DË ZEEDW
Vervolgd en bevrijd
TWEEDE BLAD.
HET ADRES
A. WILKING
Wat er deze week voorviel
Uit de Provincie
Brieven uit Middelburg.
Lxvm.
FEUILLETON
VAN
ZATERDAG 8 AUG. 1931, No. 261.
Bestendig is het weer dezen zomer
nu juist niet. Het aantal mooie, zomer-
sche dagen is gemakkelijk te tellen. En
na een eoht-warmen dag volgen meestal
onweersbuien, die weer oorzaak zijn, dat
't weer verscheidene dagen van streek is.
Dat hebben we deze week in het bij
zonder ondervonden. Zwaar was het on
weer in sommige plaatsen, ongekend
groot de regenval en beangstigend het
aantal ongelukken. Ook eenige menschen-
levens vallen te betreuren.
Bestendigheid is evenmin het ken
merk van den financieel-economischen
toestand in ons land en daarbuiten. Zoo
liepen er deze week weer opeens geruch
ten, dat Duitschland voornemens is straks
onzen groentenexport moeilijkheden in
den weg te leggen, dat Denemarken onze
schoenen zal weren en dat België booze
plannen koestert om onzen kolenuitvoer
in gevaar te brengen, om ook op dit ge
bied, gelijk vrijwel algemeen, het Fran-
sche voorbeeld na te volgen. Altemaal
slecht nieuws.
De pessimisten, die natuurlijk de din
gen wel wat te donker zien, kregen deze
week koren op hun molen door de mee
ningen van den Directeur-Generaal van
den Arbeid, weergegeven in een persge-
sprek met de „Maasbode". Deze hooge
ambtenaar ziet de toekomst al heel don
ker in. Voor onzen landbouw blijkt hij
echter weinig over te hebben. Die moet
blijkbaar maar aan bloedarmoede te
gronde gaan.
Gelukkig, dat niet alle economen zijn
standpunt deelen en dat het aan niemand
gegeven is, met zekerheid omtrent de
toekomst verklaringen af te leggen.
Wij hadden gehoopt dat het plan van
Hoover door alle betrokken staten zou
zijn geaccepteerd en de zoo gewenschte
economische verbeteringen zou hebben ge
bracht. Maar veel valt er nog niet van to
merken. Alleen zouden we kunnen zeggen
dat een dreigende ineenstorting van
Duitschland niet heeft plaats gehad.
In dat land schijnen langzaam weer
betere verhoudingen terug te keeren. De
rijkskanselier Brüning en Minister Cur-
tius zijn weer eens op reis gegaan en gaan
nu met Mussclim eens de toestanden be
spreken.
Met spanning wacht men in Pruisen af,
welke uitslag het referendum tot on:bin
ding van den Landdag morgen zal heb
ben. Een samengaan van heterogene ele
menten kan tot eigenaardige resultaten
leiden I
In Londen treft men voorbereidingen
voor de tweede ronde tafelconferentie,
waaraan ook Gandhi zal deelnemen. Deze
maakt zich reisvaardig en schijnt een
voorbeeld van soberheid te willen geven.
Nu, dat kan iu onzen tijd geen kwaad!
Amice,
De laatste dagen hebben zich velen
naar Middelburg opgemaakt. Ze kwamen
per schip, per trein, per vrachtauto, en
sommigen per woonwagen. Hun doel was,
als dat der meeste menschen: geld verdie
nen. Doch tegenover de verwachte Zeeuw-
sche daalders was hun contraprestatie
van weinig reëele waarde. Vetbollen, wa
fels en poffertjes brengen althans nog
voordeel in de maag, die bij al het ont
vangen vocht naar wat solieders vraagt.
Doch in de fraai geschilderde, vergulde,
althaas met 'klatergoud beplakte „bewe
gingspaleizen" wordt slechts gelegenheid
geschonken tot ronddraaien, op gecom
pliceerde wijs rond- en omgewenteld wor
den, tot geschommeld, rond- en wègge-
slingerd worden, totdat men minuten tijds
noodig heeft zich weer op de been en in
evenwicht te gevoelen. Voorts kan men
allerlei wanstaltige monsters zien uit 'het
maenschelijk en dierlijk geslacht, die tot
dankbaarheid stemmen van hen, die zelf
recht en wèl geproportionneerd zijn. Men
kan zich de toekomst laten voorspellen
en te weten komen, of men spoedig het
huwelijksbootje zal instappen en hoeveel
welgeschapen kinderen men zal krijgen.
