Land- en Tuinbouw.
Burgerlijke Stand
nauwelijks een paar jaar geleden een
winkelierster met bijlslagen in haar win
kel van hel leven werd beroofd. De da
der van dit misdrijf heeft men nooit
kunnen achterhalen.
De conducteur Meijer vertelde aan het
Vad. het volgende: (Uit deze feiten blijkt
met hoeveel beleid deze H. T. M.-man is
opgetreden.)
Sc kwam dan, vertelde de conducteur,
tusschen half vjjif en vijf uur als conduc
teur op den motorwagen van lijn 3 over
het Bezuidenhout bij 0verbosch, toen ik
voor het raam van pand 395 een dienst
bode zag staan, met haar eene hand
aan den hals en met de andere wenkende
om binnen te komen. Ik zag al bloed
aan haar hand en onmiddellijk dacht
ik aan een moord. Ik belde achter elkaar
door, de bestuurder stopte en ik riep
m'n collega's toe: jongens kom mee, daar
is wat aan de hand.
De dienstbode had intusschen open ge
daan. Ik zei tegen mijn bestuurder en
conducteur, jongens blijven jullie buiten
en let op ieder, die uit het huis komt,
ik ga wel naar binnen.
Binnenkomende zag ik in de voorkamer
een oude dame op den grond liggen.
Haar hals was opengesneden, hel bloed
stroomde uit een groote wonde.
Ik vroeg do dienstbode, wat er aan de
hand was, zij wees alleen maar op haar
hals. Ik liep terug naar den motorwagen,
greep het pakje verband en nami de vrouw
mee naar de keuken en sloeg haar het
verband om de wonde, terwijl ik haar
geruststelde, dat het niets te beteekenen
had. Maar het was een groote wond.
Van alle kanten was publiek toege
stroomd. Een dame, die binnengekomen
was, legde het verband over, ik dacht, ga
je gang, dat is in goede handen en liep
wat Ik loopen kon naar Overbosch. Waar
is de.„telep'hoon? riep ik tegen den kell-
ner. De man wees hem mij. Ik belde den
geneeskundigen dienst op en zei: Kom
dadelijk naar het eind van het Bezui
denhout, daar is een dubbele moord ge
beurd. We komen, zei de man. Ik terug.
B,ij bet huis gekomen zag ik, dat mijn
twee collega's een man vast hadden. De
bestuurder bad in de drukte dadelijk arg
waan op hem gehad. Bovendien had
iemand uit het publiek hem verteld, dat
hij deu man een pakje weg bad zien
werpen.
Ik zeg tegen de agenten, die er ook
al bij waren: treedt op, neem hem' mee
'naar binnen en laat hem aan de dienst
bode zien. Wij nemen den heer mee naar
'binnen en ik vraag aan de juffrouw: is
dat de man, die je mishandeld heeft?
Ja, zegt de juffrouw en ik zeg tegen
den .agent: leg bem dan de boeien aan.
Zoo is het gebeurd en niet anders,
besloot de conducteur zijn verhaal.
A1 a s t r i m. Er zijn weer vijf nieu
we alastrimpiatiënten te Rotterdam, waar
van één in bet hulpziekenhuis „St. Hil-
deigardis" en vier in het ziekenhuis aan
den Cioolsinge! zijn opgenomen.
De zieken komen uit verschillende
stadsgedeelten.
Gisteren zijn te Rotterdam twee kin
deren, die voor alastrim verpleegd wer
den, overleden. Het eerste geval betrof
een drie-jarig meisje, dat in het hulpzie-
kenhuis aan de Hildegardisstraat was op
genomen; het tweede een kindje van U/a
jaar, dat echter in verhand met een an
dere ziekte verpleegd werd, zoodat men
niet kan constateeren, of heit aan alastrim
bezweken is, 'dan wel aan de ziekte,
waarvoor het oorspronkelijk verpleegd
werd.
