DE ZEEUW
TWEEDE BLAD.
Gebroken Bakken
Gemeenteraad van Middelburg.
VAN
MAANDAG 21 DEC. 1931, Nr 70.
AVONDVERGADERING VAN VRIJDAG.
Dhr C o r n e 1 i s s e (S. D.) erkent, dat
Middelburg er niet rooskleurig voorstaat
op financieel gebied. Dit kan niet andera,
gezien de wereldcrisis. Reeds jaren heeft
men hier veel werkloozen en spr. vraagt of
het geen tijd wordt, dat ook het Rijk meer
zal moeten helpen, maar ook de werkge
vers die in tijden van hoog conjunctuur
de menschen noodig hebben en ze nu ge
makkelijk op straat zenden.
Spr. zou het betreuren als Middelburg
in de tweede klasse werd geplaatst. Hij zou
het erg vinden als de lagere inkomens ook
nog belast werden.
Wat betreft het préleveeren, daarmede
heeft spr. zich vereenigd, maar practisch
staat hij aan den kant van B. en W. Het
was zeer goed geweest, als de financieele
commissie geweten had van de plannen
voor het vastrecht-tarief. Het is ook ge
vaarlijk maar steeds de opcenten te ver-
hoogen, maar toch is het billijk, omdat
het naar de inkomens gaat.
Wat de salarissen betreft meent spr.,
dat het niet noodig is die te verlagen.
Zeker, men heeft een somberen toestand,
maar dat is de schuld van het kapitalis
tisch wanbeheer.
Het is juist, dat sommige levensmid
delen dalen. Maar spr. haalt cijfers aan
van een R. K. Kamerlid, waaruit blijkt,
dat de daling niet zeer groot is.
B. en W. van Enschedé zeggen o.a. dat
als er geen reden is om de loonen in parti
culier bedrijf in stijging te volgen, dit ook
omgekeerd onnoodig is. Op en neer gaan
der loonen kan wellicht in het vrije be
drijf, maar niet in overheidsdienst. Ver
soberen moet niet geschieden ten koste
van het loon van de arbeiders en ambte
naren. Men verergert de crisis er door,
ook voor den middenstand.
Spr. behandelt ook de stukken van Me-
tellus in „De Zeeuw". Deze schreef, dat
de minister zorg had om zijn begrooting
sluitend te maken. Dit hadden ook de wet
houders en ook die van Amsterdam. Men
mag ook niet van een wanbeheer spreken
van den heer Wibaut. Spr. kwalificeert
het schrijven van Metellus als kletspraat
jes en hij vraagt aan den heer Van Andel
dit aan hem over te brengen.
In ieder geval meent spr., dat men niet
aan de loonen mag tornen.
Dhr Van Andel (A. R.) zegt, dat er
nog zoo iets is als een persgeheim.
Metellus is geen verantwoording schul
dig aan de A. R. partij of aan de fractie
van den Raad. Dhr Paul moet hoofd
redacteur zien te worden van „De Zeeuw".
De heer Paul is de oorzaak, dat de kin
deren van de leden der Geref. Gemeente
anderhalf jaar in slechte lokalen hebben
gezeten. Daar waren ook arbeiderskinde
ren bij. Spr. wijst op de vergunning, om
verkiezings-optochten te houden door de
straten. Wat moet dit worden als b.v. de
communisten dit ook doen? Spr. meent,
dat men dit aan allen moet verbieden.
Spr. heeft opgemerkt, dat de uitdrukking
van den heer Onderdijk, dat hij steun wei
gert aan hen, die niet werken willen, wei
nig instemming bij zijn partijgenooten
vond. In Engeland gooide men de voor
mannen uit de partij. Ook in ons land zijn
meeningsversehillen in de S. D. A. P., ge
zien het gebeurde met de linksche groep.
Er zijn er onder deze groep, die meenen,
dat men de greep naar de macht moet
doen, zooals in 1918.
De begrooting besprekende, zegt spr., dat
de uitgaven niet verminderen, maar wel de
belastingen worden verhoogd. Tot dit laat
ste is spr. niet bereid als niet belangrijk
wordt bezuinigd op de uitgaven. Als het
bekende kortingswetje niet wordt aange
nomen, dan houdt spr. zich het recht voor,
te komen met een voorstel tot salarisver
laging of pensioenaftrek van alle ambte
naren.
