DE ZEEUW
DERDE BLAD.
Gemengd Nieuws.
Rechtzaken
Land- en Tuinbouw.
Staten-Generaal.
VAN K
ZATERDAG 19 OCT. 1929. No. 17.
V Grof materialisme.
In het schrijven in de N. R. Crt. over
den Zondagstocht van de Zeppelin, waar
van wij gisteren melding maaiden, wordt
betoogd, dat er voor ontstemming wegens
ontheiliging van den Zondag en verstoring
van de godsdienstoefeningen, niet de min
ste reden bestaat.
Om dit duidelijk te maken wordt als
volgt geredeneerd;
Of bet luchtschip op Zondag of op een
anderen dag gekomen was, in beide geval
len moet een offer gebracht worden, „óf
door de 'kerk, óf door de maatschappij.
„Nu de Zeppelin op Zondagmorgen is
gekomen, heeft heel het volk het historisch
oogenbiik mee kunnen beleven, zonder dat
de maatschappelijke arbeid er schade dooT
leed. Inderdaad, er is nu gespijbeld door
kerkgangers en er is tijdens de pree'k min
der op ge lel Maar op een werkdag zou in
alle fabriexen, scholen, verkeersmiddelen,
bedrijven en zaken gespijbeld en niet op
gelet zijn. De maatschappij had de schade
moeten dragen, die economisch niet weg te
cijferen ware geweest. En ondanks dit ver
lies had het volk ;het plechtige, voor velen
inderdaad heilige moment, niet rustig
voorbereid en in de stille, gewijde stem
ming van dezen Zondagmorgen kunnen
beleven. De Zeppelin op werkdag ware een
verzetje geweest, de Zeppelin op Zondag is
een gebeurtenis geworden, voor menige
menschenziel van verhevener strekking
dan de beste preek".
Ondanks de modern-religieuze uitlatin
gen aan het slot ligt het materialisme hier
duimendik op.
Goed bezien is het nog voordeelig dat
het luchtschip op Zondag kwam,
Er behoefde nu niet „verzuimd" te wor
den.
De maatschappij had nu geen schade te
draeen. Niemand 'behoefde van zijn werk
te worden gehaald.
't Is waar, de rust werd verstoord, de
Zondagsheiliging kreeg weer een knauw,
de godsdienstoefeningen hadden er onder
te lijden, maar wat zou dat?
Is 'i zien van zoo'n luchtschip, waaruit
de grootheid van het menschelijk
kunnen spreekt, voor menige menschen
ziel niet van verhevener strekking dan de
beste preek?
Wij verstaan deze redeneering.
Immers hier behoefde de mensch nieit
het hoofd te 'buigen, zooals in de kerk
waar hem zijn onmacht en de onmisbaar
heid van genade wordt voorgehouden,
maar hier kon 'hij roemen in menschelijke
kracht en menschelijk vernuft.
Hoe verheffend!
Dat is wat anders dan in de kerk.
Intusschen wat een vrij-zinnigheid niet
alleen, maar ook wat een grof materialis
me, spreekt er uit dit betoog.
TWEEDE KAMER.
I nterpellatie-Wijnkoop.
Aan de orde is de behandeling van het
verzoek van den heer Wijnkoop om verlof
tot het richten van vragen over de heftige
botsingen, die hebben plaats gevonden tus-
schen de politie en arbeiders naar aanlei
ding van de staking aan de Zinkwitfabriek
te Maastricht.
De heer Schokking, C.-H., ziet geen
enkele reden om deze interpellatie toe te
staan. De zaak kan bij de begrooting van
Binnenlandsche Zaken worden besproken.
De Voorzitter meent dat in een ac-
cuut geval als dit, dat niet van ernst ont
bloot is, de gelegenheid moet bestaan oin
aan de regeering vragen te stellen en stelt
voor de interpellatie toe te staan en haar
te plaatsen op de agenda na de conclusie-
v. d. Velde.
