DE ZEEUW
TWEEDE BLAD.
Uit de Provincie
Gemeenteraad van Middelburg.
verlaat Amsterdam.
VAN
DONDERDAG 9 APRIL 1931, Nr 159.
Te Oud-Vossemeer is, nadat een
melkverkooper als melkbezorger is opge
treden tegen den prijs van 10 cent per Li
ter, door alle melkslijters de consumptie
prijs van 12 op 10 cent per L. gebracht.
Goes. Het pand van den heer H. Stie-
ger, Groote Markt nr 11, is door de Twent-
„ehe Bank aangekocht om daarin een fi
liaal van hare Bank te vestigen.
Wemeldinge. Woensdagnamiddag kwam
alhier binnen het Duitsche sleepschip
„Boileau", met averij aan het roer. Met
twee extra sleepbooten „Zeehond" en „An
Avant" is het schip naar Gent gesleept.
Maandagmiddag is het Duitsche
motorschip „Iduna", kapt. J. Wieske, in
het „Nieuwe Vaarwater" omhoog geloo-
pen en blijven zitten. Het schip, dat met
975 ton ijzer geladen was van Dortmund
voor Antwerpen, is later gebroken en door
de sleepbooten „Dorus Rijkers", „Adja"
en „Johan" losgesleept, en heeft, nadat al
hier een gedeelte van de lading in een
lichter overgeladen is, de reis voortgezet,
geassisteerd door de „Dorus Rijkers" van
Smit's Bergingsbedrijf, kapt. M. Hartog.
Naar we vernemen is de toestand
van de schipper F. A., van het visschers-
vaartuig P.I. 24, die, zooals werd gemeld,
met zijn been bekneld raakte tusschen de
keerkoppeling van den motor en naar het
Gasthuis te Goes werd vervoerd,
vooruitgaande. Het been zal, zooals eerst
werd gevreesd, niet worden geamputeerd.
Kapelle. A.s. Zondagavond zal de eerste
jeugddienst gehouden worden iu de Ned.
Herv. Kerk. Voorganger Dr J. D. Schmidt,
die daarbij de Paaschliturgie zal volgen.
Het Kaïpelsche meisje- en kinderkoor zal
zingen. De toegang is vrij voor oud en
jong.
Loop der bevolking over de maand
Maart 1931.
Ingekomen: E. Wiskerke en gezin van
Kruiningen, naar C 9; J. Poortvliet van
Kloetinge, A 228; W. Nieuwdorp, van
's Gravenpolder, E 22; A. C. Baas, van
Krommenie, A 148; Jac. Koole van 's H.
Arendskerke, A 34; Jan van Oosten van
Kattendijke, E 12; C. J. Lamper, van We
meldinge, E 4; Andries Bruinooge van
Vlissingen, C 11; M. A. de Jager van
Kloetinge, D 39; G. C. Gelein van Aals
meer, A 33; Tannetje Hengstdijk, van
Rotterdam, D 102; Jan Ernaar van Zoe-
termeer, A 76; Mar. Slabbekoorn van
Berkel en Rodenrijs, A 33 bb;
Vertrokken: Adr. van Zweden, naar
Rhenen, Caneraweg B 65; Jac. Vermaire,
en gezin, naar Anna Paulowna» Midden
weg 7; Jan Zandee en gezin, naar Ril
land, Frcderikapolder; P. C. Kramer, naar
Krabbendijke, B 9; M. J. Hannewijk en
gezin naar Kloetinge, C 76; J. C. Huis-
soon naar Krabbendijke, Wilhelminastraat
A 258; J. A. van Oers, naar Fijnaart Hei
ningen, D 58; W. A. van Stel, naar
Nisse; Adr. Molhoek, naar Wemeldinge,
Kuzeestraat A 64; M. C. Hollemans, naar
Bleiswijk, Hoofdweg 356; Johs de Schip
per, naar Kattendijke, A 126; L. Evers-
dijk en pchtgenoote naar Goes, Schelde-
straat 99; 'S. M. Marits naar Schore,
D 35; M. Vermue, naar 's Heer Arends
kerke H 305.
