N
DE ZEEUW
oop
ngen.
eedje,
dit Blad
TWEEDE BLAD.
Gebroken Bakken
ederland.
VAN
MAANDAG 25 JAN. 1932, Nr 97.
Brieven uit de Residentie.
FEUILLETON1
Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor de Zeeuwsche eilanden.
„Haha. Gerda en n die behoor» non-
Uit de Provincie,
„Cor, doe toch niet zoo ongegeneerd",
zei Gerda, die verlegen werd over het
optreden harer zuster, die met luide stem
1
van de gelegen-
6CHUITMAKER.
p. 22 Gibraltar,
ingapore.
v. Belawan.
Lloyd.
p. 23 Gibraltar.
3 Ouessant.
23 Perim.
e
van DIJke.
irlng voor
Afrika,
beurtenissen
U dit ooit
ttelling ver-
Irdere voor
dag twee
Ihrijving:
r K. LOU-
bomburgschen-
groot ongeveer
fit kunnen vol-
en bouwland,
gebouwen 1
overige dade-
jks.
leveren uiteb-
ten kantore
/E, Pijpstraat
Iwaar nadere
verstrekt
-10
£0
-Gl
Zoo bij de roode optochten beb ik wel
eens langs den weg gestaan om te zien
en te hooren. Dan zingen de „bewusten"
die verachtelijk neerzien op een reactio
nair als ik ben:
Op makkers, ten laasto male
Ten strijde u geschaard.
En d' Internationale
Heerscht morgen over d' aard.
Hoe dikwijls - beb ik dat al niet ge
hoord en telkens als ik 'tboor, glijdt er
onwillekeurig een glimlach over m'n ge
zicht.
En nu lijkt bet er zeker stellig minder
dan ooit op.
Immers, bet beerschen van de Inter
nationale over de aarde, duidt op één
machtige, sterke eenheid. En die is zeker
ver te zoeken.
In ons eigen kleine landje zijn de be
wuste proletaren met elkaar aan hot
plukharen, dat het een lieve lust is. Ze
kunnen in den eigen kring nog niet eens
de eenheid handhaven en dat bazelt dan
over een Internationale, die morgen heer-
schen zal over de aarde.
Als het niet zoo triest was, zou het
werkelijk belachelijk zijn.
Maar afgezien van dat alles 'tis
maar een strijdlied, waarvan ik de „in
slag" en de wijs zeer wel weet te waar-
deerenl lijkt bet in de wereld toch wel
allerminst op verbroedering en saam
werking. Zeker, er worden wel eens woor
den geboord, mooie woorden, men krijgt
er tranen van in de oogen.
Maar daden? ja, daar moet men niet
om komen.
Vooral niet om daden, die op een offer
lijken.
Het egoïsme zit in onzen tijd op den
troon.
In het persoonlijk leven, in het gezins
leven, in dat van bet volk en in dat der
volkeren.
En nu meene men niet, dat wij doelen
op dat platte, grove egoïsme, dat ieder
„net" mensch dadelijk afstoot.
Neen, weet ui wij zijn cultureel.
Menscheneters hebben de ondeugd, dat
ze een ander opeten, maar dat zijn „on-
beschaafden", wij doen het anders.
Wij knijpen een ander economisch!
de keel dicht en zeggen dan: ja, een goede
ademhaling is toch maar alles.
Hooge tolmuren, invoerverboden, con-
tingenteering, wat is het in principe an
ders dan egoïsme?
Men noemt het met een mooi woord
zelfbehoud, maar dat is het in wezen
niet, al kan men meenen, dat het als
middel daartoe kan dienen.
Wij zijn „beschaafd", zeker. Maar hoe
komt het dan, dat er in een rijke, be
schaafde wereld, millioenen menschen
zijn, die aangewezen zijn op het werken,
die ook werken willen, maar die niet kun
nen, omdat er voor hen geen werkgele
genheid is.
Is dat een „probleem", of is het dat
niet?
En dan, ieder praat over internatio
nalisme en over internationale saamwer
king. Zeker, aan conferenties geen ge
brek, de eene is nog niet afgeloopen, of de
andere is al weer in het zicht.
Maar verder? ja verder heerscht natio
naal en internationaal het stelselmatig
individualisme.
Men wil dat niet zoo weten, men praat
er niet zoo over, maar het is ook hier
de spraak die openhaar maakt en dat is
de spraak van het doen of ook van het
laten.
