DE ZEEUW
TWEEDE BLAD.
Uit de Pers.
Het huisje aan den zeedijk
Staten-Generaal.
FEUILLETON
HM
VAN
WOENSDAG 13 FEBR. 1909. No. 114.
De Romelneehe kwestie.
In verband met de oplossing van de
Romeinsche kwestie brengt on.e N. Pr.
Gr. Crt. nogeens in herinnering het con
flict tusschcn het Vaticaan en "den Itali
aanschen staat.
Ons Groningsche orgaan bespreekt
daarbij ook de vraag, hoe de protestanten
in Europa en ook in ons land het berich!
van den val van den kerkelijken staat
ontvingen.
Heel eigenaardig was het, dat juist die
genen die de hoofdwaarheden van het
Christelijk ge'oof hadden vaarwel ge zeg 1,
waarheden die ook door Rome beleden
worden, het hardst juichten in den val
van den kerkelijken staat. Daar waren er
ook geloov'go protestanten, die, kortzich
tig, werkelijk meenden, dat de overwin
ning van de revolutionaire op de R.-
katholieke beginselen een Voordeel voor
het Christelijk geloof zoude kunnen zijn.
Maar de antirevolutionairen vielen niel
in die fout. Athans niet zij, die dicht
bij Groen van Prinsterer stonden.
Groen geloofde niet, dat het verlies
van den kerkelijken staat aan 'de Room-
sche kerk nadeel zoude brengen. Maar
ook al was dit het geval, hij' stelde
ook hier de kwestie zuiver: roof blijft
roof, ook al wordt zij den Paus aange
daan.
In onze Tweede Kamer kwam deze
statenroof ter sprake bij een interpel
latie van Roomschen kant. De humor
van het geval is, dat do interpellamt
he6lte: Kerstens. De afgevaardigde van
Boxmeor. Hy vroeg: heeft de regeering
roods Btappen gedaan om overeenkom
stigi den ultgedrukten wensch der
Katholieke Nederlanders het herstel der
Bouvereinileit van don Paus over den
Kerkelijken staat te bevorderen? Zoo ja,
is zü voornemens daarmede voort te
gaan? Heo't de regeering, zoo die stap
pen nojo' niet zyn gedaan, het voornemen
die alsnog te doen?
De minister van bultonlandsche zaken
antwoordde den interpellant, dat de re
geering niet voornemens was om iets
te doen in dezen. Het liberale lid Frans-
sen v. d. Putte wilde, dat de Kamer
zoude uitspreken, dat het niet de roe
ping van de Nederlandsche regeering was,
om stappen te doen tot herstel van het
wereldlyk gezag van den Paus. Thorbecke
bestreed deze motie. Toen kwam de mo
tie van mr Cremers, die eenvoudig haar
goedkeuring uitsprak over de houding
der regoering. -Deze motie werd met 39
tegen 35 stemmen aangonomen. Zy, die
verder wilden gaan in de richting yan
Franssen v. d. Putte stemden tegen de
motie-Cremers. Daaronder waren er ook
van de vriendon van Groen, die dit be
treurde. Hij zeide: men had als motie
moeten stellen: de 'Kamer, iederen sta
tenroof betreurende, gaat over tot de
orde van den dag.
Nu werd door de geloovige protestan
ten, die de dingen niet zoo goed door
zagen als Groen dit vermocht, wel erkend,
dat statenroof niet geoorloofd is maar
zij meenden, zooals in het fydschrift
„Christelijke stemmen" te lezen stond,
in het gebeurde een oordeel Gods te
mogen zien over de aanmatiging van het
Pausdom. Zy beschouwden don val van
den kerkelyken staa^, zooals men het toen
algemeen ze.'de, a's een alle^beheerschen-
de kwestie van werridboteekenis.
Groen zag dit anders. Hij keurde den
statenroof af. Of de Paus al dan niet
den kerkelijken staat had, achtte hy waar-
lyk niet een zoo groote zaak. En hy
verwees naar een woord van Gerlach.
