Staten-Generaal
Uit de Provincie.
Uit den Middelburgschen Raad.
Kerknieuws.
Telegrammen.
Be Koning vaa België heeft to Brugge het monument van Guido Gezelle onthuld.
we- zeggen niet beter, maar zooveel ga-
moedelijkor, vriendschappelijker en har
telijker spreekt dan elders'?
Men heeft het pas weer te Amsterdam
ervaren aan het banket, dat het gemeen
tebestuur dei' hoofdstad ter gelegenheid
van de enenieg der nieuwe sluis te IJmui-
den had aangericht.
Be pogingen tot oplossing van het Ne-
dsrlandseh-Belgisch geschil naderen het
eerste lustrum, en naar hetgeen openbaar
werd te oord eel en zou men zeggen, dat
wij thans verder van elkaar staan dan
in hét begin.
De diplomaten hebben er niets van
kunnen terecht brengen, omdat, zegt men,
de belanghebenden van weerskanten niet
willen.
Welnu, de belanghebbenden waren aan
den Amsterdamsehen maaltijd samen, en
als men hen hoorde, ware, met een. dosis
goeden wil, een minnelijke schikking het
werk van vijf minuten.
Zoo zei de heer- Heldring, de voor
zitter der Amsterdamsche Kamer van
Koophandel, dat de drie havens Antwer
pen, Rotterdam en Amsterdam natuurlijk
tegenstrijdige, maar ook evenwijdige be
langen hebben.
Hij vroeg aan Antwerpen te bedenken,
dat wij in hooge mate afhankelijk zijn
van de verbinding te water, zoowel met
het achterland als over zee.
Doch van den anderen kant, vervolgde
de heer Heldring, moeten ,wij niet onre
delijk staan tegenover de eiscihen van
Eelgië's groote zeehaven, welker verbin
ding met het achterland voor een belang
rijk gedeelte over ons grondgebied loopt.
De heer Heldring hield zich overtuigd,
dat in dit voor België zoo belangrijke
jubeljaar de moeilijkheden tusschen de
beide landen tot oplossing zouden komen,
en, zoo besloot hij, niemand zal zich
daarover meer verheugen dan de ver
tegenwoordiger van den handel van Am
sterdam.
Burgemeester Van Cauwelaert van Ant
werpen, tot wien dit alles gericht was,
liet zich van zijn kant evenmin onbe
tuigd.
Hij maakte de Nederlandscihe zegswijs:
„Oude veeten zijn vergeten" tot de zijne,
en betoogde dat mededinging vruchtbare
samenwerking der havens niet behoeft
uit te sluiten.
De Antwerpsche burgemeester pleitte
vcor een zoo goed mogelijke oultureele
en economische samenwerking van Ne
derland en België, die bestemd zijn een
voorname rol te spelen bij de toenadering
der volken.
Welnu.
Altijd is beweerd, dat de rivaliteit tus
schen £e beide groote Nederlamdsche ha
vens en Antwerpen het voornaamste
struikelblok is geweest op den weg naar
een minnellijke oplossing van het geschil.
Bekende Amsterdamsche en Rotterdam-
sche namen hebben vooraan gestaan in
de actie tegen de overeenkomst, en. tel
kens weer was 't het- belang onzer haven
steden, dat het zwaarste gewicht in de
schaal wierp tegen het voorgeslagen
acccord.
De heeren Heldring en Van Cauwelaert
hebben tegenover elkander aan tafel ge
zeten. en wat is" er van den vinnigen
naijver, de vijandelijke houding over?
Haast is men geneigd te vragen, of
men niet wijs zou doen de officieel© diplo
maten op stal te zetten en aan de heeren
Heldring en Van Cauwelaert en gelijk
gezinden te verzoeken, een concept op
te stellen?
En men begrijpt niet, hoe bij1 de thans
gebleken stemming van de eerst-belang-
hehbenden de moeilijkheden orn tot een
accoord te komen zóó groot kunnen zijn,
dat wij nu al vijf 'jaar tobben met een
oplossing en ze feitelijk minder dan ooit
in het verschiet zien.
