No. 19 Woensdag 22 October 1930 45e Jaargang Dagblad voor de Provincie Zeeland Hendrikse Go's Bank N.V. £oes EERSTE BLAD. Wat de bladen zeggen. Buitenland. Belangrijkste Nieuws. COUPONS EN LOSSINGEN Dit nummer bestaat uit 2 bladen. ALLE per 1 OCTOBER vervallende worden verzilverd door Directeur-Hoofdredacteur: R. ZUIDEMA. Bureau: Lange Vorststraat 70, Goes. Tel.: Redactie en Adminiatratie No. 11. Poetrekenlng No. 14453. Bijkantoor te Middelburg. Firma F. P. DHU1J, I» Burg. TeL No. 250. De Zeeuw VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, 13.— Losse nummers10.05 Prijs der Advertentien: 14 regels 11.20, elke regel meer 30 ct. Bij abonnement belangrijke korting. De Vrije Universiteit. Wjj lezen in „De Nederlander": Op 20 October 1880 werd te Amster dam de Vrije Universiteit geopend. Thans viert zij dus haar gouden feest, 't Is bekend, hoe wij- denkeen over de wenschelijkheid en noodzaak van een bij zondere universiteit. Doch 't jubileum is een zeer goede gelegenheid om daar over niet te spraken. Eh om wel met klem an kracht te spreken over (wat in deze stichting en haar historie ons imponeert, over wat door haar aan ons volk is geiworden. Een grootsche offervaardigheid, betoond door kringen, die veelszins niet behooren tot de meest welgastelden. Een offervaardigheid gestuwd an ge dragen door brandende liefde voor een overtuiging, door brandende toewijding aan een geestelijk bezit. Zulk een verschijnsel is reeds op zich zelf een kostelijk völksgoed, dat als ver sterking van de nationale kracht moert worden gewaardeerd door allen, ongeacht hun persoonlijk oordeel omtrent de waar dij van wat hier geestelijke drijfkracht is. En die wel zeer hijzonder dus gewaar wordt dook' ions, die aan dat geestelijk drijvend beginsel veelszins verwant ons weten. Doch dit niet alleen. Deze toewijding heeft ook vrucht ge dragen! Wij denken aan velerhande .studiën, in den kring der Vrije Universiteit ge boren en die onze kennis hebben ver rijkt omtrent het verband tusschen Gods Openbaring en de onderscheiden terrei nen van wetenschappelijk onderzoek. Wij' denken mede aan een aantal proefschrif ten, die aldaar verdedigd werden en die er wezen mogen, In dit jubileum spreekt dit tweeërlei ens hartelijk toe. En wij brengen met zeer velen onze hulde aan die kleinen, die hier droegen, en da grooten, die hier werkten. Een jubileum is een kostelijk ding; ook wijl het gelegenheid opent om wat anders ongezegd blijft, nu te zeggen met een klaar geluid. De invloed der vrouw. „Patrimonium" schrijft: In Frankrijk a, d. Main heeft men bij de jongste verkiezingen voor den Rijks dag aan de vrouwen met een F. gemerk te biljetten uitgereikt en op alle stem bureaus een speciale bus geplaatst, waar in dja Vrouwelijke kiezers haar biljetten konden werpen. Zonder al te veel moeite kon men nu eootroleeren hoe de vrouwen stemden. Welnu, dit onderzoek heeft opnieuw bewezen, dat de groepen, die voor een Christelijke Staatkunde ijveren, meerdere steun ontvingen van vrouwen dan van mannen. Voor het overwegend Roomsch-Katho lieke Centrum kozen 63 vrouwen tegen slechts 37 mannen. Bij den Chr.-socialen Volksdienst" het begin van een Prot. Christelijke partijformatie was de ver houding zelfs 68 vrouwenstemmen en 32 mannenstemmen. Vermoedelijk is de verhouding op het platteland minder ten ongunsta van de mannen. Maar in de steden staat hert ongetwij feld zóó, dat de Christelijke groepen méér sympathie bij de vrouwen, dan wel bij de mannen vinden. Ook ten onzent is dat stellig bert ge val. Met de Kerk leven ook meer vrou wen mee dan mannen. Menig kind be zoekt nog ,de Christelijke school, dank zij den invloed van de moeder. De ontkerstening in da groote steden heeft de meeste verwoestingen aange richt onder de mannen. Het Jagende leven. „Het Seinlicht", orgaan van het chris telijk spoorwegpersoneel, wijdt een spe ciale beschouwing