DE ZEEUW eren jÉftPUROL DERDE BLAD. Uit tie Pers. Binnenland Staten-Generaal. Zeeuwsche Stemmen. van ZATERDAG 26 OCT. 1929. Nr 23. Ietwat zonderling. Wij lezen in de S t a n d a a r d: De V r ij h e i d wijdt in haar jongste nummer een artikel aan den Gouverneur van Curacao. Over de algemeene strekking van dit ar tikel hebben we geen opmerkingen te ma ken, maar een bepaald onderdeel er.van wekte eenige verbazing. De redactie, begrijpend dat de heer 'Co- lijn indertijd in de Eerste Kamer over het beschamend drama op Curasao interpel leerde, vraagt zich toch af, of deze Staats man door zijn bezuinigingspolitiek niet den grondslag heeft gelegd voor de weer loosheid van Curacao. Al dadelijk rijst de vraag, of er 'grond bestaat voor eenig vermoeden, dat de beer Colijn als Minister van Financiën ooit gel den zou hebben geweigerd om te voorzien in de behoeften op defensiegebied in de West. Ons is daarvan niets bekend. Nog opmerkelijker is evenwel het feit, dat de heer Colijn indertijd zich bereid heeft verklaard mede de verantwoordelijk heid te aanvaarden voor een wet, die ook aan Curasao de zoo noodige maritieme middelen zou hebben verschaft, terwijl juist zij, die in D e V r ij h e i d hun or gaan erkennen, tegen 'die wet (de Vloot wet) hebben gestemd. Het zou dus niet onlogisch zijn, indien imen de schuld voor onze maritieme zwak heid eerder toeschreef aan den Vrijheids bond, dan aan den heer Colijn. Maar nog zonderlinger wordt de opmer king, als men er op let, dat, ten tijde toen de heer Colijn de verantwoordelijkheid droeg voor de maritieme defensie, deze aan zijn ambtgenoot van Koloniën schreef, dat, ter beveiliging van Curacao tegen overrompeling van Venezolaansche vrij buiters, o.m. een oorlogsbodem van be paalde soort aanwezig diende te zijn en dat hij mitsdien voor de aanschaffing van een flotieljevaartuig van 1200 ton de noo dige gelden op de begrooting voor 1914 zou aanvragen. Onder het Kabinet-Cort van der Linden werd op dat voornemen teruggekomen.. Men gaf er toen meer de voorkeur aan om van tijd tot tijd de West te doen bezoeken door een oorlogsschip, in stede van daar een vaartuig permanent te stationneeren, In het licht van deze feiten mag men het ietwat zonderling noemen, dat D e V r ij h e i d meent den heer Colijn te mo gen betrekken bij de weerloosheid die op Curacao bleek. Reeds in 1913 stelde hij voor, Curasao blijvend een oorlogsbodem voor politie doeleinden te geven. In 1923 hielp hij mede een wet te ver dedigen, die onze Marine in staat zou stel len hare taak te vervullen op een betere wijze dan thans mogelijk is. Daarna heeft hem, zoover wij althans weten, als beheerder van 's Lands Schat kist nimmer een aanvraag om gelden voor een politievaartuig voor Curacao bereikt. Zoodat zijne verantwoordelijkheid voor het gebeurde ons licht te dragen toeschijnt. Er was eens een hermelijnEn die hermelijn forceerde een opening in een hok met 'n broed jonge eendjes. Ze moes ten 'tmet den dood bekoopen. Daar lagen de levenlooze vogeltjes, immers de her melijn eischt slechts het bloed en laat de rest liggen, Ik ga aan dit dagelijksch conflict in het dierenrijk geen wijsgeerige beschou wingen verbinden. Ik wil maar zeggen, dat, toen een jachtopziener mij dit sobere verhaal uit zijn practijk deed, wij in eens midden in het vak zaten en aanstonds de plaats zich afteekende, welke de