DE ZEEDW Van een arm dorp, dat rijk werd TWEEDE BLAD Staten-Generaal FEUILLETON Uit de Provincie. J3k, UTAH VRIJDAG! 1 AUG. 1930. Nr 225. EERSTE KAMER. Het Suikerwetje aangenomen. De afkondiging niet voor 10 Aug. De behandeling van het z.g. Suiker- wetje wordt voortgezet. De heer Koster, Lib., betoogt, dat er voor gezorgd dient te worden, dat de vooideelen van het ontwerp terecht ko- men bij de bietenverbouwers. Het bezwaar van het ontwerp is, dat de 'Centrale Sui- kermaatsdhappij kan gaan dreigen- zelf te raffineeren en door haar dreigement voordooien kan behalen, die bij de verbou wers beboeren. De beer van Embden, V.-D., be- strijdt het ontwerp ©n vraagt, waarom de consument het gelag moet betalen. Spr. wijst eir op, dat de consument jaren lang gezucht beeft onder de hooge prijzen, toen de landbouw groot© winsten maakte. Die heer Sm een ge, Lib., wenschte verlaging van de spoorwegtarieven voor het bietenvervoer ten einde tegemoet te komen aan de binnenschipperij. De heer Van Citters, A.-R. is niet enthousiast over het ontwerp, dat hij echter zal aanvaarden. Hij acht het stand punt van de regeering in. de huidige crisis te berustend. De Minister van Financiën, de heer De Geer, meent, niet zeer uit voerig behoeven te spreken, omdat het meeste, dat hij ter verdediging zou willen zeggen, reeds op voortreffelijke wijze door anderen is opgemerkt. Spr. dankt voor dien steun. De heer Van Lanschot vroeg, of de regeering inlichtingen kan geven omtrent toekomstige plannen. De regeering kan dat op het oogenblik niet; zij moet een en ander rustig overwegen en behoeft den steun der Staten-Generaal, dien zij thans niet op korten 'termijn kan vragen. Men moet echter niet vergeten, dat een crisis, als thans de wereld teistert, niet door regeeringsmaatregelen kan worden bedwongen, doch ten hoogste verzacht. Int.usschen moet men onderscheiden tus- schen crisis-maatregelen en algemeen© maatregelen. Het spreekt vanzelf, dat laatstbedoelde maatregelen, die voor alle tijden gelden, moeten worden genomen. Wat in de memorie van antwoord stond, sloeg echter alleen op crisismaatregelen. De heer Wibaut heeft den gedachten- gang der regeering ten onrechte aldus weergegeven: het karakter van de 'kwaal wil ik niet onderzoeken, ik geef slechts een pijnstillend middel. De regeering heeft bedoeld, dat met dit middel niet gewacht moet worden tot er eenstemmigheid heerscht over de diepere oorzaak van het euvel. De heer Wibaut heeft in zijn rede meer dan eens argumenten bestreden zonder op het verband te letten, waarin die argu menten waren gebruikt. Zoo zeide hij tot Hen beer v. d. Bergh. dat hij op diens gezag gaarne geloofde, dat de onderne mers de hoofden bij elkaar zullen steken. D© heer v. d. Bergh heeft juist over die samenwerking gesproken, omdat zij in het belang van de consumenten zou zijn. en geenszins bedoeld zou worden om de consumenten te villen, zooals de heer Wi baut scheen te 'veronderstellen. De regeering beeft maatregelen geno men. om de belanghebbende groepen tot elkaar te brengen. Zoo is op baar initi atief j.l. Maandag een bespreking gehou den tusschen de suikerfabrikanten en de suikerwerkfabrikanten over de levering van suiker aan' de laatsten. Er is over eenstemming bereikt. De heer Koster, Lib., Votor hoe lang? De Minister: Er is een algemeens gedragslqn uitgestippeld voor onbepaalden tijd. l Op een andere vraag, of er waarborgen zyiri, dat het voordeel aan de boe door H. K i n g m a n s. 49) _0- Hertha liep door naar het vertrek, dat zij zoo goed kende. Het was een mooie