Terneuzen. Zooals bekend, heeft dhr
Colsen in de laatstgehouden raadszitting
de heer Geelhoedt (weth. van publieke
werken) geïnterpelleerd over uitingen van
den heer Geelhoedt, die dhr Colsen als be-
leedigend kwalificeerde.
Tusschen B. en W. der gemeente en dhr
Colsen is in 1928 verschil van meening
gerezen over vergoeding van pacht enz.
an gronden, die dhr Colsen ten onrechte
als zijn eigendom rekende en waarvan
door hem pacht werd geïnd, terwijl deze
gronden aan do woningbouwvereniging
„Sluiskil" toebehoorden; het gold een op
pervlakte van 1414,52 vierk. M. Dhr Col
sen verklaarde, gedurende 5 jaar deze
grond in gebruik gehaJd te hebben, doch
niet te hebben geweten dat dit niet zijn
eigendom was.
Het door de gemeente teruggevorderde
bedrag, dat naar billijkheid berekend
wayn door dhr Gidsón schior niet
voldaan. Basr vsn vervolging toch geen
sprake kon zijn, hebben B. en W, einde
lijk toegegeven, en heeft dhr Colsen
slechts f 34.05 teruggestort,
Resumeerende constateerde men:
a. dat Colsen inderdaad niet alle baten,
door hem genoten ven grond der Woning
bouwvereniging Sluiskil, in de kas van
het woningbedrijf heeft gestort;
b. dat B. en W. daarmede eindelijk ge
noegen hebben genomen, omdat met het
instellen van een rechtsvordering door de
gemeente geen resultaat zou bereikt wor
den, aangezien de Woningbouwvereni
ging en niet de gemeente is tekort geko
men. De Woningbouwvereeni'ging zou dus
een actie hebben moeten instellen.
Zierikzee. In verband met het eerste
lustrum van de Geref. Mannenvereeniging
„Bouwen en Bewaren" trad gisteravond
in openbare vergadering op Ds C. J.
Wielenga van Zaandam met het onder
werp: Hot sociale element in de wetten
van Mozes.
Na door den heer J. C. van Hinte te
zjjn ingeleid, ving spreker zijn rede aan
met op te merken, dat de Mozaïsche
wetgeving van Israël, vooral in onzen
tijd, de aandacht waard is. Weliswaar is
ze gegeven voor Israël en dien tijd, maar
de beginselen die er aan ten grondslag
liggen, en die een breede plaats in Gods
Woord innemen, gelden nog steeds. Ze
zegt ons in het algemeen, dat gerechtig
heid een volk verhoogt.
Spreker sprak allereerst over het eigen
domsrecht bij Israël, hetwelk als vast
staand werd verondersteld. Dat eigen
domsrecht werd in Israël niet afgekeurd,
maar was een onschendbaar recht, dat
beschermd werd.
De grond er van was, dat Jehovah het
land had uitgedeeld. Het moest geëer
biedigd worden, hoewel het bezit in Is-
raël's wetgeving soms meer communaal
gedacht werd. Uit de Mozaïsche wetge-
A ving blijkt, dat er niet naar willekeur
over beschikt mocht worden. De hoofd
gedachte is, dat het eigendom betrekke
lijk was. God was er de groote Eigenaar
van. De mensch is onder Hem, rent
meester.
Het eigendomsrecht is in de Mozaïsche
wetgeving dan ook aan tal van beperkin
gen onderworpen. Overheerschend is: dat
de Israëliet in alles aan God verantwoor
ding schuldig was. Voor den dienst des
Heeren moest heel wat afgezonderd wor
den. Spr. ziet daarin een wijzen paeda-
gogischen maatregel, die de hebzucht
tegenging.
Het eigendomsrecht werd sterk inge
perkt door het Jubeljaar (Leviticus 25).
Dit Jubeljaar droeg het karakter van her-
stol. Het was het terugbrengen van het
sociale leven van Israël in vroegeren
stand. Hoofdgedachte er van is, dat de
Heere het land voor 50 jaar had uitge
leend aan Israël, om daarna weer te
worden uitgedeeld.
Door menige bepaling werd Israël
voorts geoefend om barmhartigheid te
betoonen. Rente en overwinst van bui
tenlanders werd toegestaan, maar van
arme Israëlieten niet. Spr. wees hierbij op
den lossingsplicht om arme Israëlieten
weder op te heffen.