Laat men, nu het in de 'diplomaten-
kabinetten niet is mogen gelukken, de
zaak aan tafel trachten op te .lossen.
Tweede Kamer.
De Tweede Kamer die gisteren na een
vrij lange vacantie weer eens bijeen kwam
is begonnen met een aantal kleinere ont
werpen en conclusies af te doen.
Erg belangrijk was het niet.
Over een paar dagen wordt dat anders.
Dan komt het wetsontwerp tot herzie
ning van de Gemeentewet aan de orde,
terwijl er naar 't schijnt ook nog een
Communistische interpellatie over de pro
testen in Nederland tegen de godsdienst
vervolging in Rusland in de maak is.
middelburg. Het personee. der N.V.
Vereen. Meelfabrieken, dat sedert October
weer geregeld werkzaam was, is thans,
naar „Het Volk" meldt, tegen 10 Mei
ontslag aangezegd, wegens stopzetting der
fabriek. De wachtgeldregeling, welke des
tijds door de vennootschap en de ge
meente was afgesloten, loopt met 1 Juni
a.s. af.
Goes. „E u p h o n i a". „Euphonia" zal
Vrijdagavond 8 uur op de Markt het vol
gende programma ten gehoore brengen:
1. Luchtpost Marsch, De Pauw; 2.
Ouverture. Fête Alpes, A van; 3. Au
Golfe de Napels, Valse; E. Larue;4. Les
Mousquetaires au Couvent, Fantaisie,
Varney. Pauze. 6. K.L.M. Marsch, W.
Schootemeyer; 6. Ouverture Cortège
d'Attila, G. Gadenne; 7. Rose Marie Se
lection, F. Saiabert; S. Grande Fantaisie
sur l'opera „Faust arr. Kessels; 9.
Finale,
Gistermiddag te ongeveer 4
juias; ismd Qg den weg vsüu Mffir naar
Kapello een autobus van de firma Wil-
lemstein te Y/emeldinge, waarin slechts
,één passagier had plaats genomen. Op
het punt waar het iocaaJspoor den weg
kruist, brak, juist op het moment dat j
er een tram in aantocht was, een der i
assen van de bus. Slechts door zeer
krachtig remmen wist de chauffeur
een aanrijding te voorkomen. Persoon
lijke ongelukken kwamen niet voor.
's-H. Arendskerke. De Emmabloem-
collecte heeft te 'sHeer Arendskerke en
's Heer Hendrikskinderen opgebracht de
som van f34,30. (Belangeloos^
Beroepen te St. Paucras, R, Bakker,
cand. te Enschedé.
Drie zittingen zijn aan het Ambtenaren
reglement gewijd, maar, nadat alle frac
ties, ieder op eigen wrjze, ruim
schoots blijk hadden gegeven van goede
zorg voor de gemeente-ambtenaren, is het
toch eindelijk gelukt het reglement vast
gesteld te krijgen. Alleen de eindstemming
wacht nog. Deze zal in de gewone Raads
vergadering van 21 Mei plaats hebben
Veel overzichtelijks boden de discussies
van Maandag j.l. niet. Over tal van on
dergeschikte punten werd vrij lang ge
praat. Wij doen, naar wij meenen, het
best, deze nu maar onvermeld te laten
en herinneren er alleen aan, dat de amb
tenaren bij ziekte uitgekeerd krijgen: 1
jaar vol en 1 jaar 3,4 salaris (dhr Onder-
dijk schaarde zich bij deze stemming
niet bij zijn fractiegenooten, die 2 jaar
vol en een jaar s/4 wilden), en dat op
het kantje af (9 tegen 8) het voorstel
van B. en W. inzake de samenstelling
van het scheidsgerecht werd aangenomen.
Verder is alleen nog vermeldenswaard
het debat over de huwende en gehuwde
ambtenares.
