igi I I DE ZEEUW Vervolgd en bevrijd lessen .and" totheker, pr Psychiatrie. irkooping TWEEDE BLAD. Staten-Generaal Uit de Provincie. reep 340 -lem raagt vak- in de i met tzegel rnteur ^-inventaris, tenveiling IQEREN"G.A. en tentiën die Vrijdags in arden opge- schts f0.75 treffen altijd F E UL LETON Stukken voor de Piovinciale Staton van Zeeland. stuk n een serie klbums met ).50 In den elwaar een vrlendln- lefoon 415. p Maandag fconsultatie- fchiatrie te i.gehouden. wordt het in Heer P. F en Mejuf- ESSELS Hen datum DE KOK ta JLI 1931, ir (N.T.) aan ir C. TRAAS, te Rilland, >n Ibehooren (in- B te koop) 40 [Spiegels, Ant. I bed, Banken, Ippen en Scho- iwerk, 30 fles- pbord, Maten, ter, enz. enz. Inaorgens voor rvolgens iederen jen Zaterdag rte Bessen, uur. tAR, Directeur. VAN WOENSDAG 1 JULI 1931, Nr 228. EERSTE KAMER. De brand ln het Nederlandsche paviljoen t© Parijs. De Eerste Kamer hield gisteren een korte vergadering. De Voorzitter houdt, terwijl alle le den zich van hun zetels verheffen, een toespraak naar aanleiding van de ramp, welke het Nederlandsche paviljoen op de internationale koloniale tentoonstelling te Parijs heeft getroffen. Spreker wenscht van deze plaats uiting te geven aan de diepe teleurstelling, die allerwegen in den lande en niet het minst in dezen tak van de volksvertegenwoordi ging door dien brand is gewekt. Sedert de opening van de tentoonstelling te Pa rijs was er maar één roep over de voor name en grootsche schepping, welke daar was gewrocht en waaraan een medelid dezer Kamer zijn groote kennis en ener gie had gegeven. De Nederlandsche in zending stond der wereld voor oogen ge- tooverd als een uiting van de hoogste cultureele en artistieke beteekenis, en als een tastbaar bewijs van het zegenrijk koloniaal vermogen van ons land. In Gods bestel, aldus spr., moeten wij berusten. Troostrijk is het, dat het korte, glorieuze leven van het Nederlandsche paviljoen te Parijs de trots der natie is geweest. Teleurgesteld zijn wij, doch verslagen zijn wij niet. De.Minister van Justitie, mr Donner, sluit zich namens de regeering van harte bij het door den voorzitter gesprokene aan. Ook de regeering is ten zeerste getroffen door deze ramp, die een zoo. onverwacht en betreurenswaardig ein de maakte aan wat Nederland te Parijs had tot stand gebracht. Vooral gaat haar deelneming uit naar hen, door wier ar beid en medewerking het volle licht op het Nederlandsche paviljoen was ge plaatst. Nadat enkele kleine ontwerpen zijn af gedaan, wordt overgegaan tot het trekken van de afdeelingen. Daarna wordt de ver gadering geschorst. Na korte pauze wordt medegedeeld, dat tot voorzitters der afdeelingen zijn be noemd de heeren Smeenge, Rink, Van Sasse van Ysselt, Westerdijk en De Jong en tot ondervoorzitters de heeren: Oude geest, Van Lanschot, Slingenberg, Jans sen en Van Wassenaer van Catwijck. De vergadering wordt tot Donderdag ochtend elf uur geschorst. Eerste Zeeuwsch-Vlaamsche jaarbeurs 1931. Breskens, een. tiental jaren geloden nog gerekend onder de minst aanzienlijke dorpen van het land van Cadzad, is in de laatste jaren tot meerderen bloei gekomen en heeft grootere bekendheid verkregen. Daartoe heeft in niet geringe mate bijge dragen de zich steeds uitbreidende zaak van de N.V. Van Melle's Gonf. Works. De betere verbindingen met Vlissingen en de Belgische badplaatsen hebben ook het hunne eedaan, terwijl sinds kort Bres- kens ook als badplaats meer en meer be kend wordt. Doch nu staat er iets te gebeuren in het landje over de Schelde, dat Breskens in het middelpunt van de belangstelling plaatst. Evenals in