DE ZEEUW
i
Het Geweten van Rogerïrehern.
[tgeweer,
p:
lhuis,
p:
boonen
1zen.
1 tafel,
p:
vraagd,
halfwas
itricien
7raagd,
BiistMe.
5nstbode,
ioudster,
jevraagd.
bode.
itbode.
TWEEDE BLAD.
Berlijnsche Brieven
FEUIILETON,
door EVELYN EVERETT—GREEN.
(Vrij naar het Engelsch.)
85) 0_
Nugent verwelkomde hem hartelijk.
■Noel ontstelde zoo verzwakt en vermagerd
als de eens zoo krachtige jonge man er
uitzag; maar de patient wilde volstrekt
met over zich zelf praten. Hij: scheen zeer
opgewekt. Hij vond het erg prettig, dat de
bezoeker zijn omgeving zoo waardeerde,
■woel liep heen en weer door de groote
ouderwetsche kamer, bekeek het snijwerk
van den schoorsteenmantel, het zware
i^nhouten plafond, de steenen omlijsting
vailste5;® «O maakte gevolgtrekkin-
esn, at9 den jongen officier zoowel ver-
«Is belwg irèoezumdsa, «kar hij,
Uit de Provincie
„Er is één ding, dat ik in geen geval
wil worden en dat is een nuttelooze leeg-
looper", verklaarde hij, „Vertel me eens,
oude jongen, jij schijnt zoowat van alles
op de hoogte te zijn, zullen ze me een
been kunnen maken, waarmee ik kan
loopen en rijden, al zal ik de gymnastiek
eraan moeten geven?"
„Natuurlijk kunnen ze dat. Wel, ik ken
de iemand ik ken hem trouwens nog
die zich juist in de wereld rondbewoog
als ieder ander, nooit een stok gebruikte
en wil j'e wel gelooven, dat het jaren
duurde voor ik te weten kwam, dat één
van zijn beenen van kurk was of waar
ze kunstledematen dan ook van maken?
Hij liep alleen een beetje stijf niet
maak maar allee» wat «tjjf. Ik heb
1930 het tweede deel van het rapport der
Kon. Ver. Toen overwoog het bestuur of
er ook iets moest worden gedaan en op
30 Mei werd besloten om op antwoord
aan te dringen en te vragen of er voor
de vrijwillige brandweer een plaatsje in
het rapport was. Het antwoord luidde,
dat de inhoud van het rapport niet kon
worden medegedeeld, omdat ook de raads
leden het nog niet kenden. Dit was te bil
lijken en toen is weer afgewacht.
hem leeren kennen als medisch student.
Nu is hij een dokter met een uitgebreide
praktijk; en ik geloof niet, dat hij er ooit
eenig wezenlijk nadeel van heeft onder
vonden, dat hij maar éen been had. Zijn
dagen zijn van 's morgens vroeg tot des
avonds laat bezet, hij loopt trappen op en
af en al dergelijke meer als de beste".
„Prachtig! En is hij getrouwd en vindt
zijn vrouw het niet akelig?"
„Hij heeft een pracht van een vrouw
en voor zoover ik weet, zijn ze zoo geluk
kig als twee menschen maar kunnen zijn.
Een goede vrouw, die geluk en leed met
haar man deelen wil, maakt zich over zoo
iets niet druk. Bovendien, ze trouwde
hem immers met zijn eene been".
Nugent lag naar buiten te kijken.
„Vind je niet, dat een man, die gebrek
kig is eigenlijk geen recht heeft om een
vrouw te vragen met haar te trouwen?
Vind je het eigenlijk niet onwaardig?
Vrouwen zijn tot elke opoffering in staat,
alleen uit de goedheid haars harten. Maar
dat ze me uit medelijden zouden nemen
neen, dat zou toch niets voor mij zijn!"
Noel was geen veertien dagen op Tran
some Feveril geweest zon'der te gaan ver
moeden hoe het met Nugent gesteld was.
