BOLS V Land- en Tuinbouw. ZOGENEVER de kuet op het straad recht roor de woning van Eatink te lossenvervolgens met hem (Entink) op hot duin boven Entinfcs woning te gaan Rijken, of er gelegenheid was om aan da kust to lossen en te zeggoa, dat de lossing wel zou gaan, en daarna te vragen, of hü tijdelijk plaats zou hebben voor vier personen met kost en inwoning, daarbij zeg gende, dat hü zelf wel niet altijd aanwezig zou zijn, maar dat hü toch steeds een kamer ter beschikking moest hebben; dat hü f 15 per week per persoon zou betalen, wat hü het vorige jaar aan den overkant ook had betaald; dat de zoon van Entink de bekis tingen voor het beton kon timmeren voor f 25 per week tot Juni a.s. en dit hü dan Donderdag 24 Januari 1929 of Vrijdag 25 Ja nuari 1929 in dienst kon komen; dat hü zes werkrnenschen van de gemeente Westkapelle had aangenomen en nu nog 4 personen te kort had; dat hij van Entinfc gaarne eon ge schikt aanbevelenswaardig persoon zou ver nemen om hert zand en grind uit het scheepje naar de plaats van bestemming te vervoeren; dat hü sedert Zondag niet thuis was geweest en nog voor zaken- naar Vlissingen moest en daarom f 10, althans f 5 van Entink zou willen leenen, voornoemde Johannes Jacobus Entink heeft bewogen aan hem, verdachte, een geldsbedrag van f 10, althans f 5 af te geven. Verdachte erkent de hem ten laste gelegde feiten. De Officier van Justitie requisitoir ne mende, zegt, dat verdachte voor een andere straf zit, hü is iemand in de kracht van zün teven, die steeds ten kostje van een ander tracht te leven. Spr vindt een strenge straf hier op zün plaats en eischt een gevangenis straf van 6 maanden. Verdachte vraagt aan de Rechtbank een mildere straf en belooft beterschap. J. A., 27 jaar, werkman, vroeger te Oost- kapelle, thans zonder vaste woonplaats, in voorarrest, verdacht dat hü op of omstreeks 19 December 1928 te of nabü Hulst ter uit voering van zijn voornemen om met het oog merk om zich of een ander wederrechtelük te bevoordeelen door het aannemen van een val- schen naam en valsche hoedanigheid en door listige kunstgrepen en een samenweefsel van verdichtsels, Johannes Lust te bewegen hem een paard te verkoopen en omstreeks 4 Ja nuari 1929 te Walsoorden aan hem (verdachte) af te geven, gehandeld heeft als hieronder nader omschreven: Op of omstreeks 29 December 1928, des voormiddags kwam hü te Hulst bü de woning van Johannes Lust. Daar deze niet thuis was zeide hü listiglijk tot diens oudsten zoon, dat hü kwam om paarden te koopen, waarop hü met dien oudsten zoon ging naar den stal van Franciscus Hemelaar te Hulst, 9m aldaai een elfjarig bruin merriepaard van Johannes Lust te bezichtigen. Vervolgens zocht hü in den namiddag Johannes Lust op, stelde zich valschehjk aan hem voor als Johannes van Wallenburg, landbouwer te Naaldwyk in Zuid Holland en zeide opzettelijk valschelijk, dal hü te Naaldwy'k telephonisch was aangesloten onder no .99, thuis verschillende wormbloed- paarden had, doch daar enkele van wilde ver koopen, om er koudbloedpaarden voor in do plaats te koopen. Daarop vroeg hy aan Johannes Lust listig lijk en bedriegelük, wat hü zou moeten geven voor hej paard, dat hü met den zoon van Jo hannes des morgens in den stal van Fran ciscus Hemelaar had bezichtigd. Nadat Johannes Lust f 500 voor dat, paard had gevraagd en verdachte daarmee accoord ging, werd afgesproken, dat het paard 4 Ja nuari 1929, des voormiddags zou worden ge leverd aan de boot te Walsoorden. De verdere uitvoering van vorenomschreven misdrijf, althans van het voornemen daartoe werd alleen niet voltooid, door het feit, dal Johannes Lust de zaak niet vertrouwde, daar verdachte veel te duur kocht en de door hem opgegeven naam en nummer niet in het telephoonbo-ek voorkwamen en daarom op 3 Januari 1929 aan verdachte vroeg, of hij geld had en of hij dit kon zien, waarop ver dachte ü'higs wegliep. Na verhoor acht de Officier van Justitie