voor- en najaar, handel en industrie zich beijveren om het beste wat zij toonen kunnen, in Utrecht te expo- seeren, zoo maakt het land van Vlaande ren zich op, om, zij he.t ook op bescheiden schaal, te toonen wat Zeeuwsch-Vlaande- ren presteert. De Vereen, voor Vreemdelingenverkeer te B'-eskens nam het initiatief en vond den Historisch verhaal uit den Napoleontischen tijd. 32) o HOOFDSTUK XI. Twee dagen na het feest, den 14den November, vertrok Nellie Peters weer naar haar dorp op de Veluwe. Zij had, om den jaardag van Margo mee te vie ren, reeds veertien dagen langer vertoefd dan afgesproken was, en nu haastte zij zich thuis te komen, vóór de guurheid van den winter het reizon onmogelijk zou maken. Het was dien morgen zeer koud. De winter was vroeg ingevallen. Het water lag onder een dun ijsvlies hetwolk op de slootjes al voldoende sterkte bezat om de straatjongens te verlokken, er één been door te steken. In de vaarten werd het water natuurlijk door de jaagschuiten zoo'ang mogelijk opengehouden, maar het stooten van de schotsen tegen den boeg eed bij de weinige passagiers onwille keurig de gedachte oprijzen: „Wat zou het onplezierig zijn als er een lek in de schuit gestooten werd, en als het koude water binnenstroomde." heer E. Boom bereid, de idee nader uit te werken, welke daarin zeer goed geslaagd is. De heer Boom is als optimist aan het werk gegaan en slaagde er in twee vaste gebouwen met vijf hulploodsen tot één complex te groepeeren. Waar het terrêin waarop de gebouwen staan aan het Rijk behoort, moest ook 't betrokken Ministe rie er in erkend warden; hierbij heeft de organisator veel hulp ontvangen van dhr Streefkerk, opz. Prov. Waterstaat. Komende van Vlissingen met de Prov. boot, ziet men direct rechts op het ha venterrein de gebouwen en loodsen, waar de Beurs gehouden zal worden. A.s. Don derdag 2 Juli des namiddags om half vier zal Jhr Mr J. W. Quarles van Uf- ford, onze Commissaris der Koningin, de jaarbeurs openen. Wij hebben Dinsdag op het terrein een kijkje genomen en.vonden de standhou ders druk aan den arbeid, om hunne stands gereed te krijgen. Enkelen waren zoo goed als klaar, o.a. stand 52, Des Zo- mers naar Zee, waar Bad-Breskens op zeer origineele wijze is nagebootst. Ook de stand van Albert Heijn, die een etalage geeft te zien van een modern kruide- niersbedrijf alsmede een maquette van de fabrieksgebouwen te Zaandam 1 op 50, was bijna voltoooid. De inzending Indi sche Kunstarbeid van Mevr. M. Sleeking, Eindhoven, trok ook reeds de aandacht, e enals de inzending van de fabriek van lengtematen, J. A. v. d. SandeRoosen daal te Breskens. In een bescheiden hoekje, links van het jaarbeursbureau is een inzending onder gebracht welke ter opluistering is gezon den; we doelen on het Houtsnijwerk en Snijkunst in Been van den heer M. Schij- ve, Nieuwvliet, Zeldzame voortbrengselen van kunnen en geduld worden hier ge toond, groote forsche ontwerpen naast uite-st subtiele tot in de kleinste details verzorgde kunststukjes. Zooals het zich laat aanzien is de mogelijkheid groot, dat bij de opening op a.s. Donderdag alles gereed zal zijn, wat van niet vele tentoon stellingen gezegd kan worden. Volgens den catalogus is het aantal stands 92. We willen besluiten met over te nemen hetgeen het bestuur van Vreem delingenverkeer te Breskens in den cata logus schreef: „De Zeeuwsch-Vlaamsche Jaarbeurs wil laten zien, wat het Zeeuwsch-Vlaande- ren in 1931 is. Zij wil aantoonen, wat het 4e en 5e district van Zeeland, zooals men het land van over-de-Schelde nog meer malen pleegt te noemen, economisch voor Nederland