DE ZEEUW
cht.
Van bedriegelijke schittering
TWEEDE BLAD.
tIELBURG
smmissie
Bond
verkrijgbaar.
LHUIS
aangeboden
5 waren,
id bedrijf
oembollen.
UTEN,
DONDERDAG 16 JAN. 1930. No. 90.
Uit de Pers.
De Tweede Haagsche Conferentie.
FEU ILLETON,
„Moesje.
Uit de Provincie.
(Wondt vervolgd.)
t zelf. Cursus.
k. 5.00—5.30
over: De Ma-
5.30—6.30
■kes't. 6.45
■rs. 7.157.45
nderwijsfonds
Grarnofoon-
-11.00 N. G.
1.25 N. G. R.
12.15—1.15
■io. 1.15—2.00
izie'k. 4:00
omuziek. 5.00
onoert. Viool,
g over Chris-
ïcert.
35 Morgen wij-
;k. 12.20 Con-
elconcert. 1.20
.0 Concert, so-
Orkestconcert.
Symphonie-
Jrkest.
725 M. 12.20—
Orkestconcert
ïofoonmuziek.
Concert. Or-
5.207.20, 9.35
luziek. 12.25
50 Orkestcon-
igaal Vereeni-
t.
Camermuziek.
35 Orkestcon-
18ERICHT.
van 17 Jan.:
id uit West©-
licht bewolkt,
iets kouder.
ig 2 uur:
ag 760.
seis:
srdt gehouden
ïuarl 1930,
e Bogardzaal.
ZUIDEMA.
sleed en ar-
:ek Crooswijk,
4ANN, 2e v.
rdam.
plantgoed
illlijke prijzen
-iillegom Z.-H.
op aanvraag.
J. BURGER.
t 1
VAJX
Tweeërlei liquidatie.
In Den Haag aldus de „Amsterdam
mer" is men weer eenige weken in con
ferentie bijeen, om de gevolgen van den
wereldoorlog te liquideeren. Het is de
tweede herstelconferentie. En wie het
goed met den vrede meent, kan niet an
ders wensohen dan dat de hooge heeren
hun herstelarbeid zoo veel mogelijk tot
een goed einde zullen brengen.
Dat liquidatie-proces is althans een
sympathiek streven.
Minder weldadig doet de liquidatie-be
weging in. Rusland aan. Ook daar zou een
herstelconferentie zeer op haar plaats
zijn. Het Russische volk bloedt immers
uit duizend wonden, eerst geslagen door
de ellende van den oorlog en later door
de verschrikkingen van de revolutie.
De liquidaitie-actie in Rusland is ech
ter minder op herstel gericht dan op voort
zetting van het afbraakwerk, nu met na
me op algeheele uitroeiing van. de religie.
Men wil er niets minder dan het Chris
tendom liquideeren en daarmede allen
godsdienst uit de Sovjet-republiek ban
nen.
De atheïstische agitatoren denken daar
vijï jaar mee werk te 'hebben. Men wil al
vast beginnen met een wettelijk verbod van
het bouwen van nieuwe kerken. De oude
kerkgebouwen moeten geleidelijk aan
den dienst onttrokken worden. En dan
het publiek er maar steeds van doordrin
gen, dat godsdienst opium voor het volk
is.
Ja, dan zal men er wel binnen vijf jaar
mee klaar zijn. De heeren in Rusland zijn
ook zoo wijs en verstandig
Maar die in1 den hemel woont, zal
lachen
Liquidatie van den godsdienst! De Sa
tan is er van het Paradijs af al mee be
zig en nog is hij niets gevo derd.
Do „heeren in Den Haag" zijn gisteren
met. hunne besprekingen een goed. eind
gevorderd.
In die zitting van de zes uitnoodigende
mogendheden over de Duitsche herstel-
vraagstukken heeft men de aangelegen
heid van de deelneming van de Rijks
bank aan het kapitaal van de Int. Her-
Btelbank behandeld.
Men had de keuze tusschen opneming
5nl bet slotprotocol van Den Haag van
de verplichting van de Rijksbank om deel
te nemen of wel om dit te regelen door
wijziging van de Rijfesbankwet.
