No. 192
Dinsdag 19 Mei 1931
45e Jaargang
Dagblad voor de Provincie Zeeland
Hendrikse Co's Bank N.V. Goes
hevea iimm'mi'i
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
EERSTE EELAir
De bet eekenis van deze opmerking ont
gaat ons. Het komt herhaaldelijk voor,
dat een College van Gedeputeerden tegen
over een Gemeentebestuur in het ongelijk
wordt gesteld, zonder dat het prestige van
zulk een college daaronder lijdt.
yzersterk
Y/ichtloopend
Buitenland.
Belangrijkste Nieuws.
Verzekert U tegen brandschade
bij de Ass. Mij
„de Nederlanden van 1845"
Agentschap
Binnenland.
VERSOEIJNT ELSSN WERS3AS.
AbeaaeuieaSspsljs;
Pe? 3 iünattuéii, banna pw? post,
XiOStie iiuuxaioi*
Prrjs Het Ad vertentlën:
ii regels 11.20, elke regel meer 30 et
Bi] abonnement belangrijke korting.
Directeur-Hoofdredacteur:
B. ZUIDEKA.
Bureau: Lange Vorststraaf 70, Goes.
Tel.: Redactie en Administratie Na 11.
Postrekening Na U1S5.
Bijkantoor te Middelburg.
Firma F. P- DHUIJ, L. Burg. TeL Na 250.
Liiimi—-1Las»
De 's-Gravenpoldersche kwestie.
De 's-GravenpoWersche kwestie is dan
nu tot een oplossing gekomen.
Gedeputeerde Staten zijn in het gelijk
gesteld.
Door de Kroon is beslist, dat door Ge
deputeerden terecht is beslist, dat de be
looning van den veldwachter te laag is
te achten, waarom het door den Gemeen
teraad van 's-Gravenpolder ingestelde
beroep is afgewezen.
Wij kunnen niet anders dan dezen
loop van zaken betreuren.
Niet omdat de kwestie op zichzelf zoo
belangrijk is, maar omdat het beginsel
van de gemeentelijke autonomie weer een
gevoeligen deuk heeft gekregen, wat op
den duur niet anders dan jammerlijke
gevolgen kan hebben.
Immers wat wij in dezen tijd vol ver
warring en verdwazing, nu alles begint
te wankelen, noodig hebben, is niet, dat
belangrijke posten zijn bezet door m a-
r i o n e 11 e n, maar door karakters.
Wij hebben ook in de Gemeenteraden
geen behoefte aan mannen, die opsprin
gen en ja-knikken als ergens op een cen
traal punt op een knopje wordt gedrukt,
maar aan mannen met een ruggegraat,
die iets beteekenen, die kunnen regeeren
en hun gezag kunnen laten gelden.
En die ruggegraat is nu weer op be
denkelijke wijze gekraakt.
Waar 't heengaat op deze manier is
duidelijk.
Wie de Gemeenteraadsverslagen nauw
keurig volgt, zal het weten, hoe sterk nu
reeds vaak bij vele leden de neiging is om
zich achter Ged. Staten of een andere
autoriteit te verschuilen.
Wij hebben 't meegemaakt, hoe een
raadslid tegen zijn opvatting in, stemde
voor een voorstel, waarvoor op de pu
blieke tribune hevige belangstelling was.
Er was geageerd en gedemonstreerd en
na de stemming, toen het doel bereikt
was, werd er gejuicht.
Op de vraag hoe hij, gezien zijn stand
punt, voor een dergelijk voorstel had
kunnen stemmen, luidde het antwoord:
als 't afgestemd was hadden we heel wat
narigheid gekregen en practische betee-
kenis heeft het genomen besluit niet, om
dat ik overtuigd ben, dat Ged. Staten het
toch nooit zullen goedkeuren. Het eind
resultaat is dus hetzelfde.
Ja, 't resultaat was hetzelfde. Het be
sluit werd niet uitgevoerd. Maar onbere
kenbaar is de moreele schade, die op de
ze wijze wordt aangericht. De volkskracht
wordt geschaad. In plaats dat we krijgen
regeerders, die het gezag weten hoog te
houden, krijgen we de poppen uit het
marionettenspel.
En dat is diep te betreuren.
Op zichzelf is de zaak, waarom het te
's-Gravenpolder ging van weinig betee-
kenis. Of een gemeenteveldwachter f 80
meer of minder verdient, is, behalve voor
den persoon in kwestie, van ondergeschikt
belang.