beteekent. Zij vraagt aandacht voor dit gedeelte Nederland, wijst op de mogelijkheden voor landbouw, handel, nij verheid en verkeer, geeft volop gelegen heid met Zeeuwsch-Vlaanderen handel te drijven, daartoe relaties aan te knoopen, te hervatten of uit te breiden. Als zij daar in slaagt, heeft de Vereeniging voor Vreemdelingenverkeer te Breskens, die het initiatief tot deze Beurs nam, haar doel bereikt. De Vereeniging zal zich dan gelukkig achten in het belang van Z. Vlaanderen werkzaam te zijn geweest." - Bij >de folklorische feesten welke Zaterdag te Utrecht werden gehouden, waren de Zeeuwsche kleederdrachten 'n aardig nummer. En de Zeeuwsche ring- rijderij was wel het glanspunt van den middag. De Zeeuwsche deputatie bracht voor den Bj'-irgemeester van Utrecht nog een verrassing mee. Een Zeeuwsche boeren- knoop, kunstig omgewerkt tot een post- zegelbevochtiger, werd aan dr Foekema Andreae bij monde van den heer G. Hou tekamer, secretaris van het Vreemdelin genverkeer op Z.- en N.-Beveland, aan geboden. Middelburg. Dinsdagavond te half 12 is men begonnen met een proefbelichting van het Stadhuis. Met groote zorg is gewerkt om voor het geheele zomersei zoen de 19 lampen van 2000 kaars in de goede richting te hebben. Het prachtige bouwwerk kwam weer prachtig uit tegen den strakken nachthemel. Goes. Gistermorgen is aan twee stadge- nooten, de heeren N. K. en J. G. in den Smokkelhoek nabij Biezelinge een vrij ernstig motor-ongeval overkomen. Dhr K., die de motorfiets bestuurde, raakte in het dik gestrooide macadam de macht over zijn stuur kwijt met het gevolg, dat het vehikel van den weg in een droge sloot Nellie had. geen prettige reis. Om half- zes op weg naar de jaagvaart," begeleid door een knecht die eene warme stoof en verdere geriefelijkheden in de schuit zou brengen, in het donker, terwijl een vinnige Zuidoostenwind haar de sneeuwvlokken in het aangezicht joeg, de hardnekkig ste optimist zou dit moeilijk onder de plei- ziertochtjes kunnen rekenen. Maar Nellie had erzich op gekleed; ze was bovendien geen stadsdametje, maar gewend om in het ruwste weer over de heide naar het dorp te wandelen, en boodschappen te doen. Van Haarlem met de schuit naar Am sterdam; van Amsterdam met een serie schuiten naar Utrecht; van Utrecht met een soort van diligence die op Arnhem reed, naar Barneveld, en vandaar zou ze door haar vader met een jachtwagentje afgehaald worden. De reis was dus nog al niet zoo heel moeilijk, het zou echter reeds donker zijn, eer zij Barneveld be reikte, en als er dan eens geen wagen tje was om haar meo te nemen? Maar dal was een dwaze gedachte, want zij had verleden week al geschreven, en precies uitgeduid, hoe laat zij komen zou, dus Nellie vond het al heel kinderachtig, zich daarover bezorgd te maken, en stelde zich voor haar gestoorde nachtrust schadeloos met een dutje. Zoo, beurtelings slapende en etende, vloog. Bestuurder en duo-rijder werden 1 meters ver weggeworpen. De laatste kwam er af met eenige lichte verwondingen, de eerste bleef echter bewusteloos liggen. Door dhr C. is hij naar een naburige boerderij gebracht, waar al spoedig bleek dat hij er gelukkig goed was afgekomen. Wij vestigen de aandacht op een advertentie van Gebr. Mulder, die een serie plaatjes van de schoonste plekjes van ons land uitgeven. Deze serie bestaat uit 80 plaatjes. Bij aankoop van f 0.50 winkelwaar wordt een plaatje beschikbaar gesteld. Bijbehoorende albums om het geheel te bewaren, zijn in den winkel verkrijgbaar. De opbrengst van den Zaterdag 27 Juni gehouden Vlaggetjesdag ten bate der kas van de afd. Goes van het Cen traal genootschap voor Kinder-herstel- lings- en Vacantie-kolonies bedraagt de som van f387.03. N.