DE ZEEUW DE WELFSCHOEN VOLDOET IN ALLE OPZICHTEN JACQ.PLOUVIER Van een arm dorp, dat rijk werd TWEEDE BLAD HET ADRES A. WIL KING 7 Wat er deze week voorviel KLIERZIEKTE Brieven uit Middelburg. Uit de Provincie. GOES VLISSINGEN VAN ZATERDAG 14 JUNI 1930. No. 214. Belangrijke dingen vallen er in deze Pinksterweek uit den parlementairen hoek niet te melden. Het was er stil. Alleen de Eerste Kamer vergaderde een enkele maal, maar behandelde geen wetsontwer pen, die de algemeene belangstelling heb ben. Overigens werd Pinksteren ouderge woonte benut voor het houden van Zen- dingsdagen en de Pinksterweek voor de vergadering der Chr. Onderwijzers, waar in in het bijzonder werd herdacht het overlijden van 'jlen heer P. Oosterlee. Verschillende bladen van uiteenloopen- de richting hebben ook deze week nog aandacht geschonken aan de eigenaardige manier, waarop in 1929 door de Chr. Hist. Tweede Kamer-fractie tegenover dr J. Th. de Visser is opgetreden. Vermoede- lijk zal de verklaring, die deze fractie van hare handeling heeft gegeven, wel niet allen bevredigen. Van strubbelingen gesproken, ook daar van kan de vereeniging, die in Zeeland een Chr. Lyceum wil stichten, nu reeds gewagen. Doordat men niet tot overeen stemming kon komen over de plaats van vestiging en de overgroote meerderheid Goes daarvoor aanwees, heeft een deel der in Walcheren wonende leden .zich teruggetrokken. Moge desniettemin het doel toch bereikt worden, want aan Chr. Middelbaar en Voorbereidend Hooger Onderwijs is zeker in Zeeland groot© behoefte. De toestand is er voor onze kruisbes- aentelers, die er in Zeeland vele zijn, nog niet beter op geworden. De prijs van dit artikel blijft zóó laag, dat de onkosten er niet door gedekt worden. De hoop is nu gevestigd op andere producten Inmiddels is reeds nu tot de regeering het verzoek gericht reductie te verleenen op den spoorvrachtprijs voor aardappelen. Van de buitenlandsche gebeurtenissen trekt vooral de terugkeer van den ex- kroonprins Carol in Roemenië wel het meest de aandacht. Dit heerschap, dat destijds wel heeft ingezien, dat zijn los bandig leven hem buiten de Koninklijke familie plaatste (hij deed zelf afstand van den troon), is nu weer onverwacht terug gekeerd en heeft zich tot Koning laten uitroepen. De toekomst zal moeten uitwij zen, of deze handig yoorbereide gebeurte nis in 't belang van 'tland is. De internationale arbeidsoonferentie is ook weer .bijeengekomen. Reeds in de openingszitting liep het spaak, dank zij de onhebbelijke houding, die de Engel- sche socialisten zich permitteerden tegen over de Christelijke vakbeweging. Later schijnen andere socialisten hun afkeer over dit optreden van hun partijgenooten t» hebben laten blijken. Toch is d> can- didaat der Chr. Vakbeweging niet in de leiding der Conferentie gekozen. Het tee kent de mentaliteit in roode kringen. VI. Amice, Hier in Middelburg ontvangen wij, zoo nu en dan, een vlugschrift van de S. D. A. P., getiteld: de Volksstrijd. Er wordt in behandeld, wat zooal in den gemeente raad aan de orde komt en het is natuur lijk altijd de S.D'.A.P., aan wie de Mid- delburgsche burgerij al wat liefelijk is en welluidt te danken heeft. Doch nu wij zoo langzamerhand weten, dat zulks vaste gewoonte is, laten we dit maar passeeren. Het laatste blaadje van 3 Juni 1.1. is verwonderlijk, rustig. Er wordt niemand van de tegenpartij onder