Het treinongeluk te Mep-
pel. Omtrent dit spoorwegongeluk ver
nemen we nog:
Toen de trein 'in Meppol gereed stond
voor vertrek, trachtte een ambtenaar van
het stationspersoneel zooals te doen ge
bruikelijk telefonisch verbinding tei krijgen
met den spoorwegwachter. Het was even
wel niet mogelijk deze verbinding tot
stand te brengen. (De brugwachter sliep
toen nog). De conducteur van den trein
werd hiermede in kennis gesteld, voor
alle zekerheid nam deze toen plaats op
de locomotief. Alle voorzorgen waren dus
genomen en voor het locomotiefpersoneel
was dus dubbele waakzaamheid gebo
den. Ondanks deze voorzorgen, is de trein
toch door onveilig signaal en in het
water gereden.
Ongeveer 10 meter voor de brug zag
de machinist het naderend gevaar.
Hij remde uit alle macht, zelfs heeft
de machine even stil gestaan, doch de
opstuwende tien elf wagens duwden de
machine in het water. Juist op dat oiogen-
blik sprangen de beide machinisten en
de conducteur van de locomotief en
brachten hun leven in veiligheid.
Schelvisch van 2 cent per
pond. Men meldt uit IJmuiden aan de
Tel.: De alhier binnengekomen stoom-
treiler Lord Grey H 500 beeft een boe-
veelheid visch aangevoerd, zooals tot nu
toe geen enkele treiler te IJmuiden aan
wal heeft gebracht. De totale aanvoer van
dezen treiler bedroeg n.l. 2000 kisten
van 50 K.G. dus 100.000 K.G., in hoofd
zaak schelvisch. Aangezien de vraag naar
deze soort visch te ..IJmuiden gering is,
was *de opbrengst zeer laag. Een groot
deel werd voor nog minder dan twee
gulden per kist opgekocht door de te
IJmuiden gevestigde vischmiaelf abri eken.
V er duistering van f 15.000.
In het Algemeen Politieblad verzoekt de
commissaris van 'Politie, 11e Sectie te
Amsterdam, bureau Singel 455-7 (Cen
trum) namens den officier van Justitie
aldaar opsporing, aanhouding en voorge
leiding van Mr S. van M., geb. 23 Dec,
1890 te Amsterdam, advocaat en procu
reur, gewoond hebbende te Amsterdam,
kantoor Kalvers traat 21.
Signalement: lang 1.70 M., gewoon pos
tuur, baar donkerblond, zonder baard of
knevel, bleek en vol gezicht, stompen
neus, draagt vermoedelijk bril of lorgnet
met donker montuur. Hij is Zaterdag
24 Augustus 1929 uit Amsterdam ver
trokken naar Den Haag en begaf zich
daar naar bet station.
Hij wordt verdacht van oplichting en
verduistering van ruim f150.000.en
van een kostbaar schilderij, welke laat
ste reeds is opgespoord.
Onweer. Te Beugen is de boerderij
v. Brienen door bet inslaan van den blik
sem geheel afgebrand. Te Wanroy
is huis en stalling van den landbouwer
Willems door het iuslaan van den blik
sem afgebrand. Alles ging verloren.
Te Halsteren sloeg de bliksem in de
woning van den heer Lambregts de Ko\
ning. In een oogwenk stond het geheel e
huis alsmede de schuur iu lichte laaie.
De brandweer, die spoedig ter plaatse
was, kon wegens gebrek aan water niets
uitrichten. De bewoners moesten met ach
terlating van den geheelea inboedel de
woning verlaten. Het huisraad dismede de
ooigst gingen geheel verloren. Alles was
laag verzekerd. Te Oudenhoorn is de
bliksem ingeslagen in den kerktoren, ech
ter zonder brand te veroorzaken. Het was
gisteren juist 14 jaar geleden, dat op
Zondag 5 September 1915 de bliksem
ook hier in den toren sloeg, waardoor
toen kerk en toren geheel zijn afge
brand.
De moordaanslag te Laren.
Nader meldt men uit Lareu, dat de twist
tusschen de Laarders en Hilversummers,
die gisteren heeft plaats gehad, als oor
zaak bad een geschil omtrent meisjes,
waarmede de jongens op de 'kermis ge
danst hadden. H. heeft gisterenmiddag
ihólii.L Jd het schot op de Leeuw uit Laren
met een browning gelost te hebben. De
toestand van den getroffene Is naar om
standigheden redelijk wel.
