DE ZEEDW
Vervolgd en bevrijd
TWEEDE BLAD.
Binnenland.
FEUILLETON
Wetenschap en Kunst
Uit de Provincie.
VAR
VRIJDAG 12 JUNI 1931, Nr 212.
De Koninklijke Familie op reis.
Naar uit Weenen wordt gemeld, zou
onze Koninklijke Familie in Juli gedu
rende drie weken in Igls verblijven, waar
heen zij zich na het bezoek aan Parijs
zou begeven en waar waarschijnlijk een
particuliere villa voor de Koninklijke gas
ten in gereedheid zou worden gebracht.
Igls ligt op 8.5 K.M. afstand ten Zuiden
van Innsbruck, waarmede het door een
bergbaantje is verbonden, op 870 Meter
hoogte aan de boschrijke uitloopers van
den ook aan bezoekers van Innsbruck
bekenden, 2248 M. hoogen Patscher Kofl,
waarvan de top van Igls uit gemakkelijk
in vier uren te bestijgen is, terwijl men
ook met een kabelbaan, tot 1960 M. hoog
te kan komen.
Bezoek der Koninklijke Familie te Parijs.
Het programma van het bezoek van de
Koningin, den Prins en de Prinses aan
Parijs blijkt, naar het „Hdbl." verneemt,
behalve het bezoek aan de Koloniale
Tentoonstelling en dat aan den nieuwen
President der Republiek, den heer Paul
Doumer, in het Elysée, nog eenige be
langwekkende punten te bevatten.
Gelijk men weet, komt de Koninklijke
Familie Dinsdag a.s. in den vroegen och
tend te Parijs aan. Woensdag wordt zij
door President Doumer officieel op het
Elysée ontvangen, die haar een déjeuner
aanbiedt. Dienzelfden avond diner op de
Nederlandsche legatie, waarbij de Presi
dent der republiek tegenwoordig zal zijn.
Donderdagochtend bezoek aan de Ko
loniale Tentoonstelling.
Vrijdagavond zou, naar verluidt, maar
schalk Lyautey den vorstelijken gasten
een diner aanbieden, vermoedelijk op de
tentoonstelling.
Zaterdagmiddag ontvangst der Ko
ninklijke Familie in het Parijsche Stad
huis; daarna zouden de leden der Neder
landsche kolonie in de gelegenheid wor
den gesteld om in de Nederlandsche le
gatie hun opwachting bij het vorstelijk
echtpaar en de Prinses te maken.
F. Bos. f
Gistermorgen is te Lonneker, 65 jaar
oud, overleden de heer F. Bos, een zeer
bekende figuur in landbouwerskringen.
De overledene, die medeoprichter was
van den Plattelandersbond, werd in 1918
voor dezen Bond gekozen als lid der
Tweede Kamer, waarvoor hij in Septem
ber 1919 bedankte.
Landarbeiderswet.
Verschenen is het eindverslag over het
wetsontwerp strekkende tot wijziging van
de artikelen 9 en 34 der wet van 20 April
1918 (Landarbeiderswet).
Algemeen werd waardeering uitgespro
ken voor de indiening van dit wetsont
werp, waardoor het mogelijk wordt ge
maakt de rente, verschuldigd voor de
voorschotten, die ingevolge de Landarbei
derswet worden verleend, te verlagen.
Verscheidene leden spraken daarbij het
vertrouwen uit, dat de door de regeering
voorgestelde maatregel ook stimuleerend
zou werken in de richting van verlaging
van pachten voor landerijen, in particu
lier bezit.
De vraag werd door eenige leden ge
steld, of het geen aanbeveling zou verdie
nen, bij deze gelegenheid een vaste rente
van 3 pet. in de Landarbeiderswet op
te nemen, op welke vraag intusschen
verschillende andere leden een ontken
nend antwoord zouden willen geven.
Door verscheidene leden werd gevraagd
of de regeering bereid is tot een herschat
ting van do landarbeidersplaatsjes over
te gaan, omdat de waarde daarvan nu
aanmerkelijk lager is dan in den tijd, toen
de wet werd ingevoerd. Natuurlijk zou
alsdan bij gebleken waardedaling afschrij
ving moeten plaats Vinden.
