DE ZEEDW TWEEDE BLAD. Uit de Pers. Het huisje aan den zeedijk Uit de Provincie. FEUILLETON. YAH MAANDAG 6 MEI 1929. No. 182. Da Socialistische Rabsaké. Onder dit opschrift schrijft onze N. Pr. Gr. Crt. onder meer: De honende Rabsaké-taal ontbreekt vooral .tegen den tijd der verkiezingen bij de sociaal-democraten niet. Zij! zijn de partij van de schaamtelooze bluf, van de holle beloften, van het schreeuwerig lawaai. Ia onze pers wordt rustig en kalm de tegenstelling der beginselen in onzen tijd uiteengezet. De ervaring van den dag toont de waarheid dier tegenstelling aan. De historie bevestigt haar. Wat doet nu de man, die in „Het Volk" het Zaterdagavondartikel schrjjft Hij haalt op zijn manier enkele beginseluit spraken na elkander aan. Op1 een honende wijze bespreekt hij de beginselen, die de eeuwen hebben verduurd. En dan gaat hij aldus voort: „wij1 weten niet goede lezers of gij ons tot hiertoe hebt gevolgd, dan wel inmiddels zjjit bezweken. Zoo niet dan zult gij ons rekenschap vragen wat dit voor een soort groene zeep is die wiji u met dikke klodders in den mond stopten. Het zijn fragmenten uit antirevolutionaire verkiezingskranten". Zoo is het nu reeds jaren aaneen ge gaan, zegt hij. Maar de wereldoorlog is gekomen en daarmee een geweldige om mekeer in het denken. De ouden ge- looven nu nog aan de waarde van dit Christelijk getheoloigiseer. Het is de taal van het verleden, onverbiddelijk. Want de jongeren gelooven er niet meer aan. „Deze weeë en inderdaad inhoudlooze formules zijn een nagalm uit een tijd, die voorbij is. Het is een goddeloos spel der politieke godzaligheid." Aan den socialist jen hier gaat de borst weer hoog aan den socialist het nieuwe weten voor het nieuwe geslacht. Ziedaar de moderne Rabsaké. De so cialist, die de 'Christelijke beginselen be lacht. Die zijn eigen kracht daartegenover stelt. Wat zullen wij er van zeggen? Het is niet voor den eersten keer, dat de revolutie door zulke hoon, gepaard aan haar gedurige ondermijning, de menschheid misleidde. Het kan ook thans gebeuren. Wij weten dat zeer goed. De socialist spreekt naar de smaak van onzen tijd. Natuurlijk -want als hij maar even bemerkte, dat die smaak een andere rich ting inging, dan zou hij anders praten. Hij praat de menschen naar den mond om hun stem te krijgen. Eens daverde de lucht van woorden van geweld. Thans stelt men zich zelve voor als de lieve menschen van den vrede. Hierin zit niets .nieuws. Maar het is ook niet voor den eersten keer, dat de honende taal van den revo lutionair uitging 'tegen de Christelijke be lijdenis. Zoo ging het een eeuw geleden ook. Oude klanken, voor een voorbijge gaan geslacht. De nieuwe tijd wist be ter. En het nieuwe weten Wij behoeven voor de Rabsaké's niet bang te zijn. Ook al overwonnen zij de geheele wereld. Hij die zich voor Gods Woord buigt mag om hun hoogmoedige taal lachen. Want het Woord Gods be staat tot in der eeuwigheid. En niet de hoogmoedige mensch, maar God regeert. Ons blijft de roeping om rustig voort te gaan met het waarschuwend woord. Niet de mensch, God leidt de historie. Maar Hg wijst in Zijn Woord den mensch zijn roeping aan. En die is te getuigen tegen de honende taal van het ongeloof, krachtig te arbeiden tot behoud van land en volk, opdat zij niet vallen in de klauwen van het socialisme, om voorts in rustig geloofsvertrouwen de toekomst tegen te gaan. De mogelijkheid dat een volk, dat het door HUGO KINGMANS. 