DE ZEEUW TWEEDE BLAD. ONDER VERDENKING. Staten-Generaal. Brieven uit de Residentie. FEUILLETON Gemeenteraad van Middelburg. VAN DONDERDAG 28 NOV. 1929, No. 51. Er wordt den laat9ten tjjkï weer vee! gesproken over de toename der onzedelijk heid, over dat van het aantal echtschei drpgen en alles wat wijst op een ver loochening of op een losser maken dei vastigheden van het leven. Ook m onze volksvertegenwoordiging heeft men er aandacht aan geschonken mrt alleen, maar is er ook bij de Re geerina aangedrongen op sterker ingrij pen en op krachtiger beteuge ing. Wij willen er hier ook iets van zeggen en dan allereerst een waarschuwing doen hooren, dat men hier toch niet te veel van de overheid moet verwachten. Men moet den wortel zoeken en die ligt in het per sconlijke en in het gezinsleven. Ook hier wreekt zich de triomf van het individua lisme. Men wil zichzelf zijn, men wil zich uitleven, men wil genieten, geen banden. Ieder moet kunnen leven zooals hij! dat zelf wenschelijk acht. Dat is het nieuwe begrip vrijheid op zedelijk gebied. Menschen, die er anders over denken noemt men „puriteinen". Er zijn moderne zedelijkheidsopvattingen en in het soc. democratisch dagblad „Het Volk" is het betreurd, dat in de Kamer niemand die moderne zedelijkheidsopvattingen heeft verdedigd. Er staat niet biji, welke die „moderne" zedelijkheidsopvattingen zijn, blijkbaar wordt er verondersteld, dat de „bewuste" lezers dat alles precies weten. Wel wordt aangewezen het terrein van het huwelijk en dat van het Nieuw-Mal- thusianisme. Och, men behoeft feitelijk niet te vertel len, dat er „moderne" opvattingen over het huwelijk zijn. Wie niet met z'n oogen en ooren dicht leeft, kan het telkens weer zien en hooren. Vooral in de Residentie. Er is dezer dagen vermeld, dat het aantal echtscheidingen in den Haaig in verhouding het grootst was. Men is toen kort daarop met een klein pleistertje geko men, om te vertellen, dat hier -bijzondere factoren bij in het spel waren, die voor andere plaatsen niet golden, maar het blijkt nog veel erger te zijn, dan de statistiek-rijf ers uitwijzen. Want die cij fers hebben alleen betrekicing op de echt scheidingen, maar omvatten niet die tus- schen tafel en bed. Elke week verschij<- nen er hier voor den president der Recht bank minstens vijf ig candidaten voor echt scheiding. Het zijn er liefst een 1300 per jaar. En dan komt er nog bij', dat er heel wat zoo maar van elkander gaan. Men sluit heel lichtvaardig een huwelijk, soms alleen maar eens om te probeeren, of het gaat of niet. Dikwijls gaat het niet, en dan trekt men na een half jaar „hu welijksgeluk" er op uit, om echtschei ding te verkrijgen. Heel liet leven wordt verpest door dat z.g. „moderne". Laat men mij gerust voor „puritein" uitkrijten, maar ik moet er niets van hebben. Ais het niet vuil is. is het tcch voos en hol, veel bombarie en weinig 'inhoud. Alleen maar, bij onzen strijd voor goede en reine zeden moeten wij ons wachten ook zelfs voor den schijh van farizeïsme. We moeten er ons ook voor wachten, oan te proclameeren, dat het nog nooit zoo erg geweest is als tegenwoordig, want daar weten we zoo bitter weinig van. Onze blik is zoo beperkt en zoo beneveld. Van dat de mensch uit het Paradijs ver dreven 'is, blijkt het moreele en het sexu- eele altijd een geweldige rol te hebben gespeeld. In alle tijden is tegen velerlei uitwassen gestreden. Ook in het Genève van Calvijn was het b.v. op zedelijk gebied lang niet pluis, hoe streng ook de wetgeving was. En men moet maar eêns lezen, wat er op onze oude Synodes over het huwelijk en over de zedelijkheid verhandeld is en dan J>e grijpt men dadelijk, dat het toen ook lang niet alles goud was, wat er blonk. Zoo staat er in de kerkelijke wetten, die da Staten van Holland in 1583 deden ont- door J. v. d. BOSCH. 