FEUILLETON.
door H. Zeeberg.
25) o—
Het gesprek ging een richting uit, die
hij niet wilde. Liever was hij alleen ver
der gegaan, maar zij bleef eenvoudig ver
trouwelijk naast hem loopen en hij wilde
niet onbeleefd zijn met haar te laten gaan.
„Wat geeft dat?" repliceerde zij. „Zoo
veel te meer hebt u er op den eigen
lijken avond aan. 'tls een pracht van
een blijspel. 'kHeb er heel wat werk mee
gehad, om het er in te pompen, maar
'tzit er best in. U kunt toonen, dat uw
excuus gemeend is, door morgenavond
te komen in „Favoriet", 't Is op den Cool-
singel. Na afloop gaan wij dan nog een
uurtje naar beneden. Daar is een piek
fijne dancing. U doet het, hé?"
Dolf wendde zijn oogen af. Hij wilde
niet in de hare zien.
„Ik kan niet dansen", zeide hij kortaf.
„Lieve tijd, doen ze dat in Meerstad
niet, mijnheer Van Lankeren? Leert u
het dan alsjeblieft gauw. Wie hier niet
dansen kan, kan niet meedoen."
,,'t Lijkt mij een heel onzinnig gedoe",
zei Dolf, welke opmerking hij inderdaad
meende.
Er is nog geen zekerheid van een goed
slot in 1931. Spr. is tegen een prelève-
ment.
Tegen verhooging van de opcenten der
vermogensbelasting is spr. Hij meent, dat
allen belasting moeten bijdragen en niet
een deel van hen. Spr. wijst op het ver-
mogensverlies door de groote daling der
koersen. Het N. V. V. met zijn 13 millioen
zal het nog ondervinden.
Nu zouden er bij komen 50 opcenten
op de vermogensbelasting.
De opcenten op de fondsbelasting zijn
12 boven Amsterdam, de opcenten op de
personeele belasting zijn in enkele jaren
van 60 op 150 gekomen. Dhr Paul was
er tegen, omdat het hen treft, die iets
mooier wonen. En zullen die daarvoor
niets willen betalen?
Spr. wijst er op, dat men hier geen mil
lionaire meer heeft, zij zijn dood, ver
trokken of gedegradeerd.
Nu de schoolarts. Deze bemoeit zich
zelfs met nog niet-schoolplichtige kinde
ren. De gemeentereiniging steeg in 20
jaar van f 19.000 tot f 56.000. Een aparte
directeur was niet noodig, ook niet een
woningbeurs. Bedrijven, politie, brug
wachters1, onderwijs, alles is hier te veel.
Nu het Gasthuis. Hij zal op de techni
sche zijde van deze zaak niet ingaan,
maar wel op den financieelen kant. Er is
noodig differentiatie, ook op medisch ge
bied. Kan niet ieder ziekenhuis speciale
zieken opnemen?
Er zijn in Zeeland te veel ziekenhuizen.
Er staan nu veel bedden leeg, en daar
naast zijn de doktoren steeds grooter in
hun eischen. Men koopt hier een duur
radiotherapeutisch instrument en bouwt
een nieuw t.b.c.-consultatiebureau bij een
tekort van f 40.000.
Er is een indexcijferdaling sedert 1926
van 10 pet. Is er dan geen reden voor
5 pet. lagere loonen? Men leest een adver
tentie om te adverteeren in de Arbeiders
pers, welker lezers onder alle klas
sen, vooral onder de welvarende ar
beidersklasse worden gevonden.
Spr. meent, dat niet alleen anderen,
doch ook de ambtenaren moeten mede-
betalen aan werkloozenzorg en dergelijke.
Spr. critiseert de woorden van dhr Oude
geest inzake het crisis-comité, waarin de
S. D'. A. P.-ers zitting nemen (als con
troleurs over de andere leden). Spr. ont
kent, dat er voor de S. D. A. P. reden
is om te juichen over den uitslag der
verkiezingen en wijst op 29 eischen van
hen, die alle luchtkasteelen zijn en mil-
lioenen zullen kosten. De S. D. A. P. doet,
of zij alleen de goedkoope cokes deed ver
strekken. Alle leden werkten er aan mede.
