DE ZEEUW
TWEEDE BLAD.
Wat er deze week voorviel
ONDER VERDENKING.
HET ADRES
A. WILKING
FEUILLETON.
Uit de Statenzaal.
VAN
ZATERDAG 7 DEC. 1929. No. 59.
De Tweede Kanjer heeft weer een res
pectabel aantal uren gewijd aan de be
handeling van enkele begrootingshoofd-
stukken. Spannende momenten deden
zich niet voor. Het begrootingswerk kon
(anders dan b.v. in de Gemeenteraden van
Amsterdam en Rotterdam, waar van
communistische zijde groot kabaal werd
gemaakt) in alle rust en kalmte verricht
worden. Minister Verschuur, die de Ar-
beidsbegroting had te verdedigen, deed
dit op zulk een wijze, dat hij mag roe
men op een zeer goede pers. Het bleek
wel, dat deze Minister veel op zijn pro
gram heeft staan (wat betreft de socia
le wetgeving), dat hij gaarne binnen
niet al te langen tijd tot uitvoering ziet
gebracht.
Verder hield de Kamer zich onledig
met de behandeling der belastingbeta
ling op de postkantoren en besloot ook
tot het weder opschorten van den vac-
cinatiedwang.
Als 1930 goed en wel in het land is,
zal in Den Haag de conferentie-drukte
weer terugkeeren. Gemeld werd nl., dat
de Internatinonale Conferentie op 3 Janu
ari a.s. zal beginnen.
Deze week werd ook bekend, wie in-
plaats van den heer Fruijtier gouver
neur van Curasao zal worden. Wat we
van den nieuwen functionaris, majoor
Slobbe te weten kwamen, wettigt wel de
hoop, dat hij daar een krachtig bewind
zal voeren en onzen Nederlandschen
naam zal hoog houden.
In het Rijnland heeft men opgewekt
feest gevierd. De tweede zone van dit
gebied werd door de vreemde troepen
verlaten, waarmede dan voor het betrok
ken gebied een einde kwam aan de sma
delijke bezetting door de (vroegere) ge
allieerde militairen.
Uit Engeland kwamen weer berichten
van gansch anderen aard. Daar heeft
men in sommige rivierstreken al dagen
lang te kampen met overstroomingen,
terwijl een groot deel van het land in
het midden der week te lijden had van
een geweldigen storm. Niet alleen op het
land was de schade groot, maar erger
was het verlies aan menschenlevens,
veroorzaakt door enkele schipbreuken.
Ook de Engelsche regeering had het
niet gemakkelijk. Ze heeft veel critiek
te verduren, wegens het herstel van de
diplomatieke betrekkingen met Rusland.
Het Hoogerhuis nam zelfs een motie
daartegen aan. Ook zijn ar in den boe
zem der Arbeiderspartij moeilijkheden ge
rezen, die nog niet zijn bijgelegd.
België krijgt weer zijn oude kabinet
terug. Het eenige resultaat van deze bij
na belachelijke vertooning is helaas, dat
de oplossing der Vlaamsche kwestie met
name de vervlaamsching van de Gentsche
Universiteit, weer voor geruimen tijd is
verschoven. De liberalen hebben dus toch
nog hun zin gekregen.
In Griekenland heerscht eenige onrust,
daar gedreigd wordt met een algemeens
staking.
NAAR VERMINDERING VAN
BEWAPENING?
De eerste jaarlijkscbe boodschap, welke
Hoover, de tegenwoordige President der
Vereenigde Staten, aan het 'Congres heeft
gericht, is vooral merkwaardig, zegt het
„Centrum", om hetgeen er in gezegd wordt
over de nationale verdediging en de zwa
re offers, welke daarvoor moeten worden
gebracht.
De President windt er, zooals men uit
de berichten heeft 'kunnen lezen, geen
doekjes om.
Hij veriklaart ronduit, dat de groeiende
uitgaven ernstige bezorgdheid moeten
wekken, en hij voert ten bewijze daarvan
cijfers aan, welke zulk een bezorgdheid
maar al te zeer wettigen.