jacht opziener in ons maatschappelijk leven in neemt. Zijin taak is uit het conflict geboren en vandaar dat ook zijn nadering voor velen niet steeds met onvermengde wel willendheid wordt afgewacht. Lees er de parlementaire stukken, de jacht rakende, maar op na en weer proeft ge het conflict. Ik spreek hier natuurlijk tot den leek, want de mannen van den akker weten daar bij ervaring het fijne van. In 1920 werd een ontwerp Jachtwet ingediend, dat uitging van de gedachte, dat met betrekking tot bet jachtvraagstuk, het landbouwbelang in de eerste plaats in aanmerking dient te worden genomen, doch dat het behoud van eep. matigen wildstand voordeelen met zich brengt, die mede in bet oog moeten worden gevat. En zoo werd een verzoening der strijdige belangen beproefd, welke leidde tot de invoering van de Jachtwet 1923, welke met nog meer nadruk en beslistheid de belangen van een. rationeele bodempro ductie op den1 voorgrond stelde on een volkomen ondergeschiktheid van de jacht aan de qjschen en behoeften van den landbouw aanvaardde, waarbij zelfs de heerlijke jaohtrachten ten offer vielen. Maar ik wil u geen cursus over de J««htw«t m kuuur juxispriMUatie germ 't Is ons nu eens te doen om een paar snapschotjes uit de practijk ran den jacht opziener. Wij willen hem niet op al zijn wegen volgen, want dan zouden wij, stadsmen- schen, er de nachtrust en nog heel wat meer ongerief voor over moeten hebben. We gaan niet met hem mee oj? een gu- ren, stormachtigen avond, als de regen met een hoek van 30 graden tegen de aarde geslagen wordt en de maan schuilt blijft gaan achter de grauwe wolkgevaar ten. We zouden onzen hond en onze kat .liet naar buiten sturen, maar de jacht opziener gaat er door, want juist dan is de kans grooter, dat hij goed werk kan doen in den strijd tegen den stroo-pcr oftewel den wildliefhebbcr, wien het ver schil tusschen het mijn en dijn maar. niet aan het verstand gebracht kan worden. Alweer het conflict, zoo goed als het eï overdag is, wanneer de jongens van dein buiten er op uit gaan om nestjes uit te halen of eitjes te zoeken, 'tzij die van de vinkjes, of van de patrjjzen of fazanten. Er is heel het jaar door werk aan den winkel. Nu, in, den jachttijd, als het om dan buit gaat, niet het minst. Dat kun nen zware dagen zijn voor den jachtop ziener, als hij den jager aanwijzing geeft waar het begeerde wild zich voorwaarde- op houdt. Het blijft zijn eer en die van zijn de edele jaehtsport beoefenende principalen met tact te werken, zóó dat de jacht niet ontaardt in een fatale uitroeiing van het wild. Een goed jager weet altijd te sparen. Daar heb je van die „stroopers met acte", een gilde dat na de afschaffing der heerlijke jachtrechten wel uitgebreid is, die gr maar op los schieten. Die zich heusch niet geneeren om een slap-an- den haas een kogel in het lijf te jagen. Op die wijize- krijgt men een ontaarding van dit bedrijf, dat tenslotte toch altijd sport moet blijven. Een ontaarding, waar tegen niet te veel te doen is, doch welke zich op den duur moet wreken, daar de wildstand in een minimum, van tijd zal uitsterven. i 1 Is het wonder, dat een goed jacht opziener gruwt van zulke practijken. Gaan de jachtheeren met volle wei- tasch naarhuis, de jachtopziener eet haastig een stukje en maakt zich weer gereed voor een nachtelijken tocht door b-osch en beemd (bet bosch ter