zitkamer, goed gemeubileerd. Bovendien had de fijngevoelige Van Binsbergen nog verschillende verfraaiingen aangebracht. Z(jn slaapvertrek was er naast gelegen. Maar na de laatste inzinking had hij verzocht, zijn ledikant in de zitkamer te brengen, waar meer zon kwam, welk verzoek hem gul was toegestaan. Hij lag met het gezicht naar de deux gewend. Fn over zijn bleek, ingevallen scherp gelaat met de hol in hun kassen staande oogen, gleed een glimlach, toen hij Hertha ontwaarde. Hij stak de beenige hand uit, die Hertha, te vol, om te spre ken, greep. Lang hield hij die slanke hand vast Dan greep Hertha een stoel en zette zich naast hem. De deuren aan het eind van het vertrek, deuren, die toegang ga. ven tot een tuintje, stonden open. Maar er kwam niet één zuchtje naar binnen. Want er was geen aasje wind. In het vertrek hing even een beklemmende stilte. De oogen van Van Binsbergen rustten kerfabrieken et belang beeft, <3s® bie-- tenbouw in stand tie houden., -en dat zij reeds getoond heeft, daar prijs op te stel len door het betalen van een hoogeran prijs. De heer Smeenge kan omtrent den da tum van afkondiging gerust zijn; de afkon diging zal zeker niet voor 10 Aug. ge schieden. De belangen van de binnen schippers pleiten warm voor de aanne ming van het ontwerp. De opmerkingen van den heer Smeenge over de vracht tarieven zal spr. overbrengen aan zijn betreffend en ambtgenoot. De vraag is gesteld, of het bedrag van het compenseerend invoerrecht niet ver uitgaat boven de nadeelen van den accijns. Een juiste taxatie daarvan is niet te geven. Maar van overwegend belang is, dat bij alle andere artikelen de marge tusschen accijns en invoerrecht veel hoo- ger is dan thans voor suiker wordt voor gesteld. Spr. herinnert aan de verhooging van het invoerrecht op bier, waarbij mi nister van Gijn deze verhooging als com pensatie beschouwde. Van een precedent kan men hier niet spreken; de wijze waarop de rëgeering het ontwerp heeft gemotiveerd, snijdt haar den pas af, dit te beschouwen als een precedent. Natuurlijk kan de regeering later andere rechten op andere argumenten voorstel len, maar dat kan zij ook doen zonder dit ontwerp. Zij kan hieraan geen argu ment ontleenen. De afschaffing van de opcenten op de grondbelasting, waarvan de heer Van Cit ters sprak, zal op den duur wel komen, maar baar te doen geschieden als cri sis-maatregel daarvoor schrikt spreker te rug. Wat zal de Eerste Kamer doen? Spr. heeft in adressen van Kamers van Koop handel gelezen, dat de Eerste Kamer zoo goed gedaan heeft door de verwerping van bet voorstel-v. d. Heuvel en dat zij nu ook dit ontwerp moet verwerpen. Men heeft dan blijkbaar de debatten slecht gevolgd. Een deel van de tegenstemmers beeft door tegen te stemmen juist be doeld bij de regeering aan te dringen, zelve de zaak ter hand te nemen. Het ontwerp wordt aangenomen met 24 tegen 17 stemmen. Tegen stemden de sociaal-democraten, de vrijzinnig-democraten en de beeren Pollema, G.H., Ter Haar, C.H., en v. d. Lande, R.K. De voorzitter zegt, dat bet zich laat aanzien, dat de Kamer dit zittings jaar niet meer bijeen zal komen. Spr. wenscbt den leden een aangename vacan- tie. Daarna wordt de vergadering gesloten. GEZOND BLIJVEN door Phi lips hoogtezon voor huiselijk gebruik. Vraag bet Uw buisdokter I Verkrijgbaar by J. M. Polderman, Goes. Tel. 129. (Adv.) Vrij willige Verkeersin- spectie in Zeeland over 1929. Door de Vrijwillige Verkeersinspectie wer den in dit verslagjaar 225 ritten gehouden. Op 1 Januari 1930 bedroeg het leden tal 153. Tal van verkeersovertredingen