HET RECHT VAN CONTINUATIE.
Op het 81ste Landhuishoudkundig Con
gres werd door Mr van Haastert gere
fereerd over: Is het gewenscht in een wet
telijke regeling van het pachtwezen het
recht van continuatie op te nemen?
- het hier een zeer belangrijke zaak
geldt, laten wij een gedeelte van het be
toog van den inleider bier volgen.
Spr. noemde als bezwaren tegen het
pachtstelsel, dat toch moeilijk kan wor
den gemist:
1. De pacht wordt in den regel te hoog
opgedreven.
2. De pachter draagt bet gebeele risico
van bet bedrijf.
3. De pachter kan met rekenen op
vergoeding voor de door hem aan het
pachtgoed aangebrachte verbeteringen.
4. Het gebruiksrecht van den pachter
is te onzeker; m.a.w. de pachter mist
een behoorlijke rechtspositie. Dit laatste
punt is wel het belangrijkste. Was dit
er niet, dan zou ook het belang der
andere drie punten slechts gering zijn
zooals spr. aantoont. Regelt men de drie
eerste punten, maar blijft bet gebruiks
recht onzeker dan regelt men practiscb
niets.
Spr.'s .standpunt is dus dit: dat den
pachter voor en boven alles 'n rechtsposi
tie moet gegeven worden in het continua
tierecht, d.i. het recht om onder bepaalde
vo-orwaardeo, ook na afloop van den ter
mijn, in de pachtovereenkomst vernield,
als pachter te blijven gehandhaafd, ten
zij er bepaalde redenen zijn, ter beoor
deeling van da Pachtcommissie, om de
pachtovereenkomst te Seen eindigen.
De pachtkwestie is, zegt de Staats
commissie v. d. Landbouw van 1906 te
recht, tot zekere hoogte een machts
kwestie. Spr. toont dit uitvoerig aan en
wijst nog op het euvel van absenteïsme.
De invloed van kapitalisten, die hun geld
beleggen in den grond, maar innerlijk ge
heel vreemd staan tegenover den land
bouw, is uit landbouwkundig zoowel als
uit sociaal oogpunt, zeer verontrustend.
De dikwijls absente eigenaar komt er toe
den grond te behandelen zooals hij ge
woon is andere rentedragende bezittin
gen b.v. effecten te behandelen; bij int
de pacht, zooals hij coupons incasseert.
Op hem is Vondel's Wiltzangh toepasse
lijk: „Wij zaaien noch wij maaien niet.
Wij teeren op den boer."
De pachtkwestie is een machtskwestie,
waarbij de pachter vrijwel machteloos
staat tegenover den sterkeren verpachter,
zoodat nu de Overheid tussche-nbeide
moet komen om den pachter te bescher
men tegen mogelijk en deels ook feitelijk
machtsmisbruik door den verpachter. En
deze bescherming moet gegeven worden
door het continuatie-recht, waardoor de
positie van beiden meer gelijk wordt. Spr.
meent, dat het continuatie-recht geëischt
wordt door het algemeen belang, omdat
het algemeen belang eischt de bescher
ming van den pachter, aan wien een
rechtspositie behoort te worden gegeven.
Immers bet belang van de gemeenschap
gaat parallel met dat van den eigenaar
grondgebruiker, voor zoover het eigen
dom betreft. Dit gemeenschapsbelang toch
eischt -vdat de bodem, binnen de rentabili-
teitsgrens, worde gebracht tot zijn hoogste
productievermogen. Om hiertoe te komen
zijn dikwijls kostbare verbeteringen noo-
dig, waarvan de kosten eerst op den
langeren duur worden goed gemaakt. De
pachter, die de kans loopt om na een
bepaald aantal jaren van den grond te
worden verdrongen, voelt dus voor dei-'
gelijke verbeteringen niets, tenzij hij ze
ker is, dat hij ook vruchten zal plukken
van deze moeiten en kosten. Bovendien
zal de pachter geneigd zijn roofbouw te
plegen. Door de productiviteit van den
bodem op te voeren vermeerdert hij het
aantal liefhebbers van dezen grond bij
publieke verpachting. Iedereen wil goe
den grond! De pachtwaarde wordt dus
door zijn eigen toedoen opgevoerd. De
zittende pachter zal dus geneigd zijn 'den
grond, althans in de laatste jaren van
zijn pachttermijn, te verwaarloozen. Iets
wat allerminst in bet belang van de ge
meenschap is.