Liet de meerderheid van den Raad
zich in de vorige vergadering verleiden
de verlofregeling bij zwangerschap voor
gehuwde en ongehuwde ambtenaressen
gelijk te doen zijn, thans besloot de meer
derheid (bij rechts sloot zich alleen dhr
Portheine aan), dat zelfs een ongehuwde
ambtenares bij herhaalde zwangerschap
nog niet eens ontslagen kan worden, ja
zelfs in dezelfde voorrechten deelt als een
gehuwde. Ook de beide „bezuinigers"
stemden voor deze gelijkstelling. Het is
in Middelburg wel ver gekomen. De on
zedelijkheid wordt van Overheidswege
volkomen getolereerd. i
Een der S.D.A.P.'ers wees notabene
op ambtenaressen, die principieele bezwa
ren tegen een huwelijk hebben. Terwille
van dergelijke, met Russische ideeën be
zielde „dames", moet dus de moraal
opzij geschoven worden.
Als straks een ongehuwde ambtenares in
dienst der gemeente Middelburg er geen
zonde in ziet, hoewel buiten den echt
levende, bij herhaling,moeder te worden,
is het Gemeentebestuur bereid daarvoor
op royale wijze verlof te geven met
behoud van salaris.
Welk een schitterend voorbeeld geeft
daardoor de Middelburgsche Gemeente
raad in een tijd als de onze, waarin met
de zedelijkheid door velen de spot wordt
gedreven en de grondslagen van gezin
en huwelijk worden ondermijnd.
En nu moet Weth. Onderdijk niet zeg
gen, dat dergelijke dames zeker door B.
en W. zouden worden ontslagen, want
B. en W., hoezeer ze het misschien
ook zouden willen, kunnen dat
niet, als dit reglement straks wordt
aangenomen.
Dhr Onderdijk kan beter weten en moet
vooral geen misleidende voorstelling van
zaken geven.
Oin welke reden zou dit ontslag ook ge
geven moeten worden? Die Raad ziet
heelemaal geen kwaad in wat de dames
doenl Hij brengt zelfs de financieele ge
volgen van hare daden voor een 'deel
voor gemeenterekening 1
Aan het eind der zitting heeft de Raad
met 9 tegen S stemmen besloten de hu
wende ambtenares niet te ontslaan.
Weer een beslissing, die men vergeefs
poogt te begrijpen, en waarbij het ge
meentebelang (hoe hoog de linksche da
mes en heeren daarvan ook opgaven)
ten eenenmale is uitgeschakeld en juist
het eigenbelang der betrokken ambtena
ressen alleen aan het woord was.
Men wilde van links nu eenmaal niet
luisteren naar hetgeen dhr Vertregt e.a.
aanvoerden. Het was juist dhr Vertregt,
die volle nadruk op dat gemeentebelang
legde. Uit de statistieken blijkt duidelijk,
dat het verzuim der gehuwde ambtenares
veel hooger 'Is dan bij de ongehuwde
ambtenares en nog weer veel hooger
dan bij den man.
Alleen dhr Jeronimus liet zich door deze
cijfers overtuigen en stemde met rechts
mee. Natuurlijk alleen zoo zei hij na
drukkelijk om economische redenen en
niet op ethische gronden. Zijn partijge
noot, dhr Naezer, en de Vrijheidsbon-
der mr. Portheine, stemden echter met
de vrijzinnig- en sociaal-democraten te
gen het ontslag der huwende ambtenares.
Wij kunnen deze beslissing van den
Middelburgschen 'Raad niet anders dan
bejammeren en dat om principieele, so
ciale en economische redenen. Dhr On
derdijk gaf ook wel blijk te weten, ,hoe
de volksmeening op dit punt is. Die voelt
deze zaak wat zuiverder aan 'dan de
linksche meerderheid in Middelburgs ge
meenteraad.
Ned. Herv. Kerk.
Beroepen te Schalkwijk, G. Tjalma te
Veen.
Geref. Kerken.
Tweetal te Alkmaar, C. von Mejjen-
feidt te Ferjenoord (Rotterdam) en S.