117.) Het werd later dan hg gedacht had. De vrouw van Adriaan Blankert was een ge zellige praatster. Van Meersma herinner de zich dat trouwens nog wel uit vroeger jaren. Het gesprek kwam op Lia en hij ver telde, tot verwondering en vreugde van tantje Martje, dat zij haar gang kon gaan, daar hem gebleken was, dat het eerder toch met goed zou zijn- En toen kwam hij opeens met een vraag, die de boerin even in verlegen heid bracht. „Zou je denken, Martje", vroeg hg, „dat er iets is tus.schen Lxa en dien zoon van d.ominé Meinema?" „Ik weet het niet, Alex, of er tusschen die beiden iets is. Ik geloof het niiefc(' „O, dan vergis ik mij. Het kwam mg voor, dat Lia Verbazend gaarne over hem praat en hoort praten. Maar het kan van mij: verbeelding zgn." „Neen, ik geloof niet, dat er iets is. De jonge dominé Meinema lijkt mg niet iemand, dia een ongeloovig meisje tot opkomend geslacht zich zou laten mis leiden door de taal van het socialisme, hebben wrj nimmer ontkend. Wij weten te goed, dat het alleen Gods genade is als een volk, als een geslacht staande blijft. De Christelijke kerk heeft steeds haar afvalligen gekend, die bezweken voor de taal van het ongeloof. Maar wij mogen gelukkig, ook we ten, dat al dat geblaf over het nieuwe we ten en het nieuwe geslacht, dat van de Christelijke belijdenis voor het staatkundig leven niet meer weten wil, in den grond der zaak niets beteekant. Daar zijn er die bezwijken. Zeer zeker. Maar daar is ook een geslacht dat staande blijft. Wij belachen de beginselen van het socialisme niet. Wij zoeken onze kracht niet in g'delen hoon. Wij zeggen alleen, dat de beginselen van het socialisme en dat de propaganda van het socialisme gevaarlijk zijn. Den vijand te onderschatten brengt waarlijk geen winst. Wij moeten goed weten met wie wij te doen hebben. Welnu dit blijkt inzonderheid uit den smaad, de laffe spot, die de socia list onze partij durft toe te werpen. Déèr proeft men het best, wie deze tegenstan der is en wat ons volk van hem te wachten heeft. Geen vrede voorzeker. Maar onderdrukking voor een ieder, die de ordening Gods hooger stelt dan de wijsheid van menschen. RIJK EN GEMEENTEN. Wat brengt bet nieuwe wetsontwerp voor nieuws? Over dit onderwerp schrijft het H d b 1. Het ontwerp tot regeling van de finan- ciëele verhouding van Rijk en gemeenten doet vervallen de gemeentelijke inkom stenbelasting en de forensenbelasting. De laatste kan ten aanzien van de woon- forensen weer worden ingesteld, maar de grondslag mag geen andere zijn dan de huurwaarde der gemeubileerde woning, waarover iemand voor zich en zijn gezin beschikt en de duur van het verblijf. De gemeentelijke inkomstenbelasting wordt vervangen door een directe belas ting naar het inkomen, onder den naam „gemeentefondsbelasting", die zal dienen tot stichting en voeding van het gemeente fonds. Dit fonds wordt voorts gevoed door de opbrengst van 50 opcenten op de vermogensbelasting en uitkeeringen uit 's Rijks schatkist, wanneer die noodig zijn om het fonds in staat te stellen te vol doen aan de daaraan opgelegde verplich tingen. Tot die verplichtingen behoort in de eerste plaats een uitkeering pan de ge meenten (tot een maximum van f3000) als tegemoetkoming in de jaarwedde van burgemeester en secretaris en dat is veel belangrijker een uitkeering per inwoner, die volgens een zeer gecompli ceerde formule wordt berekend, en die eenerzijds tot op zekere hoogte wordt gewaarborgd, aan den anderen kant door bepaalde factoren wordt gelimiteerd. Deze waarborg beloopt 60 pCt. van een be drag, verkregen 'door optelling van de gemiddelde opbrengst van de gemeen telijke inkomstenbelasting (met inbegrip der