DE ZEEUW
Van een arm dorp, dat rijk werd
TWEEDE BLAD
Uit de Provincie.
Brieven uit de Residentie.
FEUILLETON
VAN
MAANDAG 14 JULI 1930. No. 239.
Dezer dagen heb ik eens een oogeaiblik
gestaan bij het graf van vier mfeaiscthen,,
die ini ons politieke leven een groote
rol hebben gespeeld en wier laatste rust
plaats onder ons wordt gevonden.
Twee rusten er op hetzelfde kerkhof:
Kuyper en Lobman, en de andere twee
elders ook dicht bij 'elkaarThorbecke
en .Troelstra. Het graf van den laatste
is nog maar kort onder ons, op den
steen, dio den kelder dekt, staat nog niets,
alleen een paar kleine potjes met bloe
men prijkten er op.
En bij Thorbecke, èn bij Kuyper èn bij
Lobman valt op de groote eenvoud en
soberheid van de laatste rustplaats. Op
elk graf ligt een zerk, maar met geen
woord wordt daarop gewag gemaakt van
de nationale .verdiensten, die de over
ledene had.
Thorbecke's naam staat op den pteen
boven het familiegraf gewoon tusschen
de andere.
Kuyper is de eerste in de familie-
spelonk en op den steen leest men al
leen: Dr A. Kuyper. Geboren .29 Oct
1837 en in zijn Heere ontslapen den 8
November 1920.
Dat is alles. Hoe veelzeggend dat: in
zijn Heere ontslapen. Het is, of zelfs
dit graf duidelijk zeggen wildoor U, door
U alleen, om 'teeuwig welbehagen!
En op de laatste rustplaats van Loh-
man is het nog soberder. Hij' rust daar
temidden der zijnen en over zijn vrouw
zijn op den steen gebeiteld heerlijke woon
den uit Spreuken .31.
Toch zjjn mannen als Thorbecke, Kuy
per, Lohman, Troelstra, mannen geweest,
die voor Jand en volk iets beteekend
hebben.
Hier is men geneigd om te zeggen,
dat ware grootheid, echte verdienste in
het leven moet blijken en spreken eni
geen behoefte heeft aan de hulde van
het kerkhof, als de mensch gegaan is
naar de plaats, waar geen bezinning is.
Men begrjjpt, dat het staan bij elk der
graven1 mij toch een oogeaablik aan heit
nadenken bracht.
Thorbecke was een geniaal man. Groen
van Prinsterer, zijn eminente bestrijder,
getuigde van hem: een man, zeldzaam
m bekwaamheid .en ..karakter. Hij was
stellig één der grootste mannen, die ons
volk ooit heeft voortgebracht en de
levensspreuk, die hij eens koos, teekent
ook duidelijk heel zjjn levensvisie: Be
proef wat gij worden kunt, en heb den
moed het te zijn".
Het is nu reeds 68 jaar geleden (1872)
dat hii naar zijn laatste rustplaats werd
uitgedragen en jiog leeft in cms Staats
bestel zjjn werk en zjjn geest voort. En
niet ver van zijn graf gingen dit jaar op
hetzelfde kerkhof duizenden voorbjj het
stoffelijk overschot van Troelstra, oom
hem een laatsten groet te brengen.
ThorbeckeTroeïstra, bjf het denken
aan. de beginselen en aa;n het leven van
die twee mannen vermenigvuldigen zich
de gedachten. Er is verschil, veel ver
schil zelfs, maar er is ook overeenkomst,
groote overeenkomst zelfs wat het begin
sel betreft. L 1
En geheel aan de andere zijde der
Residentie zjjn de graven van Kuyper
en Lohman.
Groen van Prinsterer rust op de kleine
begraafplaats: Ter Navolging, aan 'den
Ouden Scheveningschem weg. Evenals bij
Thorbecke is ook bij Groen, van Prins
terer de soberheid van zjjn graf hot ken
merk der ware grootheid van zjjn leven.
Alleen staat er bjj Groen iets op den
steen, dat er .bij Thorbecke niet op zou
kunnen staan, n.l. Openb. VII vers 10
17: het gezicht der martelaren, in de
heerlijkheid.
En dan is er op het graf van Groen
nog het eenvoudige monument in wit
marmer, dat de vereoniging van Christe-
teljjke Onderwijzers onderhoudt, en waar
op staat het woord: Zalig zijn de dooden,
die in den Heere sterven. Hunne werken
volgen, met hen.
35)
door H. King mans.