werden geconstateerd: Tijdens de inspectieritten werden 32 waarschuwingen gegeven en werden 93 processen-verbaal opgemaakt. De leden der Verkeersinspectie kunnen met tevredenheid op hun werk terugzien. De anarchie, die er voor de oprichting op verkeersgebied bestond, is belangrijk verminderd, sinds geen enkele weggebrui ker er meer zeker van is, of zich niet een politieman in een hem passeerende automobiel bevindt. Vlissingen. Woensdag werd hier in dein tuin der Willeim III kazerne de Chr. GerefL Zendingsdag gehouden. Ds Tolsma van Zaamslag opende de bijeenkomst op de gebruikelijke wijze en sprak een openingswoord. Ds Gruppen van Zwaagwesteinde sprak over: „Om één ziel". W ij letten op de massa, en vergeten ren ten goede komt, antwoordt spr. dat onafgebroken op Hertha. „Hoe gaat het, Van Binsbergen?" vroeg Hertha, eindelijk de stilte verbrekend. Haar stem stokte. Want zij dacht aan de diep aangrijpende tragiek: geen vader, geen moeder, geen broers of zusters, geen vrouw of kinderen.... eenzaam was hij hier weggeteerd. Hij lachte weer dien overgegeven glim lach, dien Hertha haar gansche verdere leven niet zou vergeten. „Het gaat goed met mij, zuster. Ik wacht rustig, tot Jezus mij halen komt En dat duurt niet zoo lang meer". „Ik denk 'het ook, Van Binsbergen", zei Hertha. „Het zal niet lang meer duren. Ik dank je voor alles, wat je voor mij bent geweest. Je hebt mij niet alleen in het werk op Zeeduin krachtig gesteund, maar je hebt mij persoonlijk ook geleerd, dat wij niet tegen Gods doen moeten in gaan". Van Binsbergen maakte, voox zoover hem dat mogelijk was, een afwerende be weging en richtte zioh wat op. lleriha wilde hem dat beletten, maar hij' fluister de, glimlachend: „Laat dat maar, zuster. Het geeft niet meer voor mij. Ja", Her tha schikte de kussens, „ja, graag een kussen". Zoo, half zittend en half liggend, zag hij, met een glimlach, die niets aardsoh meer bad, Hertha aan. de Centrale Suiker-Mi! met "haar elf sni tten eenling. Jezus Christus heeft ons een ander voorbeeld nagelaten in de geschie denis van de Kananeescihe vrouw. Jezus verliet het bondsvolk en ging naar het Galitea der Heidenen om één enkele ziel j te redden. 1 i Al winnen wij maar één ziel op ons I Zendingsterrein, dan beeft de zending al j aan haar doel beantwoord. Broeder Bik- I ker is Gods instrument geweest voor meerdere zielen. Straks komen de eenlingen bij' elkaar. Dan is het één schare, die niemand bedleon kan. Met een hartelijke en dringende op wekking tot steun met gebeds-, finaneiëele en moreele gaven, besloot spr. zijn rede. De weersgesteldheid dwong nu tot het .verlaten van den tuin. De bijeenkomst werd voortgezet m een der groot© zalen. Nu verkreeg het woord ds H. Hoogen- doorn van Zierikzee met het onderwerp: „Een kracht Gods" naar aanleiding van Paulus' woord: „Ik schaam mijl het evan gelie van Christus niet, want het is een kracht Gods tot zaligheid, een iegelijk die gelooft". Aan Paulus zelf was het Woord tot een kracht Gods geworden op Damascus' weg. Toen ook moest hij van die kracht getui gen voor de heidenen. Eri® moet uitkomen, dat er ook in ons hart een kracht gewerkt beeft. Spreker houdt niet van de dusgenaamde gezel- schapsmenschen, die daar vroom praten en een zendeling licht durven noemen. Gods Woord is niet een kracht, maar DE kracht, onweerstaanbaar tot zaligheid. Nadat gezongen was Ps. 84:3, werd de morgenbijeenkomst gesloten. Te twee uur werd de vergadering weer heropend. Ds L. H. v. d. Heijden van Den Haag sprak nu over „Onder alle heide nen Uw heil". De