de feiten bewezen, verdachte is geen onbekende voor de rechtbank, herhaaldelyk is veidachie veroordeeld, en de Officier eischt een gevan genisstraf van 6 maanden. De verdediger van verdachte, Mr van der Weel, advocaat te Middelburg, zegt dat ver dachte zich wil beteren en vindt deze straf nog al zwaar. Verdediger roept de dementie van de Rechtbank in. Verdachte zegt no-g 8 maanden terug te moeten naar Veenhuizen, alwaar hy is ont vlucht. Gisteren werden door de Rechtbank te Mid delburg alsnog behandeld de zaken tegen: P. J. S-, werkman te Clinge, verdacht van diefstal van een rijwiellantaam ten nadeele van Th. de B. te Hulst, op 8 Januari 1.1. Eisch: f 40 of 40 d. h. M. A. B. P., 32 jaar, landbouwer te Zuid- dorpe, was in hooger beroep gekomen tegen een vonnis van den Kantonrechter te Hulst, waarby hy wegens overtreding van de Veewet (le. het als eigenaar van vee, hetwelk ver- Bchynselen van besmettelüke ziekte vertoont, daarvan niet terstond kennis te geven aan den burgemeester der Gemeente, waar het vee zich bevindt; 2e verdacht vee vervoeren) werd veroordeeld tot 2 geldboeten, ieder van f 80 of 2 maal 10 dagen hechtenis. Eischbe vestiging van het vonnis van den Kanton rechter. M. W. 5., 18 jaar. smidsknecht te Duiven- dyke, verdacht van verduistering van een rij- wielbelastingplaatje te Duivendyke in 1928. Eisch: 2 mnd. gev. straf voorw. Uitspraak in alle zaken 15 Maart a.s. MOORD TE WATERLANDKERKJE. Ter terechtzitting van de Rechtbank te Middelburg van gisteren werd behandeld de straizaak tegen J. de R., 28 jaar, arbeider te Waterlandkerkje, terzake in verzekerde bewaring te Middelburg, aan wien blijkens de dagvaarding werd ten- lastegelegd, dat hij op 1G December 1.1. to Waterlandkerkje een meisje, Alma Haers genaamd, opzettelijk van net leven heeft beroofd, nadat hij daartoe na rijp beraad en kalm overleg, het besluit had genomen, door dat meisje onverhoeds met een scheermes den hals af te snijden, en het aan de toegebrachte verwondin gen is overleden. De Rechtbank was samengesteld uit de heeren Mr Jolles, President, Mr Bybau en Mr Portheine, Rechters, terwijl het Openbaar Ministerie werd waargenomen door Mr Baron van der Feltz. Als verdediger van verdachte fungeerde Mr A. II. Kuipers, advocaat te Middelburg, Voor deze zaak bestond een zeer groo- te belangstelling, vooral van bewoners der streek waar verdachte woonde. Na de opening der zitting door den President, wordt als eerste getuige-des- kundige gehoord Dr de Groot, arts te Oostburg, die zeide op den bewusten dag door de Marechaussee te zijn gewaar schuwd omtrent het vinden van het lijk van het meisje. Hij heeft ter plaatse het lichaam aangetroffen voorover liggende in een sloot en waargenomen dat de levensgeesten waren geweken. Den vol genden dag heeft hij met Dr Hulst de lijkschouwing verricht en gezien, dat het meisje 2 diepe sneden aan den hals had. Als tweede deskundige verklaarde Dr Hulst, arts te Leiden, omtrent het door hem geconstateerde bij het sectie- onderzoek. Volgens deskundige was hier verbloeding ingetreden tengevolge van het afsnijden van den hals. De ^nede was toegediend door den halsdoek en het boord van de gesloten jurk van het meis je, hetgeen wees in de richting van moord. Op een vraag van den verdediger aar den deskundige of het siachtof.er zwanger was, antwoordt deze ontkennend. Getuige de Maesschalk te l.Izendijke zegt, verdachte goed te kennen. Toen ge tuige in den morgen waarop het feit plaats vond, vanuit WaterlandOudeman naar Stroopuit reed kwam zjj verdachte tegen, gaande in de richting van België. Bij haar thuiskomst heeft getuige nog ge zegd: Wat zo ii Ko (verdachte) hier toch moeten doen. De getuige Gvs, molenaar te St.