DE ZEEUW Om bet Eeuwige Rjjk. TWEEDE BLAD. Staten-Generaal. Uit de Provincie VAN DONDERDAG 22 OCTOBER 1931, Nr 19. TWEEDE KAMER. Interpellatie ever den economischen toestand. Bij de voortgezette behandeling van de interpellatie van den heer v. d. Tempel, betreffende den economischen toestand, betoogde de heer vanPoll (rad. R. K.) dat de oorzaak van de crisis moet wor den gezocht in de ongebreidelde mensche- lijke concurrentiezucht. Spr. bepleitte de bevordering van nieuwe vormen van be drijfsorganisatie. De heer A1 b a r d a (S. D.) kwalificeer de het kapitalistische stelsel als een stel selloosheid. Terugkeer tot het liberalis tische stelsel acht spr. onmogelijk. De ar beidersbeweging heeft de koopkracht ver hoogd; loonsverlaging zou deze dus weer verminderen en de crisis verergeren, ter- .,wijl de strijd zou worden verscherpt. Ook het voorbeeld van Rusland kan geen redding brengen. (Heftige interrup ties van de communisten). Spr. beschouwt dit procédé als een kwakzalversmiddel. Hij hoopt, dat de arbeiders zullen zorgen, dat het socialisme wordt verwezenlijkt. De heer Loerakker (R. K.) besprak de crisis in tuinbouw- en suikerbieten teelt en bepleitte behoorlijken steun zon der aantasting van de arbeidersloonen. Het Russische stelsel keurde spreker scherp af, in elk geval acht hij het kapi talistische stelsel honderdmaal beter dan het Russische. De heer Guit (R. K.) is met den heer v. d. Tempel van oordeel, dat het kapi taal de schuld van deze crisis draagt. In dien er kwesties over de loonen zijn, dan behooren deze in georganiseerd overleg te worden besproken. Spr. bepleitte ver der de tot stand koming van een alge- meene steunregeling voor de werkloozen in overleg met de gemeentebesturen. De heer Slotemaker de Bruine (G. H.) wees op het onverantwoordelijk optreden van de Soc. Democraten. Spr. durft niet vragen om grootere bedragen voor steun verleening aan werkloozen, maar wel om een zoo weinig mogelijk stuitende verleening. Hij juicht toe, dat overleg gepleegd wordt met organisaties van werkgevers en werknemers, evenals de stichting van een Nat. Steuncomité. De heer Boon (Lib.) wees op het lou ter negatief optreden van de Soc. Demo craten. Hij wil niet zeggen, dat loonsver laging de oplossing van de crisis kan brengen, maar toch zal loonsverlaging niet onder alle omstandigheden zijn tegen te houden. De heer S m e e n k (A. R.) zegt, dat de bewogenheid met de crisis-slachtoffers niet het monopolie is van de S. D. A. P. Deze stelt wel groote eischen, zonder ech ter, noch in, noch buiten de Kamer, de middelen aan te geven hoe aan die eischen te voldoen. Verkorting van de arbeidsweek tot 40 uur kan men moeilijk aannemen als mid del tot verbetering van den toestand. Dat de regeering overleg pleegt met de organisaties van werkgevers en werkne mers heeft spr. met genoegen gezien. In de exportindustrie en in den landbouw stellen de loonen in de best betalende be drijven nog nauwelijks in staat tot een matig levenspeil. Het zal dus zeer moei lijk zijn, die loonen nog meer te verlagen, en van een algemeens verlaging mag dus geen sprake zijn. Er moet verandering komen in de loonen in de beschutte bedrijven en in de Overheidsbedrijven. Wat de werkloozen- kassen aangaat, durft spr. verhooging van de steunverleening niet aan. Zoowel bij den Staat als bij de gemeenten ontbre ken daarvoor de middelen. Een crisis fonds daarvoor acht spr. niet mogelijk. Er is een grens aan de leeningsmogelijk- heid. Spr. wil speciaal