Eenigen tijd later liep zjj aan da .zijde
van den langen onderwijzer door de
dorpsstraat, om jU® in het midden „te
veriaten en een landweg in te slaan. Zjj
had jjog geen woord gesproken, omdat
zjj .den Jact en de ervaring had, Van
Bmsbergen, die hevig hoestte, nu hij' uit
de warme kamer in de kille avondlucht
kwam, den tijd te geven, om op adem
te komen.
„Pas u op", zeido hjj dan, „stap niet
in den modder. Hier is een verhard
voetpad."
Hij sprak niet over zjjn hoesten en
over zjjn gezondheidstoestand, vermoede
lijk begrijpend, Hat Hertha als ervaren
verpleegster haar conclusies getrokken zou
hebben, zoo er jeeds niet over hem
gepraat was.
Wel was hij yol over het plan, dat ge
maakt was. Èn Hertha juisterde kinder
lijk-blij naar zjjn schorre stom, die vol
vuur sprak over den voorgenomen Zon-
dagtidhoolarbeid.
Op Kuyper's graf alleen dit: in zjjn
Heere ontslapen.
Wie het niet weet, loopt het voorbjj
en in den vacantietijd wordt er meer dan]
eens gevraagd: waar is nu het graf van
Kuyper? En als het dan gewezen is,
zegt men dikwijls: hoe gewoon!
En de zerk boven het familiegraf ligt
daar ook gewoon tussohen de .andere,
maar het ongewone het geheim van
dat rijke leven ligt in die paar woor
den: in zijn Heere ontslapen.
En de zerk op Lohman's graf zegt
over hemzelf niets, hij ligt erg verscholen.
Toch spreken die twee graven.
Want hier liggen menschen, die ook
nog spreken, nadat ze gestorven zijn.
Hun graf behoeft niet te spreken, hun
leven spreekt'. Dat is Gods rjjke genade
aan hen geweest.
Zoo toefde ik een wjjle bij de rust
plaats van groote mannen, die mee onze
staatkundige geschiedenis hebben ge
maakt. Die een voorname rol hebben
gespeeld in het leven van ons volk.
Zjj zjjn nu in <Je rust. Hun namen
worden nog genoemd, hun werk staat er
nog, maar zelf vielen zij weg.
Van wie gezegd kan worden: in den
Heere ontslapen, kan ook gezegd wor
den: hunne werken volgen hen!
Hier beneden eeuwigheidswerlc te mo
gen doen, het is een genade, die weg
gelegd is voor grooten, maar ook voor
kleinen. Voor machtigen van intellect,
maar ook voor de geringen des volles.
Want het graf predikt de vergankelijk
heid van al wat leeft, hoe groot, hoe
hoog van staat dan ook.
Maar voor hem, die zjjn leven .mag
zien als een tijd van zaaien, komt ook
de tijd van deii oogst Want Hij, Die geeft
te zaaien, zal ook geven te maaien. Daar
van1 is dat: in den .Heere ontslapen de
profetie. Niet een vraagteekem, niet den
misschien, maar een uitroepteeken, om
straald door hemelscih licht
J. H.
DE MIJNCATASTROFE VAN NEURODE.
Een gebied van de diqpste ellende.
Aan' een correspondentie uit Berlijn in
de „Maasbode" is het volgende ontleend:
hu het jaar 1927 kwamen er in Duitsdh-
land 8463 arbeiders ,onx het leven. 1935
anderen werden door ongelukken zóóda
nig .getroffen, dat gij niet meer aan den
kost kunnen komen. 125.026 personen
werden tijdelijk buiten staat gesteld hun
arbeid op te nemen. j
In het volgend jaar werden deze of
fers nog wat aangedikt Het g|etal dooden'
steeg met 10, en dat der voorwonden
met 12 pCt.
Het is begrijpelijk, dat 'de publieke
meening ziah door dergelijke ajjfers niet
meer uit haar evenwicht laat brengen.
Daarvoor zjjn zjj te groot Men went „im
mers aan alles en wanneer er geen dag
voorbjj gaat of de kranten bevatten een
paar regels met jobstijdingen, dan hou
den deze berichten al zeer spoedig op
indruk te maken.
