DE ZEEUW
Het Geweten van RngerTrebern.
IN UW PU V. ROSSEM's TROOST
TWEEDE BLAD.
Uit de Provincie
VAN
VRIJDAG 13 FEBR. 1931, Nr 114.
HET TARWE-WETJE.
De heer Gerhard Polak zendt aan de
bladen een schrijven, waarin hij meedeelt,
dat hij na eenige correspondentie een on
derhoud heeft gehad met den heer Dr
H. J. Lovink, waarvan het resumé door
den schrijver als volgt werd vastgelegd:
„In aansluiting met onze vruchtbare
bespreking, gisterenmiddag hier gehouden,
wensch ik het volgende op te merken.
Indien het menggebod ook bij de bak
kerij kan plaats vinden, ook dan nog zijn
de meelfabrikanten in een gunstiger con
ditie dan de meelimporteurs. Aanne
mende, dat meelimporteurs en meelfa
brikanten aan dezelfde verplichtingen en
dezelfde controle zijn onderworpen, waar
tegen immers geen bezwaar kan zijn, dan
zal den meelfabrikanten ook de vrijheid
gelaten moeten worden om het z.g. re-
geeringsmeel zelf te mengen in hun fa
brikaat, of het afzonderlijk te verzenden
aan hun afnemers, zooals dit door de
importeurs geschieden moet.
De meelfabrikanten zullen van dit recht
evenwel geen gebruik maken, tenzij de
bakkers dit als eisch stellen. In de meel
fabrieken veroorzaakt het vermalen van
regeeringstarwe met andere geen extra
kosten, terwijl de meel-importeurs ver
plicht zijn daarvoor loon te betalen en
speciale expeditie kosten hebben.
Als resultaat van onze bespreking staat
vast, volgens ons beider overtuiging:
le. dat er voor de Regeering noch fi-
nanciëele noch technische bezwaren be
staan om de meelfabrikanten en meel
importeurs dezelfde handelsverplichtingen
op te leggen.
2e. dat door de maatregelen onder 1
genoemd, elke risico van fraude voorko
men wordt, omdat bij goede organisatie
door de regeering, de bedrieger alleen
schade kan lijden en nooit eenige winst,
waardoor het motief van bedrog vervalt.
3e. dat waar de opzet van de tarwewet
is den Nederlandschen tarwebouw te be
vorderen, o.m. door veredeling van kwa
liteit, het belang van de tarwebouwers
eischt te bevorderen, dat hun produc
ten zooveel mogelijk direct de verbruikers
bereiken als producten van Nederland-
sche tarwe.
Dit laatste wordt bevorderd, indien de
bakkerij leert kennen de hoedanigheid van
tarwebloem, gemalen uitsluitend van Ne-
derlandsche tarwe. Hierdoor wordt ge
schapen een afzetgebied voor de brood-
bereiding, die thans ontbreekt. Deze zal
zich handhaven wanneer het menggebod
vervalt, indien de Nederlandsche tarwe
zich aan de eisch en heeft aangepast. Het
belang van meelfabrikanten zoomin als
van eenig ander fabrikant is, dat zijn
afnemers precies de gedetailleerde samen
stelling van het fabrikaat kennen.
Het belang van den Nederlandschen
tarwebouwer eischt dus, dat de bakker
leert mengen bloem van Nederlandsche
tarwe met ander tarwemeel, zoodoende
zijn de belangep van den Nederlandschen
tarwebouwer in deze tegenovergesteld aan
r die van de meelfabrikanten, toevallig in
overeenstemming met die van de meel
importeurs.
Gelijk afgesproken ben ik voor een uit
eenzetting met Minister Ruys of den heer
Mr Spitzen, gaarne bereid, indien Uwer
zijds of hunnerzijds mij bericht wordt, dat
zulks qp prijs wordt gesteld."
Belangrijker dan de geheele tarwe-wet
is de vraag door welken invloed Dr Lo-
vinks advies werd weggewerkt?
