DE ZEEUW Om het Eeuwige Rijk. TWEEDE BLAD. Uéf' Brieven uit de Residentie. Uit de Provincie. '19? -fl< ito 9b; at *70 flO! -rn< 9b VAN MAANDAG 28 OCTOBER 1931, Nr 22. Dezer dagen stond ik op de tram met iemand, die me vertelde, dat het met die crisis en die malaise toch lang zoo erg niet was, als men wel beweerde. Laat me voorop stellen, dat hij zelf een betrekking heeft, waar hem, voorloopig althans, nog geen leed dreigt. Zulke menschen hebben over het algemeen goed praten. Prof. Slotemaker de Bruine zei dezer dagen in de Kamer: „persoonlijk merk ik van de crisis niets, mijn schadeloosstel ling en mijn pensioen worden prompt uitbetaald en er zijn meer leden dezer Kamer, die geen enkelen last hebben, wat hun beurs betreft, van de crisis." Hier werd het nog bekend, maar er zijn er ook, die precies andersom doen. Mijn overbuur op de tram had twee pij len op z'n boog. Hij vertelde me, dat er genoeg winkels zijn, die meer verkoopen dan vroeger. Dat er waarschijnlijk heel wat meer zijn, die minder verkoopen dan vroeger, zei hij er niet bij. Wel voegde hij er bij: die zakenmenschen klagen im mers altijd, dat hoort er zoo bij. Men zegt wel eens van een boer en een viervoetig dier, dat ze knorrende vet worden (van den boer zal men dat thans moeilijk kun nen beweren) maar het heeft ook mijn aandacht wel eens getrokken, dat som mige zakenmenschen, ook in meer gun stige tijden, nooit eens tevreden, nooit eens dankbaar zijn. 't Is meestal als maar klagen en nog eens klagen. Ik schrok eens, toen ik bij een hande laar op bezoek kwam en op mijn belang stellende vraag, hoe het ging, tot bescheid kreeg: best hoor, alle reden om dankbaar te zijn! Die man was voor mij zooiets als een witte raaf en met een groot gevoel van verlichting kon ik het gesprek voortzet ten. Een dankbaar mensch te ontmoeten, is vooral tegenwoordig, een weldaad. M'n man op de tram had nog een ar gument voor zijn beweren. Eiken avond zitten de bioscopen, enz. vol! Over dat verschijnsel heb ik me ook, eerlijk gezegd, meermalen het hoofd ge broken. Dezer dagen liep ik op een mor gen door de Residentie en daar trof m'n oog een lange rij menschen, twee aan twee, die geduldig in een onzer hoofdstra ten stonden te wachten. En dat in den morgen. Het was voor een bioscoop, blijk baar moest men een kaartje hebben voor 's avonds, of plaats bespreken. In een on zer buitenwijken wordt eerlang weer een pracht bioscoop geopend en er zijn plan nen, om er in het centrum der stad een te bouwen, die alles wat wij hier op dat gebied kennen verre overtreft. Voor dat raadsel staat men, al moet men beproeven er ook niet al te veel en al te zware conclusies uit te trekken. Im mers, men vergete niet, dat de bioscoop voor velen nagenoeg de eenige ontspan ning is geworden, de café's en de kunst theaters zitten 's avoncL waarlijk niet vol. En dan zou men ook moeten weten, hoeveel procent der bevolking nu 's avonds in de bioscoop zit en wie het zoo ongeveer zijn. Ik weet dat niet, om dat ik er nooit kom, maar heb er toch wel m'n gedachten over. Intusschen is het een feit, dat er voor pret en vermaak nog heel wat geld over is. In Nijmegen, de mooie stad aan de Waal, is het weer kermis geweest, een week lang. Nu heeft men daar een zeer scherpe belasting op de publieke verma kelijkheden, waardoor men b.v. ook be lasting betaalt van een openbare vergade ring der kiesvereeniging. In die kermis- week heeft de belasting op de publieke vermakelijkheden in Nijmegen ruim f20.000 opgebracht en zoo kan men be rekenen, dat in die eene week alleen aan entrees een bedrag is uitgegeven van meer dan één ton. Dan komt er nog bij alles FEUILLETON 42) „Ja, d'e vrouw van den bisschop werd begraven", antwoordde Flavia. „Ik wist, diat het een Christen-begra fenis was", zei Flaminius, en toen wend1- d!e hij zich af, en keek naar buiten door het kleine raampje, waarvoor hij zat. Flavia kwam naar hem toe en liet zich naast hem op d'e knieën vallen. „Flaminius, je bent toch niet gekomen, om pok hier d'en geest van vervolging wakker te roepen?" 