DE RADIODOKTER,' steeds en over al te ontbieden. J. M. Polderman, Groote Markt, Goes. Tel. 129. (Adv.) Hansweert Het zeilschip „Emmanuel" schipper Vermeulen van Middelburg is gistermorgen nabij Bath aan den grond gevaren en blijven zitten. Bergingsvaartui gen zijn van hier vertrokken om te trach- Rijkstoezicht, de heer Abeleven, als de inspecteur van G.V.O., ds Steinz, spraken hartelijke woorden van gelukwensch, doch tevens zeer waardeerende woorden over het onderwijs den leerlingen gege ven. De onderwijzer v. d. Linde, die voor de laatste .naai als onderwijzer den ouderavond bijwoonde, vertelde een en ander over zijn reis naar Zwitserland, eveneens verduidelijkt door lichtbeelden, terwijl de onderwijzers v. Dalsen en Taal ieder een voordracht ten beste gaven. Dhr Jan Bierens vertelde van de moeilijkhe den bij de beroepskeuze onzer kinderen. Het was een zeer druk bezochte, (ruim 80 menschen waren aanwezig) uitstekend geslaagde, gezellige avond. Baarland. Woensdagavond hield de Ghr. Jongensclub „Johannes" haar 4de jaarvergadering. Nadat gezongen was Ps. Ingezonden Mededeeling. Wees er vlug bijl Bij de eerste pijnlijke scheut in armen, beenen of lendenen, wrijf U dan onmiddellijk met Akker's Kloosterbalsem, het vanouds bekende en beproefde wrijf- middel, dat al zooveel goede diensten bij rheumatiek heeft bewezen. Tot diep in de weefsels voelt Ge dan de wel dadige. genezende werking en de pijnen verdwijnen. ten het schip met hoog water vlot te slee pen, hetgeen ook mocht gelukken. 's-Gravenpolder. Donderdagavond trad in 't Zondagsschoollokaal der Ned. Herv. Kerk voor den Ned. Ghr. Landarbeiders- bond op Ds Iletebrij van Rilland. Dhr G. van de Velde, waarnemend voor zitter, heette allen welkom en gaf 't woord aan den spreker, die de vergadering met gebed opende. Daarna deelde spr. mede, dat een lid van bet hoofdbestuur verhin derd was en. dat bij daarom diens plaats verving. Spr. handelde achtereenvolgens over: „Der arbeiders nood, der arbeiders plicht, der arbeiders recht". Die levensnood be gon reeds bij de zonde in het paradijs. En nu zijn wij als christenen verplicht om gezamenlijk elkanders nooden te lenigen. Dat eischt, de christelijke liefde. Het recht en de plicht der arbeiders is, om door or ganisatie zoo veel te verkrijgen, dat het lichaam behoorlijk kan onderhouden wor den, want we zijn volgens den Catechis mus mot lichaam en ziel het eigendom van Christus. Met aandacht werd deze rede aangehoord. De opkomst was we derom groot. Het gebouw was geheel ge vuld. Eenige leden traden nog toe, zoodat de vereeniging thans 29 leden telt. En er zullen nog wel meerderen volgen. Het be stuur bestaat uit: G. van de Velde, voor zitter; P. Braam, secretaris; G. Jacobusse, penningmeester; Joh. Lokerse en L. van Li erop. 's-Heerenhoek. Woensdag j.l. werd in de openbare school door dhr J. Wester- weele, de bazaar geopend, die gehouden wordt met het doel om enkele verbeterin gen aan het kerkgebouw aan te brengen. Bij de opening merkten wij op de kerk voogden en leden van den Kerkeraad. De burgemeester was door ambtsbezig heden verhinderd. De opkomst was zeer 1 groot. Veel moois was te zien en te koop. Zaterdag is het de laatste dag. Biezelinge. Woensdag hield de Herv. Ghr. school alhier haar ouderavond. Deze vergadering droeg een eenigszins feeste lijk karakter, wijl het 10-jarig bestaan herdacht werd. Ds T. Jonker van Marrum hield een feestrede naar aanleiding van Joh. 10: 9. Hierop vertolkte het hoofd der school in woord en beeld (met lichtbeel den) de geschiedenis der school, waarna door de onderwijzeres een bijdrage werd geleverd. Zoowel de inspecteur van het 89 1, heet de voorzitter allen hartelijk welkom. Ook was aanwezig ds v. d. Loos, oprichter dezer vereeniging, alsmede de Kerkeraad en afgevaardigden van enkele vereenigingen. De eere-voorzitter, Ds Hulsbergen, had verder de leiding en hield