Aldus wordt besloten.
Regeling van werkzaamheden.
De Voorzitter stelt voor het wets
ontwerp tot herziening van de Gemeente
wet te verzenden naar een commissie van
voorbereiding.
Aldus wordt besloten.
In de commissie worden door den voor
zitter benoemd tot leden de 'heeren Kete
laar, K. ter Laan, Schokking, Van Vuuren,
1 leskens, De Wilde en Dr Vos en tot bun
plaatsvervangers de heeren Ebels, Ger
hard, Rutgers van Rozenburg, van Hellen-
berg Hubar, Kampschöer, Snieenk en
Bierema.
Mevr. D e V r i e s'B ruins, S.D.A.P.,
vraagt verlof tot den Minister van Arbeid,
Handel ep Nijverheid eenige vragen te
mogen richten over de behandeling en be
strijding van de pokken.
Op dit verzoek zal in de volgende verga
dering worden beslist.
Voortgezet wordt de behandeling van de
Ambtenarenwet.
De heer J. t e r L a a n, S. D., verdedigt
:en amendement, om het ambtenarenge
recht voor de helft te doen benoemen op
«oordracht van de centrale commissie yoot
•eoxganiseerd overleg.
De heer Boon, lib., verdedigt een
mandement, om de commissie de gelegen-
leid te geven candidaten aan te bevelen.
De heer S a n n e a, S. D., heeft bezwaar
egea vorming van het leidend gedeelte der
jnbtenaren-gerechten uit de raden van
woep en tegen de aanwijzing van leden
door Gedep. Staten, waarbij waarborg
voor deskundigheid ontbreekt.
De heer van Wijnbergen, 'R.-K.,
is uit zuinigheidsoverwegingen voor ge
bruikmaking van de raden van beroep; bij
bestrijdt het amendement-ter Laan, doch
heeft geen bezwaar tegen het amendement-
Boon.
De heer Schaper, S. D., ontkent te
genover den heer Sannes de onpartijdig
heid van vertegenwoordigers van organi
saties, die naar zijn ervaring in scheids
gerechten zich steeds verdedigers van een
•der partijen in geschil voelen.
De beer Schok king, C.-H., heeft
geen bezwaar tegen benoeming van amb
tenaren, doch wel tegen voordraoht door
de centrale commissie.
De heer Heemskerk, A.-R., bestrijdt
den invloed van de ambtenaren organisa
ties op de samenstelling van de gerechten,
daar de gerechten dientengevolge niet on
partijdig zullen zijn.
De heer Schouten, A.-R., sluit zich
hierbij aan en verdedigt de aanwijzing van
leden der gerechten door den ministeg van
justitie in plaats van door Ged. Staten.
De heer van den B e r g 'h, S. D.,
merkt op, dat in bet ontwerp-Heemskerk
zelfs een bepaling voorkwam, dat de leden
der gerechten ambtenaren moesten zijn, of
geweest zijn, en begrijpt de houding van
den heer Heemskerk thans niet.
De heer Marchant, V.-D., sluit zich
aan 'bij den heer Schouten.
Minister Donner verdedigt het
verband tussohen de ambtenarengerechten
en de raden van beroep, daar de laatsten
niet met den procesgang der administra
tieve rechtspraak vertrouwd zijn.
Gedep. Staten zijn onpartijdige colleges
en administratieve rechters, en dus het
meest geschikt om de leden der gerechten
aan te wijzen, doch spr. zal zich niet ver
zetten, ala de Kamer aanwijzing door den
minister van justitie wil. Spr. bestrijdt de
amendementen-ter Laan en -Boon.
De heer Schouten dient een amende
ment in, om de benoeming te doen geschie
den door den minister van justitie.
Dit amendement wordt na breede dis
cussie aangenomen.