Maar het beginsel, dat hier in 't geding
is, is wel van zeer groot gewicht. Dat om
een dergelijke futiliteit een Gemeenteraad
onder ambtelijke curateele kan worden
gesteld, dat is erg.
De opmerking is gemaakt, dat het pres
tige van Ged. Staten hier in het geding
was.
Intusschen deze zaak is nu afgedaan.
Wij kunnen niet anders dan de hoop
uitspreken, dat in de toekomst de Ge
meentelijke autonomie zooveel mogelijk
zal worden bevestigd en dat, voorzoover
noodig, ook de Provinciale Staten daar
toe hun medewerking zullen verleenen.
Dat is noodzakelijk ook voor de hand
having en 't hooghouden van 't gezag van
Gedeputeerden, welk college zulk een be
langrijke plaats in de Provinciale huis
houding inneemt en welks optreden voor
de Provincie van zoo groote beteekenis
kan zijn,
pa Volkenbondadag.
De 18e Mei, herdenkingsdag van de ope
ning der Eerste Vredesconferentie in
18Ö9 wordt de laatate jaren als een spe
ciale vredeadag aangemerkt.
Voor het vieran van dam dag *00-
als door velen gewenscht wordt, is nog
betrekkelijk weinig aanleiding.
Wie denkt aan de onrust en de span
ning die er is in het volkerenleven en aan
den vreeselijken wereldoorlog die ondanks
de gehouden Vredesconferenties gevoerd
werd, zal weinig lust gevoelen om de vlag
uit te steken en over wat bereikt werd in
luiden jubel uit te barsten.
Toch mag aan den anderen kant de be
teekenis van wat op dit gebied tot stand
kwam, niet worden onderschat.
De Vredesconferenties zijn niet zonder
vrucht gebleven.
De opvatting is levendig geworden, dat
het voor het vredeswerk allereerst noodig
is, niet dat ontwapend wordt, maar dat
een internationale rechtsorde wordt op
gebouwd.
Dat is reeds een groote stap vooruit.
De verderfelijke machtsidee is wel niet
verloochend, maar toch eenigermate te
ruggedrongen.
Daarom is de 18de Mei een zoo be
langrijke datum, omdat toen de Vredes
conferentie bijeenkwam, waarop de ge
dachte van een internationaal recht, waar
aan ook de Staten zich te onderwerpen
zouden hebben, voor het eerst openlijk en
officieel werd erkend.
Het internationaal recht trad schuch
ter naar voren, werd teruggedrongen wel
iswaar, maar had zijn stem doen hooren
voor het geweten der volkeren en het
werd al moeilijker aan die stem het zwij
gen op te leggen.
Dat men nu op 18 Mei in het bijzonder
de aandacht vraagt voor den Volkenbond
kan niemand verwonderen. Weliswaar
moet worden erkend dat de Volkenbond
als rechtsinstituut nog verre van vol
maakt is, dat er veel gebreken aankleven,
dat de machtstheorie nog slechts schoor
voetend wordt losgelaten, dat het gelijk
recht van groote en kleine Staten wel in
theorie wordt erkend, doch in de practijk
nog maar al te vaak verloochend daar
naast staan toch vele feiten, die wat de
toekomst van den Volkenbond betreft,
hoopvol stemmen. In beginsel is de Vol
kenbond een rechtsinstituut.
Vergelijken wij de opvattingen van
thans met die van ruim 30 jaar geleden,
dan is een groote verandering merkbaar.
Wij zien toch hoe vele Staten, en daar
onder de allergrootste, zich op tal van
wijzen plechtig verbonden hebben, om, in
geval van conflict, niet aan het zwaard,
maar aan het recht de beslissing toe te
kennen.
Deze omwenteling moet tot dankbaar
heid stemmen. Zal immers op aarde een
toestand van meer duurzamen vrede ko
men, dan dient er tusschen de Staten te
zijn een rechtsorde, evenals er in eiken
beschaafden Staat is. Dit beteekent niet,
dat er nooit onrecht geschiedt, maar wel
dat de burgers van elk land zijn overeen
gekomen om hun twistzaken niet met de
vuist, maar door middel van rechtsspraak
op te lossen. Dit moet het ideaal zijn, ook
voor het internationale leven, en om dit
ideaal te bereiken kan de Volkenbond een
krachtig middel zijn.
Wie van den Volkenbond den eeuwigen
vrede verwacht moet teleurgesteld uitko
men.
Maar dit neemt niet weg, dat we in
deze organisatie een instelling hebben die
op de doorwerking van de rechtsidee
en dus voor het behoud van den vrede!
van grooten invloed kan zijn.