- en St Joosland. Maandagmiddag hield de Raad dezer gemeente een open bare vergadering onder voorzitterschap van den burgemeester. Alle leden waren tegenwoordig. Medegedeeld werden de volgende inge komen stukken enz.: alle benoemden in de vorige vergadering hebben hun be noeming aangenomen; dat de bègrooting voor 1931 door Ged. Staten is goedge keurd; de verordening op de heffing van 80 opcenten op de gemeentefondsheksting werd koninklijk goedgekeurd; de rjjks- uitkeering per inwoner is vastgesteld op f5.4499, in totaal op f6318.56; de offi ciéél© vaststelling van het Bevolkings cijfer op 31 Dec. 1930 bij'1 de gehouden volkstelling bedraagt 1148 personen; dat door den Commissaris der Koningin ver schillende "heeren zijn. herbenoemd tot leden der Gezondheidscommissie; het ver slag van den Inspecteur van het archief wezen in Zeeland, waarin vermeld is wat in deze gemeente verricht is aan het ge meentelijk archief; dat de verleende mach tiging aan J. Joosse alhier voor het in werking brengen van radio-distributie is vervallen verklaard; het jaarverslag van den Prov. Zeeuwsohen Brandweerbond dat het gras der oude Begraafplaats enz. is verpacht voor twee jaar aan Simon Janse voor f 10 per jaar; en procesver baal van kasopneming van den gemeente ontvanger over het 2e kwartaal. Alles voor -kennisgeving aangenomen. Als grafdelver werd met 6 stemmen benoemd de heer J. de Vries, terwijl op H. Luitwieler 1 stem was uitgebracht. J. de Vries zal ook optreden als lijk- dienaar. Een verzoek van de gemeente Arne- muiden om de premie te betalen met de andere- gemeenten waar hij in dienst is, voor een verzekering van den heer E. W. Neugebauer, wordt aangehouden. De Ambtenaar van het Openbaar Mi nisterie acht het gewenscht, om de Ver ordening op het keuren van Vleesch enz. in de kringgemeenten Middelburg, te wij zigen, omreden bij de bestaande redactie geen vervolging kan plaats hebben met succes op veroordeeling. B. en W. van Middelburg stellen voor de gewenschte wijziging aan te brengen. B. en W. meenen, dat het niet noodig is de bestaande strafbare bepalingen te verscherpen, en stellen voor de redactie zoo te laten. Z.h.st. aangenomen. De laatste wijziging der bègrooting '30 werd -door den raad goedgekeurd. Aan de N.V. de P.Z.E.M. te Vlissingen werd ontheffing verleend van het bepaalde in art. 54 van het Motorreglement, voor die wegen in de kom der gemeente, welke geen Rijks- of Provinciale wegen zijn. (Vervoer lange palen enz.) Bij de rondvraag bracht het lid Poppe ter sprake het ledigen der aschbakken, wat moeilijkheden oplevert. Hij deed het denkbeeld aan de hand een ophaaldienst in te stellen. Bij de bespreking was men van meening, dat dit veel duurder is, dan de tegenwoordige regeling, en ook zijn bezwaren mee zou brengen voor de ingezetenen, zoodat er voorloopig niet werd op ingegaan. Verder werd nog besproken wie klok luider is bij brand. De voorzitter deelde mede dat B. en W. daarvoor hebben aangewezen den gemeente-werkman. Ritthem. Toen de eerewacht naar huis reed, kreeg een der ruiters, K. L., van het paard van een der marechaussees zulk een lezende en pratende, had zij Utrecht be reikt. De reis was tamelijk voorspoedig ge weest; het was pas drie uur, evenwel be greep Nellie, dat het lang en breed avond zou wezen, wanneer men Barneveld bin nenreed. Dan had ze nog een uur rijdens te goed vóór ze zich in haar ouderlijk huis van de vermoeienis kon herstellen. Voor hetzelfde koffiehuis waar de trek schuit aanlei, reed