DE ZEEUW
TWEEDE BLAD
PAULS OFFER.
Uit de Provincie.
Zsaklichtjes
FEUILLETON
Gemeenteraad van Goes
VAN
DONDERDAG 2 OCT. 1930. No. 2.
HET VRAAGSTUK DER
ONTWAPENING.
Alles wantrouwen wat de klok slaat.
Onze „N. Pr. Gr C r t" wijst op de
weinige resultaten, die de huidige Vol
kenbondsvergadering ons zal bieden.
Noch do juridische, noch de politieke,
noch de economische kwesties zijn ook
maar iets nader tot een oplossing ge
komen. Telkens kwam wantrouwen bij
de besprekingen om den hoek gluren;
wantrouwen, dat een hartelijke samen
werking in dein weg stond.
Een der voornaamste zaken, die ter
Volkenbondsvergadering aan de orde zijn
geweest, is ongetwijfeld de 'kwestie der
entwapening. Deze kwestie houdt trou
wens de wereld al jaren bezig; al van
af den dag der oprichting van den Vol
kenbond.
Deze Bond immers werd opgericht om
de ontwapening mogelijk te maken. Hij
zou de waarborgen bieden van een oplos
sing van alle geschillen door arbitrage.
Duitschland, ontwapend bij het sluiten
van het Vredesverdrag, zou dejor den Vol
kenbond verkrijgen inlossing van de be
loften der geallieerden, dat ook zij; zou
den overgaan tot geleidelijke beperking
der bewapening tot op het peil, waarop
Duitschlands ontwapening gedaald was.
En nu, ruim twaalf jaren na den we
reldoorlog? Zijn we iets gevorderd in de
richting der ontwapening? Blijkt er 'iets
van de verdwijning van het wantrouwen
tusschen de staten onderling?
Wie de vrijmoedige uitingen van de
laatste weken heeft gevolgd, zal tot de
slotsom moeten komen, dat wij op het
oogenblik weer verder van huis zijn dan
enkele jaren terug.
't Is alles wantrouwen, wat de klok
slaat. De staten voelen zich als omsin
geld door vijanden.
Beginnen wij in het Zuid-Oosten. Roe
menië ziet de Russen op Bessarabië loe
ren en vreest een Hongaarsche irredenta
in het Westen en wellicht een Bulgaar-
sche in het Zuiden; Hongarije acht zich
omkneld door de landen der Kleine En
tente; Joegoslavië weet, dat de Italiaan
Dalmatië begeert en zich bondgenootm
verschaft in Hongarije, Bulgarije en Al
banië; de Italiaan op zijn beurt klaagt,
dat Frankrijk in het Westen en Joego
slavië in het Oosten hem alle expansie-
kans benemen'; Frankrijk wijst op het
agressieve Italië aan zijn Zuid-grens en
op het mokkende Duitschland, waar de
revanchelust smeult, aan zijn Oostgrens;
Duitschland treurt over de boeien van
Versailles, die het gesymboliseerd acht
door Frankrijk en België in het Westen,
Polen en Tsjecho-Slowakije in het Oosten;
Polen vreest, dat het te em.i'ger üjjd zal
worden fijn geknepen door een DuHsch-
Russische tang; en Rusland, de keten
sluitend, uit geregeld zijn beduchtheid
voor een omsingelingscoalitie der heele
kapitalistische wereld
Alle zijn zij zeer verontrust over de
toekomst.
Is het wonder, dat ter Volkenbonds
vergadering uiting aan die verontrusting
is gegeven? En dat met meer klem dan
ooit is gevraagd om ontwapening?
Van die ontwapening wacht men .een
verandering.
Maar zie, terwijl over ontwapening ge
sproken wordt, werpt Frankrijk de kwes
tie der veiligheid op de tafel.
Bij de Fransdhe staatslieden domineert
niet de ontwapening. Men beaamt niet,
wat andere staten zeggen: „geen vei
ligheid zonder ontwapening!",, maar het
heet bij hen: „geen ontwapening zonder
veiligheid".