Op de Christenen in de eerste plaats
rust daarom de roeping het werk van de
zen bond te steunen en het in goede ba
nen te leiden.
Om er toe mee te werken, dat het niet
wordt een herhaling van wat bij den to
renbouw van Babel plaats vond en waar
bij de bedoeling voorzat den m e n s c h op
een hoog voetstuk te plaatsen en zich te
keeren tegen den hemel, maar dat het
dienstbaar gesteld wordt aan de doorwer
king van de inzettingen des Heeren, ook
voor het internationale leven.
De tarlef-unle voor den Volkenbondsraad
Omtrent de zitting van den Volken
bondsraad van gisterochtend meldt men
nog:
Briand kreeg na Schober het woord. Hij
verklaarde het eens te zijn met het voor
stel van Henderson om het advies van
het Haagsche Hof in te winnen, doch hij
meende, dat ook den Volkenbondsraad het
recht toekomt om eventueel later de po
litieke zijde van het vraagstuk te behan
delen.
Grandi verklaarde hierop, dat de eco
nomische deskundigen van de Italiaan-
sche regeering de gevolgen van het
Duitsch-Oostenrijksche tariefplan over
wogen hebben. Zij zijn tot de conclusie
gekomen, dat een Duitsch-Oostenrijksche
tariefunie uit economisch oogpunt niet
wenschelijk is. Grandi is het eens met het
voorstel van Henderson het advies van
het Haagsche Hof in te winnen.
Duitschland en Oostenrijk verzekeren
geen politieke bijbedoelingen te hebben.
Grandi was verheugd dit te hebben ver
nomen. De discussie zal dan in een an
deren geest kunnen worden voortgezet.
De dingen ontwikkelen zich echter vaak
anders dan wel bedoeld was, en daarom
erlcönde hij, dat de Duitsch-Oostenrijk
sche plannen van alle zijden nauwkeurig
moeten worden bekeken.
De laatste spreker van den ochtend was
Curtius. Hij verklaarde het voorstel van
Henderson, om het advies van het Haag
sche Hof in te winnen, eveneens te aan
vaarden. Hij herhaalde, dat volgens de
Duitsche opvatting van een afstand van
de Oostenrijksche onafhankelijkheid geen
sprake kan zijn.
Dat een tariefunie mogelijk is zonder
dat de staten daardoor hun onafhanke
lijkheid verliezen, een voorbeeld daarvan
is de tariefunie tusschen België en
Luxemburg, die de onafhankelijkheid van
beide staten eerbiedigt.
Ten slotte sprak Curtius de volgende
voor de toekomst zeer belangrijke woor
den:
„Duitschland aanvaardt, dat het Haag
sche Gerechtshof de rechtskwestie beoor
deelt, doch indien het Haagsche Hof zijn
meening zal hebben uitgesproken, dan zal
het niet de zaak mogen zijn van den
Volkenbondsraad om nog de doelmatig
heid in het belang van derde mogendhe
den te beoordeelen. Indien de rechtsvraag
is opgelost, zou 'n verdere behandeling van
de kwestie in den Volkenbondsraad niet
anders beteekenen dan inmenging van
den Raad in de zaken van Duitschland
en Oostenrijk en een verklaring, dat de
Raad Duitschland en Oostenrijk als min
derwaardige staten beschouwt."
Het staat vrijwel vast, dal het debat
eindigen zal met de aanneming van het
Engelsche voorstel tot het inwinnen van
een advies van het Haagsche Gerechtshof.
Fransche militaire vliegtuigen op Duitsch
gebied geland.
Zondagavond zijn op* het vliegveld te
Schweinfurt drie Fransche militaire
vliegtuigen geland. Zij waren bemand
door een, luitenant, een sergeant en een
korporaal. Een der machines was uitge
rust met twee machinegeweren. Fototoe
stellen werden echter bij onderzoek niet
aan boord gevonden.
De inzittenden werden gearresteerd en
de machines werden in beslag genomen.
De gearresteerden werden geïnterneerd
in het hof „Bayrischer Hof" en ondergin
gen nog Zaterdagavond een verhoor, dat
werd afgenomen door een vertegenwoor
diger van het rijksweerministerie voor
verkeerswezen.
De gearresteerden deelden mede, dat
zij uit de omgeving van Lyon waren ge
start voor een lange afstandsvlucht. Zij
wilden, na een omweg te hebben ge
maakt, te Straatsburg landen. Zij waren
echter blijkbaar verdwaald en zagen zich
gedwongen tot een landing op het vlieg
veld te Schweinfurt, dat eenige honder
den kilometers van Straatsburg gelegen
is, zoodat men in sommige Duitsche krin
gen de verklaringen der Fransche vlie
gers niet geheel geloofwaardig acht.