21) -o- Dat was een verrassende mededeeling, waarvoor de veldwachter opeens be langstelling had. „Waarom vertel je dat niet eerder?" vroeg hij. „Waar is dat stuk?" Boer Petersen haalde het uit zijn bin nenzak. Het was een stuk oud linnen, dat pas van een portefeuille was ge scheurd. De rafels hingen er nog aan. „Hier is het", zei hij. De burgemeester greep het en bekeek het nauwkeurig. „'t Was dus geen leeren portefeuille?" vroeg hij. „Neen, burgemeester, een soort was doek." ,Dat zie ik. Het is van groot belang, dat wij dit stuk hebben, is het niet Van Schelven?" „Dat zal wéér wezen, burgemeester. We kunnen nu op zoek naar het andere stuk. tls toch jammer, dat ik geen hond heb, om dia lucht te geven." „Je collega in Noordwoud?" varschte da burgemeester werpe», dal de ^verheid zoo aoodïg ep water eo brood zou zetten, de man, die z'n vrouw, of de vrouw, die haar man verliet, totdat hij of zij gewillig was, om tot de gemeene huishouding terug e koeren. Stel u voor, dat de overheid dit hu ook nog doen moest, dan zou er stellig oor zulke patiënten geen „logeerruimte" genoeg voorhanden zijn. De moeiten en zorgen op dit gebied van voor een paar jouwen zijn ook nog de moeiten en zor gen van dezen tijd. Alleen zou men kun nen zeggen, dat wat toen algemeen nog oor een schande gold, nu uitgestald wordt als iets moois, iets echts, 'dat fed- elijk regel moest wezen. Schande ziet men niet meer als schande, ja men stelt z'n eer in de schande. Dat is het ontstel1- ende feit. Maar dat kan de overheid door hare maatregelen niet uitsnijden of wegwerken, zij kan hoogstens uitspattingen en exces sen bestrijden. Doch men verwachtte van haar niet alles en ook niet het eerste. De strijd om goede en reine zeden moet illei eerst en krachtig gestreden worden n het volksleven. Het bes-lag van Gods ordinantiën en bevelen moet oo-k voor het zede-lijk leven gelegd worden op de gewe tens. Hier is werk in en voor onze gezin nen. Voo-r de ouders allereerst. Hier is ook werk voor onze jeugdor ganisaties. Er is ook werk voor onze slociale organisaties. Niet het minst ook ligt hier een taak voor de kerk. De overheid kan stennen en sterken, zij kan ingrijpen, als 'tmoet, maar zij heeft niet de leiding te 'nemen. Alleen, wanneer wij, ook op zedelijk gebied, sterke personen en sterke ge- zihnen hebben, dan is er nog hoop voor den komenden dag. Dat zal een kwade dag zijp alles wijst er op maar die zullen wij', oo-k als volk kunnen do-omstaan,, wanneer j^et wordt verstaan, dat ook o-p dat gebied gerechtigheid een volk ver hoogt, maar de zonde een schandvlek dei natiën is. Want ook aan het onderhouden van Gods geboden op zedelijk gebied is groet loon verbonden. Niet het minst hier geldt, dat, wat afvalt van den Imo gen God, moet vallen. J. H. TWEEDE KAMER. Binnenlandsche Zaken. Aan de orde is de begrooting van bin nenlandsche zaken. Artikel 7 wordt aangenomen met 53 te gen 23 stemmen (tegen s.-d„ v.-d. en de heeren Wijnkoop en Floris Vos). De artt. 8'en 9 worden aangenomen bij zitten en opstaan (bij art. 9 bleven de v.