No. 155 Donderdag 4 April 1929 43e Jaargang Dagblad voor de Provincie Zeeland HEHDRIKSE Go's BAHK -60ES EERSTE BLAD. Aangesloten bij het Bureau voor Oplaag-contröle Dit nummer bestaat uit 2 bladen. Buitenland. Belangrijkste Nieuws. ALLE per 1 April vervallende COUPONS EN LOSSINGEN worden verzilverd door Postrekening No. 44455. Directeur-Hoofdredacteur: ^BgBBGËr VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. ZUIDEMA. W De Zeeuw Abonnementsprijs: Bureau: Lange Vorststraat 70, Goes. BB jéf^BÈk jéB JS^ü Per 3 maanden, franco per post, f3. Tel.: Redactie en Administratie no. 11. ^B A V JB Losse nummersf 0.05 Prijs der Advertentiën: Bijkantoor te Middelburg: 1 Ë1 i.:I 1—4 regels f 1.20, elke regel meer 30 ct Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259. y:>-v' Bij abonnement belangrijke korting. v DE DEPUTATENVERGADERING DER A.-R. PARTIJ. De herdenkingssamenkomst. De gisteren voortgezette Deputatenver- gadering der A.R. partij, waarin herdacht werd dat 50 jaar geleden de organisatie der A.R. partij haar besLag kreeg, was zeer druk bezocht. De groote zaal van „Tivoli" was te klein om alle belangstellenden te bevatten, zoodat. men genoodzaakt was in de „Han delsbeurs" een tweede samenkomst te houden. Er heerschte in de vergaderingen een zeer geestdriftige stemming. Toen de voorzitter van het Centraal Comité, de heer H. Colijh, binnenkwam, werd hij doo-r een lang aanhoudend ap plaus ontvangen. En toen plotseling, ston den alle aanwezigen op om door het zingen van Ps. 134:3 aan hunne ge voelens ten opzichte van den heer Colijn uiting te geven. „Prijst den Heer met blijde galmen; gij mijn ziel hebt rijke stof." Met die woorden uit den 146sten Psalm, eerst door de vergadering gezongen en daarna door den voorzitter voorgelezen, werd vertolkt wat er op dezen dag leeft in het hart der A. R. partij!. Voer de heer Colijn zijne' Deputaten- rede uitsprak, had hij eerst enkele gasten welkom te heeten, n.l. vertegenwoordigers van de R.K. Staatspartij, van de Chr. Ethische partij in Indië en Prol. Sebe- styen uit Hongarije, welke heeiren door de aanwezigen met applaus werden begroet. Wekte eenige teleurstelling de mededee- ling dat de C.H. Unie, die opi hetzelfde tijdstip te Amsterdam vergaderde, ver hinderd was zich te doen vertegenwoor digen, de daarop gevolgde mededeel ing dat van de C.H. Eerste Kamer-fractie een hartelijk telegram van gelukwensch was ontvangen, ontlokte een storm van applaus. 'Een voorstel om aan H. M. de Konin gin een hulde-telegram te zenden, vond hoe kan het anders algemeen'e instemming. Nauwelijks had de voorzitter de lezing van het telegram beëindigd, of heel de vergadering stond recht en het oude Wilhelmus daverde door de zaal. Daarna sprak de heer Colijn zijne De- 'putatenrède uit. 'tWas een gedegen stuk werk, waarvan we gisteren reeds een kort overzicht ga ven en waarin niet alleen bij het verleden en het heden werd stilgestaan, maar ook op de toekomst de aandacht werd geves tigd. Middagvergadering. In de middagvergadering, die niet min der druk bezocht was, trad als spreker op, de heer Prof. Mr D. P. D. Fa- b i u s, de eenige nog in leven zijnde mede- p-prichter der A.R. partij1. Het was, ondanks de aangebrachte ge luidversterkers, niet gemakkelijk dezen fepreker te volgen, maar er werd met groote aandacht geluisterd, zoodat althans een groot deel van de aanwezigen van de rijk gedocumenteerde rede, waarvan wij hier een uittreksel laten volgen, kon ge nieten. Bij de begrafenis van Groen van Prin- sterer op 23 Mei 1876 zeide dr Beynen, dat de overledene was de laatste ver tegenwoordiger van een leven, dat geheel is voorbijgegaan. Zoo werd Groen tot anti quiteit verklaard, en werden zijin geschrif ten voor de toekomst van weinig practisch belang geacht. Trouwens klagen de z.g. ontwikkelden vaak, dat zijn werken moeilijk zijn te le zen. Maar Groen merkte op', dat onver schilligheid dikwerf onverstaanbaar maakt, wat op zichzelf