'kreet ze. Flaminius keek neer op haar bleek, doodelijk verschrikt gezicht. „Ik zou die menschen niet meer willen of kunnen vervolgen", zei hij fluisterend' en een trek als van lichamelijk leed' kwam op zijn gelaat en het werd' heel bleek. Zijn vrouw ontstelde er hevig van. „Je bent ziek, Flaminius", zei ze en ze wilde reeds een slaaf uit de zijkamer binnenroepen, maar hij legd'e zijn hand op haar schouder om haar tegen te houden. „Neen, neen", zei hij, „ik ben niet wat in zoo'n week verteerd en verdron ken wordt. Als ik me wel herinner, heeft men in de Nijmeegsche kermisweek ook de z.g. dolle Maandag. Welnu, zoo vraag ik, hebben we zoo nu en dan nigt de gedachte, dat we in een dolle wereld leven? En dan moeten we voor sommige dingen oppassen. Het eerste is, dat we niet beginnen met van onszelf af te zien, op die en op die en weet ik het al waarop. Dat is heel ver keerd. Eerst naar onszelf zien en naar eigen tuin. 't Is juist een groot gebrek van zeer velen in onzen tijd, dat ze altijd veel te ver van zich af zien. 't Is ook een fout van het christendom. Echte reformatie, echte inkeer en echte bezinning begint altijd bij den mensch zelf. Hier ligt ook de groote fout en de groote zwakheid van het socialisme. We moeten er ook voor oppassen, dat we ons los gaan gevoelen van die booze en zondige wereld, omdat wij toch zooveel beter zijn. We zijn één met haar in zonde en in schuld. En dan: geen steenen werpen op één bepaalde maatschappelijke groep. Niet al tijd oreeren: die arbeiders dit en die ar beiders dat! Het zit overal. En het is een vaste wet, dat het bederf van boven naar beneden komt en niet omgekeerd. In zekeren zin geldt ook hier: gelijk de priester alzoo het volk! Wat rijzen er zoo een verantwoorde lijkheden op. Wat zegt zoo deze tijd ons veel, wat doet hij ons een schuld zien. Ook van onszelf. Dat maakt klein en doet niet allereerst oreeren. Wel drijft het ons allereerst in de binnenkamer om schuld te belijden. Zoo er niet is schuldbesef, waarachtig schuldbesef en dat bij allen, zoo is er ook geen genezing. Want ook hier is het dwaas en gevaarlijk om de breuken op het zachtst te helen. J. H. Vereen, voor Zieken- huisverpleging. Op initiatief van de Vereen, voor Ziekenhuisverpleging te Middelburg kwamen Zaterdagmiddag in het Schuttershof aldaar afgevaardigden van deze vereen, bijeen met die van de zustervereenigingen van Noord- en Zuid- Beveland,te Kats, te Zierikzee en de twee uit Vlissingen. De Voorzitter der uitnoodigende vereen, dhr mr W. J. Woldringh v. d. Hoop, heette allen welkom en gaf het woord aan den secretaris der Middelburgsche ver- eeniging, den heer L. Onderdijk, om het doel uit een fe zetten waarvoor men bij een was geroepen. De heer Onderdijk zeide, dat hij reeds lang de behoefte gevoelt aan samenwer king, tusschen de Zeeuwsche vereenigin- gen. De landelijke federatie omvat nog lang niet alle vereenigingen, zoo staan de provinciale organisaties in Groningen en Friesland er buiten, in Noord-Holland ook verschillende vereenigingen en in Zee land zijn