Dhr Jeronimus wijt de oorzaak
dat zijn partij verloren heeft, aan oneer
lijke bestrijding. Een deel der stemmen
ging over op no. 2 der Kath. lijst, die
aanbevolen werd als een goed kenner
der drankwet.
De A. R. kwamen er het slechts af. Zij
stemden tegen het ambtenarenreglement,
wetende, dat het tóch werd aangenomen.
Spr. wijst op de kwestie der benoeming
van Ds Kastein tot leeraar aan 't Gymna
sium en ontkent, dat die benoemd werd
om de Vrijz. Herv. een plezier te doen.
Spr. ontkent, alléén bezuiniging te die
nen. Hij heeft ook oog voor het algemeen
belang. Spr. meent, dat gebleken is, dat
Middelburg in democratischen geest wil
bestuurd worden.
Spr. wijst op den grooten achteruitgang
van Middelburg. Op grond van het index
cijfer moet het loon met 10 pet vermin
derd worden. Een andere grond voor ver
laging is, dat de belastingopbrengst in
1932 en 1933 minder zal zijn.
Mevr. Weijl ontkende destijds de daling
der prijzen en zij is dan welicht een goed
medica en raadslid, doch een slechte huis
vrouw.
Spr. bespreekt nu den strop van den
woningbouw, en meent, dat de crediet-
verleening gebreideld moet worden; ge
lukkig wordt dien weg opgegaan.
Inflatie moet vóór alles voorkomen
worden. De loonen moeten naar beneden.
Als de gulden het niet houdt, zullen de
prijzen der goederen direct stijgen. De
leiders der arbeiders moeten doen als
Snowden en Mac Donald, maar het zijn
lijders, en de S. D. A. P. en het N. V. V.
zijn marktkooplieden. Het leven moet op
peil gehouden worden, maar niet ver
hoogd.
Spr. wil de belastingverhooging afstem-
„Omdat u het niet kent. Ik ben er een
voudig dol op."
„Smaken verschillen", meende Dolf.
„Maar wat doet u dan op de fuif? We
hebben een dansje na. U kunt toch niet
zitten kijken? Wat spijt me dat. U lijkt
mij zoo'n aardige partner."
„U vergist u", zei Dolf, naar zijn hoed
grijpend. „Goeden avond, juffrouw Zui
derman. Hier scheiden zich onze wegen,
als ik het wel heb."
„Woont u op den Goudschen weg?
Waar ergens?"
„Boven dien schoenwinkel", zei Dolf,
wien de gemeenzaamheid van het meis
je begon te vervelen.
„Leuk, hé, dat kamerleven? Je bent
zoo vrij als een vogel in de lucht, 'k Heb
er ook wel eens aan gedacht. Maar, dit..."
zij schoof duim en wijsvinger over elkaar
om dat te besluiten: „Maar enfin, thuis
mag ik ook alles doen, wat ik wil. Mijn
vader moppert wel eens, maar Mevrouw
zegt, dat een mensch maar eenmaal jong
is. En dan is het al lang goed."
Zij schaterde het uit, zoó, dat de voor
bijgangers op den Goudschen weg ver
baasd opkeken. Haai' lach klonk ook Dolf
onaangenaam in de ooren.
Nogmaals nam hij den hoed af en liet
haar alleen. Zij keerde op haar schre
den terug.
men, de loonen tijdelijk 10 pet verlagen
en een verzoek daartoe voor den burge
meester en den secretaris aan Ged. Stap
ten doen. Spr. dient twee moties daar
toe in.
De bruggen moeten verpacht worden,
zoo weinig mogelijk moet in eigen geheer
worden gewerkt. Spr. hoopt, dat er geen
abattoirplannen komen, de slagers moe
ten hun slachtplaatsen in orde brengen.
Spr. blijft vooral tegen de 50 opcenten
op de vermogensbelasting, omdat wel de
menschen met een lijfrente, doch niet de
gepensionneerden er in betrokken worden.
De loonsverlaging en het brengen van
Middelburg in de tweede klasse kunnen
het verder stijgen der belasting opvan
gen.
Spr. handhaaft het standpunt dat Mid
delburg inzake het indexloon een voor
beeld moet geven. Feitelijk moet de be
grooting terug naar B. en W. om de loo
nen te verlagen met 10 tot 20 pet.
