Donderdag 31 October 1929 44e Jaargang Dagblad voor de Provincie Zeeland Hendrikse Go's Bank N.V. Soes EERSTE BLAD. BOEREN VAN LOBITH. Aangesloten bij het Bureau voor Oplaag-contröie Buitenland. Belangrijkste Nieuws. EFFECTEN COUPONS DEPOSITO'S ASSURANTIËN Dit nummer bestaat uit 2 bladen. BEGINSEL EN LEER DER HER VORMING. FEUILLETON. D i recteur- H oof d redacteur; R. ZUIDEMA. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Bureau: Lange Vorststraat 70, Goes. Tel.: Redactie en Administratie No. 11. Postrekening No. 44455. Bijkantoor te Middelburg: Firma F. P. DHUI J, L. Burg. Tel. No. 259. Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f3. Losse nummersf 0.05 Prijs der AdvertentiSn: 14 regels f1.20, elke regel meer 30 st Bij abonnement belangrijke korting. de 1 e e r der Hervorming, de leer aan den Bijbel ontleend, revolutionair. Kernachtig heet het: „Een leer, die op het volslagen bederf wijst, voedt geen zelfverheffing. Een leer die op het voorbeeld doet staren van: Hem, die' gekomen is gm te dienen en Zijne ziel te stellen tot een rantsoen voor velen, spoort niet aan om naar onafhankelijkheid en meesterschap te din gen. Een leer, die in ootmoedige liefde het kenmerk aanprijst van Christelijken wandel, predikt geen losbandigheid. Een leer, die ons burgerschap in de heme len plaatst, en ons drijft om, buiten bet" land der vreemdelingschap, de toekomen de en blijvende stad te zoeken, zal niet met een aardschgezinde drift, welke door gaans revolutionaire pogingen kenmerkt, doen jagen naar eev/ volkomenheid van bezit en genot, hier beneden onbereik baar." „De leer des Bijbels zoo besluit. Groen dit deel van zijn betoog om welke te belijden en te beleven het bloed van de martelaren der Hervorming ge vloeid heeft, maakt afkeerig van al wat naar ongeloof en ongehoorzaamheid ge lijkt". De opmerking is wal eens gemaakt, dat Groen niet de kunst verstond, om voor het volk te schrijven. Hierin is iets waars. Trouwens zijne bedoeling was niet in de eerste plaats de massa te bereiken, maar wel Se lei ders des volts. Maar de taal die hier gesproken wordt, is voor een ieder verstaanbaar. 'Duidelijk is hier aangetoond, dat het vrijheidsbeginsel der Hervorming afkee rig maakt van al wat zweemt naar onge loof en revolutie. In eert volgend artikel zien we hoe Groen de gezegende werking der Her vorming in het licht stelt. DE BURGEMEESTERSBENOEMING TE VEERE. De „Middelb. Crt" komt terug op wat wij schreven over de burgemeesters-vaca ture te Veere. Met onze conclusie, dat, als bij de benoeming van een nieuwen functiona ris gelet wordt op de partijverhoudingen zooals Minister Kan dit meermalen deed, zeker een antirevolutionair benoemd zal worden, is de „M. Crt" het volstrekt niet eens. Integendeel, boewei de liberalen bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen slechts 22 pCt. van het totaal aantal stemmen op zich vereenigden tegenover de Anti- revolutionnairen 31 pet. en bij de Ka merverkiezingen de Liberalen slechts '9 pCt. tegen de Antirevolutionairen 40 pCt.; acht toch de „M. Crt." het zeer natuurlijk als in de bestaande vacature opnieuw een Liberaal wordt benoemd. De redeneering die wordt opgezet om tot deze conclusie te geraken is aller merkwaardigst. Om te beginnen wordt vastgesteld, dat Antirevolutionair in -Veere, '„in veel groo- tere mate dan elders, beteekent: steil- orthodox, gereformeerd en nog méér naar rechts". Ons was dit niet bekend en wat dat „nog meer naar rechts" beteekent ver klaren wij we bekennen het met schaamte niet te weten. Natuurlijk is dat een gebrek in onze opvoeding. Want „men" weet het, zegt de „M. Crt." en „dat behoort „,De Zeeuw" natuurlijk ook te weten". Maar goed. Terwijl de Antirevolutionairen steil- orthodox, gereformeerd en nog meer naar rechts zijn, vervallen de Chr.