Wouters Ie Draarjjp.
Emeritaat. Het Provinciaal Kerk
bestuur van Zuid-Holland heeft met in
gang van 1 Augustus 1930, eervol emeri
taat verleend aan dr J. P. de Bie, Ned.
Herv. Predikant t© 's-Gravenhage wegens
voortdurende ongesteldheid.
Intrede Dr G. B. Wurth. Gis
teravond heeft Dr G. B. Wurth, overge
komen van 0.- ep. W.-Souburg, zijn in
trede gedaan als vierde predikant bij
de Geref. Kerk te Katendrecht. Dr Wurth
had voor deze gelegenheid tot tekst ge
kozen 2 Cor. 214En Gode zij dank
die ons altijd doet triumfeeren in Chris
tus.
Na afloop der predikatie werd Dr W.
toegesproken door Ds Popma namens den
kerkeraad en door Ds Knoop namens de
classis.
De kerkeraad der Gereformeerde
Kerk te Zierikzee besloot in zijn vergade
ring van 5 Mei j.l. aan de classis Zierik
zee voor te stellen, inzake het promotie-
recht aan de Theologische school te Kam
pen zich uit te spreken voor eenheid in
de opleiding, met mogelijke wegneming
van de bezwaren der voorstanders van het
promotierecht, alsmede om aan dit voor
stel, als zijnde van verdere strekking,
den voorrang te verleenen boven dat van
de kerk van Brouwershaven, waarin aan
de classis verzocht wordt zich vóór het
promotierecht uit te spreken.
Worstel na hoë dinge. Ds L. P.
Vorster, een van de voornamen van de Ge
reformeerde Kerk in Zuid-Afrika beeft, na
45-jarigen diensttijd, zijn ontslag genomen eD
tot de synode een afscheidswoord gericht.
Dit woordj zegt „Zuid-Afrika", is teekenend
voor het karakter van de oude generatie.
Daarom nemen wjj hier een klein gedeelte
er uit over:
„Die ou vaders was nie hooggeleerd nie.
Maar hulle was opreg, standvastig, trou en
eerlik. Wees ook so, jonger broeders. Hou
vas daardie pand van die voorgeslag. Wees
getrou: staan geregtigheid voor en doen u
werk in eerlikheid en opregtheid.
„Moenie traag wees nie. Moenie verslap
nie. Moenie bevrees wees om 'te werk en
op te tree nie. Moet ook nie bang wees om
'n fout te maak nie. Maar wees groot ge
noeg om dit te erken wanneer u ander
lig kry."
„Ek hou baie meer van 'n jong perd wat
oor die string skop, as van wat met slap
stringe draf. Ek hou baie meer van een
wat sy bors rou trek, as een wat sy stringe
laat slap bang. Stel ook u ideale hoog. Moe
nie denk aan 'n lekker, rustige, aangename
lewe nie, aan die stoflike dinge, maar wor
stel na hoë dinge."
Ds Jongeleen en Ds Littooy.
In „De Bazuin" en enkele andere ker
kelijke bladen worden den laatsten tijd
deze twee namen nogal eens in een adem
genoemd. De oorzaak daarvan is, dat Ds
Jongeleen, Chr. Geref. pred. te Hilver
sum (thans te Groningen) die meer dan
eens de Geref. Kerken aanviel inzake het
leerstuk van het genadeverbond een her
druk bezorgde van een brochure van wij
len Ds A. Littooy, vroeger pred. bij de
Geref. Kerk te Middelburg, over „Het
genadeverbond en de kerk", welk boekje
hij van een voorwoord voorzag en waarin
hij o.m. schreef:
„Als ik een voorwoord schrijf in dit
werkje van wijlen ds Littooy, wil dat niet
zeggen, dat ik alles letterlijk onderschrijf
wat er in staat, maar wel wil ik er in
uitspreken mijn blijdschap, dat dit koste
lijk werkje weer kan verschijnen."