wille van de alliteratie, want Zuid-Beveland is niet veel bosschen rijk), om de stroo pers te beletten hun min oirbare prac tijken uit te oefenon, want bet wild is niet gespaard om tenslotte in verkeerd© keelgaten te verdwijnen- De lichtbak moet nog al eens dienst doen in onbevoegde handen en menig haasje kan aan de onwederstandelijke aantrekkingskracht van het heldere kunst licht niet ontkomen. Nu ja, een politie- den dreigen de gevaren. De eierenzoeVer», die liever de eieren dan de premies hebben, kunnen groo-te schade aanrichten. man en een jachtopziener kunnen maar o-p één plaats gelijk zijn en een geraf fineerde strooper heeft in den" regel wel z'n inlichtingendienst, die hem bij nade ring v,an gevaar of onraad verwittigt. Na Nieuwjaar is het weer sparen en nog eens sparen. Zelfs worden de vo gels wel gevoederd met gemengd voer, wikken, of tarwe en dergelijke. Hoe strenger koning winter re'geert, des te uitgebreider de maatregelen om het wild tegen uithongering en bevriezing te be schermen. Waar noodig wordt de sneeuw opge ruimd en het gras bloot gelegd en trots al dien arbeid, kan er toch nog veol on heil aangericht worden. In den stren gen winter van begin '29 rjjn honderden wilde eenden doodgevroren Nog een paar zulke periodes van vorst en de een denstand zou nagenoeg uitgeroeid zyn, om van andere vogelsoorten niet te spreken. In April en Mei gaat het om het be houd der eieren en weer is de jacht opziener schier dag en nacht in j^uw om den vogels de noodige rust te ver zekeren. Hjj mocht ook wel ooigen in den rug hebben, want niet alleen de kwaad willige eierensnorder is zijn vijand, maar ook de argelooze stadsmensch, die, ver lokt door net jeugdige groen en de fris- sche lentegeuren, zijn wandelingen ver der -gaat uitstrekken en allicht ver dwaald raakt in „bezet gebied", waar bijvoorbeeld patrijzen en fazanten aan den leg zyn geraakt. Nóg meer rust is geboden, als de broeitijd is aangebroken. Dan kun je opeens voor zoo'n be moeial van een jachtopziener komen te staan. En, vrijheidlievend als de Neder- landsche burger is," vooral als men hem het reclit op z'n "twee voet gronds be twist is hij dan al gauw in z'n wiek geschoten, om in gepaste taal te spreken. Je mag ook niks I Maar .als de .jachtopzie ner even op gemoedelijke wjjze illustreert hoe licht er schade aangericht kan wor den en hoe het steeds weer een alge meen belang is, dat onze heerlijke vogels beschermd worden, dan raakt de wets overtreder toch weer eenigermate ver zoend met dat gemeenlijk in kwaden reuk staande artikel 461 en hij vindt, dat hij er nog genadig is afgokomen: zonder bon. Groeten steun heeft de landeigenaar of gebruiker in het premie-stelsel. Wie aan toont, dat hij zijn zorg heeft laten gaan over oen nest met eieren van patrijs of fazant, zoodat ze goed uitgekomen zijn ontvangt eon premie van 10—26 _per ei. Nochtans blijft 't voorjaar een précairs tijd toot i«a iaehtopziener. Vzfl «Jl« Dat kunt ge wol op uw vingers nare kenen. Dan zijn er behalve de roofmen- schen nog de roofdieren, die graag eitjes lusten of jonge vogels of ha,asjes-. Ik kom daar nog op terug. Want ik moet er i.n dit verband o-p wijzen, dat de boer soms zijn eigen vijand is. Ik bedoel nu niet, wanneer zijn knecht het hondje mee naar 'tland neemt en 't beestje achter z'n rug hier en daar een nest met jonge hazen ruïneert, zo-oals