de aandacht vestigen op de werkloozenkassen voor de landar beiders. Met den heer Oud is spr. het eens, dat de sociaal-democraten hoe langer hoe meer afwijken van het wetenschappelijk Marxisme en men meer overhelt tot het utopisme, wat volkomen begrijpelijk is. Men moet in dezen tijd van ellende, doen wat de hand vindt te doen, er reke ning mee houdende, dat menschelijk trachten de crisis niet alleen kan over winnen; men onthoude zich dan echter van het wekken van illusies. Dhr D e V i s s e r, Comm., dient een mo tie in, beoogende o.m.: aan boeren en tuin ders, wier inkomen daalt beneden f 1000 per jaar, een zoodanige crisistoelage te verschaffen, dat dit minimum inkomen is gewaarborgd. Dhr Braat, Plattel.,: Is f1000 dan vol doende? Dhr De Visser: Tal van kleine boer tjes moeten het nu doen met de helft. Voorts zou spr. een heffing ineens ver langen van de vermogens boven tien mille, een heffing van het Nederlandsche kapitaal, dat buitenlands wordt geplaatst en afschaffing van de bewapening. In een tweede motie vraagt hij uit- keering van een extra-steun van f2.50 per week aan alle werkloozen alsmede uitkeering van benoodigde voeding, klee ding en dekking voor gezinnen van werk loozen en een extra-week uitkeering met Kerstmis. De moties worden alleen door den heer Wijnkoop ondersteund en komen derhalve niet in behandeling. Dhr Kersten, St. Ger., zegt, dat de interpellant geheel over het hoofd heeft gezien, dat God regeert, zoodat hij geen oplossing kon aangeven. Geen grooter ramp zou ons volk kunnen treffen dan als het viel in den greep der revolutie; dit ware erger dan een oorlog. De toestand is donker, maar er blijft de lichtende hoop, dat God zal kunnen helpen. Ons leven moet versoberd en tot een voudiger peil teruggebracht worden. De sociale wetten moeten worden ingetrok ken. Spr. wijst op de verdwazing van het volk, die uit de opbrengst der vermake lijkheidsbelastingen blijkt. De regeering neme maatregelen tegen een al te weel derige levenswijze. Tegenover den eisch van de 40-urige ar beidsweek stelt spr. de vraag, dat de re geering groote soepelheid zal betoonen ten aanzien van de thans geldende ar beidsweek. Stakingen moeten met kracht worden tegengegaan en strafbaar gesteld. Ook in de bescherming van onze pro ducten ziet spr. een remedie. De minister aan het woord. De Minister van Binnen 1. Za ken enLandbouw heeft aan hetgeen hij in eersten termijn heeft gezegd, niet veel toe te voegen. Door tal van sprekers is het internatio naal karakter der crisis in een hel licht geplaatst. Ook bleek helder, dat maat regelen, die elders reeds moesten worden genomen, als in Duitschland en Enge land, veel krasser waren dan hier noodig zijn. Alles, dat de regeering doet, en dat zij meent te moeten doen, worde beschouwd als het eenig mogelijke om den toestand draaglijk te houden. Hooge salarissen te handhaven, zou oorzaak worden, dat het snoeimes straks veel scherper zal moe ten worden gehanteerd. Spr. herhaalt, dat algemeene loonsver laging niet in de bedoeling der regeering ligt; alleen waar dit mogelijk is moet die plaats hebben. Dit was dan ook niet het hoofdpunt van het overleg tusschen werk gevers en werknemers. Spr. geeft de hoop niet op, dat dit overleg vruchtdragend zal zijn, al zijn verschillende antwoorden teleurstellend. Ten aanzien van de werkloozenverzeke- ring in de beschutte bedrijven zegt spr., dat daarin de arbeiders zelf voor de extra- premie voor de verlengde uitkeering moe ten opkomen Daarvoor zijn geen over heidsgelden beschikbaar. Het denkbeeld van den heer Loerakker zal worden over wogen. Een extra-crisisuitkeering aan de werk loozenkassen zal worden overwogen, doch 't belang der financiën moet hierbij in 't oog worden gehouden Spr. moet daarom de moties van den heer Van den Tempel afwijzen, ook op de gronden in eersten termijn medege deeld. Op de beschouwingen over de verschil- FEUILLETON. 