-d. zitten). Deze artikelen betreffen de burger wachten, den vrij willigen land storm en de politietroepen. De heer Oud, V.-D., heeft bezwaar te gen de invoering van een persoonskaar tenstelsel bij de bevolkingsboekhouding, vooral op financiëele gronden. Dhr Kampschöer, A.-R., wenscht nadere overweging van het voorgestelde stelsel. De heer de Wil d e, A.-R., heeft even eens bezwaren van administratieven en financiëelen aard. Spr. wijst erop, dat de meerdere kosten door het rijk zullen moe ten worden gedragen. Ook de heer Bi er erna, lib., is huive rig om voor te stemmen. De heer RutgersvanRozenburg C.-H., bepleit aanhouding van de beslis sing tot nadere overweging. De heer Hi ems tra, S.-D., ziet voor- deelen in het stelsel dat fouten zou voor komen en waarvan de kosten overdreven worden. De heer A a 1 be r s e, R.-K., acht het stel sel in het belang van de volksboekhou ding, doch geeft in overweging, den me- moriepost terug te nemen, omdat bij uit stel van de beslissing vele bezwaren zul len worden weggenomen. Minister Ruys de Beerenbrouck deelt mede, dat de commissie van de bevolkingsboekhouding een algemeenen maatregel van bestuur zal ontwerpen, waaraan de grootste publiciteit zal worden gegeven, alvorens de Kamer een beslis sing zal moeten nemen. Spr. acht zich „Ja, burgemeester, die heeft wel een politiehond. Vindt u het goed, dat ik hem vraag, vandaag te komen?" „Natuurlijk. En dan het liefst zoo spoe dig mogelijk. Heb je niet iemand, Peter sen, die naar den veldwachter in Noord woud kan gaan?" „Jawel, burgemeester, dat kan 'Kees wel even doen." „Goed. Dan moet hij maar zoo gauw mogelijk gaan._ Wacht, ik zal even een briefje schrijven." Nog geen vijf minuten 'later peddelde Kees Okkerse naar Noord woud, om daar den veldwachter met zijn politiehond te gaan halen. f Intusschen zetten de Burgemeester en Van Schelven het onderzoek voort, zonder evenwel ook maar Iets wijzer te worden. Het was en bleef een vreemd geval. „Verdenkt ge iemand van uw personeel of van uw arbeiders?" vroeg de burge meester plotseling. ,,'kZoiu niet weten wie, burgemeester," antwoordde Petersen, die nu weer geheel kalm geworden was. „Denkt u ook, dat „Ik denk niets," viel de burgemeester hem snel in de rede. „Alleen hebben wij' met alles rekening te houden. De burgemeester vond het wonderlijk, dat de dief zoo precies had geweten, waar hjj zjja moest. En ook; dat hij den niet gebonden aan den termijn van 1 Januari 1933 en neemt den memoriepoet terug. Verschillende leden voeren het woord over de uitvoering der Bioscoopwet, spe ciaal de nakeuring der films, waarna aan de orde komt de afdeeling werkver schaffing en steunverleening. De heer V a n d e r Heide, V. D., komt op tegen de suggesties, om de werk verschaffing zooveel mogelijk in te krim pen, omdat zij niet economisch zou zijn. Speciaal voor Zuid-Oost Drente, acht spr. die suggestie zeer funest. Spr. betoogt vervolgens, dat de werk verschaffing niet het karakter mag heb ben van steunverleening. Eindelijk komt spr. er tegenop, dat de veenarbeiders, die gestaakt hebben, van de werkverschaffing uitgesloten zijn geworden. De heer Bakker, G. H,., verheugt er zich over, dat de werkloosheid eenigszins afneemt. Men moet zooveel mogelijk in- plaats van werkverschaffing, werkverrui ming krijgen en scheppen van productie ve werkgelegenheid. Spr wijst op de ont ginningen van de N. V. de Drie Provin ciën, 'die een stukje welvaart scheppen voor de streek. De objecten, die onder werkverschaffing vallen, moeten zooveel mogelijk worden ingekrompen. Men late de werken met rijkssteun door het vrije bedrijf uitvoeren. Dan kunnen de loonen worden verhoogd. Spr. acht een centrale commissie voor den geestelijken en economisohen opbouw van Zuid-Opsteiijk Friesland wenschelijk. De toestanden zijn er even slecht als in Drente. De heer H i e m s t r a, S.