De heer Van der Feltz (G. H.) be
gint met de kwestie over het dure gym
nasium en zegt, dat de leeraren hier toch
leven en wonen.
Komende tot de begrooting zegt spr.,
dat de rechtschen wel eens verschil van
meening hebben, maar het komt weer te
recht. Bij links is het anders. De partij
van den heer Jeronimus is geen partij,
er is geen bestuur, het is Jeronimus, Je
ronimus en nog eens Jeronimus. De Vrij
heidsbond is nauw verwant aan Jeroni
mus; men kan ook daar geen vaste lijn
vinden.
De Vrijz. Dem., daarvan is reeds ge
zegd: met de S. D. A. P. lood om oud ijzer
te zijn, maar spr. noemt het salon-socia
listen, minder revolutionair. Spr. meent,
dat er geen verschil is. De G. H. zijn 500
stemmen vooruitgegaan, een groote waar
deering voor haar beginsel en het optre
den der vertegenwoordigers.
Wat de S. D. A. P. betreft, zegt spr.,
dat, het koortsachtig werken in 't voor
jaar en het resultaat bewijst dit, de
partij op haar hoogste punt is. De S. D.
A. P. is altijd materialistisch, en heeft
nooit iets gedaan, de arbeiders geestelijk
te verheffen. (Protesten).
De S. D. A. P. belooft hooge loonen,
korteren arbeidstijd, en kan dit doen,
want zij was in de oppositie. Als de ver
beteringen door anderen werden verwe
zenlijkt, dan zei de S. D. A. P.: dat heb
ben wij gedaan. Dat is onoprecht en snoe
vend.
Op 30 Mei 1930 deelde wethouder On
derdijk een en ander mede over de werk
verschaffing in Drenthe, en kreeg daar
voor hulde van den voorzitter en den heer
v. d. Weel. En later zegt hij: ik deed dit
op drang der regeering.
De heer Paul zeide, dat de heer Jero
nimus rechts hielp om het ambtenaren
reglement den nek om te draaien en het
was juist rechts die het redde. De S. D.
A. P. is te groot geworden om niet mede
verantwoordelijk te zijn. De S. D. A. P.
wil meermalen wat, hetgeen zij niet durft
te zeggen. De heer Paul zeide, wij weten
ons vertegenwoordigers der arbeiders; hij
moet een voorbeeld nemen aan de Ghr.
Vakbeweging.
Het Nat. Crisis-Comité is een sympa
thieke daad en de S. D. A. P. behandelt
het op een onwaardige wijze.
Komende tot de salarissen zegt spr.,
dat men aan het eind van zijn Latijn is
op het gebied der belastingheffing. Spr
vraagt, of, als de kortingswet niet wordt
aangenomen, toch een voorstel van B. en
W. is te wachten.
Velen durven de verantwoording niet
aan te bezuinigen, men is bevreesd voor
de kiezers. Spr. gelooft, dat de wet kans
van slagen heeft, maar het is beschamend
dat zij noodig is.
Spr. brengt hulde aan B. en W., maar
ieder heeft zijn fouten en bij het college
is het streven om moeilijkheden te voor
komen. Spr. had gaarne krachtige po
gingen gezien tot vermindering van uit
gaven alvorens tot belastingverhooging
over te gaan.
Spr. heeft vernomen, dat ingewijden in
de bedrijven weten waarop te bezuinigen
is. Het komt z. i. door wethouder Onder-
dijk voornamelijk, met wien de wethouder
van financiën mede gaat.
Eerst moet men andere middelen toe
passen, alvorens op de vermogensbelas
ting opcenten te leggen. Spr. vergelijkt
wat men betaalt van inkomen uit vermo-
Dolf betrad zijn kamer. Dat moet zóó
niet weer, overlegde hij. Ik geloof, dat
Dirksen gelijk heeft. Die vrijpostige jonge
dame moet op een afstand worden ge
houden.
Onwillekeurig dacht hij aan Elsa. Wat
een verschil tusschen haar en zijn col
lega! Hij vond trouwens verschillende
dametjes op het kantoor heel anders
dan Elsa. Kwam het omdat zij dagelijks
met elkaar samenwerkten? Of was het
leven in Rotterdam anders?
