union-castle lijn Wat er deze week voorviel. NAaR zuid-afrika Dammen. VASELINE- Chesebrough Het Vrouwenhoekje. Agenten: KUYPER, VAN DAM SMEER ROTTERDAM. Het trok in de afgeloopen weok telkens weer de aandacht dat de barometerstand zoo buitengewoon gunstig was, terwijl toch het frisBche vriesweer waarop in verband daar mede wol eenigszins gerekend werd, uitbleef. 'tWas dag aan dag vochtig en somber en triestig. Zoo gaat 'took nogal eens op ander gebied. Als men sommige bladen leest, dan staat de politieke barometer, wat de internationale politiek betreft, wel zoo mooi als 't kan. Maar de werkelijkheid is vaak zoo geheel anders. Dat bleek nog weer deze week, toen Bolivia en Paraguay elkaar in de haren vlogen en ook in de slotvergadering van den Volkenbondsraad, waar 't een oogenblik ver van rustig was. Gelukkig is men nu zoover naar 't schijnt, dat de opgewonden Zuid-Amerikaansche Staten naar rede .beginnen te luisteren, zoodat er alle kans is, dat erger zal worden voorkomen. In België houdt de verkiezing van Borms nog steeds de gemoederen in beweging, en in Engeland is het de ziekte van den Engel- schen Koning die de algemeene aandacht trekt. Volgens de laatste berichten schijnt thans het levensgevaar vrijwel geweken en is er alle hoop op een langzaam herstel. Bij de berichten pmtrent den toestand van den Koning trok het de aandacht hoe waar- deerend de leiders van de Engelsche arbeiders partij zich over den Koning uitlieten. Tot die hoogte hebben de socialisten zich in ons land nog niet kunnen opwerken en nog minder zouden ze willen doen wat Mac Donald deed, toen hij schroef, dat ook de Ar beiderspartij' gaarne instemt met de bede dat de Koning geheel mag herstellen. Trouwens de S. D. A. P., stel ze zou zich in dien geest willen uitspreken, zou dat, omdat ze nu eenmaal door de Communistische zweep wordt voortgedreven, niet durven. Hoe sterk daar 't klappen van die zweep gevoeld wordt is dezer dagen bij de behan deling van da Indi'sche begrooting in de Tweede Kamer gebleken. Wat toch eigenlijk een treurige houding, van een zoo sterke partij. De Kamer doet haar uiterste best om nog voor Kerstmis met de begrootingen klaar te komen, en vermoedelijk zal dat wel gelukken ook. Bovendien werden deze week nog enkele kleinere ontwerpen afgedaan, w. o. de ver laging van den gedistilleerd-accü'ns. De „Kerstvliegers" zijn op hun tocht naar Indië niet bepaald gelukkig, wat temeer jam mer is, omdat velen hier en in Indië elkaar met de feestdagen en in de jaarwisseling hoopten te verrassen. Nog net voor de Kerstdagen een gewijzigd ont.werp-Ziektewet ingediend, tegelijk met de publicatie van het verslag der Commissie van voorbereiding. Zou dan toch nog voor de verkiezingen de Ziektewet worden afge handeld Terwijl wy dit schrijven zijn de Staten van Zeeland bezig met de behandeling van het electriciteitsvraagstuk. Laten we hopen dat nu eindelijk een beslissing valt, waardoor een oplossing van deze kwestie wordt ver kregen. Wij willen dit korte overzicht niet eindi gen zonder al onze lezers een gelukkig Kerst feest te hebben gewenscht! Zij er bij velen ware Kerstvrede en Kerst vreugde I BRIEVEN UIT HET LAND VAN CADZAND. XXVI. Aardenburg in gevaar. Een bui- tendorpsche vijand. Een „licht"- kwestie. Niet gewaardeerde pogin gen om meer licht te brengen. Wat Aardenburg boven het hoofd hangt. De vroede vaderen van Aardenburg trekken weer ten strijde. Neen, geachte lezer, nu eens niet tegen elkaar. Eens geen gast- of weeshuiskwestie, geen recht- zaakje onder elkaar, geen politiek zaak je, in den komenden strijd staan z,e nu eens eensgezind, 't Is hier, als in 1914, toen het land in gevaar was en alle burgers in de eerste dagen schouder aan schouder stonden. Zoo staan nu ook de vroede vaderen van Aardenburg schouder aan schouder tegenover den vijand van buiten, 'tls wei een beetje vreemd ge zicht, ook