het rijtuig af, en daar dit laatste eerst om half vier gebeurde, had Nellie nog een groote twintig minu ten den tijd. Deze besteedde zij met een kom melk gloeiend heet te laten maken en met kleine teugjes uit te drinken een genot, dat ieder verkleumde op den rechten prijs zal schatten. Intusschen nam zij de passagiers eens op, die met haar de reis zou mede maken. Onder al de lieden, die in de gelag kamer ronddrentelden, of zich bij den haard vermaakten, met pijpjes te rooken, trok een rijzig, flink gebouwd persoon, haar aandacht. Zijn ouderwetsche heer achtige kleeding, met het slordige pruik je en den driekant, en vooral do lange degen gaven hem iets zonderlings, iets „verkleeds", dat met zijn openhartig, ern stig gelaat in tegenspraak was. „Wel heerschap", zei een dikke Gelder- sche boer, die met den rook zijner afschu welijke tabak allen uit zijn nabijheid slag tegen zijn been, dat dit gebroken werd en L. naar 't ziekenhuis te Vlissingen moest worden gebracht. Ook kreeg een a.ndere ruiter J. W. een slag van een paard, zoodat zijn been gewond werd en hij geneeskundige hulp moest inroepen. Westkapelle. Dinsdagavond gaf het fan farecorps „Oefening Kweekt Kunst" on der leiding van den directeur, dhr P. de Rooy, voor de openbare school een avond concert. Een talrijk publiek volgde met aandacht de verschillende muzieknum mers. ONZE KOLENUITVOER BEDREIGD? Naar „Het Vaderland" uit Parijs ver neemt, bevat de A. E. F. een artikel, blijkbaar van officieele zijde, waarin be toogd wordt, dat de mededinging van Nederlandsche steenkool in Frankrijk te groote afmetingen aanneemt. In 1928 zond Nederland ons 840.000 ton steen kool, in 1930 anderhalf millioen ton. Voor cokes zijn de cijfers 588.000 en 'n millioen ton. Voor de eerste vier maanden van 1931 zijn de cijfers 190 pet hooger dan voor 1928. Blijkbaar is dit artikel het voorstel voor de restrictie van den in voer met 50 percent. De heer G. Nypels, medewerker van „Het Hbld" schrijft; Naar aanleiding van wat ik 24 en 25 j.l. meldde over de plannen der F r a n- sche en Belgische regeeringen omf den invoer van onze Nederlandsche steen kolen te beperken, zijn er pogingen ge daan om het daartoe allereerst noodige wetsvoorstel, dat 26 Juni in eerste lezing door de Belgische Kamer van Afgevaar digden werd aangenomen, als een on schuldig en slechts formeel iets voor te stellen. Dat de Fransche regeering het vaste voornemen heeft om reeds binnen zeer kort over te gaan tot deze beperking, weet inmiddels te Parijs al iedereen. Er wordt nog slechts onderhandeld over de restrictie-percentages, die op de verschil lende kolen invoerende landen zullen toe gepast worden; alsmede over de basis voor deze restricties; m. a. w. de hoeveel heid ingevoerde kolen van welk jaar met dat percentage verminderd zal moe ten worden. Wanneer men bedenkt, dat juist onze particuliere mijnen in de laat ste twee jaren hun uitvoer naar Frank rijk buitengewoon konden verhoogen, be grijpt men, dat voor hen niet slechts de vaststelling van het percentage, maar vooral ook deze basis van het grootste belang is. Het is nu, volgens mijn zeer betrouw bare inlichtingen niet juist, dat België geen plannen zou hebben gebruik te ma ken van die wet, die het thans door den Senaat laat jagen, nadat de Kamer van Afgevaardigden ze in een vloek en een .zucht aannam, teneinde aan de hand daarvan den invoer van kolen te kunnen beperken. In België bestaan die plannen wél. Het is in dit verband ook zeker merk waardig, dat de Belgen thans te Parijs niet mee aandringen op uitstel van de voorgenomen invoerrestrictie van steen kolen, of