zeer begrijpelijk is. Ook is wel lastig, dat Groen zooveel „terrible vrijmoedigheid" had. Worden zijn werken ook gelezen? Men zou het soms betwijfelen, als men ziet het gesol met zij!n isolementsleus, als be doelde hiji daarmee alleen-staan. Maar hij- heeft immers samenwerking naar allen kant gezocht. Isolement beteekent begin selvastheid; dus niet soms, maar altijd noodig. Ook wjj hebben dat ons aan te trekken. Dat Groen's geschriften niet gelezen worden, zoude ook doen. denken, wanneer men hem telkens genoemd ziet den leideor der Anti-Rev. partij. Immers heeft hij die kwalificatie telkens, nog in het laatst zijns levens, afgewezen, wijl men hem niet volgde. Ook Buys noemde hem een veelal, door zwakheid of wantrouwen zij' ner geestverwanten, eenzamen strijder. En Esser schreef, dat de antirevolutionairen, door Groens geschriften niet te be'stu- deeren, hem nooit zijn gevolgd. Zelfs had Groen in 1869 het gevoel, dat men in de Vereen, voor C. N. S. verlegen met hem raakte, waarom hij bereid was het eere voorzitterschap, zijne „hoogste eere", neer te leggen. Ook klaagt hij in dat jaar dat hij vreemdeling is in zijn eigen land. Aangrijpende tragiek van het leven. Thorbecke, de conservatief-revolutio- nair, die met „Nederlandsche herinnerin gen" spotte; volgens dr Bronsveld voor ons Gerefformeerd karakter nooit een oog had, vormt een school, een partij, is langen tijd in Nederland de machtheb bende, wiens beleid voor velen als het alleen mogelijke geldt. Daar tegenover Groen van Prinsfferer, volgens Knoop Nederlander van top tot teen, die al zijn kracht ten offer brengt aan het terugroepen van Nederland uit Fransche bedwelming tot zichzelf, gaat ten grave als vreemdeling in zijn vaderland. Thorbecke heeft de sonvereiniteit der Kroon geloochend; met ministerieele ho mogeniteit weinig ernst gemaakt; debat in de Staten-Generaal geridiculiseerd, ken de geen volksstem dan die van het pays légal; vergeleek Groen, toien hij wees op het volk achter de kiezers, met Danton. Thorbecke heeft de vervolging van de - Afgescheidenen verdedigd; was steeds schutsheer van de, volgens Measinga, on- Nederlandsche staatsorganisatie der ker ken; zag in de kerken slechts particu liere genootschappen; verklaarde, door Groen van Prinsterer in het nauw ge bracht, slechts zoogenaamde scheiding van staat en kerk te bedoelen. Thorbecke was tegenstander van vrij heid van onderwijs, tenzij voor scholen, die waren overeenkomstig de staatsschool, en dus geesteljjk overbodig. Thorbecke voelde weinig voor de zelfs- standigheid der provinciën, en wilde ge meentelijke autonomie slechts, voor zoo ver omstandigheden bijzondere regeling eischten. Thorbecke wilde armenzorg liefst ge heel in handen van het openbaar ge zag. Daartegenover Groen van Prinsterer, stellende tegenover Thorbecke's „het kan niet anders" (zwichten voor de omstan digheden) zijn: „het mag niet anders. Groen van Prinsterer heeft de souverei- niteit der kiezers, als het feit van 1813, in de Grondwet geboekstaafd, bewezen; de constitutioneele monarchie, in Neder- landschen geest, meer dan iemand ont wikkeld; op wezenlek regeeren, tegenover administreeren met gouvernementeele re- geeringloosheid, aangedrongen; voor de rechten der Staten-Generaal steeds gestre den; tegenover het pays légal gesteld het volk van kiezers en,niet-kiezers; alge meen stemrecht, dat de natie verstrooit in individu's, veroordeeld als anarchie in dienst van geweld. Groen van Prinsterer heeft zich tegen de vervolging van de Afgescheidenen ge keerd; de Staatsorganisatie van de kerken bestreden, en reeds in 1848 in uitzicht gesteld het breken met deze, om zonder haar te leven als voortzetting van de oude gereformeerde kerken; het publiek recht der gezindheden verdedigd, krach tens hetwelk de staat, in vragen, van godsdienst en zedelijkheid moet rekenen met de gezindheid der natie. Groen van Prinsterer heeft in beginsel alle openbare armenzorg veroordeeld. Door