Beliepen in 1914 de 'kosten van de na
tionale verdediging 287 millioen dollars,
i I floor
v. d. BOSCH.
28) -o-
„Het is schande van boer Petersen, dat
zeg ik", zei de vrouw van den overweg
wachter, „Hij moest zich schamen, om
dat van je man en Joost te denken."
„Ja", meende moeder Waanders, „maar
dat is nu eenmaal niet anders. 'kWou,
dat we hier maar weg waren. Het is
zóó geen leven."
„Kom, kom, het slijt wel. En de wer
kelijke dader wordt wel bekend. Het
ergste is, dat ze geen werk hebben. Nu,
het beste, hoor."
Buurvrouw vertrok.
,Ben je nu al terug van den veearts,
Kees?" vroeg moeder, toch even verwon
derd.
,Er waren vanmiddag geen boodschap
pen, moeder," zei Kees.
Hij had onderweg besloten, er maar
niets van te zeggen, dat het dienstmeis
je zoo onvriendelijk tegen hem gedaan
had. Vader en moeder hadden al verdriet
genoeg, vond hij.
„Waar zijn vader en Joost, moeder?"
vroeg bij.
voor het loopende jaar zullen zij niet min
der dan 730 millioen bedragen, waarbij
dan de niet-militaire diensten der betrok
ken Departementen nog buiten berekening
blijven.
Amerika geeft voor zijn leger en vloot
meer uit, dat de sterkst gemilitairiaeerde
landen der wereld.
En dit zal nog erger worden, wanneer
er geen internationale regeling kan wor
den getroffen op maritiem gebied, voor
welke regeling in Januari te Londen de
vijf groote zeemogendheden 'bijeenkomen.
Blijft die conferentie zonder resultaat,
dan zullen de Ver. Staten in de komende
zes jaren meer dan 1200 millioen dollar
moeten uitgeven voor den aanbouw van
oorlogsschepen, enz., verhoogd met de
kosten voor noodzakelijk onderhoud.
Uit deze enkele cijfers blijkt wel zeer
overtuigend, welke'zware lasten en tevens
welke ernstige gevaren het mislukken der
Londensche conferentie en andere pogin
gen, om tot 'beperking van bewapening en
vermindering van militaire lasten te ge
raken, zouden met zich brengen.
Want hoe bedenkelijk in de verhoudin
gen, welke hij' te voorschijn roept, en hoe
fataal in zijne gevolgen de toestand van
gewapenden vrede moet heeten, heeft de
periode, welke aan den wereldoorlog voor
afging, maar al te overtuigend bewezen.
Gelukkig ademt bet presidentieele stuik
een geest en kenmerkt het zich door een
toon, welke in overeenstemming zijn met
het pacifistisch stroven van onzen tijd.
D'o President spreekt de 'hoop uit, 'dat
de Londensche conferentie met succes zal
worden bekroond.
En met een herinnering aan het Kel-
logg-pact, ter uitbanning van den oorlog,
tot v/elk pact reeds 54 naties zijn toege
treden, en aan het internationale Hof van
Justitie, verklaart hij', dat de vooruitzich
ten van den vrede nooit grooter 'zijn ge
weest dan tegenwoordig.
Dit is geen ijdel woord.
Er is inderdaad een nieuw element ge
komen in de wereld, wat ook in deze
Boodschap aan het Amerikaansche Par
lement .tot uitdrukking 'komt.
En de cijfers, welke de President naar
voren brengt, 'kunnen slechts als een be
wijs en een motief te meer gelden, hoe
noodig het is, den wedstrijd in bewape
ning te vervangen door andere en 'betere
middelen, om internationale geschillen te
beslechten, en aldus de volken te bevrij
den van den knellenden druk, welken bet
militairisme hun oplegt.
„Het Centrum" is dus nogal optimis
tisch gestemd.
En wie zou niét 'hopen en wenschen,
dat dit optimisme gerechtvaardigd is?
Tóch is daarvoor naar het ons voor
komt, nog zeer weinig reden.