-D., sluit zich ten aanzien vin Z. O. Friesland bij den neer Bakker aan. Voorts acht spr. 's Mi nisters antwoord op de verlangens ten aanzien van de bestrijding van werk loosheid en de loonen bij de werkver schaffing niet erg bemoedigend. Om te voorkomen, dat zich bij de werkverschaf fing te veel arbeiders aanmelden, indien dezelfde loonen als in het vrije bedrijf worden betaald, kan men den omvang van de uitvoering van werkeu van over heidswege verband laten houden met den stand der werkloosheid. Wij moeten van werkverschaffing af en komen tot werkverruiming.De gezins hoofden dienen niet te ver van hun wo ning te werk worden gesteld. De loonen en de loonnormen dienen verhoogd. Thans worden deze geregeld naar de laagste landbouwloonen, terwijl toch de aard vap het werk een andere is. Bovendien geven die loonen vaak niet vcldoende levens-onderhoud. Onjuist acht spreker, dat eenige veenarbeiders die ge staakt hebben, van de werkverschaffing zijn uitgesloten. De heer Dr Vos, lib., wijst er op, dat het aspect der werkloosheid bezig is zich te wijzigen. De economische toestand ver betert de laatste jaren geleidelijk, ge tuige ook de in- en uitvoercijfers, de daling van het index-cijfer voor de werk loosheid, de stijging van het bedrag voor aanbestedingen van fabrieksbouw, de da ling van het aantal faillissementen, de stijging van de emissies voor 'industriëele doeleinden en de stijging van het saldo- tegoed bij de spaarbanken. Toch acht spr. onvolledig wat van Regeeringswege de laatste jaren is geschied. Hij betreurt voor al dat niet van Regeeringswege een vol ledig onderzoek is ingesteld naar de eco nomische en maatschappelijke oorzaken van de werkloosheid hier 'te lande. De heer v. d.. Tempel, S.D., zegt, dat de Regeering blijkbaar onder den in druk verkeert van de afnemende werkloos heid in ons land. Die afneming is er inderdaad de laatste jaren geweest. De heer W ij n k o op Geweest? De heer v. d. Tempel In ahsoluten zin is de werkloosheid echter nog niet gering. Daarbij staan wij misschien ,aa.n de intrede van een belangrijke wijziging in de bedrijfsconjunctuur. De gevolgen van de jongste gebeurtenissen .op de beurs doen zich nu al voor. Het is zeer goed mogelijk, dat de werk loosheid zich weer meer ,zal uitbreiden. Zjjn we voldoende voorbereid om de ge volgen daarvan op te vangen? Er is een tendenz merkbaar om de zegenrijke bemoeiingen der Regeering op het terrein der werkverschaffing te verminderen. Het aantal tewerkgestelden bij de ontginningen is teruggeloopen. Waarom? Er zijn in ons sleutel van het kabinet wist te liggen. Aan de deur van het vertrek werd geklopt. Toen de boer die opende, zag hij Waanders staan. „Neem me niet kwalijk, baas," zei deze, „maar kunnen wij niet aan het werk gaan? We loopen maar te lanterfanten, terwijl 'er op het land werk in over vloed is." „Ja man, je hebt gelijk. Maar wait denkt de burgemeester er van?" J^at