DE ZEEUW TWEEDE BLAD. Wat er deze week voorviel ONDER VERDENKING. HET ADRES A. WILKING FEUILLETON. Uit de Statenzaal. VAN ZATERDAG 7 DEC. 1929. No. 59. De Tweede Kanjer heeft weer een res pectabel aantal uren gewijd aan de be handeling van enkele begrootingshoofd- stukken. Spannende momenten deden zich niet voor. Het begrootingswerk kon (anders dan b.v. in de Gemeenteraden van Amsterdam en Rotterdam, waar van communistische zijde groot kabaal werd gemaakt) in alle rust en kalmte verricht worden. Minister Verschuur, die de Ar- beidsbegroting had te verdedigen, deed dit op zulk een wijze, dat hij mag roe men op een zeer goede pers. Het bleek wel, dat deze Minister veel op zijn pro gram heeft staan (wat betreft de socia le wetgeving), dat hij gaarne binnen niet al te langen tijd tot uitvoering ziet gebracht. Verder hield de Kamer zich onledig met de behandeling der belastingbeta ling op de postkantoren en besloot ook tot het weder opschorten van den vac- cinatiedwang. Als 1930 goed en wel in het land is, zal in Den Haag de conferentie-drukte weer terugkeeren. Gemeld werd nl., dat de Internatinonale Conferentie op 3 Janu ari a.s. zal beginnen. Deze week werd ook bekend, wie in- plaats van den heer Fruijtier gouver neur van Curasao zal worden. Wat we van den nieuwen functionaris, majoor Slobbe te weten kwamen, wettigt wel de hoop, dat hij daar een krachtig bewind zal voeren en onzen Nederlandschen naam zal hoog houden. In het Rijnland heeft men opgewekt feest gevierd. De tweede zone van dit gebied werd door de vreemde troepen verlaten, waarmede dan voor het betrok ken gebied een einde kwam aan de sma delijke bezetting door de (vroegere) ge allieerde militairen. Uit Engeland kwamen weer berichten van gansch anderen aard. Daar heeft men in sommige rivierstreken al dagen lang te kampen met overstroomingen, terwijl een groot deel van het land in het midden der week te lijden had van een geweldigen storm. Niet alleen op het land was de schade groot, maar erger was het verlies aan menschenlevens, veroorzaakt door enkele schipbreuken. Ook de Engelsche regeering had het niet gemakkelijk. Ze heeft veel critiek te verduren, wegens het herstel van de diplomatieke betrekkingen met Rusland. Het Hoogerhuis nam zelfs een motie daartegen aan. Ook zijn ar in den boe zem der Arbeiderspartij moeilijkheden ge rezen, die nog niet zijn bijgelegd. België krijgt weer zijn oude kabinet terug. Het eenige resultaat van deze bij na belachelijke vertooning is helaas, dat de oplossing der Vlaamsche kwestie met name de vervlaamsching van de Gentsche Universiteit, weer voor geruimen tijd is verschoven. De liberalen hebben dus toch nog hun zin gekregen. In Griekenland heerscht eenige onrust, daar gedreigd wordt met een algemeens staking. NAAR VERMINDERING VAN BEWAPENING? De eerste jaarlijkscbe boodschap, welke Hoover, de tegenwoordige President der Vereenigde Staten, aan het 'Congres heeft gericht, is vooral merkwaardig, zegt het „Centrum", om hetgeen er in gezegd wordt over de nationale verdediging en de zwa re offers, welke daarvoor moeten worden gebracht. De President windt er, zooals men uit de berichten heeft 'kunnen lezen, geen doekjes om. Hij veriklaart ronduit, dat de groeiende uitgaven ernstige bezorgdheid moeten wekken, en hij voert ten bewijze daarvan cijfers aan, welke zulk een bezorgdheid maar al te zeer wettigen. Beliepen in 1914 de 'kosten van de na tionale verdediging 287 millioen dollars, i I floor v. d. BOSCH. 28) -o- „Het is schande van boer Petersen, dat zeg ik", zei de vrouw van den overweg wachter, „Hij moest zich schamen, om dat van je man en Joost te denken." „Ja", meende moeder Waanders, „maar dat is nu eenmaal niet anders. 