Hij wist het niet Maar zijn besluit
stond vast: wat nu gebeurd was, zou
niet weer gebeuren.
Behendig ontweek hij in het koffie-
kwartiertje van den volgenden dag de
jeugdgroep op het kantoor. En bij het
uitgaan, ziende, dat Cor Zuiderman treu
zelde, klampte hij den langen Laarman
aan.
„Ik mag wel zoover met je meeloo-
pen?" vroeg hij.
„Graag, kerel. We moeten toch dezelfde
richting uit", antwoordde deze.
Tot zijn voldoening bespeurde Dolf, dat
het meisje verdween. Zij zou nu toch
wel begrepen hebben, dat zij met hem
niet kon handelen, als vroeger met an
deren, naar Dirksen hem verteld had.
„Ik dacht Donderdagavond eens op de
Jongelingsvereeniging te komen", zeide
gen en uit salaris, dit aan de hand van
cijfers, die een veel grooter bedrag geven
voor het eerstgenoemde. Nu gaat men
zwaar belasten hen, die toch reeds zwaar
belast zijn. Spr. zal een voorstel doen, die
50 opcenten niet te heffen. Ten eerste door
Middelburg te plaatsen in de tweede klas
se. Daar zijn zeker bezwaren aan verbon
den, maar men moet niet vergeten, dat
vroeger de aftrek geen f 800 was, en dat
het levensonderhoud dalende is.
Vlissingen plaatste zich ook in de 2de
klasse, zonder ernstige bezwaren der 8.
D. A. P.
Er is nog een middel, dat is het aan
spreken der reserve. Niet goed vindt spr.
een vastrechttarief in te voeren als er
winstderving door ontstaat. Dan is er een
potje der H. B. S. en ten slotte salaris
verlaging.
Spr. gelooft niet, dat er niets af kan.
In 1920 zeide de heer Paul, dat het sala
ris hier gunstig was.
Als het toen goed was, kan men nu
niet zeggen, dat het te laag is.
Er zijn twee salarissoorten, zij, die wél,
en zij, die géén pensioensbijdrage moeten
betalen; spr. zou dit verschil willen op
heffen. Het is goed, dat men bijdraagt
voor zijn pensioen. Spr. zal een voorstel
doen dit met Maart te doen ingaan, ge
lijk met de verlaging der rijksbelastingen.
Spr. zou het potje der R. H. B. S. willen
bewaren voor later, wellicht nog erger
tijden.
Spr. heeft er wel tegen, dat de school
arts ook over de tanden gaat, want, dat
heeft met het schoolgaan niets te maken,
men ontneemt dan de zorg te veel aan
de ouders. Voor een school voor zwak
zinnigen voelt spr. wel.
De heer Mes (R. K.) voelt evenveel
voor de arbeiders als de S. D. A. P.,
maar het is in strijd met de Grondwet
voor een groep hier te zitten.
De R. K. bestrijden even hard de uit
wassen van het kapitalisme als de S. D.
A. P., maar zullen niet komen aan het
particulier bezit. Spr. wil in de eerste
plaats op dood materiaal bezuinigen voor
aan de salarissen te komen. Waar dhr
Jeronimus gezegd heeft, dat spr. dan de
mocraat en d a n conservatief is, zegt spr,
dat hij ieder voorstel op zichzelf be
schouwt.
Spr. meent, dat de statistiek aanwijst,
dat vele artikelen gedaald zijn, doch van
het eene gebruikt men meer dan van het
andere, maar de indexcijfers toonen toch
in twee jaar ruim 10 pet aan daling. De
kosten van levensmiddelen, van kleeren
en schoenen zijn gedaald, doch andere
kosten van levensonderhoud zijn niet ge
daald of zelfs verhoogd.
Geen enkele econoom weet de crisis op
te heffen. Gelukkig leven wij nog in Gods
hand, en het is te hopen, dat een betere
toestand zal geboren worden, niet alleen
voor de arbeiders, maar voor allen.
De voorzitter zeide, dat men met
de grenswijziging reeds te ver is. Spre
ker meent, dat een inrichting voor zwak
zinnigen voor geheel Walcheren moet ko
men. Spr. zegt, dat reeds vóór het natio
naal crisis-comité ontstond, hier plannen
waren voor een comité. Dat dit thans op
zijn instignatie is gebeurd, moet op een
vergissing berusten.