Want het zit 'm niet alleen in het
doen, maar dikwijls nog veel meer in het
nalaten van iets.
Als ik denk aan dat woord van. Pau-
lus: als één lid lijdt, dan lijden al de le
den I en ik zie dan om me heen, dichtbij
en ver weg de wereld in, en ik luister en
merk op, dan is het net, of iemand me
bij de keel heeft.
door H. Zeeberg.
50) o—
„Ja, precies weet ik dat ook niet. Zij
verdeelt waarschijnlijk haar avonden tus-
schen dancing, bioscoop en schouwburg,
het meest wel de dancing. Dat kost na
tuurlijk schatten. En daar komt de herrie
door. Want dan bedelt zij vader geld af
en dat wil zijn vrouw niet hebben.
Elsa was langzamerhand gewoon ge
worden aan de uitdrukking „zijn vrouw"
die haar aanvankelijk zoo stuitend was
voorgekomen. Bij eenig nadenken had zij
geconcludeerd, dat zij ook niet zou weten,
hoe zij zou moeten handelen. Het was de
ellende van de moderne huwelijksopvat
tingen, die alles ontwrichtten en het ge
zinsleven uiteenrukten met niets ontzien
de, weergalooze wreedheid.
„Het is voor vader een vreeselijk leven"
had Gerda nog opgemerkt. Zij had haar
vader zielslief, al kon zij dan ook niet
goedkeuren, dat hij vroeger niet flinker
tegenover haar moeder was opgetreden.
Dat heeft de mensch er van terecht ge
bracht!
Als één lid lijdt, lijden dan alle leden?
welke sentimenteele dwaas komt daar nu
mee aandragen? eigenbelang, dat is het
hoogste en het mooiste, het ééne noodige.
Natuurlijk niet zoo bruut, maar netjes,
cultureel, als het u blieft.
Er zijn er, die voorspellen, dat we met
de beschaafde wereld den chaos tegemoet
gaan en het begint er waarlijk veel op te
lijken.
Dat is juist het ontstellende: de ver
dwazing.
Het dansen op een vulkaan. Het al re-
deneerende, al debatteerende en al dispu-
teerende en confereerende den chaos te
gemoet gaan.
Hoe ter wereld kan de technisch knap
pe mensch van dezen tijd dat toch doen?
Wel, zijn kompas deugt niet.
En omdat zijn kompas niet deugt,
deugt zijn koers ook niet.
Het is het kompas der menschelijke
wijsheid en de koers gaat naar de haven
van het menschelijk ideaal.
Die er niet is, 't is niets dan een lucht
spiegeling, hoe meer men denkt te nade
ren, des te verder wijkt zij terug.
Het roer omgooien?
Niemand denkt er aan. Luisteren naar
des Heeren Woord, als een lamp voor
den voet en een licht op het pad? men
denkt er niet aan.
Dat is hoogstens geweest, dat is uit den
tijd.
De mensch van onzen tijd zal zelf zijn
weg wel vinden en wel gaan, wie is Heer
over hem?
Hij zit op den troon, overziet zijn rijk
en knikt voldaan, het gaat goed.
Het gaat goed, de chaos tegemoet!
J. H.
Vrijdag 29 Januari vergadert de Kamer
van Koophandel ten stadhuize te Middel
burg. De agenda vermeldt de installatie
van de gekozen en herkozen leden; ver
kiezing van voorzitters der kamer en der
afdeeling; benoeming van de vaste com
missies en een tweetal voorstellen.
Bij de voorgestelde wijziging der be
grooting 1931 wijst het bureau er o.a.
op, dat in den loop van het jaar, aange
zien het waarschijnlijk was, dat voor deel
name in het kapitaal der N.V. Haven
van Vlissingen binnenkort f30.000 zou
den benoodigd zijn tot dit bedrag stukken
te gelde werden gemaakt om koersverlies
te ontgaan. Waar echter op het einde van
het jaar nog heelemaal geen zicht was,
wanneer deze gelden zouden benoodigd
zijn, werd ter voorkoming van teveel
renteverlies weder tot belegging overge
gaan.
Van de K. L. M. kwam een verzoek
in te willen melden of nu in principe be
sloten is de luchtlijn RotterdamHaam
stede in den komenden zomer tot Vlissin
gen door te trekken, het ook mogelijk is
het bedrag der toegezegde deelname in
het garantiefonds door de Kamer eenigs-
zins te verhoogen.