39) —Q— Flaminius deelde hem mede, dat de slaap in het heilig verblijf geen genezing had gebracht en dat hij diep teleurgesteld was, dat hem ook geen geneesmiddel was geworden Een medelijdende glimlach krulde een oogenblik de smalle lippen van den priester. „Dat verbaast me niets", zei hij, „het gaat meestal zoo. Doch stel u gerust De tempel van Aesculapius is een school voor heelkunde rijk ik ben een van zijn geneesheeren." Flaminius keek naar den man met zijn lang, wit gewaad. „Zijt gij geneesheer en dus geen priester? vroeg hij langzaam. „Ik ben beide en ik heb het druk ge noeg", antwoordde de ander. „Maar ik ben niet van zoover gekomen om een geneesheer te raadplegen, maar om bij de godheid zelve heling van mijn kwalen te zoeken", zei Flaminius. „En zijt ge dan zoo verdwaasd en ver blind om het geloof van de onwetende massa te deelen, dat „Aesculapius en geen ander kan me genezen", onderbrak Flaminius toornig. „Laat hem zijn gang dan maar gaan", antwoordde de priester, waarna hij zich op zijn hielen omdraaide en heenwan- delde. Flaminius keek hem een oogenblik na, een gevoel van bitterheid kwam in hem op. Dus die heelmeesters bezoedelden de heiligheid der goden, door te beweren, dat zij de patiënten genazen met hun obs cure geneesmiddeltjes. Geen wonder, dat de Christenen niet meer in hen geloofden, als de eigen dienaren zoo verraderlijk handelden. Flaminius ging huiswaarts, hoogst verbitterd over den priester. Flavia keek hem angstig bezorgd aan, maar haar kon Flaminius wel allerminst de geheime oorzaak van zijn ergernis meedeelen. „Ik heb te vast geslapen vannacht, Flavia", zei hij in antwoord op haar vragenden blik. „Ik zal morgen nog een offer brengen en den priesters vragen voor mij te bidden", en nadat hij wat gerust had en een bad had genomen, liet hij twee witte duiven halen en met deze dieren plus een groote som in Ro- meinsch goud zocht Flaminius nogmaals het alom beroemde altaar van Aescula pius op. lende maatschappelijke stelsels zal spr. niet ingaan. Alleen wil hij den heer Kor- tenhorst antwoorden, dat diens advies: be perking van den invoer ten bate van het evewicht in onze handelsbalans, wel eens erger zou kunnen zijn dan de kwaal. Meer voelt spr. voor het tweede middel: bevordering van den export. Verschillende detailpunten zullen gaarne door de regeering worden overwo gen. Voor de noodlijdende kleine zelfstandi gen zal de commissie-Van Citters, inge steld op initiatief van prinses Juliana, de regeering waardevolle hulp kunnen bie den. De v 1 a s-c u 11 u u r wordt reeds op be scheiden wijze gesteund. De uitvoering van groote waterstaatswerken wordt ver traagd door gebrek aan middelen. Ontwa- tering zal voorgaan boven ontginning. Of exportpremies mogelijk of wensche- lijk zijn zal worden onderzocht. Goede controle bij de werkverschaffing is noodig. Aan de jeugdige werkloozen zal bijzondere aandacht worden gewijd. De heer Van den Tempel vroeg een toezicht! op de banken, in zoover als dit beoogt een goede verdeeling van de be schikbare kapitalen. Spr. wil aannemen, dat in