zijn gansche leven strengelt zich als gouden draad zijn strijd voor de vrij heden der natie. Zoo ook in zake onder wijs. Groen heeft nooit verdedigd, dat de slaat als zoodanig christelijk onder wijs moest geven, maar wèl, dat het onderwijs moest zijn overeenkomstig den geest des volks, hetzij door een bijzondere school, hetzij door vrije scholen. Groen van Prinsterer heeft steeds ge waarschuwd tegen het staatsalvermogen, gelijk het zich destijds meer in consciëntie dwang openbaarde, thans zich doet gelden in staatssocialisme, dat miskennende het werk van den Heiligen Geest, Die het organische leven heeft geschapen (Gen. 12), het maatschappelijke leven wil doen regelen door den staat; dat te onzent zijn intreé met den leerdwang heeft ge daan en steed3 meer hoogtij viert. 1 Groen van Prinsterer was echter mach teloos. Goeddeels door de vrienden van hooogeren stand en middenstand. „Hij is gekomen tot het zijne, en de zijnen heb ben hem niet aangenomen" (Joh. 1:"13J. Groen van Prinsterer is nooit gevolgd. Toch met eenige beperking. Hij had zij non aanhang en hij wist het onder de eenvoudigen „dat volk en die lui"; de „Nachtschool" die Heldring wou „af trappen". Hij heeft dat volk nooit gevleid; wel vaak zijn liefde voor dat volk, soms op aandoenlijke wijze, uitgesproken. In die kringen vond Groen van Prinsterer nog het meest het historisch-natiomale leven, dat slechts behoefde opgewekt en tot kracht gevoerd, om over allen wederstand te zegevieren. Aansluiting bij dat volk moest worden gezocht. Daarom ter-zijde stelling van de synodale organisatie, die de Gereformeerde gezindheid in tweeën had gespelelen. Daarom verdient in zijn spoor ook toe juiching de Vrije Universiteit op den histo- risch-nationalen grondslag, welke grootsch gedachte stichting, mede door de gave Gods in dr Kuyper voor kerk en theologie, toont hoeveel kracht schuilt in dat een voudige volk, vaak gesmaad als afkeerig van wetenschap; dat geen staatsgeld vraagt, maar zelf mildelijk geeft, en zich stil verheugt in mannen, van karakter en bekwaamheid die nog willen gaan op Groen van Prinsterers wegen. Groen van Prinsterer is niet gevolgd; is nooit gevolgd. Toch maakte Gods ge nade mogelijk dit alsnog te doen. Door de schatten van staatkundige wijsheid, die de Heere hem deed uitdelven, en opstapelen in zijne werken die meer zijn dan producten voor een leven, dat, in 1876 reeds geheel was voorbijgegaan; zon der bestudeering van welke voor de anti revolutionaire partij op geen krachtvollen innerlijken wasdom valt te rekenen, en deze veeleer dreigt in verkeerd spoor weg te glijden; die ook in 't heden en daarna richting geven voor Nederland, zooi daar aan in Gods gunste nog een toekomst is beschoren; de toekomst, om waarlijk Nederland te zijn. De rede van den hoogbejaarden spre ker, meermalen door applaus onderbro ken, werd aan bet slot langdurig toege juicht en het door den heer Colijn ge sproken dankwoord vond algemeene in stemming. Met blijdschap werd vernomen, dat Prof. Fabius zich bereid verklaarde, zijn rede in druk te doen verschijnen. beeld kunnen wij vinden in de mannén!, die Cromwell volgden. Wij gaan niet van hier3. vervolgde spr., zonder elkander te beloven: wij houden vast aan het levensbeginsel onder vade ren (daverende toejuichingen). Wij gaan niet van hier zonder opnieuw onze trouw te betuigen aan onzen leider 1 (geestdrif tige toejuichingen.). Wij scharen ons om onzen leider en zeggen eenparig: Zij zullen ons niet heb ben Hier bleef de spreker steken. Want als geëlectriceerd stond heel de vergadering op, en voor Prof. Visscher aan den vol genden -regel kon beginnen, werd het be kende strijdlied van Da Costa met on gekende geestdrift en Bezieling gezongen. Het was een mooi, een aangrijpend momem. Nadat vervolgens de heer Mr Heer- kens Thys s.<e n nog een woord van gelukwensch had gesproken namens de R.