Voor huis en hof.
Het Vrouwenhoekje.
Dammen.
Minister de Geer het niet alleen van de
hooge temperatuur warm krijgt" en een
soliede grordslag kan zijn voor de door
Metellus gepubliceerde geruchten,
dat voor het volgend jaar (1932) een te
kort zou moeten worden geraamd van
50 a 60 millioen, betwijfel ik.
Vooral alsi men er mee rekent, dat
over de eerste vijf maanden f 2.281.914
meer is ontvangen dan is geraamd.
De heer Motellus argumenteert wat
lichtvaardig.
„Hoewel nog weinig valt te zeggen van
den uitslag der aangiften voor vermo
gens- en inkomstenbelasting", zoo schrijft
hij letterlijk, „zullen deze, vergeleken met
die van 1930—'31 bitter tegenvallen".
Over de logische constructie van deze
stelling is het m. i. het best maar weinig
te zeggen.
Nog een staal van lichtvaardig betoog?
„In Middelburg betaalt 98 pet. der be
lastingbetalers dit jaar minder dan het
vorige. Echter laat het zich aanzien, dat
zulks het volgend jaar omgekeerd zal zijn
en 98 pet dier betalers, althans een zeer
hoog percentage van hen, in 1932 meer
zal betalen".
Eenige becijfering ter ondersteuning
van deze bewering geeft de heer Metel
lus niet. Wanneer hij zich daarcoe gezet
had, dan ware hij wellicht tot de conclu
sie gekomen dat zulks zeer onwaarschijn
lijk is.
Immers in 1930'31 bracht de oude
gemeentelijke inkomstenbelasting rond
f 484.000 op.
Blijkens de gemeentebegrocting is de
opbrengst van 65 gemeente opcenten op
de nieuwe gemeentefonds-belasting ge
raamd op plm. f 138.000.
Dat is op basis van f 212.300 aan
hoofdsom of in totaal f 350.300.
Stel, dat de opbrengst hoofdsom in
1932'33 gelijk blijft aan de raming van
1931'32, wat niet onmogelijk ia, om
dat die raming door de geheel nieuwe
wetsbepalingen op zeer enzekere gege
vens geschiedde en dus zeer voorzichtig
zijn gedaan, dan zou, om te stijgen bóven
het totaal gemeentelijke inkomstenbelas
ting van 1930'31 aan opcenten gemeen
tefonds-belasting moeten worden geheven
f 271.700 of 128 opcenten op dien hoofd
som.
Het maximum-aantal opcenten, dat ge
heven mag worden is 80, in bijzondere
gevallen 100.
Dat achter de onbewezen bewering van
den heer Metellus enkele vraag- en uit-
roepteekens behaoren te worden geplaatst
hoop ik te hebben aangetoond.
De tijden zijn ernstig, maar daarbij
moet het hoofd koel blijven. Het financi
eel beleid van burger en overheid eischt
ook naar mijn meening groote voorzich
tigheid, doch óók waarheid.
Die waarheid kan ook dè middelen-
staat aan een ernstig beschouwer daarvan
doen zien, mits de geheel verschillende
beginselen, die ten grondslag liggen aan
middelenwet, maandstaat en Rijksreke
ning daarbij worden in aanmerking ge
nomen en ook dan nog bij 't publiceeren
van conclusies groote voorzichtigheid
worde betracht.
Hoogachtend,
Uw dw.
Middelburg, Juli 1931. H.
Naschrift van de Redactie.
Daar onze medewerker „Metellus" op
reis is, onzerzijds een enkele opmerking.
Onze Middeilburgscbe briefschrijver ziet de
toekomst vrij' donker in, terwijl de heer
H. vrij optimistisch gestemd is. Het is
echter jammer dat dit optimisme in strijd
is met de feiten. Blijkens de laatste
Middelenstaat is, als we de grondbelas
ting en de personeele belasting buiten be
schouwing laten, het eerste halfjaar van
1931 maar even een kleine 14 millioen gul
den ten achter bij. 't eerste halfjaar 1930,
terwijl we ook al een stuk beneden 6/12
der raming zijn, en dat, terwijl de altijd
Wisselvallige successie-rechten het dit jaar
zeer goed deden.