'kWou, dat we hier maar weg waren. Het is zóó geen leven." „Kom, kom, het slijt wel. En de wer kelijke dader wordt wel bekend. Het ergste is, dat ze geen werk hebben. Nu, het beste, hoor." Buurvrouw vertrok. ,Ben je nu al terug van den veearts, Kees?" vroeg moeder, toch even verwon derd. ,Er waren vanmiddag geen boodschap pen, moeder," zei Kees. Hij had onderweg besloten, er maar niets van te zeggen, dat het dienstmeis je zoo onvriendelijk tegen hem gedaan had. Vader en moeder hadden al verdriet genoeg, vond hij. „Waar zijn vader en Joost, moeder?" vroeg bij. voor het loopende jaar zullen zij niet min der dan 730 millioen bedragen, waarbij dan de niet-militaire diensten der betrok ken Departementen nog buiten berekening blijven. Amerika geeft voor zijn leger en vloot meer uit, dat de sterkst gemilitairiaeerde landen der wereld. En dit zal nog erger worden, wanneer er geen internationale regeling kan wor den getroffen op maritiem gebied, voor welke regeling in Januari te Londen de vijf groote zeemogendheden 'bijeenkomen. Blijft die conferentie zonder resultaat, dan zullen de Ver. Staten in de komende zes jaren meer dan 1200 millioen dollar moeten uitgeven voor den aanbouw van oorlogsschepen, enz., verhoogd met de kosten voor noodzakelijk onderhoud. Uit deze enkele cijfers blijkt wel zeer overtuigend, welke'zware lasten en tevens welke ernstige gevaren het mislukken der Londensche conferentie en andere pogin gen, om tot 'beperking van bewapening en vermindering van militaire lasten te ge raken, zouden met zich brengen. Want hoe bedenkelijk in de verhoudin gen, welke hij' te voorschijn roept, en hoe fataal in zijne gevolgen de toestand van gewapenden vrede moet heeten, heeft de periode, welke aan den wereldoorlog voor afging, maar al te overtuigend bewezen. Gelukkig ademt bet presidentieele stuik een geest en kenmerkt het zich door een toon, welke in overeenstemming zijn met het pacifistisch stroven van onzen tijd. D'o President spreekt de 'hoop uit, 'dat de Londensche conferentie met succes zal worden bekroond. En met een herinnering aan het Kel- logg-pact, ter uitbanning van den oorlog, tot v/elk pact reeds 54 naties zijn toege treden, en aan het internationale Hof van Justitie, verklaart hij', dat de vooruitzich ten van den vrede nooit grooter 'zijn ge weest dan tegenwoordig. Dit is geen ijdel woord. Er is inderdaad een nieuw element ge komen in de wereld, wat ook in deze Boodschap aan het Amerikaansche Par lement .tot uitdrukking 'komt. En de cijfers, welke de President naar voren brengt, 'kunnen slechts als een be wijs en een motief te meer gelden, hoe noodig het is, den wedstrijd in bewape ning te vervangen door andere en 'betere middelen, om internationale geschillen te beslechten, en aldus de volken te bevrij den van den knellenden druk, welken bet militairisme hun oplegt. „Het Centrum" is dus nogal optimis tisch gestemd. En wie zou niét 'hopen en wenschen, dat dit optimisme gerechtvaardigd is? Tóch is daarvoor naar het ons voor komt, nog zeer weinig reden. Dit blijkt wel in de eerste plaat® uit de rede van president Hoover. Ondanks al het gepraat over vredesgezindheid en ontwapening heeft Amerika de militaire uitgaven tot een nooit gekénde hoogte op gevoerd, en dat, terwijl, dank zij' de vor deringen van de technek, veel gemakkelij ker onvoorbereid een leger kan worden gevormd dan in 1914. Het blijkt ook uit wat tot nu toe be kend werd gemaakt omtrent de te hou den conferentie. 'Men wil wel de bewapening beperken, zeer zeker, maar altijd na anderen. En dan nog 'alleen onder allerlei voor waarden, die de beperking vrijwel illusoir maken. Wij hopen vurig, dat het optimisme van het ^Centrum" gegrond zal blijken. Maarwij vreezen. Polderlasten en het gebouwd. Een stemrecht, dat uit den tijd is. Het Schoolmuseum. 