Het amendement-Ter Laan, bet gerecht
voor de helft te benoemen op voordracht
van de centr. comm. voor georganiseerd
overleg, wordt met 47 tegen 26 st. verwor
pen.
Sadhoe Soendar Singh. Men
maakt zich ongerust over „Sadhoe" 0eeraar)
Soendar Singh, den Britsch-Indischen Chris-
telijiken prediker, die jaren geleden ook in
ons land ia geweest. Sinds April heeft men
niets meer van hem gehoord.
Een van zijin intiemste vrienden in Enge
land, een oud-zendieling, heeft volgens da
„Daily News" juist een brief ontvangen van
den baptistiscban zendeling T. E. Ridldle te
Muasorie (Noord Britsch-Indië) met de me-
dedeeling dat schrijver met iemand andiers
vier weken lang in de buurt van de grens
van Tibet vergeefs naar dien sadhoe heeft
gezooht.
Singh is uit een plaats Soebathoe vertrok
ken op 19 April, orm een Tibetaanschen han
delaar te ontmoeten, die een pelgrimstocht
had: gemaakt naar Boeddhistische tempels bij'
Benares. Daarna heeft men niets meer van
hem .gehoord.
Het Hospitaal-kerkschip „De Hoop" is
van: IJmniden vertrokken voor het maken
van zjjn vierden kruistocht onder 0a haring-
visschers op de Noordzee. Als geneesheer is
weder meegegaan Dr de Jong en als geeste
lijke verzorger De R. J. v. d;. Meulen, Ned.
Harv. predikant te Purmerland.
Kerkverlichting. Onlangs werd
gemeld, dat het, nieuwe kerkgebouw der
Geref. Gemeente te Krabbendijlke elec-
trlsch zal worden verlicht. Hier schuwt
men dus zeer terecht, het nieuwe niet.
Toch is er een tijd geweest, dat er
menschep, waren, die ook in de wijze
van kerkverlichting een principieele kwes
tie zagen.
De heer G. v. Zeggelen heeft indertijd
in de Geld. Kerkbode verteld, hoe het
toeging toen men in de kerken gaslicht
begon te gebruiken.
„In 1834 kreeg een Engelsche Maat
schappij, reeds in 1824 opgericht, ook in
Amsterdam vergunning omi gas uit steen
kolen te stoken en een buizennet aan te
leggen.
Natuurlijk werd het ook in de kerk
gebouwen aangebracht. Dat niet ieder er
van gediend was, bleek mij, toea jk een
vera las, getiteld: Op het zien van het
gaslicht, in de Groote Kapel, op 5 Oct,
1835.
Met enkele regels, die ik uit bet groote
gedicht overnam, wil ik thans eindigen:
„Een ieder zag als vreemd in Godes
Heiligdom*
d'Em prees en laakte, de ander stond
als stom.
Die zeide: foei wat stank, de doodsch-
lucht komt mij tegen.
Die zei: dat in een Kerk, 'tzijn won
derlijke wegen.
Van alles, dat men ziet, in deez' verlichte
dagen,
Ik word er van ontroert, en wïl nu
niet meer vragen.
Och, arme Genieent', och dwaze pre
dikant,
Uw woord is enkel Gas, uw zinnen zijn
verduisterd,
Geheel de Kerkeraad is van haar eer
i ontluistert,
Die vrijheid gave, om 'Gas in 't Heiligdom
te planten.
De eer van God is weg, dit blijkt van alle
Jtanten;
De aankomst van de P.H.A.E.'Z. op het vliegveld Schip'hol. De heer Garbau was de
eerste en eenige passagier die van Indië per postvliegtuig de reis heeft onderno
men. Links mevrouw Garbau, in het midden de heer Plesman, directeur van de
K.L.M., en rechts de 'heer Garbau.