Een feit schijnt ook te zijn het werd
ons althans van zéér bevoegde zijde be
vestigd dat de ontwerp-begxootinig
voor 193 met 'n tekort van 50 a 60 mil
lioen sluit.
Onze medewerker heeft zich in één op
zicht vergist, door geen rekening te hou
den met de andere bestemming van grond
en personeele belasting. Maar overigens
vreezen we, dat de toekomst hem gelijk zal
geven.
In September als de xnillioenennota be
kend is, kan hierop met meer vrucht van
gedachten worden gewisseld.
Redactie.
BRIEVEN UIT HET LAND VAN
CADZAND.
LXXIX.
De Eerste Zeeuwsch-Vlaamsche
Jaarbeurs. Flink aangepakt.
Wat er aan hapert.
Deze dagen, van 213 Juli, is te Brea-
kens de „Eerste Zeeuwsch-Vlaamsche
Jaarbeurs" gehouden.
Laat ik beginnen met een woord van
hulde aan de mannen, die het aangedurfd
hebben in dezen tijd van malaise, die zich
ook in ons land van Cadzand terdege
doet gevoefen, een jaarbeurs te organi-
seeren. Ze hebben de zaak met „Bressi-
aansche durf" aangepakt; hebben getoond
dat ze niet, zooala de laatste jaren ons
wel eens verweten is, alia van Den Haag
verwachten voor den wederopbloei van
het land van Cadzand, maar hebben zelf
de handen flink uit den mouw gestoken.
De Jaarbeurs met zijn bijna 100 stands
mag er zijn.
Ongetwijfeld kan dit van groot nut zijn
voor deze streek. Wanneer we de ver
schillende stands uit Zeeuwsch-Vlaande-
ren bezien, dan moeten wij tot de erken
ning komen, dat er industrieën in ons
landje zijn, die de vergelijking met die in
overig Nederland best kunnen doorstaan.
Wanneer we van een zoetigbeidje hou
den, moeten we heusch niet naar „Hol
land" om een fabriek te vinden, die on
ze smaak bevredigt; wanneer we ons
huis willen inrichten, zijn er meubelfa
brieken, die dit smaakvol kunnen doen,
wanneer wemaar genoeg, wie de
„Beurs" bezocht, kan er zelf over oor-
deelen.
Maar toch, bij alle lof mag een woord
van ernstige kritiek niet ontbreken. Ik
hoop, dat 'liet opbouwende kritiek moge
zijn. U weet: „Een vriend, die mij mijn
feilen toont", enz.
In de eerste plaats is de naam: „Eer
ste Zeeuwsch-Vlaamsche Jaarbeurs" mis
leidend. Bij bet woord Jaarbeurs denken
we onwillekeurig aan de Utrecbtsche
jaarbeurs, het instituut, dat vooral in
het begin ook veel dagjesmenschen trok,
die eens uit wilden zijn, maar dat toch
langzaam aan geworden is een echte
Beurs, een plaats, waar men zaken doet.
Dit is met de Zeeuwsch-Vlaamscho jaar
beurs niet het geval. Wie als handelaar
zaken wil doen, ga nu niet bij voorkeur
naar een jaarbeurs, ingericht als deze.
Daardoor ontbreekt er door zijn tentoon
stellingachtige inrichting de betrekkelijke
rust, die daarvoor noodig is. Een frap
pant staaltje. Er is aanwezig een suiker-
werkfabriek, die een toffee-machine laat
werken en pakjes toffees als op de Ant-
werpsche tentoonstelling verkoopt. Ik
heb verschillende malen enkele hande
laars zoen probeeren de atand te naderen
maar dat was door de massa menschen,
die het verbazend leuk vonden eens te
zien, hoe dat toch in zijn werk ging om
van het bruine, kleverige goedje, die lek
kere toffees te maken, onmogelijk. Een
rustig gesprek met de fabrikant of zijn
vertegenwoordiger het kwam er niet
van.