'Dinsdag j.l, kwamen de Staten onzer provincie weer in vergadering bijeen, om het restant van de vorige zitting af te doen. De discussies hadden nu een heel wat, kalmer verloop dan den vorigen keer. Principieels debatten bleven achterwege, en was er niet de Schouwsche polder kwestie geweest, die het grootste deel van den tijd voor zich opeischte, dan zou men misschien wel kunnen zeggen, dat het niet de moeite waard was, dat de leden „Bij den burgemeester", zuchtte moeder. „Ik weet niet, wat het worden moet, Kees." De burgemeester zal vader of Joost toch niet gevangen nemen? Dat kan toch niet, als zij geen schul<Lhebben?" „Ik weet niet, wat er gebeuren zal", zei moeder Waandars, wie de tranen weer in de oogen sprongen, ,,'k Wilde, dat we hier maar weg waren. Ieder op het dorp ziet vader toch voor den dief aan." „Ieder niet, moeder", vond Kees, „Mees ter Ringelberg niet. En vrouw Jaarsma niet. En vele anderen ook vast niet." „Nu ja, ieder. Maar velen toch wel. We moesten maar weg gaan." „Naar Rotterdam?" vroeg Kees. „Tan te Marie zou het wel willen." ,Ja, maar vader wil het niet. Dus het gaat wel over." „Vader wil het nu misschien wel", dacht Kees. Moeder gaf er geen antwoord op, maar keek door het raam naar buiten, waar juist door een forsch persoon het hekje open gedaan werd. ,Daarkomt boer Geensen", zei moeder. „Wat moet dh nu hier?" De boer stapte het portaal binnen en riep: „Volk!" „Kees ga eens kijken." De jongen stond vóór ian boer. er de reis naar Middelburg voor hadden gemaakt. We zouden het echter nu niet graag durven beweren, want dan zouden onze lezers op Schouwen-Duiveland zeker niet weinig verontwaardigd zijn. Immers, te oordeelen naar hetgeen de heeren Tim merman en Doeleman'zeiden, gevoelen de eigenaars van gebouwde eigendommen al daar het als een onbillijkheid, dat ze straks mee zullen moeten betalen in de polderlasten, terwijl sommige gemeenten en particulieren toch reeds uitgaven heb ben vanwege bet tegengaan van het hoogwater-gevaar. Verschillende heeren wezen er op, dat nu over het billijke of onbillijke van het aanslaan van het gebouwd in de pol derlasten niet meer gepraat moet worden. Deze zaak is in principe na vinnige de batten en met een 'kleine meerderheid reeds in 1919 uitgemaakt. Het gaat er nu alleen maar om te voorkomen, dat de pol derbesturen op de eigenaren van het ge bouwd lasten leggen, die op hen niet ge legd mogen worden. Maar zoo zei de heer Van der Weij- de daarop Ietten Gedep. Staten zeer nauwkeurig. Het Waterschap Schouwen wilde aanvankelijk de eigenaren van het gebouwd in alles en nog wat laten mee betalen. Maar dat stonden Ged. Staten niet toe. Ze zijn aan het schrappen ge gaan, en toen is per saldo niets anders overgebleven dan zeewering en waterkee- ring O.m. zijn geschrapt de posten voor wegen en ontwatering. (Tusschen haakjes zij even opgemerkt, dat andere waterschapsbesturen wij denken b.v. aan de Breede Watering be westen Ierseke óók trachten het ge bouwd in de wegen en ontwatering te Ia- ten meebetalen. Als Ged. Staten nu ook hier eenzelfde standpunt innemen, en van dit college mogen wij natuurlijk vóór alles consequentie verwachten dan zullen de eigenaren van het gebouwd in dien polder Ged. •State-'? zeke~ dankbaar zijn) Een andere kwestie waj bet stemrecht en de eischen, waaraan candidaat-hoofd- ingelanden in het Waterschap Schou wen hebben te voldoen. Met recht bracht dhr Timmerman daarop scherpe critiek uit. Hij sprak zelfs van een kapitalis tisch stelsel. Met insteming hoorden wij dit betoog en dat van den heer Van der Wart hier over aan. Het verdient toejuiching, dat over dit antieke systeem, dat heusch niet alleen op Schouwen-Duiveland wordt toe gepast, in de Statenzitting eens de staf wordt gebroken. Wij' spreken daarbij tevens den hartgrondigen wensch uit, dat de Prov. Staten niet zullen nalaten waar en wanneer zij daar toe maar in de gelegenheid zijn (indien dit noodig is door b.v. het algemeen pol derreglement te herzien), alles wat met verkiezingen in polders en waterschap pen, in verband staat, te moderniseeren en in de lijst van onzen tijd