het Zierikzee en „Gelijke plich ten gelijke rechten" te Vlissingen, die zich nog niet aansloten. Door het stichten der vereenigingen is reeds veel goeds be reikt en hef is daarom jammer, dat het elders mislukt is. Men mag nu niet tevre den zijn met hetgeen in eigen omgeving is bereikt, doch moet ook elders het groote nut aantoonen en de helpende hand uitste ken, wat het best kan geschieden door bestaande vereenigingen. Daarom mede moeten deze een vasten band vormen en alle inlichtingen kunnen verstrekken wat beter een provinciale dan de landelijke organisatie zal kunnen doen. Op den duur verwacht spr. dan ook, dat er zal komen een landelijke federatie be staande uit de provinciale of streek-orga- nisaties. Men heeft nu van de landelijke federatie wel reeds een band met de Gro- ningsche en Friesche organisaties, inzake het overschrijven van leden, men hoopt blijkbaar langs dezen weg beide provin ciale organisaties tot aansluiten te krijgen. In afwachting van een en ander is het goed in Zeeland ook reeds een band te hebben, en ook onderlinge ontmoetingen een paar maal per jaar van de besturen kunnen ten goede werken. Men zal op deze wijze over meer sprekers en gegevens voor de propaganda gaan beschikken. In Wal cheren zijn thans alle gemeenten bij een vereeniging aangesloten, op Zuid- en erger, maar Aesculapius heeft me niet beter kunnen maken. „En nu voel je je zeer teleurgesteld!, Flaminius?" zei Flavia. „Niet alleen voel ik me teleurgesteld), maar ik heb mijn geloof in de godheden verloren. De bewoners van d'en Olym pus zijn niets meer voor me, want nu eerst heb ik ontdekt, dat hun macht slechts leugen en bedrog is." Flavia klapte in d'e handen en kon nauwelijks een uitroep van vreugde on derdrukken, toen ze dit hoorde. „Mijn gebeden zijn verhoord! zei ze halfluid, maar haar echtgenoot lette er niet op. Hij staarde naar buiten, in zijn eigen bittere overpeinzingen verzonken. „Ik ben d'e armste mensch ter wereld?" riep hij eenige minuten later uit, „want ik heb geen God'." „Flaminius, d'e eenige, ware God zal zich zeker aan je openbaren. Hij heeft de ijdelheid van de afgoderij doen zien om je voor zichzelf te winnen", zei Fla via haastig. „Daar is het te laat voor", antwoordde Flaminius. ,",Ik ben opgegroeid' in den dienst van Jupiter en Juno en ik kan niet mijn godsdienst veranderen, zooals we d'en snit van onze kleeren veranderen." „Neen, maar als we dwaas gehandeld Noord-Beveland bijna alle bij de groote vereeniging, al heeft men op Noord-Beve land twee kleine vereenigingen; op Schouwen en Duiveland zijn er ook nog twee vereenigingen. Geheel Zeeuwsch- Vlaanderen en als spr. het goed heeft, ook Tholen is nog van deze nuttige instelling verstoken. Bij goede propaganda krijgt men ook daar de menschen wel, want het is gemakkelijker gebleken een vereeni ging voor ziekenhuisverpleging dan een ziekenfonds op te richten, al kan ook uit het eerste gemakkelijk het tweede ge boren worden. Spr. heeft de bedoeling alle Zeeuwsche vereenigingen al of niet bij de landelijke federatie aangeslo ten in een Zeeuwsche organisatie te vereenigen. De heer Uijl te Zierikzee, zeide, dat men aldaar nog geen nut zag in een aanslui ting bij de landelijke federatie, zoolang niet alle groote vereenigingen èr bij zijn aangesloten. De voorzitter zeide, dat de landelijke fe deratie thans 300.000 leden, verdeeld over 118 vereenigingen, telt. De grootste plaatsen, Amsterdam, Rot terdam en Den Haag hebben geen ver eenigingen op dit gebied. Thans moet men 1 zich echter bepalen tot hetgeen voor