Een reorganisatie van het Armbestuur
zal worden overwogen.
De aanvankelijke begrooting is door B.
en W. zeer besnoeid, dus er is geen reden
voor verwijten dat zij niet bezuinigen.
Vermindering van subsidies moet uit
den Raad komen, maar B. en W. willen ze
rustig en goed nagaan tegen volgend jaar.
Wat betreft de kortingswet of die komt
of niet, tóch zullen B. en W. met een
rapport over de salarissen bij den Raad
komen. De stukken van het abattoir zijn
bijna gereed. En het zal er bepaald moe
ten komen, maar eerst zal getracht moe
ten worden er geld voor te krijgen. De
werkverschaffing met andere gemeenten
brengt moeilijkheden met zich mede. Spr.
denkt aan de leiding.
Inzake het ambtsgebed moet rechts een
voorstel doen. Wordt het aangenomen,
dan zal spr. het uitvoeren.
Iedere partij kan toestemming krijgen
voor optochten en spr. zal zorgen, dat er
geen botsingen kunnen voorkomen.
De ziekenhuiszorg te specialiseeren zal
groote moeilijkheden met zich brengen,
gezien de ziekenhuizen met een bepaalde
kleur.
Dolf, om zijn metgezel gunstig te stem
men, daar hij iets meer van hem wilde
weten.
„Dat doet mij verbazend veel genoe
gen."
„Ik kan er toch niet over oordeelen, als
ik er niet geweest ben. Maar ik beloof
niet, dat ik onmiddellijk lid word."
„Er is niemand, die dat van je ver
langt. Je komt eerst maar eens een paar
maal poolshoogte nemen. Dan kun je
altijd nog zien."
„Zóó had ik ook gedacht", vond Dolf.
Laarman beschouwde blijkbaar dat on
derwerp als afgehandeld. Want hij sprak
over het kantoor. Met groote kennis van
zaken, dat bespeurde Dolf onmiddellijk.
„Hoe lang ben je al bij Smeetsman
Co?" vroeg hij.
,,'t Wordt overmorgen precies tien jaar.
Ik kwam er, toen ik zestien was."
Hij was dus zes en twintig, dacht Dolf.
Hij had hem ouder geschat.
„Aanvankelijk meende ik, dat je ge
trouwd waart", lachte hij. „Een gek idee,
want ik had geen enkele aanwijzing.
'tWas zuiver een idee".
,,'t Was niet zoo gek. 'k Heb den
leeftijd, Bovendien zie ik er ouder uit
dan ik ben. Verleden jaar om dezen tijd
ongeveer was ik in ondertrouw, na drie
jaar verloofd te zijn geweest."
De vergadering wordt hlera&
tot Zaterdagmiddag' 2 uur.
VERGADERING VAN ZATERDAG
MIDDAG.
De wethouders aan het woord.
Weth. de Veer beantwoordt ver
schillende sprekers. Spr. zal de politieke
debatten over de verkiezingen en de
verkiezingsresultaten buiten beschouwing
laten.
De alg. beschouwingen geven niet veel
houvast. In de hoofdpunten zijn de spre
kers het verre van eens. Ook zij, van
wie men oppervlakkig zou denken, dat
zij het eens zijn. De argumenten voor
salarisverlaging b.v. zijn geheel verschil
lend.
B. en W. zijn evenals do Raad door
drongen van den ernst van de crisis. Zij
betreuren zeer de belastingverhooging,
maar men moet niet vergeten, dal die
voor een doel verband houdt met de
nieuwe fin. verhouding tusschen Rijk en
Gemeente en de nieuwe belastingrege
ling. Vorig jaar was in dat opzicht gun
stig, dit jaar zal minder gunstig zijn.
B. en W. achten den tijd voor salaris
verlaging nog niet gekomen. Maar moch
ten de rijksuitkeeringen minder worden
of de crisis (speciaal de werkloosheid)
nog erger worden, dan zullen B. en W.
niet aarzelen met voorstellen te komen
(salarisverlaging of pensioenkorting voor
allen).
De salarissen zijn niet hoog in verge
lijking met andere gelijksoortige gemeen
ten en Rijk en Provincie.
Van gelijksoortige gemeenten staan al
leen Bergen op Zoom en Roosendaal bo
ven Middelburg, de andere zijn alle lager.