Maar soms ziet het publiek zich onver
wacht tegenover een catastrophe ge
plaatst, die hem toch even een koude
rilling over den rug doet lootpkta. Dat
geschiedde b.v. toen uit Neurode teler
grammem binnenkwamen, die over ..oen
ongeluk vertelden, 'dat .in één slag bjj'-
zonder veel menschen uit hot leven weg
gerukt had. In de drukke verkeersstraten!
van Berlijn liepen krantenmannen slente
rend hun waar te verkoopen, en deze
droeg vette letters, waarop het aantal
slachtoffers stond aangegeven. Elke vol-
Sende editie bevatte hoogore getallen en
e menschen, die in de koffiehuizen van
de vermoeienissen .eens drukken dap
zaten ujt t® rusten, lazen tusschen twee
happen van hun vruchten taart die klim
mende cijfers, schudden het hoofd, om
vertelden malkanderen zelfs, dat m het
verschrikkelijk vonden. Daarna gingen ze
weer tot hun moppen of de rest hunner
conversatie over en was de zaak voor
hun afgedaan.
Maar verschrikkelijk is het daar in
Neurode en omgeving. Niet zoo zeer van
wege den dood, dan wel van het leven.
Neurode grenst n.l. aan Waldenburg en
in Waldenburg heerscht om verschillende
redenen al bereids lang tastbare efllemde.
De kwijnende kolenmijnen aldaar ver-
keerbn constantelijk op den randl
van het failliet en kunnen daardoor haar
,,'k Hoop, dat u er enkele kinderen
bij kunt krijgen. En anders beginnen wij
met drie."
„Het zal mij wel lukken", dacht Hertha.
„Ik zal u zoo spoedig mogelijk berichten.
Is uw naam op den brief voldoende?"
„F. Frederik van Binsbergen is vol
doende, zuster. De tijd is nu wél goed.
Een week .pf zes vóór Kerstmis. .Zon-
dagsschoolboekjes zal ik wel zien te
krijgen,"
„Als het zoover is, bestelt u ze maar.
Onze kas hezit honderd gulden".
„Daar is we) wat moe te beginnen". Hij
begreep onmiddellijk, dat zij de bandera
gulden gaf. „Maar u vergist u. Er is
honderd tien gulden .in. Doch daar heeft
niemand wat ,mee to maken, zuster",
„Natuurlijk niet", zoi Hertha.
Voor hun .oogen, de laatste minuten
hadden zij op den open weg geloopon,
omdat er geen huizen .me>or waren, rees
een klein gebouwtje op, spaarzamelijk
verlicht met petroleumlampen: het sta
tionnetje van Landdorp.
„Nu moet u dat heele eind nog terug",
verweet Ilertha .zichzelf.
,,'k Heb den wind in den rug, zou u
zeggen, Bovendien moet jk het halve
eind. Ik beu mijn kamers voorbij ge
loopon,"
Zjj .betraden de kak wachtkamer, waar
arbeiders geen passend .loon uitkeeren.
Telkens moeten er meer van deze lieden]
op straat gezet en aan dat heir van die
werkloozen toegevoegd worden. Maar zij,
die nog wat door mogen werken, zijn er
ook niet plezierig aan toe. Hun1 loon is
ongehoord gering. Zij arbeiden op aocoord
en wanneer zij dus hun krachten tot 'de
uiterste grens „van het mogelijke gentel,
dan. kunnen zij de maximum-betaling van
het loon halen.
Maar dan hebben ze ook nog niet veel,
want ze brengen het nimmer verder dan
misschien 150 mark in de maand.
Daarbij komt dan nog, dat zij; moeten
werken in ©en mijn, die van koolmon
oxide last heeft. Er zjjjn slechts een paar
van, die mijnen in de wereld.
Er is er een in Zuid-Frankrijk, en er
liggen er een paar bij elkaar in hef Wal-
denburgsche, aan de grenzen van Tsjecho
Slowakije.
Het was in het jaar 1894, dat do eer
ste losbarsting van dit koolmonoxyde
plaats had. Sedert dien werden er 450
volgende gevallen gemeld, die alle te za-
men aan 55 menschen het leven kostten
en er 22 min of meer ernstig verwoud-
den.
Deze gassen zijn van vulcanischen oor
sprong en worden in dat deel van het bin
nenste der aarde gekweekt, dat nog in wit-
gloeienden toestand verkeert. Van hier
uit dringen zij door kleine spleten naar
de oppervlakte, waar zij soms zeker nut
stichten, zooals b.v. in Salzbrunnen en
vroeger in Altwasser. Hier toch vermeng
den zij zich met water, aan hetwelk men
fluks geneeskundige krachten toeschreef.