Hij glimlachte zijn eigenaardig glim-
laohje, toen hij antwoordde;
(Wordt vervolgd.)
stokjes 1.30,
10, Doorregelde
Lappen ƒ1.20,
K.G. A. VER-
Middelburg.
dering
3E KOEIEN
IP.
lomburg.
rdbeienplanten,
Jucunda, van
per 1000, door
Oostweg B 18,
IPs
.AVERHOOI
ij Arnemuiden.
SN TE KOOP,
Te bevragen
NDEE, aldaar.
P:
MAHONIE-
AST.
>es.
>or wit kruit.
a, Hulppost-
stad. Adres:
ireau van „De
P:
r Buitenland:
ƒ6, Damesrij
wiel 7. C. DE
M 88, M'burg.
V. DE WOLF,
BOONE, Sloe
Wagenplein Q
Springstier.
2.
kerke.
aagd:
j woning.
ireau van „De
Timmerman,
JVAT, Koude-
en verstaande,
Timmerman,
EN te Goes,
WENDROST,
lburg, vraagt
tegenwoordige
:e Dienstbode,
ar, liefst P.G.
Hoog loon en
te Vlissingen.
raagd
inkelier 's-Gra-
een
stad 66, Goes.
"erwelstraat 2,
de werken en
)r REILINGH,
IOUDSTER
J. POLDER-
:en.
VAN
DINSDAG 14 APRIL 1931. No. 163.
KRUISRIDDERS ONDER ELKAAR.
La théorie vous la savez bien,
mais la pratique.
Het Hitler-experiment in Thüringen
had een klaaglijk verloop en een voor de
machtige partij der nationaal-socialisten
smadelijk einde. De veelbesproken en
minstens evenzeer bespotte Prick, zwaaide
in de stad van denkers en dichters een
tijd lang als minister van binnenlandsche
zaken den met het hakenkruis gedeco
reerden scepter, terzijde gestaan door zijn
partijgenoot Marschler in de hooge func
tie van staatsraad. Frick's val was te
voorzien. Adolf Hitler had zich weliswaar
naar Weimar begeven om te redden, wat
er nog te redden viel maar hij kwam
te laat. De volkspartij, die ter onzaliger
ure een verdrag van broederschap met
Hitier was aangegaan zag haar dwa
ling in, verbrak het contract en bood
hiermede den sociaal-democraten de lang
gezochte gelegenheid, om Frick, die door
zijn dwaze voorstellen en verordeningen
ik herinner aan zijn voor de volks
school bestemde gebeden den genade-
stoot te geven.
Ongeveer terzelfder ure wordt het pres
tige der nationaal-socialisten nog veel
zwaarder aangetast door de oneeniglieid
in de eigen partij. In de Hedemannstras-
se te Berlijn breekt vrij onverwacht een
paleisrevolutie uit. Stennes, de leider der
slormafdeelingen, pleegt hoogverraad in
het huis van Dr Goebbels en diens krant
je de „Angriff". Goebbels' trawanten wil
len aanvankelijk het rebelleerende redac
tie-bureau bestormen, maar schrikken
terug voor het cordon hunner kameraden
rondom Stennes, den opstandige. Deze
pakt alles in kisten en koffers wat van
zijn gading is en verhuist twee dagen later
met zijn staf naar de Mattheikirschstras-
se.
Daar men in de kringen van het haken
kruis aan bommen en granaten gewend
is, waagt niemand zich in het verlaten
huis aan de Hedemannstrasse.
Een vijftal redacteuren brengt opluch
ting door het bericht, dat zij weerstand
geboden hebben tegen Stennes' brutali
teit, dat zij de machines beschermd heb
ben tegen sabotage en Goebbels, dit ver
nemende, verschijnt plotseling weer als
overwinnaar op het bureau zijner redac
tie. Hij haalt de vulpen uit zijn binnen
zak en schrijft als kopstuk boven zijn lijf
orgaan: „Heb ik het noodig, mij te we
ren tegen de infame beschuldiging, dat
ik tijdens den opstand uit Berlijn gevlucht
zou zijn?"