voor henzelf, maar zoo ziet men weer de waarheid bevestigd van het spreekwoord, dat het bloed kruipt, waar het niet gaan kan, en zoo 'is het met hel Aardenburgsche blijkbaar ook zoo. Om eerlijk te zijn en Aardenburg niet te idealistisch voor te stellen, wil ik er dadelijk bijvoegen, dat de portemonnaie in het gedrang komt. Maar nu ter zake. De kwestie is, dat Aardenburg bedreigd wordt door een „Licht" gevaar. Geen licht gevaar (zet ter, pas op), maar een „LICHT" gevaar. Ongeveer een 15-tal jaren geleden werd door de gemeente Aardenburg een con tract gesloten met de Industriëele maat schappij „MABEG" te Utrecht, waarbij deze zich verbond gas van deugdelijke kwaliteit in de gemeente Aardenburg te leveren. Het meer of minder wijs beleid van de vroede vaderen van Toen zullen we nu maar laten rusten, het doet trou wens aan de kwestie van heden af noch toe. Wel wilde in de zitting van den ge meenteraad van verleden week één der „schouder aan schouder staanden" even uit de rij stappen, om daar eens over te schermutselen, maar de commandant zet te Ijem weer netjes in het rijtje. De Mabeg, die zoo goed was aan de gemeente ardenburg, de levering van gas te garandeeren, had bij het opmaken van het contract wel gezorgd, dat zij het PER lijntje strak hield, daar had ze trouwens gelijk in ook. In het contract toch komt de volgende bepaling voor, en ik zal er een zinnetje uit spatiëeren: „De gemeente verbindt zich gedurende den duur der overeenkomst aan derden geen concessie te verleenen voor het hebben leggen of onderhouden van gas buizen, electrische geleidingen voor licht of toestellen van een ander licht leve rende inrichting in de wegen en voet paden, welke eigendom der gemeente Aardenburg zijn en niet zijn ge plaatst op den door Ged. Sta ten van Zeeland vastgestelden ligger van wegen en voetpaden, noch concessie te verleenen voor het leve ren van gas, electriciteit voor licht of ander licht, noch zelf gedurende dien tijd gas, electriciteit voor .licht of ander licht aan particulieren te zullen leveren of ten behoeve van hare eigendommen of openbare doeleinden te zullen vervaar digen, of te zullen doen vervaardigen, hetzij in vereeniging met derden, hetzij door derden." Steek daar nu eens een speld tus- schen De Mabeg heeft van zijn gaslevering niet veel plezier beleefd. In de verloopen jaren is een verlies geleden van onge veer f40.000. Op alle manieren is reeds geprobeerd het gasverbruik in Adrden- burg op te voeren en aldus het ver lies in .winst te doen veranderen, maar het is tot heden nog niet mogen gelukken. En nu Jtwam tot overmaat van ramp in 1926 de Provinciale Zeeuwsche Elec- triciteitsmaatschappij, laat ons dat troetel kind van zekere andere vroede vaderen maar Pezem noemen, met het verzoek over het grondgebied van Aardenburg electricileitsgeleidingen aan te leggen, om Draaibrug, een deel van Aardenburg, van licht te kunnen voorzien. Zooals te begrijpen, weigerde het ge meentebestuur dit toe te staan, op grond van het contract met de Mabeg. Niet uit conservatisme om het electrisch licht uit Aardenburg te houden, hoe meer en helderder licht in Aardenburg, hoe liever. De Pezem ging in beroep bij Ged. Sta ten. Voor Ged. Staten is toen door den rechtsgeleerde, die namens de gemeente Aardenburg optrad, een pleidooi gehouden dat niet voor de poes was. Een af doende beslissing is toen echter niet ge nomen, maar een tijdelijke oplossing ge vonden, dat aan de Pezem, met verlof van de Mabeg, vergund werd voor een jaar de leidingen aan te brengen. Dit ver lof is voorts ook voor 1928 verlengd. Uitdrukkelijk heeft toen het gemeente bestuur bij Ged. Staten aangedrongen te gen 1 Jan. 1929 een oplossing te vinden, maar dit is niet gebeurd en zoo blijkt dat tijdelijk verlof slechts uitstel van exe cutie ,te zijn geweest. De Mabeg toch heefL het gemeentebestuur doen weten, dat zij er absoluut