Zee land van beteekenis is. De heer Dr. Staverman, Vlissingen, ziet ook bet groote nut in van betgeen het doel is der vergadering en voegt aan het gesprokene van den heer Onderdijk o.a. nog toe, dat alleen opheffing van den wachttijd bij verhuizing reeds van groot nut kan zijn. Samen kan gewerkt worden om verlaging der ziekenhuisprijzen voor de leden te verkrijgen en ook financieel zal men in de toekomst elkaar als het soms noodig mocht blijken, kunnen helpen. De heer Catshoek, Zierikzee, vraagt of zijn vereeniging niet in moeilijkbeden kan komen, omdat zij ook de operatiekosten betaalt. De Voorzitter zegt, dat de bedoeling is de vereeniging zooveel mogelijk autonoom te laten blijven, alleen kan men waarschu wen als de financiën in bet gedrang zou den kunnen komen. Men zal nu de zaak op breeder en steviger grondslag plaatsen. Voor verder gaan moet men elkaar steeds beter leeren kennen. De beer mr Mes, Voorzitter van de vereeniging voor de Bevelanden, zegt, dat naar zijn meening zijn vereeniging heel gaarne wenscbt mede te werken. De heer Onderdijk meent ook, dat men niet te veel aan 'de autonomie der vereeni gingen moet tornen. De kwestie van de kosten van operatie is niet gemakkelijk, omdat iedere plaats dat weer anders heeft. Met financieele hulpverleening moet men zeer voorzichtig zijn, want dan moet men ook kunnen toezien op de uitgaven der vereenigingen. Maar vooral ook hel hebben van eenvormige statistieken is van beteekenis en men overziet dan thans in Zeeland reeds 45.000 personen. Men kan van elkaar bet goede overnemen en elkaar waarschuwen voor hetgeen minder goed afliep. Men zou nu in principe een besluit tot oprichting kunnen nemen, de kosten zullen niet boog mogen zijn, want de inkomsten moeten m de eerste plaats ten bate der leden komen. De vertegenwoordiger van „Gelijke plichten gelijke rechten" en van Kats kun nen geen toezeggingen doen zonder hun vereeniging te hebben geboord. De heer Onderdijk zet nog eens uiteen, dat bet doel is nu een principieele toe zegging te krijgen, dat men het in zijn vereeniging zal verdedigen. Het principieele besluit werd genomen z.h.s. en ook goed gevonden dat Middel burg vóór 1 Dec. aan de vereenigingen een ontwerp-reglement zal toezenden, dat zij in eigen kring kunnen bespreken, om dan in Januari weder een gecombineerde vergadering te houden. Naar aanleiding van enkele opmerkin gen, zeide de beer Onderdijk nog, dat bij in deze wijze van werken juist ook de kracht ziet om meer versnippering door oprichting van kleine vereenigingen te voorkomen en de bestaande kleine tot aan sluiting bij de grootere te krijgen. Vlissingscbe Duinwater leiding. In de Zaterdag gehouden buitengewone algemeene vergadering van aandeelhouders der N. V. Vlissing- sche Duinwaterleiding-maatschappij is aanvaard de reeds door den Gemeente raad vastgestelde regeling van de over name van de eigendommen der Maat schappij bij het eindigen der concessie. hebben, past het ons te onderzoeken, waarin we d'waas zijn geweest en in het vervolg het pad der wijsheid te be wandelen." „Maar waar is het pad der wijsheid?" vroeg Flaminius. „We hebben geen licht, geen gids om het te vinden, zelfs als het bestaat. „Lieve man, er is zulk een licht om d'e aarzelende voetstappen van den mensch te leiden naar de bron van alle wijsheid. God zelf; de God van den hemel en d'e aarde; Die beloofd heeft ons ge- d'uriglijk te leiden", zei Flavia ernstig. „Waar hebt je het over wat is dat voort een licht, waarover je spreekt?" vroeg Flaminius. „De boodschap van God aan