Dit eene, type-voorbeeld, toont al dade
lijk duidelijk, dat het geen jaarbeurs is,
maar een tentoonstelling. En als zoodanig
mag ze goed geslaagd heeten. En dan
vooral voor Breskens, daar ze veel volk
trekt.
Dat is mijn tweede bezwaar. Het is geen
Zeeuwsch'-Vlaamsche tentoonstelling,
maar een Breskenschet. De opzet toont
dit al dadelijk. De zaak is uitgegaan
van de Breskensche Vereeniging voor
Vreemdelingenverkeer, de vereeniging, di9
zich den laatsten tijd geducht roert, en
aanvankelijk met eenig succes. Onder het
motto: Breskens vooruit, werkt ze hard,
om van het visschersdorpje een flinke
badplaats te maken. Goed. En dat met
Bressiaanschen durf.
Best. Een der redenaars heeft bij de
opening gezegd, dat bescheidenheid nu
juist niet de deugd der Bressianers is.
Maar laat men het dan ook Bresken
sche jaarbeurs noemen. Wanneer het een
Zeeuwsch-Vlaamsche zal zijn, moet de
zaak ook georganiseerd worden door Z.
Vlamingen, zoowel uit het Westen als
uit het Oosten, en uit alie takken van
handel en industrie.
De Commissaris der Koningin heeft in
zijn openingswoord er ook al op gewezen,
dat er overleg tusschen de verschillende
gemeenten moet komen opdat versnip
pering uitgesloten worde, dat alle handel
en industrie ook in de organisatie moet
medewerken en heeft de vraag geopperd,
of niet de Kamer van Koophandel en In
dustrie te Terneuzen, het lichaam in deze
streek, daartoe aangewezen is. Hij heeft
het zachtkens uitgedrukt, bij f eestlij ke
gelegenheden, draagt men immers een
bloem in het knoopsgat, maar hij heeft
toch zeer duidelijk den vinger gelegd op
de wondeplek.
Ik wil in alle bescheidenheid den vin
ger op nog een wondeplek leggen. En
dat is helaas een wondeplek bij alle
tentoonstellingen in ons land van Cad
zand. Enkele weken geleden was er te
Oostburg ook een jaarbeurs, beter winkel
week genoemd, maar één der drie dagen
was een Zondag, en zoo werden allen,
die den Zondag als den Dag des Heeren
beschouwen, uitgesloten. Over enkele we
ken is te Aardenburg de groote tentoon
stelling van de Maatschappij voor Ooft-
en Tuinbouw, en het is dezelfde geschie
denis. En nu ook hetzelfde te Breskens.
Ik heb hier voor me liggen een Feest
programma van de Jaarbeurs voor 9—
13 Juli. En daar lees ik voor den Zon
dag: Groot turnfeest, 300 turners uit Vlis-
singen en Brugge. Optreden van de be
roemde danseres Mej. Janet, van het
Theatre de la Monnaie te Brussel, die
o.a. zal dansen: De stervende Zwaan,
enz. Ik behoef er zeker niet meer aan
toe te voegen, om duidelijk te maken,
dat het voor onze menschen moeilijk is,
om het woord onmogelijk nog maar niet
te gebruiken, om mede te werken.
Dat js de kwaal van ons land van Cad
zand. Wanneer er iets wordt georgani
seerd, klopt men ook altijd aan bij onze
menschen, maar door de manier, waarop
het men het zaakje in elkaar steekt,
maakt men het meestal onmogelijk hun
medewerking te verleenen.
Men zegt, dat men den Zondag niet kan
missen, omdat dan juist het grootste aan
tal betalende bezoekers komt. Heeft men
het al eens geprobeerd?