opcenten op de Rjjksinkomstenbelas- ting) over de laatste 3 garen vóór 1 Mei 1929 bij de gemiddelde opbrengst per inwoner van de gemeentelijke superop- centen op de vermogenbelasting (d.z. die boven 'de 50). De limiet is 85 pCt. dezer gemiddelde opbrengst. De garantie wordt met 2Va pCt. ver hoogd voor iedere volle 50 pCt. waar mede de gemeentelijke inkomstenbelasting de rijksinkomstenbelasting overschrijdt, maar kan nooit hooger worden dan 85. Noodlijdende gemeenten mogen voor deze berekening den onderstand van rijk en provincie, die zij hebben ontvangen optellen bij de opbrengst der gemeente lijke inkomstenbelasting. De berekening der uitkeering per 'in woner wordt elke 5 jaar herzien. Hier woonachtige buitenlanders zul len ook in de fondsbelasting worden aan geslagen. Grondslag voer die belasting is de zelfde als die van .rijksinkomstenbelasting. vrouw zal vragen. Of eigenlijk, ik ben wel zeker van niet." „En ik meende, dat Lia „Zij hebben met elkaar vriendschappe lijk omgang gehad., toen Lia nog een zoe kende ziel was. Nu is het natuurlijk iets anders." „Dus je „Ik denk niets. En ik weet niets- Heusch niet." „O, dat verandert. Ik kan mg' wei vergissen natuurlijk, 'k Moet er evten om lachen, om die idee: een dominé tot schoonzoon I" „Waarom zou dat niet kunnen, Alex?" „Ja, je hebt gelijk. Wg leven nu een maal in een wonderlijke wereld. En je kunt tenslotte iaog beter een predikant tot schoonzoon hebben dan een Theo van Zeggelen, die zooveel ellende over je huis brengt. 'tZjjn me toch toestanden vind je niet?" „Ja, jullie hebben vreeselgke ervarin gen opgedaan", stemde vtouw Blankert toe. „Het ergste is het voor Marie en Annie. Dat huwelijk had nooit moeten doorgaan, 'k Was er tegen. Maar wat doe je er aan? Zij hadden er hun zinnen op gezet. Dom natuurlijk. Maax ja, geld en een familie van naam." „Dat stomme geld heeft al wat ellende in de wereld gebracht", meende de boer in. „Het heeft Marie ook van moeder vervreemd." Het tarief is eenigszins anders. In de ge meente der tweede klasse wordt voor de berekening der belastingen het zuiver inkomen verhoogd met 100 voor gehuw den en in de gemeente der derde klasse met "f 200. Voor ongehuwden is de ver hooging steeds flOO meer. Voor Amsterdam, Rotterdam en Den Haag is een hoogere aftrek voor levens onderhoud en een lager tarief vastge steld voor de tariefklassen tot f 1450. De gemeente kan zichzelf hooger dan ih de le klasse classificeeren en het verschil in opbrengst der iondsbelasting vloeit dan in de gemeentelijke schatkist. De gemeenten ontvangen voorts 75 pCt. der zuivere opbrengst van de hoofdsom der grondbelasting en kunnen heffen op centen op de hoofdsom der grondbelas ting, der gemeentefondsbelasting, der ver mogensbelasting, der personeele belasting en „van andere daarvoor bij de wet vat baar verklaarde belastingen": voorts blijft de vrgbeid tot heffing van een zakelijke bedrijfsbelasting, een hondenbelasting, eep vermakelijkheidsbelasting, een belasting op de brandassurantie, op de openbare aankondigingen, op logeergasten en nog eenige dergelijke. De opcenten op de gemeentefondsbe lasting kunnen progressief zijn. Zij kun nen in bepaalde gevallen boven de 80 stijgen, tot niet meer echter dan 100. 