Historisch verhaal
uit den Napoleontischen tijd.
20) _o_
„Denk jou soms, dat we jou "looven",
zeide Taco. „Een heerl 't mocht wat; jou
hield een praatje met de faem van den
kastelein, jal Heb ik haar muts niet
'zien, ja, toen jou de deur uitkwam?"
„Geen heer uit Haarlem hé?" schreeuw
de Kees, „op mijn woord, je kent hem
misschien beter dan ik zelf! Denk rnaar
niet, dat ik meer zeg."
De luitenant in knelformaat knarste op
zgn taanden, „Dat ezelskuiken, die eend,
zoo'n kalfsfricandeau!" krijschte hij woe
dend, straks noemt hij me nog met naam
on toenaam 1 Waarom gaat hij niet weg.
Dat ellendige raam op m'n hals; komt
die waard dan nooit? Ik stik."
Met alle kracht trachtte hij met zjjin
hals het raam naar boven 'te schuiven,
maar het eenige gevolg was, dat zp hals
aders begonnen op te zetten en zijn
aangezicht bont en blauw werd.
„Of je gelijk hebt; je moet nooit gei-
nes,men verklappen, dat is zeer leeïjjk",
Loting voor de lichting 1933.
De minister van Defensie heeft bepaald
dat de in art. 10 der Dienstplichtwet be
doelde loting, ter bepaling van den in
geschrevene die in elke gemeente of in
elke groep van gemeenten het eerst in
aanmerking komt om tot gewoon dienst
plichtige te worden bestemd, in het open
baar plaats heeft voor de lichting 1933
op Vrijdag 26 Juni a.s., des nam. 2 uur
te 's-Gravenhage in de Weeskamer, Bin
nenhof 8.
De loting geschiedt uit een aantal ge
nummerde biljetten, overeenkomend met
het getal der personen, vermeld in het
alphabethisch register der gemeente Am-
- sterdam van de lichting 1928.
De tarwewet en de bakkers.
De vijf landelijke organisaties in het
bakkersbedrijf hielden te Amsterdam een
.vergadering, waar de wenschen der Ne
derlandsche bakkerspatroons werden ge
formuleerd met het oog op de a.s. invoe
ring der Tarwewet en met het oog op
de vergadering der commissie van advies
van de Tarwewet, die morgen voor het
laatst zal bijeenkomen.
Besloten werd eenstemmig te ijveren
voor:
Een percentage van minstens 10 vrije,
onvermengde bloem voor de beschuit- en
banketbakkerij der gemengde bedrijven;
Voor een zoo laag mogelijken prijs der
onvermengde bloem;
Voor een niet hooger percentage dan
15 bloem en meel van inlandsche
tarwe;
Voor een sterke bestrijding van den
invoer van Belgisch brood in Nederland;
Voor een broodprijsverhooging van één
cent per 800 gram voor elke fl.50, waar
mede de bloemprijs per 100 K.G. wordt
verhoogd, in te gaan met 1 Juli a.s., en
Voor de oprichting eener bakkers-cen
trale door de federatief samenwerkende
bonden in het bakkersbedrijf.
Aan de bakkers-vertegenwoordigers in de
Advies-commissie werd verzocht deze
wenschen aan de regeering over te bren
gen.
C. I. van. der Ploeg (Isardi.) f
Op 61-jarigen leeftijd is te Leeuwarden
overleden de heer G. I. van der Ploeg, als
schrijver bekend onder den naam van
Idsardi.
De heer van der Ploeg werd 11 October
1869 te Menaldum geboren. Bestemd om
tot onderwijzer te worden opgeleid, be
zocht hij de normaalschool aldaar. Om
streeks 1890 werd hij door ds Flieringa,
destijds te Menaldum, opgeleid tot evan
gelist en vertrok hij naar Drente. Naar
Friesland teruggekeerd, werd hij in 1892
toegelaten als godsdienstonderwijzer in de
Ned. Herv. Kerk. In 1894 werd hij als
zoodanig te Bolsward benoemd, waar hij
bijna 30 jaar arbeidde.