een bespreking over Prediker 12. Hierna volgden de feli citaties van den Kerkeraad en vereeni gingen. Secretaris en penningmeester brachten verslag uit. Uit dat van den secretaris bleek, dat de vereeniging veel moeilijkheden bad ondervonden in bet af- geloopen jaar. De voorzitter J. den Hol lander Jr, hield een bespreking over het werk van het N. J. V., waarvoor ook een collecte werd gehouden, die f 4.25 opbracht Verder werd de avond gevuld met voor drachten, twee tableaux en een opstel van den secretaris, dhr C. Dronkers, over: „David". Ook Ds v. d. -Loos sprak nog hartelijke woorden tot de vereeniging en de aanwezigen. Het was een gezellige avond. Waarde. Woensdag j.l. hield de Chr. J. V., afdeeling van het N. J. V. een pro- paganda-avond in de Ned. Herv. kerk. Ds Hoogenraad sprak een openings woord. Dhr H. Gordau, secretaris van het N. J. V., sprak over: „Om op God te let ten". In de pauze gaf de Christelijke Zang- vereeniging enkele nummers ten beste. Daarna trad als spreker op Ds van Selms van Hansweert, die tot onderwerp had gekozen: „Palestina van vroeger en thans". Er was een talrijk opgekomen publiek. Wissenkerke. Woensdagavond werd de jaarvergadering gehouden van de Kna- penvereeniging „Benjamin" en de Jonge- lingsvereeniging „In Gods Woord zij onze kracht". De vergadering werd geopend door den leider J. Boot, die de ouders op het hart drukte, om hun kinderen te hel pen bij het Bijbelonderzoek. Na dit ope ningswoord werden er verschillende op stellen voorgelezen, die met aandacht be luisterd werden. In de pauze werd een kopje chocolade aangeboden. Hierna werd een opstel gelezen door L. Abrahamse, oud-lid. der Jongelingsvereeniging, over: „Van het nomadenleven tot de slavernij". Vervolgens brachten penningmeester en secretaris hun jaarverslag uit en spraken de afgevaardigden van verschillende ver eenigingen hun gelukwenschen uit. Hier- VAN VRIJDAG 11 MAART 1932, Nr 137. EERSTE KAMER. Begroeting van Arbeid, Handel en Nijverheid. Minister Verschuur heeft gis teren de verschillende sprekers beant woord. Ten opzichte van de werkloozen- kassen merkt spr. o.m. op, dat de maat regelen voor de werkverschaffing niet op een lijn kuirnen worden gesteld met de in dustrie. Door werkverschaffing wordt het vraagstuk der werkloosheid op zichzelf niet opgeheven. Met den minister van Justitie is overleg gaande omtrent strengere bestraffing van overtredingen der Veiligheidswet, die zwaar lichamelijk letsel tengevolge hebben. De particuliere bouwers hebben zich van den bouw van arbeiderswonin gen vrijwel teruggetrokken sinds boogere eischen werden gesteld aan dien bouw dan aan den vroegeren krottenbouw. Daardoor hebben de gemeenten en woningbouwver- eenigingen een meer uitgebreide taak ten deze verkregen. Op het gebied van de g r o n d s p e c u- 1 a t i e toont het particulier initiatief zich echter niet op zijn best. In verband daar mee hebben de Overheidsorganen scherper te waken tegen misbruik. Dat het sociale moet gaan bo ven 't economische, is in ethisch- tbeoretischen zin niet te ontkennen, .even min als te ontkennen valt dat het mo reel® moet gaan boven bet materieele en de ziel boven het lichaam. Wanneer men wijst op de koopkracht van h o o g e 1 o o n e n, dan is dat vol komen juist tot het moment, waarop de toonhoogte werkloosheid gaat produceeren. Het plan van den heer Keesing tot al- gemeene wettelijke uitkeering uit belastin gen enz. bij werkloosheid is eigenlijk niet meer dan een sprookje, een naïeve socio logie, die zich losmaakt van de economi sche consequenties. Vraagstukken als het juiste loon peil moeten worden bezien uit een oog punt v^n productiekracht en concurrentie- mogelijkheid. Vergelijkingen met vroeger, zooals zelfs nog maar tien jaar geleden, kunnen den toets der critiek al niet meer doorstaan. Het algemeen loonniveau zal moeten dalen, doch dit is niet het zelfde