Ontwaakt toch spoedig, Hoer van woor
den en van Kerk,
Ach, drijf toch spoedig uit dit Gas
verlichtingswerk 1
Drjjf uit den Sociaan, de Remonstrant
sche Ieeret,
Drijf uit lichtzinnigheid, clan, dan ont
vangt gij eere."
Rooversmatiieren. In Duitsoh-
land heeft deze week des nachts op den
weg tusschan Mainz en .Wiesbaden een ern
stige roofoverval plaats gehad. Een jonge
man had aan het statio-n te ^Mainz een huur
auto genomen en probeerde tijdens den rit
den chauffeur door middel van doeken, ge
drenkt in een bedwelmend vocht, te verdoo-
ven. De chauffeur bemerkte dit eohber biju
tijds en sprong uit de auto. De inzittende
sprong hem achterna en sloeg hem neer.
Voorbijgangers wisten den man te grijpen
en leverden hem aan de politie over. Het
bleek da.t hij een student uit Marburg was,
die door middel van roof aan geld trachtte
te komen.
Gas ontsnapt. Gistermorgen bleef
de gashouder van de gasfabriek Öer N. V.
Continental Gas Mij. te Oosterbeek haken,
waardoor ruim 5000 M3. gas verloren ging.
Het omliggend terrein werd onmiddellijk
afgezet, terwijl de gemeentelijke motorbrand-
sBinten jverdep. orttbpjten met bgt ofi-g iQf hgt
groote brandgevaar.
Koe onder den trein. Gisteren
is door den trein, die om 7.54 van Zutphen
te Dieren aankomt, juist voor de spoorbrug
over het kanaal Dderen-Apeldoorn, een koe,
die op de spoorbaan liep, gegrepen en aan
stukken gereten. De machinist, die ongeveer
een 100-tal meters verder den trein tot stil
stand bracht, kon, toen een gedeeltevan het
verminkte beest, dat Uit de weide ontsnapt
was, tusschen het raderwerk verwijderen.
VARKENSVLEESCH IN DE MIDDEL
EEUWEN
Het ia beh'emid, dat in de middeleeuwen
reeds een groot gebruik gemaakt werd
van var'kensvleesch, dat a's hoofdschotel
van jederen maaltijd werd beschouwd
De meest geliefde vleeschsoort was bet
vaj'kensvleesch, dat door de doctoren zeer
werd aangeprezen. Als gevolg daarvan
werd van varkens-fokkerij en -mesteiij
-in het bijzonder in ons land heel veeï
werk gemaakt. De bewoners der steden
hielden er evengoed hun mestvorken op
na als de bevolking ten plattelande. De
krulstaarten wandelden langs straten en
pleinen en zochten hun voedsel zelf bij
den weg.
Aan dezen „zwijnenboel" maakten de
stadsbesturen echter vrij spoedig een .ein
de door velschillende „kleuren" of ver
bodsbepalingen. In het begin van de 15e
eeuw mochten de varkentjes niet langer
langs de straten zwerven, tenminste wan
neer zij het eigendom der burgers wa
ren. Anders stond het met varkens, die
vanwege de kerken gevoed werden. Deze
dieren kregen een onderscheidingsteekem
op het lijf en mochten, aldus gesierd,
door de steden „weiden". Zij waren zelfs
een tijdlang voorwerpen van algemeene
liefdadigheid en werden aan alle huizen
gevoed i
Een jong varkentje werd in de middel
eeuwen op de volgende wijze bereid. Mem
doodde het beest, „broeide" het (teneinde
de borstels af te schrapen) en nam hart
en ingewanden er uit. Vervolgens werd
het geheel bestrooid met meel en gebra
den.
Nadat, als boven gezegd, in de mid
deleeuwen varkensvleescli door de ge-
neesheeren als een gezond voedsel werd
aangeprezen, kwam er een tijd, waarin
het oordeel luidde, dat het gebruik van
var'kensvleesch schadelijk voor de gezond
heid kon zijn. Men hoort die ste.ling
nog heden ten dage verkondigen, waar
schijnlijk als uitvloeisel van hèt feit, dat
mager vaikensvleesch, hoewel het bijna
evenveel eiwit bevat als rund- en kalfs-
vleesch en, daarbij' dus in voedingswaarde
niet ten achter staat, minder gemakkelijk
verteert. (Hbld.)