wel gebeurd is. Dat kan meer voorkomen en moest men willen ge- looven. D-e landbouwmachines heb ik hier op 't oog. De kettingegge bijv. heeft al veel kwaad gewrocht, vo-oral op gron den waar na draineering de greppels ein slooten zij-n verdwenen. Konden vroeger de hazen beter beschutte nesten hebben, nu ligt 't alles open voor de vernielende werking van de landbouwmachine. In den maaitijd wordt 'tnog erger. Prachtig wild is dan slachtoffer van de grasmaaimachine of den zelfbinder. De jachtopziener, die zich van die gevaren bewust is, pleegt wel mee te loopen met de maaiers, om het wild uit te drij ven. Men beeft wel een patrijs geschoten, waarvan vroeger een ,poo-t door een ma chine bi-eek afgemaaid te zijn. En 's win ters, bij 'tdorschen, is 'twel eens ^ge beurd, dat in -een schoof graan een doode haas werd aangetroffen, door den zelfbin der gegrepen en met bet graan saamge bonden. O.ok de weersgesteldheid kan in het dierenrijk' onheil aanrichten en hoe zou 't ook anders kunnen, waar ook wij- zeiven onze afhankelijkheid op dit gebied moe ten belijden. Op 10 Juni kwamen de eerste patrijzen uit. Men'heeft wel "nesten van 14 a 23 stuks. Welnu, op 12 Juni d.a.v. kregen wij zwaar onweder met slagregens en enke-le dagen later nat, guur weder. Hon derden jonge vogels vonden daarbij den dood. Als mannetje en wijfje gaan loop-en om voedsel te zoeken, kunnen de jonge kuikens maar moeizaam meekomen over den verregende^ akker. Telkens blijven er met dotjes aan de pooten achter om- te sterven, want de o-uden trekken ai ver der, al is 'tmaar met één of twee jongen achter zich. Over he-t leger van roofdieren, waaron der zélfs de lieve poes niet achteraan komt, 'n volgenden keer nog wat. KEES VAN DER MEER. Piropiaiganltfa-acfie van hef Christelijk Nationaal Vakverbond. Het Christelijk Nationaal Vakverbond heeft voor de maand November een groota propaganida-actie voorbereid. Van 416 November worden eiken avond, met uitzondering van Maandag 11 November, in verschillende deel-en van het land een 8- a 12-tal vergaderingen ge houden, in totaal 85 vergaderingen. Op -elke vergadering treden een tweetal gesa larieerde bestuurders als sprekers op, met de onderwerp-en: „Dankbaar voo-r geno ten1 zegen" en „Zegen verplicht". Verschil lende van deze vergaderingen wo-rden op geluisterd door zang, muziek of decla matie, terwijl op tal van bijeenkomsten door predikanten een openings- en (of) slotwoord zal worden gesproken. Voor wat Zeeland betreft wordt op- 7 Nov. te Goes oen vergadering gehou den, waarin zullen spreken de hoeren H. Amelink es. J. Vunderink. Op- 15 Nov. volgen Middelburg, Souburg en Vlissin- gem. Te Middelburg spreken dezelfde hee- rean als te Goes, te Souburg de Tieorep J. Augusteijn. en J. Veldwijk en te Vlis- singen K. Kruithof en P. L. v. d. Voerde. Op Maandag 11 November vindt een radio-uitzending plaats over den zender der Ned. Chr. Radio-Vereeniging, De heeT G. Ekkel van Utrecht, vo-orzitter van den Ned. Chr. Textielarbeidersbond „Unitas" en lid van het algemeen bestuur 'van het C.N.V., spreekt dan over het onderwerp: Christelijk, dus sociaal I" De tweede helft van November zal een speciale huisbezQek-propaganda-caim- pagnö worden. Over heel het land wordt dan van 1830 November huisbezoek ge- daan bij on- of verkeerd georganiseerde Christelijke werknemers. Voor de huisbezoekers heeft het