als een daling van individueele loo- nen. Het loon is zeker niet de eenige fac tor, die de productiekosten beheerscht. De Hooge Raad van Arbeid is bezig met een onderzoek ten deze. Wij kunnen contre- coeur worden gedwongen tot loondaling, b.v. wanneer in omringende landen een dergelijke daling is voorgegaan. Door samenwerking van alle economi sche krachten moet gezondmaking van het bedrijfsleven worden bevorderd. De begrooting werd hierna z.b.s. aan genomen. Financiën. Daarna kwam aan de orde de begroo ting van Financiën, die na een kort debat eveneens werd goedgekeurd. Thans is Justitie aan de beurt. TWEEDE KAMER. Indische begrooting. De Tweede Kamer heeft gisteren de behandeling van de Indische begrooting voortgezet, waarbij o.a. de beer Beu- mer (A.R.) de onbetrouwbaarheid van de Indische ramingen critiseerde. 'Op die manier moet het in een tijd van dalende conjunctuur onherroepelijk met de staatshuishouding vastloopen. En dan kan spr. er niet toe komen om de salaris kortingen af te keuren. FEUILLETON. door H. Zeeberg. 85) o— „Zij heeft dat toch niet getoond", zei bij. „Zij heeft verkeerd gehandeld. Maar jij ook. En ga nu niet uitpluizen, wie het meest schuld heeft. Wij moeten kunnen vergeven, Dolf. Jij moet Gor vergeven, en zij moet bet jou doen. Wie zal zeggen, of zjj er niet naar snakt? Je bent bang, dat zij het oude leventje zal voortzetten. Ik weet het niet, maar gelooven doe ik het niet. Zij heeft het een modderpoel ge noemd. Ik kan mij niet voorstellen, dat zij naar dien modderpoel zal terugkeeren. Je moet vergeven, Dolf. En, met God, een nieuw leven beginnen. Je kruis is dan, dat je een vrouw zult hebben, die God niet vreest. Maar voor Hem is niets te won derlijk, jongen. Bedenk dat steeds. En wees .hartelijk voor Gor. Zij beeft in haar leven zoo ontzaggelijk veel gemist. Zij is de vrucht van een levensbeschouwing, die met God niet rekent, die, in wezen, gru welijk en satanisch is. Houd daarmede rekening en behandel haar als je vrouw." Hij luisterde vol aandacht naar de sym pathieke stem van Elsa, die hij steeds zoo lief had gehad. Hij voelde, dat zij de waarheid sprak en den goeden wegwees. Maar zij' wist niet, hoe Cor was opgetre den vóór, maar vooral in haar huwelijk, toen zij deed, alsof zij geen man had. „Zij heeft niet getoond, mij lief te heb ben", herhaalde hij. De heer Cramer wil 't universeele mid- del der sociaal-democraten toepassen, n.l. groote 'bezuiniging op de uitgaven voor de defensie, terwijl daarop niet meer te be zuinigen vlat. Trouwens de beer Cramer is wel de minst aangewezene om op bezui niging aan te dringen op uitgaven voor de defensie en de politie. Dat mag alleen hij doen, die voor de volle 100 pet. voor de bevordering der absolute rust en orde is. Door den beer K u p e r s (S.D.) werden twee moties ingediend. In de eerste wordt gezegd, dat de kor tingen op de salarissen der ambtenaren een tijdelijk karakter dienen te hebben en dat zij daarom ongedaan moeten worden gemaakt, zoodra en voorzoover de Indische financiën dit zullen veroorloven. In de tweede wordt gevraagd, dat met het oog op de verdere lasten, welke naast de salariskorting nog zullen worden toe gepast, o.a. de aanstaande crisisheffing, zoodat de ambtenaren extra zwaar zullen worden getroffen, de tweede korting van 5 pet., welke op 1 Januari 1932 is inge gaan niet langer zal duren dan tot 1 Juli 1932. Vandaag is de Minister aan 't woord. Onze Handelspolitiek. Interpellatie van Dr Kortenhorst. In de avondvergadering heeft gisteren Dr Kortenhorst (R.K.) geïnter pelleerd over onze handelspolitiek:. Hij stelde een aantal vragen, waarvan de voornaamste was Is de regeering niet van oordeel, dat de eenige politiek, die thans nog gevolgd kan worden om den export van Nederlandsche producten te behouden en te vergrooten, gezocht dient te worden in deze richting, dat onderscheid dient gemaakt te