Oplichting: K. C., 51 jaar, werkman ts Ar-
neumidiau, 1 maand gev straf.
Dit moet zjjlti: 1 maand gov. straf voorwaar
delijk.
Door den Hoogan Raad is gedeeltelijk be
vestigd en gedeeltelijk verworpen hei cassatie
beroep, ingesteld door P. J. N., 15 jaar, leur
der en: P. B. v. Z„ 15 jaar, werkman, beiden
wonende te Breskens, tegen een vonnis van do
Rechtbank te Middelburg, waarbij zij wegens
Straatscnenderij werden vercoid «ld tot een
geldboete van f 3 of 1 week tuchtschool,
zulks met vernietiging van het vonnis van den
Kantonrechter te Oostburg.
Door K. J. II.. 28 jaar, schilder te Middel
burg is hooger beroep aangeieebemd tajen ten
vonnis van den Kantonrechter te Middlelburg,
waarbij hij wegens overtreding van het Tram-
wegreglement (op een in beweging zijnden
tram springen) werd veroordeeld to' een geld
boete van f 15 of 15 d. h. De' amb enaar van
het 0. M. toekende eveneens appèl aan.
Door den Amb'enaar van het O. M. was
hooger beroep aange: eekend tegen een vonnis
van den Kantonrechter te .Middelburg, waarbij'
zekere P. de B„ 45 jaar, koopman te Middel
burg was vrijgesproken van de hem. ten laste
gelegde overtreding van do Jachtwet, n.l. het
zich ini het veld buiten openbare wegen en
voetpaden bevinden met een kanongeweer.
Eisoh: bevestiging van het vonnis van den
Kantonrechter.
Deze zaak werd gistermiddag alsnog door
de Rechtbank te Middelburg behandeld.
In ons blad van gisteren stond onder de
1 uitspraak Rechtbank Middelburg vermeld:
Bestrijding der aardappelziekte.
Het bekend© verzoek aan tal van gemeente
besturen, om de teelt van enkele, met name
genoemde soorten van aardappelen, bij' ge
meentelijke verordening te verbieden, daar
die zeer vatbaar zijn. voor wratziefcte, heeft
in de Vereeniging Proef- en Schooltuin Keu-
nemerland een onderwerp van ernstige be
sprekingen uitgemaakt. De Rijks,uinbouw-
leeraar, de heer Hazeloop, gaf «en uitvoerige
uiteenzetting dezer zaai en deelde o.a. aruedo,
van Prof .Botjes een lang lijstje van aard-
aardappelsoorten te hebben ontvangen, die
vatbaar zijn voor de aardappalwrat fekte. Zoo
zijn de Schotsohe muizen in Noord-Holland
de vroege aardappelen zeer vatbaar voor
da ziekte. Hij' ziet ia een ve.'bid weinig voor
deel en wel groote nadoelen. Ook tal van af
gevaardigden deelden deze meaning, zoodat do
vergadering de wenschelijkheid uitsprak de
zaak niet te foroeeren.
PLUIMVEEHOUDERIJ IN HONGARIJE.
Interessant is, als men het land be
reist, de talrijke koppels ganzen en kal
koenen, die eigenlijk overal meer apval-
len dan de kippen en duiven, die men
verspreid op en om de boerderijen ziet
loopen. Hier vindt men nog de echte
ganzenhoeders of hoedsters, meestal kin
deren, die dag in, dag uit met de die
ren in het veld trekken en ze behoeden
voor te ver afdwalen en andere gevaren.