de toekomst toezicht op de ban ken noodig kan zijn, maar dit mag niet zoover gaan dat het medebeheer zou wor den. Dat de arbeidersklasse door de voorge nomen regeeringsmaatregelen in diepere ellende zal worden gedompeld, moet spr. beslist ontkennen. De regeering heeft nooit anders bedoeld dan het goede en als zij tegenover bepaal de eischen een positief „neen" moet laten hooren, is dit om diepere ellende te ont gaan. Duplieken. De heer Van den Tempel (s.d.) constateert, dat in elk opzicht de vooruit zichten der werkloozen zeer slecht zijn. Samenwerking tusschen de arbeiders, de ondernemers en de overheid schijnt men niet te willen, omdat men de consequen ties niet aandurft: de medezeggenschap der arbeiders in de bedrijven. Spr. verwacht van de regeering geen opleving van het bedrijfsleven. De regee ring wijst alles af wat spr. heeft gevraagd, ook de motie inzake de 40-urige arbeids week. Ook de werkloosheidsverzekering blijft onvoldoende geregeld. De politiek der re geering kan geen andere strekking hebben dan de arbeiders door honger murw te maken. Namens de georganiseerde arbei ders komt spr. daartegen op. De Minister van Binnen- landsche Zaken en Land bouw wil gaarne nog een enkele opmer king maken. De heer Van den Tempel heeft verzuimd, aan te ge ven waar de gelden van daan moeten komen voor hetgeen hij wil. De beraadslagingen worden gesloten. Over de moties zal Donderdagmiddag worden gestemd. De Rijn-Scheldeverbindln0 en de oestercultuur. Bij Martinus Nijhoff te 's-Gravenhage is verschenen: „De Zeeuwsche oestercul tuur in gevaar", door Ir J. G. Ramaer. Schr. behandelt daarin het plan-Schön- feld (waaronder hij het plan naar de ge dachten van de regeering verstaat) en het plan-van Konijnenburg, tegen welke plannen hij bezwaren aanvoert. Ook de andere plannen worden door hem be sproken. Daarvan kan het Scheldearm- kanaal volgens het ontwerp-van de Lande zijn instemming verwerven. Dit kanaal is, evenals het Moerdijk-kanaal geworden zou zijn, een vastelandskanaal met een tracé, dat gelegen is tusschen dat van het Moerdijkkanaal en dat van den nieu wen waterweg Kreekrak-Eendracht. De dijk aan de westzijde van het kanaal van Konijnenburg zou midden door de van rijkswege verpachte terreinen voor oesterteelt heen gaan, die van het „pro ject officiel" (plan-Segers), en naar het schijnt ook het kanaal-Schönfeld, gaat eenigszins meer oostwaarts. „Door eerstgenoemd plan vervolgt schr. zou de toestand volkomen, door In een draagstoel, gevolgd door zooveel slaven als met zijn stand overeenkwam, ging hij weer het heilig bosch door en stapte voor den tempel uit Daar bood hij zijn offers aan den dienstdoenden tem peldienaar aan. Een lange rij priesters in witte gewaden met een staf, waar om heen zich een slang slingerde, in de hand, stonden rond het altaar geschaard en aan een van hen maakte Flaminius zijn verlangen kenbaar om onverwijld het ora kel van de godheid te raadplegen. „We zullen de ingewanden van uw vogels zorgvuldig bestudeeren en u den uitslag bekend maken", kreeg hij op hol len fluistertoon ten antwoord. De offer priester ontving de duiven uit de handen van zijn helper. Een werd er met een koord vastgemaakt aan twee ringen aan den zijkant van het altaar, zoodat het dier op zijn rug lag en ofschoon het hevig spartelde, kon het niet ontsnappen. Met een snee werd de borst geopend en de priester haalde er, haast nog voor de dood strijd geëindigd was, lever en ingewan den uit. Deze werden in de vlammen