Het rijkweerministerie stelt een onder
zoek in.
Groote diefstal van sovjet-edelsteenen.
Bij het instellen ^van een onderzoek in
verband met de arrestatie van een post
beambte te Jeruzalem, die een brief met
geldswaarde had gestolen, vond men een
groote collectie edelsteenen, die een waar
de van meer dan 2000 pond sterling ver
tegenwoordigden.
De edelsteenen zouden afkomstig zijn
uit Moskou en moeten op een of andere
wijze zijn ontvreemd.
Men neemt aan, dat zij voor propagan
distische doeleinden door de sovjet-auto
riteiten waren verzonden naar een com
munistische organisatie.
De zitting der Europeesche commissie.
Bij de debatten in de Europeesche com
missie werd de Duitsch-Oostenrijksche ta
riefunie door geen enkelen spreker aange
roerd.
De Sowjet-Commissaris van Buiten-
landsche Zaken Litwinof meende, dat de
naweeën van den oorlog in de eerste
plaats de oorzaak van de tegenwoordige
crisis zijn. De bevolking van Europa gaat
gebukt onder toeneming van belastingen,
die een gevolg is van de bewapening waar
onder Europa gebukt gaat. Litwinof wijst
ook op de lasten van het herstel en op de
internationale schulden, terwijl hij verder
ook meent te moeten wijzen op de slechte
organisatie van de goudverdeeling in de
wereld. Bovendien lijden de massa's der
bevolking onder vermindering van de
koopkracht, waardoor in Europa een at
mosfeer van politieke onrust bestaat.
De beschuldiging, dat Rusland zich aan
dumping zou hebben schuldig gemaakt,
berust op niets. De bijzondere omstandig
heden van het leven in Rusland en het
ontbreken van tusschenpersonen en van
hypothecaire lasten maken het mogelijk,
dat men de landbouwproducten goedkoo-
per voortbrengt en dus goedkooper ver-
koopen kan, dan in andere landen. In
eenige kapitalistische landen is het dum
pen veel duidelijker. Het is bijv. bekend,
dat Polen en Tsjecho-Slowakijelandbouw-
artikelen op de wereldmarkt brengen, te
gen veel geringeren prijs dan waarvoor
zij in eigen land worden verkocht.
Litwinof meent, dat 't beste middel om
aan de crisis tegemoet te komen, is de
verbetering van de koopkracht der mas
sa's door verlaging van de prijzen.
De Nederlandsche minister Beelaerts
van Blokland stelde zich, zooals Hijmans,
op het standpunt, dat kartels enkel voor
massaproducten, niet voor kwaliteitsarti
kelen voordeelen opleveren.
Min. Beelaerts verzekerde verder, dat
de Nederlandsche Regeering bereid is alle
aan de hand gedane denkbeelden te bestu-
deeren om met een eerlijk en warm ver
langen te kunnen bijdragen tot het spoe
dig herstel van de atmosfeer van rust,
waaraan Europa in hooge mate behoefte
heeft.
Ten aanzien van de handelsconventie
wees spr. er op, dat ieder land bij zijn
autonome handelspolitiek den wensch be
hoort te hebben, zooveel mogelijk de be
langen der andere staten te .eerbiedigen.
Dit was ook de hoofdgedachte van de
handelsconventie van Oslo die de 3 Scan
dinavische staten, Nederland en België
hebben gesloten.
De Nederlandsche Regeering, die tot
alle economische conventies van Genève is
toegetreden, vereenigt zich met den
wensch der Ministers van België en van
Zweden, om de hoofdgedachte van de
handelsconventie van 1930 nog te doen
herleven.
Rusland gaat suikerfabrieken bouwen.
Uit betrouwbare bron wordt bericht, dat
in de Oekrajine twee groote suikerfabrie
ken zijn opgericht en dat verder nog drie
dergelijke fabrieken in Grüsinië, Wladi-
wostock en Siberië gebouwd zullen wor
den. Elke fabriek heeft een capaciteit van
2000 4 2500 ton suikerbieten per uur
of zal die hebben.
Uit dit bericht blijkt opnieuw, dat de
Sovjetregeering groote aandacht besteedt
aan de suikerproductie en belangrijke
kosten daarvoor over heeft. Naar verluidt
zijn onderhandelingen gaande met betrek
king tot den verkoop van de installatie
van een Nederlandsche suikerfabriek aan
Sovjet-Rusland.