Deze schreef, dat het gebeuren ten aan
zien van het Vaticaan stellig de aandacht
zeer waard was, maar, laat het ons niet
ontgaan, dus zeide hy, dat van veel groo-
ter beteekenis voor onzen tijd is de tegen-
door
HUGO KINGMANS.
51.) tp
Lia, kleurde. Zpo spontaan, onopge
smukt kwam de vraag or uit.
„Neen jongen. 'kBen nog nooit in een
'kerk geweest."
„O," zei Jan, maar ging er niet dieper
op in.
Grootmoeder Blankest verscheen in het
keukentje, gereed om mee te gaan.
„Zorg ie voor de koffie, Lia? Twaalf
uur ben ik wel weer terug."
„Gaat u uit de kerk niet mee naar huis,
Opoe?"
„Nee, jongen, vandaag niet,"
Lia begreep, dat dit anl3r3 gewoon'e
was. En zij zag den teleurgesteld en trek
op het gezicht van den jongen.
„Gaat u maar mee, Grootmoe," zeide
zy. „Ik vind het alleen wel."
„En hoe moet 'tdan met het eten?
Neen, nee, vandaag niet. We zullen la
ter wel zien, hoe het moet."
Lia voelde hoe hier een offer werd
gebracht om harentwille. Oom Adriaaa
stelling tusschen het Christendom en het
rationalisme, pantheïsme en atheïsme.
Tegenover Rome strijden wy over de
vraag welke de positie van den Paus
is. Maar tegenover het ongeloof gaat het
om de vraag, of er een persoonlijk God
bestaat, een Drieëenig God, Die de wereld
heeft geschapen, of Gods Zoon mensch
geworden is, of de Heilige Schrift het
Woord Gods is of een boek met niet
dan fabelen. En de loochenaars van al'e
Christelijke waarheid zyn in het Prote
stantisme in het bezit van vele kerke
lijke ambten. Dat is de gruwel onder het
protestantisme. En nu kan men zich wel
verheugen over den val van den kerke
lyken staat, maar dit is niets anders dan
de mug uitzijgen om den kemel door te
zwelgen.
TWEEDE KAMER.
Toespraak van den voorzitter.
De Voorzitter hield gisteren bü den
aanvang der vergadering de volgende
rede:
Geachte medeleden! Alvorens met on^e
werkzaamheden te beginnen, moge ik ook
van deze plaats een enkel woord tot u
spreken van hartelyken dank voor de
veelvuldige blaken van medeleven, die
ik in de afgeloopen maanden uwerziids
mocht ondervinden, van groote erkente-
lrjkh"id voor de uitnemende wiize. waar
op de heeren dr de Visser en Schaper
mijne taak in November en December j.l-
vervulden, van goede verwachting voer
onzen arbeid in de laatste maanden van
het vierjarige trdperk. we'ke arbeid, door
ons allen met opgewektheid te verrichten,
moge strekken tot heil van hot vaderland.
(Applaus.)
Zulderzeestounwst.
De heer Duymaer van Twist,
A.-R., vroeg een interpellatie aan over
de werking van de Zu'derzeoslonnwet.
Op dit verzoek zal vandaag beslist
worden.
Staatsmijnen.
Aan de orde was daarna do begrooting
der Staatsmijnen.
De heer Drop, S.-D., betreurde don
geringen invloed, dien de arbeiders ?n
het mijnbedrijf kunnen uitoefenen en ba-
sprak de noodzakelijkheid eener inter-
narionale kolenregelmg.
Spr. wen3chto voorts, oplossing van
het verzekerinesvraaastuk, doorbetaling
van loon op Christelijke feestdagen en
een wettelyken grondslag van do contact
commissie.
De heer Hermans. R.-K.. wenschte
een oplossing van de kwestie van het
algemeen mynwerkersfonds. Spr. meende
dat er bü het onderzoek inzake de ramp
in de mjjn Hendrik gebleken is van
plichtsverzuim en onvoldoende veilig
heidsvoorschriften.
De heer Ament, R.-K.. besprak de aan
den landbouw door mijnwater en verzak
kingen berokkende schade. Spr. drong aan
op een onderzoek.