Zendingskerk, aldus Spr., is aller eerst een biddende kerk. Zij bidt in Ps. 67:2 eerst voor zichzelf. Deze drievou dige bede heeft tot doel „opdat men op de aarde uwen weg kenne, onder alle heidenen uw heil". De heidenen kennen den weg des heils niet. Dat moet de kerk dringen tot mede lijden, tot het uitdragen der heilsbood schap. De kerk moet haar zendingsroeping bewust zijn en bidden gelijk in Psalm 67, met 't doel, dat zij steeds meer licht ver spreide. Na het zingen van Psalm 67:1 en 3, trad als tweede spreker op de heer Ge- leinse, a.s. zendeling der Chr. Geref. Kerk. Zijn onderwerp luidde: „De zegen der geslachten." Een der eerste 'zendingsbeloften is die aan Abraham, Gen. 12:3: „In u zuilen alle geslachten des aaxdrijks gezegend worden." Bij dit woord was het eerste spruitje van de Moederbelofte zichtbaar gewor den. God was bezig om een groot volk te formeeren, voorbereid om bet licht van Gods genade te bewaren, maar ook straks te doen uitstralen over alle geslachten. De volkeren, ontstaan na Babels spraakverwarring, liepen gevaar te ver geten dat ze uit éénen bloede waren. De Heere bad echter de belofte niet vergeten. God wil de gescheidenen ver binden. Hij is de God niet slechts van Abraham, Isaak en Jacob, maar van alle geslachten. Nu heeft de kerk de taak om Gods Woord uit te dragen. In vurige woorden wekte spreker nog op om steun voor zendeling Bikker en hemzelf, waar hij binnenkort naar In- dië hoopt te vertrekken. Als laatste spreker trad op ds H. Jan sen, leger- en vlootpredikant. We houden geen zendingsdagen voor de dubbeltjes. Er moet een geestelijk prin ciep aan ten grondslag liggen. Anders gaat Christus er uit en de Mammon er in. Het gaat niet om de massa-opkomst. Gaat één ziel van een zendingsdag met de belijdenis; „Zoo als vandaag heb ik nog nooit in mijn ziel gevoeld de nood zakelijkheid van zending", dan is de zen dingsdag niet in het water gevallen. Prof. Treub heeft berekend, dat Neder land uit Indië aan winst heeft 500 millioen gulden. Slechts één millioen daarvan wordt besteed aan de zending. Daarom drong spreker met klem er op aan, onze roeping te verstaan. „Ik moet u danken", zeide hij dan. „Ge hebt ons hier in Landdorp beschaamd. Wij hadden allang het werk in Zeeduin moeten aanvatten. Er zijn daar, naar ge bleken is, veel menschen, die Gods dier baar Woord willen hooren. Gij zijt het geweest, die hebt aangepakt. Wij moes ten ons schamen Hij hield op. Het spreken vermoeide hem zeer. „Je moet niet zooveel praten, Van Bins bergen. Het is niet goed". „Nu niet eens verpleegster zijn", glim lachte hij. „Het geeft immers voor mij niet meer? Laat mij maar praten. Als ik moe ben rust ik wei. Ik ben zoo blij', dat ge gekomen bent „Maar ik zou vanmiddag vast gekomen zijn", verzekerde Hertha. „Ik ben 's mid dags toch altijd in Landdorp?" Dat weet ik wel. Maar dan kon het misschien te laat zijn. Ik kan elk oogenblik worden gehaald. Het is niets. Ik ben bereid. Mijn zonden zijn mij vergeven. Straks lijd ik niet meer. Maar zoo graag had ik u nog even ge sproken. Daarom ben ik zoo blij, dat u nog even gekomen zijt. Je bent voor mij veel, veel geweest." In cenen had hij het stijve „u" laten varen en den vertrouwelijken vorm aan genomen, wat Hertha dien middag trou wens onmiddellijk had gedaan. „Veel ge- Staande zong men broeder Geleinse hierna tos Psalm 121 vers 4. Nu besloot ds Jansen dezen goed geslaagden zen dingsdag met gebed. I Schore. Donderdagavond vergaderde de Raad dezer gemeente. Allereerst spreekt de voorzitter enkele woorden, naar aan leiding