de mensch- heid het oord van God, dat vervat is in de Heilige Schrift", antwoordde Flavia. „En heb je die boodschap?" vroeg haar man nieuwsgierig. „Ik heb het geheele verhaal van het leven van Jezus Christus, den Zoon van God, Die kwam om den wil van God den Vader bekend te maken en nader hand stierf voor de zonden en ongerech tigheden der wereld. Hij is de ware, de eenige Heiland, en die in Hem gelooft, heeft het eeuwige leven." „Ga voort, vertel me meer van die Middelburg. Ter gelegenheid van het 5-jarig bestaan der Geref. Mannenvereen. „Dr Herman Bavinck", alhier, kwam deze Vrijdagavond in feestvergadering bijeen in de bovenzaal van het Mil. Te huis, die geheel met leden en belangstel lenden gevuld was. Wegens verhindering van den voorzitter, werd de vergadering gepresideerd door dhr D. H. Lodewijk. In zijn openingswoord wees deze er op, dat er in deze tijden van verflauwing der grenzen en inzinking van kerkelijk besef er een kring van mannen is, die voor verdieping van kennis der Geref. begin selen nu al 5 jaar werkzaam is. Ver schillende felicitaties waren ingekomen, terwijl verschillende afgevaardigden feli citaties uitspraken. Een der leden, dhr B. Goudswaard, gaf eun terugblik op de voorbije 5 jaar en de moeilijkheden, die met de oprich ting gepaard gingen. Al aanstonds kon na een referaat van Dr Huizinga de vereeniging worden op gericht met 24 leden, welk aantal spoe dig klom. Met een aansporing tot propa geering voor het mooie doel besloot spr. Da. D. Scheele sprak over de noodza kelijkheid van 'de mannenvereeniging. Spr zegt, dat er wel waren vereenigingen voor de jeugd en vrouwen vereenigingen en 't daarom als vanzelf sprak, dat ook de mannen om doorloopend in staat te zijn voornamelijk ook in het gezinsleven gees telijke leiding te geven en in het alge meen om heel de levenstaak naar belmo ren te vervullen, zich organiseerden om met elkaar al de moeilijkbeden te bespre ken. Vooral in dezen moeilijken tijd kan de mannenvereeniging zooveel steun bie den en leiding geven. Met een hartelijken wensch voor den bloei en de uitbreiding der vereeniging besloot spr. zijn rede. Het lid, dhr A. Gast, leverde een inlei ding over Dr A. Kuyper. Voor afwisseling werd door dhr T. Tevel op niet onverdienstelijke wijze ge declameerd. Van vele zijden bereikten ons klach ten over den treurigen toestand waarin nu reeds drie weken een groot gedeelte van de Langedelft verkeert. Voor drie weken heeft men vanaf de Segeerstraat tot de Markt aan beide zijden der straat een nieuwen telefoonkabel gelegd en daarvoor de klinkerpaden moeten opbre ken en zelfs bij de Heerenstraat een geul dwars over de straat moeten maken. Spoedig werd vernomen, dat met her stel der straat zou worden gewacht, om dat de geheele bestrating moest worden verlegd. Maar bet wachten duurt nu toch wel heel lang. Van de Markt tot de St Janstraat is de bestrating herlegd, maar het overige deel van de Segeer straat tot de St Janstraat biedt nog een droeve aanblik. De veiligheid van het verkeer is er ten zeerste door geschaad. Groot is bet aantal personen, dat bijna gevallen is over de ongelijk liggende losse klinkers, en het mag een groot wonder genoemd worden, dat nog geen ernstige ongelukken zijn voorgekomen. Daarbij komt nog, dat de winkeliers in het betrok ken deel van de straat hinder ondervin den, men kan hun stoepen niet gemakke lijk opkomen en ouderen van dagen schu wen de Langedelft door het gevaar, ook bij verplicht uitwijken voor fiets, auto en ander voertuig. Het is absoluut noodza kelijk, dat