te brengen. Een regeling, volgens welke men wel mag betalen, maar pas medezeggenschap krijgt, als men een flink bezit heeft, is toch feitelijk niet meer van onzen tijd. Hier kunnen we nog wel een behoorlijke dosis gezonde democratie gebruiken en valt nog wel wat antieks op te ruimen. Het gelukte den heer Timmerman voor tal van zijn amendementen een meerder heid te vinden, zoodat op dit punt eenige verbetering is bereikt. Toch 'Stemde hij met zijn mede-lid Doeleman tegen het voorstel in 'zijn geheel, omdat hij, zooals gezegd, de heffing onbillijk vindt. Het voorstel tot subsidiëeren van het schoolmuseum lokte ditmaal principi- eele bestrijding, o.a. van de heeren Die- leman en Van der Wart uit. Volgens hen heeft de Provincie op het gebied van het Lager Onderwijs geen taak. Hier moeten alleen Rijk en Gemeenten op treden. Principieel is daartegen niets in te brengen. Alleen is het jammer, dat de Prov. Staten dit juitste standpunt niet heb ben ingenomen, toen ze voor de eerste maal over deze subsidie te beslissen kregen. Het gaat nu niet aan, zeiden o.a. de heeren Van de Putte en Welle- man, om de subsidie in te trekken, ter wijl het eind in het zicht is. Onder- tusschen zal de vereeniging, waarvan het museum uitgaat, zeker goed doen den wenk van den heer Kodde ter harte te jZoo, jongen, is vader thuis?" „Neen, boer." Kees behoefde niet meer te antwoor den, want moeder Waanders kwam te voorschijn. „Boer". „Vrouw Waanders. 'kHoor dat Je man niet thuis is?" „Nee, baas. Hij is om half drie naar den dominee gegaan." „Dat weet ik. Dominee is bij mij ge weest. Maar waar is hij nu? 'k Wou hem graag even spreken." „Om drie uur kwam de veldwachter. Waanders en Joost moesten weer bij den burgemeester komen, 'k Weet niet Moeder Waanders begon 'te schreien. „Stil maar, vrouw Waanders" zei de boer, zijn zware stem latende dalen. „Stil maar. Zij komen zoo wel terug. De bur gemeester doet hen niets. Er is geen re den toe. Maar 'kweet niet, of ik zoolang wachten kan. Ik kan het u wel even vertellen." Kees stond er nu niet meer alleen bij. Gerrit was 'uit het schuurtje gekomen. En de twee kleinsten waren nu ook pre sent. Klaart je en Cor waren nergens te zien. „Kom dan maar binnen, baas" zei vrouw Waanders. En tot de jongens: „Gaan spelen, hoor. 'kZal wel roepen, al® ik je noodig hab." nemen en spoedig bij gemeente- en schoolbesturen om steun aankloppen. Verder besloten de Prov. Staten o.a. tot verbetering van eenige wegen in Z. Vlaanderen en om de inlaag te Hoede- kenskerke, die eigendom is van de Spoor weg-Maatschappij „Zuid-Beveland" ,maar gratis ter beschikking wordt gesteld, in te richten en te gebruiken voor haven en aanlegplaats der Prov. booten, waar door inderdaad een groote verbetering tot stand zal komen. Voor de volgende vergadering blijven bewaard: de motie-de Pauw betreffende het kolenladen te Hansweert, de salaris- verhooging van enkele hoogere ambtena ren en de motie-Wallien inzake een een hoofdig directoraat der Prov. Stoomboot diensten. Naar verluidt staat ons wederom een buitengewone zitting te wachten. Het aan tal Staten-vergaderingen vertoont de laatste jaren wel een stijgende lijn! BRIEVEN UIT HET LAND VAN CADZAND. LI. Nog eens de kanaalplannen voor Zeeuwsch-Vlaanderen. Zeeuwsch Vlaanderen is niet alleen het land van Axel en Hulst, maar ook het land van Gadzand. Op gevaar af van vervelend te worden, moet ik toch nog eens weer terug komen op de kanaalplannen voor Zeeuwsch- Vlaanderen. Mocht ifc voor sommige le zers een beetje vervelend worden, dan kan ik me hiermee troosten, dat ik ten minste in goed gezelschap ben, want in de Tweede Kamer onzer Staten-Generaal hebben ze er ook weer „over gepraat". En waar ik 'dichter bij! het vuur zit dan in Den Haag, ga ik er nog eens over pra ten. In de vergadering der Kamer van hon derd heeft bij de behandeling der Water- staaisbegrooting, enkele