Bij Kon. besluit is aan dhr J. Hel-
fingu te Vlissingen op zijn verzoek met
ingang van 1 Mei 1931 eervol ontslag
verleend als onder-inspecteur van den ha
venarbeid te Vlissingen.
FEUILLETON
door EVELYN EVERETT—GREEN.
(Vrij naar het Engelsch.)
44.) o—
Roger herinnerde zich.later altijd een
zekeren Goeden Vrijdagmorgen, toen hij
met Manners een meeting had bezocht,
waar de laatste zou spreken.
Er broeide iets. Stakingen waren aan
de orde van den dag; vooral in de kolen-
industrie was de verhouding tusschen de
arbeiders en de mijneigenaars zeer ge
spannen. In later jaren zag Roger ze nog
voor zich, de menschen op de vergadering
typen van meest uiteenloopenden aard.
Sommigen met dierlijke harde gezichten,
waarop zich een trek van blinde haat te
gen het lot had vastgezet, anderen, wier
gelaat de gespannen verwachting weer
gaf voor hetgeen de spreker zou gaan
zeggen. Er waren er, die bleek en uitgeput
in doffe onverschilligheid zaten te luis
teren, terwijl nog anderen op een meelij
wekkende wijze de kruimkens hoop tot
zich namen, die men hun voorhield, ter
wijl zij al dien tijd wisten, dat men hun
steenen voor brood gaf. Hij zag 'er lie
den, die onbekend met het doel der verga
dering, met de anderen i-n de zaal waren
gekomen, omdat 't er licht en warm was,
en misschien omdat zij hoopten, aan het
Weer veeuitvoer naar
België. De invoer van herkauwende
dierpn in België over de grensstations
Middelburg en Selzate is met ingang van
13 Februari weer opengesteld.
Door den Commissaris der Konin
gin is benoemd tot lid der Gezondheids
commissie, zetel Oostburg, voor het tijd
vak van heden tot 1 Juli 1934, dhr J. A.
H. Hermans, arts te IJzendijke.
middelburg. Onder leiding van den
voorzitter Mi De Veer vergaderde giste
ren de af deeling Middelburg van den Ned.
Militairen Bond, wier werkzaamheid zich
in hoofdzaak bepaalt tot het in stand
houden van het Militair Tehuis alhier.
De secretaris en de penningmeester ga
ven in hunne verslagen een duidelijk
beeld van den gang van zaken in het af-
geloopen jaar. De huisvader en -moeder
deden al het hunne om het Tehuis te
maken tot een „thuis" waar men gezellig
en huiselijk, na dè vermoeienissen van
den dag, kan toeven.
Door het organiseeren van z.g.n. gezel
lige avonden en het houden van lezin
gen met en zonder lichtbeelden, werd
getracht de aantrekkelijkheid van het Te
huis Le vorhoogen. Hoezeer dit door de
militairen op prijs werd gesteld, bleek
uit het bezoek. Niet minder dan 2(562
bezoeken werden in het Tehuis gebracht;
een getal, dat met het oog op het kleine
garnizoen tot tevredenheid stemt.
In het Tehuis werd een nieuwe rook
verdrijver aangebracht in de groote bo
venzaal; de muur in de gang werd op
geknapt; tafeltjes werden gerepareerd;
nieuwe tafelkleeden aangeschaft etc. Met
medewerking van het hoofdbestuur wer
den de noodige herstellingen aangebracht
aan het gebouw.
De afdeeling telde in 1930 217 leden.
Zij ontving subsidie van het hoofdbestuur
en van de Staten van Zeeland, wat met
dankbaarheid werd gememoreerd; van
particuliere zijde werd zij verrast met
een legaat van wijlen mej. M. P. Bree-
man; van mevrouw van Woelderen
Sprenger werd een collectie boeken ont
vangen, welke gaarne werden opgenomen
in de bibliotheek. Met waardeering werd
ook gewag gemaakt van de medewerking
der vereeniging Burger Pro Rege en van
den steun van enkele kerkeraden. De
wensch werd gehoord dat meerdere per
sonen steun boden en meerdere kerke
raden, bij de verdeeling der gecollecteer
de gelden voor inwendige zending, het
Tehuis gedachten.