bier spoedig ingegrepen wordt. Wij vernemen, dat men thans zal trachten de ergste obstakels voorloopig weg te nemen. Vrijdagavond had in de geheel be zette zaal van „Mercurius" een buiten gewone ledenvergadering van de vereeni ging tot exploitatie van volkstuintjes „Kweeklust" plaats met de vrouwen der leden. Om acht uur opende dhr J. F. Ver meulen, voorzitter der vereeniging, de vergadering, heette alle aanwezigen har telijk welkom en deelde mede, wat geleid bad om deze buitengewone vergadering, om niet te spreken van feestavond, te organiseeren. In de vergadering van 25 Februari 1.1. was getracht medewerking uit de leden te verkrijgen om aan de Floraliatentoon- stelling deel te nemen, doch door het ge ring aantal .deelnemers werd door het bestuur besloten, dit jaar niet mede te doen aan de tentoonstelling. In de volgen de vergadering kwam bet bestuurslid, dhr A. van der Mijle, met een voorstel, om een vreemde leerstellingen", zei Flaminius, toen Flavia zweeg. Ze liet zich geen tweede maal bidden, maar verloor alle besef van tijd en vergat dat Flaminius rust noodig had na zijn inspannende nachtwake, tot een der sla ven kwam meedeelen, dat de maaltijd al eenigen tijd gereed stond, en dat Sisi- dona op hen wachtte. Toen werd Flami nius zich plotseling bewust van een ge voel van flauwte en zwakte, die hem bijna op den grond hadden doen vallen en viel het Flavia op, dat haar man er zeer slecht uitzag. „Ik ben gedachteloos en onverstandig geweest, Flaminius", zei ze, terwijl ze een slaaf wegstuurde om opwekkende middelen te halen en Sisidona bij haar te sturen. Het was duidelijk, dat de opwinding van de laatste uren te veel was geweest voor de zwakke krachten van den zieke. Er moest onmiddellijk een geneeskundige gebaald worden want er volgde een in-® zinking, die ernstig voor zijn herstel de den doen vreezen. Het eerste, wat de man der wetenschap zei, was, dat hij onmiddellijk naar den tempel gebracht moest worden. Dit ech ter weigerde Flavia beslist. „Mijn man heeft al twee nachten in keuring op de volkstuinterreinen te hou den, met het doel aan de leden, welke den fraaisten en schoonsten tuin en den besten stand der gewassen had, daar voor punten te geven en voor de terrei nen prijzen ter beschikking te stellen. Dit plan werd uitgewerkt, een viertal keur meesters benoemd, n.l. de heeren Kleine- pier, Labruijère, Jansen en Oost, en deze hebben vanaf Mei tot medio September de tuinen gekeurd. Een 32-tal leden kwa men in aanmerking voor een prijs en nu wilde men die in gezelligen kring uitdea len. Doch alvorens men hiertoe overging, heeft dhr Kleinepier, als secretaris en keurmeester, het verslag over dezen wed strijd voorgelezen. Uit dit verslag kwam tot uiting hoe de toestand op de terrei nen der volkstuinen is, wie zijn tuin goed onderhoudt en wie niet en vervolgens welk zet- of pootgoed men moet gebrui ken om succes in zijn tuin te hebben. Hierna deelde de voorzitter mede, dat dhr J. Onderdijk, wethouder, lid der ge schillencommissie, tot zijn spijt verhin derd was aanwezig te zijn; dat er in de paaze ververschingen zouden worden aangeboden en na de pauze een aantal filmen zouden worden vertoond over de volkstuinen en verder van vroolijken aard. Aan 32 leden werden prijzen uitge deeld. De voorzitter overhandigde de prij zen, welke bestonden als hoogste prijs uit een compleet theeservies, vervolgens een ontbijtservies en verder verschillende nuttige huishoudelijke artikelen en ook tuingereedschappen. Het was een zeer gezellige en nuttige avond voor de volkstuinders. Na