De Duitschers gaven aan deze laaitste
methode da voorkeur, aangezien dat hun
aangenamer was dan da andere oplossing,
die met zich mede zoiu brengen, dat
alleen voor Duitschiand zulk een speciale
bepaling in het slatprotocol zou worden
opgenomen.
Allen gingen met het Duitsche voar-
BteJ aocaord. Slechts wat de uitwerking
betreft, n.l. de farmuleering van de aan
te brengen wijzigingen in de Rijksbank-
wet, wenschte één der credieteurstaten
nog een beraadslaging met de juristen.
De vraag van de mobilisatie der Duit-
esche schuld kwam gisteren niet aan de
orde in de bijeenkomst van zes. Cbé-
ron en Moldenhauer zullen daarover sa
men nog overleg plegen, terwijl ook aan
het diner, dat Curtius gisteravond aan
de Frainsche delegatie aanbood, nog gele
genheid zou bestaan, dit punt te bespre-
Verder hebben1 besprekingen plaats ge
had over de liquid atie van het
verleden,
Zooals men zich herinnert bestonden
jhieromtrent meeningsverschillen tusschen
Duitschiand ©enerzijds en Italië en de
Dominions anderzijds.
door
H. ZEEBERG.
Ui j
5) -o-
Maar zij' was er niet ai gjeweest, want
het meisje had een plaatje voor den
dag.gehaald, waarop: „Laat de kindeikens
tot Mij kolmen en verhindert ze niet."
„Moe, hier staat toch dat het wel voor
kinderen is!"
Ze had niet meer geweten, wiat ze zeg
gen, moest. Die vragen oo|k van dat vroeg
wijze fcimdl
„Hou-je mond mlaar Oiver dien onzin,"
had ze wat hits giezegd.
Toen 'het er uit was, speet het haar,
want in het oog van 'haar dochtertje
was een traan gekomen.. Nadenkend had
zijl vóór zich uit gestaard en de eerstvol
gende dagen niet veel gezegd.
Daarom, hechtte ze absoluut geen waar
de aan die bewering der dienstbode, dat
Cor onwel was. Hot zon wel overgaan.
De behandeling dezer zaak wa* daarom
tot gisteren uitgesteld.
Vóór de vergadering van gisteren is
Australië tot een schikking met Duitsch
iand over dit punt gekomen. Nieuw-Zee-
land is er echter nog niet in geslaagd
zijn moeilijkheden met Duitschiand te re
gelen.
Deze moeilijkheden hebben betrekking
op vroegere Duitsche eigendommen in
Samoa, welke overgenomen zijn door de
regeering van Nieuw-Zealand en door den
staat zijn behouden.
Nu staat er ini het rapport der ex
perts een bepaling volgens welke Duitsch
iand afstand doet van elke vordering ter
zake van eigendom, dat is geliquideerd
of waarover definitief is beschikt.
Namens Nieuw-Zeeland zette Graham
nu tegenover Duitschiand uiteen, dat die
woorden juist de bedoeling hadden om
te voorzien in het zich hier voordoen
de geval, dat de goederen behouden zijn
door den Staat.
De eigendommen in Samoa zouden dan
onder deze clausule vallen. Men, is het
echter nog niet eens geworden en de
beraadslagingen zullen over dit punt wor
den voortgezet.
Gisterennamiddag, bij het verlaten van
d# ochtendzitting der zes, verklaarde mi
nister Wirth, dat alle vraagstukken, be
halve dat der mobilisatie van de Duit
sche schulden, rijp zijn voor een techni
sche formuleering.
Vandaag zal waarschijnlijk de mobi
lisatiekwestie tot een oplossing komen
en Vrijdag zal de gaheele regeling in
de Duitsche commissie ook aan de kleine
mogendheden worden voorgelegd.
Gisteravond verklaarde Banes bij het
verlaten van de commissie voor de O o s-
t e 1 ij k e vraagstukken, dat de za
ken goeden voortgang hadden en dat hij
gelijk steeds optimistisch bleef en
hoopte, dat men vóór Zaterdag deze kwes
tie geregeld zou hebben.
DE INDISCHE BEGROOTING.
Voorloopig Verslag.
Verschenen is het Voorl. Verslag over
de wetsontwerpen tot goedkeuring van de
besluiten van den Gouv.-Generaal van
Ned.-Indië, houdende vaststelling van de
onderscheidene afdeelingen der begroo
ting van Ned.-Indië voor 1930.
