DE ZEEUW TWEEDE BLAD. FEUILLETON BOEREN VAN LOBITH. Uit de Provincie. (Wordt vervolgd.) WOENSDAG 2 OCT. 1929. No. 2 POLEN. Cdynia zeehaven. De Poolsche „corridor". Verloren land en herwonnen zee. Angsten en ontroeringen. door Dr FELIX HUTTEN. V. En als ge nu alles gezien hebt, bergen en bosschen, musea en steden, zwarte mijnschachten en kleurige volksdrachten, het landvolk en de millioenenstad, de Weichseloevers en de zoutmijn van Wie- liczka bij Krakaw, dan is er Gdynia nog, Gdynia en de zee, Gdynia dat de eigen bewoners van het vrije Polen even zeer in verstomming brengt als de ten toonstelling van Poznan, waarin de repu bliek zich zelf wel bewonderen moest. Gdynia, pas geleden een visschersdorp met eenig'e honderden bewoners, is als bij tooverslag tot een stad omgevormd van 30.000 inwoners; en waar tot dan toe een schilderachtig strand zich uitbreidde met alleen maar zandheuvels en wat verkreu- peld bosch, blinkt nu een badhotel tus- schen een krans van villa's en bloeit een haven nog eer die is afgebouwd. Poiznan's tentoonstelling Jdotak op als een symphonie uit 'de stilte van het land, en lag er plotseling kleurrijk in de zon te branden als een mozaïk, een mooie droom, een tooverspiegel, die geheimzinnig de woorden sprak uit het sprookje: Polen, Polen, wat ben je rijk, wat ben je levens krachtig, wat ben je mooi..Maar Gdynia is het wonder, het wonder zonder meer, het wonder waarvoor allen sprake loos staan, dat niet werd gedroomd, maar eenvoudig vervuld, dat opblonk en bloeide en er nu is, zonder zich den tijd gegund te hebben om te worden. Het werd gedacht, .«n was er. Nog wordt de haven uitgebreid; eerst in 1931 zal zij klaar zijn; maar nu reeds wimpelen er al de kleuren der vreemde mogendheden. Een buiten-bassin en een binnendok, kaaien met kranen en stapel plaatsen voor 20 schepen, zijn er al. Het moet alles nog verdubbeld worden, en uit gelegd. Een krijgshaven hoort er nog toe, en een visschers'haven. Maar nu al, eer het opgezette plan gieheel is uitgevoerd, behoort Gdynia na Stockholm: en Kapen- hagen, met Dianzig, tot de grootste havetng der Ralthische zee. Na den totalen afbouw zal de haven 450 hectaren Wateroppervlak heslaan piet 13500 meter kaai, Waar 15 millioen ton per jaar kunnen verscheept worden. En een goed uur verder, zichtbaar van Gdynia uit, ligt de haven van de vrije stad Danzig. Is dit waaghalzerij!, is dit waanzin? Het was als een hersenschim1 van den minister, die het plan doordreef. De mo gendheden maakten van Danzig een vrije stad, om Polen aan een haven te helpen. Maar Polen zelf bouwt, binnen de eerste tien jaren van zijn bestaan, een nieuwe haven daarnaast. Dit zou alles anders geweest zijd, als de eindelijfce vrede na den grooten oor log ook verzoening en rust gebracht had. Maar dit was niet zoo. De vrijle handels stad maakte het Polen 'op allerlei wijzen lastig. Lithauen bleef onverzoend. Oost- Pruisen door den Poolschen „corridor" van Duitschland gescheiden, bleef onwil lig; en Duitschland zelf nam geen vrede met de regeling ondanks de verdragen. Hoe zou dit land het oude thema kunnen opgeven, dat luidde: Polen 'van de zee verdringen? Een vernieuwd Polen was het schrikbeeld van Bisimarck, die wel begreep dat dit Danzig in onmiddellijk gevaar ging brengen. De zee veroverd, en de zee behouden, is daarentegen die grooie stelling van de Poolsche republiek. En daarom heeft deze zich vastgezogen aan het strand, dat die samenstellers der nieuwe wereld kaart haar hebban toebedeeld. Op dit strand laat Polen rechtein gelden van