Maar veelal verzamelt dit gas zich in de
onderaardsche holten, die geen uitweg
meer hebben en stapelt het zich daar on
der hoogen druk op. Slaat de pikhouweel
van een arbeiedr nu een gat In zulk een
holte, dan stroomt het giftige gas er niet
alleen uit, maar dan doet het zulks ook
met razend geweld. Het slaat alles in de
omgeving kort en klein. De aanwezige ar
beiders worden onderste boven geworpen
en meteen begraven onder de tot poeder
vermalen steenkool van hun mijnschacht.
Volgens binnenloopende telegrammen uit
Neurode, welke men echter niet alle ver
trouwen kan, zouden er nu nog een paar
dozijn arbeiders begraven liggen onder
een laag poeder van niet minder dan drie
meter dikte.
Nauwelijks was dit gas ontdekt, of de
arbeiders wisten er al raad mee. "Wan
neer zij met hun handmachines in de aar
de boorden, konden zij aan het geluid
daarvan hooren en aan de wrijving voe
len, wanneer zij in de buurt vein dit ge
vaarlijke gas kwamen. Er volgde dan een
algemeen sauve qui peut, en, gelijk boven
gezegd, is het aantal slachtoffers ervan
nooit bijster groot geweest.
De aanwezigheid van het gas zélf kon
den zij vaststellen aan het zwaarder adem
halen, aan transpireeren en aan een on
bestemd angstgevoel. Ook het matter bran
den van hun lampen diende als waar
schuwing. Het gift zelf is kleurloos en
daardoor onzichtbaar, maar het heeft 'n
lichte, zuurachtige reuk en het is zwaar
der dan de lucht, zoodat het dadelijk op
den bodem zinkt, en 'het is dus zaak te
blijven staan en te trachtan naar boven
te komen.
In den loop der tijden is ook het mijn
bedrijf sterk gemechaniseerd geworden en
zoo wordt or nu niet nicer met de hand,
maar met maohines geboord. Hierdoor is
het gevaar voor ongelukken veel grooter
geworden, want gelijk gezegd, hadden de
arbeiders al zeer spoedig geleerd do aan
wezigheid van het gas aan hun werktui
gen vast te stellen. Om nu in dit euvel te
voorzlon werden andere maatregelen uit
gedacht. Telkens bij wisseling van een
ploeg, werden er zware deuren herme
tisch afgesloten en bracht men in't. afge
sloten mijndeel, waar natuurlijk geen en
kel arbeider aohter gebleven is, heftige
electrisohe ontladingen tot stand. De
schokken, die daardoor veroorzaakt wor
den, doen de heele mijn beven on veroor
zaken een ontsnapping van het in holten
nog samengeperste gas. Daarna wordt de
mijn mechanisch gelucht en kan de nieu-
de ploeg aan het werk gaan,
Dit middel funotionneerde bevredigend,
ofschoon het aantal ongelukken toch groo
ter is dan vroeger. Men hoeft het ook la
ten werken een uur of zoo voor de laat-
zich niemand bevond. Hertha stond onder
do petrol lumlamp, wier mat schijnsel haar
frisch gelaat verlichtte.
„Ik ben blij, u ontmoet te hebben",
zeide Van Binsbergen oenvoudig-weg. „En
'khoop u nog meermalen Je ontmoeten.
Er is hier .op het dorp zoo weinig con
versatie behalve dan met den dominé
en den hoofdonderwijzer".
„En ii zeide, dat u van ,de menschen
hier houdt".
„Ongetwijfeld. Het is hier een trouw,
eerlijk, arbeidzaam volk. Maar zij zijn
wat ruw in den omgang, ruwer nog dan
in Zeeduin, Dat is niet ^ltijd even
prettig
Hertha gevoelde, dat daar een fijn be
snaard© ziel een klacht uitte. En ztf ver
stond die klacht Deze onderwijzer was
een .gentleman In zijn voorkomen en in
zijn optreden. Hij was iemand, om sym
pathie yoov te jkoosteren, Hij haatte alle
ruwheid en platheid.
Een zwaar, dof geluid weerklonk.
„Daar is de tram. Goede reis, .zuster".
„Mijnheer Van 'Binsbergen, hartelijk
dank voor uw geleide. U hoort spoedig
van my, wil ik hopen."
Twee slanke handen rustten in elkaar.