We ontleenen er het volgende aan:
Verscheidene leden vroegen, hoe de mi
nister, denkt over het reeds van verschil
lende zijden geopperde denkheeld van
de instelling van een vaste commissie
voor koloniale aangelegenheden uit de
Kamer, waarmede de minister geregeld
voeling zal kunnen houden en waarme
de o.m. door hem zal kunnen worden
overgelegd, hoe het best die punten be
treffende Indië, die van algemeen belang
worden geacht, onder de aandacht van de
Kamer kunnen worden gebracht.
Verscheidene leden gaven uiting aan
hun teleurstelling over het weder op
treden van den minister.
Andere leden verklaarden, den nieuwen
bewindsman, mede op grond van het
vroeger door hem gevoerde beleid, met
vertrouwen te hebben zien optreden. Ver
scheidene leden wenschten zich over de
benoeming van dezen bewindsman niet
uit te laten.
Het beleid van den G.-G. kon verschei
dene leden niet bevredigen. Het getuigt
naar hun meening. van weifeling en aar
zeling op verschillend gebied. Andere le
den merkten op, dat er geen grond is
voor de beschuldiging, dat deze G.-G. een
zijdig de belangen van een bepaalde
groep of partij zou voorstaan; door de
gebeurtenissen van den laatsten tijd is
dit nog eens ten overvloede bewezen.
Bij alle verschil van meening omtrent
de wenschelijkheid van verschillende
maatregelen, was men vrij algemeen van
gevoelen, dat het ten aanzien van Indië
te volgen staatkundig beleid gericht moët
zijn op bevordering van de geestelijke
en materiëele ontwikkeling van Ned.-
Indië.
Men zou echter gaarne een duidelijke
uiteenzetting ontvangen van de politiek,
die de regeering op economisch en staat
kundig gebied in de eerstvolgende jaren
denkt te volgen. Vele leden waren van
oordeel, dat de ontwikkeling van de staat
kundige verhoudingen moet leiden tot
meer zelfstandigheid van Ned.-Indië.
(geworden. Zij had het kind hooren stem
men; zij was hef bed uitgegaan en had
haar zij- gevonden. Het 'kind vroeg wa
ter en lachte haar toe. Het bijlzijh van
moeder deed haar zooi goed.
Angstig had zij haar kind aangezien.
Zoo igOed en zoo kwaad het ging, had zij
geholpen. Maar hét werd te erg. En in
haar moederangst wals zijl teruggel oopen
naar de slaapkamer, had haar man ge
wekt. Hij wias (het was nui halftwee) mis
schien nog maar een Uur thuis, maar zij
vond het onverantwoordelijk, hemi on
kundig te laten. Al was hun verhoudinjg
de laatste tijiden niet van de beste ged
weest, hij was toch in ieder geval Carrie's
vader. Alle overwegingen had ze opi zyi
gezet. De angst deed haar alles; vergeten.
Hier was het leven1 van héér en zijn
kind in gevaar. Hiji móést het weten.
Gelukkig, nu was hij1 naar den dokter.
Hij zou wel gauw terugkomen! met dezen.
Dan was zij, verlost rnit do onzekerheid.
Want die was zoo pijnlijk, zoo ontzettend
pynljjk. Wat zou-ie zeggen? Zoiu-ie haar
oen doodvonnis, het 'doodvonnis van haar
eenig meisje aanzeggen? O, zij wilde
het weten. Maar éls het oen Blechto tijding
was, éls zij dat kind moest verliezen door
den doodwat bleef haar dan over?
Zij' kon or niet aan donken.
Rieip het kind?
Verscheidene leden, hoewel van mee
ning, dat een onmiddellijke verbreking
van den staatkundigen band tusschen
Nederland en Indië met het oog op de
belangen van Ned.-Indië en haar bevol
kingsgroepen ongewenscht is, waren van
oordeel, dat zoodanige verbreking in de
toekomst noodzakelijk gevolg moet zijn
van een staatkunde, welke gericht is op
verhooging van de volkskracht der in-
heemsche bevolkingsgroepen. De vraag
werd gesteld, wat de houding van de re
geering tegenover Indië zal zijn, wanneer
door de Engelsche regeering aan Britsch-
Indië de dominion status mocht worden
toegekend.