Een krant, ook al is het slechts de
„Angriff", blijft een ding van beteekenis.
Goebbels kijkt eerst naar het vijftal ge
trouwen, controleert de machines en slaat
aan het dicteeren. „Ik verwacht van alle
Berlijnsche nationaal-socialisten, dat zij
zich met mij trouw en onvoorwaardelijk
achter Hitier zullen plaatsen!" Met de
doortastendheid, welke dezen hinkenden
held eigen is, ontslaat hij meerdere re
dacteuren, waaronder Dr Weissauer, Te-
chow, Möhring, Harwardt, Bergmann en
als chef-redacteur koelt hij zijn woede
aan zijn vroegeren vriend Stennes en
diens volgelingen. In hoogst merkwaar
dig aandoende harmonie met Adolf Hit
ler, waarschuwt hij de partij voor dezen
vroegeren majoor bij de politie, teekent
hem als een man, die, door persoonlijke
eerzucht gedreven, pas 1927 in de partij
trad, zijn omgeving systematisch tot op
positie prikkelde, zijn toenemenden in
vloed misbruikte ten nadeele van de par
tij, om thans door middel van verraad
naar de macht te grijpen. Aber Herr
Doktor! zoo zou men Goebbels willen vra
gen, hoe kon een man van uw intelligen
tie zoolang zulk een minderwaardig we
zen in uw nabijheid dulden????
Nog^ veel heftiger is Hitler's veront
waardiging over zulk een verraad en bla-
Terwijl hij vertoldo vloog do tijd voor
hij en gedurende de laatste minuten van
den rit moest Fhilippa den gast voort
durend de schoonheden van Transome
veril wijzen en de architectonische 'bij
zonderheden, waar hij zooveel van ge
hoord had van Roger en die hem van het
eerste oogenblik af veel belang inboezem
den.
mag» Ia hei- hoofdorgaan dar
Socialistische volkspartij, den „Völki-
schen Beobachter" (waarvan de Berlijn
sche editie wegens toe-nemend gebrek aan
belangstelling heeft opgehouden te ver
schijnen!) kunnen wij Adolf Hitler's af
rekening met de rebellen" genieten. Dit
artikel van bijna tien kolommen is geen
onverdeeld genot. Hitler's van schrij
ven en spreken laai voortdurend te wen-
schen over. Als Oostenrijker houdt hij
van de indirecte formuleering, hangt met
zijn hart aan beeldspraak. Op het podium
van het Sportpalast kan zulks zijn wer
king hebben, maar bij de schriftelijke
weergave van banale gebeurtenissen
werkt het op de lachspieren. Alleen de
S. A.-mannen, de helden van den Storm-
Aanval, zijn aan deze rhetorica gewend
en slikken sedert jaar en dag met gefor
ceerde geestdrift alles wat Adolf
schreeuwt en schrijft.
Hitier herinnert er aan, hoe hij elf
jaar geleden met zes andere mannen de
nationaal-socialistische beweging in het
leven riep, hoe hij sedert dien vocht tegen
een wereld van vijanden, hoe hij er naar
streefde, om uit de partijen, welke elkan
der als aartsvijanden bevochten, een nieu
wen Duitschen staat te scheppen, welke
de eenheid van het groote Duitsche rijk
zal redden. Voor millioenen Duitschers
beteekent Hitler's werk de eenigste hoop
op een betere toekomst. Hij herinnert er
zijn partijgenooten aan, dat hij niet de
syndicus, maar de stichter en leiider der
nationaal-socialistische beweging is.
In breedsprakige bewoordingen teekent
hij den groei der beweging, onderstreept
bij herhaling de beteekenis van zijn eigen
werk en stelt hier tegenover de vraag:
„Wat heeft tot dusver Stennes persoon
lijk voor offer in dienst van de nat.-soc
beweging gebracht? Hij vergelijkt hem
met Georg Strasser en Dr Goebbels, die
van het eene proces in het andere gejaagd
worden, terwijl Stennes nog nooit achter
slot en grendel werd gebracht!