In 1910 verscheen van zijn hand zijn
eerste boekwerk, spoedig gevolgd door tal
van andere, waarvan we noemen: Als
door vuur, In de branding, Mooie Marie,
Een heilig ja, Jonker van Sterrenburgh,
Kleine Luyden, Ons Anneke, Gretske de
Freule, Sampie, Jacob de gunsteling Gods,
Manke Murk, Nynke en Rosenhof, het
laatst verschenen werk. De heer van der
Ploeg was medewerker aan In en om ons
Huis, een christelijk vrouwenblad, en
Oude Paden, het weekblad van Ds J. J.
Knap Czn te Groningen.
Hij was een der voormannen van den
Christelijk Nationalen Werkmansbond, in
welks hoofdbestuur hij 23 jaar lang zit
ting heeft gehad. Tot zijn dood was hij
voorzitter van de provinciale Friesche or
ganisatie van dien bond.
De bevolking van Zeeland.
De bevolking van Zeeland bestond op
31 December 1929 uit 124.203 mannen en
123.707 vrouwen, samen 247.910 zielen;
er werden geboren 2415 m. en 2407 vr.;
er overleden 1172 m. en 1193 vr.; een
vermeerdering daardoor dus met 1243 m.
en 1214 vr. Er vestigden zich in de pro
vincie 7808 m. en 7215 vr.; er vertrok-
antwoordde Evert pp de laatste verkla
ring. „Wil je nog een hapje".
Met behulp van nog twee van zulke
hapjes duurde het geen vijf minuten of
de strooper had zjjn „diep" geheim ver
teld. De soldaten keken elkaar aan of ze
van Lotje getikt waren.
„Luitenant Van Stralen? Wat komt die
doen?" zei er een.
„Wat zou de Vleermuis hier zoeken?"
vroeg de ander.
„Is hij er nog?" vroeg de Passer, ter
wijl hij. opstond.
Kees wérd halfnuchter bij het zien van
de uitwerking zijner woorden en zocht al
wat hij nog aan verstand en voorzichtig
heid had overgehouden, "bijeen.
„Pas maar op, hij: mocht er nog een-s
zijn", waarschuwde hij met dub bels laan-
do tong. „Ik ga naar huis, het is laat.
Gegroet beste vrievria kammera
raden!"
En zoo vlug als zijn anti-yclonaalbö-
wegende beenen hein dragen konden,
strompelde hg weg, terwijl zp, lallende
dronkemansstem naklonk in: Vie... vle
vleermmuis. Ha* ha, ha"
„Hoort jongelui, als ie in dat opka
mertje is zijn wij voor de kaaimannen,
want dan heeft ie natuurlijk alles gehoord
wat we zeiden", merkte Evert op. „Weet
je wat? Ik sjouw naar m'n kwartier.
Morgen om v|f uur ie 't weer reveille
ken 8567 m. en 8331 vr., een verminde
ring dus met 759 m. en 1116 vr. Op 31
December 1930 bestond de bevolking uit
124.687 m. en 123.805 vr., totaal 248.492
personen.
Reductie voor electriciteftsprljzen voor het
platteland.
Naar wij vernemen heeft de N. V. Pro
vinciale Zeeuwsche Electriciteits-maat-
schappij met het oog op de moeilijke om
standigheden, waarin het landbouwbedrijf
verkeert, besloten aan verbruikers van
stroom voor kleinkracht ten plattenlande
over het jaar 1931 een reductie van 10
pet (te verrekenen na afloop van het jaar)
toe te staan van het bedrag, dat zij ver
schuldigd zullen zijn voor den stroom,
die buiten de lichturen wordt betrokken.
De P. Z. E. M., die zelve natuurlijk ook
de gevolgen van de crisis zal gevoelen,
wil op deze wijze trachten, naar vermo
gen die gevolgen voor den landbouw en
de kleine bedrijven ten plattenlande te
verzachten.
In de steden, waar reeds andere tarie
ven gelden, wordt dezen maatregel niet
toegepast.
Autobusconcessies. Gedep.
Staten van Zeeland hebben ingewilligd
het verzoek van J. Louisse-van Dalen te
Ellewoutsdijk om de haar bij besluit van
15 April 1927 verleende vergunning tot
het in werking houden van een dagelijk-
schen autobusdienst van Ellewoutsdijk
over Oudelande .Baarland, Kwaden dam
me en 's-Gravenpolder naar Goes en om
gekeerd over te schrijven op haar echt
genoot, D. Louisse te Ellewoutsdijk.