Verscheidene leden waren van oordeel,
dat voor Nederland het in stand houden
van een band tusschen het moederland
en de gebiedsdeelen over zee ten allen
tijde wenschelijk zal zijn, en dat bij voort
gezette ontwikkeling van Ned.-Indië de
beslissing over de duurzaamheid van de
verhouding te zijner tijd mede van Indië
zal afhangen.
De overige leden achtten het noodzake
lijk, dat Nederland zou zorgdragen voor
het in stand houden van den Rijksband
tusschen Nederland en Indië. Zij hadden
met instemming uit de Troonrede verno
men, dat de regeering het moederland en
de koloniën als een hecht geheel be
schouwt. In verband hiermede spraken
zij de verwachting uit, dat de tegenwoor
dige minister van Koloniën de geldende
voorschriften der Indische Staatsregeling
in dezen geest zou hanteeren, dat aan
de Indische regeering van uit Nederland
daadwerkelijke leiding wordt gegeven, op
dat men zooveel mogelijk voor verras
sende impulsieve toezeggingen en daden
van den Landvoogd bewaard blijve.
Het optreden van deRegeering tegen
over de Inlandsche beweging gaf aanlei
ding tot verschillende beschouwingen.
Daarbij spreekt de Commissie van Rap
porteurs het vertrouwen uit, dat de minis
ter in de Mem. van Antwoord uitvoe
rige inlichtingen zal verstrekken, betref
fende de na het afdeelingsonderzoek
op 29 December tegen de leiders en voor
naamste leden der P.N.I. op groote schaal
genomen politioneele maatregelen, zoo
wel wat betreft de redenen, die tot het
treffen van bedoelde maatregelen heb
ben geleid, als met betrekking tot de re
sultaten van de gehouden huiszoekingen
en van het ingestelde onderzoek.
Verschillende leden waren van oordeel,
dat de Regeering in Indië aan de volks
beweging en de vakactie ernstige en on-
gewenschte belemmeringen in den weg
legt, maar anderen oordeelden, dat de
Regeering tegen de Inheemsche volks
beweging niet te streng optreedt, o.m. we
gens doorloopende pogingen uit Moskou,
om de bevolking tegen het gezag in ver
zet te brengen door scheeve voorstellin
gen en het wekken van wantrouwen
ook tegen die maatregelen, waarbij de
Regeering met de beste bedoelingen be
zield is.
Verscheidene leden zagen in deze be
grooting, waarin met klem de noodzake
lijkheid wordt betoogd van de uiterste
soberheid in 's lands dienst, de inluiding
van een nieuwe periode van strenge be
zuiniging en verwaarloozing van vitale
volksbelangen, zooals Indië gekend heeft
tijdens het vorig bewind van den tegen-
woordigen minister. Voor een politiek van
versobering oordeelden de hier aan het
woord zijnde leden des te minder reden,
omdat de toestand van 's lands finan
ciën niet zoo ongunstig is, als wordt voor
gesteld.
Andere leden betoogden, dat de finan-
ciëele toestand van Indië, zooal niet ver
ontrustend, dan toch verre van rooskleu
rig is. De Regeering ftioet zich niet door
enkele voorspoedige jaren laten verlei
den, haar budget daarnaar in te richten;
maar gestreefd moet worden naar een
evenwicht.
Men sprak zijn bewondering uit voor
de groote vorderingen van het luchtver
keer met Indië, alsmede van de telefo
nische verbinding per radio. Hulde werd
gebracht aan de Regeering en de K.L.M.
voor de ter zake betoonde activiteit. Men
zou gaarne vernemen, hoever de onder
handelingen met de Engelsche Regeering
gevorderd zijn.
,,Ja„ lieveling?"
„Ga ik sterven?"
O, hoe* pijnlijk was dat! Het sneed haar
door de ziel, als 'n tweesnijdend scherpi
zwaard. i
„Neenl, kindje, dat zal niet gebeuren,
hoor. Straks komt de dokter."
Het meisje zweegraakte weer" bui
ten kennisijlde.
„Dat zal niet gebeuren," had zjjl gezegd.
Lag dat in héér macht? O, a,ls die Onver
biddelijke eens kwam en hiji eischte: had
zijl dan maar niet tei geven?