Hierbij komt nog, dat de vrijheid van
den pachter contractueel van alle kanten
wordt beperkt (b.v. verbod tot mest- of
strooverkoop enz.), waardoor de pach
ter zijn bedrijf niet zoo rationeel en
intensief als mogelijk kan drijven. Mees
tal zijn dergelijke bepalingen gemaakt ten
voordeele en ter belangenbescherming
van den verpachter. Doch ze zijn niet
in het algemeen belang.
Waar grondgebruik door den eigenaar
(eigendom en bedrijf in een hand) èn
van particulier èn ,van economisch èn
van maatschappelijk en politiek stand
punt de voorkeur verdient boven pachj,
laat men dan trachten de pacht, voor zoo
ver ze onmisbaar is, zoo te regelen, dat
ze den eigendom in zoover nadert, dat
de nadeelen aan de pacht verbonden na
genoeg geheel worden opgeheven, waar
door er niet langer tegenstrijdigheid be
hoeft te bestaan tusschen de belangen
van den pachter en het bolang van de
gemeenschap.
Spr. behandelt hierna een schema voor
de wettelijke regeling van het continua
tie-recht bij buur van landerijen, welke
geresumeerd ongeveer op 'het volgende
neerkomt.
De pacht wordt van rechtswege be
stendigd ten bate van den zittenden pach
ter en bij zijn overlijden ten bate van
zijn rechtverkrijgenden. Er moet een wet
tige reden tot beëindiging der pacht zijn
en deze redenen worden (in de pacht
wet limitatief genoemd. De pachtprijs kan
natuurlijk zonder meer niet verhoogd of
verlaagd worden wil men den verpach
ter niet een gemakkelijk middeltje in
de band geven om de wet te ontloopen.
Wil de verpachter de pacht doen ein
digen of den pachtprijs verhoogen dan
zal dit moeten gebeuren door een .on
partijdige uitspraak van een zgn. Con
tinuatie-commissie, welk spr. zich als een
commissie ad hoe voorstelt, die gevormd
wordt, hetzij door aanwijzing door ieder
der partijen van één persoon, hetzij door
aanwijzing van één persoon door de wil
lige partij, en van een persoon door de
in te stellen bevoegde Rijkspacht-com-
missie in de plaats en uit naam van de
onwillige partij. De beide aangewezen
personen kiezen dan het derde, onpar
tijdig, lid der Continuatie-commissie.
De regeling is dus gebaseerd op de
gedachte van verplichte arbitrage. Hier
door wordt de verhouding tusschen pach
ter en verpachter dus niet langer be-
heerscht door .de macht, maar door het
recht.
De pachter krijgt dus een vast gebruiks
recht. Zijn rechtspositie is geregeld. Hij
zit niet langer op den schopstoel en kan
dus zijn bedrijf rationaliseeren en inten-
siveeren.
Maar ook den verpachter geeft deze
regeling, wat de verpachter eischen kan,
n.l. een goed pachter en een redelijke
pachtsom.
In deze schetsregeling word( het vrije
handelen der individuen niet belemmerd.
Er is gelegenheid tot een vrije overeen
komst, maar faalt deze en worden par
tijen het niet eens, dan zullen scheids
lieden het geschil beslechten. Verplichte
arbitrage dus.
Spr. behandelt hierna enkele bezwa
ren, die tegen het invoeren van het con
tinuatie-recht worden ingebracht.