Het gaat toch om de belangen van de
Zeeuwsche jongelingschap.
De exploitatie-rekening over 1930 sloot
met een nadeelig saldo van f 18.05.
De vergadering herkoos tot bestuurs
leden de heeren Mr De Veer, voorz.;
Ds Tjebbes, seer.; en J. A. Vertregt. Zij
vormen met de heeren G. W. Graafhuis,
penningmeester, Bogardstraat, D 34, Mr
Lantsheer en Ds van Empel het bestuur.
Kloetinge. Donderdagavond vergader
de de Raad dezer gemeente. Aauwezig
alle leden.
Na opening der vergadering spreekt
de voorzitter de gebruikelijke Nieuw
jaarsrede uit, welke door dhr Eversdijk
wordt beantwoord.
Ingekomen zijn o.a.: Goedkeuring van
het raadsbesluit tot het aangaan van 'n
geldleening, groot f 10.000. Kon goed
keuring van de verordening op de heffing
van rechten voor het ophalen van het
huisvuil. Verdagingsbesluit goedkeuring
begrooting 1931. Bericht van definitieve
vaststelling der gemeente-rekening over
1929. Circulaire betreffende het heffen
van belasting op aankondigingen teneinde
het veelvuldig voorkomen van vreemde
woorden daarin te doen verminderen.
Voor kennisgeving aangenomen. Schrij
ven van den Kerkeraad der Ned. Herv.
Gemeente alhier, waarbij deze bericht,
dat hij wegens financieele moeilijkheden
de bijdrage aan deze gemeente in de kos
ten der wijkverpleging intrekt.
Dhr Buitenhuis vraagt, of de gemeente
hiervan nadeel heeft.
De voorzitter zegt, dat de gemeente een
inkomst van f 40 derft.
Dhr Straub zou gaarne zien, dat de bij
drage der gemeente aan de vereeniging
voor wijkverpleging met f 40 wordt ver
minderd aangezien deze vereeniging bij
na elk jaar geld overhoudt.
De voorzitter en dhr Everdijk zeggen,
dat er over '29 een tekort was De uitkom
sten van 1930 zijn nog niet bekend. Be
sloten wordt deze zaak aan te houden
tot een volgende vergadering.
Schrijven va® het circus Gleich om in
deze gemeente enkele voorstellingen te
mogen geven. Wordt voor kennisgeving
aangenomen.
B. en W. stellen voor aan K. Meulpol-
der alhier over 1929 en 1930 een vergoo
ding te geven van f 10 per jaar voor het
verstrekken van vuur en schoonhouden
der gemeentekamer voor en na het ge
bruik door den Rijksontvanger.
De heer Straub is tegen eenige vergoe
ding en zou zich stipt aan het huur
contract houden. Bij de verhuring is re
kening gehouden met schoonhouden enz.
der gemeentekamer, vandaar dat de huur
niet zoo hoog gesteld is. Alleen voor vuur
en licht kan volgens het contract door
den huurder iets in rekening gebracht
worden. Hij stelt voor een bedrag van f 5
per jaar te geven, welk voorstel niet wordt
ondersteund. Na eenige bespreking wordt
het voorstel van B. en W. aangenomen.
Betreffende de notulen der vorige ver
gadering merkt dhr Straub op, dat hij bij
de rondvraag ter sprake heeft gebracht,
dat het een verkeerde toestand is, dat
door de demping van den sloot achter het
erf van M. van Iwaarden, diens afvalwa
ter enz, over den weg loopt. Hij zou
gaarne zien, dat in het vervolg zijn ge
zegden ook opgenomen werden in de no
tulen.
Vaststelling jaarwedde van een nieuw
te benoemen gemeenteveldwachter. Van
het Burg. Armbestuur is bericht ingeko
men, dat het gedeelte van het armbui3
bewoond door den veldwachter, mei in
gang van 1 Mei 1931 niet meer aan de
gemeente verhuurd zal worden, aange
zien het armbestuur dit gedeelte nood'g
heeft. De voorzitter zegt, dat zulks een
groote moeilijkheid zal opleveren.