-Historischen te Veere in een ander uiterste en ver- toonen zij „een groote overeenkomst met, wat wij zouden, kunnen ..- -men, 'gods dienstige, ©enigszins conservatieve libe ralen". Metn voelt waar het heen gaat. De stemmen van de Chr.-Historischen en de Liberalen worden bij elkaar getrok ken; maar aangezien dan op grond van de jongste Kamerverkiezingen tegenover de 40 pet. A.-R. stemmen nog slechts 33 pCt.' van die nieuwe combinatie zou den staan, worden de Vrijz.-Democraten zoo in 't voorbijgaan ook bij deze groep ingelijfd. En dan is de zaak in orde. Ziet ge wel, zoo roept de „M. Crt." triumphantelijk uit, dat hier van de be noeming van een A.-R. geen sprake kan zijn! De Anti-revolutionairen zijn dus alvast uitgeschakeld, zoodat cA een keus ge daan zal moeten worden uit de nieuwe combinatie. Neemt men de cijfers van de laatste Ra.ads- en Kamerverkiezingen, dan blijkt dat van deze combinatie de Chr.-Hist. het sterkst zijn; dan volgen de Vrijz.-Demo craten en dan heel aan 'teind de Libe ralen. Hieruit volgt, voor de „M. Crt.", dat de Vrjjz.-Democraten hoewel sterker dan de Liberalen zonder meer op zij' geschoven kunnen worden. Zij tellen bij deze ver- deelinp niet mee. Afgeloopen. Blijven dus nog over de Chr.-Hist. en de Liberalen. En aangezien de Chr.-Hist. bij de Raadsverkiezing li/a maal en bij de Kamerverkiezingen 2 maal zoo sterk waren als de Liberalen moet dus een Chr.-Hist. candidaat benoemd worden? Dat is te zeggen: dat zou volgens de „M. Crt." kunnen, mits: het een mil de C.-H. is, waarmee wel bedoeld zal zijn een verkapt Liberaal. Is zulk een liberale figuur onder 'dia Chr.-Hist. niet te vinden, dan moet „óf een politiek neu traal iemand" benoemd worden, d.w.z. een Liberaal of „een kundig en rustig Liberaal". Dus hoe men de zaak ook wendt of keert, Veer© moet een Liberaal burgemeester hebben. Wii zouden neiging gevoelen tegen deze, laten we maar zeggen zonderlinge redeneering een en "ander in te brengen. Maar eerlijk gezegd ontbreekt ons daar toe de moed. Want, zoo decreteert de liberale „M. Crt." ieder, die ook maar een weinig verder kijkt dan zijn neus lang is", vreest de benoeming van een A.-R. burge meester. Als wij dus nog ©enig zelfrespect heb ben moeten we er wel toe komen het betoog van de ,M. Crt." te onder schrijven. En wij hebben te minder moed om tegen dit betoog in te gaan, omdat er nog aan toe gevoegd wordt, dat hier feitelijk niet met de stemmenverhoudin gen gerekend moet worden, maar met het feit, dat er in Veere nog eenige kleur en fleur worden gebracht in hoofdzaak door een aantal ietwat vrije of vrijzinnige menschen en door de vreemdelingen. Niet natuurlijk door de Antirevolutio nairen. Dat zijn menschen van een lagere orde, die, nu ja nog belasting betalen, maar die overigens zelfs in een stadje als Veere niet voor vol gerekend kunnen worden. Het is wel een mooi liberaal standpunt, dat hier verdedigd wordt. Intusschen zijn we benieuwd of de Commissaris der Koningin en de betrok ken Minister zich tot dit hooge stand punt van de „M. Crt." zóó hoog, dat men er duizelig bij wordt, zullen weten op te werken. Voor het overige willen we dit blad gaarne de eer geven, die het toekomt, n.l. dat het een oer-oud-liberaal geluid laat hooren, zooals dat gelukkig in de liberale pers zelden meer gehoord wordt. Politieke relletjes in het Roergebied. Na een verkiezingsvergadering der na^ tionaal-socialistisclfe arbeiderspartij1 te Dusseldorf kwam het gisteravond tot hot singen