DE ZEEUW i Het Geweten van Rogerïrehern. [tgeweer, p: lhuis, p: boonen 1zen. 1 tafel, p: vraagd, halfwas itricien 7raagd, BiistMe. 5nstbode, ioudster, jevraagd. bode. itbode. TWEEDE BLAD. Berlijnsche Brieven FEUIILETON, door EVELYN EVERETT—GREEN. (Vrij naar het Engelsch.) 85) 0_ Nugent verwelkomde hem hartelijk. ■Noel ontstelde zoo verzwakt en vermagerd als de eens zoo krachtige jonge man er uitzag; maar de patient wilde volstrekt met over zich zelf praten. Hij: scheen zeer opgewekt. Hij vond het erg prettig, dat de bezoeker zijn omgeving zoo waardeerde, ■woel liep heen en weer door de groote ouderwetsche kamer, bekeek het snijwerk van den schoorsteenmantel, het zware i^nhouten plafond, de steenen omlijsting vailste5;® «O maakte gevolgtrekkin- esn, at9 den jongen officier zoowel ver- «Is belwg irèoezumdsa, «kar hij, Uit de Provincie „Er is één ding, dat ik in geen geval wil worden en dat is een nuttelooze leeg- looper", verklaarde hij, „Vertel me eens, oude jongen, jij schijnt zoowat van alles op de hoogte te zijn, zullen ze me een been kunnen maken, waarmee ik kan loopen en rijden, al zal ik de gymnastiek eraan moeten geven?" „Natuurlijk kunnen ze dat. Wel, ik ken de iemand ik ken hem trouwens nog die zich juist in de wereld rondbewoog als ieder ander, nooit een stok gebruikte en wil j'e wel gelooven, dat het jaren duurde voor ik te weten kwam, dat één van zijn beenen van kurk was of waar ze kunstledematen dan ook van maken? Hij liep alleen een beetje stijf niet maak maar allee» wat «tjjf. Ik heb 1930 het tweede deel van het rapport der Kon. Ver. Toen overwoog het bestuur of er ook iets moest worden gedaan en op 30 Mei werd besloten om op antwoord aan te dringen en te vragen of er voor de vrijwillige brandweer een plaatsje in het rapport was. Het antwoord luidde, dat de inhoud van het rapport niet kon worden medegedeeld, omdat ook de raads leden het nog niet kenden. Dit was te bil lijken en toen is weer afgewacht. hem leeren kennen als medisch student. Nu is hij een dokter met een uitgebreide praktijk; en ik geloof niet, dat hij er ooit eenig wezenlijk nadeel van heeft onder vonden, dat hij maar éen been had. Zijn dagen zijn van 's morgens vroeg tot des avonds laat bezet, hij loopt trappen op en af en al dergelijke meer als de beste". „Prachtig! En is hij getrouwd en vindt zijn vrouw het niet akelig?" „Hij heeft een pracht van een vrouw en voor zoover ik weet, zijn ze zoo geluk kig als twee menschen maar kunnen zijn. Een goede vrouw, die geluk en leed met haar man deelen wil, maakt zich over zoo iets niet druk. Bovendien, ze trouwde hem immers met zijn eene been". Nugent lag naar buiten te kijken. „Vind je niet, dat een man, die gebrek kig is eigenlijk geen recht heeft om een vrouw te vragen met haar te trouwen? Vind je het eigenlijk niet onwaardig? Vrouwen zijn tot elke opoffering in staat, alleen uit de goedheid haars harten. Maar dat ze me uit medelijden zouden nemen neen, dat zou toch niets voor mij zijn!" Noel was geen veertien dagen op Tran some Feveril geweest zon'der te gaan ver moeden hoe het met Nugent gesteld was. Hij glimlachte zijn eigenaardig glim- laohje, toen hij antwoordde; (Wordt vervolgd.) stokjes 1.30, 10, Doorregelde Lappen ƒ1.20, K.G. A. VER- Middelburg. dering 3E KOEIEN IP. lomburg. rdbeienplanten, Jucunda, van per 1000, door Oostweg B 18, IPs .AVERHOOI ij Arnemuiden. SN TE KOOP, Te bevragen NDEE, aldaar. P: MAHONIE- AST. >es. >or wit kruit. a, Hulppost- stad. Adres: ireau van „De P: r Buitenland: ƒ6, Damesrij wiel 7. C. DE M 88, M'burg. V. DE WOLF, BOONE, Sloe Wagenplein Q Springstier. 