't Aantal opcenten op de vermogens belasting is hoogstens 50, die mogen niet progressief zijn. De personeele belasting wordt door het Rgk ten behoeve der gemeenten geheven. Hier ook geldt een classificatie (natuur lijk een andere dan het hierboven aan geduide geval) die voor verschillende deelen der gemeente verschillend kan zijn. De grondslagen dezer belasting zijn de zelfde als voor de bestaande personeele belasting; bij den .grondslag huurwaarde zal een progressief tarief kunnen worden toegepast. Een commissie van advies zal wor den ingesteld voor de uitvoering dezer wet. Benoemd tot commies bij' den post- telegraaf en telefoondienst de commiezen titulair I. K. van der Weele, W. H. van der Weele, L. H. H. Parren, allen te Middelburg en H. A. van Meeuwen te Hansweert. Benoemd met ingang van 4 Mei 1929 tot kantoorknecht bij den post- en tele graafdienst de besteller G. J. van den Bosch, werkzaam op het post- en tele graafkantoor te Middelburg. Zomerdag Axel. Door de Chr- Jong. Vereen. „Waakt en Bidt" en de Chr. Jonged. Vereen. „De Olijftak" te Axel zal op Dinsdag 21 Mei a.s. (3en Pinkster dag) aldaar een Zomerdag worden ge houden, waar hopen op te treden: ds Ruijsch van Dugteren van Axel, ds van Kooten van Rotterdam; ds Lutegn van Apeldoorn; mevr. ten Boom van Hilver sum; ds v. d. Hooft van Overschie en ds Raams van Kloetrage. P e i 1-v e r 1 a g i n g. De Commissaris der Koningin in de provincie Zeeland maakt bekend, dat voor het uitvoeren van werken de waterstand van het kanaal door Zuid-Beveland van 6 tot en met 26 Mei 1929, of zooveel korter of langer als noodig mocht blijken, zal worden ver laagd tot 0.80 M. N.A.P. of over ongeveer 1.05 M. beneden den normalen kanaalstand. De poorten van Hulst. Het stadje Hulst is beroemd om zgn mooie wallen en niet minder om de daarbij behoorende oude poorten. Do Gentsche poort verkeerde in slechten toestand en de opstand dreigde in te storten. Thans is de poort weder recht gezet en ook de vleugelstanden en de gleuven, die aan de binnenzijde der wanden door aan rijdingen waren ontstaan, zgn gerestau reerd. f De poort, die tgdelgk is afgesloten ge weest, is nu weer voor het verkeer open gesteld. i Baron Collot d'Escnry. f In den ouderdom van ruim 70 jaar is „Ja", zeide hij. „Maar ik sta er buiten- Je kunt het Lia vragen, hoe ik er oyer denk. Want van jullie godsdienst moet ik niets hebben. Maar de verwijdering heb ik altijd betreurd. Die was niet noodig geweest.' „Dan had je toch niet zoo lijdelijk be- hooren te zgn'^ zeide zg, ietwat scherp, „en Marie er op moeten wijzen, dat zg haar kinderplicht verzaakte." Architect van Meersma maakte een ge baar van wanhoop. „Dat is gemakkelijk gezegd", zeide hg, „maar je kent de verhoudingen thuis niet, zooals zg vroeger waren. „Neen, vanzelf niet." „Daarom. Gelukkig is dat nu anders eworden. Het geval met Annie heeft larie doen veranderen. 'kHeb Vanavond nog t<jt Lia gezegd, dat ik haar moeder hier nog wel eens zie verschijnen, om het weer in orde te maken. Zij is zoo zacht als een lam geworden." „Dat is verheugend nieuws, Alex. Het oude mensch zal er wat dankbaar voor zijn. Marie was .geen dag uit haar ge dachten, al die jaren niet." „Ik spreek maar een vermoeden uit. Maar ik geloof niet, dat ik mg vergis. In ieder geval zal ik er, dat heb ik mij vast voorgenomen, Zaterdag eens met haar over spreken, als ik in Heerde kom. Het is dwaasheid van Marie, om zich I niets van haar moeder aan te trekken." „Het is diep zondig", wees tante Mar- wiens bruidje bij de Inrichting van haar huis streeft naar intieme gezelligheid en daarbij blijk geeft van praktischen zin. Zij weet, dat een goed verzorgde tafel de maaltijden tot feestelijke momenten in het huiselijk leven maakt, dat een mooie en volledige collectie tafelzilver daarbij een eerste ver-- eischte is. En toch zorgt zij ervoor hierin geen on noodig kapitaal vast