En ten slotte kan men zich de maag over
laden aan nogat en 'min of meer vette ge
rookte aaltjes en paling,
Hoe is 'het toch mogelijk zoo vraagt
men zich af, dat zulk een kermisvermaak
zoo ingeroest schijnt te zijn in veler Zeeu
wen gemoed? Dat met zoo gToote over
gegevenheid des harten de jaarlijksche
offers van geld en lichamelijke inspan
ning worden gebracht? Dat, terwijl op
het gebied van het vermaak de eischen
steeds hooger worden gesteld, men zich
op de kermis gaarne en spoedig tevre
den stelt met zulke „kinderlijke spelen?"
Wij gelooven, dat hier de traditie, de
eeuwenoude gewoonte, een overwegende
rol speelt. Eeuwen terug is de kermis bij
gelegenheid van de mis ter eere van den
heilige der kerk, ontstaan, wijl men, hij
gebreke van winkels in de eigen woonste
de, in de 'kramen om de .kerk kon inslaan,
wat men aan 'Heeding, voedsel en deksel
noodig had. Onze winkeliers in allerlei
artikelen zullen direct klaar zijn om u te
overtuigen, dat die historische grondslag
vervallen is en men, wat men noodig
heeft, bij de plaatselijke winkels veel be
ter, solieder en goedkooper 'kan verkrij
gen dan op de kermis. En toch blijft deze
bestaan en is .het opmerkelijk, dat de
vereenigingen, die het handelsbelang op
het oog hebben en er als de 'kippen bij zijn
om te protesteeren als een z.g.n. „vliegen
de winkel" de klanten inpalmt, de kermis
met haar concurrentie gedwee en onder
worpen zien komen en vertrekken, ja
vaak zelf niet geheel ongevoelig zijn voor
het kermisvermaak.
Voor ruim vijftig jaar heeft de Fran-
sche reiziger en schrijver, Henri Havard,
de Mid'delburgsbhe kermis bezocht. Aan
zijn van veel geest en opmerkingsgave ge
tuigende beschrijving ontleenen wij. het
een en ander.
Havard werpt de schuld der kermis-
dronkenschap op de componisten van op
windende en meesleepende melodieën,
van zoogenaamde „Schlager". Tijdens zijn
bezoek zongen allen de Mandolinata, een
destijds zeer bekend wijsje. Zulk een wijs
in zoo groote dosis toegediend en aange
hoord kan verschrikkelijke hallucinaties
(waanvoorstellingen) opwekken. „Het
lijkt", zoo zegt hij, „dat dit het doel i3
„dat al die levenmakende personen (com
ponisten) zich voorstellen en dat om de
„rustige natuur der Zeeuwsche boeren
„op te winden, er een verdoovende mu-
„ziek noodig is, die steeds denzelfden
„deun herhaalt en overvloedig uitstort,
„daardoor op hun zenuwen werkt en hen
„tot een soort dronkenschap voert, waar-
„toe ook de sterke drank het zijne
„voegt." (er was toen nog geen tapver-
bod).
„Doch, stel u gerust", gaat hij voort,
„deze dronkenschap heeft niets hevigs.
„Tusschen deze groote menigte bestaat
„noch twist, noch strijd en als de jon-
„gens en meisjes elkaar beetpakken, is
„het alleen om eikaar te omhelzen. Deze
„troepen vroolijke boerinnetjes, die als
„een wervelwind passeeren, zich bij den
„arm vasthoudend, dansend, zingend,
„frisch en blozend, zijn niet wild en
„woest, en er zouden groote beleedigin-
„gen noodig zijn om ze boos te maken.
„Van hun kant zijn de jongens bij al hun
„rumoermaken, niet minder gelukkig, dat
„zij op de wereld zijn. Alles eindigt met
„het samen eens te worden en weldra
„zullen wij ze zien in de kramen en de
„draaimolens, gepaard, teeder gestrengeld,
„de oogen half gesloten, de blikken ver
boren, ik weet niet in welke inwendige
„beschouwing, de lippen vast opeenge
klemd, en aldus verzonken, vergetende
„de plaats waar zij zijn, de menschen,
„die hen zien en het publiek dat hen om-
„ringt."