Wanneer men dan de debet- en credit
zijde eens in evenwicht bracht door van
de oreditzijde te schrappen een paar hon
derd betalende Zondagbezoekers en van
de debetzijde de kosten van een diner,
dan zou er misschien net weer evenwicht
zijn. Maar m den grond van de zaak is
het niet de kwestie, dat men zoo bang
is voor zijn inkomsten; maar men wil
met de bezwaren van hen, die den Zon
dag als rustdag willen, geen rekening
houden. Het is misschien ook moeilijk
voor hen, die er geen rekening mede
houden, zich in onze geestesgesteldheid
in te denken. Gewoonlijk krijgt men dan
te hooren, dat er toch ook één of twee
werkdagen zijn, waarop w ij dan kunnen
komen, maar men schijnt niet te begrij
pen, dat daarmede de moeilijkheid voor
ons niet is opgelost.
Aan onze mannen de taak om in hun
verschillende organisaties er steeds weer
opnieuw op aan te dringen de verschil
lende tentoonstellingen en jaarbeurzen,
of hoe men ze dan ook m het vervolg
wil noemen, zoo in te richten, dat er in
ieder opzicht volle medewerking van per
sonen van alle gezindten kan zijn. En
gaat dat niet, dan ook flink partij' geko
zen en niet medegewerkt.
En in de toekomst gewerkt aan de ver
heffing op allerlei gebied va.n ons land
van Cadzand, maar laat ons het niet moe
ten uioen met de hulp van beroemde bal
letdanseressen, die stervende zwanen dan
sen. We hebben toch zeker, als Zeeuwsch-
Vlamingen nog fut en energie genoeg, dat
we het wel zonder zulke hulp afkunnen.
Geen stervende zwanen hebben we noo
dig, maar levende, flinke mannen en vrou
wen, die hun kracht willen geven, om,
onder Gods zegen, in deze moelijke tij
den mede te helpen hun landje van Cad
zand vooruit te brengen op allerlei gebied.
Breskens vooruit, ons land van Cadzand
vooruit, goed, best, maar dan in de goede
richting.
HOOG WATER.
Stand van Zondag 19 Juli 1931.
v.m.
n.m.
Terneuzen
5.27
5.48
Borsselen
5.07
5.28
Breskens en Vlissingen 4.52
5.13
Hoedekenskerke
5.47
6.08
Hansweert
6.07
6.28
Veere
5.17
5.38
Colijnsplaat
5.42
6.03
Goesche Sas
6.37
6.58
Wemeldinge
6.42
7.03
Tholen
7.02
7.23
Zierikzee
5.57
6.18
Stand van Maandag
20 Juli
1931.
Terneuzen
6.17
6.36
Borsselen
5.57
6.16
Breskens en Vlissingen 5.42
6.01
Hoedekenskerke
6.37
6.56
Hansweert
6.57
7.16
Veere
6.07
6.26
Colijnsplaat
6.32
6.51
Goesche Sas
7.27
7.46
Wemeldinge
7.32
7.51
Tholen
7.52
8.11
Zierikzee
6.47
7.06
laten we de planten goed uitlekken, opdat
geen water op den schotel 'blijft staan.
Naast voldoende licht en water bestaat
een goede verzorging uit het verstrekken
van voldoende voedsel. Een zich krachtig
ontwikkelende palm heeft een voedzame
bodem noodig. Eens per veertien geven
we een slap giertje.
Eventueele doode punten aan de blade
ren worden voorzichtig bijgeknipt, doch
steeds zoo, dat er een 'klein bruin randje
aan het blad blijft zitten. Toch 'kunnen
we het bruin worden der bladpunten niet
geheel en al voorkomen, evenmin als het
afsterven der onderste bladeren. Wanneer
een nieuw palmblad zich ontplooit blijven
de saanengesteide bladeren 't langst aan
een en scheuren dan uiteen. Hierdoor ont
staan kleine wonden en dit is reeds 'het
begin der bruine punten. Een goede ver
zorging is het .eenigste en meest doeltref
fende voorbehoedmiddel om dit euvel zoo
veel mogelijk te stuiten. Het afsterven der
onderste bladeren is een 'heel natuurlijk
verschijnsel en wanneer de plant maar
steeds nieuwe bladeren vormt hindert het
'heelemaal niet.
Palmen in den zomer.