Dit blijkt wel in de eerste plaat® uit
de rede van president Hoover. Ondanks
al het gepraat over vredesgezindheid en
ontwapening heeft Amerika de militaire
uitgaven tot een nooit gekénde hoogte op
gevoerd, en dat, terwijl, dank zij' de vor
deringen van de technek, veel gemakkelij
ker onvoorbereid een leger kan worden
gevormd dan in 1914.
Het blijkt ook uit wat tot nu toe be
kend werd gemaakt omtrent de te hou
den conferentie.
'Men wil wel de bewapening beperken,
zeer zeker, maar altijd na anderen.
En dan nog 'alleen onder allerlei voor
waarden, die de beperking vrijwel illusoir
maken.
Wij hopen vurig, dat het optimisme
van het ^Centrum" gegrond zal blijken.
Maarwij vreezen.
Polderlasten en het gebouwd.
Een stemrecht, dat uit den tijd
is. Het Schoolmuseum.
'Dinsdag j.l, kwamen de Staten onzer
provincie weer in vergadering bijeen, om
het restant van de vorige zitting af te
doen.
De discussies hadden nu een heel wat,
kalmer verloop dan den vorigen keer.
Principieels debatten bleven achterwege,
en was er niet de Schouwsche polder
kwestie geweest, die het grootste deel van
den tijd voor zich opeischte, dan zou men
misschien wel kunnen zeggen, dat het
niet de moeite waard was, dat de leden
„Bij den burgemeester", zuchtte moeder.
„Ik weet niet, wat het worden moet,
Kees."
De burgemeester zal vader of Joost toch
niet gevangen nemen? Dat kan toch niet,
als zij geen schul<Lhebben?"
„Ik weet niet, wat er gebeuren zal",
zei moeder Waandars, wie de tranen
weer in de oogen sprongen, ,,'k Wilde,
dat we hier maar weg waren. Ieder op
het dorp ziet vader toch voor den dief
aan."
„Ieder niet, moeder", vond Kees, „Mees
ter Ringelberg niet. En vrouw Jaarsma
niet. En vele anderen ook vast niet."
„Nu ja, ieder. Maar velen toch wel.
We moesten maar weg gaan."
„Naar Rotterdam?" vroeg Kees. „Tan
te Marie zou het wel willen."
,Ja, maar vader wil het niet. Dus het
gaat wel over."
„Vader wil het nu misschien wel",
dacht Kees.
Moeder gaf er geen antwoord op, maar
keek door het raam naar buiten, waar
juist door een forsch persoon het hekje
open gedaan werd.
,Daarkomt boer Geensen", zei moeder.
„Wat moet dh nu hier?"
De boer stapte het portaal binnen en
riep: „Volk!"
„Kees ga eens kijken."
De jongen stond vóór ian boer.
er de reis naar Middelburg voor hadden
gemaakt.
We zouden het echter nu niet graag
durven beweren, want dan zouden onze
lezers op Schouwen-Duiveland zeker niet
weinig verontwaardigd zijn. Immers, te
oordeelen naar hetgeen de heeren Tim
merman en Doeleman'zeiden, gevoelen de
eigenaars van gebouwde eigendommen al
daar het als een onbillijkheid, dat ze
straks mee zullen moeten betalen in de
polderlasten, terwijl sommige gemeenten
en particulieren toch reeds uitgaven heb
ben vanwege bet tegengaan van het
hoogwater-gevaar.
Verschillende heeren wezen er op, dat
nu over het billijke of onbillijke van
het aanslaan van het gebouwd in de pol
derlasten niet meer gepraat moet worden.
Deze zaak is in principe na vinnige de
batten en met een 'kleine meerderheid
reeds in 1919 uitgemaakt. Het gaat er nu
alleen maar om te voorkomen, dat de pol
derbesturen op de eigenaren van het ge
bouwd lasten leggen, die op hen niet ge
legd mogen worden.