De heer Smeenk. A.-R., bepleitte de
doorbetaling van do loonen op Christe
lijke feestdagen en verbetering van de
positie der ariooidscontroleurs. herzien'ng
van het mijnreglement en goed ove-leg
om het vertrouwen der arbeiders te her-
ste'lcn.
De heer de Visser (Comm.) betoogde,
dat de inkomsten van het bedrijf hoofd
zakelijk worden besteed om kerkelijke in
stellingen te steunen. Dit maakt dat de
arbeiders afhankelijk worden van d- daar
domineerende richting. Spr. acht dit on
toelaatbaar.
De heer Lang man, C.-H., bestred
den heer De Visser. De steun aan kerk
genootschappen belemmert niet de vrij
heid van den arbeider. Hij vroeg, waar
om die steun is verminderd.
De Minister van Waterstaat,
de heer v. d. Vegte betoogde, dat het
mönbedrijf geen slocht figuur maakt te
midden van andere bed "ij ven. Dat neemt
niet weg, dat hot oog gevestied moet blij
ven op de positie van den Nederlandschen
rrv'nwerker. Aan verbetering daarvan
wordt hard gewerkt.
Omtrent bet ongeluk in de nr'in Hen
drik wees spr. er op, dat er maar zeer
weinig is, dat Wy nfet zekerheid van de
zou er ook niet over te spreken zijn.
Voor het eerst kreeg zij de idee, dat zij
hier tot last was, omdat zij niet leefde in
do sfeer van de familie. Was zy iemand
Seweest, die ook naar de kerk ginig,
an was het gegaan a'9 gewoon. Het
stemde haar niet opgewekter.
„Nu, Lia, tot straks hoor. 'kZal eens
zien, of ie goede koffie kunt zetten,"
zei de oude vrouw.
„Dag Grootmoe. Dag, Jan."
Lia liep mede naar het rijtuig, om
Grootmoeder te helpen bij het instijgen.
Maar het was niet noodig. Met een veer
kracht, die verbazing afdwong; Stapte de
vier en zeventigjarige in het wagentje,
dat weldra wegreed door de sneeuw,
Lia liep, huiverend, het huisje weer in,
waar zij den ontbijtboel begon af te
wasschen, zy had dat in de vier aCgeloo-
pen dagen geleerd, want thuis had zij
het nooit gedaan, om daarna het kamer jo
wat op te redderen. Veel mocht er niet
aan gedaan worden, had Grootmoeder
gezegd. Zondag3 moest alleen het aller
voornaamste werk worden verricht.
Zoo was Lia in een half uur gereed. Zjj
keek op de klok. Het was nu negen uur.
Ze waren nu zeker op de boerJery, om
dan naar de kerk te gaan, die om half
tien begon.
Zij vroeg zich af, wat er toch allemaal
gebeurde in zoo'a kerk. En wat een iyd
ramp weten. Dat de directie partijdig was
en niet de leiding van het onderzoek
had moeten hebben, ontkent de M'n'ster.
In een reuzenbedrijf als de Staatsmijnen
verbeeldt de Directie zich niet, van alles
in het bedrijf op de hoogte te zijn. De
directie wilde weten wat in haar bedrijf
was voorgevallen en he^ft zoodoende een
onderzoek ingesteld. Daarnaast stond de
wettelijke taak van het toezicht om ook
een onderzoek in te stellen. Achteraf be
schouwd. zou het wl wenschelëker ge
weest zijn als het Staatstoezicht direct
de leiding had genomen.
Er zyn reeds voorbereidende maatrege
len om het mijnreglement te bezien cn
waarschijnlijk te herzien. De kwoslie der
doorbetaling op Chr. feestdagen zal spr
nog nader overwegen. Aan de kwestie
der subsidies wil spr. niet raken. Schade-
kwesties moeten in overleg met belang
hebbenden worden opgelost.
Nadat verschillende leden hadden gere
pliceerd. wérd de begrooting z.h.st. aan
genomen.