„Doch ziet! Deze verdoovende muziek,
„deze kreten, dit woest en ledig, deze
.uitbarstingen van gelach en geschreeuw,
„deze uitnoodigingen der koorddanseres,
„dit reclamegeroep der kooplui, deze om-
„armingen en al die „curesels", die draai-
„en, in hun duizelingwekkende vaart een
„verdwaasde menigte medesleepend, die
„geklommen is op dieren uit de fabelleer
„en schittert bij het licht van lantaarns
Historisch verhaal
uit den Napoleontischen tijd.
60.) o
Bij de ruimte, die zij pas verlaten had
den, was deze kamer het toonbeeld van
gezelligheid en netheid. Maar toch her
innerde het gansche voorkomen aan de
plaats waar zij besloten lag; zoo het
somber behangsel, de strenge lijnen der
tafel en der kast, de onvriendelijke stoe
len, de kale vloer, evengoed als de tralies
voor 't venster; zelfs Napoleon zette een
wantrouwend, waakzaam gezicht, als een
inspecteur van politie, en scheen door zijn
dunne lippen te fluisteren: „Ik zou u
raden, mijne dames en heeren, hier niets
oproerigs te zeggen, of ook maar te den
ken!"
Ietwat verlegen nam het viertal plaats
en zweeg. Leo en Constance hadden
te veel herinnering aan hun laatste ge
sprek op Riem wijk, om dadelijk een onge
dwongen praatje te kunnen houden. Mar-
go kende de jongelieden niet meer dan
van aanzien. Van achter beschouwd, was
het eigenlijk een dwaas stukje van Mar-
go, om een paar nagenoeg wildvreemde
lieden in een gevangenis te gaan bezoe
ken. Daar zaten zij nu elkander zwijgend
aan te kijken, totdat Constance de stilte
verbrak door een hartstochtelijk ge
snik.
„Stans, wat doe je, kind!" zei Leo ver
baasd en bewogen, en hij schoof zijn
stoel wat dichter bij dien van haar, om
haar hand te vatten.
„Och Leo", stamelde het meisje achter
haar zakdoek, ,dat ik je hier nu weer
moet vloden, en..."
„Meisje, dat was te verwachten", ze'
Leo: het was hem gelukt haar vrije hand
machtig te worden en nu schoof hij nog
wat naderbij, „vroeg of laat moesten wij
in de knip raken, en om je de waarheid
te zeggen ik ben blij, dat 't gebeurd is,
als t'toch gebeuren moest, want die on
zekerheid en die spanning zijn niet uit te
houden."
„Och Leo", zei Constance tusschen haar
snikken door, „dat het gebeuren moest
nadat wij 'twist gehad hebben 'tis
voor mij net alsof ik er schuld aan heb,
dat je. hier bent."
„Kindlief, zet die dwaze gedachte uit
je hoofd", fluisterde Leo; hij had zijn
stoel met rukjes opgeschoven tot hij naast
haar zat, en nu begon hij op denzelfden
toon al het misverstand weg te nemen,
dat eenige maanden tusschen hen tweeën
geheerscht had. Margo begreep dat de
gelieven best zoo „alleen" konden blijven
„en lampen, fonkelend bij de weerkaat
sing van spiegels, klatergoud en ver-
„guld, zie al dat gedraai begint op ons
„zijn inwerking te deen gevoelen. Deze
„volksdronkenschap krijgt vat op ons. Wij
„voelen ons meegesleept met deze ver
dwazing. Vlug, laat ons vluchten, men
„zou ons wellicht dra verrassen, terwijl
„wij een leeuw of panter hebben beklom-
„men, ronddraaiend in de lucht en met
„volle longen de Mandolinata schreeu-
„wend."
Zoo was het in 1878. Na dien tijd is
veel veranderd. De landbouwende bevol
king is niet meer dezelfde, andere ver
maken zijn gekomen, er wordt meer ge
reisd en op kermis-Zaterdag treft men
een groot deel der Walchersche jeugd aan
op „Korenbloem", luisterende naar spr.'s
en naar hun ernst en luim, en in ruime
mate genietende van koekjes, zuurtjes
en limonade. Of het er niet beter om is?