handen genomen. Zelfs de beschouwing ten aanzien van de laatste stemming over het ambtenaren reglement is buitengewoon kalm. Zoo ru- voor Manufacturen. Dames- en Kinderconfectie Tapijten Gordijnen Bedden - Ledikanten en aanverwante artikelen is GOES HULST moerig als de socialistische raadsleden waren in de laatste raadsvergadering tij dens die stemming, zoo rustig is men thans. De hoop wordt alleen uitgespro ken, dat alsnog vóór de eindstemming overeenstemming worde bereikt, omdat de kans bestaat, dat in de a.s. raadsver gadering bij eindstemming het reglement verworpen wordt. Hoe moet die overeen stemming worden bereikt? vraagt men zich af. Immers, als dit punt aan de orde is, volgt onmiddellijk stemming. Zelfs de korte verklaringen vóór de stemming zijn reeds door de verschillende fractieleiders afgelegd. Of zoekt men nog naar een mid del om 't reglement te redden en is men alsnog bereid de artikelen, waartegen on overkomelijk bezwaar rees, terug te ne men? En hoe wil men dit in het vat gieten? We wachten af. t Over de a.s. Koninginnefeesten wordt evenzeer 'n diep stilzwijgen bewaard. C'ri- tiek op 't verleend crediet ontbreekt. Zal men willicht nog aan de feesten deelne men, onder voorgeven, dat het eigenlijk de lichtweek is, die men meemaakt? En zal wellicht het schouwspel nog kunnen waargenomen, dat ook de socialistische wethouder met zijn viertal geestverwanten het voorbeeld van hun partijgenoot Ger hard to IJmuiden volgt en aan den stoet van Prins Willem V en zijn gemalin Prinses Wilhelmina van Pruisen deel neemt? Wonder zou het niet zijn want laatstgenoemde Vorstin heeft in haar tijd wel meer republikeinen klein gekregen. Wie weet wat de herfst ons nog oplevertI Zeeland zal zeker zijn van ouds bekende trouw aan het Oranjehuis op ondubbel zinnige wijze aan den dag leggen. Reeds vroeger wees ik er op, hoe men in Amsterdam zucht onder den dwang, dien het gemeentepersoneel aldaar op het gemeentebestuur uitoefent. Dezer dagen kon men het weer lezen, hoe het ge meentebestuur er toe was gedwongen de loonen en speciaal den vacantiebijslag weder te verhoogen en hoe zelfs de s.d. wethouder dr Wibaut aanvankelijk ge meend had zich daartegen te moeten verzetten. Vergis ik mij niet, dan is het bedrag dat een gemeentewerkman mee krijgt, als hij zomers met vacantie gaat, thans op lertig gulden gesteld, hoven zijn gewone loon natuurlijk. Die bedoeling van dezen maatregel is om het personeel tot tevre- heid te stemmen, als het ziet hoe het niet achterstaat bij andere klassen der bevolking, die ook in de gelegenheid wor den gesteld eens een poosje met vacantie uit te gaan en voorts zal, zegt men, hierdoor ook de eerlijkheid tegenover de gemeente Amsterdam als werkgeefster worden bevorderd. Dit hangt samen met de opvatting, dat, als iemand oneerlijk is, hij dit alleen is omdat zijn loon te laag is, of omdat hem geen ontspanning genoeg wordt verschaft of de middelen daartoe hem worden onthouden. Ten einde aan te t'oonen dat tevreden heid en eerlijkheid niet altijd gevonden worden bij hen die een hoog loon ge nieten, doch bij hen wier inborst het is zich als een eerlijk en fatsoenlijk menscb te gedragen, diene een strafzaak, die deze week tegen een hoofdopzichter en eeniga opzichters bij de Amsterdamsche gemeen tewerken is gevoerd, alsmede tegen de Directeuren eener maatschappij die voor de gemeente het geasfalteerde