In het besluit van de Kroon tot ver
nietiging van het besluit van Ged. Staten
van Zeeland d.d. 24 October 1930 en af
wijzing van de aanvrage van J. A. Man
neke te Breskens om wijziging van zijn
vergunning voor den dienst Breskens-
Eede, zoodat het verbod tot vervoer van
reizigers in locaal-verkeer wordt opge
heven, overwoog de Kroon, dat de tram
geheel dezelfde route volgt en dat er zich
geen nieuwe omstandigheden hebben
voorgedaan, die aanleiding geven tot wij
ziging van de vergunning.
Vreemdelingenbezoek aan
Walcheren. Met de Motorveerboot
Breskens-Vlissingen werden gisteren 760
vreemdelingen en 22 auto's overgezet.
Aan den Blauwendijk te Middelburg
meerde de Belgische stoomboot „Zeeland"
met een groot aantal schoolkinderen uit
Gent, die, voorafgegaan door het groote,
flink spelende muziekgezelschap, bestaan
de uit de Gentscbe weesjongens, een wan
deling door de stad maakten.
Zitting Prov. Staten. De eer
ste gewone zitting der Staten van Zee
land zal plaats hebben op Dinsdag 7
Juli a.s. des namiddags te half acht urn
en het ligt in de bedoeling om de, over
eenkomstig art. 46 der Prov. wet, voor de
verkiezing der leden van Ged. Staten
op Woensdag 8 Juli d.a.v. te houden
vergadering te openen des voorm. te 10
uur en om de verslagen der afdeelingen
betreffende de voorstellen van Ged. Sta
ten te behandelen op Dinsdag 28 Juli
d.a.v. des voorm. te 10 uur.
Door den Commissaris der Koningin
is aan den gemeente-veldwachter te St.
Annaland, Ch. Schipper, met ingang van
1 Juli a.s. eervol ontslag verleend.
Door den Comm. der koningin zijn
tot lid van de Gezondheidscommissies, ge
zeteld te Middelburg, Veere, Vlissingen,
Zierikzee, Tholen, Goes, Kruiningen, Oost
burg, Hulst en Neuzen, voor het tijdvak
van 1 Juni 1931 tot 1 Juli 1936 herbe
noemd de heeren J. A. Vertregt, Jhr. W.
Z. van Teijlingen, M. C. Braat, W. H. Itfc-
mann, P. J. Duinker, C. Griep, J. Linden*-
bergh Cz., J. de Hullu, P. F. Voet en
J. C. Bom, terwijl de herbenoemde heeren
Jhr. W. Z. van Teijlingen, W. H. Ittmann
en P. J. Duinker tevens zijn aangewezen
als voorzitter.
Bij Kon. besluit is aan mr G. J.
Sprenger ,op zijn verzoek, met ingang
van 1 Sept., eervol ontslag verleend uit
zijne betrekking van reehter-plaatsverv. in
de aTrond.-rechtbank te Middelburg, onder
dankbetuiging voor de als zoodanig bewe
zen. diensten, en is benoemd tot lid van.
den Voogdijraad te Middelburg L. G.
Geelhoedt, wethouder van Terneuzen, wo
nende aldaar.
ook."
„Ga jij naar het kwartier? Dan piep ik
'm ook" zei Jan en scharrelde zjjn sjako
op. De soldaten betaalden hun vertering
en trokken zwijgend af, terwijl zij een
schuwen blik naar de deur van het ge
vreesde kamertje wierpen. Daarbinnen
bleef echter alles stil, zóó stil, dat, toen
zij verdwenen waren, de waard de zaak
niet erg best vertrouwde.
„Zou hg uitgeknepen zijn?" peinsde
hg, „dat zou toch een allergedriedeksels
gemeene streek zijn. ^,We zullen eens
even zien."
„Meneer!"
Geen antwoord. De waard meende een
dof gekreun te hooren.
„Meneer!"
Een dof gerochel. „Hg zal zich toch
niet van 'kant gemaakt hebben?"