DE ZIEKTEWET,
Een adres van hst Kon Nederlamfsch
Landioouwcomité.
Aan den minister van Arbeid, Handel
cn Nijverheid is een adres gezonden,
waaraan het vo'goude is ontleen!:
Het K. N. L. C. staat in het alge
meen niet onsvmpathiek tegenover het
denkbeeld de arbeiders te ver .ekeren te
gen loonderving tengevo'ge van ziekte
Ook meent het, dat de werkgevers in
dezen een plicht hebben te vervullen
en dat zij aan deze verzekering hebben
mede te werken.
Het wetsontwerp bedoelt echter niet
uitsluitend een vergoeding te geven voor
loonderving. Was dit wel het geval, dan
zou de uitkeering bij zwangerschap uit
hot ontwerp moeten vervallen, of zo-u
deze uitkeering op zijn hoog3t gel ijl: go-
IwPlPIpff is
IBM&Mill
zaten de menschen daar in. Zeven kwar
tier had Grootmoeder gezegd, soms ander
half uur. Laat eens zien: twaalf uur
woer thuis? Zeker, dat kwam uit. En het
was nu pas negen I Wat moest zy die drie
uren toch doen?
Was zy maar mégegaan naar de kerk.
Het was toch geen kwaad. En dan was
zij Grootmoeder niet tot last geweest.
Thuis wisten zij het toch niet, behoef
den het ook niet te weten. Welja, zy
moest een volgenden Zondag maar mee
gaan. Dat was toch hier ook geen zit
ten.
Als zy eens een praatje ging maken bij
Vrouw Goedebuure? Dat was neg al een
aardig mensch. En zij was niet niar de
kerk, vertelde Grootmoeder. Er waren
kleine kindoren. 01 de man óf de vrouw
moest er thuisblijven. Dat was een idee.
Dat kon zij straks wel .doen. Maar het
was nu nog te vroeg. Eerst maar eens
wat lezen. „Eline Vero" van Couperus
boeide toch altijd. Zij had het boek al
enkele malen ge'ezen, maar h..t toch naar
hier meegebracht. Telkens ontdekte zij-
er iets schoons in.
En tóch, toen zij het boek uit haar
koffer op het zoldertje gehaald had en
was boginnou ie lezen, legde z'j hel
onvoldaan tor zyilo. Het le .en smaalde
niet. Zj} vond het erg eonzaam in het.
1 huisje en miste aeer Grootmoeier, aan
isteld moeten zijn met uitkeering bij
ziekte.
Door vóór en na de bevalling een
hoogere uitkeering voor te schr'j ea dan
bij ziekte en door de kosten van 'de
medische behandeling b'j de beval'.ng to
vergoeden, beweegt de we gever zich hier
oj het terrein d r mocderscha s:o g. E
is echter geon enkele reden, waarin de
werkgever in mecrlere mata zou rnoét n
bijdrngc-n in de voor:icning vUn deze
zorg dan e'ke anlero staatsburger met
oen gdlijk ink.om-m. Vooral de werkge
vers in het landbouwbedrijf, wi -r inko
men dikwijls belrocvnl k'cin is meten
het als een groote onrcch- vaardigheid
boschouwen, dat van hen in d -zen h ,}dra
gen worden g v;rl rl, torw'jl niet werk
gevers met voel hoogere inkomens zijn
vrijgesteld.
Het K. N. L. C. meent in het bijzonder
er togen te moeten opkomen, dat in
gov,al van beval ing behande ing door een
geneeskundige of vroedvrouw verieend
wordt voor rekening van dog nc, te wiens
laste hot ziekengeld komt. Waar steeds
is uitgegaan van de stel ing, dat de werk-
govor goen bijdrage zal hebben te geven
voor medische behandeling van zieke ar
beiders, heelt deze bepaiing ons ten
zeerste verontrust.