niet in toestemt, dat ook na 1 Jan. aanstaande, die electrische geleidingen blijven, terwijl de Pezem die leidingen nog wil uitbreiden. En nu is Leiden, oftewel Aardenburg in last. Wanneer ajj 'die leidingen Iaat liggen en dus de mogelijkheid tot elec- triciteitslevering aan inwoners van Aar denburg blijft bestaan, wordt contract breuk gepleegd, tegenover de Mabeg, en zijn de finantiëelo gevolgen niet te over zien. Wanneer ï'ij het niet toelaat, wat zul len Pezem enGed. Staten doen. Deze zijn n.l. van meening, dat het ver bod niet geldt voor de wegen, die wel op den legger van wegen en voetpaden voorkomen en daarom onderstreepte ik, zie boven, een zin uit het contract. Dit zou toch zijn het bij overeenkomst af stand doen van een publiekrechtelijke be voegdheid, van de zijde der gemeente Aardenburg, en dat kan niet. Wanneer nu de rechter dit moest uitmaken, liep de gemeente Aardenburg altijd nog de kans, dat het zou winnen, hoewel ook weer piet het risico te verliezen (en dat risico mag een kleine gemeente om den grooten finantiëelen strop toch zeker niet loopen), maar de zaak moet beslecht worden door arbiters, die naar recht en billijkheid moeten oordeelen. En dan is de uitslag niet twijfelachtig. Het eenige doel van de bovenaangehaalde clausule uit de overeenkomst indertijd gesloten is toch, van de zijde der Mabeg, dat zij absoluut het monopolie kreeg voor de lichtlevering in de gemeente Aardenburg en dat wordt haar dan ontnomen, waar door de verliezen, die zij lijdt nog groo- ter zullen worden. Zoo is op het oogenblik "de toestand voor Aardenburg allesbehalve rooskleurig. Zijn met 1 Jan. a.s. de palen enz. niet opgeruimd, dan begint de Mabeg met de pachtsom van f4726 niet te betalen. Strop No. 1. De volgende strop aan sprakelijkheid voor het verlies van f 40.000 terwijl als het contract tot het einde van den tijd waarvoor het loopt (nog een 20 jaar) wordt nageleefd al het geleden verlies voor de Mabeg is. Wat de gemeente Aardenburg zal doen is nog niet bekend, daar de gemeente raadsvergadering, waar het bovengeschre- vene werd medegedeeld jn een geheime zitting overging. Met belangstelling wach ten de Aardenburgers den loop van za ken af. En het bestuur der gemeente hoopt van harte, dat Ged. Staten, wier plicht het is de gemeenten met raad en daad bij te staan er voor zullen waken, dat Aardenburg, dat trouw zijn eens gegeven woord aan de Mabeg wil gestand doen, in groote finantiëele moeilijkheden komt. VREEMDELINGEN OVER ONS LAND. In „De School' met den Bijbel" schrijft V. interessante schetsen over het eenigen tijd geleden gehouden Intern. Chr. Onder- wijscongres. Wij ontleenen daaraan het volgende: Den Zaterdagavond had ik een Duit- scher op bezoek, die zich eens heel nauw keurig wilde laten inlichten over de Hol- landsche onderwijstoestanden. Daarover hebben /we zoo eens een paar uurtjes geplaudert. Hoe komt een school tot stand? Wie betaalt bouw en inrichting? Wie de sala rissen? Openbaar en Bijzonder Onderwijs? Waarborgsom? Wie benoemt en ontslaat de onderwijzers? Schoolinspectie? Welke macht heeft het Bestuur? Hoe komt zoo'n Bestuur er? Oprichting eener Schoolver eeniging, Commissie van beroep, kortom alle belangrijke zaken werden besproken en genoteerd. Eerst in het Hollandsch, want hij. wilde de Hollandsche termen kennen en toon in 'tDuitsch. We hebben menig velletje volgeschreven I „Laat ze nu in Duitschland nog maar eens over vrijheid spreken," riep onze Duitscher geestdriftig, uit. Ik zal' op alle vergaderingen zeggen: „Wat praten jullie over vrijheid. Wil je weten, wat vrij heid is, ga dan naar Holland 1" 's Zondagsavonds had ik een Duitschen Pfarrer op bezoek. Ik vroeg hem zoo „Wie heeft er nu vandaag bij U ge preekt?" En luistert nu dorpscollega's, die misschien voor zoo iets ook wel' eens aan de beurt komt: „Der Lehrerl" „En komen ze dan ook trouw in de kerk?" Het