historischen en van ethnographischen 38) o HOOFDSTUK XI. Alsdevijandinhetlandis... In woesten galop kwam een aantal rui ters over den weg gereden. Klaas Petersen, die nadat bet ka nonvuur en het geknetter der musketten dat dof van de zijde van den Rijn tot de hoeven was doorgedrongen, bedaard was onrustig over het erf liep, met zichzelf in tweestrijd, of hij eens zou gaan kijken naar den afloop van den strijd, wat vrouw en dochter hem ont rieden, Klaas Petersen zag de ruiters aan komen en ging naar binnen. „Daar komen' de Franschen", zei hij op kalmen toon, alsof het de meest ge wone zaak ter wereld gold. Maar in zij'n oogen flikkerde een vreemd, onheilspellend vuur „O, Klaas, wat moet dat? Als zjj maar voorbij rijden!" klaagde da boerin, met de handen voor da oogen. Sanne •prak geen woord, maar ver bleekte, toen zij, een blik door het in aard. Daartegenover is het Duitschland te doen om zijn prestige erf om krijgskun dige gronden. Intusschen pleiten de statistieken voor de getroffen regeling. Alleen omdat Duitschland geen handelsverdrag met Polen wil aangaan, gaat 'tniet nog beter! Zelf Danzig, dat koppig bleef, won er bij. En overigens snakt een bevolking van 30 millioen naar een vrijen uitvoer over zee. Dat Duitschland bij dit alles onwil lig bleef, kan beschouwd worden als heen gevolg van het feit, da.t het Germanen- dorp, bij de grondvesting der Poolsche republiek als bij de wording van Tchecho- slovakije, een zoo gevoeligan knak kreeg. Bij de geweldige economische uitbrei ding van het nieuwe Polen, werd de haven van Danzig te klein. Men kan zich ook voorstellen, dat de Poolsche staats lieden zich met bezorgdheid de vraag gesteld hebben: wat te beginnen, in.geval van oorlog, wanneer wij geen vrij spel hebben te Danzig, en de eerste buren kwade vrienden zijd? En daarmee was het ontstaan van Gdynia-zeehaven, als mogelijkheid voorzien, al reeds in uit voering, nog eer de Poolsche kamer het plan had goedgekeurd. Tegenover alle kri tiek 'en bedenkingen van cijferende hoof den, tegenover weifelingen eener voor zichtige ■bedachtzaamheid, zal de Pool dit eene woord zetten als afdoend argu ment levensnoodzaak. De kolenproductie van Polen steeg van 1924 tot 1928 van 28 tot 40 millioen ton, de buitenlandscho handelsomzet van 18 tot 28 millioien. De groots leveranciers zijn, na Duitschland, de Vereenigde Star ten Engeland -en Frankrijk. Tegen d'e 13 pet. van den in- en uitvoer van Polen over zee in 1924 staan 40 pet. in 1928. Daarom dus: levensnoodzaak. En in 192G begon de scheepvaartmaatschappij Zeg;- luga Polska met den aanbouw eener han delsvloot. Maar wij hebben achter de masten en schoorsteenen der koopvaardijschepen in da haven van Gdynia ook de grijze rom pen gezien der twee kanonneerbooten en de zes Maine torpedobooten der oorlogs vloot. Oók levensnoodzaak. Alweer b^rijpelijk, wanneer men met de oogen 'der Polen de toenadering tus- schen Frankrijk en Duitschland gade slaat. Want als het dit laatste land inderdaad ernst "is met zijtn revanche-gedachten in het Oosten en het opblazen van den Poolschen1 „corridor", dan komt het de Polen voor dat Duitschland door dit ko- ketteeren met Marianne tracht in het Oosten de handen vrij te krijgen, eenmaal verzekerd van de vriendschap van Frank rijk, dat jzich nu nog altijd de. bondge noot van Polen heet. In dat geval zou men hier immers niets meer hebben aan de mooiste woorden 'der Fransche vriend schap', door een Lafayette en Colbert ooit uitgesproken, en zijn eemig 'heil en toe vlucht moeten zoeken in een goed uit gerust