geworpen tegelijk met myrrhe en wierook en terwijl ze verteerden bestudeerde de priester ze aandachtig. Van den tweeden vogel werden de hersenen inplaats van de lever genomen, waarna de priester een het tweede grootendeels gewijzigd wor den. Hetgeen het grootste gevaar voor de oesterteelt uitmaakt, is het feit, dat de heerschende wind, en in het bijzonder de Wester- en Noordwesterstorm zand aan brengen, dat bij stil water (en dit komt tweemaal in de 12.5 uren voor) neer valt. Het is het zand, dat zich hier bij elke kentering, vooral na storm, neerzet en dat nimmermeer wordt opgenomen, waardoor de meest oostelijke perceelen, juist die waar het broed zich gaarne neerzet, van een voor die jeugdige dieren geschikten bodem tot een daarvoor eerst minder ge- schikten, later ongeschikten bodem wor den gemaakt. De oesters sluiten hunne schelpen bij stil en tamelijk stil weder en ook bij zwaren storm. Zoodra er stroom van eenige beteekenis, maar niet te sterk, gaat, openen zij die en laten het slibhou- dend water door hun huis loopen, zij weten daaraan de bacteriën, die zij voor hun leven, hun groei en den groei hun ner schelpen noodig hebben, te ontleenen. Waar de bodem uit zand bestaat, en ook waar de bodem een zekere hoogte boven het vergelijkingsvlak te boven gaat, zijn er in het door hun huis stroomende wa ter niet zooveel voedende bestanddeelen, dat zij in het leven kunnen blijven. Maar ook de (meer westelijk in de Oos- ter-Schelde gelegen) vette oesterbanken bij Ierseke, die eenig in Europa, mis schien op de geheele aarde, zijn, zullen er den terugslag van ondervinden, eens deels, omdat men niet meer zooveel broed kan winnen van de, toch reeds vrij be perkte, terreinen waar dit gevonden wordt, om die naar de Ierseksche banken over te brengen (voor 1870 werd het broed uit Engeland en Schotland naar de ban ken gebracht), anderdeels, omdat de sa menstelling van het zeewater der Ooster- Schelde een geringe wijziging zal onder gaan. Van zeer groot belang acht schr. ook de mosselcultuur, vooral die op de Een dracht. Deze laatste gaat door de afslui ting dier rivier te gronde. Ook het grootste deel der ansjovisvis- scherij zal door het plan-van Konijnen burg vrijwel vernietigd worden. DE P. Z. E. M. kan U niet aanslui ten? Maak zelf Uw electrisch licht. Kos ten f 550. J. M. Polderman, Goes. Tel. 129. (Adv.) De „Van Nes". Hr. Ms. torpedo jager „Van Nes", die gisteren te Vlissin- gen was binnengeloopen voor het verrich ten van eenige voorzieningen, is weder naar zee vertrokken, ter voortzetting van de reis naar Guraqao. Diefstal van fietslan taarn®. Tijdens een schietwedstrijd, die dezer dagen onder de gemeente Graauw werd gehouden, werden door tot nog toe onbekende dader(s) van fietsen die in een café aldaar waren ondergebracht, enkele fietslantaarns gestolen. De politie stelt naar de(n) dader (s) een onder zoeik in. Kippen dief stal. Een deaer dagen werden ten nadeele van den land bouwer B. te Clinge een 40-tal jonge kip pen van het erf gestolen, Waardoor de •man schade lijdt van ongeveer f 100. Om dat zijn hond zoo te keer ging, was hij er des nachts nog uit geweest, doch kon niets verdachts ontdekken. Den volgenden dag werd door hem de diefstal ontdekt en vond hij op het erf een klomp van Bel gisch maaksel. De politie doet onderzoek. Middelburg. Gisteravond werd in het Schuttershof een propaganda-avond van den iB ij zonder Vrijwilligen Landstorm, afdeeling Middelburg, gehouden. De beer Graafhuis opende deze