2. kerke. aagd: j woning. ireau van „De Timmerman, JVAT, Koude- en verstaande, Timmerman, EN te Goes, WENDROST, lburg, vraagt tegenwoordige :e Dienstbode, ar, liefst P.G. Hoog loon en te Vlissingen. raagd inkelier 's-Gra- een stad 66, Goes. "erwelstraat 2, de werken en )r REILINGH, IOUDSTER J. POLDER- :en. VAN DINSDAG 14 APRIL 1931. No. 163. KRUISRIDDERS ONDER ELKAAR. La théorie vous la savez bien, mais la pratique. Het Hitler-experiment in Thüringen had een klaaglijk verloop en een voor de machtige partij der nationaal-socialisten smadelijk einde. De veelbesproken en minstens evenzeer bespotte Prick, zwaaide in de stad van denkers en dichters een tijd lang als minister van binnenlandsche zaken den met het hakenkruis gedeco reerden scepter, terzijde gestaan door zijn partijgenoot Marschler in de hooge func tie van staatsraad. Frick's val was te voorzien. Adolf Hitler had zich weliswaar naar Weimar begeven om te redden, wat er nog te redden viel maar hij kwam te laat. De volkspartij, die ter onzaliger ure een verdrag van broederschap met Hitier was aangegaan zag haar dwa ling in, verbrak het contract en bood hiermede den sociaal-democraten de lang gezochte gelegenheid, om Frick, die door zijn dwaze voorstellen en verordeningen ik herinner aan zijn voor de volks school bestemde gebeden den genade- stoot te geven. Ongeveer terzelfder ure wordt het pres tige der nationaal-socialisten nog veel zwaarder aangetast door de oneeniglieid in de eigen partij. In de Hedemannstras- se te Berlijn breekt vrij onverwacht een paleisrevolutie uit. Stennes, de leider der slormafdeelingen, pleegt hoogverraad in het huis van Dr Goebbels en diens krant je de „Angriff". Goebbels' trawanten wil len aanvankelijk het rebelleerende redac tie-bureau bestormen, maar schrikken terug voor het cordon hunner kameraden rondom Stennes, den opstandige. Deze pakt alles in kisten en koffers wat van zijn gading is en verhuist twee dagen later met zijn staf naar de Mattheikirschstras- se. Daar men in de kringen van het haken kruis aan bommen en granaten gewend is, waagt niemand zich in het verlaten huis aan de Hedemannstrasse. Een vijftal redacteuren brengt opluch ting door het bericht, dat zij weerstand geboden hebben tegen Stennes' brutali teit, dat zij de machines beschermd heb ben tegen sabotage en Goebbels, dit ver nemende, verschijnt plotseling weer als overwinnaar op het bureau zijner redac tie. Hij haalt de vulpen uit zijn binnen zak en schrijft als kopstuk boven zijn lijf orgaan: „Heb ik het noodig, mij te we ren tegen de infame beschuldiging, dat ik tijdens den opstand uit Berlijn gevlucht zou zijn?" Een krant, ook al is het slechts de „Angriff", blijft een ding van beteekenis. Goebbels kijkt eerst naar het vijftal ge trouwen, controleert de machines en slaat aan het dicteeren. „Ik verwacht van alle Berlijnsche nationaal-socialisten, dat zij zich met mij trouw en onvoorwaardelijk achter Hitier zullen plaatsen!" Met de doortastendheid, welke dezen hinkenden held eigen is, ontslaat hij meerdere re dacteuren, waaronder Dr Weissauer, Te- chow, Möhring, Harwardt, Bergmann en als chef-redacteur koelt hij zijn woede aan zijn vroegeren vriend Stennes en diens volgelingen. In hoogst merkwaar dig aandoende harmonie met Adolf Hit ler, waarschuwt hij de partij voor dezen vroegeren majoor bij de politie, teekent hem als een man, die, door persoonlijke eerzucht gedreven, pas 1927 in de partij trad, zijn omgeving systematisch tot op positie prikkelde, zijn toenemenden in vloed misbruikte ten nadeele van de par tij, om thans door middel van verraad naar de macht te grijpen. Aber Herr Doktor! zoo zou men Goebbels willen vra gen, hoe kon een man van uw intelligen tie zoolang zulk een minderwaardig we zen in uw nabijheid dulden???? Nog^ veel heftiger is Hitler's veront waardiging over zulk