aan de nu geopende mogelijkheid ook des nachts per spoor te reizen. „Voor ons, werkers in dat bedrijf, zeg gen deze „nieuwigheden" iets anders. Ze zeggen ons, dat de spoorwegen in Nederland in een nieuwe phase van haar bijna honderdjarige geschiedenis «ja geko- Za doen ons verstaan dat ook het spoor wegbedrijf met zijn tijd mee moet. Ze tooveren eensklaps ons een toekomst beeld voor oogen, waarin we zien en kun nen volgen de 'groote lijn der ontwikkeling, ook van dit zoo machtig bedrijf. Wie oogen beeft om te zien. En 'hersens heeft om te denken, ziet en gevoelt, dat een gebeurtenis als deze niet los staat van het andere gebeuren, dat in het economisch leven van een volk zich afspeelt. Hier geldt het een gebeurtenis die beschouwd en beoordeeld moet worden in het raam van de ontwikkeling van heel het leven. Die nachttrein, zoo zouden wij het willen zeggen, is als het ware een wegwijzer, die heenwijst naar een nabije toekomst!" En dan verder: „Steeds sneller. Steeds maar jagen en haasten! Dat is het groote woord en het groote gebaar dat onzen tijd kenmerkt. Heel de wereld holt mee in dien wed loop, uit vrees, dat men anders in den ontzaglijken strijd, om het bestaan, ten onder zal gaan. Maar aan de ziel van den mensch, aan zijn hooge geestelijke belangen, die voor de eeuwigheid zijn bestemd, hoe bitter weinig wordt daar aan gedacht, en wat zou er in deze wereld, waar alles en iedereen zich verdringt om den afgod van het geld van den arbeider terecht komen, indien niet die arbeider zelf, in vereeni- ging met z'n andere makkers, tegen de steeds ernstiger wordende gevolgen van onze kapitalistische wereld naar verweer middelen zocht? Dan zou, naar het woord van wijlen Dr Kuyper die mensch weer een verlengstuk van de machine gaan worden. Makkers, laat ons daarom acht geven op alles wat zich rondom ons afspeelt. En laat steeds dieper in ons aller har* de overtuiging gaan leven, dat, zoo ooit, dan in onze dagen de Christelijke Vak beweging een ontzaglijk ernstige en groote taak heeft. Een taak, die zich niet alleen uitstrekt naar wat meer loon of wat min der rust, doch zich bovenal richt naar het streven, om den werker in het bedrijf te behoeden, dat 'hij lichamelijk en geeste lijk in de gejaagdheid van onzen tijd niet ten onder zal gaan." DE GROOTE MIJNRAMP BIJ AKEN. Meer dan 200 dooden en tientallen gewonden. De officiëele Pruisische persdienst deelt omtrent het mijnongeluk bij'Aken mee: Om 6 uur bevonden 76 man zich ge wond in ziekenhuizen. Onder den grond bevonden zich nog ongeveer 60 dooden. Dood geborgen werden tot dusver 36 man. Het totaal aantal dooden zal dus waar schijnlijk ongeveer 100 bedragen. Aan den ingang van de mijn Anna II speelden zich aangrijpende tooneelen af. Weenende vrouwen wachtten op mede- deelingen omtrent het lot van haar man nen. Moeders maakten zich ongerust om trent het lot van haar zonen. Een groot aantal doctoren en hulp personeel bevonden zich op de plaats van de ramp. Daar de controle-inrichting bij de schacht verwoest was, is het buitenge woon moeilijk vast te stellen hoeveel mijn werkers zich nog in de mijn bevonden. Het werk der reddingsbrigades werd ten zeerste bemoeilijkt, doordat de gan gen, door welke zij de plaats van de ramp moesten bereiken, verwoest waren. Hoewel vaststaat, dat de ontploffing heeft plaats gehad in de opslagplaats van springstoffen in de mijn, kon tot dusver nog niet worden vastgesteld, wat de eigen lijke oorzaak van de ontploffing is. Volgens een bericht van Wolff zou de ontbranding van de dynamietopslagplaats die de oorzaak is geweest van de vreese- lijke ramp, geweten moeten worden aan een gasontploffing, die in de omgeving van het depot heeft plaats gehad. Het geweld der ontploffing was zoo groot, dat vele telefoonleidingen verbroken werden en de berichten omtrent de ramp Aken eerst over een omweg bereikten. Op som mige