En te Parijs verstaat men onder die
veiligheid heel wat anders dan elders
in Europa. Volkenbondspact, Locarno-pact
en Kellogg-paot bieden Parijs te weinig
waarbergen. Het moet om zioh heen heb
ben landen, die militair of maritiem niet
bij machte zijn iets tegen Frankrijk uit
te richten. Als Italië vraagt pariteit met
Frankrijk op maritiem gebied, beteek ent
dit voor Frankrijk onveiligheid.
Als Duitschland beschikt o-ver een le
ger van 100.000 man, bestaande uit man
schappen met officierscapaciteiten, en
over een nationaal-sooialistische Rijks
dag-fractie van 107 leden1, bezield met
gevoelens van haat tegenover Frankrijk,
dan beteekent dit onveiligheid.
Die bedreiging moet eerst verdwijnen;
pas daarna zal Frankrijk kunnen ontwa
penen!.
Maar op die ontwapening wachten weer
de andere landen, die oordeelen, dat
Frankrijk moet meegaan, en dat het door
meegaan de geëischte veiligheid verkrijgt.
Iu feite komt het hier dus op neer:
Frankrijk wil ontwapenen pas dan, wan
neer heel Europa absoluut weerloos aan
zijn voeten ligt. Dan wil het nog eens
lerdeige onderzoeken, of de weerloozen
ook nog te sterke kruisers hebben. En
pas wanneer Frankrijk ook ten dezen ge
rust kan zijn, zal het ook zijn bewapening
afleggenJ.W.Z. 'twil dat doen tot op deze
hoogte, dat het nog voldoende gewapend
blijft om eventueel zich nog te kunnen
verdedigen, wanneer de weerlooze toch
nog eens de allures van een aanvaller
zou willen aannemen.
Men proeft, dat geen .der andere Eu-
ropeeische mogendheden in deze onrede
lijke edschen van Frankrijk kan toestem
men.
En zoo blijft, men in een viciieuzen cir
kel ronddraaien, welks helften Jiaoten
„geen ontwapening zonder veiligheid" en
„geen veiligheid zonder ontwapening".
Het is tragisch. Te tragischer, omdat
1 op deze wijze geen oplossing mogelijk is.
4 Al voor den vierden keer uit de ont
wapeningscommissie den wensch, dat de
groote ontwapeningsconferentie „weldra"
zal bijeenkomen, Maar ze is zelfs niet bij
machte een datum te noemen.
Eindhoven betrekt gas van de mijnen. In tegenwoordigheid van tal van autoritei-
ten heeft de opening van den nieuwen toevoer en de sluiting der oude retorten
plaats gehad. Het sluiten der oude gasleidingen.
Vrij naar het Engelseh.
28)
„Wanneer men in het leven treedt, be-
•neigint men met alles rooskleurig te beschou
wen; dat is in zekeren zin wreed. Dan
ga je ontdekken, dat alles niet zoo mooi
is, als het wel lijkt, en men wordt zwart-
gallig en cynisch. Ook dat is min of meer
wreed. Doch wanneer men het leven en
de wereld leert kennen, en men krijgt
meer inzicht zoowel in het een als in de
ander, dan leert men verstaan, dat alles
zijn goede en slechte zijden heeft. En dat
er geen aanleiding is voor gloeiend opti
misme, noch voor somber pessimisme".
„Wat kun je de dingen toch raak zeg
gen!" riep Isabel uit. „Je schijnt al de
gedachten te koesteren, die ook wel eens
door mijn hoofd gaan, doch die ik ver
geefs geprobeerd heb onder woorden te
brengen. En weet je, wat ik ook fijn vind?
ab Dat je steeds recht op het doel afgaat en
altijd vertelt, wat je denkt".
Paul glimlachte, „Niet altijd",
„Wil je daarmee zeggen, dat er een
Blauwbaardkamer in je hart is, waarin
zelfs ik geen blik mag slaan?"
„Ja".
„Maar ik wil erin zien", zeide Isabel
koppig.