tusschen communisten en politie. De politie moest herhaaldelijk gebruik ma ken van den gummiknuppel. Even na mid dernacht werd de veiligheidspolitie naar Gxafenbreg ontboden. Daar bekogelden communisten vanaf de brug over de Lu- denbergerstrasse drie vrachtauto's vol na- tionaal-socialisten, die van de vergadering kwamen, met zware straatsteenen en kei en. Vier nationaaLsocialisten werden daardoor ernstig gewond, zoodat genees kundige hulp moest worden ingeroepen. De daders konden niet gegrepen worden, doch men is hen op het spoor. Het Nederlandsch in de Belgische Kamer. Verscheidene Franschtalig© bladen mel den dat bij de hervatting van de werk zaamheden der Kamer op Dinsdag 12 No vember het -oudste lid, de katholieke Vlaamsche afgevaardigde voor Gent- Eecloo, Siffer, de Kamerzitting als tijde lijk voorzitter in de Ned. taal zal openen. Gebeurt dit werkelijk, -dan zal het de eer- Binnenland. De Eerste Kamer verwierp het suiker- wetje-v. d. Heuvel. Vragen over de Duitsche handelstarieven. Het vijfde postvliegtuig naar Indië ver trokken. Een nieuwe veardeeling van den radio- zendtijd. Buitenland. Krijgt Frankrijk een kabinet-Clementel? De terugkeer van Mac Donald. st© maal zijn sedert het bestaan van het koninkrijk België. De terugkeer van Mac Donald. Mac Donald komt waarschijnlijk mor gen te Liverpool aan en zal dan Maandag in het lagerhuis over zijn reis naar Ame rika mededeelingen doen, evenals over de a.s. vlootconferentie. Of deze mededeelingen debat zullen uit lokken hangt af van de houding, die de oppositie zal aannemen, maar de „Times" meent, dat een groot aantal conservatieve afgevaardigden een debat zonder eenig nut achten. Enquête naar het bestaan van slavernij In Liberië. De permanente vertegenwoordiger van Liberië bij den Volkenbond heeft aan den secretaris-generaal nadere bijzonderheden -doen toekomen omtrent de taak van de in ternationale enquête-commissie, die op verzoek van de regeering van Liberië zal vaststellen, of in dat land werkelijk nog slavernij bestaat, zooals van verschillende zijden wordt beweerd. Uit de mededeelin gen van den vertegenwoordiger van Li berië bij den Volkenbond blijkt, dat de re geering van Liberië aan -de enquête-com missie een zeer ruime opdracht heeft ge geven. Niet alleen zal de commissie moe ten nagaan, of werkelijk in Liberië nog slavernij bestaat, hetzij officieel, hetzij om dat zij geduld wordt, doch bovendien zal de commissie een onderzoek moeten instel len of ook nog gedwongen arbeid zoowel voor publieke als voor particuliere doel einden in Liberië verricht wordt Het Werk der commissie moet 4 maanden na den aanvang voltooid zijn. □e kabinetscrisis In Frankrijk. Clémentel is met zijn besprekingen reeds zóó ver gevorderd, dat hij Doumergue heeft meegedeeld, definitief de opdracht te De vraag of in de Reformatie de oor zaak der Revolutie ligt, wordt door Mr Groen van. Prins ter er ontkennend beant woord- Om dit nader aan te toonen, wijst hij op bet beginsel der Hervorming, pp haar leer en op haar werking. Bij de bespreking van het eerste punt erkent hij, dat de Hervorming vrijheid predikt, maarvrijheid in onderwer ping gegrond, onderwerping aan Hods Woord en Wet; aan elke waarheid uit Goids Wooird afgeleid; aan elk gezag van Gods gezag ontleend. Vrijheid ter plichts betrachting, vrijheid van der menschen willekeur, om den wille Gods gehoorzaam te zijn. „De Hervorming zoo betoogt Groen wil vrij zijn van menschelijke traditie, waar deze den IjSijbelweerspreekt; vrjj van menscheljjk bevel, waar dit tegen de bevel-en Gods strijdt." „De Hervorming wil vrijheid, niet om aan Vorsten of Overheden de wet