Met betrekking tot het loon van den
arbeider wees spr. er op, dat dit zonder
korting per dag moest uitgekeerd worden.
De vorm van milddadigheid mocht niet
krenkend zijn, maar moest vooral plaats
hebben in den vorm van voorschotten.
De armen werden gezien als des Heeren
volk. Het eigendomsrecht bleef onder Is
raël wel gehandhaafd, maar mocht geen
druk voor de armen worden. Dit alles
om zelf- en hebzucht in te toornen. De
paedagogische kracht der wetten lag in
de bedoeling om onrecht en bedrog tegen
te gaan.
Spr. besprak vervolgens de veiligheids
wetten onder Israël, alsmede de bescher
ming der echte- en schuldslaven, welke
laatste eigenlijk geen slaven waren. Uit
dit alles sprak de bescherming van het
sociaal zwakke, de bevordering van recht
en billijkheid.
Hierop ging spreker de voornaamste
karaktertrekken der wetgeving na. Het
bezit werd tot God teruggeleid. Nadruk
valt op hetgeen dient tot de volkswel
vaart. Kapitaalvorming werd onder Israël
eerder belet dan aangemoedigd. Opeen-
hooping van kapitaal was niet toegestaan.
Israël moest leeren, dat het geheele leven
moest zijn een leven van geloof en ver
trouwen op zijn God, waarbij: de oefe
ning van gerechtigheid een zegen mee
zou brengen.
Verwacht mag worden, aldus spreker,
dat op een sociele wet
geving, Gods zegen zal rusten,
Voorts wordt de sociale vrijheid een
groot goed geacht. Dit moest Israël, dat
eens in dienstbetrekking was, goed be
seffen. De Mozaïsche wetgeving vertoont
voorts hoogst zedelijke eigenschappen en
proclameert de liefde als het groote be
ginsel. In de geheele wetgeving komt de
geest der ontferming uit
Ten slotte wees spr. er op, dat deze
wetgeving niet zonder meer toegepast kan
worden voor onze maatschappij. Israël
verkeerde in zeer eenvoudige levensver
houdingen. Toch heeft deze wetgeving
voor onzen tijd wel iets te zeggen. De
beginselen er van zijn onveranderd van
waarde;, hetgeen hij nader aangaf.
Heel de Mozaïsche wetgeving predikt
ons, dat God de Heere ook waakt cxver
ons stoffelijk bestaan. Dat God zich met
ons bemoeit.,
Na afloop ging spr. in dankgebed voor.
Antieke sluizen.. De eluiï van de Ooethavea te Gouda werdt opengedraaid.
Gistermiddag vergaderde de Gemeente
raad van Middelburg onder voorzitter
schap van den burgemeester. Afwezig
met kennisgeving dhm Wondergem en
v. d. Feltz. De laatste zond nog een
schrijven inzake het aanplakken van ver
kiezingsbiljetten. Het zal bij het desbe
treffende punt der agenda behandeld
worden.
Alvorens met de behandeling der voor
stellen te beginnen, wijdt de voorzitter
een sympathiek woord aan de nagedach
tenis van wijlen Ir Boelen, in leven hoofd
directeur der bedrijven. Voor de weduwe
en de kinderen is het verlies zeer groot.
Spr. hoopt, dat zij de kracht zullen ont
vangen om het verLies te dragen. De ge
meente verliest in hem een eminent
hoofdambtenaar. Zijn toewijding was voor
beeldig. Nooit was hem de arbeid in het
belang van de gemeente te veel. Wij
wisten, dat hij een zwakke gezondheid
bezat, maar het overviel ons toch, dat
hij na oen onderhoud met B. en W. door
een aanval van zijn ziekte werd getrof
fen, waaraan hij den anderen dag reeds
is overleden.
Spr. hoeft zich wel eens afgevraagd, of
de heer Boelen, gezien zijn zwakke ge
zondheid, niet te veel van zijn krachten
heeft gevergd.
Zijn nagedachtenis zal steeds bij ons in
aangename herinnering voortleven. De ge
meente heeft aan hem veel te danken.
De leden hoorden deze woorden staan
de aan.