En zoo'n man waagt 't, hem Adolf
Hitler den bouw van het Bruine Huis
in München te verwijten? „Jawel, ik heb
opdracht verleend, hierbij marmer te be
nutten, om er de namen der gevallen
S. A.-mannen in te graveeren en ik laat
ze eveneens in brons vereeuwigen. Het
Bruine Huis te München zal een blijven
de herinnering worden aan den grooten
strijdlust onzer jonge beweging".
Volgens Hitier zijn de nazi's de „Prui
sen van het tegenwoordige Duitschland",
om het even waar zij verblijf houden. Of
zijn Beiersche volgelingen, die bij hun
derde liter bier nog steeds op de „Sau-
preussen" schelden, dit onderschrijven?
Mogen wij Braun en Severing dan niet
meer tot de Pruisen rekenen?
Langs legalen weg wil Hitier, de vre
delievende, thans bereiken, wat hij vroe
ger door middel van vuist en pistool be
oogde. Hij zegt: „Ik houd iederen man,
die probeert, een ongewapende organi
satie tot geweld tegen den staat over te
halen voor een dwaas, een misdadiger of
een verrader!"
Wat verderop lezen wij: „In het jaar
1923 verklaarde ik van plan te zijn, te
marcheeren, en ik marcheerde. Thans
moet ik bekennen, dat ik iedere verdere
poging in deze richting voor waanzin
houd. Ik heb de strenge legaliteit der
partij gezworen en ik laat mij door nie
mand tot meineed verleiden, het aller
minst door den majoor der politie Sten
nes!"
Hiermede erkent dus Adolf, dat zijn
vroegere methoden er naast waren. Hij
raakt hiermede de kern der zaak. Hij
teekent hiermede voor ons de splitsing
der nationaal-socialistische beweging.
Links staat Stennes met de vechtlustige
mannen der Storm-Afdeelingen. Zij wil
len langs radicalen weg hun doel berei
ken, waarvan zij zelf den omvang niet
kennen. Zij willen thans nog, wat Hitier
elf jaar geleden wilde. Zij zijn de opstan-
digen, de revolutionairen, de aartsvijan
den van den tegenwoordigen staat, die
geen trait d'nnion tusschen heden en
verleden voor mogelijk houden. Voor hen
is Hitier een salonheld geworden, die met
diplomatiek overleg te werk gaat, zijn te
genstanders met de handschoen bewerkt
en dus niet getrouw bleef aan zijn oor
spronkelijke leuze.
Zij hebben gelijk en in zijn hart is Dr
Goebbels, de vechtlustige, het met hen
hoeveel hij ook van zijn tehuis hield, zich
nooit veel om de 'historie er van bekom
merd had. En Noel wist al de stads-
nieuwtjes op zijn duimpje. Voor een man,
die een rustig teruggetrokken leven leidt,
was het verwonderlijk, 'hoe hij op de
hoogte was van alles wat er zoo al voor
gevallen was. Hij wist de laatste nieuw
tjes, die er op de club over de races wer
den 'behandeld, verschillende interessante
berichten over het militaire loven, en de
laatste parlementaire anecdotes en 'bon
mots.
Aan 't diner openbaarde hij zich als
een gezellig prater. Dominee Trehern vond
in hem iemand, die over boeken kon pra
ten, wiens kennis misschien wat opper
vlakkig, maar in ieder geval zeer uitge-
hreid was. Hij was goed op de hoogte van
de laatste stroomingen in den godsdienst
en wist ze terug te brengen tot hun oor-
sprong in verband met vroeger eeuwen.