een verraad en bla- Terwijl hij vertoldo vloog do tijd voor hij en gedurende de laatste minuten van den rit moest Fhilippa den gast voort durend de schoonheden van Transome veril wijzen en de architectonische 'bij zonderheden, waar hij zooveel van ge hoord had van Roger en die hem van het eerste oogenblik af veel belang inboezem den. mag» Ia hei- hoofdorgaan dar Socialistische volkspartij, den „Völki- schen Beobachter" (waarvan de Berlijn sche editie wegens toe-nemend gebrek aan belangstelling heeft opgehouden te ver schijnen!) kunnen wij Adolf Hitler's af rekening met de rebellen" genieten. Dit artikel van bijna tien kolommen is geen onverdeeld genot. Hitler's van schrij ven en spreken laai voortdurend te wen- schen over. Als Oostenrijker houdt hij van de indirecte formuleering, hangt met zijn hart aan beeldspraak. Op het podium van het Sportpalast kan zulks zijn wer king hebben, maar bij de schriftelijke weergave van banale gebeurtenissen werkt het op de lachspieren. Alleen de S. A.-mannen, de helden van den Storm- Aanval, zijn aan deze rhetorica gewend en slikken sedert jaar en dag met gefor ceerde geestdrift alles wat Adolf schreeuwt en schrijft. Hitier herinnert er aan, hoe hij elf jaar geleden met zes andere mannen de nationaal-socialistische beweging in het leven riep, hoe hij sedert dien vocht tegen een wereld van vijanden, hoe hij er naar streefde, om uit de partijen, welke elkan der als aartsvijanden bevochten, een nieu wen Duitschen staat te scheppen, welke de eenheid van het groote Duitsche rijk zal redden. Voor millioenen Duitschers beteekent Hitler's werk de eenigste hoop op een betere toekomst. Hij herinnert er zijn partijgenooten aan, dat hij niet de syndicus, maar de stichter en leiider der nationaal-socialistische beweging is. In breedsprakige bewoordingen teekent hij den groei der beweging, onderstreept bij herhaling de beteekenis van zijn eigen werk en stelt hier tegenover de vraag: „Wat heeft tot dusver Stennes persoon lijk voor offer in dienst van de nat.-soc beweging gebracht? Hij vergelijkt hem met Georg Strasser en Dr Goebbels, die van het eene proces in het andere gejaagd worden, terwijl Stennes nog nooit achter slot en grendel werd gebracht! En zoo'n man waagt 't, hem Adolf Hitler den bouw van het Bruine Huis in München te verwijten? „Jawel, ik heb opdracht verleend, hierbij marmer te be nutten, om er de namen der gevallen S. A.-mannen in te graveeren en ik laat ze eveneens in brons vereeuwigen. Het Bruine Huis te München zal een blijven de herinnering worden aan den grooten strijdlust onzer jonge beweging". Volgens Hitier zijn de nazi's de „Prui sen van het tegenwoordige Duitschland", om het even waar zij verblijf houden. Of zijn Beiersche volgelingen, die bij hun derde liter bier nog steeds op de „Sau- preussen" schelden, dit onderschrijven? Mogen wij Braun en Severing dan niet meer tot de Pruisen rekenen? Langs legalen weg wil Hitier, de vre delievende, thans bereiken, wat hij vroe ger door middel van vuist en pistool be oogde. Hij zegt: „Ik houd iederen man, die probeert, een ongewapende organi satie tot geweld tegen den staat over te halen voor een dwaas, een misdadiger of een verrader!" Wat verderop lezen wij: „In het jaar 1923 verklaarde ik van plan te zijn, te marcheeren, en ik marcheerde. Thans moet ik bekennen, dat ik iedere verdere poging in deze richting voor waanzin houd. Ik heb de strenge legaliteit der partij gezworen en ik laat mij door nie mand tot meineed verleiden, het aller minst door den majoor der politie Sten nes!" Hiermede erkent dus Adolf, dat zijn vroegere methoden er naast waren. Hij raakt hiermede de kern der zaak. Hij teekent hiermede voor ons de splitsing der