Onlangs zijn er in Hongarije ook weer
officieele statistieken verschenen, die men
ofblijkbaar sedert 1895. niet meer gepubli
ceerd had. Deze statistieken zijn natuur
lijk zeer interessant en geven een aar
dig beeld van de samenstelling van den
pluimveestapel. Z everschijnen in drie
talen, zoodat dus iemand, die de Hon-
gaarsche taal niet machtig is, ze ook
bestudeeren kan.
Het tegenwoordige Hongarije i3 slechts
een klein deel meer van het vroegere
koninkrijk, doch de Hongaar heeft een
zeer sterk vaderlandsl evend gevoel en
is ontzettend diep vervuld van verdriet
over de verkleining van zjjn land.
In Oostenrijk valt dat niet zoo op,
hoewel daar de .bevolking ook lijdt onder
de verdeeling van het land. Men spreekt
er in Oostenrijk weinig over. In Honga
rije is dat totaal anders. Elke Hongaar
is als het ware een levende propagandist
tegen den tegenwoordigen toestand en
deze kalme en uiterst vriendelijke men-
schen komen onmiddellijk in het vuur,
als ze maar even tegenover een buiten
lander hun hart kunnen luchten. In de
hotels, vanaf den gewonen kellner tot
den deftigen portier, ieder beijvert zich
om te laten zien, hoe Hongarije was en
hoe het nu is. In de hotels liggen de
drukwerken op de lessenaars, welke in
allerlei talen ter wereld den vreemdeling
uitleggen, wat er gebeurd is met het land
en zelfs het kleine Nederland is niet
vergeten. In neer zuiver Nederlandsck
kon ik ook deze vlugschriften lezen. Het
meest treffend vond ik echter ansicht
kaarten van hard carton, waarbij men,
door aan een papieren wieltje te draaien,
plotseling het oude Hongarije in vijf stuk
ken ziet uiteengaan. Alleen in het cen
trum bleef Hongarije, de andere stukken
vielen aan Oostenrijk, Tschechoslowakije,
Roemenië en Joego-Slavië. Zelfs in mu
sea spreken de opzichters er over. Dat 'n
dergelijke actie wel de aandacht mlet
trekken, bleek mij in een der hotels,
waar maandelijks eenige honderden Ame
rikanen logoeren, de allen (evenals ik
zelf) vrijwel onwetend zijn van de toe
standen in deze landen en van wat er
eigenlijk gebeurd is en broeit. Al deze
menseben interesseeren zich sterk, ais
het hun op een dergelijke suggestieve
wijze door woord en beeld gedemon
streerd wordt en nemen stapels drukwerk
mee naar huis.
Door deze verdeeling nu van het land
zijn er natuurlijk zeer productieve land
bouwstreken afgegaan en ziet dus de
statistiek van Hongarije er totaal anders
uit dan voor den oorlog. Toch staat men
nog te kijken als men de cijfers ziet.
Ik geef deze in onderstaande tabel,
tabel, waarbij het land verdeeld is in
drie groote hoofdgebieden, .n.l.: 1. het
land ,ten Oosten van den Donau, d e
vrijwel van Noord naar Zuid loopt, het
z.g. Trans-Donau Heuvelland; li. hut
tweede gebied is dat der Alföld, de ont
zaglijke groote Ilongaarsche laagvlukle,
ten Oosten van den Donau, doorstroomd
door de Theisz; III. is het Noordelijk
Heuvelland, waarvan de uitloopers al bij
Boeda, tegenover Pest duidelijk te zien
zijn.
De cijfers zijn nu als volgt: (In duizend
tallen uitgedrukt).
Kippen: I 12500, II 12900 III 3350,
totaal 28800.
Kalkoenen: I 121, II 692, III 43, totaal
760.
Ganzen: I 1800, II 2300, III 622, to
taal 4726.
Eenden: I 1250, II 1530, III 350, to
tooi 3140.