Debat over de Russische propaganda
in het Engelsche Lagerhuis.
In het Lagerhuis heeft Chamberlain
de regeering aangevallen, omdat zij toe
gestaan heeft, dat de Sowjetregeering de
plechtige waarschuwing betreffende de
propaganda in den wind geslagen heeft.
Hij zeide, dat de regeering het voorwerp
wordt van minachting van de Sowjets
en de bespotting der andere naties.
Mac Donald antwoordde, dat niets dan
wijsheid en geduld het gedrag van En
geland mogen bepalen. Hij is nooit van
meening veranderd omtrent de Russische
leiders, die blijkbaar veel meer belang
hebben bij het onderhouden van vijan
dige gevoelens tusschen het Russische
volk en de rest van de wereld, dan bij het
verbreiden van den weg naar vrede en
overeenstemming, maar Frankrijk en
Duitschland beide onderhouden diploma
tieke betrekkingen met Rusland, ofschoon
Frankrijk erger behandeld is dsn Enge-
Binnenland.
Instelling Economische Voorlichtings
dienst.
Buitenland.
Rusland gaat suikerfabrieken bouwen.
De tarief unie in den Volkenbondsraad.
Het Engelsche Lagerhuis en de Russische
propaganda.
land en Duitschland veel meer te lijden
heeft gehad van daden en woorden.
De broodprijs te Berlijn.
Daar de pogingen tot het veriagen van
den broodprijs geen bevredigend resultaat
hebben opgeleverd, zal de sociaal-demo-
ratische fractie van den Rijksdag in den
loop van deze week bijeenkomen ter be
spreking van deze aangelegenheid.
De Beriijnsche bakkerijen hebben overi
gens heden den prijs van het brood toch
weder verlaagd van 50 op 47 pfennig; het
zal echter nog eenige dagen duren vooral
eer het brood tegen verlaagden prijs zal
verkrijgbaar zijn, daar alle bakkerijen nog
niet in het bezit zijn van het van offi-
cieele zijde ter beschikking gestelde goed-
koope meel.
De textielarbeidersstaking in Noord-
Frankrijk.
De algemeene staking in de textielin
dustrie in Noord-Frankrijk is gisteroch
tend afgekondigd. Men schat het aantal
stakers op 100.000. Een twintig- a vijf-en-
twintig-duizend mannen en vrouwen is
aan het werk gebleven.
Korte berichten.
In minder dan 12 uren zijn 14
oceaanstoomers uit de haven van New-
York vertrokken met bestemming naar
Europa. In totaal bevinden zich meer dan
7000 passagiers aan boord.
Wist U dat?
Wist U, dat meerdere predikanten, zoo
wel Hervormde als Gereformeerde, van
den preekstoel den raad geven om het
boek van Rijnsdorp, „Koningskinderen",
te lezen? (Adv.)
Landbouwcrisis en Grondbelasting.
Van verschillende zijden is de meening
geuit, dat de sterke prijsdaling van land
bouwproducten, die in de laatste jaren is
opgetreden, zou kunnen worden aange
merkt als een ramp, op grond waarvan
reductie op de grondbelasting zou zijn
te verkrijgen. Het betreffende artikel in
de grondbelastingwet luidt: „Ontheffing
of vermindering der belasting in evenre
digheid tot het geleden verlies, wordt toe
gestaan voor eigendommen, waarvan on
voorziene rampen de opbrengst of het ge
not met meer dan 20 ten honderd hebben
doen verloren gaan".
De beslissing, of vermindering al of
niet zal worden verleend, ligt in handen
van Gedeputeerde Staten. De vraag, die
ten slotte beantwoord moet worden, was
of de plotseling ingetreden crisis moest
worden beschouwd als een ramp in den
zin der wet.
Teneinde hieromtrent een uitspraak te
verkrijgen, heeft de afdeeling Landbouw
boekhouding der Gr. Mij v. Landbouw
voor één harer abonné's een verzoek om
vermindering van grondbelasting bij Ge
deputeerde Staten van Groningen inge
diend, vergezeld van een opsomming van
motieven, die voor het verleenen van de
reductie pleiten.
Gedeputeerde Staten hebben op het
verzoek afwijzend beschikt, omdat zij van
meening zijn, „dat het in de bedoeling
heeft gelegen, onder onvoorziene rampen
slechts te verstaan, dezulke, welke ver
oorzaakt werden dcw aatwsrrawpiB''.