Het belangrijkste bezwaar is bet prin-
cipiëele bezwaar, dat het continuatie-recht
het eigendomsrecht beperkt
Spr. komt tot de slotsom, dat, wat dii
bezwaar betreft, het eigendomsrecht door
het bier zelfs zeer sterke sociale
element, dat het bevat, beperkbaar is;
en wel door de gemeenschapsorganisatie.
De gemeenschaps organisatie mag het
recht van den grondeigenaar alleen fei
telijk beperken, wanneer en voor zoover
diens recht in .botsing komt met bet
belang der gemeenschap, dat, zooals eer
der al is aangetoond, gediend wordt met
een betrekkelijk vast gebruiksrecht van
den pachter.
Behalve principiëel bezwaar worden er
ook practiscbe bezwaren tegen aange
voerd.
Zoo meent b.v. de Christelijke Boeren-
en Tuindersbo-nd, dat een wettelijke rege
ling van het continuatierecht niet moge
lijk is zonder daarmee tegelijkertijd de
pachtovereenkomst op te beffen en het
instituut van de pacht te verdrijven. Een
meening, welke door .prof. Bordowijk ge
deeld wordt.
Dit bezwaar kan tweeërlei zin hebben.
Ten eerste kan het beteekenen, dat de
verhouding tusschen grondeigenaar en
pachter in de nieuwe regeling den naam
pacht eigenlijk niet meer zou verdienen.
In wezen acht spr. echter alle kenmer-'
kende elementen der pacht behouden.
In de tweede plaats kan het beteeke
nen, dat de beperking van de vrijheid
van den verpachter hem er toe gou
kunnen brengen den grond niet meer te
verpachten en hem öf zelf in exploi
tatie te nemen öf het bedrijf toe te ver
trouwen aan een bedrijfsboer. Spr. acht
ook dit niet waarschijnlijk. Heeft men
niet gaandeweg bet aloude, onbeperkte
eigendomsrecht van den grond reeds sterk
beperkt? En is tengevolge biervan de
grondeigendom soms verdwenen?
Verschillende andere tegen het continu
atie-recht aangebrachte bezwaren worden
achtereenvolgens door spr. besproken.
Geen van alle acht hij voldoende steek
houdend om aan de invoering van een
continuatierecht in den weg te staan. Dat
de sociale samenstelling ten plattelande
zal verstarren, zooals de Staatsoommis-
sei-Pacht het uitdrukt, dat de persoon
lijke verantwoordelijkheid van den pach
ter te loor zou gaan, dat de aantrekke
lijkheid van het grondbezit zal vermin
deren of dat de verhouding tusschen
pachter en verpachter zal verscherpen
en ten slotte het bezwaar, dat de ver
koopwaarde van den grond door het con
tinuatie-recht zal dalen en de pachten
verlaagd zullen worden, waardoor de
grondeigenaar-verpachter, de grondeige
naar-grondgebruiker en de hypotheekhou
der zouden worden benadeeld, geen van
deze bezwaren vindt spr. ernstig genoeg
om niet tot het invoeren van continuatie
recht over te gaan.
Spreker vat daarna het voorafgaande
samen in vijf conclusies, n.l.:
1. Het grondgebruik door den eigenaar
(grond en bedrijf in één hand) verdient
in bet algemeen èn van particulier èn
van oeconomisch èn van maatschappelijk
standpunt de voorkeur boven het grond
gebruik door den pachter.
2. Het voornaamste aan het pachtstel
sel, onder vigeur der thans bestaande
wettelijke regeling, klevende gebrek is de
tijdelijkheid van bet gebruiksrecht.
3. Het zooveel mogelijk vast maken
van het gebruiksrecht van den pachter,
waardoor de positie van den pachter die
van den grondgebruiker-eigenaar nadert,
-is een eisch van algemeen belang.
4. Het beste middel tot het vast maken
van het gebruiksrecht van den pachter
is de invoering van een wettelijk gere
geld, voorwaardelijk continuatie-recht,.
5. De vraag of en op welke voorwaar
den de pacht in een bepaald geval be
hoort te worden gecontinueerd, moet be
slist worden langs den weg van ver
plichte arbitrage.