Palmen zijn de fraaiste bladplanten
voor de kamer en hoewel afkomstig uit
tropische gewesten, 'kunnen zij het hij een
oordeelkundige verzorging in de huis
kamer heel goed bolwerken en kan man
er veel plezier van hebben. Maar palmen
zijn net als troetelkinderen, ze eischen wat
extra zorgen en moeiten, anders loopt bet
verkeerd af.
Om te beginnen zijn kleine woonkamers
voor palmen ongeschikt. Ze nemen in
zoo'n beperkte ruimte te veel plaats in,
zooda.t er voortdurend langs de punten
der bladeren wordt geloopen. Ze verlan
gen een ruime standplaats en tevens veel
licht. Nu is het begrip „veel Jicht" een
vaag begrip, vooral voor wat de licht
sterkte in huiskamers betreft. De licht
sterkte is veel geringer dan de lichtsterkte
der buitenlucht, welke vaak 30 a 40 keer
zoo sterk is. Plaats nimmer palmen ach
ter in een kamer of in een donkere hoek.
Ze zullen het op dergelijke plaatsen wel
eenige maanden uithouden, doch voeren
dan. een kwijnend bestaan, vaak uitloopend
op een totale mislukking. Tegen felle zon
nestralen zijn palmen evenmin bestand.
Kamers op het Zuiden zijn in de zomer
maanden voor palmen geen geschikte
plaats, trouwens evenmin voor de andere
kamerplanten. Als regel laat men in de
kamers op het zuiden vaak ijren achter
een de gordijnen neer en dat maakt ze
zoo donker, dat vrijwel geen enkele plant
deze krachtproef kan doorstaan.
Gedurende de zomermaanden moeten de
palmen vaak gespoten worden, zoowel de
onder- als de bovenzijde der bladeren. Ge
regeld inspecteeren op luis is eveneens
noodzakelijk. Bij warme dagen spuiten we
per week minstens 2 a 3 keer; het be
kende, sierlijke eocospalmpje, de Gocos
Weddeliana moet zelfs eens per dag ge
spoten worden, bij heete dagen zelfs twee
keer. Deze sierlijke Gocos Weddeliana is
zoo ongelukkig dat ze fraai uitkomt in
een bloemenmand tusschen andere plan
ten en dat wordt haar vaak noodlottig.
Ook in een klein potje midden op tafel
maakt ze eon fraai effect en tevens
vaak een ontijdig einde. Dit palmpje heeft
namelijk midden op tafel geen voldoende
licht en kwijnt na verloop van tijd geheel
weg. Een juiste verzorging tusschen an
dere planten in een bloemenmand is ook
niet mogelijk.
Wanneer we geregeld en veel spuiten
vervalt het gieten. Eventueel kunnen we
de palmen eens per veertien dagen een
doopbad geven door ze in een emmer te
plaatsen dat van te voren op kamertem
peratuur is gebracht. Een kwartiertje is
meer dan voldoende. Na zoo'n doopbad
Zilver poetsen.
Men kan zilver poetsen met een papje
van Parijscb rood en water. Met spiritus
aangemengd, geeft Parijscb rood te veel
slijtage en het mengen met water heeft
tevens dit voordeel, dat hst niet vervlieg!
en het papje dus niet te veel opdroogt.
Als achter elkander verscheidene stuks
zijn ingewreven, begint het uitpoetsen.
Parelrandjes, (keuren enz.) worden even
uitgeschuierd en tot slot wordt alles nog
nagewreven met een schoonen, zachten
doek.
Om zilver ep ook imitatie-zilver goed
te bewaren, ie een speciaal soort vloei
papier in den handel. Men behoeft de
dingen er niet stuk voor stuk in te wik
kelen. Als alles in de étui ligt, legt men
er velletjes van dat vloeipapier over. Gele
vlekjes komen dan niet voor.
Men kan niet alleen tijd, maar ook het
zilver sparen:
lo. door het goed af te wasschen, zoo
heet mogelijk af te drogen en goed na te
wrijven;
2o. door het zoo min mogelijk in aan
raking telaten komen met zuur, eieren,
visch, mosterd en uien;
3o. door bet van de lucht afgesloten te
bewaren;
4o. door het tegen krassen te behoeden;
5o. door bet met beet zeepsop te be
handelen;
6o. door het uit te koken met ammo
nia of soda. Het deksel moet gedurende
deze bewerking goed op de pan sluiten,
daar anders de ammonia te gauw ver
dampt. (Brandgevaar bestaat er niet.