leger met vloot. Zqo zou Duitschland mot alle zorg er moe bemoeid zijn, van mu af aan 't con flict met Polen te „localiseeren", om te zijner tijd te Warschau aan te kloppen mot bepaalde voorstellen tot grenswijt ziging, waarbij geen verre vrietnden het dan 'lastig vallenPolen is er maar te vast van overtuigd dat de Duitschers altijd weer vergeten, dat zij niet de eerfi- gen in Europa zijin. Maar tevens bepleiten de Polen met hardnekkigheid de noodzaak van het be staan van den. "Poolschen „corridor" voor Europa. Zou 'de Republiek haar samen hang met .'de zee moeten opgeven, .dan word de verbinding met heel het binnen land van Europa wat den handel van En geland, Frankrijk, Scandinavië en Amerika betreft, oen monopolie, van Duitschland. TisjechoslovaMje en Hongarije, -zouden, aan de willdkeur van Berlijn zijn overge leverd; zoo ook ©en groot gedeelte van den Russischen handel, die zich altijd weer zal oriënteeren naar de B-althische. zee. Daarom Is de toestand, als nu be vestigd, voor den wereldhandel nood zakelijk, en ©en ommekeer der dingen in Duitschen ,zin niet moer bestaanbaar. Zoo hoeft de republiek van Polen met den bavenbouw van Gdynia voorgoed be zit genomen van de ze© en voor heel de wereld de verklaringen afgelegd, dat zelfs het voorstel van een wijziging hier van den wereldvrede in gevaar zal bren gen erf den porlog onvermijdelijk maken. lood gevatte veDster slaande, zag, hoe de troep links afsloeg en het damhek doorreed. „Voorbij rijden?" zei boer Petersen, ,,'t Mocht watl Daar is dat gebroed all" Van de vluchtelingen uit het, Kleefsche had hij al genoeg vernomen over het op treden der Franschen. .'tZou hier precies zoo gaan. Hij perste dei tanden ojpl 'el kaar Er klonk huiten een commando. De boer wilde het vertrek1 verlaten, maar zijtn vrouw en dochter smeekten hem te blijven en 'haar te beschermen. Met tegenzin voldeed hijl aan het verzoek. Opeens word een luid gelach vernomen'. Dan angstig gekakel van kippen. Het drie tal zag, hoe de Fransche soldaten over het erf holden, de kipp'on grepen en de dieren met geoefende handbeweging den nek omdraaiden. Luid blaffend kwami Gastar de waakhond, aangerend en sprong woest tegen één der ruiters oip. Het werd zijtn. ongeluk. Even flikkerde het staal en onder vreeselijk gehuil zeeg het trouwe dier stervend ineenEn de kippen ka kelden-luid, toen zij in een hoek worden gedrongen, waaruit ontkomen niet mo gelijk zou zjjn. In een punt des tijds speelde dit alles zich af- Bevend zagen do boerin en Sanne toe. Maar het werd den boer te machtig. Bleek snelde hij het vertrek uit, het erf Niet alleen dat dertig millioen Polen recht hebben op een Poolsche haven, maar ook heeft Polen recht op den „oor, ridor", op Pommeren, oud-Poolsch ge bied, dat ondanks alle germaniseering zijn P-oolsch-sprakende bevolking be. waard heeft. Het was de onvoorzichtig heid van een middeleeuwschen vorst, Koenraad, hertog van Mazovië, die» dit gebied in gevaar bracht, toen hij de ridders der Duitsche orde verzocht, om Pruisen te bekeeren en zijn hertogdom onder Jran bescherming te nemen. De orde nam Pruisen in bezit en in 1308 ook Pommeren, de huidige „corridor", mot Danzig. Wat Poolsch sprak, werd er over de kling gejaagd. In 1525 ging de orde 'tot het Lutheranisme over, (en uit haar staten ontstond een erfelijk ko ningschap. Do koning van Polen vond alles goed, daar de nieuwe staat zijn souvereiniteit erkende. Hij nam genoegen mot een eed, in plaats van met 't zwaard zijn positie te versterken. Ofschoon Dan zig toen tot 1772 aan