Het bureau schrijft naar aanleiding
van dit verzoek, dat het den leden der
Kamer ook wel niet onbekend zal zijn, dat
de exploitatie van den dienst Rotterdam-
Haamstede v.v. in den afgeloopen zomer
een vrij groot succes heeft gehad en er
derhalve alleszins reden is aan te nemen,
dat dit ook volgend jaar het geval zal zijn,
vooral nu het in de bedoeling ligt den
dienst tot Vlissingen uit te breiden. Het
bureau deelt zeker de meening van de
K. L. M., dat door deze uitbreiding het
algemeen belang zal worden gediend en
acht dan ook wel termen aanwezig aan
haar verzoek om het vroeger in een ga
rantiefonds toegezegde bedrag te verhoo
gen, te voldoen.
Zooals de leden zich zullen herinneren
besloot de Kamer op 24 November 1930
tot een bedrag van f 500 deel te nem6n
in het garantiefonds voor een vliegdienst
Rotterdam-Haamstede v.v. Het bureau
zou thans dit bedrag willen verhoogen tot
f 1000. Over het oorspronkelijk bedrag
werd niet beschikt. De proef in 1931 ge
schiedde geheel voor risico der K.L.M.
Zeer terecht merkt de K.L.M. in haar
schrijven op, dat nu de lijn zich over de
geheele provincie uitstrekt, het minder lo
gisch zoude zijn, wanneer slechts enkelen
deel zouden nemen in een garantiefonds.
Ook het optreden tegenover Gor keurde
zij onomwonden ai. Zij vond hei verkeerd
van haar vader, om Gor steeds van geld
te voorzien. Zij had een behoorlijk sala
ris en kon daar gemakkelijk van rond
komen, als zij het maar niet wegsmeet.
Juist wilde het tweetal een winkel bin
nenstappen, toen een vroolijke meisjes
stem schalde: „Hollo, hallo, Gerrie, ken
je soms een arm mensch niet meer?"
„He Gor, ben jij daar?"
„Om u te dienen, Edelheid. Ben je al
weer in de beschaafde wereld terug ge
keerd? Ben je al thuis geweest?"
„Ja, gisteravond. Maar je was natuur
lijk weer weg", verweet Gerda, toch lief
devol.
„Goed gezegd: natuurlijk. Vanzelf weer
ruzie met Mevrouw, onze tweede moeder.
Dat is zoo aan de orde van den dag. U
is", bewegelijk wendde zij zich tot Elsa»
die haar tersluiks opgenomen had, „ze
ker Elsa van Lankeren? Ik ben Hare Ma
jesteit Cor Zuiderman, de geliefde zus
ter van deze dame".
„Aangenaam", zei Elsa vormelijk. De
vrijpostige manier van optreden en spre
ken van het meisje hinderde haar ge
ducht. „Kent u mij?"
Het bureau meent dan ook, dat, om te
voorkomen, dat andere belanghebbenden
in het vrij groote bedrag waarvoor de Ka
mer in het garantiefonds deelneemt, aan
leiding zouden kunnen vinden voor een
betrekkelijk gering bedrag aandeel te ne
men, aan de bereidverklaring de restrictie
moet worden vastgeknoopt, van een be
paald percentage, naar het oordeel van
het bureau 25 pet.
Oneerlijke veekoopman.
De veekoopman O. K. G. K. te Middel
burg woonachtig is met de noorderzon
verdwenen na eerst van een aantal land
bouwers en collega's een 50-tal runderen
en paardeh te hebben gekocht die hij op
de markt te Rotterdam weder liet te
gelde maken. Toen het Donderdag j.l. be
taaldag zou zijn, was K. nergens te vin
den en in den daarop volgenden nacht
werd zijn inboedel ingeladen en verdween
ook zijn vrouw uit Middelburg. Er zijn
redenen aan te nemen, dat hij naar hel
buitenland is uitgeweken. Intusschen heeft
de rechtbank K. in Btaat van faillisse
ment verklaard.
IN ELKE GEMEENTE vindt U een
N.S.F.-agent die alle inlichtingen over
Radio kan geven. Hoofdagent: J. M. Pol
derman, Groote Markt, Goes. Tel. 129.
(Adv.)