wegdek onderhoudt. Deze personen hadden afge sproken de afmetingen van dat wegdek grooter op te geven dan inderdaad hef geval was, zoodat de gemeente op grond dier verstrekte statan over een langen £gd to veel heeft betaald. De, thans ontsla^ gen, hoofdopzichter en opzichters hadden die onjuiste staten, hoewel ze wisten dat ze valsch waren, voor accoord af- geteekend, waarop de bedragen daarop vermeld, door de gemeente werden be taald. Van de asfaltmaatschappij hadden zij daarvoor giften in geld ontvangen. Het is bij de kleinere gemeenten in ons land vaak gewoonte zich naar Amsterdam te richten. De ambtenaren-reglementen der hoofdstad worden vaak gebruikt als model voor de kleinere gemeenten. Het loon en de vacantiebijslagen der hoofdstad wor den vaak als voorbeeld gesteld; vooral ook de laatste, als het tegen de raads verkiezing loopt. Dat zag men verleden jaar ook op de aanplakborden der S.D. A.P. in onze goede stad. Men ziet ech ter dat het niet baat. Men blijft ontevre den en helpt zich zelf aan meer geld. En het resultaat is, dat in een zaak als bovenbedoeld, de officier van Justitie zegt, dat het hem niet verwondert dat „vele Amsterdammers zuchten over hun aan slagbiljet" en dat de vredediger opmerkte; „Bij de gemeente Amsterdam wordt met geld gesmeten, en zoo heer zoo knecht". Mogen de Middelburgsche raadsleden, zich dit voor gezegd houden I Met vriendel. groet. t.t. METELLUS. DE CHR.-HIST. EN DE KABINETS FORMATIE IN 1929. Naar aanleiding van wat de „Maas b." hieromtrent opmerkte zie ons nr. van gisteren schrijft de Nederlander nog het volgende: Wij kunnen met de meeste zekerheid mededeelen, dat door geen enkel Chris- telijk-Historisch Kamerlid rechtstreeks of zijdelings aan de "Griffie der Tweede Ka mer eenige inlichting of aanwijzing is gegeven, omtrent den man, welke in aan merking zou komen, om door 'H. M. de Koningin te worden geconsulteerd. Wij vertrouwen, dat „De Maasbo de", na deze mededeeling, hare conclusie zal herzien en zal erkennen, dat hare inlichtingen niet te juister plaatse Waren ingewonnen. Nij wij toch eene onjuistheid in het artikel van „De Maasbode", aanwij zen, mogen wij niet nalaten op nog eene tweede onjuistheid de aandacht te vesti gen, n.l. den titel: „Het passeeren van Dr De'Visser". Wij geven de redactie van „De Maas bode" bescheidenlijk in overweging de artikelen te lezen, door „De Tijd" en door „De Standaard" aan jhet ge beurde in Juli 1929 gewijd. Zij zal dan ervaren, dat van passee ren geen spbake is. Wat de Chr. Historische Kamerleden betreft, even zeker als wij weten, dat geen hunner eenige inlichting of aan duiding gaf aan de Griffie der Kamer even zeker weten wij, dat piemand hunner aan eenig passeeren van Dr De Vis ser heeft meegewerkt of zou hebben wil len medewerken. Het was echter de plicht der Kamerfractie zoo spoedig mogelijk den nieuwen voorzitter der nieuwgekozen fractie te benoemen, opdat deze namens de fractie zou kunnen optreden; en deze benoeming is op volkomen dezelfde wijze geschied als dit geschiedde in 1922 en 1925, omdat dit beschouwd werd, als de juiste, normale, constitutioneel© weg. Naar aanleiding van de verschillende verklaringen in de Nederlander zegt het Vaderland nog o.m. De heer Krijger geeft het feit toe, dat hij aan het Kabinet der Koningin Dr Schokking heeft opgegeven als den man, die aangewezen was om voorzitter te worden