vergadering en heette hartelijk: welkom de vrijwilligers van Middelburg en om streken, den Garnizoens-Commandant van Middelburg, Overste Bierman, en verdere genoodigden, in het bizonder de dames, die naar spreker hoopte niet alleen kwa men om de gezelliigen avond, maar in het besef dat zij hun mannen en verloofden zullen steunen als deze worden geroepen 't wettig gezag te steunen „ale't moe t". Spr. zegt dat men ons wel eens verwijt een politiek en militair doel na te streven. Dit is niet zoo. De landstormers, van allerlei politieke schakeering streven naar één doel, n.l. het wettig 'gezag te steunen tegen ordeverstoorders. De heer P. G. Laernoes spreekt gunstig antwoord van de godheid voor spelde. Toen werd door alle priesters een zacht gezang aangeheven, dat lang zamerhand luider en sneller werd, tot het haast in geschreeuw overging. Plot seling rende er een voorwaarts naar het beeld van den God, schreeuwend, dan send en springend, of hij uitzinnig was geworden. Eindelijk vernam men een hol geluid, het gezang verging tot een zacht gefluis ter, de hoogepriester staakte zijn dansen en springen en wierp zich op den grond in een houding, of hij eerbiedig luisterde naar de stem van de godheid. Hij ver telde de woorden, die gesproken werden, want slechts hij kon de stem hooren. Een ambtgenoot van lager rang deelde ze weer aan den angstig wachtenden Flaminius mee. „Rust vannacht in den tempel" was de boodschap, die hij ontving en ofschoon dit hem allesbehalve aanstond, besloot hij echter het bevel nogmaals op te vol gen. Om niet weer door den slaap be vangen te worden, rustte hij de overige uren van den dag en nadat hij Flavia had medegedeeld, dat hij nog een nacht in den tempel wilde doorbrengen, liet hij zijn draagstoel voorkomen en bereikte het heilig gebouw kort na zonsondergang. daarna en wijst op de groote opkomst, wat tot grooten dank stemt voor di plaat selijke commissie, die dezen avond orga niseerde. Het is van beteekenis in dezen tijd van wanorde en onrust, dat er in Nederland 76.000 vrijwilligers gereed staan, w.o. ook veel officieren, om de wet tige Regeering te steunen als 't moet en de mannen, die ruim 12 jaar geleden bij eenkwamen om te komen tot een organi satie als deze, verdienen onzen dank en steun. In Zeeland zijn 't er ongeveer 3000 die bet vaandel van den B. V. L. volgen en vandaag werden weer 10 nienwe leden ingeschreven. Geen instituut of vereeni- ging in Nederland die zoo werkt voor den vrede als de B. V. L. Wij staan klaar als 'tmoet. Dat men bij het laatste be zoek van H. M. de Koningin te Amster dam trachtte te betoogen tegen de Ko ningin en de Communistische huursta- kingen in Rotterdam zijn symptomen van smeulend vuur, waarop wij: hebben te let ten. Wij hebben als Nederlanders zoo heel veel te verliezen, juist omdat we zoo veel hebben gekregen. Daarom is een propaganda-avond als deze zoo uitstekend, vooral nu we aan den vooravond van ons 12^-jarig bestaan staan. Spr. dankt de mannen die zich voor de B. V. L. geven, 'zooals Overste Bierman, wien hij toewenscht nog lang zijn krach ten te zullen kunnen geven voor dit werk en hij denkt ook aan den Generaal Duy- maer van Twist, die nu 12 Yi jaar de zaak op zoo'n onverbeterlijke wijze diende. Besloten wordt een telegram te zenden aan H. M. de Koningin en aan Generaal Duymaer van Twist. De heer Graafhuis dankt de heer Laernoes voor het gesprokene en geeft nu het woord aan Overste Bierman voor het uitreiken der prijzen. Deze spreekt