ze maar aan het werk gaan, Pe tersen. We kunnen hier toch ook niets doen," merkte de burgemeester op. „Nu, ga dan maar, Waanders." „Goed, baas." Vader Waanders was blij, dat hij gaan kon. Hij liep al ruim een uur op het erf en in de schuur, waar niets te doen was. En hij had danig het land aan niets doen. Dus ging hij vroolijk met Joost op stap. „Ik ga ook maar paar huis." zei de burgemeester. „Van Schelven blijft hier, totdat zijn collega uit Noordwoud er is. Ik moet dan onmiddellijk gewaarschuwd worden. Mijn hoop is nu op den hond gevestigd. Misschien helpt die het raad sel oplossen. En zoo niet, dan moet ik de recherche uit Rotterdam maar eens in den arm nemen. Die heeft meer zulke duistere zaakjes aan de hand gehad. Je laat me dus onmiddellijk roepen, Van laad ho? 460JW H.A. woeste groad, waas van een paar honderdduizend H.A. voor ontginning in aanmerking komen. Ook bepleit spr. bevordering van de vak opleiding. De heer v. Voorst tot Voorst R.K., brengt hulde aan den vorigen mi nister voor zijn arbeid inzake de werk verschaffing, waartoe de tegenwoordige minister het initiatief heeft genomen Daardoor is veel vruchtbare cultuurgrond verkregen en kunnen de werkloocaen door eigen arbeid in hun onderhoud voorzien. Dit is te beschouwen als een cultuurwerk /an de allereerste orde. Tevredenheid en gehechtheid aan eigen grond wordt daardoor aangekweekt. Hij hoopt, dat in deze richting zal worden voortgegaan. De heer E b e 1 s, V.D., dringt aan op maatregelen ter bestrijding der werkloos heid in Oostelijk-Groningen en bevorde ring van kolonisatie in den land- en tuinbouw. De heer W jj n k o a p, C.P., zegt, dat de werkloosheid in het kapitalisme niet te bestrijden valt. Zij is thans permanent en den laatsten tijd neemt zij weer toe. Spr. waarschuwt tegen het stelsel van de commissie voor werkverruiming om zoo veel mogelijk Nederlandsche goederen door de overheid te doen betrekken. Dit kain leiden tot corruptie, geeft in ©Ik geval den Nederlandschen werkgevers ex tra profijt en baat hoegenaamd niet voor de bestrijding der werkloosheid. De Minister heeft met groote belang stelling naar de vele wenschen en ad viezen geluisterd. De quaes tie van de vak opleiding mag spr. niet aan zich trekken, zooals de heer Van den Tempel wilde- Dit ware in strijd met de goede orde. De vergadering wordt, te 6.15 verdaagd tot Donderdagmiddag 2 uur. (Vervolg morgen-vergadering.) In behandeling was het voorstel tot afwijzing van het subsidieverzoek van het. Chr. fanfarekorps. Dhrn Paul en Hondius en mevr. Weijl hadden het verzoek verdedigd, dhr de .Veer had het bestreden. Mevr. de Graaf, v. d., is tegen in williging van het verzoek. Het betreft hier een zuivere liefhebberij. Het Mid- delbuxgsch Muziekkorps is iets geheel an ders. Dat bestaat uit betaalde krachten en zorgt voor goede muziek. Men neemt alleen als lid aan, die capacitei ten hebben. Weth. On d e r d ij k is van meening, dat wanneer dhr de Veer e.a. zich eens meer op de hoogte stelden van de opofferin gen die de leden van de bedoelde mu ziekkorpsen zich getroosten, zij wel an ders zouden spreken. Men spreekt van liefhebberij. Maar dat geldt ook van de leden van het Middel- burgsch muziekkorps, met dit verschil, dat deze er voor worden betaald en de anderen er zelf voor moeten betalen. Dhr Paul vestigt er de aandacht op, dat Excelsior in de hoogste klas op de concoursen is geplaatst. Dhr