te stellen; niet om zich politieke voorrech ten te verschaffen; niet om de vrijheid te hebben als deksel der boosheid, maar als dienstknechtenGods. Vrjjheid om God te dienen, om den Heer te,.belijden. Geen vrijheid om in eiken staat elk ge voelen uit te spréken en aan te prijzen maar vrijheid om, waar de Overheid zich Christelijk noemt, de geboden van Chris tus te onderhouden of, zoo plichtsver vulling belet wordt, naar elders, ter op volging van wat de consciëntie voor-i schrijft, te wijken. De Christen weet: „Indien de Zoon n zal vrijgemaakt hebben, zult gjj waarlijk vrij zijn"- Vrij van den vloek dor wet, vrij van de heerschappij der zonde, vrij van het verderf. Waar over aardsche machten spraak i^. kent hij eene vrijheid ook in het dienen; vrijheid om, in elk© betrekking, dienstknecht van 'God en, in, Zijn dienst, dienaar en onderdaan, oofc Van de menschen te zijn." Dat is een heel andere vrijheid dan de valsehe vrijheid, in wezen ongebon denheid, en losbandigheid, welke de re volutie predikt. Groen wijst er verder op, dat dit vrij heidsbeginsel in d-e geschriften der Her vormers of in de belijdenissen der Evan gelische kerken volstrekt niet dubbel zinnig is. „Het is, zegt hjj, geen aanprijzen vaa losbandigheid, wanneer men verklaart, dat „ieder, wie hij ook zjj, schuldig is, zich den overheden te onderwerpen en hua te gehoorzamen in alle dingen, die niet Strijden tegen Gods Woord." En evenmin als het beginsel is ook t.l 60) o De jongeling nam ©Ik onderdeel der woning in oogenschouw. Hij streelde het hout van het damhek en hij kon, in overgroot© vreugde wel uitschreeuwen: „Hier ben ik terug! Aart!" Maar hij deed het niet. Met langzame passen liep hij over het verlaten erf. Bij de deur, die niet geheel dicht was, Stond hij even stil. Dan, met een forschen duw, stootte hij de bovendeur open, ont grendelde "de onderdeur en stond in de kille, met roode tegels belegde gang. Uit het vertrek aan het einde der gang klonken gedempt© stemmen. Hij vernam de stem van zijn vader en ook andere stemmen en begreep, dat, nu het dage- lijksch werk geëindigd was, allen bij el kaar zaten. Links van hem werd ©en deur ge opend. En vlakbij hem stond Sanne, die een gil slaakte, toen zij opeens een man ontwaarde in de halfduistere gang. „Stil maar, Sanne. Goed volk", zed Aart. „Aart!" De jongeling voelde, hoe twee armen om zjjn hals geslagen werden en hoe de warme adem eener vrouw in zijn gezicht streek. Dan kuste "hij zijn meisje, dat, .on danks alles, de zijne was gebleven. „O.,. Aart", snikte Sanne, „ben je weer terug? Gode zij dank! Ik... ik... kun je mjj vergeven'ikik Hij drukte haar hartstochtelijk tegen zich aan. „Ik ben weer terug, Sanne. Geheel ongedeerd. En het vaderland is gered. Ik heb ook mogen meehelpen. En jij bent de eerste, die .ik in Lobith weer ont moeten mag! God is groot en goed! Ver tel binnen „Wie is daar, Sanne?? Wat doe je toch?" riep de stem van Gerbrand van Gelderen aan het eind van de gang. „Hier is een soldaat uit het leger van den Prins, die ©en boodschap van Aart heeft", riep Aart vroolijk terug. „Moeder, daar is Aart terug!" schreeuwde de boer, heesch van blijd schap. Er klonken uitroepen. Er werden stoe len verschoven. Er viel ©en stoel omver. Er kwamen gestalten in de halfduistere gang. „Blijft maar. Wij komen" riep Aart. En met Sanne aan zijn zijde, den arm geslagen om de schouders van het van vreugde sidderende meisje, betrad Aart van Gelderen weer het huisvertrek van „Gelrehof" ..dat hij zestien maanden ge leden verlaten had, om zijn land te die nen, dat riep, schreeuwde, gilde om hulp, omdat het lag aan den rami van een pailloozen