Verder komen er in het ontwerp bepa
lingen voor, die op het platte and kunnen
lei-den tot simulatie. Tot dit laatste geeft
het landbomvbeir f m- er aanVi-ling dan
de me s e andere bedrijven. Want in den
landbouw werken in sommige deelen van
het jaar een groot aantal personen mee,
die in andere perioden geen loondienst
verrichten. Dit. is o.a. dikwijls het geval
met vrouwen, jeugdige personen, arbei
ders die geregeld des winters werkloos
zyn en met personen, die zelf land in
gebruik hebben, maar die toch in den
drukken tijd voor loon werken. Vooral
in de zandstreken is deze laatste groep
zeer talrijk.
wie zy in deze enkele dagen zich
zoo was gaan hechten.
Melancholiek gestemd keek zij naar bui
ten, waar zy weer werd getroffen. De
schoonheid van de ongerepte sneeuw op
het veld maakte een diepen indruk op
haar, welke indruk nog verhoogd werd
doordat de zon van achter de wolkan
te voorschijn kwam en haar zwakke stra
len op de sneeuw afzond.
Wat was hot toch mooi daarbuiten.
Wat een verschil met het leven in de
stadl Mama en Annie lagen natuurlijk
nog te bed. Dat was met haar anders ook
zoo. Dan ontbeten zij op de slaapkamer.
En zoo tegen een uur of twaalf stonden
zij op. Vanavond zouden zij wel weer
uitgaan, naar een concert of naar den
schouwburg. 0, wat was zij dankbaar, dat
zij hier was. In die enkele dagen was
zij al tol rust gekomen. Wat een ander
leven was dat toch. Thuis lachten zy
haar uit, natuurlijk. MaaT ze liet hen
lachen. Want bij al hun ui'gaan hadden zjj
toch niets. Je word or zoo nerveus van
Hoe mooi toch daarbuiten! Onwi'le-
keurig dacht Lia aan de opmerkingen van
Grootmoeder vanmorgen, even na het op
staan. Wat was dat oudje toen
enthousiast 1 Natuurlijk moest teen de Bij-
bol or by te pas komen. Grootmoeder
loefde bij den Bjjbel. Gek was dat toch
Het was toch waar sea gewon boek,
Indien iemand, behoorende tot een der
enoemdo groeien ziek wordt gedurende
en t'jd, waarin hij loonlienst verricht,
zal h'j in vele gevallen ziekengeld kun
nen blijven trekken in een periole, ge
durende welke hij anders goen loon ont
ving.
Hetzelfde is ook het geval, indien hij
ziek worll in de eerste maand, volgend
op het einligen z'jner werkzaamheid als
arbeider. Het ziek zij,n kan dus voor
hem of haar financieele voordooien op
leveren.
Verder zal het, in verband met de uit
keering van zi- -,leengeld, naar een bepaalde
loonklasse en do sok wisse ende loon-
standaard in verschillende tijden des
jaars, heel dikwijls voorkomen, dat meer
of mindor ziekengeld wordt genoten dan
het loon bedraagt.
Het K.N.L.C. is van meoning, dat het
door hel wetsontwerp gehuldigde begin
sel van het gezamelijik betalen door werk
gever en werknemer van de kosten der
zjekleverzekcriag alles ins aanbeve ing
ver-dient cn dat iedere andere regeling
onaannemelijk is.
Fr dient op te worden gewezen, dat
veelal is gebleken, dat met simulatie re
kening moest worden gehouden.
Bij een wettelijke regeling der ziekte
verzekering zijn de kansen op simulatie
veel groeier, doordat vroegere organisa
ties minder betrouwbare leden konden
buitensluiten en doordat de uitkeering
meestal veel lager was. Onderlinge con
trole der verzekerden kan dan ook bij
wettelijke ziekteverzekering nog minder
gemist worden, dan bij de bestaando
kassen.
Bij uitvoering van de regelingen, die in
het voorliggende ontwerp van Wet zjjn
aangegeven, zal de ziekteverzekering ten
platteiande in hoofdzaak door bedrijfsver-
eenigingen worden uitgevoerd. Deze zul
len noodzakelykc-rwijze voor e'k dorp of
voor elke groep van dorpen afdeelingen
moeien stieftten, die de dageljks voorko
mende zioktegovallen hebben te behan
delen.