Regeeren ie vooruitzien.
Men schrijft aan het „Prot. Zuiden":
Zooals bekend, zal de lijn Vlissingen-
Terneuzen van den Provincialen stoom-
bootdienst zeer waarschijnlijk met 1 Mei
worden gestaakt. Ook zal het bekend zijn
dat dit voortvloeit uit het feit, dat deze
lijn een verlies oplevert van duizenden
guldens. En daar het rijk en de provincie
tegenwoordig geen duizenden mogen uitge
ven, als het niet strikt noodig is, dan
zal ook deze opheffing wel doorgaan.
In de gemeente Terneuzen is men niet
tevreden. De winkeliersvereeniging te de
zer plaatse heeft een groote adresbewe
ging op touw gezet om deze verbinding
met Vlissingen en Middelburg in stand
te houden. De Kamers van Koophandel
te Middelburg en Terneuzen steunen dit
adres, omdat de verbinding met het Oos
telijk deel van Zeeuwsch-Vlaanderen zeer
sterk belemmerd wordt.
Hoe jammer is het, dat het provinciaal
bestuur niet beter in de toekomst heeft
kunnen zien. Hoe eenvoudiger ware de
oplossing geweest, als er een flinke aan
legplaats ware geweest te Borsselen, met
een flinke autobus-onderneming voor de
verbinding met het station Goes. Er was
dan ook maar plaats voor één bootdienst
Vlissingen-Borsselen-Ter Neuzen, die de
verbinding met Hoedekenskerke overbo
dig maakte.
Achteraf bezien, is het met deze boot
diensten altijd maar bij proeven gebleven.
Eerst Vlissingen-Breskens-Ter Neuzen,
vervolgens Ter Neuzen-Hansweert, daar
na T erneuzen-H oedekenskerke-H ans weert
Nu alleen Terneuzen-Hoedekenskerke.
Ook is er nog een onderzoek geweest, of
te Ellewoutsdijk een goede aanlegplaats
te verkrijgen was.
Nu er echter schatten gelds zijn uitge
geven te Hoedekenskerke, is er natuur
lijk geen sprake van het eene afdoende:
één lijn voor Vlissingen en Goes.
Motorveerboot „Prinses
Julian a". Naar de „Midd. Crt" meldt,
zal de officiëele proeftocht met de motor
veerboot „Prinses Juliana", bestemd om
voor den Prov. Dienst op de Westerschel-
de tusschen Vlissingen en Breskens te
varen, Donderdag a.s. plaats vinden. De
boot vertrekt dan 's middags half één
van de ponton te Vlissingen.
Het luiden van deklokken.
Enkele bestuursleden van de „Jongeren
Vredes-Actie" en „Kerk en Vrede" te
Goes, doen pogingen om te verkrijgen, dat
op het tijdstip, waarop de ontwapenings
conferentie te Genève een aanvang zal
nemen, de klokken der plaatselijke gebou
wen, (kerken enz.) over heel Nederland
vijf minuten zullen luiden. Een circulaire
ging reeds uit tot alle belanghebbenden
op Zuid- en Noord-Beveland. Ook hoopt
men nog te verkrijgen, dat de radio-stati
ons Huizen en Hilversum medewerken
met het uitzenden van klokgelui geduren
de dezelfde vijf minuten.
wat bij elkaar hé? Maar ik ken n al veel
langer. Ik kwam u op een avond op het
Haringvliet eens tegen met Dolf en.
Plotseling hield zij op. Een paar groote
vraagoogen waren op de hare gericht. Er
lag in die blauwe oogen iets onverklaar
baars, een wereld van verwondering, ver
bazing, angst, smart, vertwijfeling. Gor
Zuiderman, gevat als zij was, begreep on
middellijk de situatie.
„Neem mij niet kwalijk", zeide zij haas
tig, „ik bedoel natuurlijk „uw broer".
„Och", ter verontschuldiging, „hoe gaat
het? wij spreken elkaar dikwijls, op het
kantoor en daar buiten. En onwillekeu
rig noem je elkaar dan bij den voornaam.
Nu", ratelde zij door, om het onaange
name weg te nemen, „ik zag u toen op
het Haringvliet met uw broer, 'k Zag on
middellijk, dat Do...., dat u broer en
zuster waart. U lijkt sprekend op elkaar.