Doordat nadere preciseering achter
wege bleef, werd hierdoor de indruk ge
wekt, dat Ds Littooy in hoofdzaak het
standpunt van Ds Jongeleen zou deelen
en dat dus Ds L. in dit opzicht tegen
over de opvatting van de Geref. Kerken
zou staan.
Deze brochure heeft nog al de aandacht
getrokken.
Dr E. D. Kraan heeft in een artikelen
reeks in het Geref. Kerkblad van Vlaar-
dingen breedvoerig aangetoond, dat Ds
Jongeleen niet het recht had op deze wij
ze de brochure van Ds Littooy te ge
bruiken, terwijl Ds J. D. Wielenga te
Franeker, vroeger te Middelburg, in de
„Bazuin" een krachtig protest liet hoo-
ren tegen de z.i. van weinig kiesch ge
voel getuigende daad van Ds J.
Hij wees er daarbij op, dat Ds Lit
tooy de man is geweest, die als weinig
anderen het verband heeft verdedigd tus
schen Doop, Avondmaal en tucht en be
sloot:
„Uit dankbaren eerbied voor de nage
dachtenis van Ds Littooy schrijf ik u
deze dingen. Er zou nog heel wat meer
te zeggen zijn, maar dit zij genoeg, om
er tegen op te komen, dat Ds Littooy als
een soort Chr. Geref. in den zin van
1892 tot heden, aan den volke kan worden
voorgesteld."
Ook de wijze waarop Ds Jongeleen de
brochure van Ds Littooy liet herdruk
ken, is aan critiek onderworpen, aan
gezien eerstgenoemde volstrekt niet het
recht had, over de brochure te beschik
ken.
In verband met de hierover gemaakte
opmerkingen, schreef de heer A. D. Lit
tooy te Middelburg o.m.:
„Of Ds Littooy en Ds Jongeleen als
geestverwanten in engeren zin beschouwd
moeten worden? Neen, en nogeens neen!
Door het schrijven van een voorwoord van
de hand van Ds Jongeleen is deze indruk
zeer zeker gewekt.
De litteraire nalatenschap van Ds L.
is eigendom van de familie en de ver
schijning van dezen herdruk was dan
ook voor haar een ware verrassing. Door
de annonceering van deze uitgave heeft
zij eerst kennis gekregen van de schen
ding van het auteursrecht Temeer be
vreemdt haar dezen herdruk, daar de bei
de zoons van Ds L, drukkers-uitgevers
zijn. Een herdruk had toch meer op hun
weg gelegen. Met opzet zijn zij van de
zen herdruk onwetend gehouden. Dit
blijkt ook hieruit, dat de brochure niet
gedrukt is op de drukkerij, waar anders
het drukwerk van de firma d'Huy (dhr de
Jong, Chr. Geref. en intiem bevriend met
Ds J.) wordt vervaardigd.
Vast staat, dat Ds J. den uitgever heeft
aangezocht, van Z.Eerw. is alles uitge
gaan. In deze uitgave wordt gezien pro-
paganda-materiaal. En zie dat spijt
ons zeer! Dat daar onze vader voor die
nen moet, grieft ons. En het is dan ook
op een nadrukkelijken eisch onzerzijds,
dat in de annonce niet meer mag voor
komen: Met een voorwoord van Ds Jon
geleen."
Dr Kraan merkt hierbij o.m. op:
„Ik heb aan dit alles niets meer toe
te voegen. De lezers mogen verder zelf
oordeelen. Maar wel moet ik nog uitspre
ken, dat Ds Jongeleen het aan de nage
dachtenis van Ds Littooy, aan het recht
der familie, aan de eer van zijn ambt en
ook aan den eisch van Gods gebod, ver
plicht is, om van deze dingen voor het
publiek nader rekenschap te geven. In
dien dit schrijven van den heer Littooy
door Ds Jongeleen niet met deugdelijke
argumenten weersproken wordt, dan...
Maar liever voltooi ik dezen zin nog
niet."