nationaal-socialistische beweging. Links staat Stennes met de vechtlustige mannen der Storm-Afdeelingen. Zij wil len langs radicalen weg hun doel berei ken, waarvan zij zelf den omvang niet kennen. Zij willen thans nog, wat Hitier elf jaar geleden wilde. Zij zijn de opstan- digen, de revolutionairen, de aartsvijan den van den tegenwoordigen staat, die geen trait d'nnion tusschen heden en verleden voor mogelijk houden. Voor hen is Hitier een salonheld geworden, die met diplomatiek overleg te werk gaat, zijn te genstanders met de handschoen bewerkt en dus niet getrouw bleef aan zijn oor spronkelijke leuze. Zij hebben gelijk en in zijn hart is Dr Goebbels, de vechtlustige, het met hen hoeveel hij ook van zijn tehuis hield, zich nooit veel om de 'historie er van bekom merd had. En Noel wist al de stads- nieuwtjes op zijn duimpje. Voor een man, die een rustig teruggetrokken leven leidt, was het verwonderlijk, 'hoe hij op de hoogte was van alles wat er zoo al voor gevallen was. Hij wist de laatste nieuw tjes, die er op de club over de races wer den 'behandeld, verschillende interessante berichten over het militaire loven, en de laatste parlementaire anecdotes en 'bon mots. Aan 't diner openbaarde hij zich als een gezellig prater. Dominee Trehern vond in hem iemand, die over boeken kon pra ten, wiens kennis misschien wat opper vlakkig, maar in ieder geval zeer uitge- hreid was. Hij was goed op de hoogte van de laatste stroomingen in den godsdienst en wist ze terug te brengen tot hun oor- sprong in verband met vroeger eeuwen. Hij wist de moderne 'literatuur wel te waardeeren ofschoon hij. meer hield van de werken uit vroeger tijd. Over de ver schillende kunstuitingen door de eeuwen heen bleek hij' ook zeer goed georiënteerd, 'hoewel hij zich nooit tot het middelpunt van het discours maakte. En toen het ge sprek over de politiek begon en de belang rijkste vragen van den dag werden behan deld, toonde hij tea diepe® blik m em ia- eens. Ma-ar Adolf ga! hem absolute vol macht voor Gross-Berlin en dat kittelde Jozefs ijdelheid. Daarom raast hij met Hitier mee, brandmerkt hij Stennes als een Judas en verloochent hij de vriend schap welke hem meerdere jaren met den gepensionneerden majoor verbond. Vrienden vertelden mij fluisterend, dat de oorzaak van dit aan omvang toene mend conflict dieper gaat. Stennes en de opstandige S. A.-mannen wilden het re sultaat der volksstemming ten opzichte van den Pruisischen landdag niet af wachten, zij wilden ..losschlagen", den sociaal-democraten te lijf gaan, de Joden op de vlucht jagen en een Paasch-revo- lutie beginnen. Maar Hitler was hier voor niet te vinden en Goebbels trok zich op het laatste nippertje terug. Ik laat de waarheid dezer bewering in 't midden. Zij bewijst, dat de overgroote meerder heid der nationaal-socialisten voor het po litieke leven nog lang niet rijp is, dat men telkens weer naar middelen gTijpt, welke erger zijn dan de kwaal, dat wij dus van Hitier, Goebbels, Stennes en hun geestverwanten weinig heil voor den Duitschen staat kunnen verwachten. Luis terend naar het vele, dat Hitier en zijn volgelingen sedert meer dan tien jaar be loofd en beweerd hebben, zegt men hoofd schuddend: la théorie vous la savez bien, mais la practique. Berlijn, 9 April 1931. Het kwart eeuwfeest van de stoomtram Walcheren. Eind Maart 1906 ontvingen verschil lende Middelburgsche ingezetenen een circulaire van den volgenden inhoud: Uitnoodiging tot een proefrit naar Domburg per Stoomtram Walcheren op Zondag a.s. Vertrek 1.15 Loskade. Het Bestuur. Het was die Zondag 1 April en de uit noodiging, waaraan vele gevolg gaven, bleek een goed geslaagde Aprilmop te zijn. Toch was het niet zoo heel gek, dat men er in liep, want