-K. Staatspartij, sprak de heer Mr Helsdingen de vergadering toe na mens de Christelijk-Ethische partij in In dië. Hij hoopte, dat deze nog kleine partij eens zoo machtig zal uitgroeien als de anti-rev. partij. Onze kleine groep, zoo zeide hij, heeft uw voorbede noodig. Wat wij noodig hebben is, dat ook de groote groep van Christen-inlanders zich bewust woedt van het belang, dat hun "beginsel heeft, ook voor de politiek. Spr. hoopte, dat de anti-rev. partij zal slagen in den verkiezingsstrijd evenals de andere partij die aan ons verwant is: de Christelijk- Historische Unie. Hij uitte de hoop, dat de splijtzwam, welke de twee groote Pro- testantsche partijen in Nederland ver deelt, in Indië nooit zal werken, (luide bijval). Gezongen werd nu nog Psalm 897 en 8, waarna de eere-voorzitter van het Cen- traal-Comilé, de heer Idenburg, in dank zegging voorging. Voor uiteen te gaan, zongen de aan wezigen den heer Colijn nog toe: De Heer zal u steeds gadeslaan. De herdenkingssamenkomst van de A.-R. partij is uitnemend geslaagd. Met voldoening kan de partij op deze vergadering terugzien. Opgewekt en bezield met hoop kan zij na deze bezielende dagen de verkiezingen tegemoet gaan. Binnenland. Deputatonvergadering der A.R. Partij. Alg. vergadering der C.-H. Unie. Stukken voor den Gemeenteraad van Mid delburg (verlaging electriciteitsprijzen). Alg. vergadering van Kinderzorg te Mid delburg. Vrijstel ing van Belgische wegenbelasting voor Nederlandsche automobilisten. Buitenland. Regeeringscrises in Oostenrijk en Polen. De opstandige troepen in Mexico versla gen. Winterweer in Duitschland. van Rome naar Parijs vertrokken en in den omtrek van Bordighera op het strand gevallen. Er zijn geen slachtoffers. Massa-arrestaties in Litauen. Volgens uit Kowno ontvangen berich ten heeft de politie aldaar gisterenavond zoo goed als alle leidende leden der Li- tausche sociaal-democratische partij, o.a. Galinis, Bellinis en Kairies gearresteerd. Volgens mededeeling van de politie be trof het de opruiming van een geheime vergadering in de redactiebureaux van het blad „Sozial-demokratats". Het gebouw werd door de politiebeamb ten omsingeld, die alle in de redactie bureaux aanwezige en nieuw-aankomende personen, in het geheel meer dan 100, in hechtenis nam. In verband met dezen politie-inval is een huiszoeking gedaan in het gebouw van den bond van vakvereenigipgen te Kowno, waarbij eveneens arrestaties plaats vonden, terwijl diverse documenten in beslag werden genomen. De nieuwe winter. In vrijwel geheel Duitschland is het kwik sinds gisteren tot onder het vriespunt gedaald. Het koudste was 'het in Oost- Pruisen, waar gisternacht een koude van 6 graden en gisterochtend een koude van 5 graden heerschte. Van de kust van de Oostzee wordt een koude van 3 graden en van de Noordzee een koude van 1 tot 3 graden gemeld. Ook in midden-Duitsch- land is het kwikzilver tot 3 graden onder nul gedaald. Te Berlijn stond het kwik zilver op het middaguur op het vriespunt. In Zuid-Duitschland heerscht een koude van 1 graad en alleen aan den Boven-Rijn staat het kwikzilver nog boven nul. Van de Broeken wordt een koude van 9 graden, van de Schneekoppen van 12 graden en van de Zugspitze zelfs van 19 graden ge meld. In verschillende deelen van het rijk en ook te Berlijn sneeuwt het weder. Te Dres den sneeuwt het zelfs onafgebroken; er is reeds 5 c.M. nieuwe sneeuw gevallen. Te Leipzig en omgeving is weder alles met sneeuw bedekt. Op sommige plaatsen, o.m. in de streek van Eisenborn, (België) is de sneeuwlaag 30 a 40 c.M. dik. Regeeringscrisis in Oostenrijk. Bondskanselier Seipel heeft gistermid dag den bondspresident het ontslag van het Kabinet aangeboden. De bondspresi dent heeft het ontslag aanvaard en het Kabinet voorloopig belast met de verdere waarneming der zaken. Aan het ontslag was een ministerraad voorafgegaan, waarin bondskanselier Sei pel uiteengezet heeft, dat het uitzicht der Oostenrijksche republiek in den laatsten tijd een zeer voordeelige verandering heeft ondergaan/ en