„Onmogelijk althansnog niet".
„Zal ik ooit de gelegenheid krijgen?"
„Ik durf het niet zeggen. Het zal er
van afhangen, of je bereid bent, geduld
te oefenen. Doch, waarvoor je me zelf
waarschuwde men moet belangrijke
dingen nooit onverwijld doen."
„Ik dacht, dat ik elk hoekje en gaatje
van je hart kende; doch het schijnt, dat
je er nog een speciale afdeeling in hebt,
zooals de gruwelkamer bij Madame Tus-
saud; en men moet een halve shilling
extra betalen, om toegang te krijgen".
„Met dit verschil, dat het geen gruwel
kamer is, en dat een halve shilling niet
genoeg is".
„Maar ik heb niet meer".
„Ik weet wel beter, juffertje; boven
dien is het voor mijzelf wel van toepas
sing, en het is mijn taak, de entrée te be
talen. En daarom ben ik al aan 't spa
ren en tracht een extraatje te verdienen
met stomme verhaaltjes te schrijven".
„Zou je denken, dat het me werkelijk
zou boeien, wat ik erin zou zien?" vroeg
Isabel,
„Ik weet het niet",
j De Babylonische spraakverwarring te
I Genève begint zich hoe langer hoe meer
t af te teekenen
Zouden we daarin Gods hand niet raoe-
ten zien?
Bij de oprichting van den Volkenbond
en nog jaren er na, zelfs nog 't vorig
jaar, hield men peer idealistische spee
chen. De groote staatslieden zouden den
wereldvrede brengen,, 't Was in hunne
speechen altijd: „Zie op ons. 't Zal gaan
gebeuren".
Maar God, Die de teugels van het we
reldbewind in handen heeft, zag vanuit
den hO'Ogen hemel, die mensche'ijke bou
wers bezig. In eigen kracht bouwend aan
een wereldbouwwerk, dat het een'rum
van welvaart, en vrede en b'ijdschap zou
worden. Dat een paradijs zou brengen.
Een bouwwerk, welks sp'ts tot den he
mel zou reiken, zoodat de hemel op de
aarde neerdaalde en de aarde tot rlen
hemel opsteeg. En zie. Hij heet een
spraakverwarring onder de bouwers ge
tracht. En nu dolen ze rond, elkaar niet
meer begrijpend
Wanneer wij de zaken zoo zien, dan
zal er Ifj ialle ongerustheid en alle on
rust gevonden worden een rusten in God,
Die door de Geneefsche verwarring Zijn
raadsbesluit uitvoert.
Gistermiddag vergaderde de Gemeente
raad van Goes in spoedeischende zitting
onder voorzitterschap van den Burge
meester. Afwezig de heieren Van .Bommel
van Vloten en Van Poelgeest.
Conversie van geldleeningen
De voorzitter stelt allereerst aan de or
de eien voorstel van B. en W. om een
leening pro resto groot f 1.062.266,35
h 5 pet te converteeren ..in een leening
a 4 pet. In verband met uitgaven voor
gaslevering aan Kapelle, voor de ver
bouwing van het "Beursgebouw èn van
het pand in de St Adriaanstraat, voor
werken aan de standplaats- voor de auto
bussen, enz. stellen B. en W. voor, bij
de Bank-Associatie tegen 4 pet te leenen
f 1.288.000.
B. en W hebben bij andere Banken
geïnformeerd, maar kregen nergens een
gcedkoopere aanbieding. De Bank der
V'.reeniging van Nederlandsdhe Gemeen
ten noemde de aanbieding der Bank-
Associatie zeer voordeelig.
De heer Van Vloten, voorzitter der
Fin. Commissie, had een schrijven aan
B. en W. gezonden, waarin hij! de lee-
nigsvoorwa,arden acceptabel achtte. De
vraag kan natuurlijk gesteld worden, of
wachten nog niet voordeeliger condities
mogelijk maakt, maar dhr Van Vloten
wilde zich in dit opzicht niet aan voor
spellingen wagen. In ieder .geval is deze
conversie zoowel voor rijk a's gemeente
voordeelig (de oude leening betreft voor
schotten aan woningbóuwvereenigingen),
terwijl de positie der woningbóuwvereeni
gingen erdoor verbeterd wordt.