Hij wist de moderne 'literatuur wel te
waardeeren ofschoon hij. meer hield van
de werken uit vroeger tijd. Over de ver
schillende kunstuitingen door de eeuwen
heen bleek hij' ook zeer goed georiënteerd,
'hoewel hij zich nooit tot het middelpunt
van het discours maakte. En toen het ge
sprek over de politiek begon en de belang
rijkste vragen van den dag werden behan
deld, toonde hij tea diepe® blik m em ia-
eens. Ma-ar Adolf ga! hem absolute vol
macht voor Gross-Berlin en dat kittelde
Jozefs ijdelheid. Daarom raast hij met
Hitier mee, brandmerkt hij Stennes als
een Judas en verloochent hij de vriend
schap welke hem meerdere jaren met den
gepensionneerden majoor verbond.
Vrienden vertelden mij fluisterend, dat
de oorzaak van dit aan omvang toene
mend conflict dieper gaat. Stennes en de
opstandige S. A.-mannen wilden het re
sultaat der volksstemming ten opzichte
van den Pruisischen landdag niet af
wachten, zij wilden ..losschlagen", den
sociaal-democraten te lijf gaan, de Joden
op de vlucht jagen en een Paasch-revo-
lutie beginnen. Maar Hitler was hier
voor niet te vinden en Goebbels trok zich
op het laatste nippertje terug. Ik laat de
waarheid dezer bewering in 't midden.
Zij bewijst, dat de overgroote meerder
heid der nationaal-socialisten voor het po
litieke leven nog lang niet rijp is, dat
men telkens weer naar middelen gTijpt,
welke erger zijn dan de kwaal, dat wij
dus van Hitier, Goebbels, Stennes en hun
geestverwanten weinig heil voor den
Duitschen staat kunnen verwachten. Luis
terend naar het vele, dat Hitier en zijn
volgelingen sedert meer dan tien jaar be
loofd en beweerd hebben, zegt men hoofd
schuddend: la théorie vous la savez bien,
mais la practique.
Berlijn, 9 April 1931.
Het kwart eeuwfeest van de stoomtram
Walcheren.
Eind Maart 1906 ontvingen verschil
lende Middelburgsche ingezetenen een
circulaire van den volgenden inhoud:
Uitnoodiging tot een proefrit naar
Domburg per Stoomtram Walcheren op
Zondag a.s. Vertrek 1.15 Loskade. Het
Bestuur.
Het was die Zondag 1 April en de uit
noodiging, waaraan vele gevolg gaven,
bleek een goed geslaagde Aprilmop te zijn.
Toch was het niet zoo heel gek, dat
men er in liep, want de lijn was gereed,
meermalen was er proef gereden en het
was dan ook op 14 April van dat jaar,
dat do Maatschappij haar dienst kon
openen. Heden is het dus 25 jaar, dat
de trammen personen en goederen van
Middelburg en Vlissingen langs de duin
dorpen naar Domburg en terug vervoe
ren.
De tijden zijn er niet naar om grootsche
feesten op touw te zetten, maar toch heb
ben bestuur, directie en personeel ge
meend het eerste kwart eeuwfeest niet
ongemerkt voorbij te moeten laten gaan.
Het personeel heeft gezorgd, dat voor
de gebouwen en het kantoor op het em
placement te Koudekerke een feestver
siering van groen, bloemen en wimpels
was aangebracht en voor het kantoor te
vens een poort en bovendien aan het be
gin der straat een groote eerepoort met
opschrift: N.V. Stoomtram Walcheren 14
April 1906—1931.
Heden wappert van de gebouwen de
vaderlandsche driekleur. De rijtuigen zijn
versierd.
Alvorens morgen op de herdenking, die
hedenmiddag plaats zou hebben, terug
te komen, willen wij heden een korte his
torische herinnering geven.
Op 21 October 1897 had in de sociëteit
St. Joris te Middelburg een vergadering
plaats en werd aan een commissie, be
staande uit wijlen de heeren A. Lants-
heer, J. A. Zip en J. L. Grüber opgedra
gen te trachten te komen tot een tram
lijn van Middelburg over Koudekerke en
Westkapelle naar Domburg met een zij
tak van Koudekerke naar Vlissingen.