van het overlijden van het raads lid C. Boonman. Spreker zegt, dat de beer Boonman was een goed en waardig raadslid, die steeds met ijver en toewij ding de belangen der gemeente Schore heeft gediend. Hierop worden onderzocht de ingekomen geloofsbrieven van het nieuwe raadslid B. C. H. van der Borgt en wordt tot diens toelating besloten. De beer Van der Borgt legt hierop de ver- eischte eeden af in handen van den voor zitter. Medegedeeld wordt dat de Minister van Waterstaat heeft bericht, dat het perso neel, werkzaam aan de Schorebrug, is opgedragen zooveel mogelijk rekening te houden met de belangen van het landver- keer bij het openen van genoemde brug voor de scheepvaart. Brugopeningen, welke langer dan 15 minuten duren, komen echter hoogst z elden voor. Dit laatste is gebleken bij een ingesteld onder zoek. In de plaats van mej. H. F. de Korte, wordt tot lid van de Commissie van de Commissie van Toezicht op het lager onderwijs in deze gemeente be noemd de heer P. Deurloo. Met algemeene stemmen wordt besloten een gedeelte van den Schoorschzouteweg (oprit nabij den Zanddijk) te verkoopen aan het Rijk voor 25.zulks in verband met den aanleg van den nieuwen Rijksweg Kapelle Noord-Brabantsche grens. Aangeboden wordt de gemeente-reke ning over 1929 met voor den gewonen dienst een ontvang van 29.650.84, een uitgaaf van 28.860.56^ en een batig slot van 790.27^ en voor den kapitaal- dienst een ontvang van 13.576.60, een uitgaaf van 13.561.30 en een batig slot van 15.30. Met algemeene stemmen worden goedgekeurd een wijziging der begrooting voor 1929 van het Burgerlijk Armbestuur te Schore, de rekening van dat bestuur over 1929 met een ontvang van 7661.57, een uitgaaf van 7342.34H en een batig slot van 319.22 Yn, en de begroeting van dat bestuur voor 1931 met een ontvang en uitgaaf van 4583.50H. Ook wordt goedgekeurd de begrooting voor 1931 van den Keurings dienst voor vee en vleesch, met een ont vang en uitgaaf van 6166.50. Na breedvoerige toelichting werden met algemeene stemmen aangenomen de voor stellen van B. en W. tot reorganisatie van het plaatselijk belastingstelsel in ver band met de nieuwe financieele verhou ding tusschen het Rijk en de gemeenten. De gemeente wordt gerangschikt ia de achtste klasse voor de personeels belas ting en in de derde klasse voor de ge meentefondsbelasting. Met, ingang van 1931 zullen geheven worden 30 opcentsn op de gemeentefondsbelasting, 60 opcen ten op de personeele belasting en 50 op centen op de vermogensbelasting. De op centen op de grondbelasting blijven be paald op 20 voor ongebouwd en 80 voor gebouwd. Medegedeeld wordt, dat het nieuwe stelsel een belangrijke verminde ring van belasting beteekent voor de in woners dezer gemeente. In de vacature Boonman wordt tot lid van de schattings commissie benoemd de heer G. de Vrieze. Bij de rondvraag informeert de heer Nieuwenhuijse of reeds een chronometer is aangekocht voor de controleering van de snelheid der motorrijtuigen in de kom der gemeente, waarop de voorzitter ont kennend antwoordt. Hierna sluiting. Wemeldinge. Loop der bevolking over de maand Juli. Ingekomen: D. W. Hoe kendijk van Middelharnis naar Oosthoek C 2i; J. Felius van 's-Gravenhage naar Oosthoek C la; M. Feleus van Kapelle naar Vrede Best A 118; J. Meulenberg van Ellewoutsdijk naar Oranjeboomstr. B 72; H. M. Polie van den Bommel, a.b. L. van der Hort van Kruiningen naar Noordelijken Achterweg B 267; F. C. Adriaanse van Enschedé naar Wilhel- minastraat B 107. Vertrokken: I. C. Flipse naar Wissen- kerke, Middenstraat 