worden in de behandeling van landen, die onzen export belemmeren en beletten en andere landen, die bereid zijn samen met Neder land tot een herstel van den vrijhandel mede te werken? Indien de meestbegunstiging in haar in tegralen vorm een beletsel vormt om deze vrijhandelspolitiek te voeren, is de regee ring dan bereid, dat beletsel weg te nemen? Minister Verschuur verklaarde dat bet zijnerzijds niet zoo gemakkelijk is te spreken over de stof van deze inter pellatie. Zou men er in besloten kring over kunnen spreken, dan ware het an ders; maar bier moet spr. ook ten over staan van bet buitenland spreken en dit levert moeilijkheden op van velerlei aard. Als een clausule in een handelsverdrag voor tweeërlei uitleg vatbaar was, zou de Regeering dat dan openlijk moeten erken nen? De interpellant kan ook makkelijker dan de Regeering de moeilijkheden van ons hnd in de zwartste kleuren afmalen. Hij heeft de Regeering voor de moeilijke taak gesteld: klaarheid te scheppen inzake de handelspolitiek. Een klaar en duidelijk standpunt moet de 'Regeering aangeven en dat in omstandigheden, die van dag tot dag veranderen. Het is voor de Regeering zaak de ontwikkeling der 'dingen met nauwgezetheid te volgen en op de buiten- ia.n'dsche posten te doen wat onze band vindt te doen. Wat de laatste vraag betreft, wat bier wordt gevraagd beantwoordt aan het oude Nederlandsche principe: sla je mij, ik sla je weer, oog om oog en tand om tand. Intusschen zou bet mogelijk kunnen zijn, dat wij de hardste klappen zouden krijgen, zoo dat er met de noodige voorzichtigheid moet worden opgetreden. Nu is er eenig verschil tusschen de meestbegunstiging ten aanzien van de ta rieven en van de contingenteeringen. In het slot dezer vraag ligt de quaestie van een algeheele koersverandering. Daar voor is thans nog niet 't geschikte oogen- blik aangebroken. De Regeering volgt ech ter de ontwikkeling der dingen met groote nauwgezetheid De heer Kortenhorst was over het antwoord van den Minister niet erg tevre den. Hij sprak de hoop uit, dat het alsnog tot een meer actieve handelspolitiek zal komen. De heer C o 1 ij n (A.R.) betoogde, dat „Het is wel mogelijk, Dolf. Maar dan moet je vergeven. Hoe kun je vergen, dat God jou je zonden vergeeft, terwijl jij Gor niet vergeven kunt? En wat zij jou heeft aangedaan, beteekent nog niets bij wat wij al den dag God aandoen." Toen Elsa Egbert later vertelde, welk gesprek zij met Dolf bad gehad, kon bij alleen zeggen, dat zij goed had gehan deld. „Hij begon er zélf over", zeide hij. „Hij schonk dus vertrouwen en dan kun je ook vertrouwelijk spreken. Geve God, dat Dolf èn voor zichzelf èn voor Gor er leering uit geput beeft." Hij had blijkbaar Elsa's pleitrede ter harte genomen. Want toen bij den daar op volgenden Zaterdag uit Driebergen te rugkeerde, was bij opgewekter gestemd dan gewoonlijk. „Gor maakte het best", zeide bij .„En, Elsa, zou je Dinsdag den kleinen jongen mee kunnen nemen? Cor wou hem zoo graag zien." „0, Dolf, hoe heerlijkl Ik maak dan de reis per auto. Dat is gemakkelijker." HOOFDSTUK XXVH Even aarzelde Dolf van Lankeren. Maar dén trok bij met een energieke be weging de schel van de pastorie over, om zich weldra te bevinden in bet studeerver trek van dominé Meinema, die hem met uitgestoken hand tegemoet trad. „Wel, Van Lankeren, daar doe je goed aan, dat je eens met mij komt praten. Ga zitten, man." „Ik moet u eerst mijn excuus aanbie den", zei Dolf. „Ik verdien, dat u mij niet ontvangen wilde. Toen heb ik u onheusch behandeld, toen, dien avojïd op mijn ka mer." Dominé Hans Meinema lachte gul. „Ben ik heelemaal niet met je eens. Je hebt me heel beleefd behandeld toen. En zeker, als ik in aanmerking neem, dat ik toen op een slinkscbe wijze op je kamer gekomen ben. Neen, neen, excuus is uiet noodig. Wij hadden verschil van meening maar in volle beleefdheid hebben wij ge vochten. Ik