Maar zoo zei de heer Van der Weij-
de daarop Ietten Gedep. Staten zeer
nauwkeurig. Het Waterschap Schouwen
wilde aanvankelijk de eigenaren van het
gebouwd in alles en nog wat laten mee
betalen. Maar dat stonden Ged. Staten
niet toe. Ze zijn aan het schrappen ge
gaan, en toen is per saldo niets anders
overgebleven dan zeewering en waterkee-
ring O.m. zijn geschrapt de posten voor
wegen en ontwatering.
(Tusschen haakjes zij even opgemerkt,
dat andere waterschapsbesturen wij
denken b.v. aan de Breede Watering be
westen Ierseke óók trachten het ge
bouwd in de wegen en ontwatering te Ia-
ten meebetalen. Als Ged. Staten nu ook
hier eenzelfde standpunt innemen, en
van dit college mogen wij natuurlijk vóór
alles consequentie verwachten dan
zullen de eigenaren van het gebouwd in
dien polder Ged. •State-'? zeke~ dankbaar
zijn)
Een andere kwestie waj bet stemrecht
en de eischen, waaraan candidaat-hoofd-
ingelanden in het Waterschap Schou
wen hebben te voldoen. Met recht bracht
dhr Timmerman daarop scherpe critiek
uit. Hij sprak zelfs van een kapitalis
tisch stelsel.
Met insteming hoorden wij dit betoog
en dat van den heer Van der Wart hier
over aan. Het verdient toejuiching, dat
over dit antieke systeem, dat heusch niet
alleen op Schouwen-Duiveland wordt toe
gepast, in de Statenzitting eens
de staf wordt gebroken. Wij' spreken
daarbij tevens den hartgrondigen
wensch uit, dat de Prov. Staten niet
zullen nalaten waar en wanneer zij daar
toe maar in de gelegenheid zijn (indien
dit noodig is door b.v. het algemeen pol
derreglement te herzien), alles wat met
verkiezingen in polders en waterschap
pen, in verband staat, te moderniseeren
en in de lijst van onzen tijd te brengen.
Een regeling, volgens welke men wel
mag betalen, maar pas medezeggenschap
krijgt, als men een flink bezit heeft, is
toch feitelijk niet meer van onzen tijd.
Hier kunnen we nog wel een behoorlijke
dosis gezonde democratie gebruiken en
valt nog wel wat antieks op te ruimen.
Het gelukte den heer Timmerman voor
tal van zijn amendementen een meerder
heid te vinden, zoodat op dit punt eenige
verbetering is bereikt. Toch 'Stemde hij
met zijn mede-lid Doeleman tegen het
voorstel in 'zijn geheel, omdat hij, zooals
gezegd, de heffing onbillijk vindt.
Het voorstel tot subsidiëeren van het
schoolmuseum lokte ditmaal principi-
eele bestrijding, o.a. van de heeren Die-
leman en Van der Wart uit. Volgens
hen heeft de Provincie op het gebied
van het Lager Onderwijs geen taak. Hier
moeten alleen Rijk en Gemeenten op
treden.
Principieel is daartegen niets in te
brengen. Alleen is het jammer, dat de
Prov. Staten dit juitste standpunt niet heb
ben ingenomen, toen ze voor de eerste
maal over deze subsidie te beslissen
kregen. Het gaat nu niet aan, zeiden
o.a. de heeren Van de Putte en Welle-
man, om de subsidie in te trekken, ter
wijl het eind in het zicht is. Onder-
tusschen zal de vereeniging, waarvan het
museum uitgaat, zeker goed doen den
wenk van den heer Kodde ter harte te
jZoo, jongen, is vader thuis?"
„Neen, boer."
Kees behoefde niet meer te antwoor
den, want moeder Waanders kwam te
voorschijn.
„Boer".
„Vrouw Waanders. 'kHoor dat Je man
niet thuis is?"
„Nee, baas. Hij is om half drie naar
den dominee gegaan."
„Dat weet ik. Dominee is bij mij ge
weest. Maar waar is hij nu? 'k Wou hem
graag even spreken."
„Om drie uur kwam de veldwachter.
Waanders en Joost moesten weer bij den
burgemeester komen, 'k Weet niet
Moeder Waanders begon 'te schreien.