Polen bleef, ging Pommeren aan de Duitschers ver loren. Maar het Duitsche Danzig, vast aan-Polen verbonden, werd groot, en wel varend en bleef tot 1863 ook trouw, om eerst biji de definitieve Oplossing van het Poolsche rijk bij Duitschland te wor den ingelijfd. Pommeren daarentegen, hoe lang ook opgeslokt door D-mtschland, bleef Poolsch in hart en nieren. In geen enkel zijiner districten waren de Duitschers in de meerderheid en altijd stuurde dit lands deel weer telkens Polen naar den Duit schen Rijksdag als .afgevaardigden. Of de Duitschers de bevolking nu al Kaszuben noemden, alsof dat iets anders dan Polen was, zij sprak een Pool'sch dialect, en was geheel jets- anders dan Duitsch. Zonder de „Ansiedelimgs-kom- mission" zou bet Duitsche import het er benauwd gehad hebben. Met de „corridor" is oud Poolsch I'and aldus tot het nieuwe Polen teruggekeerd, en Gdynia, de nieuwe zeehaven, is "de kroon op dit werk, op de hereeniging der gescheiden volkeren en verscheurde gebieden. Gdynia is de symbolische „geste" der inbezitneming van de weer gevonden zee. Er is voor de nieuwe Polen iets mystieks in dezen naam, die brandt aan den einder van 'het land als een vlam. De plotselingheid waarmee die naam zelf aan de kim der historie ge rezen is, zet het woord al in een gloed en een licht, dat fantastisch aandoet. Voor wie dit strand van vroeger kenden, lijkt het een betooverd oord. Zooals al leen de Amerikanen nog maar nieuwe steden te bouwen wisten, is; er hier de nieuwe stad ontstaan. En haar strand lokt de zomergasten in hun kleurige wemeling, evenals de havenarmen de schepen trekken der verre kusten. Een zee zonder eb en vloed, blauw als die van het Zuiden, binnen een krams van boschjes en heuvels een haven vol schepen, masten en schoorsteenen, waar de Europeesche vlaggen het Poolsche dundoek hun groet brengen. En in de blauwe diepte van den hemel, boven de breed-e blauwte der wateren, de wijd- ontploken wieken van den witten adelaar, die klimt naar de zon. Het moet voor een Poolsche ziel, voor dit volk der knechtschap en der dwing- landij, iets van zoo wonderlijk bekoren zijn, dit gezicht der Poolsche zee, dit be wustzijn der bevrijding en expansie naar alle windstreken uit, over de blauwe banen der vrije wateren, dat zij met ©en uitbarsting van jubel „Gdynia" zeg* gen, zoaals Xenophons' soldaten „tha- lassa, thalassa" juichen voor het ruï- scbend zeestrand. Bij de eerste tien jaar van haar bestaan ziet de jonge republiek, haar schoot vol rozen, .als de koningsdochter der le gende- De wonderen zijn er opgebloeid als de bloemen in een zomertuin. Ein'dle vain dein Zomertijd. Er wordt aan herinnerd, dat de zomer tijd eindigt Zondag den Gen October, ten 3 ure voormiddag, zoodat in den nacht van Zaterdag 6 op Zondag 6 October de klokken een uur moeten worden achter uitgezet. op en schreeuwde dén georganiseerldierfi roovers want dat waren de Franschen,- zij werden aangevoerd door hun officieren en onderofficieren; het was niet een or- del.ooze bende toe: „Schelmen, wil len jullie wel eens; ophouden 1 Dat is alles mijn eigendom." In luid lachen barstten de ruiters los. Zij verstonden wel niets van de woorden van den boer, maar zij zagen wel, dat hij spirf-nijdig was. En dat juist wekte hun1 spottende lachlust opi. „Sla dien kerel tegen den grond, Pierre 1" riep een ruiter, mieteen kans ziende een luid kakelende kip te verschal ken. Hij draaide met één handbeweging het dier den nek om, toonde het dooda beest den boer, dezen lachend toevoe gend: „Je hebt malscha