v. d. F e 11 z vindt het dwaasheid om te spreken van opofferingen. De leden der drie muziekkorpsen doen da,t uit vrijen wil. We staan met het Middelburgse!) Muziekkorps voor een gegroeiden toe stand. Bovendien, vindt Spr. het onjuist, als één vereeniging subsidie vraagt, dit aan twee andere ongevraagd ook maar te ta geven. Dhr den Hollander wil den begroo- tingspost niet m!eer verhoogan, maar wil wel een regeling steunen, waardoor be doelde subsi'dieering in den vervolge mo gelijk wordt. Weth. Onderdak geeft in overweging gelden uit het Bomme van den Broeke- fonds over meerdere vereenigingen te ver deel en. Do v o o r z. zegt toe te zullen nagaan of dit kan. Het voorstel Paul 'wordt verworpen met 10 tegen 7 st. (Vóór dhrn. Wondergem, v. d. Weel. Onderdijk, Paul, Gornelisse, Hondius, eo mevr. Weijl). Het voorstel van B. en W. wordt hierna aangenomen. Subsidie-verhooging Vereen tot bevordering Vreemdelin genverkeer. De meerderheid van B. en W. stelt voor f1000 voor één jaar toe te kennen. Schelven? Er gebeurt niets vóór ik er ben." „In orde, burgemeester." Met zijn schrandere oogen in den smal- len, puntig-gebekten kop keek Castor, de politiehond van den veldwachter uit Noordwoud, zijn baas aan. Het dier be greep, dat er werk voor hem te doen was. Maar Castor moest nog even geduld hebben. Kees Okkerse was naar het dorp om den burgemeester te halen. Die zou wel spoedig komen, te meer, omdat het al ruim twee uur geleden was, dat hij was heengegaan. De knecht had den veldwachter van Noordwoud niet thuis getroffen. Hij moest op zoek gaan en daar verliep heel wat tijd mee. Maar eindelijk dan toch konden beiden naar de boerderij in Tervooren rijden, terwijl de hond meetippelde. Van Schelven vertelde zijn collega al ras, wat er aan de hand was. „Zoo", zei deze. „Nu ik denk, dat Cas tor ons een eind op weg helpt. Het beest heeft al verschillende staaltjes van zijn kunnen laten zien. Je moet gaan zoeken, Castor." Castor kwispelde met den staart en schoof den spitsen neus al in de lucht, tot groot vermaak van boer Petersen. Sfer Tarlïögt, A.H., aehl de bedrag®» van belanghebbenden zóó gering, dat er geen reden is, om de gemeente voor een hoog era uitgave te stellen. De voorzitter acht do hoofdzaak deze: of vreemdelingenverkeer van zoo veel belang voor de gemeente is, dat hier een meerdere uitgaaf gemotiveerd is. Dan kunnen we het bezwaar van dhr Ver- tregt laten rusten. Spr. acht het geregelde vreemdelingenver keer voor de gemeente van hooger belang dan de Donderdagsche stroom van Vreem delingen. Spr. prijlst hot werk van „Vreemdelin genverkeer". De subsidie wordt voor één jaar voorgesteld, omdat belanghebbenden hun belang kunnen tonnen, dat ze er bij hebben. Dhr Cornelissen, s.d., wil bepalen, een subsidie van in maximum f 1000, met de voorwaarde*, dat de contributies even hoog .moeten zijn als bet gemeentelijk subsidie. Dhr Jeronimus zal tegenstemmen om één tak van het bedrijf te gaan steunen. Dan kunnen ook andere om steun vragen. Het voorstel van B. en W. wordt hier na verworpen met 10 tegen 7 st. (Tegen dhrn. v. d. Feltz, de Veer, den Hollander, Streefkerk, Portheine, Naezer, Vertregt, Jeronimus, Mes en Hondius.) (Vóór steimlden alleen s.d. en v.d.) Rooiing van boo men. Dhr Paul, s.d., dringt op eenige voorzichtigheid met 'tirooien in langzaam tempo aan. De zieke boomen kunnen de n,u nog gezonde aan steken. Weth. Onderdijk