„Stil maar, vrouw Waanders" zei de
boer, zijn zware stem latende dalen. „Stil
maar. Zij komen zoo wel terug. De bur
gemeester doet hen niets. Er is geen re
den toe. Maar 'kweet niet, of ik zoolang
wachten kan. Ik kan het u wel even
vertellen."
Kees stond er nu niet meer alleen bij.
Gerrit was 'uit het schuurtje gekomen.
En de twee kleinsten waren nu ook pre
sent. Klaart je en Cor waren nergens te
zien.
„Kom dan maar binnen, baas" zei
vrouw Waanders. En tot de jongens:
„Gaan spelen, hoor. 'kZal wel roepen,
al® ik je noodig hab."
nemen en spoedig bij gemeente- en
schoolbesturen om steun aankloppen.
Verder besloten de Prov. Staten o.a.
tot verbetering van eenige wegen in Z.
Vlaanderen en om de inlaag te Hoede-
kenskerke, die eigendom is van de Spoor
weg-Maatschappij „Zuid-Beveland" ,maar
gratis ter beschikking wordt gesteld, in
te richten en te gebruiken voor haven
en aanlegplaats der Prov. booten, waar
door inderdaad een groote verbetering
tot stand zal komen.
Voor de volgende vergadering blijven
bewaard: de motie-de Pauw betreffende
het kolenladen te Hansweert, de salaris-
verhooging van enkele hoogere ambtena
ren en de motie-Wallien inzake een een
hoofdig directoraat der Prov. Stoomboot
diensten.
Naar verluidt staat ons wederom een
buitengewone zitting te wachten. Het aan
tal Staten-vergaderingen vertoont de
laatste jaren wel een stijgende lijn!
BRIEVEN UIT HET LAND VAN
CADZAND.
LI.
Nog eens de kanaalplannen voor
Zeeuwsch-Vlaanderen. Zeeuwsch
Vlaanderen is niet alleen het
land van Axel en Hulst, maar
ook het land van Gadzand.
Op gevaar af van vervelend te worden,
moet ik toch nog eens weer terug komen
op de kanaalplannen voor Zeeuwsch-
Vlaanderen. Mocht ifc voor sommige le
zers een beetje vervelend worden, dan
kan ik me hiermee troosten, dat ik ten
minste in goed gezelschap ben, want in
de Tweede Kamer onzer Staten-Generaal
hebben ze er ook weer „over gepraat".
En waar ik 'dichter bij! het vuur zit dan
in Den Haag, ga ik er nog eens over pra
ten.
In de vergadering der Kamer van hon
derd heeft bij de behandeling der Water-
staaisbegrooting, enkele dagen geleden de
heer Lockefeer, geboren Zeeuwsch-Vla
ming een vurig pleidooi gehouden voor
het kanaal Axel-Hulst. Dat kanaal is vol
gens hem niet slechts een streekhelang,
maar ook een nationaal belang. Het ka
naal moet het centrum van Zeeuwsch-
Vlaanderen rechtstreeks in verbinding
brengen met Noord-Nederland.
„De minister zal de zaak in welwillen
de overweging nemen".
Nu gun ik onze Oostelijke buren, de
Axelaars, van harte hun kanaal Axel-
Hulst, en het wordt werkelijk tijd, dat de
welwillende overweging eindelijk na tien
tallen jaren wachtens tot resultaat heb-
be, dat er een welwillend besluit worde
genomen.
Dit voorop geplaatst. Maar toch, als het
verslag, dat ik las, juist is, heeft de heer
Lockefeer wel wat al te veel als Oost-
Zeeuwsoh-Vlaming gesproken, toen hij
het bad over de verbinding van het cen
trum van Z.-Vlaanderen met Noord-Ne
derland. Want Axel-Hulst is niet het cen
trum van Z.-Vlaanderen, maar alleen van
het Oostelijk deel. En als ze nu in Den
Haag soms eens mochten denken, dat
door het kanaal Axel-Hu1st heel Z.-Vl.
gehaat is, dan hebben ze het, glad mis.