Dhr Straub vraagt, of wellicht door
eenige bijbaantjts het salaris nog wat
hooger kan wonlen. De voorzitter en dhr
van Liere zeggen, dat de Commissaris
der Koningin juist tegen zoodanig stelsel
is, en dat de jaarwedde 'van dien aard
moet zijn, dat de veldwachter een onaf
hankelijke positie heeft.
Dhr Straub merkt op, dat een aan-
i vangsjaarwedde van f 1200 te laag is, de
emolumenten zouden dan ook. moeten
vervallen.
Dhr de Rijk vindt, dat een veldwachter
Ter diamanten bruiloft. Het echtpaar Driessen-van Crey
te Dinther vierde zijn diamanten bruiloft. Uren uit den
omtrek kwamen de belangstellenden hun gelukwenschen
aan het jübileerende paar aanhieden. Een Brahantsche
amazone op weg naar het festijn.
„Mengelberg", een fraai tulp op de groote tentoonstelling
van winterbloemen, welke onder uspiciën van de Alg.
Vereeniging voor Bloembollencultuur te Haarlem in het
Krelagehuis gehouden wordt.
behoorlijk bezoldigd moet worden, opdat
hij juist een onafhankelijke positie zou
hebben. Hij had gedacht de aanvangs-
jaarwedde te stellen op f 1400, doch aan
gezien hij verwacht, dat een voorstel van
hem niet zal worden aangenomen, zal hij
zich bij het voorstel van B. en W. neer
leggen.
Hierna wordt de volgende jaarwedde-
regeling vastgesteld: Aanvangsjaarwedde
f 1200, woninghuur f 150 (wordt algemeen
te laag gevonden, doch kan later worden
verhoogd indien zulks noodig mocht blij
ken) toelage voor kleeding en schoeisel
f 125, toelage voor geneeskundige behan
deling f 25, toelage voor onderhoud rij
wiel f 25, hierbij komen vier twee-jaar-
lijkscho verhoogingen van f 75. Voorts
moet bij aanstelling worden verstrekt de
uniformkleeding, bewapening, sohoeisel
en een rijwiel.
Met alg. st. wordt besloten het gasbni-
zennet in deze gemeente tot in de buurt
schap de Groe uit te breiden onder toe
zegging der vereischte garantie.
Hierna volgt een bespreking betreffen
de plannen bouw afzonderlijk gymnas
tieklokaal of gecombineerd met een lokaal
voor vergaderingen en uitvoeringen.
De voorzitter deelt mede, dat de ge-
meentebouwkundige voorloopige plannen
en ramingen heeft gemaakt. Een afzon
derlijk gebouw wordt geraamd op 10.000
tot 11.000 gld, gecombineerd met een ver
gaderlokaal f 18.000 f 19.000. Hij vraagt
zich af, of het wel gewettigd is in dezen
moeilijken tijd een dergelijke uitgaaf te
doen. Hij zou gaarne zien, dat althans
voorloopig geen besluit hieromtrent werd
genomen.
Dhr de Rijk acht het geven van onder
wijs in lichamelijke oefeningen van groot
belang en voorziet, dat de gemeente toch
een dergelijk gebouw zal moeten stichten.
Hij wil zulks doen op de voordeeligste
wijze.
Dhr Buitenhuis vraagt zich af of 1 Jan.
1932 of 1 Jan. 1936 de uiterste datum is
om in het bezit te zijn van een gebouw
voor lichamelijke oefening. Indien de
laatste den datum is zou hij niet zoo vlug
van stapel willen loopen.
Dhr Straub is voor het geven van on
derwijs in lichamelijke oefening. Nu hij
evenwel de ramingen hoort, kan hij er
zich volkomen mee vereenigen, dat de
bouw wordt uitgesteld.
Ook dhr de Rijk kan zich, gezien de
bijzondere omstandigheden, er mee ver
eenigen dat voorloopig eens wordt afge
wacht.