-Kruis, is verdachte ook tegengekomen en heeft nog eenige woorden met hem gewisseld. Getuige Stokkerman, werkman te Oost burg, bevond zich op 16 December in een heiberg te Oostburg, 'toen verdachte daar ook binnenkwam, die hem riep: „kom eens buiten", alwaar hij tegen hem zeide, „de dochter van Raers heeft zich den hals afgesneden". Getuige Temmerman, arbeider te Wa terlandkerkje, schoonvader van verdach te, zat in den bewusten morgen eveneens in een café bij Haers en Stokman. Ge tuige hoorde toen verdachte buiten kwam, dat. hij zeide, zij ligt in de sloot". De getuige Vlaemingh, echtgenoote F. Haers, moeder van "het slachtoffer, ver klaarde, dat haar man op 16 December naar de kerk was te Oostburg. Even over 7 meende getuige, dat zij hoorde roepen. Haar dochtertje is paar buiten gegaan, doch zag niets. Later is getuige waschgoed naar den stal gaan brengen en -d haar dochter voorover in de sloot liggen. Zij heeft haar kind nog toegeroe pen, doch kreeg geen antwoord. Zij is toen haar buurman (verdachte) gaan roe pen zeggende: „Alma ligt in de sloot", waarop verdachte met haar medeging en bij de plek gekomen zijnde zeide; „er ligt een scheermes bij". Verdachte heeft getuige teen nog gevraagd, heb je dezen morgen niets bijzonders aan haar ge- meiktV Getuige heeft geen aanmerkingen op haar dochter te maken. Het geld dal zij verdiende, droeg zij trouw af, zij snoepte niet en ging ook niet uit. Op een vraag van den President of uige niet den indruk had, toen .haar dochter 's molens de deur uitging, dat zij een af praak had gemaakt, antwoordt getuige on.kennend. Getuige zegt naast verdachte te wo nen en het slachtof'er was opgestaan en naar buiten gegaan om de geit te voederen. Verdachte door den president onder vraagd, erkent de- feiten zooals de dag vaarding omschrijft. Toen verdachte hef misdrijf gepleegd had, is hij naar huis ge-gaan, en heeft toen aan verschillende menschen gezegd wat hij. gezien had. Daarna zegt verdachte, naar Oostburg te zijn gereden, alwaar hij zijn schoonva der heeft gewaarschuwd. Op een vraag van den President, waar om hij in België een scheermes is' gaan koopen, zegt verdachte, dat hij dat noo- dig had om te doen blijken dat het niet zijn scheermes was. dat bij het lijk was gevonden. Verdachte zegt zich achter een hooischelf verdekt te- hebben opge steld toen hij zag dat het meisje haar woning verliet. Zij zag hem niet. Ver dachte pakte haar onverhoeds beet en bracht haar met het scheermes sneden in haar hals toe. Er is geen woord gesproken. Op een vraag van den President of ver dachte met het plan had rondgeloop-en om het meisje te vermoorden, antwoord! verdachte bevestigend. President; Bestond er tusschen u en het slachtoffer een ongeoorloofde verhou ding? Verdachte; Ja. Ik leefde af en toe met haar en was bevreesd voor mijn vrouw dat het uit zou komen. President: Waarom deed je het? Je vermoord toch niet iemand om niets? Verdachte: Ze had gezegd dat ze zwan ger was en dat zij het tegen mijn vrouw zou zeggen, waarop ik haar heb gezegd, dat ik zulks niet geloofde. President: Heeft het meisje je verzocht om op 16 December te komen? Verdachte: Ja, President: Heb je haar toen gevraagd wat ze wilde? Verdachte: Het meisje vroeg om geld, en toen kon ik het niet meer houden. President; U is Katholiek, *had U dan niet beter naar don Pastoor of Burge meester met je bezwaren kunnen gaan? Die hadden je toch kunnen helpen. Je pleegde den .moord en ging doodkalm naar huis en legde het mes bij het lijk om het te doen voorkomen of er zelfmoord in 'tspel was. President: Toen U met dat mes van huis ging, hadt U toen het plan opgevat om het meisje te vermoorden? Verdachte: Ja. Het woord is hierna aan het Openbaar Ministerie, dat zegt zich voor deze zaak veel moeite te hebben gegeven en 3 keer ter plaatse van het misdrijf te zijn ge weest. Spreker brengt een woord van hulde aan den wachtmeester der Mare chaussee de Jager te Oostburg, die het onderzoek in deze zaak heeft geleid voor zijn beleid- en tactvol optreden. Aanvankelijk dacht spreker aan zelf moord, doch steeds kwam men tot andere conclusies, dat er iets meer moest zijn