Welnu, Ds Jongeleen heeft zijne hou
ding in een brochure nader verdedigd.
Maar de hoofdzaak waarom het hier
eigenlijk gaat, liet hij daarbij rusten.
Dr Kraan schreef naar aanleiding hier
van o.a. het volgende:
„Het is mij opgevallen, dat het u blijk
baar nogal moeite kost om de kwestie's
zuiver te stellen en zuiver te houden.
Reeds de titel van uw brochure doet dit
uitkomen. Deze luidt immers: Ds Littooy-
Dr Kraan; en kondigt dus aan, dat u het
hebben zult over de verhouding, die tus
schen mij en Ds Littooy bestaat. En in
dit opzicht beantwoordt het laatste deel
van uw brochure geheel aan den titel.
Boven de vierde afdeeling laat u zetten:
„Stond Ds Littooy op hetzelfde stand
punt als Dr Kraan, wat de vraag aan
gaat: „Wie zijn bondelingen?" Terwijl
u dan tracht aan te toonen, dat dit niet
het geval zou zijn.
Maar dit alles is op dit oogenblik de
vraag juist niet. De kwestie die ons
bezig houdt is niet of Ds Littooy en ik,
maar of Ds Littooy en u in de verbonds-
beschouwing eens geestes zijn. Niet ik,
maar u schreef een voorwoord in diens
„Het Genadeverbond en de kerk". Niet
ik, maar u hebt er voor gewerkt, dat
dit boekje kon verschijnen. Niet, dat ik
een herdruk op zichzelf betreur. Maar
wat de aandacht van het kerkelijk pu
bliek trok was niet de combinatie Lit-
tooy-Kraan, maar de combinatie Littooy-
Jongeleen, en hoe deze tot stand heeft
kunnen komen."
En verder:
„Indien mijn teekening van Ds D. Lit
tooy onjuist is welnu, waakt gij dan
voor diens eere door mij met de stukken
aan te toonen, waarin ik onrecht jegens
hem pleegde. En indien mijn teekening
wèl met de werkelijkheid overeenkomt,
waarom erkent u dan niet openlijk, dat
Ds Littooy het grootste deel van zoo
niet zijn gehééle leven dezelfde ver-
bondsbeschouwing was toegestaan als nu
nog door de Gereformeerden wordt ge
leerd? Maar zoo lang u over al deze
argumenten zwijgt, houd ik het u voor,
dat u het niet aandurft voor 't volle voet
licht te brengen wie Ds Littooy is ge
weest."
EEN AGRARISCH EENHEIDSFRONT.
Onder het opschrift „De boer bezwijkt"
geeft „De T u i n d e r ij" het volgende
artikel:
„In breeder kring gaat men inzien, dat
de boer het gaat opgeven, omdat zijn be
drijf onder de steeds ongunstiger worden
de omstandigheden hem zelfs geen sober
bestaan meer oplevert.
Sijmen zal straks niet meer kunnen
betalen.
Er is reeds nood, groote nood zelfs in
den akkerbouw. Straks volgen ook de an
dere leden van de groote boerenfamilie,
waartoe ook de tuinbouw kan worden
gerekend, want het is niet denkbaar, dat
de Landbouwcrisis zich zal beperken tot
hen, die den eersten slag ontvingen, den
graanbouw en in het algemeen den ak
kerbouw. Ook in andere takken van bo
demcultuur, ook in den tuinbouw gaat
het en zal het, naar wij vreezen, nog meer
gaan nijpen.
De vraag, wat er moet gebeuren om den
weerstand in dezen moeilijken tijd te
verhoogen, houdt velen bezig. Allerlei
raad en allerlei advies komt er los. Of
het daardoor niet te rumoerig in de zie
kenkamer zal worden, staat te vreezen.
Als de één dit roept en de ander weer
een ander geneesmiddel aan de hand doet
en men daarmede gaat experimenteeren
komt er levensgevaar. Wat de patiënt
noodig heeft, is dat de goede diagnose
wordt gesteld en het juiste geneesmid
del wordt toegepast.