De voorzitter deelt nog mede, dat de
Departementen van Financiën en Arbeid
geen bezwaar hebben tegen vervroegde
aflossing van woningbouwvoorschotten.
Dhr Simons juicht het voorstel toe en
prijst de activiteit van B. eni W. Het is
voor de gemeente een belangrijk voor
stel.
Het wordt hierna zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
W ij z i g i n g uitbreidingsplan
1924. Eender discussie of hoofd, stem
ming wordt thans definitief vastgesteld
het in de vergadering van 24 Juli 1930
voorloopig gewijzigde Uitbreidingsplan
1924.
De Licbtstoringen. De Voorzit
ten doet nu enkele mededeelingen over
de tusschen Burgemeester en Wethouders
en het bestuur van de P. Z. E. M. ge
voerde correspondentie betreffende de
licbtstoringen op den laatsten kermis
avond en Jijidens de Kon.-feesten. 'tBe>-
stuur van de P. Z. E. M. betreurt deze
storingen buitengewoon. Ze hadden twoei-
erlei oorzaak: de overbelasting der trans
formatoren (tijdens de feestweek was de
omvang der feestverlichting zoodanig, dat
de belasting verre de verwachtingen over
trof) en de foutieve werking der schake
laars. De oorzaak van dezen laatsten
factor is tot op heden onbekend, maar
is in geen, geval te zoeken in een ver
keerden aanleg, zooals B. en W. in hun
schrijven laten doorschemeren. Zooveel
„Maar wat zou je er van denken?"
„Misschien, misschien niet".
„Je kunt me er toch wel vast wat van
vertellen. Toe, waar lijkt het op?" drong
zij aan.
Paul dacht een oogenblik na. „Het
beeft wel iets van een gewone spiegel",
zeide bij ten laatste. „Inderdaad, men
zou eigenlijk het verschil niet kunnen
zien".
Isabel lachte. „Je houdt me voor den
mail"
„In dit geval stellig niet".
„Daar gaat de gong! "We moeten ons
haasten, anders zijn we te laat aan ta
fel".
Aan de lunch werd Paul geheel in
beslag igenomen door lord Wrexham, die
zijn meening wilde weten over een nieuw
systeem van drainage, waarvan hij een
hooge opinie had. En zoo wisselde hij
geen woord meer met Isabel, eer ze sa
men een middagwandeling gingen doen
in het park.
„Zat lord Wrexham weer zoo vreese-
lijk over landbouw te zaniken?" opende
Isabel het gesprek. „Wanneer hij iets
gaat uitleggen, valt men er bij in slaap".
„Toch is hij een beste kerel", antwoord
de Paul; en zijn gesprekken zijn heusch
wel de moeite waard, als men er zioh
maar niet voortdurend op zat te spitsen,
mogelijk zal de zekerheid van stroomleve-
ring worden bevorderd.
i B. en W. hebben later de P. Z. E. M.
1 in antwoord op dezen brief nogmaals
geschreven, omdat zij het op sommige
i punten met de Directie der P. Z. E. M.
niet eens waren, maar antwoord hierop
i is nog niet ingekomen.
Rondvraag. Dhr Buijs vraagt ver-
betering der straatverlichting in sommi
ge deelen der stad. Vooral in de Wiihel-
minastraat komt er van de straatverlich
ting door de boomen niet veel terecht.
Dhr Eckhardt antwoordt, dat de straat
verlichting reeds de aandacht der gas-
«fromrnissie heeft. Dezer dagen zal door
haar, in gezelschap van den Commissa
ris van Politie bij avond een inspectie
tocht worden gehouden.
Dhr Potter vindt het in het belang der
kakkers gewenscht artikel 7 der B.andver
ordening te wijzigen.