gebeurd. Meer en meer groeide de zeker heid, dat er een moord moest hebben plaats gehad. Er waren 'twee uitgangs punten, het scheermes met bloedvlekken 1 en de ligging van het slachtoffer. Weldra 1 bleek, dat verdachte met het meisje in relatie had geslaan en dat het bij het lijk gevonden mes, het mes van verd. was. Verdachte voelde onraad, want hij volgde de marechaussee als die op onder zoek uitging. Verdachte doet voorkomen dat het meisje hem met het oog op haar beweerde zwangerschap, geld zou hebben afgeperst. Dit is wol de meest gunstige verklaring, die verdachte van zijn daad kan geven, doch is niet aannemelijk. Moreel stond het meisje wel niet hoog, maar men moet de omgeving, waarin zij verkeerde, zegt spr., ook niet uit het oog verliezen. Het meisje moge gezonj- digd hebben, doch deze man deed xeel erger, en spreker is van oordeel, dat het meisy'e is vermoord om verdachte's verhouding met haar te verbergeh. Op grond van een en ander eischt de Officier een .gevangenisstraf van twin tig jaar. Mr Kuipers vangt zijn pleidooi aan met het wijden van eenige woorden van deernis met het slachtoffer. Ook dit meisje had recht om te leven al was dan haar gedrag op zedelijk gebied minder gun stig. Gelukkig is spoedig de verdenking die op anderen rustte, afgewend. Ver dachte heeft op Oudejaarsdag bekend, doch het motief voor zijn daad bleef in het duister omdat hij de ware redm niet wilde zeggen. Het vermoeden he sfond wel, dat er tusschen het slaeh'offr-r en verdachte een intieme verhouding moest hebben bestaan. Spreker evenwel beeft na ernstig met hem te hebben ge praat, hem kunnen bewegen mede te deelen wat hem tot zijn daad had be wogen. Verdachte deed het onder een stortvloed van tranen. Het slach'offer had hem g"zegd, zwanger van hem te zijn, vervolgde hem met allerlei bedreigingen en vror-g hem voortdurend om geld. Ver dachte is daardoor in vertwijfeling ge raakt uit vrees, dat zijn vrouw het ter oore zou komen, -en dat heeft hem toen op de gedachte gebracht het meisie uit den weg te ruimen. Het mois:e had hem ge vraagd om den bewusten Zondagmorgen bij haar op het erf te komen waaraan verdachte heeft voldaan, doch toen zij weer bedreigingen begon te uiten heeft hij de daad volvoerd. Volgens spreker is de indruk welke op verdachte de meledeeling maakte, dat het meisje niet zwanger was en hem dus had misleid, niet te beschrijven. Twijfelachtig is h t volgens verded:ger, of de tijd vnrloopcn, tusschen het rijpen van het plan tot Iovensberooving en de uitvoering ervan, voldoende is om voor bedachte raad aan te nemen. Gezien de toestand van vertwijfeling, is het moeilijk om hier kalm overleg aan te nemen. Het dwaagmo'ief van ver dachte is geworden de angst dat zijn vrouw achter v-'-riachte's verhouding met het mrisjo zou komen. Volgens verdediger is in deze zaak de eenige vraag die van de strafmaat. De Rechtbank zegt spreker, zal in het oog willen houden, dat. het motief tot de op zichzelf verschrikkelijke daad van verdachte, een zuiver menschelijke drijf veer Is geweest. Ook de psvehiatna spreekt in zijn rapport over die beweeg redenen aldus. Verdachte is door het meisje dieper in het ongeluk gestort, doch voor zijn daad, waarover verdachte, thans tot be zinning gekomen, diep berouw heeft, zal hij ernstig moeten boeten. Laat echter, roept spreker uit, de straf in aansluiting van de menschelijke en daardoor verklaarbare beweegreden voor de daad ook een men schelijke zijn. In tegemstelh'ng met andere zaken eischt ook de publieke opinie in dit geval geen zeer zware straf. Er heerscht alom met deze verdachte eerder ge-voel van mede lijden dan van afschuw of wraak. O-ok met het oog op het jonge gezin dat nog zwaarder zal worden gestraft dan verdachte zelf. Ook verdachte's gezondheid zal door langdurige o-psluitirg -ernstig nad- el moe- ten ondervinden omdat hij van jongsaf ge wend is buiten te werken. Verdachte's gedrag is al ijd zer gunstig