Nadat een strijd tusschen een Middel
burgsche en een Vlissingsche commissie
had plaats gehad, kwam het tot een con
cessieaanvrage, die 21 September 1901
door Ged. Staten van Zeeland werd ver
leend; tevoren hadden op 16 Juli 1901
de provinciale staten reeds een bijdrage
in de oprichtingskosten toegekend van
f250.000. Op 8 April 1903 verleende de
Tweede Kamer een renteloos voorschot
van f 250.000, wat op 24 April door de
Eerste Kamer werd bekrachtigd. Op 15
Mei van hetzelfde jaar werd te Vlissin
gen de N.V. Stoomtramwegmaatschappij
Walcheren opgericht en op 23 October
zicht, die naar de meening van generaal
Trehern meer dan opmerkelijk waren in
zoo'n jongen man. Van de politiek ging
het gesprek over militaire zaken en ook
'hiervan bleek Noel goed op de hoogte. Hij
scheen de Krim te kennen, of hij er zelf
geweest was; en meer dan een uur zaten
de twee samen met de vinger kaarten en
plattegronden teekenend op de gladde ma
honie eettafel, nadat het tafellaken was
weggenomen of forten oprichtend van
wijnglazen en fruit, opdat de generaal de
een of andere duistere manoeuvre goed
duidelijk zou kunnen maken aan zijn be
langstellenden toehoorder.
„Trek er je maar niets van aan, Nu
gent, als het een beetje lang duurt eer hij
komt", zei Philippa tegen den ongeduldi-
gen zieke; „hij is bezig papa geheel en
al voor zich te winnen en als hij daar
maar eenmaal in geslaagd is, dan loopt
alles verder op wieletjes".
Noels bezoek op dit tijdstip was onge
twijfeld een groot succes. Dat er een
vreemde in den familiekring wa3 geko
men, was goed voor allemaal. Het ver
hinderd® het voortdurend gepraat over
den zieke of bijzonderheden uit de zie
kenkamer. Noel hield ongemerkt, maar
met, een vooropgezet doel, het gesprek
gaande over vroolijke, belangrijke onder
werpen. D« eehaduw, die zoo ongemerkt
werd daarop de Koninklijke bewilliging
verkregen. Met bovengenoemde drie hee
ren namen in het bestuur toen zitting wij
len de heeren C. L. van Woelderen, Jos.
van Raalte, mr Jac. de Witt Hamer en
W. H. de Bruyn van Melis- en Marie-
kerke. Het dag. bestuur werd gevormd
door de heeren Lantsheer, Grüber en Zip.
Nog voor de opening van den dienst in
1906 overleed de heer van Woelderen en
werd vervangen door wijlen den heer J.
G. Ermerins.
Tot directeur was benoemd de heer jhr
G. C. op te Noort, doch deze werd kort
na de opening van den dienst reeds ver
vangen door den heer J. P. Bakker, die
op 1 Mei a.s. 25 jaar in, dienst zal zijn.
DeWaterleiding opSchou-
w e n-D u i v e 1 a n d. Verschenén is
het eerste verslag van de Waterleiding-
Mij. „Schouwen-Duiveland", waarin een
exploitatie-rekening, benevens een V erlies-
en Winstrekening is opgenomen,
In de maand Februari 1930 werd de
eerste huisaansluiting gemaakt en thans
bedraagt 't totaal aantal aangesloten per-
ceelen 4703. Het aantal aansluitbare per-
ceelen bedraagt 4868. Het aantal aanslui
tingen voor bedrijfswater bedroeg op 31
Dec, j.l. 262.
Slechts éénmaal heeft zich tijdens de
exploitatie een ernstige storing voorge-
daan en wel op 22 en 23 Nov. Deze
stagnatie was evenwel vlug verholpen.