om deze te voorkomen, maar dat ze zich er reeds mee accoord ver klaarden, en zelfs aandringen op zoo spoe dig mogelijke uitvaardiging van dit be sluit! Toch zal dan, indien de Fransche regeering zich houdt aan het advies van de staatscommissie en ze toegeeft aan den eensluidenden eisch der Fransche mijneigenaren, ook de Belgische invoer met 25 pet. verminderd worden. De onze met niet minder dan 50 pct.lEn, als de 50 pet., die wij nog maar zullen mogen uitvoeren, gerekend werd van onzen in voer van enkele jaren geleden, dan zou de slag nog veel harder aankomen, voor al voor de particuliere mijnen, daar onze staatsmijnen de laatste jaren hun export naar Frankrijk niet zoo verhoogden. Men rekent er in kolenkrirgen dan ook op, dat Brussel slechts wacht op wat Pa rijs zal doen, om dan dat voorbeeld te volgen. Waarbij het dan de noodzakelijk heid van de invoerbeperking o.a. zal kun nen baseeren op deze verloren Fransche markt; waarheen vooral het bekken van Charleroi veel kolen leverde. Wie deze ramp in ons land voorkomen kunnen, dienen dus op hun hoede te blij ven en zich geen zand in de oogen te la- verdreef, „gaoi ie ook mee tot Zutfent?" „Nee Baa", antwoordde de vreemdge- kleede in dezelfde gouwspraak, „ik vare maor mee tot Barneveld; daor hlieve ik óver". „Wel, kiek is an", hervatte de hoer ver baasd, „a'k niet docht, toe 'k oe daor ef- kes heurde praoten, da' ie'n Hollander waren; ie schient toch uut de Veluwe vandan te wèzen." „Dat héj dan toch mis ehad", zeide de vreemde droogjes en vervolgde; „Ik zol wel haost zeggen, dat ie uut Overieselt kump achter Dèènter vandan." „Zoo verre nèè; mien huusken steet in Olst, stief tegen den diek Maor-wa 'k zeg gen wol en liègen nèè, blief ie in Barne veld, of'gao ie veerder op?" ,,'k Wete nog niet; 'k zal is kieken", gaf de aangesprokene ontwijkend ten ant woord. ,,'k Wol dan maor zeggen, dat 'et goed is, daj zo'n dingsken op zied hebt", zeide de boer, op den degen wijzende, „want er leup tegenswoordig veui vremd volk langs den weg. Den man die daor steet, en die twee lui zult 't oe wel kunnen ver tellen, wie ze èzien hebt." „Allemaol erm volk, daor gien pit in zit", zei de vreemde minachtend, „aj ze ankiekt, loopt ze weg". Hij keerde zich om en trad naar het raam, waar hij op ruiten trommelde. ten strooien: er dreigt èn uit Frankrijk èn uit België een zeer ernstig gevaar voor onze Limburgsche mijnindustrie! Nader meldde dezelfde correspondent nog: Te Parijs schijnt men intusschen als z.g. concessie aan Nederland beloofd te hebben, dat we in ieder geval niet slech ter behandeld zullen worden .dan de an dere kolen-importeerende landen. Wanneer men echter, zooals gevreesd wordt, als basis voor de invoerlicentie den invoer van 1928 zou nemen, zou dit op zichzelf al een invoerbeperking betee- kenen voor ons van ongeveer 50 pet, aan gezien ons land in de laatste twee jaren den uitvoer van steenkolen naar Frank rijk verdubbelde. Thans zijn de volgende voorstellen van Ged. Staten in druk verschenen: Steunverleening verbetering we gen Provinciaal wegenplan. Ged. Staten leggen het adres over van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Zeeuwsch-Vlaanderen te Terneuzen, inzake het geheel voor rekening der Pro vincie nemen van de kosten van vernieu wing en verbetering van de wegen, voor komende op het Provinciaal wegenplan, waarhij in de eerste plaats klaarblijkelijk beoogd wordt vrijstelling van het betalen ingevolge de Wegenbelastingver ordening Zeeland van de bijdrage van 25 pet. in de kosten door de huidige onderhoudsplich tigen. Voorts is de bedoeling, dat zonder