C.N.V. een speciale „Handleiding voor huisbe zoekers" disp-onibel gesteld, terwijl een mooi uitgevoerd propaganda-gesohriftje: „Nu 't November is", wordt uitgegeven ter uitreiking aan on- en v-erkeard, ge organiseerde Christelijke werknemers. Aan alle rechtzinnige predikanten wordt dezer dagen een circulaire gezonden, waarbij wordt gevoegd de brochure van het C.N.V. „Uw belijdenis baleven", in welke circulaire de arbeid der Christe lijke Vakbeweging onder de aandacht der k-erkeraden en predikanten wordt ge bracht Men wil trachten het ledental, op- 1 Januari as., weer boven de 76.000 te brengen, een aantal dat het C.N.V. reeds eer, n.l. October 1920 beeft gehad. Door de nadien ingetredon economische crisis, is dit aanital terugigeloop-en tot 48.974 op 1 Januari 1926. Sedert laatstgenoemden datum is het ledental weer gestegen tot 67.826 op 1 Juli j.l. Het eerste half jaar 1929 bracht een .ladenaanwinst groot 9.8»fl Mta avws but twwdiiTwi- ja&r 1929 de vooruitgang ongeveer even groot is, dan heeft men het verlies der crisisjaren geheel ingehaald. Het C.N.V. zal dan de eerste van de verschillende vakcentralen zijn met wie dit het geval is. De Postcheque- en Girodienst. Het jaarversla g over 1928. Thans is versohenen het jaarverslag over 1928 van den P-ostohèque- en Giro dienst, Hieraan wordt het volgende ont leend. Aan het einde van bet verslagjaar be droeg het aantal postrekeningen 139.282 of 10.024 meer dan op 31 December 1927. Aan de rekeninghouders werden 9.812.413 afrekeningen toegezonden of 31.962 per werkdag tegenover rasp. 8.77.616 en 2:295 in 1927. De geldelijke uitkomsten van den dienst waren wederom gunstig. De gemiddelde kostprijs p-er handeling heeft in 1928 bedragen pl.m. f 0.0916 tegen f 0.0969 in 1927, f 0.1117 in 19266 en f 0.3121 in 1918. Het totale aantal ambtenaren bedro-eg •op 31 December 1928 788 tegen, 817 in 1927. Het twee'dé retourvliegtuig. Volgens -een bij de K.L.M. ingekomen bericht is de P.H.A.E.N., het tweede retourpostvliegtuig, gistermorgen om 6.0-5 uur uit AJtyab vertrokken en 9.10 uur te Calcutta aangekomen. Om 10.05 uur uit Calcutta vertrokken is het om 14.30' uur te Alahabad gearriveerd. Aan boord js alles wel. Vandaag wordt de reis voortgezet. Minister Terpstra te Leiden. De minister van Onderwijs, K. en W. heeft gisteren .een bezoek gebracht aan Leiden, waar hij vergezeld door den presi dent curator der Leidsche Universiteit, mr Van de Sand-e Bakhuyzen en den secretaris van curatoren, mr Idenburg heeft bezocht het academisch ziekenhuis, het ethnografisch museum, het gaologisch- esm mineralogisch museum en het phar- maceutisch laboratorium. TWEEDE KAMER. Regeling werkzaamheden. Weer een ru moerig begin» In de zitting van gisteren deelde de Voorzitter mede, dat bet zijn voor nemen is de volgende vergadering bijeen te roepen tegen 5 November en dan on middellijk te beginnen met de algemeene beschouwingen over de rijksbegrooting en voor te stellen iedere week des Dins dags en Donderdags avondvergadering te houden. Spr. stelt thans voor, den tijd bij de algemeene beschouwingen te verdee- len als volgt: Katholieken en S.D.A.P. 3 uur; A.R. en Chr. Hist. 2 uur; Vrij heidsbond en Vrijz.-Dem. 13/4 uur; alle andere partijen 1 uur en de replieken te bepalen op de helft van die tijden. De beer Marchant, v.-d., maakt be zwaar, dat zijn fractie minder spreektijd heeft dan de Chr.