Duiven: 1 323, II 909, ILI 103, totaal
1340.
Konijnen: I 166, II 86, III 107, totaal
359.
Bijna 29 millioen kippen dus. Zeer in
teressant is het echter te zien, dat ver
reweg het grootste gedeelte dozer d e en
in 1928 gebroed was, dus een plotselin
ge sterke vermeerdering van den pluim
veestapel. Van de totaal ongeveer 33 mil-
lioe nstuks pluimvee kwamen er 23 mil
lioen voor op de z.g. kleine landbouw
bedrijven en slechts ongeveer 1.3 millioen
op de groeete landgoederen.
Het is dus de kleine man, die het
gros van den pluimveestapel 'houdt, en
die bij een verbetering en vermeerdering
dus ook snel de voordeelen plukken zal.
Naast de kippen vallen •-■na ook de
enorme hoeveelheden ganzen op en de
eenden, duiven en konijnen zijn ver in
de minderheid, zooals we zien.
Hongarije is zoowel een uilvoerend als
een importeerend land, doch de uitvoer
overtreft den invoer,
volgt:
Deze uitvoercijfers van 1928 waren als
levend pluimvee 8.7 mill, pengo
geslacht pluimvee 31.1
eieren 16,9
beddeveeren 21.4
ganzenlevers, leverpastij 2.6
ganzenvet 0.06
Een pengo is ongeveer een halve gul
den.
We zien dus daaruit, dat het geslacht
pluimvee het meeste opbrengt, daarna
beddeveeren en dan pas eieren. De gan
zenlevers brengen ook nog heel wat op.
Deze enorme vleesch en vetproductie
hangt natuurlijk ook samen met de enor
me productie van het kippenvoer bij uit
nemendheid, de mais. Oceanen van mais,
al maar mais, waar men met den trein
doorstoomt, een groot luilekkerland voor
de kippen- en ganzenmesterijen. De ex
port heeft den laatsten tijd door allerlei
omstandigheden nogal geleden.
Als een der voornaamste redenen gaf
men mij op de concurrentie met Rusland.
Zoo voerde Hongarije in 1926 voor
87.4 millioen pengo uit, in 1927 voor
88.7 millioen en in 1928 maar voor 89.7
millioen. Dit is dus een zeer belangrijekn
achteruitgang.
Het schijnt dat Rusland eieren uitvoert
die het a.an de producenten in Rusland
inet papieren geild betaalt, en op de
buitenlandsche markt voor matigen prijs
verkoopt om maar aan contanten te ko
men. Dit systeem dru'kt natuurlijk den
'xport van andere landen. Oo'k de vroe
gere Ilongaarsche gebieden zijn nu con
currenten geworden.
Een voornaam punt is ook, dat de
binnenlandsche consumptie toegenomen
is. Dit brengt me nog event op een into
ressant. gebruik dat wij in ons land zoo
niet kennen, n.l. het eten van hardge
kookte eieren in de restaurants. Overal in
de restaurants worden veel hardgekookte
eieren gegeten en in de bars der hotels
enz. staan 'eveneens heeie schalen met
harde eieren. Dit gebruik vond ik ook
m de BaJkanlanden, waar men de eieren
schijnbaar in uiensap kookt, zoodat ze
een bruine kleur krijigen. Ze smaken er
echter absoluut niet naar. Den geheelen
dag door ziet men dergelijke eieren eten,
's morgens en 's avonds en dat lijkt me
heel wat nuttiger en gezonder dan het.
vei weiken van talloozei kopjes koffie of
bittertjes, zooals dat in onze streken ge
woonte is.
DR. TE HENNEPE.
Vragen, deze rubriek betreffende, kun
nen door abonné's worden gezonden aan
Dr te Hennepe, Dierga.ardesin.gal 96 a, te
Rotterdam. Postzegel van 7i/2 cent voor
antwoord insluiten «a blad vermelde*.