kipp'etjes, baasje." Pierre voldeed niet aan het verzoek den boer, die vlak in zijln nabijheid stond te razen, neer te slaan. Hij draaide hem verachtelijk den rug toe en ging verder met de kipplenvangst: er liepen er nog heel wat luid en verschrikt ka kelend over het erf. Het bloed van Klaas Petersen was tot kookhitte gestegen. Hij wist niet goed, wat hij deed. Verstandelijk redaneeren was bij hem op dat oogenblik uitgesloten. Hij snelde, geheel buiten zichzelven, naar den koestal, greep een mestvork, joeg Wegverbetering. Men meldt ons uit Rilland-Bath De werkzaamheden aan het eerste ge deelte van den nieuwen Rijksverkeersweg van hier naar Kapelle naderen thans de voltooiing. Men is thans genaderd aan den derden weg alhier. Het ligt 'in de bedoeling, dit wegvak a.s. Donderdag voor het verkeer open te stellen, zoodat men dan, komende van Bergen op Zoom, en van uit Zeeland naar Noord-Brabant aan da buisjes recht door kan rijden. Hier mede vervalt het vorkeer over het dorp Rilland, en behoeft men ook den beruch- ten overweg aan den derden weg niet meer te passeeren, wat zeer zeker een geruststelling voor vele automobilisten zal zijn. De weg is flink breed, en aan beide zijden is een rijwielpad aangelegd, zoodat d'e wielrijders rechts kunnen rijden, wat voor de veiligheid van het verkeer van groot belang is. De wegverharding is gemaakt van een asfaltbedekking en is keurig in orde. Dit gedeelte is aangelegd door den beer A. de Wilde, aannemer te Middelburg, en is in een -jaar tijds bijna voltooid. Schore. Loop der bevolking over de maand September 1929. Ingekomen: 6, Louis de Koeijer, fruit handelaar, van Kapelle. 14, Pieter Deur- loo, onderwijzer, van Tholen. 19, "dansje Schoen, huishoudster, van Nüenen (N. Br.). 19, Melchert Bakker, stationschef, van Nuenen (N.-B»), 28, Apolonia Maria, van der Borgt, dienstbode, van Kruiningen Vertrokken: 2, Elisabeth Tannetje Meij aar, onderwijzeres, naar Kattendljke, A 53. 5, Johannis Zwartepoorte en gezin, los werkman naar Wemeldinge, B 48; 9, Andries Bruijnzeel, zond. beroep, naar Dordrecht, Reeweg 40; 25, Adriaan Jan Houtman, arbeider Ned. Spoorwegen, naar Boxtel, B 502. Kapelle. Wegens geringe deelname is de Postduivenvereen. „De Snelle vlucht" (Zaterdagvliegers) alhier stilgelegd. Enkele leden, die -toch wenschten deel te nemen aan wedvluchten, zijn thans als lid toegetreden tot de Vereen. „De Blau we Doffer", te Hanswoort. Eerstgenoemde vereeniging telt 7 leden, 'laatstgenoemde 20 leden. Kruiningen. Dinsdagavond vergaderde de Gemeenteraad. Afwezig dhm v. d. Borgbt en Burkink en een vacature door bet overlijden van dhr Kostense. Na voorlezing der notulen, deelt de Voorzitter mede, dat op 30 Sept. door B. en W. de kas van den Gemeente-Ont vanger is nagezien en in orde bevonden. Dat Ged. Staten, hebben goedgekeurd de geldleening voor sclioolbouw bij gemeente c-rediet pari tegen 5 pet. Aan het bestuur der Bijzondere School te Kruiningen wordt voor de vakonderwij zeres, verbonden aan die school, toege kend over 1927 f 82,50 en over 1928 f 101,50. Ter vervanging van de bestaande steen- kolenkachels worden door 't bestuur der Bijz. school te Kruiningen gelden gevraagd voor verwarmingsinrichting door gas. De Voorz. zegt, dat de kosten daar voor f 854,55 bedragen. Dhr Visscher informeert naar de oude kachels. Dhr Minnaar zegt, dat dit kolom kachels zijn, die het geheele lokaal niet verwarmen en dichtbij te warm zijn. Met alg. st. wordt aan dit verzoek voldaan. Aan art. 24 der verordening, bedoeld bij Art. 1 der woningwet, wordt met al- gemeene