Als twee druppels water. Leuk vind ik
dat. Gerda en ik lijken niets op elkaar,
wel? Neen, dat is zoo. Uitwendig niet,
maar inwendig ook niet. Maar daarord
niet getreurd. Wij leven zonder zong,
hoor".
In vrijheid gesteld. De recht
bank te Middelburg heeft de invrijheid
stelling bevolen van P. K. te Wissenker-
ke, die er van verdacht werd op 1 Jan.
1.1. te Wissenkerke zich te hebben schul
dig gemaakt aan medeplichtigheid bij de
brandstichting in zijn woning.
Benoeming. De Rechtbank te
Middelburg heeft benoemd tot beëedigd
klerk ten Parkette van den ambtenaar
van het O. M. bij de Kantongerechten in
het Arrondissement Middelburg, Mr P. E.
Vogelvanger te Rotterdam.
Faillissement. Door de Recht
bank te Middelburg is failliet verklaard:
0. K. G. Klingebeil, veekoopman te Mid
delburg. Rechtercommissaris Mr A. H.
van der Hoop. Curator Mr F. B. Evers,
advocaat te Middelburg.
Aan het te 's Gravenhage gehouden
examen voor postradicaal heeft met goed
gevolg voldaan de besteller bij den post-,
telegr.- en telef.-dienst J. H. v. d. Kop, van
het post- en telegraafkantoor te Vlissin
gen.
Goes. Het bestuur der Goesche wijkver
pleging dankt hartelijk voor een gift van
f 100 van N.N. voor het wijkwerk.
Zaterdagmiddag speelde „Goesche
Boys" I tegen K.V.V. I uit Kloetinge.
Rust 21, uitslag 111 voor de Goesche
Boys.
Rilland-Bath. Vrijdagavond j.l. werd in
de Chr. School aan den Hoofdweg alhier
een goed geslaagden ouderavond gehou
den. De voorzitter sprak een openings
woord, waarop Ds J. Hetebrij een onder
werp behandelde: „De reddende hand".
Door het hoofd der school werd gewe
zen op verschillende fouten in de opvoe
ding.
Door Mej. de Koning werden eeniga
momentopnamen voorgedragen.
Dhr J. Kole behandelde een opstel:
„Vader zijn". En door den secretaris der
schoolvereeniging werd op het hooge nut
van de School met den Bijbel gewezen.
Ter afwisseling werd*" eenige zang
nummers met orgelbegeleiding ten beste
gegeven.
De landbouwersknecht L. v. d. G.,
werd op de hofstede van J. B. door een
stier zoodanig in één zijner oogen ge
stompt, dat hij zich onmiddellijk naar 'n
oogarts te Middelburg moest begeven.
Het gevaar, dat hij zijn oog zal moeten
missen is groot.
Maandag 1 Februari a.s. bezoekt de
Commissaris der Koningin Zuiddorpe en
Overslag.
Kapelle. De vereeniging van Glascul
tuur Kapelle en omgeving kwam Zater
dagavond onder voorzitterschap van dhr
J. A. Mol in jaarvergadering bijeen.
De secretaris, dhr Jobs Schipper,
bracht verslag uit over het dienstjaar '81.
Het ledental was onveranderd gebleven;
waren er het vorige jaar 6 nieuwe kas
sen bijgekomen, thans was slechts 'n wa
renhuis je bijgebouwd. Aangekocht wer
den door de vereeniging 80 K.G. toma-
tentouw, 125 K.G. Bpinaziezaad, 6 K.G.
radijszaad en 29 pakken turfstrooisel, be
nevens een aantal bloempotten.
Vanaf 18 Maart was reeds begonnen
met drie maal per week te veilen, dit was
noodig voor de vroege geteelde groenten,
welke regelmatig aangevoerd werden. Spi
nazie, welke veel uitgezaaid was, gaf een
goed gewas, de prijs was eveneens goed
te noemen; ook bloemkool, kropsla, radijs
en boontjes brachten goede prijzen op.
Hierna volgden de tomaten. De op
brengst was niet slecht; ook de prijs was
loonender dan het vorige jaar. De aan
voer van druiven was veel hooger, doch
de prijs laag. Over het geheel was men,
aldus de secretaris, tevreden en 1931 was
ueter dan 1930.
De penningmeester deed rekening en
verantwoording over gehouden beheer.
Het aftredend bestuurslid, dhr Jac.