Het bedoelde kanaal is van groot, zeer
groot 'belang voor de streek Axel-Hulst,
maar ons land van Gadzand schiet er
niets mee op. West-Zeeuwsch-Vlaanderen
heeft met Oost alleen 'dit gemeen, dat het
allebei Vlaanderen heet en van de rest
van Nederland gescheiden is door de
Schelde, van welke scheiding het alle na
deel ondervindt. Verder zijn het twee af
zonderlijke deelen, bijna geheel door de
Braakman gescheiden. En in velerlei op
zicht is de tegenstelling tusschen beide
deelen niet gering. In 'kleeding, gewoonte,
in taal, in godsdienst. Wat het Protes-
tantsohe deel betreft, is West overwegend
vrijzinnig, het 'Oosten orthodox. De Ge-
ref. vormen in West slechts een 'kleine
groep, in het Oosten hebben ze flinke
gemeenten.
Gemeenschap tusschen beide deelen
is er ook al niet veel. Laat het in de laat
ste jaren wat gebeterd zijn, vooral door
dat vele 'boerenzonen naar het land van
Gadzand zijn komen „boeren", maar een
eenheid is 'het nog lang niet geworden.
De zakenman is aangewezen op Noord-
Nederland of op België, maar niet op het
Oosten.
Kees en Gerrit besloten naar "den over
weg te gaan. Maar juist zagen zij vader
en Joost aankomen. Dus bleven zij wach
ten.
Vader keek heel wat opgewekter dan
dien middag.
„Zoo jongens", zei hij.
„Vader", antwoordden zij tegelijk. En
toen Kees: „Heeft de burgemeester u
niet gehouden?"
„Neen, jongen, dat gebeurt ook niet.
Wii blijven vrij man, hé Joost? Kom, we
gaan het gauw moeder vertellen."
„Boer Geensen is binnen", vertelde
Kees.
„Zoo"antwoordde vader verrast.
En hij liep vlug het pad over.
„Wat is sr toch met vader?" vToeg
Kees aan Joost.
„Wel, allereerst heeft de burgemeester
ons gezegd, dat hij niet gelooft, dat wij
de portefeuille gestolen hebben. De po
litie uit Rotterdam, agenten niet, maar
'tweet niet, hoe die menschen heeten,
komt nu onderzoek doen. En verder is
vader b\j dominee geweest. En dominee
gelooft het ook niet. Hij zou eens praten
met boer Geensen, of die ook werk voor
ons had of voor vader alleen."
„En nu is boer Geensen er al!" riep
Kees.
„Ja, het gaat alles heel gauw. Dominee
is er dan wel vlug geweest Misschien
Wanneer de heer Lockefeer van mid
delpunten had willen spreken, had hij er
twee moeten noemen, één voor Oost en
één voor West. En beide centra moeten
met Noord-Nederland rechtstreeks in ver
binding komen, 't Is waar, hij heeft mis
schien gedacht, dat het beter is, een half
ei, dan een leege dop, maar het is voor
ons als Cadzandenaars niet prettig, dat
wij van dat halve ei niets hebben. En als
het kanaal in Oost er komt, en wij moeten
dan nog net zoo lang op het onze wach
ten als ze er in het Oosten op gewacht
hebben, dat is zoo ongeveer een kleine
eeuw, geloof ik, dan zal het nageslacht
misschien eens de schepen zien varen
door onze polders, maar wij toch zeker
niet. En dan zal het nageslacht ongetwij
feld 'bij de opening van ons kanaal hulde
brengen aan de voorvaderen, die vrucht
baar pionierswerk hebben verricht, maar
dat vind ik nu een beetje magere troost.
Het groote belang, dat West bij een
kanaal heeft heh ik in een mijner vorige
brieven al uiteen gezet, het moreele recht
eveneens. Ik zal dat nu niet herhalen. Ik
wil er alleen nadrukkelijk op wijzen, dat
wij m ons land van Cadzand niets hebben
aan een kanaal voor 'Oost, maar dat wij
blijven vragen om een waterweg, die het
Zuiden, Sluis, met de Schelde zal verbin
den, dat ons tenminste eindelijk iets te
rug gegeven wordt van hetgeen ons in vo
rige jaren is ontnomen.