geweest. De indruk die hij maakt is sym pathiek en het kost moeite wanneer men met hem spreekt in hem een man te zien die een dergelijke daad beging. Eindigende spreekt- verdediger de hoop uit, dat de straf voor verdachte dus zoo moge zijn, dat er voor hem, die diep De eerste authentieke opname van de tentoonstellingsterreinen te Barcelona, al waar het nationaal paleis, welks reusachtige koepel, geheel in wit marmer uit gevoerd, waarschijnlijk het schoonste tentoonstellingsgebouw zal worden, wat ooit gebouwd is. ongelukkig is, dat lichtpunt b'ij't, dat hij ia verloop van een voor hem afzien- baren tijd weer in zijn gezin zal kunnen tenigkeeren. Uitspraak 15 Maart a.s. Uitvoer van aardappelen. In Januari zijn uitgevoerd 16.167 ton kleiaardappelen, 1123 ton veenaardappe- len en 6947 ton zandaardappelen, totaal 24.237 ton ter waarde van f 908.000, tegen 9939 ton ter waarde van f 492.000 in Ja nuari 1928 en 38.004 ton ter waarde van f 1.360.000 in December j.l. Van de klei aardappelen waren België met 9271 ton, Frankrijk met 3500 ton en Portugal met 1210 ton de beste afnemers; de veenaard- appelen gingen in geringe hoeveelheden naar vijf verschillende landen (Duitsch- land, Frankrijk, Portugal, Groot-Britan- nië en Zwitserland), en van de zandaard appelen ging 3238 ton naar Duitschland,. 2074 ton naar België en 920 ton naar Frankrijk. De uitvoer van pootaardappelen bedroes 737 ton, tegen 225 ton in Januari 1928 en 1580 ton in December j.l. Italië en Fiume namen hiervan het leeuwendeel voor hun rekening, n.l. 528 ton. PLUIMVEETEELT. EentPnhouderif. Fouten van Campbells. Geef mij maar eieren. Vijf pooten aan een schaap. In verband met mijn artikelen over eendenhouderij kreeg ik vandaag een viaag, waarvan ik eerst niet begreep of het een grap wes, dan wel of de vraagsteller verregaand naïef was en wer kelijk dacht van mij op zulke vragen eon antwoord te krijgen. De brief luidde als volgt: „Daar ik in Holland zelf door mijn langjarig verb'ijf in het buiten'and een vreemdeling ben, zoo vertrouw ik er op dat U mijn vrijmoedigheid waarmele ik U lastig val, zult be^rijien. Ik bezit een ooftplantage, die een zeer langere-kte griend van 1 H.A. als grens van een riviertje heeft. Gaarne zou ik nu dit watertje en deze griend van mij productief maken, .en wel door eenden. Nu komt echter l'embarras du clioix, daar met verschillende- omstan digheden rekening gehouden moet wor den. a. Het riviertje is betrekkelijk ondiep en modderig op den bodem. b Er is maar weinig tijl om zich met de eenden te bemoeien. c. Zij- mogen niet veel aan voer kosten. d. Op het riviertje vallen vaak wilde eenden neer en deze wil ik tusschen de tamme uitschieten, dus moeten de tamme op het eerste gezicht van de wilde te onderscheiden zijn. e. Zij moeten goede eierleggcrs zijn en gemakke'ijk als s'achtbee ten te verkoo pen. Welkè soort eenden zal ik nemen? Verkoopt U uit Uw fokkerij ook exem plaren, zoo ja, wat is de prijs?" Bij deze vragen kwam mij voor den geest, dat de schrijver, hoewel jaren lang in het buitenland, dan toch h'ijktrar de wereldbekende nationale ziekte der Hollanders no-g leelij-k te pakken had, n.l. wat wij zelf zeggen: vijf pooten aan een schaap willen hebben", of wat de Engelschman in een rijmpje zegt: The fa.ult of the Dutch Giving little and asking much. (de fout van den Hollander, weinig geven en veel vragen). De briefschrijver spant echter de kroon en heeft lie'st een duizendpootig schaap, geloof ik. Stel je vo-or. Weinig tijd om de dieren te verzorgen, niet veel aan voer kosten, er tusschen gaan schieten op wilde eenden en dan. nog goede legsters en goede vleescheenden. Hoewel ik heel graag wat verkoop als ik over heb, heb ik in deze niet eens de- moeite genomen een prijs te vragen en maar heel beleefd geantwoord dat „de eischen van den schrijver van dien aard zijn, dat ik, hoe wel ik kan zeggen, heel wat van de een denhouderij te weten, in