plaatsen heeft de ontploffing nog op verren afstand haar uitwerking uitge oefend: op 250 M. van de plaats der ramp werden dooden gevonden. In Alsdorf en vooral in de straten, die naar de mijn leiden, zijn de daken en de ruiten beschadigd. Ook groote winkelven- sters, die den luchtdruk loodrecht opvin gen, zijn ingedrukt De dienst van het Pruisische ministerie van Handel voor de veiligheid der mijnen deelt mede, dat een explosie van voor raden ontplofbare stoffen in een mijn een groote zeldzaamheid is. In Duitschland is een dergelijke ontploffing tot nu toe slechts een enkele maal gebeurd en wel in 1925 in een mijn in Westfalen. In deze mijn werd echter tevens grauwvuur ge constateerd, zoodat de werkelijke oorzaak van de ramp niet met juistheid is vast gesteld kunnen worden. Voor het onder brengen, vervoeren, bewaken en verdee- len van ontplofbare stoffen in de mijnen gelden uiterst strenge bepalingen en men staat dus thans werkelijk voor een raad sel. Met de op de 450 M. schacht opgeslo ten mijnwerkers bestaat nog telefonische verbinding. Zij blijken nog in leven te zijn. De ruïnes van het technische bureau, dat eveneens is ingestort, hebben alle zich daarin bevindende beambten onder zich bedolven. Van hen zijn er drie dood en verschillende verwond. Een mijnwerker, behoorende tot de nachtploeg, die ooggetuige was van de vreeselijke ramp, verklaart, dat de uit werking van de ontploffing verschrikke lijk was. Een geweldige knal klonk plot seling door het geheele dorp. Een groote steekvlam, begeleid door donkere rook wolken, sloeg uit de aarde. Muursteenen, dakpannen, vensterruiten en stukken balk, vlogen aan alle kanten kletterend op de straten. Uit de huizen stortten de men- schen in een geweldige paniek de straat op en snelden naar de plaats van de ramp. Daar zag men reeds dadelijk de eerste gewonden, mijnwerkers en beamb ten, met bebloede gezichten, die zich on der de puinhoopen van de ingestorte ge bouwen bevonden. De geheele schacht toren en de aangrenzende gebouwen zijn een groote puinhoop. De brandweer, de politie en de saniteitskolonnes waren spoedig ter plaatse en begonnen onmid dellijk met "net bergen der dooden en gewonden. Het staat vast, dat deze ramp het groot ste en ernstigste mijnongeval is, dat het Wurm-district ooit heeft getroffen. De Jongste berichten, al zijn zij niet officiëel bevestigd, hebben de hoop, dat de tweehonderd vermiste mijnwerkers nog gered konden worden, den bodem ingeslagen. Het staat te vreezen, dat het getal der dooden meer dan 180 zal bedragen, wel licht zelfs boven de 200 zal gaan. Door de jongste berichten verandert de ramp van karakter. Het zijn nu vooral de ondergrondsche arbeiders, die geval len zijn, en het ontzettende getal maakt deze catastrofe tot een der grootste, die Europa in de laatste jaren te betreuren had. Blijkens een telefonische opgaaf van het Polizeiambt te Alsdorf waren er te middernacht 62 dooden te voorschijn ge bracht, terwijl het aantal gewonden om streeks 100 bedroeg en eveneens nog on geveer 100 personen opgesloten waren. Wie de foto's zien zal van deze verwoes ting, zal zich slechts een kleine voor stelling kunnen maken van het geweld dezer waarschijnlijk grootste ontploffing ter wereld. Wie de plaats des onheils naderde, kreeg een beeld als dat der oorlogsver woestingen. Het verschil was alleen, dat deze verwoesting niet aangericht werd door een bombardement van vele dagen of weken, uit honderden stukken geschut, maar met één enkel schot, met de ont lading uit de mijnschacht. Van het reusachtige gebouw van deze mijn staat nog slechts het voorste ge deelte, dat het verst verwijderd was van de schacht, overeind. Dat is het gedeel te, waarin, hoog in de lucht, de kleeren- bundels hangen van de arme mannen, die thans daar beneden, 460 M. onder den grond, óf angstig op hun verlossing wachten öf, zooals door velen gevreesd