de lijn was gereed, meermalen was er proef gereden en het was dan ook op 14 April van dat jaar, dat do Maatschappij haar dienst kon openen. Heden is het dus 25 jaar, dat de trammen personen en goederen van Middelburg en Vlissingen langs de duin dorpen naar Domburg en terug vervoe ren. De tijden zijn er niet naar om grootsche feesten op touw te zetten, maar toch heb ben bestuur, directie en personeel ge meend het eerste kwart eeuwfeest niet ongemerkt voorbij te moeten laten gaan. Het personeel heeft gezorgd, dat voor de gebouwen en het kantoor op het em placement te Koudekerke een feestver siering van groen, bloemen en wimpels was aangebracht en voor het kantoor te vens een poort en bovendien aan het be gin der straat een groote eerepoort met opschrift: N.V. Stoomtram Walcheren 14 April 1906—1931. Heden wappert van de gebouwen de vaderlandsche driekleur. De rijtuigen zijn versierd. Alvorens morgen op de herdenking, die hedenmiddag plaats zou hebben, terug te komen, willen wij heden een korte his torische herinnering geven. Op 21 October 1897 had in de sociëteit St. Joris te Middelburg een vergadering plaats en werd aan een commissie, be staande uit wijlen de heeren A. Lants- heer, J. A. Zip en J. L. Grüber opgedra gen te trachten te komen tot een tram lijn van Middelburg over Koudekerke en Westkapelle naar Domburg met een zij tak van Koudekerke naar Vlissingen. Nadat een strijd tusschen een Middel burgsche en een Vlissingsche commissie had plaats gehad, kwam het tot een con cessieaanvrage, die 21 September 1901 door Ged. Staten van Zeeland werd ver leend; tevoren hadden op 16 Juli 1901 de provinciale staten reeds een bijdrage in de oprichtingskosten toegekend van f250.000. Op 8 April 1903 verleende de Tweede Kamer een renteloos voorschot van f 250.000, wat op 24 April door de Eerste Kamer werd bekrachtigd. Op 15 Mei van hetzelfde jaar werd te Vlissin gen de N.V. Stoomtramwegmaatschappij Walcheren opgericht en op 23 October zicht, die naar de meening van generaal Trehern meer dan opmerkelijk waren in zoo'n jongen man. Van de politiek ging het gesprek over militaire zaken en ook 'hiervan bleek Noel goed op de hoogte. Hij scheen de Krim te kennen, of hij er zelf geweest was; en meer dan een uur zaten de twee samen met de vinger kaarten en plattegronden teekenend op de gladde ma honie eettafel, nadat het tafellaken was weggenomen of forten oprichtend van wijnglazen en fruit, opdat de generaal de een of andere duistere manoeuvre goed duidelijk zou kunnen maken aan zijn be langstellenden toehoorder. „Trek er je maar niets van aan, Nu gent, als het een beetje lang duurt eer hij komt", zei Philippa tegen den ongeduldi- gen zieke; „hij is bezig papa geheel en al voor zich te winnen en als hij daar maar eenmaal in geslaagd is, dan loopt alles verder op wieletjes". Noels bezoek op dit tijdstip was onge twijfeld een groot succes. Dat er een vreemde in den familiekring wa3 geko men, was goed voor allemaal. Het ver hinderd® het voortdurend gepraat over den zieke of bijzonderheden uit de zie kenkamer. Noel hield ongemerkt, maar met, een vooropgezet doel, het gesprek gaande over vroolijke, belangrijke onder werpen. D« eehaduw, die zoo ongemerkt werd daarop de Koninklijke bewilliging verkregen. Met bovengenoemde drie hee ren namen in het bestuur toen zitting wij len de heeren C. L. van Woelderen, Jos. van Raalte, mr Jac. de Witt Hamer en W. H. de Bruyn van Melis- en Marie- kerke. Het dag. bestuur werd gevormd door de heeren Lantsheer, Grüber en Zip. Nog voor de opening van den dienst in 1906 overleed de heer van Woelderen en werd vervangen door wijlen den heer J. G. Ermerins. Tot directeur was benoemd de heer jhr G. C. op te Noort, doch