Daarmede mag niet langer worden ge
wacht. Te lang zijn de belangen van den
landbouw, de gewichtigste tak van volks
welvaart, ook uit het oogpunt onzer volks
huishouding, in hun economische betee-
kenis onderschat.
Als wij niet gaan streven naar een
doelbewuste welvaartspoli-
t-i-e-k met onzen landbouw, als er geen
eenheid en gezonde samenwerking komt
tusschen alle organisaties op land- en
tuinbouwgebied, als wij niet gaan vor
men een agrarisch eenheids
front, gaan wij met zijn allen dood.
E-r is levensgevaar. Wie dat niet
ziet moet wel stekeblind zijn. Wij mogen
ons niet langer doelloos rond laten sol
len en voort laten drijven op den golf
slag van den tijd, een tijd, die voor ons
niet veel goeds in den schoot bergt. Wij
moeten weten, wat wij willen en in wel
ke richting er moet worden gestuurd.
Daaraan hapert het vooral. De land
bouw is zijn kop kwijt, omdat er geen
ieiding is. Leiding en steun moet e: ko
men; wij moeten zélf vóór alles weten,
wat wij willen. Wat baat het, of er straks
al enkele millioenen aan steun zullen
worden weggegooid zonder een vast
systeem van gezondmaking van den
landbouw?
Bitter wreekt zich bij dit alles het ge
brek aan inzicht bij de Regeering, toen uit
andere overwegingen dan de belangen
van den landbouw, de laatste band van
eenheid in regeeringsbeleid ten opzich
te van den landbouw werd doorgesne
den door het niet vervullen van den post
van Directeur-Generaal van den Land
bouw.
Met vaste hand en doelbewust moet
Nederland zijn landbouwbelangen weer
gaan behartigen, waartoe de regeering
nu niet in staat is, omdat de Directie
van den Landbouw, het regeerapparaat
vrijwel versleten is. In den chaos bij de
Directie van den Landbouw, in de stuur
loosheid bij de regeeringsbemoeiïngen ten
opzichte van den landbouw moet door
een krachtige hand orde worden gescha
pen.
Maar ook de land- en- tuinbouworgani
saties moeten de koppen bij elkaar ste
ken en in het belang van boer en tuin
der een eenheidsfront vormen.
Dat er niet kan zijn één groote orga
nisatie, aanvaarden wij. Verschillen in
geestelijke en materiëele belangen heb
ben geleid tot wat wij op het gebied van
het land- en tuinbouwvereenigingsleven
hebben. Maar dit behoeft geen beletsel
te zijn om te streven naar samenwerking
tusschen de landbouworganisaties onder
ling en tusschen land- en tuinbouw, een
samenwerking waardoor het mogelijk i3
gezamenlijk op te trekken.
Dan alleen zullen wij het hoofd weer
boven water kunnen houden.
Niet door geld in de eerste plaats, niet
door steun, al zal er misschien in enkele
gevallen steun moeten worden verleend,
maar door een doelbewust, eensgezind
optreden van regeering en organisaties
alleen zullen wij weer uit het moeras kun
nen komen.
H. M. de Koningin-Moeder naar
Noord-Brabant.
DEN HAAG. H. M. de Koningin-Moeder
is voornemens Maandag 19 dezer de re
sidentie te verlaten, doch alvorens het
paleis te 'Soestdijk te betrekken, denkt
H. M. eenige dagen in Noord-Brabant
te vertoeven, waartoe zij met gevolg haaf
iptrek zal nemen in het hotel Bosch en
Ven te Oisterwijk. Vermoedelijk zal het
vertrek van Oisterwijk naar Soestdijk op
Vrijdag 23 dezer plaats hebben.
DEN HAAG. Naar wij vernemen, is in
de eerste dagen van Juni een semi-offi
deel bezoek der Groot-hertogin van
Luxemburg, vergezeld van haar gemaal,
aan H. M. de Koningin te verwachten. Het
zal plaats hebben op het Loo.