dagen geleden de heer Lockefeer, geboren Zeeuwsch-Vla ming een vurig pleidooi gehouden voor het kanaal Axel-Hulst. Dat kanaal is vol gens hem niet slechts een streekhelang, maar ook een nationaal belang. Het ka naal moet het centrum van Zeeuwsch- Vlaanderen rechtstreeks in verbinding brengen met Noord-Nederland. „De minister zal de zaak in welwillen de overweging nemen". Nu gun ik onze Oostelijke buren, de Axelaars, van harte hun kanaal Axel- Hulst, en het wordt werkelijk tijd, dat de welwillende overweging eindelijk na tien tallen jaren wachtens tot resultaat heb- be, dat er een welwillend besluit worde genomen. Dit voorop geplaatst. Maar toch, als het verslag, dat ik las, juist is, heeft de heer Lockefeer wel wat al te veel als Oost- Zeeuwsoh-Vlaming gesproken, toen hij het bad over de verbinding van het cen trum van Z.-Vlaanderen met Noord-Ne derland. Want Axel-Hulst is niet het cen trum van Z.-Vlaanderen, maar alleen van het Oostelijk deel. En als ze nu in Den Haag soms eens mochten denken, dat door het kanaal Axel-Hu1st heel Z.-Vl. gehaat is, dan hebben ze het, glad mis. Het bedoelde kanaal is van groot, zeer groot 'belang voor de streek Axel-Hulst, maar ons land van Gadzand schiet er niets mee op. West-Zeeuwsch-Vlaanderen heeft met Oost alleen 'dit gemeen, dat het allebei Vlaanderen heet en van de rest van Nederland gescheiden is door de Schelde, van welke scheiding het alle na deel ondervindt. Verder zijn het twee af zonderlijke deelen, bijna geheel door de Braakman gescheiden. En in velerlei op zicht is de tegenstelling tusschen beide deelen niet gering. In 'kleeding, gewoonte, in taal, in godsdienst. Wat het Protes- tantsohe deel betreft, is West overwegend vrijzinnig, het 'Oosten orthodox. De Ge- ref. vormen in West slechts een 'kleine groep, in het Oosten hebben ze flinke gemeenten. Gemeenschap tusschen beide deelen is er ook al niet veel. Laat het in de laat ste jaren wat gebeterd zijn, vooral door dat vele 'boerenzonen naar het land van Gadzand zijn komen „boeren", maar een eenheid is 'het nog lang niet geworden. De zakenman is aangewezen op Noord- Nederland of op België, maar niet op het Oosten. Kees en Gerrit besloten naar "den over weg te gaan. Maar juist zagen zij vader en Joost aankomen. Dus bleven zij wach ten. Vader keek heel wat opgewekter dan dien middag. „Zoo jongens", zei hij. „Vader", antwoordden zij tegelijk. En toen Kees: „Heeft de burgemeester u niet gehouden?" „Neen, jongen, dat gebeurt ook niet. Wii blijven vrij man, hé Joost? Kom, we gaan het gauw moeder vertellen." „Boer Geensen is binnen", vertelde Kees. „Zoo"antwoordde vader verrast. En hij liep vlug het pad over. „Wat is sr toch met vader?" vToeg Kees aan Joost. „Wel, allereerst heeft de burgemeester ons gezegd, dat hij niet gelooft, dat wij de portefeuille gestolen hebben. De po litie uit Rotterdam, agenten niet, maar 'tweet niet, hoe die menschen heeten, komt nu onderzoek doen. En verder is vader b\j dominee geweest. En dominee gelooft het ook niet. Hij zou eens praten met boer Geensen, of die ook werk voor ons had of voor vader alleen." „En nu is boer Geensen er al!" riep Kees. „Ja, het gaat alles heel gauw. Dominee is er dan wel vlug geweest Misschien Wanneer de heer Lockefeer van mid delpunten had willen spreken, had hij er twee moeten noemen, één voor Oost en één voor West. En beide centra moeten met Noord-Nederland rechtstreeks in ver binding komen, 't Is waar, hij heeft mis schien gedacht, dat het beter is, een half ei, dan een leege dop, maar het is voor ons als Cadzandenaars niet prettig, dat wij van dat halve ei niets hebben. En als het kanaal in Oost er komt, en wij moeten dan nog net zoo lang op het onze wach ten als ze er in het Oosten op gewacht hebben, dat is zoo ongeveer een kleine eeuw, geloof ik, dan zal het nageslacht misschien eens de schepen zien varen door