De voorzitter antwoordt, da,t op zijn
lastgeving de bakkerijen op geregede tij
den worden gecontroleerd ter voorkoming
van brandgevaar.
Dhr Eckhardt meent, dat art. 7 n'H
slaat op beetelucht ovens. Ook we h. v.
j Melle zegt, dat hel brandgevaar voor
namelijk schuilt in de bakkerijen, waai
men takkebossen stookt.
Dhr Simons wil waarschuwingsbordc
om jangzaam te rijden bij de R. K.
school aan de Vlasmarkt. De voorzitter
zegt overweging toe.
Dhr Crucu vraagt, wanneer er elec-
trisch licht in de Violenstraat 'komt.
Verschillende bewoners hebben het aan
gevraagd, maar hoo-ren niets.
De Voorz. deelt mede, dat er tusschen
B. en W. en het Dag. Bestuur der P. Z.
E. M. een accoord is getroffen over de
verdere ondergrondsche ©Iectrificatie 'der
stad. Het wachten is nu op den Raad
van Bestuur der P. Z. E. M. Vereenigt
die er zioh mee, dan komt het voorslel
ook in dezen gemeenteraad.
Dhr Cruoq: Vervallen dan ook de pa
len in den Bergpad?
De voorzitter: Ik hoop het, maar ik
weet het niet.
Nadat de heer Van der Does nog heef'
aangedrongen op beveiligingsmaa rege en
tegen afwaaiende pannen van een on
bewoonbaar verklaarde woning in de Ro
zemarijnstraat, sluit de voorzitter de ver
gadering.
Aan het postkantoor Krabbendijke
en de daaronder ressorteerende hulppost
kantoren werd gedurende de maand Sep
tember 1930 ingelegd f3887.90, terugbe
taald f 2395.24.
Athletiek. Zaterdag a.s. houdt
de Zeeuwsche athletiekbo-nd een wed
strijd voor adspiranten op het gemeen
telijk sportterrein, waarbij de deelnemers
.verdeeld zijn in klasse A, jongens van
14 en 15 jaar welke 80 M. snelloopen,
hoog- en verspringen met aanloop en ko-
gelstooten op het programma hebben en
klasse B, jongens van 16 jaar, die be-
Wat ik de vorige week schreef over de
opname van een artikel van den leider
der Liberale partij in een liberaal blad
als ingezonden stuk, heeft doel
getroffen.
Ten deele althans.
De „Goesche Crt." heeft de schoen
die ik had neergezet aangetrokken en
komt nu verklaren, dat mijn opmerking
geen hout snijdt, omdat dit blad niet
neutraal is en niet liberaal,
maar vrijzinnig.
Als ik me niet al te zeer vergis werden
tot nu toe in verkiezingsdagen de libe
rale candidalen door de „G. Crt." aan
bevolen. Vandaar dat ik meende met een
liberaal blad te doen te hebben. Nu
blijkt echter dat ik 't mis heb gehad.
Er zijn anderen die de „G. Crt.". als
een neutraal blad beschouwen.' Ik
weet wel dat dit een heel verkeerde op
vatting is, maar 'tdoet me toch genoegen
dat de redactie zelf verklaart dat derge
lijke menschen 'tmis hebben en dat het
blad de vr ij zinnige beginselen voor
staat.
Nog liever zou 't mij geweest zijn als
de vrijzinnige „G. Crt.", die een artikel
van niemand minder dan Mr Fock als
een „lezenswaardige beschouwing van een
politieken publicist" onder ingezonden
stukken wegstopte, zelf eens .haar
oordeel had gegeven over de misleidende
en gevaarlijke pe'itionnementsaciie, maar
men kan niet alles tegelijk verwachten.
Voorloopig ben ik met het bereikte
resultaat tevreden.
OPMERKER.
halve het bovenstaande ook speerwerpen
tot taak zullen hebben. Deelgenomen zal
worden, door adspiranten van de ver-
eenigingen „Marathon" te Viissingen; Wil-
helmina, Achilles en E. M. M. te Mid
delburg.