Ce stand van fruit en tuingewassen.
De Staatscourant bevat het volgende
overzicht betreffende den stand van het
fruit en de warmoezerijgewassen op 26
Augustus, dat onder .medewerking der
Rijkstuinbouwconsulenten, samengesteld
is naar gegevens, verstrekt door de oor
respondenten der Directie van den Land
bouw.
Hoewel uit verschillende streken wordt
melding gemaakt van tie nadeelige gevol
gen van de droogte, waarbij in sommige
gevallen zelfs sprake is van in ontwik
keling ten achterblijven 'der vruchten en
ontijdig afvallen der appels, zoo- stemmen
de opbrengsten, respectievelijk oogstver-
wachtingen, zoowel van peren als van
appels alleszins tot tevredenheid. Appels
zijn er echter nog 'belangrijk meer dan
peren. Alleen de goudreinette is wat on
regelmatig van dracht.
Do druiven zijn voornamelijk in het
Westland vrij sterk in stand achteruit
gegaan; deze kan thans niettemin nog als
goed worden aangegeven.
In veel sterkere mate dan het fruit
hebben de groentegewassen, vooral kool
en boonen, van de droogte geleden. De
stand van de witte kool bleef vrij goed,
roode en savoye kool zijn nog achter
uitgegaan; deze staan thans matig. De
bloemkoolteelt is op verschillende plaat
sen door ziekte vrijwel geheel mislukt.
De stand van tomaten en augurken
is verder goed, van prei, schorseneeren
en boonen vrij goed en van de pootuien
matig tot vrij goed.
Samenvatting. Leidt men nit de opge
geven cijfers, met inachtneming van den
omvang der teelt in de verschillende stre
ken, het cijfer af voor het geheele land,
dan verkrijgt men het volgende resiütaat,
waarbij het tusschen haakjes geplaatste
cijfer aangeeft hoe de stand
was
op 26
Juli j.l.
73
(67)
61
(57)
72
(81)
Perziken (onder glas)
70
(72)
(natuur)
60
(51)
74
(74)
Witte kool
60
(59)
52
(55)
53
(59)
46
(58)
Pootuien
56
(56)
61
60
70
(72)
Boonen
61
(67)
Door de correspondenten wordt de
stand opgegeven in cijfers waarbij 100
uitmuntend, 90 zeer goed, 70 goed,
60 vrij goed, 50 matig, 40 vrij
slecht, 30 slecht en 10 mislukt
Stijgende loonen in den landbouw.
In verschillende dorpen en gehuchten
in het Oosten en midden van Drenthe
worden, naar het Alg. Nederl. Landbouw
blad meldt, in den laatsten tijd collectieve
arbeidscontracten afgeslolen, .waarbij de
uurloonen over 't algemeen met c.a. 10
pet zijn verhoogd in vergelijking met het
vorige jaar.
van 29 Aug. tot 5 Sept. 1929.
VLISSINGEN, OndertrouwdL. A. Vigne,
24 jaar «n V. E, P. (Debrae, 23 jaar. A. N.
Meijer, 28 jaar on J. C. Stoutjesdijk, 25 jaar.
A. Staxreveld, 24 jaar en Di. A. Bogord, 26
jaaf. S. Rij'beboer, 25 jaar en W|. J. J. Romijn,
26 jaar. S. Clarisse, 23 jaar en J. de Ridder,
22 jaar.
Getrouwd: J. N. de Lege, 26 jaar en M.
Muller, 20 jaar.
Bevallen: S. Keersseraieeokers, geb. Meeir-
man ,d. J. van Beers, geb. de Ridder, 2 d_
Wi. Belger, geb. den Boer, d. C. Meijers,
geb. M-oliufste, z.
Overleden: P. Aamoutse, wed. van J. Wou-
terso, 69 jaar. B. de Groot, vrouw van 11.
Koetje, 34 jaar. J. Spinnaaij-, man van J. A.