deze werd kort na de opening van den dienst reeds ver vangen door den heer J. P. Bakker, die op 1 Mei a.s. 25 jaar in, dienst zal zijn. DeWaterleiding opSchou- w e n-D u i v e 1 a n d. Verschenén is het eerste verslag van de Waterleiding- Mij. „Schouwen-Duiveland", waarin een exploitatie-rekening, benevens een V erlies- en Winstrekening is opgenomen, In de maand Februari 1930 werd de eerste huisaansluiting gemaakt en thans bedraagt 't totaal aantal aangesloten per- ceelen 4703. Het aantal aansluitbare per- ceelen bedraagt 4868. Het aantal aanslui tingen voor bedrijfswater bedroeg op 31 Dec, j.l. 262. Slechts éénmaal heeft zich tijdens de exploitatie een ernstige storing voorge- daan en wel op 22 en 23 Nov. Deze stagnatie was evenwel vlug verholpen. Opgepompt en afgegeven werd door het pompstation „De Blinkert" 187.821 k.M. water. De hoedanigheid van het afgele verde water was goed. De opbrengst van watergeld van Juni tot en met December 1930, plus brandkra- nen, bedroeg f71.216.43. Het groote de biet vau water heeft tot gevolg gehad, dat de vennootschap onmiddellijk meer dan de geraamde ontvangsten kon innen waar door met ingang van 1 April j.l. de abon nementen met 15-, 10-, en 5 pCt. konden worden verlaagd. Inkomstenbelasting 1930 1931. Belastingplichtigen worden er aan herinnerd, dat, om vervolging en kosten te voorkomen, de aanslagen in bovenver melde belasting, waarvan de biljetten vóór 1 December 1930 zijn gedagteekend, vóór 1 Mei a.s. behooren te zijn voldaan. Met het oog op den te verwachten toeloop is het gewenscht, de betaling niet tot het einde der maand uit te stellen. De minister van waterstaat maakt bekend, dat de betrekking van haven meester van het kanaal door Walcheren te Vlissingen na 1 Mei voorloopig onver vuld blijft. De technische ambtenaren van den Rijkswaterstaat te Vlissingen en te Mid delburg zijn, ieder voor zoover het ka naal in hun dienst ligt, met de waar neming van het havenmeesterschap be last. Middelburg. De Vrijw. Brand weervereniging ontbonden. Gisteravond hield de Vrijwillige Brand- weervereeniging eene algemeene vergade ring op de bovenzaal van de Eendracht. Een 30-tal leden waren opgekomen. De voorzitter, de heer H. A. Enklaar, zeide, dat het 16 maanden geleden is, dat er vergaderd werd. Dit ligt niet aan het bestuur, er was niets te vergaderen. Toch heeft het bestuur gewerkt. Nu het zoo lang geduurd Leeft is het te begrijpen, dat sommige leden den boel hebben neer gegooid. Men is na 16 maan den nog even ver of beter gezegd nog min der ver. Op 13 December 1929 had de op richtingsvergadering plaats met ruim 100 personen. Het 'bestuur gaf daarvan ken nis aan den voorzitter van de brandweer, den heer Jhr Boogaert, maar heeft nooit antwoord op zijn schrijven gehad. Daarna is een onderhoud aangevraagd met B. en W. en dit is toegestaan op 30 December. Het leek toen den goeden weg op te gaan. De goede burgerzin der leden werd ge roemd en gevraagd werd binnen 14 dagen een rapport samen te stellen. Dit is ge schied en op 13 Januari 1930 behandelde de ledenvergadering het rapport, dat una niem werd goedgekeurd en op 14 Januari is ingezonden. Toen is stil afgewacht. De commissie uit de Kon. Brandweerver- eeniging toog aan het werk en hoorde ook den voorzitter. Men had toen wel hoop op erkenning. Weer moest weken worden gewacht, op 2 Februari verscheen het eerste, op 5 Mei over het huis was gevallen, begon op te trekken; en Nugent zelf werd tot ieders verbazing met den dag opgewekter on blijmoediger. Het was Noel Bray, die zonder dat de rest van de familie er iets van wist, den brief schreef, welke, door Nugent onder teekend, feitelijk een eind maakte aan diens militaire loopbaan. Toen dat een maal