Als God haar wilde straffen, nui reeds,
oip aarde, door haar hour kind te ontne
men, had zij' er dan het hoofd maar niet
bij neer te leggen? Wat móest zij! anders
doen? in opstand komen? Ja, dat zoiui zei
Maar wat zou) het helpen? Imlmers niets I
En als het kind stierf,waar ging
het dan heen? O, zijl w'ist het wel (zijl
wist bet immers van jongis aan), dat het
kind dan verloren zon zijtri.
En hior was het héér schuldZijl had
het niet gewezen op den eonigem Heiland
en 'Zaligmaker, omdat zo zelf meende,
te bunnon leven zónder Hemi. Doch zij
wist maar al te goeid, dat het niet ging.
Wat was anders do oorzaak van al haar
strijd do laatst» moandon? Was het niet
do leegte, die daar binnon was, die ont
zettende loogto, dat onvoldane gevoel,
dat ze niet was, die ze wezen moest?
DE TOESTAND OP CURAQAO.
Omtrent het vervroegde vertrek van Hr
Ms. „Van Galen" vernam het H d b 1. in
bevoegde kringen het volgende:
Sedert geruimen tijd reeds ontvingen de
autoriteiten, zoowel hier te lande als op
Curagao, berichten van bepaalden aard,
waaraan echter niet overal die waarde
werd gehecht, als degenen die deze be
richten de wereld instuurden wensch
ten. Toch hebben die berichten, die ken
nelijk er op wijzen dat zij steeds uit de
zelfde bron afkomstig zijn en die boven
dien bedoelen de regeering te waarschu
wen voor de ongerustheid welke er nog
steeds op Curacao zou heerschen, bij
verscheidene autoriteiten een gewillig oor
gevonden. 'Hoewel men op het Departe
ment. van Koloniën weinig geloofwaar
digs vond in bovenbedoelde berichten,
heeft de regeering toch gemeend maat
regelen te moeten nemen.
Zooals men weet, bevindt Hr. Ms. „Her
tog Hendrik" zich op het oogenblik in
de Curacaosche wateren met een totale
bemanning van 300 koppen. Bovendien
bevinden zich op het eiland zelf 135 man
politietroepen, alsmede 90 mariniers.
Curacao is dus allerminst onbewaakt.
Nu was reeds besloten om de „Van Ga
len" naar West-Indië te zenden en de
datum van vertrek was vastgesteld op
22 Januari a.s. Op grond evenwel van
nieuwe berichten, bij verschillende auto
riteiten binnengekomen, heeft de regee
ring het noodig geoordeeld de „Van Ga
len" vroeger te laten vertrekken. Het
oorlogsschip vertrekt nu 18 Januari a.s.
van Den Helder. Aan boord zullen zich
25 onderofficieren en manschappen in
schepen, hetgeen evenwel geen andere
bedoeling heeft dan het op goedkoope
wijze overbrengen van manschappen, die
anders per particuliere gelegenheid naar
West-Indië hadden moeten gaan.
Intusschen kregen wij den indruk, dat
het vervroegde vertrek van de „Van Ga
len" niet met volstrekte goedkeuring
van het Departement geschiedt. Daar
blijkt men er van overtuigd te zijn, dat
de toestand te Curacao thans geen reden
tot ongerustheid geeft en dat, ook al
mocht er iets gebeuren, er op het oogen
blik voldoende troepen aanwezig zijn om
de orde te handhaven en de veiligheid
der bewoners te verzekeren.
DE ZEEUWSCH-VLAAMSCHE
WATERLEIDING.
Men schrijft ons:
Toen nu alweer twee jaar geleden
van vele zijden bezwaren werden ge
maakt tegen den opzet van het waterlei
dingsplan' voor ""Zeeuwsch-Vlaanderen,
'heeft het Bestuur een uitgebreide Com
missie van Onderzoek, waarin zoowel
voor- als tegenstanders, benoemd om alle
bezwaren te onderzoeken.
Een der leden dezer commissie, legde
een uitvoerige, door hem onderteekende
nota over, die door het Rijksbureau voor
Drinkwatervoorziening uitvoerig weer
legd is; beide stukken zijn bij het in 1928
versohenen Rapport der Commissie afge
drukt.