En dan moet de regeering niet verge
ten, dat daar ver weg in Zeeuwseh-Vlaan
deren ook Nederlanders wonen, die even
goed hun lasten opbrengen als het andere
deel. Dat daar een vruchtbare strook
grond 'ligt, dat daar nijvere Nederlanders
wonen en dat hen, nog niet zoovele jaren
geleden, toen vreemde handen uitgestoken
werden naar dit begeerlijke stuk, allerlei
beloften zijn gedaan, die ingelost moeten
worden.Maar men rekent in Den Haag
te weinig met de streken ver van het mid
delpunt gelegen'. Het trof me ook, dat,
toen gevraagd werd om een billijker toe
passing van de autowegenbelasting voor
de eilanden (onze streek hoort daar ook
onder) de minister doodleuk mededeelde,
dat hij' daaraan niet dacht. Dat kweekt
langzamerhand verwijdering, dat geeft
een gevoel van geen eigen kind, maar
stiefkind te zijn.
En nu had ik gaarne gezien, dat de ge
boren Zeeuwsoh-Vlaming in de Tweede
Kamer niet alleen voor dat eene stief
kind was opgekomen, maar ook voor dat
andere. Want kinderen in het ongeluk
moeten elkander helpen. Ik herhaal, wat
ik in het begin van mijn brief schreef, dat
ik mij er van harte in zou verblijden, dat
Axel en Hulst hun kanaal kregen, maar
Oostburg en omstreken hehben er ook
recht op.
P.'S. De Beurs te Terneuzen in mijn
vorige brief moet natuurlijk de Beurs
te Oostburg zijn.
Arbeidsbemiddelingswct.
Verschenen is het voorloopig verslag
der Tweede Kamer over- het ontwerp
arbeidsbemiddelingswet.
Verscheidene leden achtten een regeling
als in het ontwerp onnoodig, daar het
instituut der arbeidsbemiddeling zich zon
der dwang behoorlijk ontwikkelt ©n niet
ia een keurslijf van wettelijke bepalingen
meet worden gedwongen.
Vele andere leden juichten de indiening
toe, daar de vrjjlwillige medewerking, der
gemeenten vaak zeer onvoldoende is.
Verscheidene leden hadden bezwaar te
gen de bepaling, dat de bemiddeling wordt
geschorst ten aanzien van bedrijven, waar
een staking of uitsluiting heerscht en
tegen yde bepaling, dat de "bemiddeling
komt hij wel over werk praten."
„Ja, en dan heeft vader weer werk.
Een strop voor baas Petersen. Wat, zal
hij nijdig zijn", vond Kees.
„Hij zal er wel spijt van krijgen"meen
de Joost. „Maar dan js het te laat."
„Gelukkig maar, dat de menschen het
niet gelooven", zei Gerrit. „Moeder zal
wel blij zijn."
„Dat zijn we allemaal", riep Kees.
En hij maakte een luchtsprong.
Maar Joost was er nog niet zoo zeker
van. Toen vader 'gn hij dien middag over
het dorp gingen, keken alle menschen
zoo. En er waren er, die het hoofd om
draaiden. Neen, vader was wel blij, dat
alles zóó verliep, maar hij had toch ook
nog gezegd: „Zoolang het bewijs niet ge
leverd is, Joost, zoolang zullen er men
schen blijven, die ons voor dieven aan
zien.
Doch hij zou er met de jongens niet
over praten. Misschien liep het ook nog
wel los. Als vader nu maar werk kreeg
en hij ook, dan zou het misschien wel
slijten op het dorp.
Boer Geensen trad, gevolgd door vader,
naar buiten.
I Ij
(Wordfc vervolgd).
voor Manufacturen,
Dames- en Kinderconfeetie
Tapijten - Gordijnen
Bedden - Ledikanten en
aanverwante artikelen Is
GOES HULST