dat het staatsleven zich reeds op den weg eener normale ontwikke ling bevindt. De toestand is van dien aard, dat men van dit punt af een belangrijke schrede voorwaarts kan doen. Daaronder verstaat mgr. Seipel de bevordering van den woningbouw, van het huurrecht, der rechterlijke reorganisatie, en der kwesties van de competentie der politie. Daar zijn persoon echter als een hin derpaal voor deze ontwikkeling beschouwd wordt, dient hij zijn ontslag in. Hierna werd het woord gegeven aan Prof. H. Visscher voor het uitspreken van een opwekkende rede. Prof. Visscher, met applaus begroet, begon met er op te wijzen, dat Gods Woord een eigen geschiedenis-beschou wing heeft, waarbij de feiten niet los naast elkaar staan, maar het heden in verband wordt gebracht, zoowel met het verleden als met de toekomst. En zoo werd door hem nu ook de A.-R. partij bezien. Aanvankelijk stond zij, zonder macht, zonder invloed, zelfs zonder vooruitzicht. Er heerschte ook in 1879 oneenigheid. Maar het pijnlijk ver schil met vroeger is, dat toen afviel, wat niet bij ons hoorde, terwijl thans afbrok kelt, wal wèl bij ons hoort. De reeds in 1876 door dr Kuyper ge signaleerde secularisatie is van een klein wolkje gegroeid tot een dreigend zwerk.' De zuigkracht van de moderne wereld cultuur heeft ook ons aangetast. Van dé anti-revolutionaire partij kan een ieder lid zijn, maar zij moet haar sappen be trekken uit den bodem van het volk, dat de Gereformeerde belijdenis huldigt,. Welnu, ook dat volk is niet immuun ge bleken voor den zuurdeesem der moderne secularisatie. Op ons rust, zeide spr., een hooge, heilige roeping: een nationale taak. Onder ons moet levend gehouden worden de vlam van het heilig vuur, dat God heeft opgericht onder onze vaderen. Het levens belang van onze nationale toekomst staat op het spel. Onze beginselen moeten hun invloed blijven oefenen op ons volksleven. Daarom moeten de mannen, die in die groote beginselen één zijn, zich ook po litiek aaneensluiten, (luide bijval). Maar dit is het tragische: wij versnipperen onze krachten. Wij behoeven waarachtig gebed om de eenheid onder Gods kin deren. Het bewustzijn moet weer by ons levendig worden, dat wij Gods mede-ar beiders zijn, ook in de politiek. Ons voor De griep in Europa. Volgens de berichten, die in de week van 1016 Maart bij de hygiënische af deeling van den volkenbond zijn binnengekomen, neemt de griep in alle deelen van Europa af. Oost-Duitschland en de Scandinavische landen, die het eerst door de griep bezocht werden, zijn minder aangetast dan de lan den, waar zich de 'ziekte pas later voor deed. Frauduleus bankroet te Brugge. Te Brugge zijn 2 personen gearresteerd in verband met het enkele dagen geleden, door de Handelsrechtbank aldaar afge kondigd faillissement van de firma V. Deze fabriceerde fietsartikelen en -benoo- digdheden en liet geregeld voor haar re kening Belgische en Fransche renners aan de groote wielerwedstrijden deelnemen. Het faillissement gaf aanleiding tot een onderzoek, waaruit thans is gebleken dat V. en de kassier van een Brugsc'h Bank huis de boeken hebben vervalscht en zich schuldig hebben gemaakt aan frauduleus bankroet. Het tekort bedraagt ruim 10 millioen francs. Ongevaarlijk gas? Bij de Berlijnsche gasfabriek worden sedert ruim een jaar proeven genomen die ten doel hebben om het verlichtingsgas zooveel mogelijk van giftige elementen te ontdoen en op deze wijze'de talrijke onge lukken te voorkomen, welke een gevolg zijn van onvoorzichtigheid enz. Over de technische en scheikundige bijzonder heden wordt voorloopig een volstrekt stil zwijgen bewaard, omdat op de zuivering methoden, zoover zij practisch uitvoerbaar zouden blijken, patent genomen zal wor den. Het vliegtuig van Van Lear Black gevallen. Het driemotorig vliegtuig van den heer Van Lear Black is, bestuurd dooT den Hollander Scholten, met zes passagiers

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1929 | | pagina 1