van de Tweede Kamer-fractie. Dit is een ernstig feit, want het antwoord had moeten luiden: Dr de Visser is voor zitter van de Tweede Kamer-fractie, en meer niet. Zoo doet iemand, die "het groote gewicht begrijpt van juiste voor lichting van de Kroon, maar hij heeft den naam van Dr de Visser zelfs niet ge noemd. En Dr Schokking had daarvan niet mogen profiteeren. En nog minder had deze, toen hij ten gevolge van deze onjuiste mededeeling aan de Kroon ten Hove geroepen werd, den secretaris van de club, den heer Tilanus, mogen verzoe ken deze bijeen te roepen; daarvoor had hij zich tot Dr de Visser moeten wenden, die op dat oogenblik nog voorzitter was; de heer Schokking meende zijn geweten echter in deze te kunnen ontlasten, door aan voorzitter Dr de Visser mededeeling daarvan te laten doenl Het was hoogst afkeurenswaardig gedoe van A tot Z, dat de heeren thans trachten goed te praten met het feit., dat Dr de Visser reeds in September 19*3$ in een interview met ons biad verklaarde, dat hij onherroepelijk van de practische politiek afscheid zou nemen, maar zij hadden daarmee niets te maken. Op dat oogenblik stond Dr de Visser nog ten volle in de practische politiek zooals blijkt uit zijn last aan den secretaris tot het uitschrijven van een fractievergadering op 9 Juli, om overleg te plegen over eventueel advies aan de Kroon, en de heer Tilanus heeft zich aan een daad, die wij liever niet qualificeeren, schuldig gemaakt, door in strijd met zijn allereersten plicht van secretaris, Dr Schokking en niet Dr de Visser als voor zitter van de fractie te erkennen. Wie Dr De Visser kent, begrijpt zoo goed, dat hij bij het bemerken van zulke handelin gen achLer zijn rug niets meer van zich liet hooren, en dezen edellieden verder vrij spel liet. Op de Christelijk-Historische Unie rust thans de plicht in deze zaak recht te doen. Wij wachten met de grootste be langstelling den afloop van deze historie af, omdat de zuiverheid van het politieke leven ons aller belang is. Tenslotte maken wij nog melding van de volgende uitspraken van de Neder lander, in verband met een opmerking in de N. R. Crt: „Wij begrijpen niet, dat een ernstig blad waarde hecht aan zulke praatjes; wie gelooft het nu, dat tot Dr de Visser zou gezegd zijn: „Wij hebben u niet noodig"? Nu de „N. R. Crt." zooist3 blijkbaar mogelijk acht, moet nog even ter zake zekerheid worden verkregen. 'tKan zeer gemakkelijk geschieden. De heeren Krij ger, Snoeck Henkemans en Tilanus zijn bereid gebleken, hun lezing van het ge beurde te geven met hun naam en zon der masker. Ze zullen zeker bereid zijn, nog nadere vragen te beantwoorden met hun naam en zonder masker. Welnu: laat iemand met zijn naam en zonder masker zeggen, wat z.i. ter zake is ge beurd. Dan zijn wij er. Zoolang dit niet gebeurd is, zullen wij van het praatje en van den eersten zegs man het onze denken." In een van onze tijdschriften las ik een klacht waarvan de juistheid niet kan worden ontkend. „Onze tijd kent weinig meer de gezins sfeer. De kinderen gevoelen zoo slecht wat eigenniK ae cenneia tusschen vaaer moeder, of nog beier, ae eenheid van heel het go is. Hai .vrtr. -' geheel is schier nimmer te samen. Maai daar door verliezen de ouders veei van oen in vloed dien ze op hpn kinderen zoude» kunnen .uitoefenen Hier zit ongetwijfeld een zwakke plek. We zijn zoo langzamerhand „vergade- ringsmenschen" geworden. Het