wordt, reeds gestikt zijn, doordat de lucht toevoer niet meer werkt. Merkwaardige annonces in Rusland. Heel typeerend voor de toestanden in Rusland zijn wel de volgende adverten ties, die men geregeld in de Russische dagbladen kan lezen: „Ondergeteekendc* (volgt naam) verklaart hierbij, dat hij reeds sedert 1925 zelfstandig leeft en dat hij iedere verwantschap of familiebetrek kingen met zijn vaderverbroken heeft." Of nea leest eek wel: „Ik, Mariex, oud 17 jaar, doe afstand van mijn moeder. Sedert 1929 ben ik zelfstandig." Deze advertenties staan niet in verband met financieele schulden of den slechten levenswandel der ouders, maar de oor zaak daarvan is te vinden in het feit, dat in sovjet-Rusland kinderen van „bur gerlijke" ouders geen toegang kunnen krijgen tot de hoogeschoól en ook voor geen enkele staatsbetrekking in aanmer king kunnen komen. Wanneer de kinderen echter hun ouders officieel in de dagbladen plech tig verloochenen, dan zijn ze voortaan vrij van alle burgerlijke smetten. Tegen de Vlaamsch-nationale propaganda. De directie van de Belgische posterijen heeft aan de directeuren der verschillen de postdistricten een, alleen in de Fran- sche taal gestelde vertrouwelijke circu laire gezonden, waarbij het uitdeelen vau Vlaamsch-nationale propagandageschrif ten, als drukwerk zonder adres en onge- frankeerd (voor dergelijk drukwerk wordt een globale som ten postkantoro betaald) ten strengste wordt verboden. Het zijn de postmeesters, die er over te beslissen hebben of bedoeld drukwerk ja dan neen „een separatistische strekking" heeft en die dus ook de aanvaarding mo gen weigeren. Bij vergissing minister. Een zeker niet alledaagsch geval in de geschiedenis der ministers heeft zich voorgedaan bij de vorming van het nieuwe kabinet-Minorescu in Roemenië. Minorescu had n.l. den koning als minis ter voor volksgezondheid den hoogleeraar in de medicijnen te Klausenhurg: Julin Hatigeanu voorgeslagen, dien de koning zeer gaarne acepteerde, aangezien Hati geanu een maal bij een kinderziekte den koning het leven redde. Na de benoe ming verscheen in het ministerie de pro fessor der academie: Emil Hatigeanu en begon daar te ministèren alsof alles in de beste orde was. Minorescu vermoedde toen dat niet alles in orde was en ging de zaak na, waarbij het bleek, dat bij vergissing op de ministerlijst niet de naam van Juliu Hatigeanu was gekomen, maar die van zijn broeder Emil, die op deze manier bij vergissing minister werd. Rusland noemt represailles tegen landen, die zijn handel belemmeren. De Russische regeering besloot tegen die landen die den invoer van Russische goederen beletten of beperken, represaille maatregelen op handelsgebied te nemen. Volgens een officieel bericht heeft het Ministerie van Handel opdracht ontvan gen geen opdrachten meer aan firma's der betreffende landen te verstrekken, of althans die opdrachten tot de hoogst noodzakelijke te beperken. Verder zal het ministerie een plan op stellen volgens de bepalingen waarvan de invoer uit en bet transitovervoer naar die landen zooveel mogelijk zal worden beperkt. Ten slotte zal Rusland zoo min moge lijk gebruik maken van de havens', spoor wegen en magazijnen van die landen welke den Sowjethandel vijandig gezind zijn. Opwekking tot ontwapening. Naar in welingelicbe kringen te Was hington verluidt, zouden President Hoo ver, MacDonald en de Japansche miniser Hamagoetsji het voornemen hebben, naar aanleiding van de ontvangst der Japan sche oorkonde van ratificatie te Londen en te Washington een gemeenschappelijke verklaring te publiceeren met betrekking tot bet ontwapeningsvraagstukMen ge looft, dat de verklaring den vorm zal heb ben van een opwekking aan de in Novem ber bijeenkomende Ontwapeningscommis sie om bij haar werk spoed te betrach ten. De Vlaamsche universiteit geopend. Gisteren was het een groote dag voor de Vlaamsche