Het bestuur van genoemden bond heeft
beslo'en h t kampioenschap k. ge'stooten
en speerwerpen voor dames, resp. toe
te kennen aan de dames R. Kampman
van Marathon en L. Groenewege van
Achilles, zoodat niet erkend is dat mej.
M. van Driel deze beide kampioenschap
pen op haar naam krijgt.
Op verzoek eervol ontslagen we
gens langdurigen militairen dienst de lui
tenant kolonel A. M. Mol, van den staf
der ze:ds infanteriebrigade, commandant
van het indeelingsbataillon te Middel
burg.
HET RADIOWOND'ER noemt
men in vakkringen het nieuwe N.S.F.-
toestel, de Hilversum 3 (f195). Hoofd
agent- J. M. Polderman, Goes. (Adv.)
Hansweert. Gistermorgen 'had een aan
varing plaats in den Biezelingtschen
Ham itusechen de voor Londen bet-
steunde motorsehoener „Irene" en de
sleepboot „Papin". Beide schepen bekwa
men belangrijke schade. De „Papin"
heeft de reis naar (Dordrecht kunnen
De moordzaak te Rotterdam waarbij, Mej. Maliepaard gedood werd, is spoedig op
gehelderd dank zij het doortastend optreden der politie. Hierboven de inspec
teurs die het onderzoek leidden. Tweede van rechts de inspecteur v. d. Berg.
met een zeker iemand te praten".
Isabel lachte. „O, maar als hij zoo be
gint te betoogen over zijn landbouwaan-
gelegenheden„ vind ik hem altijd verve
lend".
„Weet je wel. dat degene, 'dde je izoo be
schuldigt, een diepe bewondering voor je
heeft?"
Isabel haalde onverschillig de schou
ders op. Dat is wel mogelijk. Dat komt
meer voor op dién leeftijd, 't Zou me
niets verbazen, als jij me ook bewonder
de, als je zoo oud bent als lord Wrex
ham".
„Mij ook niet", antwoordde Paul.
„Ik geloof, dat ik het van jou wel zou
waardeeren".
„Waarlijk? Dan zal ik er mijn best
voor doen. Ik span me altijd in, het je
naar den zin te maken, hoe moeilijk het
ook is".
Ze lachte. „Ik kan niet zonder bewon
dering", zeide ze.
„Dat is zoo de aard van 't beestje".
„Toch ben ik niet een van die vrou
wen, die zich bij alles en iedereen steeds
op het eerste plan plaatsen. Ik kan ze
niet uitstaan".
„'Is ook niet sympathiek", gaf Paul
toe.
„Maar zoo ben ik toch niet, wel?"
„Neen, je vindt het aangenaam, als
men je bewondert en je getroost je heel
wat moeite om dat te bewerkstelligen.
Doch overdreven ben je in 't geheel niet.
Ik geloof niet, dat je verwachten zou, bij
iemand één te zijn, als die persoon in
kwestie niet nummer één voor je zelf
was. In dat geval heb je er natuurlijk
ook aanspraak op".
„Het ie zoo hoe goed verstaan we
elkaar. Neen, ik heb er in 't geheel geen
behoefte aan, dat iemand zijn leven zou
op het spel zetten om mij te laven met
de wateren vein Bethlehem; al® een man
maar wellevend en voorkomend voor me
is, en me aan tafel wil geleiden of een
verfrissching brengen op een avondpartij,
ben ik tevreden."
„Ik moet zeggen, dat je eischen al heel
redelijk zijn."
„Daar ben ik blij om. Want om je de
waarheid te zeggen, mijn zin voor rede
beschouw ik als één mijner beste trek
ken."
„En toch," antwoordde Paul, „al die
„redelijkheid" van je spruit uit onver
schilligheid voort; het oogenbli'k, dat je
hartje er zich mee gaat bemoeien, zul ja
net zoo onredelijk worden als de rest."
Isabel's voorhoofd rimpelde zioh „Wait
kun je leelijk doen."
(Wordt vervolgd.)