„Meneeeeer!"
Nog geen antwoord, de waard opende
de deur en keek naar binnen. Niets te
zien!
„Wel .verdraaid, is me die vent toch ont
snapt. Zeker door 'traam. Ja hoor 't
staat nog open.. Alle grutten., wat is
dat? Zit je daar nou nog in de venster
bank, meneer?"
Geen antwoord. De vyaard kwam na
derbij.
„Wat is daar buiten toch voor moois
te alen? Of heb je wat verloren? Eé,l&
Middelburg. De Marine-kapel. Ds
lang verwachte zomersche dagen schenen
gistermiddag hun intrede te doen en het
was des avonds prachtig weer, toen de
Mijnenveger IV tegen 8 uur voor de Sta-
tionsbrug alhier aankwam en na (mede
door het lage water) wat gesukkel, ein
delijk te ruim kwart over acht aan de
Loskade meerde. Daar en ook op den weg
die volgens opgave door het korps zou
worden gevolgd, hadden honderden zich
verzameld om van den tocht door de
stad getuige te zijn. Het viel allen tegen,
toen bleek, dat het niet in de bedoeling
lag, dat het korps spelende naar de Ab
dij ging. Gelukkig dat de tamboers en
pijpers onder de kranige leiding van den
tamboer-majoor Witteveen, de route wel
volgden en de aanwezigen nog een wel
kome vergoeding gaven. De leden van de
kapel waren direct naar de Balans ge
gaan.. Hier werd de stoet eerst officieel
geformeerd en trok men de Abdij in,
die behalve op het vrij gehouden gedeelte
voor de woning van den Commissaris der
Koningin, één menschenzee was Men
stond er mannetje aan mannetje en ook
buiten het fraaie plein bleven velen genie
ten van de taptoe.
De Commissaris der Koningin was met
zijn familie en gasten op het bordes van
zijn woning aanwezig gedurende de ge-
heele uitvoering, die zoowel door het
deel, dat het muziekkorps onder zijn be
kenden dirigent, den heer L. H. F. Leis-
tikow, als door hetgeen de tamboers en
pijpers ten geihoore brachten, een geheel
vormde, dat iets bijzonders op muzikaal
gebied was.
Alles kwam in deze omgeving uitstel-
fcend tot haar recht.
Toen de taptoe onder applaus van de
aanwezigen was beëindigd, complimen
teerde de Commissaris der Koningin de
heeren Leistikow en Witteveen en dankte
hartelijk voor het gebodene. Alle marine
mannen werden vervolgens bij gedeelten
binnen genoodigd om een verfrissing te
gebruiken.
Toen weer was aangetreden, zette de
muziek een marseh in en even later
ging de tocht, nu met muziek, langs de
bekend gemaakte rouite naar de Loskade
terug om weder naar Vlissingen te varen.
Hedenmorgen kwam de kapel weder
aan de Loskade aan voor het maken van
een muzikale wandeling door een groot
deel der stad.
Gisteravond wierp een hier tever-
geefsch werkzoekende man, afkomstig uit
Leiden en reeds geruimen tijd werkloos,,
een blijkbaar bij het graafwerk voor de
waterleiding gevonden steen door een der
groote spiegelruiten van de firma F. B.
den Boer. Hij deed dit terwijl twee agen
ten van politie vlak in zijn omgeving wa
ren. Deze gingen dan. ook direct tot ar
restatie over. De man trachtte op deze
wijze onderdak te krijgen.
Goes. Op uitnoodiging van de Oudheid
kundige vereeniging „De Bevelanden",
trad gisteravond voor haar op dhr W.
L. B. J. Dekker van Goes met het onder
werp: „De Stad van Artevelde".
Met stille aandacht werd deze rede be
luisterd. Ruim 100 lichtbeelden werden
door den spreker verklaard.