geloof, dat dat verschil nu niet meer bestaat, is bet wel, Dolf?" „Als om te kennen te geven, dat hij ver trouwelijk wilde zijn, noemde de predikant hem bij zijn voornaam. „Neen, dominé, zóó bestaat het verschil niet meer. Maar ik zit nog in honderd moeilijkheden en kom u raad vragen." „Uitstekend, mijn jongen. Ik weet en heb je er ook gezien, dat je weer geregeld de kerk bezoekt. Van Elsa en Wagenveld heb ik vernomen, dat je een zwaren strijd hebt te strijden. Dat verbaast mij niets. Een overwinning op den vorst der duis ternis wordt niet gemakkelijk behaald. Die kan bloed en tranen kosten. Vertel mij maar eens, wat je op je hart hebt. Je moogt alles zeggen, wat je meent, dat ge zegd moet worden en dat je ontlasten kunt. Het blijft tusschen deze vier muren. Alleen God is er getuige van, Dolf. Daaraan denk je wel, hé?" „Ik zit voor honderd moeilijkbeden, dominé" De predikant glimlachte. „Dat is pure verbeelding, man. Er is slechts één moeilijkheid voor je. Je kent je zonden, naar ik begrepen heb- Je voelt er de zwaarte van. Je weet ook den weg. Welnu, waarom ga je niet? Omdat je niet durft. Je vreest, niet te zullen worden aangenomen. Heb ik het goed voor?" Dolf knikte. „Juist", vervolgde dominé Meinema. „En dat is nu je eenige moeilijkheid, die overwonnen moet worden. Ik vermoed, dat je op de knieën worstelt?" En na een bevestigenden hoofdknik „Goed. Maar nu moet je, en God geve, dat het je gelukt, wegbannen de deprimeerende gedachte, dat je toch niet aangenomen wordt. Die is een inblazing van den duivel, kerel. Zij is onwaar en onwaarachtig. Want wie, dat zegt Gods Woord ons en de ervaring van Gods kinderen bevestigt het, oprecht tot God gaat en in Jezus Christus om ontfer ming smeekt, belijdend zijn zonden, die wordt aangenomen. Geloof dat toch „Maar u weet niet. „Al waren uw zonden als scharlaken, zij zullen worden als sneeuw, al waren ze rood als karmozijn, zij zullen worden als witte wol", citeerde dominé Meinema. „Ja, ik weet, dat het er staat. Maar het is zoo moeilijk, om het te gelooven, U weet nietMag ik u alles vertellen? Elsa kan ik het niet doen, en hoe vertrou welijk ik ook met Egbert heb, dat vertel ik hem het liefst niet." „Ik heb het zooeven al gezegd, spreek vrij uit, Niemand, let wel, n i e m a nd komt het te weten. Misschien is het wel goed, dat je je hart eens ontlast," Toen vertelde Dolf. Heel sober. Het deed den predikant goed, dat hij1 zichzelf niet spaarde en Cor wél, hoewel deze minstens evenveel schuld bad, feitelijk méér nog, want zij bad hem op een pad gebracht, dat regelrecht naar den afgrond bad ge voerd. Dominé Meinema had het verhaal méér gehoord, zij het dan in anderen vorm en andere personen betreffend. En klaar zag liij, welk leven Dolf had geleid, nadat bij in kennis was gekomen met Gor Zuider man, die hem had ingepalmd. Hij begreep alles. Het wufte meisje, dat thuis was in de zwoele atmosfeer van de danszaal; dat de moderne literatuur had verslonden, die baar bad gebracht tot bet lezen van schunnige lectuur; het meisje, dat vrij met jongelingen verkeerde; dat Dolf op zijn kamer bezocht. En een jonge man al3 Dolf, die meende op eigen beenen te kun nen staan, los van zijn goede opvoeding, los van den vasten bodem van Gods Woord, was gevallen en zijn val was groot. Daar was al spoedig niet meer een reine verhouding geweest. De predikant prees het in hem, dat bij zich niet had verzet tegen een huwelijk, waarin, hij wist het reeds van den medicus, die hem het een en ander had verteld, even grove zonden •werden bedreven. Hij zag de poel van on gerechtigheid en hij huiverde. Eentonig, vol zelfbeschuldiging, ver telde Dolf. „En nu wil ik anders, dominé", kermde hij. „Ik móét anders, wil ik niet redde loos verloren gaan. Maar ik kan niet. Ik durf niet. Ik zie geen licht." (Slot volgt.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1932 | | pagina 5