Dhr Buitenhuis stelt voor te besluiten
nadere inlichtingen betreffende deze aan
gelegenheid in te winnen en af te wach
ten, tot betere tijden aanbreken. Dit voor
stel wordt met 4 tegen 3 st (dhrn Straub,
Hoogstraate en Eversdijk) aangenomen.
Hierna volgt benoeming leden en
plaatsvervangende leden van de stem-
bureaux voor de verkiezing van Staten
leden en Gemeenteraad.
Het hoofdstembureau voor de verkie
zing van den gemeenteraad wordt als
volgt samengesteld: leden: M. Eversdijk,
W. N. van Liere, R. Buitenhuis en F. de
Rijk, plaatsvervangende leden: P. D.
Hoogstraate, J. Straub en C. Zweedijk.
Vastgesteld wordt een verbod om de
Schoolstraat te berijden met motorrijtui
gen in de richting KapelleGoes.
Voorstel van Burg. en Weth. om toe
te staan, d§,t het vermoedelijk achter G.
Harinck te stichten gebouw, wordt ge
bouwd in het verlengde van den aan de
'Schoolstraat uitkomenden gevel van de
slagerij van J. Eversdijk, terwijl de noor
delijke zijgevel moet worden gebouwd met
in acht nemen van den door den Rijks
waterstaat eventueel te geven voorschrif
ten.
De heer Hoogstraate wijst eT op, dat,
wanneer aldaar gebouwd wordt een zeer
gevaarlijke hoetk ontstaat. De heer Straub
acht dit niet juist, hij vindt dat door
bouwen van een woning de toestand juist
verbeterd wordt. Na eenige bespreking
wordt het voorstel van B. en W. met al-
gemeene stemmen aangeuomen.
einde van den een of ander een kop koffie
op te loopen.
Plotseling werd Roger door de stem
van den redenaar uit zijn waarnemingen
opgeschrikt. Hij gevoelde als het ware,
dat Manners anders sprak dan gewoon
lijk. „We gaan allen gebukt onder het
egoisme, de gulzigheid en slechtheid van
het menschelijk hart," hoorde hij hem zeg-
gij. „En we hebben het recht, daartegen
in opstand te komen en den Eeuwigen
God Zijn hulp af te smeeken. Mogelijk
hebben jullie nooit over hulp van die zij
de gedacht. Mogelijk weet ge niet eens, dat
heden alle kerken gevuld zijn met men
schen, die ja, wat doen ze? Zij geden
ken naar hun van hun prille jeugd is bij
gebracht, een gebeurtenis, die de vreese-
lijkste misdaad inhoudt, die ooit in de
wereld plaats heeft gehad. De onschul
dige lijdend voor de schuldigen, en dat
niet uit bekrompen woede of bijgeloovige
verblindheid, doch om een Godheid wel
gevallig te zijn, die terzelfdertijd wordt
afgeschilderd als de Algoede, de Waar
achtige, Volmaakte, de Eeuwig Recht
vaardige.
Laat die theologen hun goochelen met
woorden om de monsterachtige misdaad
weg te cijferen, waarmede zij God willen
eeren. Daar gaat het niet om ik ge
bruik dit beeld slechts, om te illustreeren,
wat wij dagelijks om ons heen zien gebeu
ren: de onschuldigen lijden voor de schul-
nenaren, en de geestelijkheid preekt ge
duld, berusting en wijst op het leven van
den Heiland, om den mensch in bedwang
te houden. Neen, vrienden en broeders,
als er een God boven ons is, en Die i s er,
anders zou ons geval hopeloos zijn dan
is Hij er een van rechtvaardigheid en
liefde. Een, die niets weet van des dui
vels dogma, dat de onschuldigen moeten
lijden voor hen die zondigden. Tot Hem
moeten wij opzien, tot Hen kan het nim
mer te- laat zijn om hulp af te smeeken,
zij het ook uit de diepste diepte, waar
wij zelf geen uitweg kunnen zien."