Hoogstrate, wenschte niet meer in aan
merking te komen. In diens plaats werd
benoemd dhr J. Hermus. Voor de reis
naar Engeland, die door de vereeniging
als prijs was behaald op de gehouden
Fruit-, Groenten- en Bloemententoonstel
ling was f 25 uitgetrokken, ter vergoeding
aan hen, welke hieraan deel hadden ge
nomen.
Opgegeven werd voor aankoop 50 K.G.
tomatentouw.
Dhr J. Burger vroeg, of het bestuur
volgens besluit van de gehouden verga
dering van 14 Nov. aan het bestuur van
de veiling had verzocht om het sorteer-
loon voor de tomaten te verlagen.
De voorzitter antwoordde, dat het be
stuur meende te moeten wachten tot deze
vergadering, om alsdan te vernemen of
i men vanwege de telers genegen was om
tomaten te planten. Nu echter blijkt, dat
50 K.G. touw is opgegeven, zal het ver
zoek aan het bestuur gericht worden.
Alsnu volgde een gezellige bespreking,
met den Rijkstuinbouwconsulent, Ir. A.
W. van der Plassche, die inmiddels ter
vergadering was gekomen.
Dhr Van der Plassche begon met te
wijzen op verschillende lichtpunten voor
den tuinbouwer. Men moet niet beginnen
om alles van den slechten kant te bekij
ken, doch steeds met kracht en energie
Het veertigjarig ambtsjubileum van Jhr. U. E. Lewe van Nijenstein als burge
meester van s Heer Arendskerke. Het muziekkorps brengt hem een serenade.
Staande op de stoep van het gemeentehuis: de jubilaris.
haar meeningen verkondigde, zóó, dat de
voorbijgangers haar aanstaarden.
„Laat mij maar even uitjodelen, Ger
rie. Ik ben blij, dat het zulk mooi weer is.
Eigenlijk verveel ik mij een gruwel, zoo
alleen. Enfin, morgen
„Doorloopen, dames, waarschuwde een
agent, die met kalmen pas op het trottoir
liep. „U verspert den weg".
Gor Zuiderman was reeds in een por
tiek gesprongen. „Hier maken ze ons
niks", zeide zij tot de beide meisjes. „Moe
ten jullie in dezen winkel wezen? Mag ik
mee? Ik beloof heilig en plechtig mij be
hoorlijk te zullen gedragen".
Een antwoord wachtte zij niet af. On
der het uiten der laatste woorden was
zij den winkel reeds binnengestapt.
Het was er zeer druk, zoodat het drie
tal alle gelegenheid had in verschillende
zaken in de geweldige ruimte te bekijken.
Gor zorgde wel voor levendige op- en aan
merkingen, soms zóó snaaksch, dat Elsa
wel lachen moest, of zij wilde of niet.
De lust was er overigens niet. 't Was, of
haar een klap in het aangezicht gegeven
was, toen zij het meisje zoo familiaar
over Dolf hoorde spreken. Waren de ver
houdingen op het kantoor zóó los? Of
matigde Gor Zuiderman zich het recht
maar aan, om zóó te spreken. Of had zij
inderdaad recht?
Na de inkoopen gedaan te hebben, ver
lieten de meisjes den winkel.
„Hebben jullie nog meer te doen? Mag
ik mee? Toe, ik verveel mij zoo alleen. En
naar huis ga ik voorloopig niet. Mevrouw
heeft de bokkepruik op. En dan is het net
beste, haar uit de buurt te blijven. Vader
zit toch maar leelijk met haar opge
scheept. 'tls wel een pretje bij ons thuis,
vindt u ook niet, juffrouw Van Lanke
ren? U is toch zeker wel op de hoogte?"
Tot elk ander had Elsa allicht opge
merkt: „Zeg gerust Elsa", maar tegenover
Gor Zuiderman kon zij het niet.
Gerda heeft mij wel eens het een en an
der verteld", zeide zij stroef, „'tls ver
schrikkelijk. Voor alle partijen."
„Poeh", lachte Gor, „het kan moeder
niks schelen hoor. En wat ons aangaat,
wij redden ons wel. Gerda zeker. Die zit
nu aan den vromen kant. Binnenkort
loopt zij met een blauw mantelcostuum en
een blauwen stroohoed met rood bandje:
Leger des Heils. Het is om te gieren."
(Wordt vervolgd.)