achter den rug was, voelde hij zich aanmerkelijk verlicht en begon zijn aan dacht aan andere onderwerpen te wijden waarbij hij Noel in alles in vertrouwen nam. In September verscheen eindelijk het rapport in de pers en dacht men, dat er nu spoedig iets zou komen. Het werd ech ter 17 Dec. voor de raad tot de groote reorganisatie 'besloot. Eerst in Januari werd een oproep voor commandant ge plaatst en op 25 Februari werd deze be noemd. Het bestuur wachtte intusschen steeds op nader bescheid, maar heeft nooit iets ontvangen. Op verzoek van den heer Bierman con fereerde op 28 Maart het Dag. Bestuur met hem en bleek ten eerste, dat de com mandant niet handelde namens B. en W., maar uit eigen beweging. Wel kregen de brandmeesters van de oude brandweer d.d. 31 Maart van B. en W, een vraag of zij bij de reorganisatie toch wilden blij ven, doch het bestuur hoorde niets. Men rekent niet met de vrijwillige brandweer. Wel is een commandant 'benoemd, wiens salaris geheim is gebleven. Het was duidelijk, dat de vrijwillige 'brandweer niet in een goed blaadje stond en oo'k bij het onderhoud met den heer Bierman Meek, dat er niets bereikt is. Het meest heeft spr. verbaasd gestaan, toen de heer Bierman zeide, dat hij nog slechts enkele dagen wist, dat er een vrij willige brandweervereeniging bestond, ter wijl er zooveel over geschreven is. Na uitvoerige beraadslaging besloot het bestuur ontbinding der veTeeniging voor te stellen. Men schijnt niet voldoende begrepen te hebben wat het zeggen wil, als 100 man zich spontaan aanmelden. Het bestuur meent zijn taak te moeten neerleggen. Er zijn kosten gemaakt, n.l. f 70 en er is destijds f22 gecollecteerd, doch het be stuur heeft het tekort gedekt. De heer R o t h meent namens allen het bestuur te kunnen danken voor het geen het gedaan heeft. De voorzitter meent, dat er te Middelburg op den duur toch een vrijwil lige brandweer zal 'komen. Spr. hoopt, als het nog eens zoo ver komt, weer een be roep op de aanwezigen te doen. Voor Mid delburg hoopt spr., dat het een goede brandweer zal krijgen en als bet kan niet te duur. De voorzitter verklaart de ver- eeniging voor ontbonden en sluit met dank voor de opkomst de vergadering. Naar wij vernemen is het oude grisaille schoorsteenstuk met Mer- curiusbeeld, vervaardigd door den kunste naar M. J. Geeraerts (midden 18e eeuw) hetwelk geplaatst is in den monumentalen schoorsteen van het lokaal in het Oost- Indisch huis, waariu thans het hypo theekkantoor is gevestigd, opgezonden naar 's-Gravenhage, waar het gerestau reerd zal worden. Goes. Gisteravond sprak in de Prins van Oranje voor de A.R. Kiesvereeniging de heer J. J. G. van D ij k, lid der Tweede Kamer, over het onderwerp: „Christendom en vrede". Nadat de voorzitter der Kiesvereeniging de heer R. Zuidema, de vergadering had geopend en een inleidend woord had ge sproken, verkreeg de heer Van Dijk het woord. Onder Christendom verstaat spr. de eenig ware religie, die uitgaat van Gods volstrekte sonvexeiniteit over al het ge schapene, de religie die leert de volkomen verzoening Gods in Christus over al onze zonden. Spr. wil zich stellen op de basis, zoowel van het Oude- als Nieuwe Testa ment, op geheel de H. SchTift dus. Nadat spr. een omschrijving van het begrip vrede, dat in vierderlei zin in de H. 'Schrift voorkomt, heeft gegeven, vraagt spr.: Hoe verdraagt zich nu het Christendom met den vrede? Deze vraag is van geweldige beteekenis, want hier mede hangen tal van problemen samen. De actie voor geweldloosheid is er al de eeuwen door geweest. Die strooming is in beginsel een revolutionaire, omdat ze zich 'keert tegen het gezag Gods. Ze leidt

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1931 | | pagina 5