Ammonia werkt juist blussckend). Na
dat het gekoekt heeft, overgiet men het
zilver1 nog eens met kokend water en
droogt bet stsvig af met zachte doeken.
Krenten In de huishouding.
De Fransche geleerde Dr Balzli te Pa
rijs verklaart in een artikel over de waar-
de van krenten het volgende: „Ieder ar
beidend mensch beeft koolhydraten noo
dig. In het licht van deze feiten schijnt
gedroogd fruit, zooals de krent, van bij
zondere waarde, niet alleen voor de vege
tarische, maar voor elke keuken. Het ge
bruik van krenten is niet alleen een voor
deel voor de gezondheid, maar ook een
voor de portemonnaie. Het ware te wen-
schen, dat de krent haar blijde weder
komst in de volksvoeding hield.' Nadeelen
bezitten de krenten bijna niet. Daarbij
komt neg, dat zij goedkoop zijn en dus
voor elke beurs bereikbaar.
Enkele recepten.
Vanillevla met rabarber: Voor de vla
K L. melk, X stokje vanille, 1 ei, 20 gr.
maizena, 30 gram suiker.
Bereiding: Trek de vanille af in de
melk, klop het ei met de suiker, roer
hierdoor de maizena tot er geen klontjes
meer in zijn en voeg zooveel koude achter
gehouden melk toe, tot het papje dun
vloeibaar is; giet dit al roerende in de in
middels kokende melk, laat de vla even
doorkoken en laat ze afkoelen, onder af en
toe roeren, zoodat zich geen vel vormt.
Leg onder in een vlaschaaltje een laag
(bijv. overgehouden) rabarbermoes, bedek
dit voorzichtig met de koude vla en gar
neer het 'desverkiezend met stijfgeklopt
eiwit, waardoor wat suiker is geroerd
(door de vla gaat dan alleen de dooier).
Rabarberjam: 1 kg. rabarber, 1 X
pond suiker, sap van 1 citroen.
Bereiding: Laat de gewasschen stukjes
rabarber 10 minuten koken, voeg dan de
suiker toe en laat het zonder deksel tot
jamdikte inkoken. Voeg het citroensap
toe en doe de jam over in de goed schoon
gemaakte jampotten. Sluit ze af met para-
fine en een schroefdeksel en plak er een
etiket met naam en datum op.
Vanillenootjes. Neem 1 X ons
bloem, IK ons poedersuiker, 1 ons boter,
2 eiwitten en uitgeschrapte vanille.
De boter wordt tot room geroerd, de
eiwitten stijf geklopt en erbij gevoegd met
de vanille, dan roert men er, om de beurt
'n beetje gezeefde bloem door en gezeefde
poedersuiker, tot alles op is. Men spuit
van dit beslag zéér kleine hoopjes op een
met boter bestreken bakblik en zet ze dan
in een matig warmen oven, waar ze in
ongeveer 10 minuten lichtbruin en gaar
worden.
Voor kattetongen wordt hetzelfde
deeg m lange reepjes op het bakblik ge
spoten, op een behoorlijken afstand van
elkaar. Ze zijn gaar in ongeveer 8 min.
Enkele wenken.
De zomer kan ons warme nachten bren
gen. Als we op het bed, onder het bene-
denlaken, een gladde Japansche mat leg
gen of een strook dicht in elkaar geweven
raffia, zullen we het heel wat minder
„broeierig" hebben dan wanneer we op
een warmen moltondeken of een kapok
matras liggen.
Het schoonmaken van vergulde lijs
ten (en andere vergulde voorwerpen) gaat
zeer gemakkelijk met citroensap, 't zij met
een lapje of watje, daarin gedrenkt, 'tzij
met 'n nagelborstel of met de citroen zelf.