dezen, toch niet durf te adviseeren". Wie zich voorstelt van eenden eieren of vleesch te krijgen zonder behoorlijke ver zorging en met jachtgeweren er tusschen schietende, die moet maar eerst eens een twintig jaartjes gaan probeeren zulke wonderbeesten te fokken en tegen dien tijd spreken wij elkaar wel eens nader. Nu wat de fouten der Campbells be treft: We begrijpen nu direct, dat de witte vlekjes of veertjes aan den hals terug slagen zijn op de stameend, de reebonle loopeend. Men lette er op dat als de hals goed ia, soms in den snavelhoek aan de koel, dus onder den kop, nog een witte vlek zit. Dit is alleen te zien al3 men de oend beet palet en onder den snavel kijkt. Keurmeesters die ik zag en en die Campbells keuren zonder ze onder den snavel te kijken, kennen dus hun vak riet. Meestal ziet men witte vlekjes samen gaan met geelachtige snavels. Ook deze geelachtige,' som, rose-acht'ge snavels her inneren aan de voorvaderen en zijn vooral bij woerden fout. Verder gaan lichte snavels vaak gepaard met witte veeren in den vleugel of onder-den vleu gel en een te lichte khaki-kleur. Bij- eenden ziet men heel vaak nog een fout, n.l. een lange, lichtere streep boven de oogen, een z g. wildstreep. Deze herinnert aan de wilde eend en waar de kop der eend, en trouwens de gehee-Ie eend zuiver effen van kleur moet zijn, vallen deze horizontale strepen, als wenk- brouwen boven de oogen direct op. Als we nu met deze eischen gewa pend khaki Campbell-oenden gaan bekij ken, b.ijft er niet veel goeds van over. Hoe moeilijk het is ze goed te krijgen kan ook uit de wildstrepen blijken, want bij volwassen woerden met donkeren kop ziet men ze niet, terwijl ze bij onvolwas sen, waar de kop nog niet de woerden- kleur heeft, ze wel zien kan. Koopt men dus een prachtige, volwassen woerd, dan weet men nog niets. Als ik u verder vertel dat men zelfs uit de beste, meest volmaakte tentoon stellingsexemplaren nog eenden en woer den fokt met witte vlekjes, gele sna. els, wildstrepen, dan zult U nu meteen begrij pen, waarom ik menschen die mij naar raszuivere Campbells vragen, altijd waar schuw met te zeggen: „U heeft toch wel heel veel geld, want ten eerste moet degene, die zulke zeldzaamheden van mij wenscht, driedubbel betalen, maar ten tweede zult u, als u in deze richting door wilt fokken, binnen eenige jaren geweldig veel geld er mee kwijt raken." Ik kan wel zeggen, dat ik bij. mijn allerbeste legsters eenden heb met witte vlekjes, doch dat ik er niet aan denk ze daarom op te ruimen. Geef mij maar.... eierenI Er komt ook nog bij dat „raszuivere" Cambe ls witte eie en moeten leggen en mijn beste eend, die in haar eerste jaar er 329 legde, groene eieren legde, die net zooveel opbrachten als witte! 1 Wie dus praat van raszuivere Camp bells, weet er eigenlijk niet veel van. Campbe.ls zijn kruising- producten, zooals moderne nutrassen (Barnevelders, Wel- summers,enz. enz.) In slooten gedragen ze zich meer als hoereneenden dan de loopeenden, ze zoeken dus meer in de slooten zelf, terwijl loopeenden meer op het land zoeken. De beste broedtijd is April en Mei en men kan dan van goed gefokte eenden een flinke .najaarsproductie verwachten. De eieren zijn over het algemeen kleiner dan die van reebonte loopeenden, doch altijd nog groot genoeg. De khaki Campbell is dus een zeer goede nuteend en stelt aan den tentoon- stellingsfokker zeer hooge eischen. Het is met de witte vlekken zoo sterk, dat vaak van goede eenden, geheel witte kuikens vallen, die dan in tegenstelling met andere eenden, vaak donkere snavels en pooten hebben. Meti denke dus als men broed eieren koopt niet te gauw aan bedrog, doch men heeft hier te doen met een terugslag waarjde fokker weinig aan doen kan. Dr. TE HENNEPE. Vragen, deze rubriek betreffende, kun nen worden ingezonden. Postzegel van 7ya cent voor antwoord insluiten.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1929 | | pagina 10