afgrond.... „Da kaarsen zijn nu niet voldoende", besliste ietwat later, de boer. En hij liep naar een ander vertrek en keerde terug met de olielamp, die slechts zeer zelden, alleen op hooge feestdagen, werd gebruikt. „Het is heden een feestdag", zeide Gerbrand van Gelderen. „Onze zoon is ongeschonden weer!" „Ongeschonden, hé, Aart?" vroeg de boerin, links van haar jongen gezeten, terwijl Sanne recht had op de andere zijde. „Ongeschonden, moeder", antwoordde Aart, die haar volkomen begreep. „Ik kan, Goddank, alle menschen recht in de oogen zien". „'kHeb er den Heere vurig om gebe den, Aart. 'kHeb hier gezien en gehoord, wat de Fransche soldaten hebben uitge voerd. 't Waren net beesten. Maar in een vijandelijk land zouden de onzen .geen haar beter zijn. Het is een gevaarlijk beroep, 'k Zou niet gaarne willen, dat mijn jongen altijd soldaat was". „Heb geen zorg, moeder. Ik ga mor gen weer op de boerderij aan het werk. Het gevaar is voorbij. Ik heb mijn plicht gedaan." Hij keek Sanne aan met oogen, die een sch-elmsche uitdrukking hadden. Maar zij sloeg de hare neer. Had zij hem niet willen verhinderen, zijn plicht te doen? Aart moest vertellen „Het mag laat worden, vanavond", oor deelde Gerbrand van Gelderen. „Als je tenminste niet te moe bent, Aart." „Ik was doodmoe, toen .ik daareven buiten liep. Doch nu is die vermoeidheid over. Ik kan wel vertellen tol morgen ochtend toe. En dan ben ik nog niet klaar." Een vroolijk gelach vervulde het ver trek van „Gelrehof" „waar gelukkige men schen vereenigd waren. „Je moogt later zooveel vertellen, als je wilt. Als je ons nu het voornaamste maar meedeelt." In groote trekken vertelde Aart het verloop van den veldtocht, dien hij had meegemaakt, waaTbij hij vooral, ook al omdat het moeilijk anders had gekund, de daden van Willem van Oranje liet uitkomen, dien hij een held bij de gratie Gods noemde. „Het moest alles gaan, zooals het ge gaan is," merkte de boer op. „Maar als hier een goed© verdediging was geweest, dan waren de Franscben niet over den Rijn geikomen, dat staat voor mij als een paal boven water." „Generaal De Montbas heeft dan ook de ongenade van den Prins ondervonden," vertelde Aart. „Als hij niet gevlucht was, zou men eens iet3 anders hebben gezien." „Is hiji dan gevlucht?" vroeg Klaas Pe tersen, die met zijn vrouw innig verheugd was over de goede verstandhouding tus schen Aait en Sanne. „Hij werd in het kamp van Dieren gearresteerd, ik heb hem zien wegvoe ren 'tusschen vier soldaten. De 'krijgs raad had hem mogelijk wel ter dood veroordeeld, maar hij zag kans te vluch ten naar het Fransche leger." „Daar behoort ook zulk een lafaard en verrader," vond de hoer van „Gelrehof". „Een ander hoofdofficier, kolonel Pain et Vin, bij Nieuwersluis, kwam er niet zoo genadig af," verhaalde Aart verder. „Hij pleegde dezen winter ook verraad en werd op last van den Prins aan den hooigsten boom öpgehEmgen." „Vreezelijk, vreeiseljjk," zuchtten de vrouwen. „Het moet Wel, moeder," zeide Aart. „Een leger zonder lucht beteekent niets. En het was een bende. Alleen den Prins is het gelukt er wat van te maken. Het is verwonderlijk, zooveel invloed hij op de soldaten had." „Naast den Heere danken wij ons be houd aan den Prins van Oranje," betuig de de boerin, -op warmen toon. „Moeder hoeft toch wed gelijk gehad, vader," glimlachte Aart. „Zij heeft altijd gezegd, dat het land niet zou andergaan. Het is uitgekomen." „Je moeder vertrouwde op God, Aart. Wij doen het veel te weinig," zeide de hoer ernstig, na welke woorden er een stilte inviel. I i 1 1 l l (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1929 | | pagina 1