ideaal is: drukbezochte vergaderingen. Hoe meer hoe beter. En nu erken ik, dat vergaderingen vaak noodig zijn. En ik denk er niet aan, hen, die zich nergens mee bemoeien en die anderen laten ploeteren, deswege een pluim op den hoed te zetten. Maar toch, laten we oppassen en zor gen dat we al vergaderende niet oorzaak worden dat de gezinnen verstrooien. Het ééne doen. Zeer zeker. Maar het andere niet nalaten. OPMERKER. is een vorm van tuberculose. Ver waarloost deze kwaal dus niet. Leest wat Dr. J. H. VAN GRAFHORST, arts, schrijft in zijn brochure„Wen ken en raadgevingen bij de behande ling van tuberculose en scrofulose" over de gunstige resultaten verkregen met granuline. Deze brochure, die o.a. talrijke attesten bevat van ge- neesheeren en genezen paiiënten, wordt U op aanvrage, in gesloten enveloppe gratis toegezonden door de Pharm. Ond. Dr. J. H. VAN GRAF HORST, Scheveningen, Alkmaarsche- Een vliegvloot verwacht. De Rotterdamsche Aero-club heeft het voor nemen morgen een tocht te maken naar Walcheren. Verschillende vliegmachines zullen op het vliegveld bij Souburg landen en des avonds weer vertrekken. Jammer, dax voor deze ciubtochi des Zondag weer gebruikt wordt. De heer Veraart, de regenmakef, heeft succes, Ter hoogte van Muiderberg is een regenbui geconstateerd. Op Schiphol werd do heer Veraart gecomplimenteerd. FEU ILLETON. door H. King mans. O- 'HOOFDSTUK V. 12) H e r t h a's besluit. Toen de joelende schooljeugd, leven dig als steeds, eigenlijk nog méér dan anders, op dien mooien Meimorgen zich niet meer hooren liet, omdat de deuren van het schoolgebouw op het dorpsplein achter haar gesloten waren, werd het stil op Zeeduin, heel stil. Bijna alsof het nacht was. En het was negen uur in den morgen. En de zon stond stralend aan den hemel. En in de boomen rondom de kerk kwinkeleerden de vogels. Hertha, na de zeer vermoeiende reis van den vorigen dag, niet vroeg op gestaan, had haar ontbijt in het dorps hotelletje beëindigd en had vóór het raam zitten staren naar de spelende jeugd, tot die werd opgeslokt door het schoolge- bouw. De toen ingetreden stilte werkte wel dadig op haar. Het verschil: Rotterdam met zijn jachtende haast, met zijn klin gelende trams en auto's met scherpe claxons, met zijn gedaver van vracht auto's en gekletter van paardenhoeven óf dit dorpje aan de zee, waar het dood stil werd, nadat een paar honderd kin deren de school waren binnengegaan, het verschil was wel machtig groot. Op het dorpsplein, in het midden waar van de kerk, staande in het groene gras tapijt, was niemand te bekennen. De jeugd was in de school, de werkende, mannelijke bevolking was op den akker, de vrouwen en meisjes waren in de huisjes aan het werk. Terwijl zij aanstalten maakte, een ver kenningstocht door en in de omgeving van het dorp te doen, "kwam de dochter van den herbergier binnen, om he ontbijt tafel af te ruimen. Onmiskenbaar lag op haar gelaat nieuwsgierigheid te lezen: het was toch wonderlijk, dat half Mei een alleenreizende dame plotseling kwam bin nenvallen, die voor één nacht logies had besteld. Het .gezin v.an den caféhouder had zich vol verbazing afgevraagd, wat personage de reizigster was. Maar den vörigen avond waren zij van Hertha niets gewaar geworden, daar deze, vermoeid als zij was, zoo weinig mogelijk had gezegd. Bovendien moest zij het doel van haar bezoek wel geheim