Vriendschappelijk groetend,
t.t
METELLUS.
voor Manufacturen.
Dames- en Kinderconfectie
Tapijten - Gordijnen
Bedden - Ledikanten en
aanverwante artikelen is
GOES HULST
Inwisseling van guldens.
Men wordt er aan herinnerd, dat de in
wisseling van guldens zal plaats vinden
tot en met 31 Augustus.
Jubileum. Op Maandag 10 Aug.
zal het 40 jaar geleden zijn, dat dhr J.
J. van der Handen in dienst trad bij de
N. V. Cacao- en Ohocolaadfabrielken A.
Dri essen.
Aanvankelijk op het kantoor werkzaam
werd hij' later reiziger en is tlhans. sedert
vele jaren hoofdvertegenwoordiger der
firma. Als zoodanig zal de heer van der
Sanden bij' velen in den lande 'bekend
zijn.
De jubilaris is heden ten kantore door
de Directie gecomplimenteerd en mocht
nog van vele andere zijden blijken van
belangstelling in ontvangst nemen.
Met ingang van 16 Aug. a.s. is aan
gesteld tot Rijksveldwachter brigadier
majoor ter standplaats Haamstede, dhr J.
Been, thans rijksveldwachter-brigadier
te Leiden.
Met ingang van 1 Oct. a.s. is aan
den Rijksveldwaohter-brig.-tit. G. van
Loon te Hednkenszand eervol ontslag ver
leend.
Hoedekenskerke. De A. T. O. overweegt
een geregelden dienst per motorschip te
openen tusschen Hoedekenskerke en Ter
Neuzen. Voor het vervoer van de aan dien
dienst toevertrouwde goederen.
Kapelle. Het 9-jarig zoontje van dhr
M. alhier, kwam zoodanig van een vracht
auto te vallen, dat het bewusteloos werd
opgenomen en binnengedragen. Dr Pfeif
fer verleende geneeskundige hulp. Her
senschudding werd geconstateerd.
Terneuzen. Gemeenteraad. Don
derdagnamiddag kwam de Raad dezer
gemeente bijeen ter behandeling van een
lijvige agenda. Nadat het nieuwe raads
lid A. J. Harte was beëedigd en door den
burgemeester was geïnstalleerd, kwam
een veertiental ingekomen stukken aan
de beurt. Reeds het eerste, een verzoek
van de in de gemeente gevestigde Bouw
vakarbeidersbonden d.d. 23 Maart j.l., dat
destijds in handen was gesteld van B. en
W. om advies, bracht beweging in den
TEGEN HARDLIJVIGHEID en AAM
BEIEN, maag- en darmstoringen, zwel
ling van lever en milt, pijnen in rug en
onderlijf is het natuurlijke „Franz-Josef"
bitterwater, dagelijks meermalen inge
nomen een heerlijk middel.
als de kamer gedoogde. Zij trachtte dus
een gesprek aan te knoopen met Jan, en
begon met de naïef alledaagsche opmer
king:
„Kunt ge u nog al schikken in de nieu
we omgeving?"
„Niet erg, juffrouw", zei de pessimist,
zich met een zucht van het raam afwen
dend, om de schoone spreekster aan te
zien. Daar zij hem eveneens aankeek werd
hij verlegen, en vervolgde verontschuldi
gend: ,,'t Is vooral om het volk, ziet u,
en om om hoe zal ik het noemen
'tis de gevangenis, en dat drukt een
mensch op de borst en maakt hem be
nauwd.
Dat deed het. Margo gevoelde het, in
de korte oogenblikken, die zij daar was.
„De meeste lieden, die hier zijn", ver
volgde Jan, „zijn luidjes uit de stads-
achterbuurten, opgesloten om diefstallen -
of sluikerijen of iets dergelijks. Niet
dat ik laag op hen neerzie", zeide hij
weer verontschuldigend, „want ik ben
zelf van geringe afkomst, maar zij zijn
zoo ruw, en slaan zulke taal uit, dat de
kazernetaal daarbij fatsoenlijk mag hee-
ten. En men kan ze nergens ontwijken",
voegde hij met een zucht er bij.