Roger zat strak voor zich heen te sta
ren, alle bewustzijn van plaats en tijd had
hij verloren. Het was, of er in zijn hart
een strijd gevoerd werd; sympathie voor
het gesprokene en dan toch weer: een
zich verzetten tegen hetgeen hij had hoo-
ren verkondigen. En toen kwam uit de
menigte één gelaat naar voren, een ge
laat, dat hij kende, een gelaat dat sprak
van inwendigen ernst en van vast geloof,
vader Marquire.
Een poos later bevond hij zich op
straat, wandelend naast den man, die
gesproken had. Hij zag de kerkgangers
huiswaarts keeren, sommigen met be
traande gezichten, allen met een uitdruk
king van plechtige ernst op hun gelaat.
En hij hoorde Manners losbarsten:
„Daar gaan ze zij die hun smart
en sympathie verspillen aan iets, dat in
den grond een leugen moet zijn. Christus
werd ter dood gebracht juist doch zoo
zjjn honderden duizenden Christenmarte
laren gestorven, om voor altijd vergeten
te worden. Dat is niet de grond van hun
rouw dat Christus stierf. Waarover
zij in zak en asch verkeeren, is dat Hij
zou gestorven zijn voor hen de on
schuldige voor den schuldige. Laat ze nu
hun Bijbels van het begin tot het eind
nazoeken, althans het Nieuwe Testament,
waaruit hun geloof is opgebouwd, dan
zullen zij, behoudens misschien een enkele
zinsnede van hetgeen Paulus gezegd zou
hebben, geen sylabe vinden, die voed
sel geeft aan de veronderstelling, dat
Christus stierf, om de zonden der men
schen te verzoenen. Dat heeft de kerk
uitgevonden om haar eigen doeleinden te
dienen. En ik dank God, dat niets in de
Evangeliën daarop wijst, anders zou het
mij niet mogelijk zijn, in Hem te geloo-
ven."
Roger zweeg. Allerlei gedachen door
kruisten zijn hoofd. Hij was tot in 't diepst
van zijn ziel getroffen door hetgeen zijn
metgezel gezegd had. Bijna zonder verder
een woord te wisselen gingen de twee bij
den naasten hoek uiteen, ieder in eigen
gedachten verdiept, beider gelaat met een
strakke, afwezige uitdrukking, die tot
verdere explicaties niet uitlokte.
Dienzelfden avond zat Roger bleek en
met een uitdrukking van vermoeidheid op
zijn gelaat bij 't vuur met Noel Bray, wien
hij vertelde van zijn ervaringen van dien
morgen en van hetgeen Manners gezegd
had.
't Mocht eigenlijk vreemd heeten, dat
Roger iemand als Noel Bray kennis deed
nemen van de roerselen zijner ziel; Noel
Bray, die gezegd had, dat voor hem alle
gezindten gelijk waren. Maar er bestond
nu eenmaal tusschen de beide jonge men
schen een band van wederzijdsch vertrou
wen, ontstaan uit hun gewoonte, voortdu
rend van gedachten te wisselen. Roger
sprak en de ander luisterde, rookend en
peinzend en voor een poos zwegen beiden.
„Wel, Manneers heeft volkomen het
recht om den Bijbel te verklaren, zooals
het hem belieft, maar wanneer hij be
weert, dat er in de Evangeliën niet ge
duid wordt op het zoenoffer van Christus,
dan gaat hij te ver. Ik beweer niet, dat
ik zooveel van de Schrift weet als som
mige menschen, maar ik weet, dat de
profeet gezegd heeft: „Zie, het Lam Gods,
dat de zonden der wereld wegneemt" en
omdat hier tot de joden gesproken Wordt,
die altijd een lam plegen te slachten als
symbool van zonden wegneming, kan dit
woord niet misverstaan worden. Voor de
joden is het slechts voor één uitlegging
vatbaar. Ook in de Openbaringen lezen
we van het Lam, dat ter slachtbank ge
leid wordt en hier met dezelfde bedoe
ling: wegneming der zonden. Ik denk, dat
èr in de Schrift nog genoeg te vinden ia,
dat hierop wijst. In ieder geval heb je
hier al twee aanhalingen, nog buiten het
geen Paulus heeft gezegd."
(Wordt vervolgd.)