Opgepompt en afgegeven werd door het
pompstation „De Blinkert" 187.821 k.M.
water. De hoedanigheid van het afgele
verde water was goed.
De opbrengst van watergeld van Juni
tot en met December 1930, plus brandkra-
nen, bedroeg f71.216.43. Het groote de
biet vau water heeft tot gevolg gehad, dat
de vennootschap onmiddellijk meer dan
de geraamde ontvangsten kon innen waar
door met ingang van 1 April j.l. de abon
nementen met 15-, 10-, en 5 pCt. konden
worden verlaagd.
Inkomstenbelasting 1930
1931. Belastingplichtigen worden er aan
herinnerd, dat, om vervolging en kosten
te voorkomen, de aanslagen in bovenver
melde belasting, waarvan de biljetten
vóór 1 December 1930 zijn gedagteekend,
vóór 1 Mei a.s. behooren te zijn voldaan.
Met het oog op den te verwachten toeloop
is het gewenscht, de betaling niet tot het
einde der maand uit te stellen.
De minister van waterstaat maakt
bekend, dat de betrekking van haven
meester van het kanaal door Walcheren
te Vlissingen na 1 Mei voorloopig onver
vuld blijft.
De technische ambtenaren van den
Rijkswaterstaat te Vlissingen en te Mid
delburg zijn, ieder voor zoover het ka
naal in hun dienst ligt, met de waar
neming van het havenmeesterschap be
last.
Middelburg. De Vrijw. Brand
weervereniging ontbonden.
Gisteravond hield de Vrijwillige Brand-
weervereeniging eene algemeene vergade
ring op de bovenzaal van de Eendracht.
Een 30-tal leden waren opgekomen.
De voorzitter, de heer H. A. Enklaar,
zeide, dat het 16 maanden geleden is, dat
er vergaderd werd. Dit ligt niet aan het
bestuur, er was niets te vergaderen. Toch
heeft het bestuur gewerkt.
Nu het zoo lang geduurd Leeft is het te
begrijpen, dat sommige leden den boel
hebben neer gegooid. Men is na 16 maan
den nog even ver of beter gezegd nog min
der ver. Op 13 December 1929 had de op
richtingsvergadering plaats met ruim 100
personen. Het 'bestuur gaf daarvan ken
nis aan den voorzitter van de brandweer,
den heer Jhr Boogaert, maar heeft nooit
antwoord op zijn schrijven gehad. Daarna
is een onderhoud aangevraagd met B. en
W. en dit is toegestaan op 30 December.
Het leek toen den goeden weg op te gaan.
De goede burgerzin der leden werd ge
roemd en gevraagd werd binnen 14 dagen
een rapport samen te stellen. Dit is ge
schied en op 13 Januari 1930 behandelde
de ledenvergadering het rapport, dat una
niem werd goedgekeurd en op 14 Januari
is ingezonden. Toen is stil afgewacht.
De commissie uit de Kon. Brandweerver-
eeniging toog aan het werk en hoorde
ook den voorzitter. Men had toen wel
hoop op erkenning.
Weer moest weken worden gewacht, op
2 Februari verscheen het eerste, op 5 Mei
over het huis was gevallen, begon op te
trekken; en Nugent zelf werd tot ieders
verbazing met den dag opgewekter on
blijmoediger.
Het was Noel Bray, die zonder dat de
rest van de familie er iets van wist, den
brief schreef, welke, door Nugent onder
teekend, feitelijk een eind maakte aan
diens militaire loopbaan. Toen dat een
maal achter den rug was, voelde hij zich
aanmerkelijk verlicht en begon zijn aan
dacht aan andere onderwerpen te wijden
waarbij hij Noel in alles in vertrouwen
nam.
In September verscheen eindelijk het
rapport in de pers en dacht men, dat er
nu spoedig iets zou komen. Het werd ech
ter 17 Dec. voor de raad tot de groote
reorganisatie 'besloot. Eerst in Januari
werd een oproep voor commandant ge
plaatst en op 25 Februari werd deze be
noemd. Het bestuur wachtte intusschen
steeds op nader bescheid, maar heeft
nooit iets ontvangen.