zegt, dat ieder jaar niet alleen zieke boomen zullen worden gerooid, maar ook de geheele groep, waar in ze voorkomen. Dat is beter voor den nieuwen aanplant. Het voorstel wordt hierna aangenomen. Nu wordt gepauzeerd tot 2 uur. MIDDAGVERGADERING. Algemeene beschouwingen over de Gemeentebegrooting. Dhr C o r n e 1 i s s e, s.d., wil maar en kele opmerkingen maken. Spr. stelt vast, dat do pessimisten over de gemeente- financiën weer ongelijk hebben gekregen. Dhr Jeronimus heeft het onjuist gezien, dat de gemeente aan den rand van den afgrond zou staan. Spr. verwacht, dat dhr Jeronimus straks wel zal bekennen, dat hij zich heeft vergist. (Gelach.) We komen zoo zachtjes aan tot normale omstandigheden, al blijft de werkloosheid een ernstige crisis. Met blijdschap begroet Spr. de verlaging van de inkomstenbelasting. Hier is ver geleken met vorige jaren van een aan merkelijke verlichting in druk sprake. Het is bijna de laatste maal, dat we den post inkomstenbelasting zullen vast stellen. Binnenkort krijgen we een geheel nieuwe toestand. Spr. vraagt,: of B. en. W. al gedacht hebben aan de nieuwe verteringsbelasting. Willen ze die als sluit post gebruiken óf de opcenten op de gemeentefondsbelasting? Met de bedrijven is het ook niet slecht gesteld. Dre staan er zelfs good voor. In totaal is de winst op de bedrijven liiet gering,. Telt men de retributies er bij, dan is er 'n totaalwiïnst van f 113.674, 'n bedrag, dat de raming aanmerkelijk over schrijdt. Spr. bepleit het verlagen van den eleo- fcneiteitsprijs met 1 cent per K.W.U. Spr. is het eens met den heer Hondius, die verleden jaar betoogde, dat uit de bedreven slechts een matige winst mag worden behaald en dat de bedrijven niet als sluitpost mogen worden beschouwd. Spr. acht indirecte belastingen uit den booze. Daardoor wordt de kleine man even zwaar getroffen als de groote. Hier wordt geen rekening gehouden met de draagkracht. Spr. bestrijdt, dat de winkeliers geen voordeelige afnemers van electriciteit zijln. Vooral de groote zaken nemen pok buiten de speruren stroom af. Het spijit spr. dat, er geen voorstal is gekomen inzake het vastrecht-tarief, hoewel B. en W. een jaar geleden al spoedige overweging hebben toegezegd. Spr. begrijpt niet, wat men ©r tegen kan hebben. Het stroomverbruik, vooral bui ten de speruren, wordt er door aangemoe digd. Wel erkent Spr. dat het moeilijk is een keus uit de verschillende vastrecht- „Neen, Castor, even geduld nog," zei zijn baas. „Ga daar maar liggen." Het dier gehoorzaamde onmiddellijk. Weldra kwam de burgemeester aan fietsen, begroet door den veldwachter van Noordwoud. „Ik kon hier niet eerder zijn, burge meester", zei hij. „Neen, dat begrijp ik. Maar ik ben blij, dat je er nu bent Mogelijk komen we wat verder. Van Schelven heeft je zeker het geval verteld?" „Ja, burgemeester. Ik ben geheel op de hoogte. Zullen we het beest lucht ge ven?" „Zou het niet verstandiger zijn, nog een kwartier te wachten? 'tls nu net tegen schooltijd en druk in 'tdorp. En als wij soms door het dorp moeten." „Eer we zoover zijn, burgemeester, is het al lang half negen geweest. Daar is geen gevaar voor," zei de veldwach ter van Noordwoud. „Vooruit dan maar veldwachter. Hoe heet je ook weer?" „Hensema, burgemeester." „O ja dat is waar ook. Een zoon van Friesland?" „Uit Groningerland, burgemeester." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1929 | | pagina 5