beweging in België, want na een strijd van 34 jaar werd een begin gemaakt met de verriederlandsching van de Gentsche hoogeschool. Feitelijk is het reeds de tweede keer, dat te Gent een Vlaamsche universiteit wordt geopend, want reeds in 1916 werd Binnenland. De Vrije Universiteitsfeesten. De Tweede Kamer over het Vlootplan. Voorloopig Verslag der Tweede Kamer over de begrooting van buitenlandsdhe zaken. Bemiddelingspogingen in hert typografen- conflict Buitenland. Rusland dreigt met reprassaille-maatrege- len. De vreeselijk mijnramp bij Aken. 231 dooden. De Vlaamsche Universiteit geopend. onder de Duitsche bezetting tot de op richting te Gent van een geheel Neder- landsche universiteit overgegaan. Deze verdween in 1918 bij den terugkeer uit Havre van de Belgische regeering. Gisteren had dan de overdracht plaats van het rectoraat en de opening van het eerste academische jaar der rijk-universi teit, in de oude Vlaamsche stad. Een half uur voor den aanvang der plechtigheid was de aula reeds geheel gevuld met burgers en studenten. De Vlaamsche stu dentenorganisatie^ uit Gent, Leuven en Brussel waren er met honderden leden, terwijl ook het Dietsche studentenverbond vertegenwoordigd was door zijn voorzitter en een aantal gedelegeerden uit Leiden, Delft, Amsterdam, Utrecht, Nijmegen en Tilburg. Om half vijf kon geen mensch meer binnen. Op het podium zaten ver scheidene katholieke, s ocialistische en Vlaamsch-nationale Kamerleden en Sena toren. Weldra verschenen de academi sche raad en de autoriteiten, onder wie de gouverneur der provincie, de burgemees ter der stad Gent en een paar wethouders. Onmiddellijk ving de aftredende rector, prof. Meeuwissen zijn academische rede aan over moderne scheepsbouw, waar na prof. van den Bossche, secretaris der universiteit, verslag uitbracht over hert afgeloopen jaar. Bij de vermelding van de benoeming van prof. Vermeylen tot rector werd dezen een ongekende ovatie gebracht. Temidden van de grootste stilte verkondigde de aftredende rector den lof van prof. Vermeylen als letterkundige, essayist, kunsthistoricus en hoogleeraar, en legde hem het rectorale hermelijn over den schouder, terwijl de vele honderden aanwezigen hem stormachtig toejuichten. Rector Vermeylen, zichtbaar bewogen, deed een korte verklaring en sprak de hoop uit, op den steun van professoren en studenten te mogen rekenen om deze universiteit zoo sterk mogelijk te maken. Een bijzonder voorrecht heette hij het, thans niet enkel de droom van zijn jeugd te zien verwezenlijken, maar zelf het rec toraat van deze Lang verbeide Vlaamsche universiteit in handen te mogen nemen. Nu zou het orkest de Brabatiyonrie en daarna de VLaamsche Leeuw ten gehoore brengen, maar nog was de eerste maiat van de Brabanponne niet gespeeld, of da heele zaal rees overeind ten uit hon derden kelen dreunde alles overstemmend, het lied van den Vlaamsehen Leeuw, dat tot tweemaal toe werd herhaald, en ge volgd door het Wilhelmus, dat niet op het programma stond, maar door alle aanwezigen, de autoriteiten en leden van den aeademischen raad uitgezonderd, werd gezongen. Enkele Franschgezinde autoriteiten gingen onder protest heen. Da vergadering ging vervolgens in de grootste geestdrift en onder gejuich der Vlaamsche studenten uiteen. Een klein luchtschip verongelukt. Het door kapitein Heinen, den vroege- ren bestuurder van het luchtschip Shenan doah, gebouwde „luchtjacht", een klein luchtschip met 1 motor, geschikt om 6 man te vervoeren, is te Toms River (Am.) in het open veld ontploft. Drie leden van de be manning werden ernstig gewond. De oor zaak van de ontploffing is onbekend. Het 'luchtschip, dat volkomen vernield is, had reeds verschillende proeftochten gedaan. Korte Berichten. Ex-Keizerin Zita en haar zoon Otto zijn van bun verblijf in bet buitenland

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1930 | | pagina 1