-Hist, en A.-R. fracties en kan zich bij de toewijzing aan elk der beide communisten van 1 uur slechts neerleggen onder voorwaarde, dat zij dien tijd -gebruiken om uiteen te zetten, dat zij ieder een afzonderlijke staatkundige richting vertegenwoordigen. De heer W ij n k o o p, Comm., wenscht te protesteeren tegen deze onbeschaam de uiting. De voorzitter kan die uitdrukking niet toelaten. De heer W ij n k o o p merkt op, dat de heer Marchant geen censor is; h(j is zelf niets anders dan een afsplintering van de liberale partij. De voorzitter waarschuwt den heer Wjjnkoop binnen de orde te blijven. De heer Wijnkoop: U hebt toegela ten, dat de heer Marchant sprak over de beteekenis van politieke partijen. De voorzitter waarschuwt den heer Wijnkoop, dat hij hem het woord zal moe ten ontnemen. De heer W ij n k o o pIk antwoord een voudig pp een brutalen aanval. De voorzitter ontneemt den heer Wijnkoop het woord. Do heer De Visser, C. P., komt er tegen op, dat de grappenmaker Mar chant een voorwaarde stelt omtrent de wijze, waarop politieke partijen hier moe ten optreden. Dat behoort tot haar eigen bevoegdheid. Spr. heeft meermalen aan getoond, dat er met de loupe geen on derscheid is te zien tusschen de soc.- dem. en de Vrijz.-dem. en. toch krijgen zij afzonderlijken spreektijd. De heer A1 b a r d a, S.D.A.P,,Niets is de heeren te dol. De heer De Visser: Niets is den heer Albarda te dol. D-e Voorzitter: Ik verzoek u bin nen de orde te blijven. De beer Re Visser: Ik blijf binnen d-e orde en zelfs de voorzitter zal mij niet van de orde af krijgen. Spr. vraagt zich af of er van het strijdende pro letariaat niet één man het woord mag voeren. De heer Marchant merkt op, dat hij, wanneer de hoeren niet aan zijn voor waarde voldoen, het volgende jaar een andere .verdeel ing van den spreektijd zal moeten voorstellen. De héér Winkoop vraagt het woord. De voorzitter: U krijgt het woord niet. De heer Wijnkoop: Ik vraag het woord I De voorzitter: is het woord ont nomen, U krijgt het woord niet, De heer wijnkoop: Ik vraag het weezAl geen stukgaan en pijn meer en ook geen naschrijnen der huid, als men vóór het in- zeepen de huid even inwrijft met slechts een weinig "jjg Dooien 30-60 en 90 ct. Tube 80 ct, B'J Apoih. en Drogisten. De voorzitter: U krijgt het niet. De h-eer Öe Visser, Comm., komt er tegen op, dat aan den heer Wijnkoop het woord niet meer gegeven wordt. Spr. betoogt, dat groepen, die het dichtst bij elkaar staan, in wezen dikwijls liet scherpst tegenover elkaar staan, hetgeen in de besprekingen tot uiting moet kun nen komen- Spr wijst o-p den heerLing- beek. 1 De voorzitter: Ik verzoek u bin nen de perken van het onderwerp te blijven. D-e heer De Visser: Ik zit er midden in. Spreker betoogt, dat de politieke tegen-stelling tusschen partijen niet ver doezeld mag worden. Het voorstel van den voorzitter wordt z.h.st. aangenomen-. De heer W ij-n koop Ik heb een voor stel bij- u neergelegd. De voorzitter gaat over tpt bet volgend purad der agenda- De heer VV ij n k o o p Ik heb een voor stel bij u neergelegd. 