Behalve de reeds gemeld© stukken wa
ren nog ingekomen:
©en schrijven van de kringgemeenten,
aangesloten bij den veekeuringsdienst,
waarin bezwaar wo d gema kt tegen het
heffen van invoerkeurloonen door Middel
burg. Dit stuk zal wbrden behandeld,
als te zijner tijd het betrokken voorstel
aan de orde komt.
Een verzoek van W. Meliefste om
pachitvermindering gaat met andere ver
zoeken van dien aard om advies naar
B. en W.
Naar aanleiding van de notulen vraagt
dhr Jeronimus, of de voorzitter in de
vorige vergadering ook heeft medegedeeld
dat de le wijziging in de gemeente-be
grooting 1931 door Ged. Staten is goed
gekeurd.
De voorzitter kan zich dit niet
herinneren.
Hierna komt aan de orde het gisteren
vermelde voorstel, betrekking hebbende
op de eerste wijziging der gemeente-be
grooting 1931.
Thans verzoeken Ged. Staten te bevor
deren, dat de wijziging der begrooting als
nog naar den wettelijken vorm door den
raad wordt vastgesteld. Daartoe bieden
B. en W. die wijzigingen ter vaststelling
aan.
Dhr Jeronimus citeert uit de no
tulen der Januari-zitting, dat de voor
zitter toen heeft medegedeeld, dat de
wijziging der begrooting reeds door Ged.
Staten was goedgekeurd. Dit blijkt niet
juist te zijn geweest.
De voorzitter merkt op, dat de
machtiging tot uitgave door Ged. Staten is
gegeven. Dat is hetzelfde.
Dhr Jeronimus is het daarmee niet
eens. We moeten het werk nu overdoen.
De voorzitter zegt, dat na de op
merkingen van een raadslid, Ged. Staten
wel formeel moesten zijn.
Dhr Jeronimus goedkeuring der
wijziging of voorloopige machtiging tot
uitgave ia niet hetzelfde. Het odium ligt
niet op Spr., maar op hen, die de fout
hebben gemaakt.
De voorzitter: houdt u het odium
'tnaar.
Dhr Jeronimus: dat zullen ande
ren wel uitzoeken. Spr. zal tegen deze
begrootingswijziging stemmen.
Het voorstel wordt aangenomen met de
stem van den heer Jeronimus tegen.
3e wijziging gemeente-begroo
ting 1931.
Dhr Paul vraagt naar de reden, waar
om een vervroegde periodieke salaris-
verhooging aan den schoolarts is toege
kend.
De voorzitter antwoordt, dat het
werk voor den schoolarts zeer is toege
nomen. Ook bijzondere scholen sluiten
zich bij den schoolartsendienst aan. Daar
om leek B. en W. een vervroegde perio
dieke verhooging billijk.
Subsidia-verhooging vreemdelin
genverkeer.
Ingekomen is nog een adhaesie-betui-
ging aan het adres van V. V. V. door de
vereen. Handelsbelangen.
Dhr Vertrekt wijst er op, dat deze
eubsidie-verhooging aan V. V. V. nof
betrekkelijk kort geleden ie gewei#
Daarom, komt Spr. het. voorstel van B. en
W. zonderling voor. Nieuwe gezichtspun
ten zijn er niet. Willen B. en W. druk
op deu Raad uitoefenen?
Spr. kan zich met deze wijze van doen
niet vereenigen.
De voorzitter wijst op den laat-
sten brief van V. V. V. Daaruit blijkt,
dat de bijdragen door belanghebbenden
zijn toegenomen. Dat is een nieuw ge
zichtspunt.
Dhr Vertregt: maar de toestand, der
gemeente is er op achteruitgegaan I
De voorzitter: we moeten toch
niet nalaten uitgaven te doen, die voor
deel voor de stad afwerpen?
Dhr H o n d i u s herinnert er aan, dat
de verhooging vorig jaar slechts voor één
keer is toegestaan en wel vanwege de
tentoonstelling te Antwerpen en de feee
ten te Middelburg. Die bijzondere rede
nen zijn or nu niet.
Spr. heeft waardeering voor het werk
van V. V. V. Maar het voordeel van het
vreemdelingenverkeer komt slechts in de
zakken van enkelen.
De voorzitter: we moeten ook wel
eens iets voor het algemeen belang doen.