vooraf over het instituut van den B. V. L., dat evenals b.v. de brandweer preventief werkt en daarom steeds paraat moet zijn. Als anderen grijpen willen naar het Staatsgezag, moeten we spontaan ge reed staan om dat te verijdelen. Wij heb ben beloofd, we hebben gekozen: geen revolutie. Hij wijst er op dat avonden als deze de onderlinge band versterken, wat ook het geval is met de schietwedstrijden, die steeds worden gehouden. Hij besluit met de woorden van den Minister-President na de revolutionaire rede van dhr Albarda in de Kamer, dat hij de wetten zal eerbiedigen wat ook de overgroote meerderheid van het volk wil, en wat ook wij willen, waarop een krach tig applaus volgde. Daarna volgde de prijsuitdeeling, waar voor hij den dank oogste van alle aan wezigen, daar hij volgens den voorzitter dit op de hem eigen geestige manier deed. Nadat nog eenige Indië-fikns, het be zoek van H. M. de Koningin aan de Pa- rijsche tentoonstelling en de Juliana-film vertoond waren, werd deze druk bezochte vergadering gesloten, nadat staande 2 coupletten van 't Wilhelmus waren ge zongen. Vlissingen. Donderdag 29 October houdt de gemeenteraad alhier zijn gewone maan- delijiksche vergadering en Vrijdagmiddag en zoo noodig Vrijdagavond zal de be groeting worden behandeld, waarmede men zoo mogelijk ook Donderdag reeds zal beginnen. Hansweert. lp het kanaal had een aan varing plaats tusschen de schepen „Pene lope" en „Alice", waarbij eerstgenoemd schip averij bekwam. Er zal een noodre- paratie worden aangebracht, waarna het schip de reis naar Straatsburg zal kun nen voortzetten. De „Alice" bekwam geen noemenswaardige schade. Axel. Door ihet lid van den gemeente raad, den heer G. Hamelink, is schrifte lijk het volgende voorstel ingediend, ter behandeling dn de eerstvolgende raadszit ting: De Raad der gemeente Axel besluit: le. vast te stellen, dat een besluit tot het in werking stellen of stop zetten van de steunregeling voor de werkloozen uit sluitend tot de bevoegdheid van den Ge meenteraad behoort, evenals het al of niet uitvoeren van eenig werk als werkver schaffing door de Gemeente; 2e. tot het onverwijld in werking stel len der tot nu toe geldende steunregeling voor werkloozen; en 3e. de steunregeling voor werkloozen gelijk te ma'ken aan die, welke in de ge meente Ter Neuzen geldig is. Hij behoefde geen vrees te koesteren, dat hij weer in slaap zou vallen. Hij wa3 niet alleen verlangend genezen te worden van de ziekte, die hem, naar hij wist, langzaam maar zeker ten grave sleepte, maar hij haakte er naar, dat de Godheid zich aan hem zou openbaren om de be weringen van den priester, die hem om zijn geloof had uitgelachen, weerlegd te zien. En daarom strekte bij zich niet uit op de voor hem neergelegde matras, maar bij ging aan den ingang van den tempel zitten en keek naar de duizenden glin sterende sterren, die langzaam aan het purperen uitspansel begonnen te flonke ren. Langzaam verzonk bij in gepeins, en hij vroeg zich af, wat die oneindige ruim te met zijn duizenden lichamen toch in hield. Wanneer was ze ontstaan, wan neer zou ze een einde nemen? En wat zou er dan komen? Wat beteekende eigenlijk „eeuwigheid?" Het begon hem te duize len, terwijl hij aan al deze dingen dacht. „Wat zijn wij, menschen, in al ons nietig gedoe, toch klein", peinsde hij verder. „Hoe beperkt zijn we in ons kunnen, wanneer men de groote dingen des Schep pers aanschouwt". (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1931 | | pagina 5