1 nterpellatie-WijWkoop. Aan de orde is de voortzetting der in terpellatie-Wijnkoop naar aanleiding van de botsingen te Maastricht en stemming over de motie-Vliegen. De Minister van B.innenïand- sche Zaken, de heer Ruvs de Bee- renbrouck, deelt mede, dat d-e Minister van Justitie bereid is aan den procu reur-generaal te 's Hertogenbosch een onderzoek in de Maastrichtsche zaak ap te dragen en van het resultaat van het -onderzoek aan de Kamer te do-en blijken. De heer Vliegen, S.D.A.P., kan zich daarmede vereenigen, 'doch is niet ge heel bevredigd. In d-e motie wordt ge vraagd een onpartijdig en nauwkeurig onderzoek. De Minister heeft geen bezwaar te verklaren, da,t volgens zijn opvatting bet onderzoek, moet zijn nauwkeurig, omstandig, onpartijdig en volledig, van welke opvatting hij meded-celing zal doen aan zijn ambtgenoot. D-e heer Vliegen trekt zijn motie in- De heer D-e Visser dacht, dat de soc.-dem. nog altijd het oude standpunt tegenover de klasse-justitie innamen, thans blijkt ook het laatste verschil met de Vrij'z.-Democraten te zijn weggeval len. Met een klasse-justitiëel onderzoek kan spr. geen genoegen nemen. Hij d'ent een motie in, waarin hij een onpartijdig onderzoek eischt 'onder strenge contról© van de bij het conflict betrokken ar beiders. De motie wordt niet ondersteund. De beer W ij n k o o p dient de mo-tie- Vüegen opnieuw in. De motie wordt niet ondersteund. De interpellatie wordt gesloten. (Vervolg eerste blad P. T. T. BEGROOTING 1930. Vooriooplg Verslag. Aan het voorloopdg versla? inzake de begroo ting van het Staatsbedrijf der Posterijen, Tele grafie en Telefonie voor 1930 is het volgende ontleend! Do gunstige ontwikkeling van het, bedrijf wekt» algemeene voldoening, Hoewel niet ont kend werd, dat «r aanleiding is tot .de klacht, dat hier en daar te veel werd ingekrompen en bezuinigd, en ook niet uit het oog werd verloren, dat de verbetering in het zakenleven op d-e ontwikkeling van het bedrijf een gun- stigen invloed heeft gehad1, was men toch al gemeen de meeming toegedaan, dat op dil bedrijf kan worden gewezen als een voorbeeld van hetgeen door Reorganisatie van Rijks diensten en -bedrijven bereikbaar is. De bedrijfsuitkom-sten. Wat de ramingen der bedrijfsuitk'omsten be treft, herhaalden sommige leden het meer malen geuit bezwaar, dat die ramingen stel selmatig veel te laag worden opgezet. Dezo leden meenden veilig te mogen aannemen, dat ook de voor het aanstaande 'bodrijfsjaar op 5 millioen geraamde bedrijfswinst met een groot bedrag overschreden zou worden. Verlaging posttarieven. Mede in verband met de geregelde stijging van het aantal vervoerde stukken en pakket ten bij den dienst der posterijen, van naar schatting 884,000.000 in 1925 tot 1.008 millioen in 1928 werd de voorgenomen briefportverlaging ten volle gemotiveerd ge acht. Intusschen zouden verscheidene leden gaarne zien, dat het briefport voor brieven, niet zwaarder dan 20 gram-, niet van 7.Ö cmi op 8 cent, dooh op 5 cent zou worden ge bracht, Draadtelegrafie. Hoewel de uitkomsten van de draadtelegra fie ^ich dit jaar iets minder ongunstig laten aanzien dan ten vorigen jare, bleef toch hot grooto tekort op dit onderdeel bezorgdheid wekken. In 1928 leverde de dienst een tekort van 2,1 millioen op, hetgeen op een aantal van ruim 6 millioen aangeboden telegrammen een verlies van ongeveer 42 oent per aan geboden telegram beteekent, Het aantal aan geboden en ontvangen telegrammen neemt don ook gestadig af on to verwachten is, dot bij invoering van het nieuwe telefoontarief da tVUMMyg Mg Jt«k« Ml word*.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1929 | | pagina 11