„Het verwondert mij, dat gij tweeën
hier gebracht zijt", zeide Margo, „ik dacht
dat militaire gevangenen altijd in de
kazerne opg... bewaard werden."
i RaadL Adressanten hadden verzocht, de
bouwverordening aan te vullen met de
bepaling, dat bij het geven van een bouw
vergunning als voorwaarden zouden wor
den gesteld: a. dat de werklieden, noo
dig voor bouwwerken, uitgevoerd door of
mede namens de gemeente, voor 80 pCt.
inwoners moeten zijn van Terneuzen; b.
dat de werklieden, noodig voor alle an
dere bouwwerken, uitgevoerd in Terneu
zen, voor 60 pCt. inwoners moeten zijn;
c. dat de te betalen loonen gelijk moeten
zijn aan de ter plaatse geldende loonen.
B. en W. adviseerden, het adres voor
kennisgeving aan te nemen, wijl aan de
eerste en de laatste voorwaarde steeds
de hand wordt gehouden, terwijl zij de
voorwaarde sub b niet voor behoorlijke
toepassing vatbaar achtten. Dhr van
D r i e 1 wilde in art 10 der Bouwverorde
ning inlasschen, dat voor eiken vreemden
werkman f 1 per week in de werkloozen-
kas moest worden gestort. Dhr Van
Aken wees op de jongste aanbestedin
gen van een Katholieke en een Hervorm
de school en verzocht B. en W. te be
vorderen, dat hierbij Terneuzenaren te
werk zouden worden gesteld. Dhr C o 1-
sen bepleitte aanhouding van het adres.
Spr. noemde het pijnlijk te moeten con-
stateeren, dat de bouw van de Katho
lieke school was opgedragen aan iemand
buiten Terneuzen, terwijl de eigen bouw
vakarbeiders op straat staan.
De voorzitter wees er op, dat der
gelijke beperkende bepalingen niet in de
bouwverordening kunnen worden opge
nomen. Het voorstel-van Driel zou aan
de orde kunnen komen als de gemeente
bouwgrond zou verkoopen. Dhr Colsen
deed spr. opmerken, dat de Katholieke
school gebouwd wordt door een Terneu-
zensch aannemer en dat de leiding in
handen is van dhr v. d. Velde, die met
de arbeiders in goede relatie staat. Dhr
van Aken, die lid is van het schoolbestuur
der Hervormde gemeente, adviseerde spr.,
zelf een desbetreffend voorstel bij dat
bestuur in te dienen.
Het tweede ingekomen stuk, een adres
van het bestuur der Woningbouwvereni
ging „Werkmansbelang", waarin ge
vraagd werd, tegen billijke voorwaarden
grond beschikbaar te willen stellen voor
den bouw van 30 arbeiderswoningen en
zoo noodig rente en aflossing te garan
deeren voor de daarvoor aan te gane
geldleening, werd aangehouden tot de
commissoriale vergadering.
Betreffende een verzoek van den Ter-
neuzenschen Bestuurdersbond om een
uitkeering ineens aan werkloozen ten
einde in den achterstand van kleeren en
schoeisel te voorzien, hadden B. en W.
voorgesteld: doorzending naar het Bur
gerlijk Armbestuur ter afdoening.
Dhr Van Driel achtte het gewenscht
het adres aan te vullen door de normen
der uitkeering te vermelden. Spr. diende
een uitgewerkt schriftelijk desbetreffend
voorstel in. Op voorstel van den Voor
zitter werden beide stukken even aange
houden.
Aan H. Sonnevylle werd met ingang
van 1 Januari 1932 op zijn verzoek eer
vol ontslag verleend als gemeentebode.
Een overeenkomstig verzoek was inge
komen van dokter Adh. I. P. van Loy
als gemeentegeneesheer te Sluiskil.
Dhr Colsen wenschte dit ontslag per
1 September te doen ingaan. Nadat de
Voorzitter de wenschelijkheid van
eervol ontslag per 1 Januari 1932 had
aangetoond, ging de Raad ook hiermede
unaniem accoord.
Van de overige stukken gaf alleen nog
een verzoek van de Vereeniging tot be
vordering van het Vreemdelingenverkeer
om een subsidie van f300 voor een vuur
werk aanleiding tot discussies.