de pauze verliep de filmvertooning vlot en werd hartelijk gelachen bij het zien van bekenden op de volkstuinen van Middelburg. Het was zeer spoedig half elf, toen de voorzitter het woord nam en een warm woord van dank sprak namens de aan wezigen tot dhr Groenenberg, die niet al leen een goed lid is maar bovendien zich met het belangloos vertoonen der filmen zeer verdienstelijk heeft gemaakt. Den leden en bun vrouwen werd dank gebracht voor hun aanwezigheid en on der applaus een tot wederziens toege roepen. Op Vrijdag hield de Chr. Muziek- vereeniging in bet Militair Tehuis alhier haar vierde jaarvergadering. De voorzitter opent met gebed de ver gadering De secretaris brengt verslag uit van het verloopen vereenigingsjaar. Het verslag getuigt van gestadigen bloei der vereeniging. De leiding berust in handen van baar directeur, dhr J. G. F. van Kamer. De secretaris dankt den voorzitter voor bet vele werk verricht in bet belang van de vereeniging. Hij dankt ook alle leden voor hun medewerking om te trachten het korps op hooger peil te brengen. Het ledental is; 33 werkenden, 4 niet- werkende leden en 5 leerlingen. Vlissingen. Verleden jaar besloot de Raad op voorstel van B. en W. tot toe kenning van een subsidie van f 50 aan het Onderwijsfonds voor de Scheepvaart en verklaarde daardoor, dat de op richting van een cursus te Vlissingen in het belang der gemeente moet worden geacht. Dit besluit was oorzaak, dat de school onder de bepalingen van de Nij verheidsonderwijswet valt en dat de net- tokosten worden gedragen door het Rijk en door de gemeente tezamen en wel voor resp. 70 en 30 pet. Daar deze school voornamelijk voor het personeel van den Provincialen Stoombootdienst is bestemd, kwam het B. en W. voor, dat bij de op richting behalve een gemeentelijk, toch zeker ook een provinciaal belang moest zijn betrokken. Ged. Staten, daartoe aan gezocht, zegden een provinciaal subsidie van f 92.50 toe, welk bedrag in mindering komt van de gemeente-subsidie, die ge raamd is op f 315, zoodat voor 1932 f 222.50 moet worden geraamd. Geble ken is, dat reeds een 47-tal personen toe lating tot de van 1 November tot 1 Apr. te geven cursussen hebben gevraagd, van wie 22 in functie bij den Provincialen Stoombootdienst. Ter goedkeuring leggen B. en W. over de begrooting 1932 van bet Gasthuis met een subsidie van f 75.800 van de gemeen te (v. j. f 84.735); de .begrooting van de instelling voor Maatschappelijk Hulpbe toon, met een gemeente-subsidie van den tempel van Aesculapius doorgebracht, zei ze, „en hij is eer minder dan beter." „En hij beeft geen enkele aanwijzing voor een geneesmiddel ontvangen?" vroeg de heelmeester op een toon van goedge- veinsde verbazing. Flavia vestigde baar klare, eerlijke oogen op hem. „Ge weet dat Aesculapius even weinig macht heeft als gij of ik", zei ze streng. De geneeskundige stond perplex. „Ik wist niet, dat ge het bijgeloof over boord bad geworpen, dat zoo noodig is voor we tenschap en kunst en een goed bestuur", zei ze bij wijze van verontschuldiging. Toen begon hij den patiënt zorgvuldig te onderzoeken en deed verscheidene vra gen om een goed inzicht te krijgen in de kwaal. Na het onderzoek beval hij, dat er een aftreksel gemaakt moest worden van kruiden, die in de nabijheid groeiden, maar hij gewaagde niet van toovermidde- len of waarzeggerijen of offers aan Aes culapius en hij verzekerde Flavia, dat, wat haar man het meest noodig had, rust was, naar lichaam en geest. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1931 | | pagina 5