te - leggen, want natuurlijk kiest zij Gero-zilver 8S nAMsirRA, overleden de heer K. J. A. G. baron Collot d'E&cury, rentmeester van het kroondomein, burgemeester van Honte- misse sinds 1893 en voorzitter der le Nederl. Coöp. Suikerfabriek. -Deelectrificatie der mid dengroep. In ons nummer van Zater dag schreven wij, dat de Burgemeester van Goes zou hebben medegedeeld, dat de stroomprijs 30 cent kon worden voor de buitengemeenten, wanneer maar voldoen de aansluitingen tot stand kwamen. Dit is niet geheel juist. Er is door ZEd. Achtb. een prijs genoemd van 35 cent en niet van 30 cent, waarbij er door hem te vens de nadruk op is gelegd, dat zulks wellicht mogelijk zal zijn, wanneer er althans de daar- 'voor benoodigde aansluitin gen zullen komen. De Provinciale boot en de Zondagsdienst. Men schrijft ons Men zal zich herinneren, dat enkele weken geleden de Prov. motorveerboot Koningin Wilbelmina na aanvrage namens een Fransch automobilist op Zondag een extra-reis deed van Vlissingen na.ar Bres- kens om dezen automobilist af te halen. Juist toen te Breskens de auto was opge laden, kwam er telefonisch bericht van den directeur, dat op Zondag geen ex tra-reizen mochten worden gemaakt en dat de Franschman niet mocht worden overgezet. De boot ging dus onverrich ter zake naar Vlissingen terug en deze extra-reis werd ook niet betaald. Thans schijnt er sindsdien verandering te zijn gekomen in de opvatting van de autoriteiten ten opzichte van het Ver strekken vaj extrabooten op Zondag, want gisterenmiddag om vier uur zagen wij de Koningin Wilhelmina voor een extra-reis de aanlegplaats te Vlissingen verlaten. Het betrof hier het overbrengen van drie groote Brusselsche touringcars met naar schatting een 100-tal passagiers!. Middelburg. Vrijdagavond is in de vrij ;oed bezette zaal van het Schuttershof oor de turnvereeniging „Wilhelmina", af- deeling der C. J. M. V. Rom. 1:6a, ter eere van het 10-jarig bestaan een uit voering gegeven. Da voorzitter, dhr A. Krijger, heette allen! welkom. De geschiedenis der ver eeniging nagaande, Wglst spr. er op hoe van de 4 oprichters, alleen de beer Hart- hoorn aanwezig was. Het was toen een heele durf, deze vereeniging op te rich ten, gezien de meening over sport in Chr. kringen. Het was voor den heer Harthoorn in de eerste jaren als voor tje haar zwager terecht. „Op zoo'n ver houding rust geen zegen. Alleen vloek en straf." Hij gaf geen antwoord. Dat was weer de taal, die hg niet vermocht te ver staan. Het gesprek ging nu gapingen vertoo- nen, zoodat hij zich weldra ter ruste begaf ,niet kunnende vermoeden en be grijpen, dat zgn schoonzuster haar hart voor haar God uitstortte, dankte voor wat zij had gehoord, maar ook bad voor de twee vrouwen, de oudere en de jon gere, in Heerde en voor den man en vader, die onder haar dak vertoefde. En Alex van Meersma, die weldra in een diepen slaap gedompeld lag, kon ook niet vermoeden, dat in „het huisje aan den zeedijk" de oude Vrouw Blankert, zijn schoonmoeder, klaar wakker lag, met een hart, dat overvloeide van dank: Lia had haar verteld, wat haar vader, die tegenover de oude vrouw zich nipt uit liet, haar gezegd had op den weg naar den zeedgk. Langs wegen, die niemand ooit had kunnen bedenken, was God de Heere aan het werk. Geduldig moest afgewacht, waarop het zou uitioopen. Maax geduld bezat het oudje. Zij had het geleerd in de oefenschool van het lijden, dat de Heere over haar gebracht had. HOOFDSTUK XIV. Toen: Lia dien Vrijdagmorgen haar va- zitter een moeilijke tij'd en spr. brengt hem dank voor