Hierbij bleek, dat deze uitstekend
„thuis" is in Gent. Het was voor hen,
onder de aanwezigen, die Zaterdag a.s.
de excursuie naar Gent meemaken, een
mooie voorbereiding, en het dankwoord
van den voorzitter, dhr P. G. de Gelleke,
was welverdiend.
lerseke. Gisterenavond hield de tuin-
bouwvereen. E. M. M. een algemeen© le
denvergadering. Na een openingswoord
van den voorzitter de heer C. Kosten,
werd besloten de opbrengst van ongeveer
15 gemeten aardbeien zoo mogelijk en
bloc te veilen, 't Vervoer naar de veiling
zal worden aanbesteed. Teleurstelling
werd uitgesproken over het feit, dat de
veilingsvereen. K. B. en O. 4 pet. blijft
eischen voor de aardbeienveiling.
Na de bespreking van eenige huishou
delijke zaken sloot de voorzitter de zeer
druk bezochte vergadering.
Kruiningen. De C. J. V. alhier, die naast
het verzorgen v,an de geestelijke belangen
der jonge menschen ook hen in hun
vrije avonden aangenaam tracht bezig te
houden door het houden van lees-, sjoel
en voordrachtwedstrijden, het organisee-
ren van fietstochten, enz., hield Dinsdag-
scheelt er wat an?"
Eindelijk ging hem een licht op en be
speurde hij wat er aan scheelde.
„Maar man, zit je zoo in de pienarie?
Hoe kom je op 'tidee" zei hij tilde
haastig het raam op en trok het lichaam
van den luitenant naar binnen. Het was
een afschuwelijk gezicht, het hoofd was
vervaarlijk opgezwollen, de oogen puilden
uit de kassen en in de benauwdheid wa
ren de lippen aan 't bloeden gebeten.
„Vrouw!" schreeuwde de kastelein
„kom eens gauw hier met water en azijn
die meneer is flauw gevallen.
HOOFDSTUK IX.
„Hebt ge uw paard morgen beschik
baar?" vroeg Constance op den 2den Oc
tober aan Margo, die zij een bezoek
bracht.
„Dat zal wel. Hoe vraagt ge dat zoo?"
zeide deze.
„Wel, ik heb in geen weken gereden.
Als 't morgen mooi Weer is zou ik dol
graag een ritje doen."
„Welnu, is uw vosje dan ziek?"
„Zeker niet! Maar ge begrijpt wel dat
ik niet alleen ga rijden? De stad liep uitl
Je gaat toch immers mee?"
„Met alle genoegen. Maar de stad loopt
toch wel uit, wanneer men ons ziet. We
zijn hier niet op de Veluwe, waar we vrij
avond zulk een sjoel-wedstrijd. Door 21
van de 24 leden werd hier aan deelgeno
men. De eerste 3 prgizen werden als volgt
behaald: 1. C. Zwartepoorte, 2. Joh. Kie
viet, 3. A. Kievit.
De twee extra prijzen, die door iemand
waren beschikbaar gesteld, voor hen, die
in de verschillende series het hoogst aan
tal punten, hadden, vielen ten deel aan
C. Zwartepoorte en A. Kieviet.
Grijpskerke. Woensdagavond hield de
schietweerb. vereen. „Eendracht maakt
macht" een gezellige bijeenkomst tot uit
reiking der prijzen van den gehouden
huishoudelgken wedstrgd.
De prijzen waren als volgt behaald:
Gecomb. vaste baan Series's, K.S.O.
cylinder en buks. 1. A. Koets 204 p.; 2. S.
Jobse 201; 3. W. de Wolf 191; 4. Anth.
Boogaard And.z. 191; 5. J. Walhout 189;
6. L. Bimmel Lz. 189; 7. A. Bastiaanse
188; 8. J. Wattel Az. 185; 9. C. Jobse
184; 10, Abr. Francke Jz. 178; 11. G.
Krijger, 12 E. Wisse, 13. B. Ton, 14. W. de
Kam, 15. C. Tissink, 16. P. S. Geschiere
5.Cz., 17. W. Meiër, 18. Js. Vlieger, 19.
J. H. Geschiere S.Pz., 20. Corn. Dinge-
manse Cornz.; 21. W. Coppoolse, 22, L.
Louwerse J.Wz., 23. Jn. Vlieger 128.