stemmen toegevoegd, dat B. en W. kunnen toestaan, dat voor woningen, te bouwen buiten de bebouwde kom der gemeente, als dakbedekking gebruikt wordt tegen brandgevaar geprepareerd .riet. Het bestuur der Geref. School te Oost- dijk verzoekt, 'gezien het besluit van den gemeenteraad te Krabbendijke, tot op heffing der 0. L. school te Oost- <jjj k, en daar het aantal leerlingen dier school sedert het vorige raadsbesluit van den gemeenteraad van Kruiningen is ge daald van 13 tot 11, alsnog te besluiten tot opheffing dier gemeentelijke O. L. school en bet vrijkomende Jokaal in bruikleen aan hen af te staan. De Voorz. zegt, dat bet eigenlijk niet aangaat om op een in een vorige ver gadering genomen besluit terug te ko men. tenzij nieuwe gezichtspunten zich voordoen. Ook dhr Visscher meent dit. Dhr. Minnaar zegt, dat het genomen be sluit van Krabbendijke en het verlagen weer naar buiten en wilde da ruiters te lijf. Het was dwaas. Want er was wel der tig man, die, toen ,zij zagen wat er aan de hand was, de vangst der kippen staak ten en als één man zich keerden tegen den met zijh vork zwaai enden b'oer. Rake slagen kon hij slechts .even uit- deelen. Instinctmatig ging hij achteruit naar de schuur, opdat men hem van achteren niet zou aanvallen. Hij bereikte den schuurwand niet meer. Als een tijger op zijn prooi, zóó sprong een ruiter op zijn rug ten smeet hem tegen den grond. Klaas Petersen, nu inziende, dat hij een dwaze daad had gedaan door moe derziel alleen tegenover een dertig rui ters te gaan staan, verwachtte niet anders, of rijn laatste ure was geslagen. Hjj sloot de oogen en prevelde een gebed Maar tot zijn verbazing greep men hem vast, hond een touw aan armen en bee- nen, zoodat hij zich niet verroeren kon en liet hem liggen, Waar hij gevallen was. Op datzelfde oogenblik kwam jamme rend de boerin naar buiten en ziende, wat er gebeurd was, brak zij in luid snikken uit. Natuurlijk baatte het niet. De woeste lingen grepen ook haar beet, bonden baar en wierpen haar, als oen stuk steen, naast den boer. De arme vrouw kreunde luid van pijn. van het leerlingental motieven zijn om deze zaak alsnog grondig te bespreken, waartoe met 5 tegen 3 stemmen besloten wordt. Dhr Minnaar zou zich verzetten tegen de opheffing der O. L. school al daar, wanneer er geen gelegenheid was voor die kinderen om openbaar onderwijs te ontvangen, doch Krabbendijke Is niet ver af en ook IJruinirigon zal met do nieuwe weg dichter bij zijn, terwijl in de behoefte der Ji.ijz. school toch ook voorzien moet worden door het groot© aantal leerlingen. Dhr. v. d. Horg meent ook, nu de toestand zoo is, dat, gezien de groote kosten, die daaraan verbonden zijn, bet beste is deze school op te hef fen. Dhr Visscher ziet in (to aangevoerde motieven geen aanleiding, om, zoolang de wet daartoe niet verplidit, de school op te heffen. Dhr Francoys meent, dat het in het belang van het 0. L. onderwijs is, "dat tot opheffing besloten w.o-rdt. Met 4 voor en 4 tegen staken de stem men, zoodat in een volgende vergadering dit punt opnieuw in stemming komt. Bij de rondvraag vraagt dhr Visscher, of het geen tijd wordt, da.t 'we do be groeting van het Gasbedrijf krijgen. De Voorzitter, is bet met dhr V. eens. Hij weet, dat hieraan druk gewerkt wordt en deze spoedig te verwachten is voor Juli tot Dec. zoowel als voor 1930. Daarna sluiting. lerseke. Hier worden pogingen aange wend tot het verkrijgen van e©n verplichte winkelsluiting en wel om ,8 uur en, des Zaterdags om 10 - uur. Borssele. De uitslag van derf1 ouder