Hij lichtte den hoed van liet hoofd, en
Hertha bespeurde, dat twee levendige, on
natuurlijk schitterende oogen, diep in da
ate catastrophe plaats rond. Maar dit
keer bleek het tooh niet afdoend. Want
boven, in het stadje Neurode, hoorde men
onverwacht een doffe knal in het binnen
ste der aarde. Men begreep toen, dat er
iets ernstigs gebeurd moest zijn en de be
volking ijlde naar de mijnschacht. Daar
kon men natuurlijk nog slechts weinig
uitkomst geven. Men weet ook nu nog niet
wat precies gepasseerd is. Maar aan do
hand van het voorgaande kan men zich
zelf wel een beeld van het ongeluk maken.
Een ongewoon groote hoeveelheid gas, die
onder geweldigen druk gestaan moet heb
ben, heeft zich plotseling een weg naar
buiten gebaand, als een banjir alles ver
nield wat zij op haren weg ontmoette. De
arbeiders, die vlak bij de ontploffing aan
het werk waren, werden onmiddellijk le
vend onder een laag puin begraven. Naar
hen wordt momenteel nog gezocht. Maar
zij, die vluchten konden, werden door het
met razende snelheid zich verbreidende
gas ingehaald en stierven in weinige mi
nuten aan vergiftiging.
GEZOND BLIJVEN docjr Phi-
lips hoogtezon voor huiselijk gebruik.
Vraag liet Uw huisdokter! Verkrijgbaar
bij J. M. Polderman, Goes. Tol. 129.
(Adv.)
Tot buitengewoon opzichter bij den
Provincialen Waterstaat met standplaats
Middelburg is benoemd do heer L. J.
Lagendijk te Amemuiden, oud-leerling van
het Zeeuwsch Technisch Instituut te Goes.
De le sohoolcompagnie van het 14e
Reg. Infanterie te Middelburg zal van
4 tot en, met 17 Augustus a.s. worden
gedetacheerd in garnizoen te Borgen op
Zoom.i onder commando van kapitein A.
F. Borren tot het houden van oefeningen
in; vereemiging met het detachement 14e
Reg. Inf. te Bergen op Zoom.
Middelburg. Verplaatst met ingang van
1 Augustus a.s. de Telegrafist le klasse
M. Everaars van het post- en 'telegraaf
kantoor te Middelburg naar het telegraaf-
en telefoonkantoor te 's-Hertogenbosch.
Voldaan aan het vak-examen te
's-Gravenhage voor den telegraafdienst de
kantoorbediende le klasse W. A. Blan-
saart van het post- en telegraafkantoor
te Vlissingen.
Vlissingen. Tienjarig bestaan
„Goed W o n e n". Ter herdenking van
het 10-jarig bostaan van de woningbouw-
vereeniging „Goed Wonen" had een co-
mité uit de bewoners Zaterdag een feest
georganiseerd, hetwelk bestond uit een
tweetal concerten van het harmoniegezel
schap „Ons Genoegen" en verschillende
attracties voor de kinderen der bewoners.
De feestelijkheden zouden gehouden
worden op de ruime speelplaats van
school D aan de Benedijkstraat, welke
speelplaats rondom was versierd met
vlaggen en wimpels, terwijl in het midden
een muziektent was opgesteld.
Ook bij den ingang der Benedijkstraat
was een vlaggenversiering aangebracht.
Voor het welslagen van dit feest was
alle hoop gevestigd op een mooien zo-
merschen dag, doch helaas heeft dit niet
zoo mogen zijn. Kwam er reeds in den
voormiddag een enkel regenbuitje, des
middags maakten storm en regen het
feestvieren in de open lucht geheel on
mogelijk.
Het comitó besloot, dan ook het feest
met do kindoren in het bereidwillig door
Burg. en Weth. afgestane gymnastiek
lokaal der school te houden en kwamen
daar tegen half twee een tweehonderd
kinderen bijeen, vergezeld door vele be.
langstollende ouders.
Nadat aan alle kinderen een tractatie
was uitgereikt ondanks het koude weer
smaakte do portie (js den kinderen zeer
goed gaf de heer Wessel uit Rotter-
dam een opvoering met zijn Poppenkast
Dit oud-Hollandscne kijkspel vermaakte
de jeugd op uitnemende wjjze.
Door de harmonie „Ons Genoegen"
word hierna voor de bewoners een con
cert gegeven onder leiding van haar di-
rocteur, den heer Govaars. Een 9-tal num
mers worden op do gewone verdienste-
ljjlce wyzo ton gehooro gebracht en oogst-
ton van de talrijke aanwezigen oen dank
baar applaus.