Op verzoek van den heer Bierman con
fereerde op 28 Maart het Dag. Bestuur
met hem en bleek ten eerste, dat de com
mandant niet handelde namens B. en W.,
maar uit eigen beweging. Wel kregen de
brandmeesters van de oude brandweer
d.d. 31 Maart van B. en W, een vraag of
zij bij de reorganisatie toch wilden blij
ven, doch het bestuur hoorde niets. Men
rekent niet met de vrijwillige brandweer.
Wel is een commandant 'benoemd, wiens
salaris geheim is gebleven.
Het was duidelijk, dat de vrijwillige
'brandweer niet in een goed blaadje stond
en oo'k bij het onderhoud met den heer
Bierman Meek, dat er niets bereikt is.
Het meest heeft spr. verbaasd gestaan,
toen de heer Bierman zeide, dat hij nog
slechts enkele dagen wist, dat er een vrij
willige brandweervereeniging bestond, ter
wijl er zooveel over geschreven is.
Na uitvoerige beraadslaging besloot het
bestuur ontbinding der veTeeniging voor
te stellen.
Men schijnt niet voldoende begrepen te
hebben wat het zeggen wil, als 100 man
zich spontaan aanmelden. Het bestuur
meent zijn taak te moeten neerleggen. Er
zijn kosten gemaakt, n.l. f 70 en er is
destijds f22 gecollecteerd, doch het be
stuur heeft het tekort gedekt.
De heer R o t h meent namens allen
het bestuur te kunnen danken voor het
geen het gedaan heeft.
De voorzitter meent, dat er te
Middelburg op den duur toch een vrijwil
lige brandweer zal 'komen. Spr. hoopt, als
het nog eens zoo ver komt, weer een be
roep op de aanwezigen te doen. Voor Mid
delburg hoopt spr., dat het een goede
brandweer zal krijgen en als bet kan niet
te duur.
De voorzitter verklaart de ver-
eeniging voor ontbonden en sluit met dank
voor de opkomst de vergadering.
Naar wij vernemen is het
oude grisaille schoorsteenstuk met Mer-
curiusbeeld, vervaardigd door den kunste
naar M. J. Geeraerts (midden 18e eeuw)
hetwelk geplaatst is in den monumentalen
schoorsteen van het lokaal in het Oost-
Indisch huis, waariu thans het hypo
theekkantoor is gevestigd, opgezonden
naar 's-Gravenhage, waar het gerestau
reerd zal worden.
Goes. Gisteravond sprak in de Prins
van Oranje voor de A.R. Kiesvereeniging
de heer J. J. G. van D ij k, lid der
Tweede Kamer, over het onderwerp:
„Christendom en vrede".
Nadat de voorzitter der Kiesvereeniging
de heer R. Zuidema, de vergadering had
geopend en een inleidend woord had ge
sproken, verkreeg de heer Van Dijk het
woord.
Onder Christendom verstaat spr. de
eenig ware religie, die uitgaat van Gods
volstrekte sonvexeiniteit over al het ge
schapene, de religie die leert de volkomen
verzoening Gods in Christus over al onze
zonden. Spr. wil zich stellen op de basis,
zoowel van het Oude- als Nieuwe Testa
ment, op geheel de H. SchTift dus.
Nadat spr. een omschrijving van het
begrip vrede, dat in vierderlei zin in de
H. 'Schrift voorkomt, heeft gegeven,
vraagt spr.: Hoe verdraagt zich nu het
Christendom met den vrede? Deze vraag
is van geweldige beteekenis, want hier
mede hangen tal van problemen samen.
De actie voor geweldloosheid is er al
de eeuwen door geweest. Die strooming is
in beginsel een revolutionaire, omdat ze
zich 'keert tegen het gezag Gods. Ze leidt