Later heeft dit lid verklaard, dat de
nota hem verstrekt was door Dr Jenny
Weyerman te Goes, v
De minister van Arbeid, Handel en Nij
verheid noodigde daarop Dr Jenny Wey
erman uit, zijn kritiek aan den minister
bekend te maken, waarop Dr Weyerman
den minister een tweetal nota's heeft toe
gezonden; de eerste was ongeveer gelijk
luidend aan het door bovenbedoeld lid
aan de Commissie van Onderzoek overge
legde stuk.
Vervolgens heeft de Minister het oor
deel van het Rijksbureau voor Drinkwa
tervoorziening over de bezwaren van Dr
Weyerman ingewonnen en daarna al do
op deze zaak betrekking hebbende stuk
ken om advies aan de Centrale Commis
sie voor Drinkwatervoorziening le 's-Gra-
ven'hage gezonden.
Deze stelde een sub-commissie in, be-
staande uit de heeren Prof. Mr P. Aal-
berse, Oud-Minister van Arbeid, Handel
en Nb v erheid en lid van de Tweede Ka
mer der Staten-Generaal (Voorzitter); Ir
C. P. P. Ribbens, oud-Directeur der Ge
meente-waterleiding te Delft en Dr P.
Fesch, Directeur van den Rijks-geologi-
schen Dienst te Haarlem (rapporteur).
En na met dit kind, haar eenig meisje,
was het niet een roepstem, zich te bekee-
ren vóór het te laat was?
Al die overleggingen stormden door
haar van moeheid- bonzend hoofd. Bij
de waschtafel ging zij zitten, steunde het
hoofd op beide handen en schreide.
En dan wonderlijk toch de gedachten
van een menschl dan zag; zij1 haar moe
der moedeloos zitten aan een vervelooze
tafel gedrukt onder 's levens lastenEn
dan kwam daar Barend Jansen, haar va
der. Die legde zijn hand op haar schouder,
keek haar liefdevol aan en troostte haar,
wij'zend op GodDan kwam er weer
een glimlach opi het van zorgon-door-
ploegd gelaat.
Wat 'n verschil bij! héér! Ja, 'n oogen
blik was Herman vriendelijk geweest, zoio-
even: maar bet zoui niet lang duren
Dan was het weer de piuide. Als Cior
stierf, zou hij een paar gemeenplaatsen
zeggen en liet was voorbijl. Als héér
smart zou blijven voortduren, en dat
zoiui 't, dat wist zo zeker, dan zou
hij uitgaan om zich schadeloos te stel
len
Naar boven .kwam weer die gedachte,
dat hot zoo anders kon zijn, dan het
was. ,En uit geprangde borat kwami de
kreeti Vader 1.... .MoodorI
Maar ver van haar waren ztfon zij
weenden over hun afgedwaolue dochter,
Conform het advies van deze sub-com
missie heeft de Centrale Commissie voor
Drinkwatervoorziening den Minister het
gevraagde advies uitgebracht en de Minis
ter heeft thans 'het Bestuur der Water
leiding en de Commissie van Onderzoek
met de verschillende rapporten in kennis
gesteld.
De Centrale Commissie komt tot de
conclusie, dat de bezwaren van Dr Jenny
Dr Weyerman ontwikklede bezwaren on-
den terug gebracht, t.w.:
1. de abonnementstarieven en het wa
terverbruik;
2. het waterverbruik en het vermogen
der waterwinplaats;
3. waterverbruik voor vee;
4. afschrijvingspolitiek; en
5. tempo van aansluiting der aansïuit-
bare perceelen.
Op alle deze punten acht de commissie
de geleverde critiek ten eenenmale on
juist en de Minister heeft op grond daar
van aan het Bestuur der Waterleiding,
als zijn meening doen kennen, dat de door'
Dr Weyerman ontwikkelde bezwaren on
juist moeten worden geacht.
De Raad van Commissarissen heeft
met groote voldoening van deze mede-
deeling kennis genomen.
Het bestuur vertrouwt, dat ook door
dit feit de oogen der Zeeuwsch-Vlaam-
sche bevolking eindelijk zullen opengaan.
De waterieidingzaak dreigt een der
symptomen van onmacht en verdeeldheid
te worden, die voor de ontwikkeling van
Zeeuwsch-Vlaanderen zoo funest zijn.