60; A. Oskamp, naar Haaksbergen Bimroe F 56; J. Jeremiasse naar Kloetinge B 101; G. Schouwenaar naar Grauw en Langendam. Wissenkerke. Bevolking. Ingeko men: 3, Cornelis Steendijk, B 334; 10, He lena Strijd, B 5a; 14, Tannetje van der Weele, A 190; 15, Iman Cornelis Flipse, schilderskn. A 60; 29, Elisabeth Reinhoud B 140. Vertrokken: 3, Wilhelmina de Looff, z. b. naar Princenhage, Bredascheweg 50a; Tannetje Pieternella de Lange, naar Kortgene, Molenpad 48a; 4, Jacobus Jan van den Berge, Bakkerskn. naar Hein- kenszand; 5, Pieter Hendrik Geelhoed, z. b. naar Colijnsplaat, B 68; Lambrecht Paulus van Halst, bakkerskn. naar Kloe tinge; Hendrika Dina Ketelaar naar 's-Gravenhage, Doornikstraat 10; 16, Cor nelis de Goffau, smidskn. naar Veere; 17,. Maria Thona Louwerse, onderwijzeres naar Kapelle (Z.-B.). Haamstede. De gemeenteraad besloot in zijn vergadering van Woensdag 1.1. met al gemeene stemmen tot afschaffing der be staande gemeentelijke opcenten op onge bouwde eigendommen en tot verminde ring der opcenten op gebouwde eigen dommen van 80 op 40. In den regen heeft Tardieu te Parijs bjj de herdenking der Juli-revolutie van 1830 een rede gehouden. weest", herhaalde hij', even rustend „Je moet het heusch omdraaien, Van Binsbergen. Je bent voel voor mij' ge weest. Ik was wel ©ene in opstand, maar jo hebt mij geloerd „Ik was niet een heilige", zeide hij. „Ik heb zweren strijd gehad, jaren geleden. Ik w is t, dat ik zwak blijven zou; ik wist dat ik vrij zeker jong sterven zou. Het was niet zoo eenvoudig, om te berusten. Als ik daar mijn vrienden, kerngezond, promotie zag maken; als ik hen gelukkig getrouwd zag, o, God alleen weet bet, hoeveel slapelooze nachten ik gehad heb; hoe ik heb liggen schreien als een klein kind in opstand tegen vader of moeder: waarom moest i k zóó zijn en waarom ging 'het mijn vrienden voorspoedig Hertha luisterde met smartelijke be langstelling: ook h ij was door het tra nendal gegaan; ook h ij had aanvechtin gen van satan gehad. „Maar", er klonk een juichtoon in zijn Stem, „de Heere liet mij niet los. Hij over won. Ik gaf mij geheel aan Hem. De strijd was gestreden. Wat Hij' met mij' deed, was goed. Ik bereidde mij voor op een vroegtijdigen dood. Zóó kwam ik in Land dorp Hij' hijgde van vermoeidheid. Het klam me zweet stond op zijn voorhoofd. Her tha had diep medelijden met hem. Ze legde haar hand op zijn hoofd. „Zou je wel zooveel praten?" vroeg zij vol liefde. „Laat mij", smeekte hij. „Ik zal nog even rusten". Het was stil in het vertrek, waarin van buiten de zwoele zomerwarmte kwam. „Sluit de deuren", verzocht hij plotse ling. Hertha stond op, schreed naar de deu ren en sloot die geruisohloos. Hij volgde met zijn oogen haar slanke gestalte en glimlachte, toen zij weer zijn bed naderde. „Je bent een vrouw bij de gratie Gods", zei hij min of meer geestdriftig. „Gescha pen om anderen te dienen". „Maar, Van Binsbergen...." „Stil maar, zeide hij. „Misschien is dit een vreemd sterfbed voor je, ik weet het niet. Maar ik weet wel, dat ik over alles praten kan. Ik denk, dat het komt, omdat ik alles heb losgelaten. Er is nu niets, niets meer, dat mij aan het leven bindt, Ik heb God gebeden, mij vandaag nog weg te nemen en bij Zich te nemen. Als Hij het niet doet, is het ook goed. Zijn wil geschiedde". Vermoeid zweeg hij weer. Er verliepen wel drie minuten van pijnlijke stilte. ,,'k Heb je verzocht de deuren te slui ten. Wat ik nu ga zeggen, behoeft nie mand te weten dan God en Hertha Van Landen, (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1930 | | pagina 5