Ook de rijkssalarissen zijn afgedacht
van de korting nog hooger dan in
Middelburg.
Voor salarisverlaging zijn enkele dood
doeners gebruikt.
Er zijn zeker menschen, die minder
dan vroeger verdienen. Maar er zijn ook
tal van menschen, die zeker niet min
der verdienen.
Ontkennende interrupties.
Dhr v. d. Feltz: het gemeenteper-
soneel!
Weth. de Veer houdt zijn betoog vol.
Spr. denkt aan de drukkers, de bakkers-
en slagersknechts.
Men wijst op het rijkspersoneel, dat
pensioenpremie moet betalen. Spr. vindt
het niet onbillijk, dat het groote verschil
tusschen rijks- en gemeentepersoneel wat
kleiner is geworden.
Spr. voelt niets voor het idee van mevr.
Weijl, om een algeheele herziening der sa
larissen te bewerken. Moet er gekort wor
den, dan voor allen hetzelfde percentage,
want de daling van het indexcijfer is
voor allen gelijk. Een salarisherziening
zou booze geesten wakker reepen en Spr.
voorziet zeker geen verlaging.
Nu wil mevr. Weijl een Raadscommis
sie. Maar daarvan verwacht Spr. weinig.
Ook zou het georganiseerd overleg moe
ten worden gehoord.
Het meest radicaai was dhr Jeronimus.
Die wilde 10 pet. algemeene verlaging.
Maar hoe dan met dc salarissen, die door
Ged. Staten en de Kroon worden voor
gesteld? Het is een voorstel van iemand,
die de verantwoordelijkheid niet behoeft
te dragen.
Dhr Jeronimus: die durf ik te
dragen.
Dhr v. d. Feltz wilde 8Yz pet. pensioen
korting voor het rijkspersoneel.
Het minst ver ging dhr Portheine. Maar
we komen er niet met de rijkskorting,
want het lagere personeel is veel talrijker
dan het hoogere.
Het best is af te wachten het lot van
het kortingswet je, dat in dezen of gewij-
zigden vorm het Staatsblad wel zal be
reiken.
Dhr Portheine was sterk pessimistisch.
Dit is toch overdreven. De opbrengst ge
meentefonds 193132 is hooger dan ge
raamd. De vermakelijkheidsbelasting
brengt iets meer op dan vorig jaar. Er
zijn symptomen, dat het niet iedereen
in de stad slecht gaat. Er wordt wel eens
een autootje aangeschaft.
Het kortingswetje is door dhr v. d.
Feltz een voor de gemeenten beschamend
wetje genoemd.
Spr. noemt dit onjuist. Ook Minister
de Geer beschouwt het zoo niet.
Spr. zal afwachten, wat de Raad op
de begrooting zal bezuinigen.
Op de subsidies zal heel weinig te be-
De doffe klank van de stem wees er
Dolf op, dat achter het geval iets tra
gisch school. Waarom hij den tact had,
niets verder te vragen.
„Eén dag na onzen ondertrouw werd
mijn verloofde ziek. En twee dagen vóór
den oorspronkelijk bepaalden trouwdag
overleed zij", gaf Laarman de verklaring.
„Dat is zeer tragisch", zei Dolf, in eenen
sympathie gevoelend voor den jongen
man naast hem.
„'kHeb het niet gemakkelijk gehad
onder dien slag. Maar de geloofsberusting
is gekomen na een zwaren strijd."
Dolf gaf geen antwoord. Hij wist niet,
wat hij zeggen moest. Wel begreep hij
nu levendig, hoe het kwam, dat Laar
man er zooveel ouder uitzag dan hij in
werkelijkheid was.
„Deze dagen zijn dan wel vol droeve
herinneringen", zei hij, om toch maar
wat te zeggen, nu de ander peinzend
verder liep zonder te spreken.
„Onwillekeurig wel. Maar zooals ik zei,
ik heb geleerd, mij geloovig te buigen
onder Gods Hand. Hij weet wel, wat goed
voor ons is. En waarom zou ik mijn
verloofde, die juichend naar Boven ging,
de heerlijke rust benijden?"
Dolf kende van jongsaf die taal. Maar
zij drong niet tot hem door.
("Was at v'ïrreigö.)