onze polders, maar wij toch zeker niet. En dan zal het nageslacht ongetwij feld 'bij de opening van ons kanaal hulde brengen aan de voorvaderen, die vrucht baar pionierswerk hebben verricht, maar dat vind ik nu een beetje magere troost. Het groote belang, dat West bij een kanaal heeft heh ik in een mijner vorige brieven al uiteen gezet, het moreele recht eveneens. Ik zal dat nu niet herhalen. Ik wil er alleen nadrukkelijk op wijzen, dat wij m ons land van Cadzand niets hebben aan een kanaal voor 'Oost, maar dat wij blijven vragen om een waterweg, die het Zuiden, Sluis, met de Schelde zal verbin den, dat ons tenminste eindelijk iets te rug gegeven wordt van hetgeen ons in vo rige jaren is ontnomen. En dan moet de regeering niet verge ten, dat daar ver weg in Zeeuwseh-Vlaan deren ook Nederlanders wonen, die even goed hun lasten opbrengen als het andere deel. Dat daar een vruchtbare strook grond 'ligt, dat daar nijvere Nederlanders wonen en dat hen, nog niet zoovele jaren geleden, toen vreemde handen uitgestoken werden naar dit begeerlijke stuk, allerlei beloften zijn gedaan, die ingelost moeten worden.Maar men rekent in Den Haag te weinig met de streken ver van het mid delpunt gelegen'. Het trof me ook, dat, toen gevraagd werd om een billijker toe passing van de autowegenbelasting voor de eilanden (onze streek hoort daar ook onder) de minister doodleuk mededeelde, dat hij' daaraan niet dacht. Dat kweekt langzamerhand verwijdering, dat geeft een gevoel van geen eigen kind, maar stiefkind te zijn. En nu had ik gaarne gezien, dat de ge boren Zeeuwsoh-Vlaming in de Tweede Kamer niet alleen voor dat eene stief kind was opgekomen, maar ook voor dat andere. Want kinderen in het ongeluk moeten elkander helpen. Ik herhaal, wat ik in het begin van mijn brief schreef, dat ik mij er van harte in zou verblijden, dat Axel en Hulst hun kanaal kregen, maar Oostburg en omstreken hehben er ook recht op. P.'S. De Beurs te Terneuzen in mijn vorige brief moet natuurlijk de Beurs te Oostburg zijn. Arbeidsbemiddelingswct. Verschenen is het voorloopig verslag der Tweede Kamer over- het ontwerp arbeidsbemiddelingswet. Verscheidene leden achtten een regeling als in het ontwerp onnoodig, daar het instituut der arbeidsbemiddeling zich zon der dwang behoorlijk ontwikkelt ©n niet ia een keurslijf van wettelijke bepalingen meet worden gedwongen. Vele andere leden juichten de indiening toe, daar de vrjjlwillige medewerking, der gemeenten vaak zeer onvoldoende is. Verscheidene leden hadden bezwaar te gen de bepaling, dat de bemiddeling wordt geschorst ten aanzien van bedrijven, waar een staking of uitsluiting heerscht en tegen yde bepaling, dat de "bemiddeling komt hij wel over werk praten." „Ja, en dan heeft vader weer werk. Een strop voor baas Petersen. Wat, zal hij nijdig zijn", vond Kees. „Hij zal er wel spijt van krijgen"meen de Joost. „Maar dan js het te laat." „Gelukkig maar, dat de menschen het niet gelooven", zei Gerrit. „Moeder zal wel blij zijn." „Dat zijn we allemaal", riep Kees. En hij maakte een luchtsprong. Maar Joost was er nog niet zoo zeker van. Toen vader 'gn hij dien middag over het dorp gingen, keken alle menschen zoo. En er waren er, die het hoofd om draaiden. Neen, vader was wel blij, dat alles zóó verliep, maar hij had toch ook nog gezegd: „Zoolang het bewijs niet ge leverd is, Joost, zoolang zullen er men schen blijven, die ons voor dieven aan zien. Doch hij zou er met de jongens niet over praten. Misschien liep het ook nog wel los. Als vader nu maar werk kreeg en hij ook, dan zou het misschien wel slijten op het dorp. Boer Geensen trad, gevolgd door vader, naar buiten. I Ij (Wordfc vervolgd). voor Manufacturen, Dames- en Kinderconfeetie Tapijten - Gordijnen Bedden - Ledikanten en aanverwante artikelen Is GOES HULST

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1929 | | pagina 5