De rondwandeling door „Goed Wonen"
kon door de nog steeds zwiepende regen
vlagen niet worden gehouden, en werd
na afloop van het concert aan alle kin
deren een surprise uitgereikt, bestaande
o.a. uit een melkbeker met een gezicht
op „Goed Wonen", een aardige gedachte
van het comité, daar deze beker steeds
een herinnering blijft.
Het concert dat des avonds door „Ons
Genoegen" zou worden gegeven, werd
uitgesteld tot Dinsdagavond a.s.
Hoewel het feest voor een 'doel in
„het water" is gevallen, mag het' ijverige
comité toch met voldoening hierop terug
zien, daar het ongetwijfeld aan zeer vele
kinderen een gezelligen middag heeft be
zorgd.
Souburg. Vrijdag 11 Juli werd alhier
opgericht onder leiding van een lid van
het hoofdbestuur een afdeeling. van den'
Ned. Chr. Bouwarbeidersbond met .aan
vankelijk 11 leden.
De heeren C. de Voogd, J. Husoni en A.
Arend se Mzn werden resp. als voorzitter,
secretaris ,en penningmeester benoemd.
Terneuzen, Door de minder gunstige
weersgesteldheid, is het zomerfeest uit
gaande van de ring Zeeuwsch-Vlaanderen
van Jongelingsvereenigingen op Goref.
Grondslag, in de Gerot. Kerk alhier ge
houden. Een en ander is ongetwijfeld
-
kjFI
N^V-,
-V.N^.vNvsWivv V-
mm
SsËJli
De ontzettende mijnoatastropho In Silezië heeft meer dan 160 slachtoffers geëisoht.
Een overzicht van de Wenzelausgroeve bij Neurode, waar hot ongeluk plaats vond
hare keken. Zij voelde een intens mode
lijden in zich opkomen....
HOOFDSTUK XI.
Dokter, dominé en verpleegster
Dominé Van Laan, de predikant van
Zeeduin, staarde jn het vuur van zijn
haard, die in het studeervertrek een be-
hagelijke warmte verspreidde. Vaak brand
de de haard niet, went hij las en stu
deerde vooral in den winter, het meest
in de huiskamer, waar hij metoen zjjin
vrouw gezelschap hield. Kinderen bezat
het echtpaar niet.
Maar dezon middag had hif den haard
laten aanleggen, omdat hij de wijkzuster
bescheiden had, met wie lijf alleen jvüdo
praten.
De predikant, overigens een liupsrih
man, zag er verstoord juit. Het liefst had
hjj „hot bezoek niet ontvangen, omdat
hij zeer wel gevoelde, het tegen Hertha,
dio hij wel lijden mocht, en wier werk
hij zeer op prijs stelde, te moeten afleg
gen, Zij had iets zekers over zich; jsj
kon zóó consequent redeneeren, dat hj
schaakmat gezet werd. Het was niet do
eerste maal, dat hij haar ontmoette en
een gesprek mot haar had.
Hij kon evenwel aan het geval moeilijk
ontkomen, omdat enkele kerkvoogden
liberale boeren en de notaris, hem er op
gewezen hadden, dat „het mot die zuster
zóó niet langer ging".
Het liefst had dominé Van .Laan haar
hour gang maar laten gaan. Als zij dan
wilde evangoliscereai, nu, baatte het niet,
het schadde ook niet. Er kwamen nu tocJi
ook geen menschen in de kprk. De kerk
voogden, die nu over de zuster zulk een
groot woord .hadden, vertoonden zich
hoogstens tweemaal per jaar onder zijn
zeer klein gehoor.
Daarbij kwam nog, dat hij bij den dok
ter niet don minsten steun vond. Deze
had kortweg gezegd, dat zuster Van
Landen uitstekend voor haar werk was
on dat haar particuliere liefhebberijen
hem niets konden schelen. Hij had aan
haar oen steun, zooals hij nog nooit
gehad had. Zij was oen halve dokter.
Daarbij kwam, dat zij de beschaafdheid
in persoon was en dat niots op haar
viel aan to merken. Zi) kwam veel bij
hem -aan huis, ook, omdat zijn vrouw
zuster Van Landen zeer gaarne lijden
mocht. Natuurlijk, zjj had in menig op.
zicht denkbeelden, die do hunne niet
waren, maar dat was niet hinderlijk. En
wat haar particuliere liefhebberijen betrof,
wel, de menschen op het dorp werden
er niet slechter door.
(Wordt vervolgd.)
f