alles wat hij1 voor de ver eeniging heeft gedaan. De technische lei ding kwam bij den heer P. J. Sturm, die men noode naar Hoorn zag vertrekken. Hij werd opgevolgd door den heer De Buck, maar deze bleef slechts kort en tjhans leidt de heer A, de Jonge de v;exeeniging. Voor de wijze waarop deze dit doet brengt de voorzitter hem hulde. Spr. hoopt, dat de heer de Jonge nog lang de leiding zal hebben. Dhr J. de Munck, een der werkende leden, bracht hulde aan den directeur onder aanbieding van een fraaie mand bloemen. De heer de Jonge dankte voor de woor den .tot hem gericht en voor de aange boden, bloemen. Spr. hoopt op een fcrach- tigen opbloei en groei der vereeniging. De heer G. C. Reijerse, opzichter van het gemeentelijk sportterrein, kwam zijn gelukwenschen aanbieden en bood bloe men aan het bestuur aan. De heer W. de Graaf sprak als voor zitter van den Zeeuwsch-Westbrabant- schen Turnkring en wenscbte namens alle aangeslotenen Wilhelmina geluk met dit tweede lustrum. Het oprichten is gemak kelijk, maar het in stand houden een er vereeniging is moeilijk. Spr. hoopt, dat dit jubileum zal zijn een teeken om verder te gaan. Ook als hoofdbestuurslid van het K.N. G.V. spreekt de heer de Graaf geluk wenschen uit en een medaille voor de op Hemelvaartsdag te houden wedstrij den] biedt spr. aan namens het Bonds- bestuur. De voorzitter wenschte ten slotte een palngenamen avond toe. Hierna werd met het afwerken van het programma begonnen en wel met goede halter-oefening en der jongens uit de le klasse. Ook later bij het paardspringen en die apotheose na dit nummer, toonden deze jongens goede turners in spé te zijn. De jongens uit de tweede klasse gaven] goed werk aan de brug te zien. De heeren verzorgden voor de pauze vier nummers', n.l. staaloefeningeh, vrije oefeningen, paardspringen en ringen. Bij) al deze numtaers bleek, dat deze ver eeniging onder haar leden meerdere zeer goede krachten telt, die zware oefeningen aandurven. Wilhelmina heeft ook met dit tweede onderdeel van haar jubileumfeest een flink succes ^geboekt en aan de aanwezigen een aamgenaimen avond verschaft. Nu komt a.s. Donderdag het derde punt, ö,l. de wedstrijden op het gemeentelijk Sportterrein, terwijl ook nog aan het hou der tot de boot in de haven van het stadje uitgeleide had gedaan en op 'de fiets, ook de architect had zijn rijwiel bij zich gehad en verschillende tochtjes met haar gemaakt, door de smalle straten van het stedeke, dat sprak van overoude tgden, naar Grootmoeder terugkeerde, ont moette ziji Hans Meinema. Zij begreep -onmiddellijk, dat bij daar niet toevallig was. 'Hij wist, dat zij aan de boot zou zijn, zoodat hgi haar een voudig kwam halen. Even kleurde een blo-s, die .haar goed stond, haar wangen, maar onmiddellijk daarop keek zij hem on bevangen en zonder verlegenheid aan. Hij vertelde niet, dat hij met opzet gekomen was, maax verklaarde ronduit eens .met haar alleen te willen zijn. Zij- hadden dezen winter zooveel gepraat. Die gesprekken mochten wel eens voortgezet. Lia stemde er in toe, dat een fiets tochtje zou worden gemaakt op dezen mooien, zomerschen morgen. Grootmoe der zou wel begrijpen, dat zij ergens aan geland was. Zoo peddelden ze door de uitgestorven straten van het stadje, cm weldra de poort met de twee torenis door te rijden, maar nu niet links af te slaan, doch rechtuit te rijden over een mooien weg, aan weers kanten beplant met flinke boomen, die heerlijk schaduw boden. (Wordt vervolgd.) u I 1 1 J L i

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1929 | | pagina 5