Dhr S c h e e 1 e was van oordeel, dat
het niet te pas kwam, in dezen tijd f300
de lucht in te smijten. Dhr Colsen
voegde hieraan toe, dat hij ook hierom
tegen zou stemmen, wijl vroeger was be
loofd op den voor het vuurwerk bepaal
den datum geen feest te Terneuzen te
geven, daar het op 15 en 16 Augustus
feest is te Sluiskil. Dhr Van Aken
wilde het geld inplaats van voor vuur
werk, voor de werkloozen besteden. Dhrn
Verlinde, Bakker, de Jager en
Geel hoedt, en de Voorzitter
wezen er op, dat deze uitgaaf productief
moest worden geacht, wijl de neringdoen
den hiervan profiteerden in verband met
den te verwachten toeloop van vreemden.
Jan haalde de schouders op. „Dat is
ook gewoonlijk zoo", zei hij, „waarom
van den regel af is geweken begrijp ik
niet. Het is niet, dat ik klagen wil", her
vatte hij op zijn verontschuldigenden
toon, „maar wij worden ongewoon streng
behandeld. Anders worden de gevange
nen, die nog niet veroordeeld zijn, afzon
derlijk geplaatst."
„Nu, jongen", zei Leo, die de laatste
woorden gehoord had, „dat is in zooverre
nog gelukkig, dat wij dan nog opbeuring
aan elkaar hebben."
„Dat zouden wij toch wel", zei Jan,
„tenminste als men ons niet in alles
tegen is. Met ons is 'tnog niet zoo erg"
zeide hij hoofdschuddend, „maar onze
kostbaas, meester Jorissen, die heeft er
heel wat onder te lijden. De oude stum
pert valt bij den dag af, hij trilt bij lede
ren vloek die uitgesproken wordt, en
och juffrouw! zij vloeken den ganschen
dag door. Wanneer de juffer en juffer
Constance bij den kommandant een goed
woordje wilden doen, dat hij ergens an
ders geplaatst werd, dan zou ik u zeer
dankbaar zijn."
„Zou met geld niets uit te richten zijn?"
vroeg Margo.
Jan schudde het hoofd. „Geld valt hier
in een bomeloozen put, juffrouw, en wan
neer het hier eenmaal van iemand be
kend is, dat hij geld heeft, dan is het
Nadat dhr v. d. Bujek nog een klein
incident had uitgelokt door op te mer
ken, dat het een ongewenschten indruk
gemaakt had op het publiek, dat bij een
vorige gelegenheid de heeren van V.V.V.
na afloop van het vuurwerk gingen fui
ven, kwam het verzoek in stemming. Het
werd met 7 tegen 6 stemmen (Colsen,
v. d. Bulck, v. Aken, Bedet-, Scheele en
Dekker) ingewilligd.
Het voorstel tot verkoop van een per
ceel gemeentegrond aan de Provincie
Zeeland voor den bouw van een wacht
lokaal enz. voor de Frov. Stoombootdien
sten, lokte langdurige discussies uit. De
bestrijders, de heeren Scheele, Colsen,
Bedet en Van Aken, richtten zich voor
namelijk tegen de ontsiering van de
Scheldekade en het financiëele offer, dat
van de gemeente werd gevraagd. Hier
tegenover werd door andere leden o.a.
aangevoerd, dat bepaald kon worden, dat
de bouw zich moest aansluiten bij de
bestaande gebouwen, voorts dat men reke
ning diende te houden met een toekom
stige uitbreiding van den dienst etc. Dhr
Van Driel zag zelfs een bedrag va.n
f 100.000 voor werkverruiming in het ver
schiet, terwijl de Voorzitter nog op
merkte, dat, als de gemeente niet een
beetje toeschietelijk was, een koelere hou
ding van het Provinciaal Bestuur te
verwachten viel. De stemming besliste
ten slotte ten gunste van adressante.
Tegen stemden de heeren Colsen, van
Aken, Bedet, Scheele en Dekker.
Z.h.st. ging de Raad accoord met het
voorstel om de steunverleening van alle
werkloozen op te dragen aan het orgaan,
belast met de werkloozenuitkeeringen.