lingen schietwedstrijd der sehietveraemi- ging Frank van' Borselen is: Parsotneale baan. Kunstvoorwerpen. Tijd- schieten op pappen: 1. L. Maas 88 p.; 2. P. Karel.se 10Ö;4 p.; 3. A. de Muijnok 112 p,.; 3a. Johannes- Wolbout 11.8 p.; 4. C. van Sluis 124 p.; 5. J. Rottier 127 p.; 6. M. Krijger 136 p. 638.; 7. J. van Sabben 136 p„ geen s-teun- serie; 8. Jacob Bras 139 p.; 9. A. Rooize 142,4 p.; 10. S. Meulpolder 142,5 p.; 11. Jac. v. d. Ende 150 p.; 12. L. Nieu- wenhuijse 156 p.; 13. A. van Liere 160 p.; 14. C. de Vroe 183 p.; 15. Joh. do Smidt 234 p.; 16. II. de Kok 235 p. 414 p.; 17. N. van Eenennaalm 235 p. 904 p.; 18. G. Smit 269 p.; 19. 0. Ruster 270 p.; !20. Jac. van Westen 294 p.; 21. C. de Krijger 300 p.; 22. P. Minden- houd 316 p.; P. Walhout poedelprijs-. Vrije baan, baks. Geldprijzen1. J-oh. :Walhout 198 p.; 2. P. ICarelse 197 p.; 3. L. Nieuwenhuijse 196 p.; 4. L. Maas 195 p.; j>. S.. MoulpoJ-der 194 p.; 6. G. Smit 193 96 p.; 7. Jac. v. d. Ende 193 95 p.; 8. J. v. Sabben 192 95 p.; 9. N. van Eenerfnaatn 192 94 p.; 10. J. Rottier 188 90 p.; 11. W. van Schaik 188 87 p. Eerebaan buks: P, Karelse 96.p.; Jac. v. d. Ende 96 p. Bij loting lef pr. Jac. v. d. Ende kunstvoorwerp2e pr. P. Ka- raise medaille. Ie dagmedaille Joh. Walhout 99 p.; 2e dagmedaille P. Rairelse 99 p.; S. Meul polder 99 p.; L. Nieuwenhuijse 99 p-. Bij loting heeft de dagmedaille S. M.eulpoJder. Rozen prijs-medaille: S. Meulpolder 6 £o- ze'ni; tJ. van Sabben 6 rozen. Bij- loting J. van Sabben den rozenprijs. Vrouwepolder. Zaterdag j.l. hield de schietvereen.iging „Koningin Wilhelmina," haar ja'arlijkschen huishoudelijken wed strijd. De prijzen' werden als volgt be haald: Bersoneeda prijzenle pr. S. de Roe, 2e F. Kerkhove, 3e K. Ois-té, 4e Jac. Duve- kc-it, 5e G. Vermeulen, 6e A. Lan-gebeeke, 7e L. Scheve, 8e P. Polderman, 9e P. Schoe, 10e P. Melis, lie W. Duvekot Sr., 12e P. Brasser, 13e G. Vlieger, 14e II. jWaljarfrs, 15e J.de Rijke, 16e J. Du vekot, 17e W. Duvekot Jr., 18e G. Mel-se, 19e M. Louwerse. Eerebaan: le pr. S. da Rooi, 2e Jrfo. Duvekot. R ozen prij s S. de R-oio. Hoogste serie: K. Oaté na loten1 met 5. de Reo. Vaste baan: le pr. S. de Roe, 2e P. Polderman, Se A. Langebeeke, 4e Jac. Duvekot, 5e F.. Kerkhove, Ge K. Osté, 7e W. Duvekot Sr., 8e E. Brasser. Big ge kerke. Loop der bevolking over de maand September: Intusschen waren enkele ruiters, onder welke een officier, naar binnen gegaan, waar zjj Sanne vonden staan, doodsbleek van angst en schrik. „De la bierral Du fromagel Du painl" schreeuwden de binnengedrongen solda ten door elkaar. Sanne verstond niet, dat zij bier, kaas en brood eischten. Zij stond daar, bevend over al haar leden, beurtelings bleek en rood wordend, niet bemerkend, dat het oog van den officier met welgevallen op haar rustte Hij gaf een kort, scherp hevel. De vjjf ruiters in het vertrek volgden het bevel op, zij het schoorvoetend en glimlachend. Zij verlieten het vertrek, terwijl de offi cier de deur achter hen sloot. Dan wendde hij zich om en naderde Sanne, die hem nu recht in de oogerf keek. Die oogen deden haar doodelijk verschrikken. Daarin blonk het vuur van den hartstocht, van don wellusteling. Het schaamrood vloog haar naar de kaken. Opeens begreep zijl, wat deze Fransch- man, die met uitgebreide armen, met een glimlach en met zoetvloeiende woordjes op haar toekwam, met haar voor had „Je blijft mg van het lijf, ploert", siste zij' tusschen de tanden. ,,'kLaat mij lid- ver dooden."

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1929 | | pagina 5