Deze plaatsolyke afdeelingen zullen
door werkgevers en werknemers be
stuurd moeten worden.
Of dit bestuur voor z'jn moeilyko taak
berekend zal zyn hangt in de allereerste
plaats af van de vraag of de werknemers
leden dezelfde belangen hebben te be
hartigen. i
lnuion de werknemers een deel der
promie betalen is dit inderdaad het ge
val en zal een harmonieuse samenwer
king tol. 8 and kunnen komen, welke tot
moer ondorLnge waarrleering kan leiden.
Ook zal het bestuur dan krach ig kunnen
optreden togen simulatie en tegen an
dere dingen, die de verzekering noode-
loos duur zouden maken.
Geheel anders wordt do toes!and, al3 de
promie geheel word. g 1 gd op de schou
ders van do werkgevers. Want dan
zullen de vertegenwoordigers van
do werknemers door de verzeker
den zoo mogelijk worden gedwongen
hun taak zoo op te vatten, alsof zo er
slechts voor hadden te zorgen, dat het
ziekengeld ook benoorlijk wordt uiLgo-
koerd. Zy, die een andere opvat ing van
hun functie zouden hobben, zouden in
vele goval.en door hun medearbeiders
worden aangezien voor menschen, die bjj
de werkgovers in het gevlei trachlen te
komen.
Van een onderlinge contrCle is dan
geen rprake meer.
Hot, honinklyk Nedorlandsch Landbouw-
Comité is er van overtuigd, dat bij een
wet.e.ijke verzekering, waa.bjj alle kos
ten worden gedragen door de werkge
vers, een groot deei der premie ten plat
teiande niet zal worden besteed voor
een vergoeding voor loonderving, door
hen, die werkelijk ziek zyn. Een derge-
lyke verzekering legt een zwaren last
op het bedrijf, oen last, die ten slotte
ook de loonen der arbeiders moet druk
ken.
Een hooge premie toch zal de kans
op loonsverhoog'ng verminderen en de
kans op loonsve laging vergrocton, terwyl
ze bij het constant blijven van het Ipon
aanleiding geeft tot een beperken van
het aan'al in dienst te nemen arbeiders.
Het K. N. L. C. acht vodje-r een ver-
hooging van het ziekengeld van 70 tot
80 pet, van het loon ongewensch-t. Daar
door toch wordt afgeweken van het ook
alleen wat godsdienstig.
Zij moest toch eens lezen, wat er van
do sneeuw stond. Als zy böt nu maar
vinden kon. Want het was zoo'n dik
boek! Psalm 147 had Grootmoeter ge
zegd. Dat zo,u toch wel te vinden zyn
na wat gezoek,
Lia voegde onmiddeTyk de daad bij de
gedachte en nam den Bijbel van Groot
moeder, dien zy opensloeg. Op de eerste
bladzijde, waarop onder elkaar verschil
lende namen waren geschreven met een
ongeoefende hand. En niet door één per
soon, maar door verschillende.
Nieuwsgierig bekeek zy die namen, tot
haar trof den naam van haar moeder en
dien van oom Adriaan. Toen esret be
greep zij recht, wat dit bateekende: het
was een geslachtsregister! Het ging wel
drie geslachten terug. Het bestudeeren er
van nam heel veal tijd in beslag. Maar
telkens werd het Lia helderder.
Dat was dus Grootvader, de man van
Grootmoeder. Achter zyn naam. evenals
bij bijna a le andere namen stand g schre
ven, wanneer hij overleden was. En op
zijn naam vo'gden anderen. Zij tolde er
zes. Achter vier namen stond over'eden
en dan de datum. Achter twee nainon
stond dat nietMarie en Adriaan
(Wordt vervolgd.)
Twee foto's van den geweldigen brand te Leiden, die het fraaie stadhuis be
nevens nog drie perceolen gisterochtend vroeg in de asch logde, (bovenste foto
voorzijde, onderste fto het gebouw van den Burgert. Stand a. d. Vischmarkt,
achter het sladhuis, waar do brand ontstond.