Men wrijft de voorwerpen ermee af en
spoelt ze goed na met schoon water. Dan
droogt men ze zorgvuldig en let goed op,
dat er geen citroenvezels op achterblijven.
Om inktvlekken op afdoende wijze
uit eikenhout te verwijderen, dient men
de vlekken af te schrappen en vervolgens
eventueel opnieuw bij te kleuren en in de
de was te zetten. Dit is de eenige goede
manier; verwijderen met zuring zout laat
steeds blauwe vlekken achter.
Om vuïl geworden wollen tafelklee-
den als nieuw te maken, dompelt men ze
verscheidene malen in koud water met
azijn en spoelt ze daarna in gewoon
schoon water na. De uitwerking is ver
rassend.
Tegen mieren.
Ie. Maak een papje van een paar eet
lepels stroop en een beetje gist. Doe dit
op schoteltjes en zet het neer op de plaat
sen, waar de mieren komen.
2e. Strooi naphtaline schubben (bij den
drogist te krijgen) op stukjes papier en
leg die in de kast of op het buffet, langs
de plinten en bij het stoepje of den drem
pel.
3e. Zet hier en daar schoteltjes neer
met koolteer of citroenolie.
4e. Leg tomatenbladeren op de plekken,
waar mieren komen.
5e. Zet hier en daar een mengsel van
3 deelen bloem van zwavel en 2 deelen ge
droogde, fijn gestampte lavendel.
Gelieve alles, deze rubriek betreffende,
te adresseeren aan P. Mons, Westerstraat
221, Amsterdam.
Oplossing probleem No. 201.
Auteur: P. Groterik, Amsterdam.
Stand.
Zwart 14 sch. op: 6 tot 9, 12, 14, 16 tot
19, 24, 29, 30 en 34.
Wit 13 sch. op: 26, 27, 28, 35, 36, 38, 39,
41 tot 44, 49 en 50.
Oplossing.
Wit: 38—33 36—31 28—22 39—33 26—21
44—39 49X20 35X4.
Zwart: 29X47 47X36 17X28 28X48
48X17 36X44 14X25.
Oplossing probleem No. 202.
Auteur: A. Knol, Amsterdam.
Stand.
Zw. 11 sch. op: 2, 7, 9, 12 tot 15, 21, 22,
27 en 35.
Wit 11 sch. op: 24, 30, 32, 33, 34, 36, 38,
39, 45, 47 en 48.
Oplossing.
Wit: 36—31 47—41 32—27 45—iO 30—25
48X10 25X3.
Zwart: 27X36 36X47 21X43 47X20
35X33 15X 4.
Oplossing probleem No. 203.
Auteur: J. A. v. Dixhoorn, Zaamslag.
Stand.
Zw. 8 sch. op: 11 tot 14, 17, 20, 21, 31.
Wit 8 sch. op: 23, 28, 29, 30, 39, 40, 41
en 48.
Oplossing.
Wit: 28—22 29—24 39—33 48-43 41—36
36X29.
Zwart: 17X19 20X29 29X38 38X49
49 X 24.
Goede oplossingen.
Ontvangen van: S. Blaas, P. de Visser,
A. de Visser Lzn, A. Willemse, A. Verhage
en S. Bosselaar, allen te Aagtekerke; J.
Scheele te Zaamslag; D. de, Hullu te Oost
burg; J. Huissoon te Nieuwdorp; J. Daane,
te Zoutelande; J. A. v. Dixhoorn te Zaam
slag.
Onze prijzen.
De prijs over het 2e kwartaal 1931 werd
gewonnen door den heer S. Blaas te Aagte
kerke. Aan den winnaar wordt verzocht
zijn verlangen kenbaar te maken teneinde
den prijs te kunnen toezenden.
Probleem Na 206.
Auteur: A. Knol, Amsterdam.
3 4 5
47 48 49 50
Zwart 9 sch. op: 8, 9, 10, 15, 16, 20, 25,
28 en 36.
Wit 10 sch. op: 22, 27, 33, 34, 37, 38, 40,
45, 48 en 49.
Wit speelt en wint.
Oplossingen binnen acht dagen na laat
ste plaatsing in elke maand.