Dhr Jeronimus is principieel te
genstander van subsidies. Waar Spr. zijn
stem anders zal uitbrengen dan de vo
rige keer, zal Spr. zijn standpunt toelich
ten. Spr. heeft de begrooting er eens op
nagegaan. De gemeente ontvangt baten
van de vreemdelingen, b.v. voor de be
zichtiging van het Stadhuis. Daarom
moet de gemeente daarvoor een contra
prestatie geven.
De voorzitter zegt, dat B. en W.
den heer Jeronimus dankbaar zijn voor
de oplossing, die hij gevonden heeft, om
nu voor het voorstel van B. en W. te
kunnen stemmen.
Mevr. de Graaf vond de verwerping
van het voorstel tot verhooging destijds
een kortzichtige daad. Het vreemdelin
genverkeer is voor Middelburg van veel
belang. Het brengt welvaart iu de stad,
niet voor enkelen, maar voor alle Middel
burgers. Gezien de financieele toestand
der gemeente kan Spr. voorloopig accoord
gaan met het voorstel van B. en W.
Dhr Paul is verwonderd over dhr
Hondius. Deze pleit nogal eens voor den
middenstand. Welnu, hier is oen gelegen
heid om de middenstanders te heipen
Dat dhr Jeronimus zijn rokje gekeerd
heeft, verblijdt Spr. Maar het argument
is gezocht. Dhr Jeronimus had den vori-
gen keer ook voor moeten stemmen, want
toen is in de discussies ook gewezen op
de baten, die de gemeente van de vreem
delingen ontvangt.
Dhr Hondius gelooft wel, dat er
enkele middenstanders zijn, die belang
bij de vreemdelingen hebben. Maar de
vele kleine onder hen niet.
Dhr Mes zal tegen het voorstel van
B. en W. stemmen, gezien de slechte toe
stand der gemeente. Spr. ziet voor ver
hooging geen reden. We zullen straks
schrikken van ons belastingbiljet '31-'32.
Dhr Paul ontkent dit laatste.
De voorzitter vreest, dat dit wel
het geval zal zijn met ons biljet '32-'33.
Dhr Jeronimus erkent, dat dhr
Mes strikt genomen financieel gelijk heeft.
Maar de kost gaat voor de baat uit.
Weth. deVeer gelooft, dat we voor
de gemeentefinanciën zeer en zeer voor
zichtig moeten zijn. Daarom moeten we
weigeren in te gaan op dingen, die wel
nuttig, maar niet noodzakelijk zijn. Het
grappige is, dat sommigen wel voorzich
tig willen zijn, maar een compromis wil
len sluiten tusschen den financieelen toe
stand der gemeente en hun geweten. De
vtreeniging vroeg f 1200. Nu gaat men
een compromis sluiten en wil f 750 geven.
Al deze dingen moeten we absoluut
weren. We zullen vreemd opkijken, als we
de volgende begrooting onder de oogen
krijgen.
De redeneering van dhr Jeronimus is
een drogreden. We moeten tegenover de
baten dan stellen de uitgaven aan schoon
houden, onderhoud, enz.
Dhr Vertregt zegt, dat er vele ge
meenten in ons land zijn, waar de vreem
delingen enkele maanden blijven. Daar
heeft men er wat aan. Maar hier komt
dat weinig voor.
Mevr. de Graaf blijft van meening,
dat het vreemdelingenverkeer hier veel
baten afwerpt.
De voorzitter wijst er op, dat er
hier vreemdelingen langer blijven dan
één Donderdag. We moeten niet te veel
letten op de Donderdagsche vreemdelin
gen, die op de muur van het Droogdok
hun boterhammen opeten.
Mevr. d e G r a f meent, dat de winke
liers toch ook niet graag die Donderdag
sche vreemdelingen zouden missen.
Mevr. W e ij 1 wil, dat men doet, als de
industrieën, die in malaise zitten. Die voe
ren flink reclame.
Weth. Onderdijk verdedigt het
voorstel en ziet het als blijk van waar
deering voor het werk van V.V.V. De be
rooide toestand van de financiën wordt
meestal aangevoerd als het gaat om sub
sidies, waar men het niet mee eens is.