Vrije baan, Cylinder; 1. J. H. Geschiere
69 p.; 2. L. Bimmel 58; 3. W. de Wolf
58; 4. A. Koets 58, 5. G. Krijger 56;
6. P. S. Geschiere 56, 7. P. Jobse 56, 8.
L. Louwerse 56.
Vrije baan buks: 1. W. de Kam 97;
2. S. Jobse 97, 3. A. Koets 95, 4. G.
Krijger 95, 5, C. .Tobse 95, 6. A. Basti
aanse 94, 7. L. Bimmel 93.
Eerebaan Cylinder: 1. L. Bimmel 59.
Eerebaan Buks: 1. W. de Kam 91.
Poedelprijs: J. Vlieger.
De voorzitter bracht hartelijk dank aan
allen voor hun medewerking, om dezen
wedstrijd met veel regen en wind, tóch te
doen slagen.
Inzonderheid een woord van dank aan
den heer Burgemeester, begunstigers en
andere belangstellenden voor de door hen
geschonken prijzen.
DE BETEEKENIS VAN DEN
LANDBOUW.
In de rede waarmee Prof. Diepenhorst
de jaarvergadering van den Chr. Boeren-
en Tuindersbond opende, werd ook her
innerd aan het oud-Nederlandsch lied: v
Als vader Adam spitte en moeder Eva
span,
Waer vond men toen de heeren oft ook
den edelman?
Hoort, pausen en prelaeten, die wonder
zijt geacht,
Hoort, groote potentaeten, die eel zijt van
geslacht,
Hoort, menschen, alle-gader,
Want Adam is uw vader:
En waerom dan de boeren zoo wonderlijk
versmaet?
De boeren en de heeren, 'tkomt al van
Adam's zaed.
Den eersten boer was Adam, en ook den
eersten heer;
Wat willen dan de heeren als boeren we-
sen meer?
Komt, kust den boer de handen, en valt
den boer te voet,
Want uyt de boere-landen, zoo komt ons
elk goed.
Den boer die moet het geven
Zou daer een ieder leven:
En waer den boer niet bezig van 's mor
gens vroeg al aen,
Met spitten en met spaijen, wij zouden
haest vergaen.
Om aanstonds af te snijden alle agra
rische hoovaardij, die bij sommigen
individueel zou kunnen rijzen na deze lof
spraak op den landbouw, in het algemeen,
volgt hier het slot van: Als vader Adam
spitte: v>ËÜ
„Met verlof, gij boerinnen en boeren al
te mael,
Al heb ik u geprezen, 't is maer in 't
generael.
Al zijt gij prijsensweerdig,, al moet gij
zijn geacht,
Zijt daerom niet hooveerdig, maer hout
u zonder pracht;
De ootmoed zult aankleven,
Altijd in deugden leven;
Zijt dankbaar aan den Schepper en looft
Hem op dat pas,
En zegt ook alle dagen een Deo gratiast"
konden rijden en rossen," hervatte. Mar
go. „Dat was een heerlijke tijd, hé? Maar
hierl Ik verzeker je, wanneer mijn broer
bet te weten komt waar en wanneer we
afrijden, dan staat er een eerewacht even
als bij den intocht van den Keizer."
„Wij zullen 't niet rond laten klinken,"
antwoordde Constance, terwijl zij hare
handschoenen aantrok. „En gij zult wel
zoo wijs zijn om er geen Woord van aan
uw broer te verklappen, hoop ik."
„Nu, dat weet ik nog niet. Als ik Hans
mijn paardje laat opknappen en monsieur
Martin ziet het, dan vischt hij zoo lang
tot hij 'tweet."
„Nu dan weet ik een best voorbehoed
middel. Ik zal je niet zeggen waar we
heengaan, voor we opzitten. Kom morgen
om negen uur bij mij, en laat Hans uw
paard brengen. Ik zal zorgen om dien
tijd klaar te zijn. Dan stappen wij op en
rijden weg, en geen haan kraait er naar.
Goed?"
„Wel wat vroeg," zeide Margo. „Maar
dat kan voor een keer wel."
„Wat ik zeggen wil uW logée.
„Of ze meegaat? Dat kun je begrijpen!
Ik denk dat ze nooit op een paard gezeten
heeft, of 't moest in haar prille jeugd op
een hobbelpaard geweest zijn. Geen den
ken aan hoor!"
("Wordt vervolgd.)