houden, al begreep zij mijnheer Van Laansma had haar er trouwens op gewezen dat het verstandig, zou zijn, opzettelijk of onopzettelijk, een aannemelijke verkla ring van haar tegenwoordigheid in het dorp te geven. Dat voorkwam alle praatjes. „Ik ga eens een wandeling maken", zeide Hertha tot het meisje. „Als ik den weg insla, dien u mij daareven hebt gewezen, kan ik niet verdwalen?" „Neen, juffrouw, een kwartiertje steeds recht door loopen en u komt in de duinen. Blijft u nog langer dan van daag? In verband met het eten, ziet u. Hertha begreep wel, dat dit een uit vlucht van het meisje was. Zij wilde alleen iets meer weten van de plotse linge gast. „O, neen, ik moet beslist met de tram van één uur weer weg. Het is niet on mogelijk, dat ik hier later weer kom. Zeeduin lijkt mij een mooi, stil dorp. In den zomer zijn er nogal badgasten?" Het meisje ging vermoeden, dat de vrouwelijke gast eens poolshoogte wilde nemen, om in de zomermaanden in pen sion te kpmen en zij zou niet een goede dochter van een hotelier zijn geweest, als zij daarvan geen partij had getrokken. „Er komen er ieder jaar meer", zeide zij. „Er wordt nogal wat reclame voor gemaakt. En wie hier eenmaal is, komt terug. Vooral zij, die ecu stille badplaats willen, kunnen hier terecht. Ër is een breed strand. Do zee is niet ge vaarlijk. En natuurschoon genoeg. Dat zult u straks wel zien. Zeeduin is een mooi dorp. Als u idee hebt, hj ons in pension te komen, moot u wel tijdig waar schuwen. Voor pensiongasten hebben wj speciale tarieven. 'kZal ze u vanmiddag meegeven. U zult nooit spijt hebben, hier geweest te zijn." Hertha had inwendig veel schik in den ijver van het meisje. Zj moest trouwens toegeven, dat dit hotel, al voldeed het lang niet aan alle comfort, in zjn soort zeer goed en zindeljk was en het er best eenige weken was uit te houden. Maar zij wilde toch geen illusies scheppen, die niet verwezenljkt zouden worden, ,,'kHeb niet bepaald gezegd, dat ik naar hier kom", glimlachte Hertha. „Ik doe op het oogenblik niets dan een ont dekkingstocht, ziet u. Eerst heel onlangs werd mijn aandacht op Zeoduin gevestigd. "kMoel u eerlijk bekennen, van het dorp nog nooit eerder gehoord te hebben." „Die zjn er wel meer", lachte het meisje. „Maar wie hier geweest is, ver geet Zeeduin niet gauw. U moet^ maar goed rondzien en dan besluiten, hier de zen zomer eenige weken te vertoeven. Daar zult u geen spijt van hebben." „U kunt best geljk hebben", meende Hertha, even afwezig, lioewel het meisje toonde, een praatje op prijs te stellen, was zij toch wei zoo bescheiden aan het werk te gaan, terwijl Hertha, ^even afwezig, staarde, „Is hier op het dorp maar één kerk?" vroeg zj dan, i „Ja, juffrouw. Eén kerk. In Landdorp, een uurtje hier vandaan, zjn er twee." „0, daarheen gaan wel menschen van hier?" „Een enkele. Niet veel." „Dan is deze kerk zeker wel vol, als er maar één op het dorp is?" Gedachtig aan wat mijnheer Van Laan sma haar had gezegd van het geestelijk leven op Zeeduin, verwachtte Hertha een ontkennend antwoord. Maar het ant woord dat zj kroeg, verbaasde haar in hooge mö4<2, „Veel volk? Er is meestal geen kerk, juffrouw", lachte het meisje, daarmede la kennen gevende, dat zj in dien toe stand zich zeer wel schikken kon. „Meestal geen kerk? Maar het is toch eiken Zondag dienst?" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1930 | | pagina 5