Spr. verdedigt het nuttige werk van
V r eemdelingenver keer
Het voorstel van B. en W. (f 750 subsi
die) wordt aangenomen met 9 tegen 6
stemmen (tegen dhrn Vertregt, Mes, Hon
dius, Streefkerk, den Hollander, de
Veer).
Aanplakken verkiezingsbiljetten.
De voorzitter merkt naar aanlei
ding van de vraag van dhr v. d. Feltz op,
dat hij niet de meening van B. en "W
kent. Spr. heeft er persoonlijk geen be
zwaar tegen, dat de gemeente weer ter
reinen gemeentegrond verhuurt aan po
litieke vereenigingen om daarop reclame
borden etc. te plaatsen.
Dhr Hondius wil toch het plaveisel
uitsluiten.
De voorzitter is ook van deze mee
ning. Anders schrikken de paarden. (Ge
lach).
De beide wethouders vereenigen zich
met de meening van den voorzitter.
Dhr Paul wijst op de geringe plak-
gelegenheid. Ook circusdirecties kunnen
terreinen gemeentegrond huren voor re
clame.
Dhr Onderdijk geeft toe, dat het
aantal particuliere plakplaatsen is inge
krompen, omdat de biljetten niet waren
te verwijderen. Daarom willen B. en W.
gratis stijfsel geven.
Dhr Jeronimus is tegen het ver
krijgbaar stellen van gratis plakmate-
riaal.
"Weth. Onderdijk: het beteekent zoo
weinig.
Weth. de Veer: Het is een kwestie
om in beroep te gaan bij de Kroon. (Ge
lach).
De voorzitter: Dhr Jeronimus
heeft het mis. (Interruptie: dat gebeurt
meer.) Spr. wijst op den chaotischen toe
stand van vroeger. Daarin is nu een goe
de verandering gekomen. Men kan voor
f 10 een massa plakmateriaal verkrijgen
Bij de goede partijen voorkomt men ver
keerde praktijken door gratis plakmate
riaal te geven.
Dhr Jeronimus wil toch den kos-
tenden prijs berekenen.
De voorzitter zegt toe, dat B. en
W. dan desnoods deze kleine kosten zelf
zullen betalen.
Dhr Streefkerk vraagt verzekering,
dat de borden niet vlak voor ramen, enz.
komen te staan.
De voorzitter geeft deze verzeke
ring. De borden mogen het uitzicht en
het vorkeer niet belemmeren en geen af-
I breuk doen aan het stadsschoon.
Vervroeging sluitingsuur café's.
Dhr van der Weel steunt het ver
zoek van het Drankweer-Comité (sluitings
uur van half 12). In de café's op de
Markt is er na half twaalf weinig te doen
Maar in de andere, in de stad verspreide
kroegjes, is het wel druk. Daarin zitten
menschen, die thuis hooren en niet in de
café's hun centen moeten besteden. B.
en W. beroepen zich op hen, die van den
laatsten trein komen. Maar de meesten
van hen gaan naar huis. De vreemdelin
gen gaan naar hun hotels. Fietsen kan
men bij het station stallen en afhalen
na eiken trein.
In plaatsen als Apeldoorn, Arnhem en
Zaandam enz. is het sluitingsuur om 11
uur.
B. en W. beroepen zich op de per
soonlijke vrijheid. Maar de geheele politie
verordening tast die aan.
De voorzitter vindt het voor een
stad als Middelburg iets verschrikkelijks
dat men na aankomst van den laatsten
trein nergens meer terecht kan. Spreker
bemerkte laatst, toen hij van den laatsten
trein kwam, dat hij zijn voet verstuikt
had en niet kon loopen. Wat had h(j moe
ten doen, indien hij nergens had kunnen
telefoneeren
Dhr v. d. W e e 1da's een exceptioneel
geval.
Dhr Hondius schetst de drankellende
het wachten van een vrouw op haar man
van ouders op hun jongen. Men blijft
maar „plakken". Spr. wil het zedelijke
van de zaak eens in het licht stellen.
Ook de winkeliers worden in hun vrjjheid
Het zeegat uit. Doze week vertrok de „P. C. Hooft", de mailstoomer, die zooals
men weet, een verlenging heeft ondergaan en daardoor meer laadruimte ver
kreeg, voor het eerst na deze verandering weder naar Indië. De P. C. Hooft