In zijn vergadering van 14 dezer heeft
de Raad van Commissarissen besloten,
in de eerstvolgende aandeelhoudersver
gadering overeenkomstig het verzoek van
St Jansteen en Axel de ontbinding der N.
V. aan de orde te stellen. De Raad ver
trouwt, dat dit ontbindingsvoorstel zal
worden verworpen en dat daarna met
kracht met den opbouw van het gestaakte
werk zal worden voortgegaan.
Lichtstoring. Maandagavond zat
geheel Schouwen-Diuiv eland wat de elec-
trische verlichting betreft in het duister.
Als oorzaak wordt gemeld, dat bij' Kapelle
een arm aan een der palen door den
storm was verdraaid en ook doordat de
isolator potten aan de palen met zout wa
ter waren bestoven door zeewiater op ver
schillende plaatsen.
Dit laatste kan zich' "aleer voordoen 1!
De accu leeg? Wij laden niet
alleen, doch onderhouden ook uw
accu, J. M. Pplderman, Goes. Adv.
Middelburg. Gistermorgen zijln in den
Helmi proeven genomen om te zien of met
de aanwezige miotorgpuiten het Stadhuis
tot boven toe kan worden bereikt. Daar
toe werd het watef betrokken uit den
bak onder het Stadhuis. De slangenvoer-
dier nam plaats op een ladder, die tegen
den achtergevel van het Stadhuis was
geplaatst en van daar ,udt kan men tot
bij de torentjes spuiten:
Vlissingen. In 1929 kwamen 69 ge
vallen van aanrijding ter kennis van de
politie tegen 75 in 1928. In 35 geval
len moest do oorzaak gezocht worden in
onvoorzichtigheid. Éénmaal was zwaar
lichamelijk letsel het gevolg, in 6 gevallen
min ol meer zware verwonding.
De baldadigheid der straatjeugd was
in 1929 toenemende en ongeveer 250
kinderen werden door de politie ter zake
straatschender^ onder handen genomen.
Hierbij was soms sprake van meer ern
stige feiten, als het werpen van steenen
naar de voorruit van een passeereudejhi
automobiel, 'het dood gooien van dieren,
hot brand veroorzaken in een verhuis
wagen en bet wringen van voorwerpen
tusschen de tramrails.
De politie beeft ini 1929 in totaal
42 vreemdelingen over de grenzen geleid,
bet grootste deol verstekelingen, die van
passeerendo schepen aan wal werden ge
zet.
Woensdag bestond het kassiers- cn
effectenkantoor van de firma De Koster
Co. alhier 100 jaar. Zoowel buiten- als
binnenlandsche banken, waarmede het
kantoor zakenrelaties onderhoudt, had
den bloemstukkon gezonden. Vele geluk-
wenschen zijn den tegenwoordigen eeni-
gen finnant, den heer J. E. J. Jurry, toe
gezonden; velen zijn hem persoonlijk
komen gelukwenschen. Het personeel
heeft een zilveren inktstel aangeboden
die zelfs de kinderliefde vergat 1....
i i,i Hl
.Do voordeur werd opengeslagen; op de
trap klonken stappen; daar was Herman
met den dolkter. Het was niet haar eigen
dokter, maar een vreemde, een nog jonge
man
„Onze dokter was niet thuis. De heb'
een ander gehaald." zei Herman, tot ver
klaring.
D|e dokter groette haar eenvoudig en
ging rechtstreeks naar het bedje, waarop
de kleine Cor ijlde.
Lang en aandachtig beschouwde hij het
meisje, voelde de pols, vergeleek polsslag
en tijd, keek ernstig, maar sprak geen
woord. Angstig keelk Oor naar elk zijner
bewegingen. Dan weer naar het gelaat
van den dokber. Maar als uit marmer
gehouwen was het.
Toen vroeg hij' met 'n zacht-sympa-
thiefce stem, wat zijl gedaan had, en an
dere inlichtingen. Met door-tranen-vor-
stikto stom gaf zjj hem die.
Uit het meegebrachte handtaschje haal
de hjj medicijnen, gaf de patiënt in.
„Heeft zij geijld I
„Ja, zooeven. Hoor lv j
Hot kwam weer.
Do doktor ging vorder met hat onder- -
zoek. 1 I l
I 1 i