Een voorstel van dhr Van Driel om
ook personen boven den 60-jarigen leef
tijd hierbij te betrekken, zal in een af
zonderlijke regeling, welke t.z.t. aan het
oordeel van den Raad zal worden onder
worpen, worden vastgelegd.
Het voorstel om gelden beschikbaar te
stellen ingevolge art. 72 der L. O.-wet 1920
aan de bijzondere lagere scholen in Jo-
zinastraat en Grenulaan alsmede het voor
stel tot vaststelling van de vergoeding,
bedoeld in art. 101 der L. O.-wet 1920 over
1929 (gemiddeld per leerl. L. school f 10.36
en der U.L.O.-school f28.97) gaf dhr v.
Driel aanleiding, zich in krasse, meer
malen heftige bewoording uit te laten
over, wat hij noemde de verwaarloozing
der openbare school op Java. Nadat do
Voorzitter de noodige toezeggingen
had gedaan, werden de beide voorstellen
z.h.st. goedgekeurd. De Voorzitter
noemde het, zacht uitgedrukt, onbehoor
lijk van het desbetreffend schoolhoofd
(die aan den heer v. Dr. inlichtingen
verstrekte), dat dit hem bij een drietal
conferenties, kortgeleden met spr. gehou
den, met geen woord over den onge
wenschten toestand had gesproken.
Een voorstel tot vaststelling van een
reglement voor ambtenaren in dienst der
gemeente, werd aangehouden tot de te
houden besloten zitting.
Tegen de voorstellen: a. tot wijziging
der verordening betreffende de classifica
tie der gemeente inzake personeele be
lasting; b. tot het sluiten van een reke
ning-courant-overeenkomst met de Coö
peratieve Boerenleenbank te Terneuzen
en met de N.V. Bank voor Nederland-
sche Gemeenten te Den Haag; c. tot goed
keuring van de rekening van het Bur
gerlijk Armbestuur over 1930, sluitend
met een batig saldo van f379.46, werd
geen bezwaar gemaakt
Vervolgens vond de aanbieding plaats
van de gemeenterekening en rekening
Woningbedrijf dienst 1930, en van de ge-
meentebegrooting en de begrooting wo
ningbedrijf dienst 1932.
Daarna kwam aan de orde het reeds
genoemde voorstel van Driel tot aanvul
ling van het adres van den Bestuurders-
bond inzake een uitkeering ineens aan de
werkloozen.
Na ampele bespreking werd op voorstel
van den voorzitter goedgevonden, dat de
heeren Scheele, Colsen en van Driel over
beide punten met het Burgerlijk Armbe
stuur zouden confereeren en daarna rap
port uitbrengen aan B. en W.
Aan den heer Hamstra Pik werd, we
gens vertrek, eervol ontslag verleend als
lid van de Commissie van Toezicht op 't
Middelbaar onderwijs. In zijn plaats werd
benoemd de heer Cohen Stuart. In de 2e
bestaande vacature werd voorzien door
met zijn rust gedaan. De cipier zou hem
net zoo lang op kortrantsoen stellen tot
de laatste stuiver uit zijn zak verdwenen
was."
Margo's blik dwaalde van Jan naar Na
poleon, die met dreigend gezicht scheen
te fluisteren: „Pas op! Straks vertel ik
alles over! Neem u in acht met zulke
gewaagde dingen te zeggen!"
Leo en Constance bleven zachtjes met
elkander praten; Jan staarde somber
maar peinzend naar den houten vloer,
en Margo hield een onhoorbaar twist
gesprek met Napoleon. Het is onmoge
lijk te zeggen wat zij hem verweet en
waar zij hem voor uitmaakte, maar hij
antwoordde slechts met een spottenden
grijns: „Gij kunt uitvaren zooveel gij wilt,
maar ik doe toch wat ik wil, en ge kunt
daar niets aan veranderen. Hoe minder
gij u boos maakt, des te beter is het
voor uw zenuwen."
Terwijl Margo aldus met Napoleon aan
het twisten was, klopte de bewaarder
plotseling met zijn houten knokkels te
gen de deur.
„De tijd is om", gromde hij, en de
echo in de holle gangen ving het geluid
op, en klopte aan ontelbare deuren en
herhaalde in alle toonshoogten: „Om!
om! om,"
("Wordt vervolgd,)