ver goeding van die onderhoudsplichtigen de wegen door de Provincie in beheer en on derhoud zullen worden overgenomen. Het komt Ged. Staten in het algemeen minder juist voor, de onderhandelingen met die onderhoudsplichtigen geen positieve re sultaten hebben gehad. Behoudens 'n en kele uitzondering werden buiten Zeeuwsch Vlaanderen de gevoerde onderhandelin gen steeds met succes bekroond. Daarte genover kon inderdaad in Zeeuwsch- Vlaanderen in vele gevallen geen resul taat worden bereikt, en alleen daar schij nen de regelen mede aanleiding daartoe geweest te zijn. Met den hoofdingenieur van den Rijkswaterstaat, die in zijn schrij ven het bovenstaande nader presiceert, zijn Ged. Staten het eens, dat bezwaarlijk kan worden beweerd, dat de bovenstaan de regeling voorshands zonder practisch effect zou zijn en deswege wijziging zou behoeven, al moet het in Zeeuwsch-Vlaan deren nog meer „doorwerken". Ook kan bezwaarlijk worden volgehouden, dat de 25 pet te veel gevergd zou zijn. Daarbij wordt immers uit het oog verloren, dat met de verbetering de mogelijkheid wordt geopend, den weg aan de Provincie in beheer en onderhoud over te dragen on der zeer gunstige voorwaarden. De Ka mer vergeet ook te vermelden, dat als de weg na verbetering in beheer en onder houd blijft bij den huidigen onderhouds plichtige, jaarlijks f 200 per K. M. on- derhoudssubsidie kan worden verleend. Ook is niet juist, dat nu aan Ged. Staten de bevoegdheid is gegeven vermindering der bijdrage tot een minimum van 15 pet toe te staan, ook het resteerende percen tage nog voor rekening van het Prov. wegenfonds kan worden genomen. De be doeling was alleen indirect den afkoop van tollen te subsidieeren, wat direct vol gens de wet niet is toegestaan en voorts in gevallen b.v. van kostbare onteigenin gen en bij de behandeling is dan ook door den heer v. d. Weijde gezegd, dat Ged. Staten in deze materie zeer voorzichtig zouden zijn met de toekenning van ver hooging. Mede aan de hand van het rapport van den hoofdingenieur, wijzen Ged. Staten er verder nog op, dat het niet juist is, dat de wegen moeten worden verbeterd overeenkomstig eischen vanwege de Pro vincie, zij moeten voldoen aan de mini mum rijkseischen, die voor Zeeuwsch- Vlaanderen evenzeer gelden als voor Zuid- Limburg of Texel. Ook is niet juist, dat de Staat altijd de kosten van verbetering en onderhoud op zich neemt van de wegen, voorkomende op het Rijkswegenplan. Dit geldt slechts wegen, die sedert tal van jaren bij het De dikke boer, zijn praatje voort wil lende zetten, keek naar een ander om, en koos, als de dichtstbijzijnde, daartoe Nel lie uit. „Wel, jonge juffer", begon hij weer, haar een geduchte rookwolk toeblazende, „ao ie mee tot Zutfent, of stap ie onder weg uut?" Nellie was een oogenblik geneigd, den onbehouwen boer te vragen, wat het hem kon schelen, maar zij wilde de onbeleefd heid niet tegen dezelfde munt inwisselen, en antwoordde: „Neen, ik stap onderweg uit." „In Apeldoorn??" vroeg de nieuwsgie rige vent. „Neen, Barneveld". Het trommelen op de ruiten hield op. „Hé 'k zien léven!" riep de boer. „dan heur ie en heei bie mekare." Van den kant van het raam werd een zonderling geluid gehoord, even alsof er iemand met moeite zijn lachen bedwong. Nellie stampte van ergernis met den voet op den grond. „Ik heb niets met dien meneer daar te maken", antwoordde zij, luid genoeg dat de „meneer" het kon verstaan. „O zoo, noe 'k docht 'et maor. 'tkon wel, zie", zei de boer en vervolgde: „ie bent vast uut Holland, is 'et niet?" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1931 | | pagina 5