Feft, 78 jaar. Th. C. do Kok, wed. van W.
lluijbregts©, 72 jaar. K. D. Zandee, vrouw
van W|. de Voogd, 34 jaar. N. Co-melisse, vr.
van P. Melis, 42 jaar. (Vliss. Crt.).
SOUBURG. Ondertrouwd: Willem Adriaan-
se, 30 jaar en Lourina Vreeke, 20 jaar.
Getrouwd: Leendert Oranje, jm. 27 jaar
en Josina Clasina Brombacber, jd. 22 jaar.
Marinus Petrus van Hese, jm. 23 jaar en
Hedwiga Maria van Dongen, jd. 21 jaar.
Geboren: Boudewina Catharina, d.v. Jaco
bus Strijd 'en Jacomina Cornelia Daamen.
Maria, d. v. Cornells Janse en Martina Po-ppe.
Dina Pieternella, d.v. Willem Theune ein Adri-
ana Job se.
Overleden: Neelijf Cornelisse, 42 jaar, vr.
van Pi-eter Melis.
van 30 Aug. tot 6 S-ept. 1929.
IERSEKE. Ondertrouwd: Foo-rt de Klerk,
jm. 21 jaar te Katteudij'ke ou Jannetje Janna
Huige, jd. 23 jaar.
Geboren: Ari-e Cornelis, z. v. Thomas Edu-
ard Zoeteweü en Cornelia Koeter. Annanias
Jacob, z. v. Jacob de Wee en Jannetje Maria
Maghielso.
Overleden: Cornelis, 7 jaar, z. v. Marinus
D-ingemis van Oeveren (overl.) en Leuntje
Adriana Verboom.
Over de maand Augustus.
's HEER ABTSKERKE. Geboren: 13, Corne
lis, z. v. Leunis Meeuwsen en Maria Jozina
Megjaard. 20, Jan, z. v. Job Smits en Johanna
Vermu-e.
KLOETINGE. Gehuwd: 8, Willem August
Pieter de Kramer, 27 jaar jm. te Ellewoutsdijli
en Maria Geertruida Molhoek, 29 jaar jd.
22, Willem van Dullemem, 26 jaar jm. ta
Goes en Maria Cathariiia Kik, 26 jaar .jd.
Geboren: 5, Geerard, z. v. Stolfel van dei
Plasse en Neeltje Hollestelle. 9, Albertha Ja-
koba, d. v. Jacob Quiriaus Cornelis Lenshoek
en Ella Frouwina Dusse-ldorp.
Overleden: 19, Adriana de Jonge, 56 jaar,
ongeh.
WISSENKERKE. Geboren: 22, Jan, z. v.
Adriaan de Smit en Jerina de Jonge. 22,
H-endrik Adriaan, z. v. Jacob lzaak Leender-
se en Pieternella Maria B-reure. 26, Jan Ma
rinus, z. v. Pieter Verburg en Cornelia Maria
Haringman. 28, lzaak Daniël, z. v. Abraham
Jan van der Moere en artina Dina Sandee.
31. Adriana Kornelia, d. v. Johannes Lansen
en Adriana Wïskerk-e.
Overleden: 1, Francina Catharina Adriana
Pijl, 86 jaar, wed. van Marinus Meulblok.
WESTKAPELLE. Ondertrouwd: Pieter Schets,
29 jaar, te Vlissingen en Maria de Pag-
ter, 23 jaar. Jan Lievense, 27 jaar en Jo
hanna Westerbeke, 21 jaar.
GetrouwdLourus Lous, 25 jaar en Ka-
tharina Maria Brasser, 21 jaar. Adriaan Hu>-
bregtse( 23 jaar en Neeltje Gabriëlse, 22 jaar.
Geboren: Cornelis, z. v. Huibregt Heij't en
Janna Jozina Nieuwenhuize. Pieter, z. v. Jan
Westerbeke en Maria H-endrikse. Pieternella,
d. v. Janis van Rooijen en Adriana Flipse.
Johanna WiUetmina, d. v. Janis Roelse en
Komelia Minderhoud.
Overleden: Pieter, 9 mud., z. v. Maarten
Peene en Hendrika Faasse.