antwoord was net, als het hier zou zijn. Eigenaardig klonk het mij toe, dat het liturgisch gedeelte van den dienst in de streek, waar onze Pfarrer vandaan kwam, gezongen werd. Een dominéé, die den dienst niet 'kan zingen, zouden de men- schen zich eenvoudig niet kunnen voor stellen. En dan b.v. het Onze Vader o p- zeggen, dit kan toch niet? Dat behoort toch gezongen te worden We hadden een gezelligen avond, waar op we allerlei Bijbelsche en Godsdienstige vragen bespraken. Ik vond het zoo leuk eens met iemand te spreken, die onbe vooroordeeld tegenover onze Hollandsche kwesties stond. Zéér verwonderd was mijn bezoeker er over, dat er hier Christenen, ja geheele kerken zijn, die alleen Psalmen zingen en die in de kerk geen Gezangen of Liederen hebben. Dat kon hij zich niet in denken. En dat er nu ook van dergelijke menschen op het congres waren geweest, met wie hij toch zoo prettig gesproken had die en die ook al? daarover haalde hij de schouders op. „Das ist mir doch zu eng". 's Maandags trek dezelfde dominé naar Amsterdam om het Rijksmuseum te be zoeken. De stad maakte een kolossalen indruk op hem. En dan die fietsen! Als mieren krioelde het door e'lkaar. Toen hij op zeker druk punt wilde oversteken, had hij wel' een half uur gewacht en toen hij nog geen kans kreeg, was hij maar een eind doorgeloopen om op een ruMiger punt zijn geluk te beproeven. En dan was hij aangehouden door Spitz- buben, tweemaal achter elkaar op ver schillende punten der stad. Ze hadden hem een gouden horloge willen verkoopen voor 60 Mark. Slechts met moeite was hij van hen afgekomen. Dat is me nog eens een stad, dat Amsterdam! Maar wat kun je er lekker en goedkoop elenl Speck mit Sauerkraut! Wunderbar! Nog nooit, zulk lekker spek gegeten voor zóó weinig geld. En zooveel je maar wilde 1 'tLag hem 's avonds nog zwaar op da maag, want voor hij zich te bed begaf, moest hij toch eerst nog even een flink glas water drinken. Vanwege het „wunderbare" spek! In het gebruiken van gepeperde uit drukkingen waren onze gasten toch nog al sterk. Wie het in politiek opzicht niet met hen eens was, werd al gauw met den bijnaam Schweinhund, Halunke, Spitzbube of filou betiteld. Wij doen dat niet zoo gauw, nietwaar? Voor hij Dinsdagsmorgens vreer „ab- reiste", liet hij nog eerst zijn „Schiagring" zien, een sterken ijzeren ring met vijf openingen voor de vingers, aan den bo venkant met stevige, stalen punten bezet ,,'t Is zoo'n rare tijd in Duitschland en ik mocht eens op "de zwarte lijst staan! Een flinke duw in 't gelaat met dezen Schlagringl I Maandagmorgen kregen we nog bezoek van een Duitschen schoolmeester uit Tsjecho-Slowakije, die graag de school eens wilde zien. Hij had gehoord, dat die zoo mooi waren in Holland. Ik wenschte wel, dat U eens getuige had kunnen zijn van zijn bewondering. Hij kwam woorden te kort. „Wat een prachtschool alles zoo ruim en groot. En wat eei. prachtig gekleurd raami Ik kom er heele- 1 maal van onder den indruk, 't Lijkt wel oen kerk. En hier in de hal heoxscht heilige stilte. En hoe rustig zitten de kinderen te werken. Wat een genot moet het zyn hier te mogen arbeiden! Wat zijn wij dan toch ver ten achter!" Op dozo wijzo trachtte hij uitdrukking te geven aan zyn gevoelens. 'tWas me een waar genot hem alles te laten zien. Gelieve alles, deze rubriek betreffende, te adresseren aan P. Mons, Westerstraat 221, Amsterdam. Probleem No. 66. Auteur: W. Dommisse, Zoutelande. 1 2 3 4 5 Arrond.-Rechtbank Middelburg. Door de Rechtbank te Middelburg wer den gisteren de navolgende vonnisseD uitgesproken diefstal: M. J. R., 53 j., landbouwer te Hoek, in voorarrest, 4 mnd. gevange- nisstrai met aftrek voorarrest; W. M. de J., 27 j., reiziger te Middelburg, f25 of 25 d. h.; I'. S., 42 j., landbouwer te 's Gravenpolder, vrijgesproken. Heling: J. W. V., 23 j., machinist te Sliedrecht, 115 of 15 d. h. Bedreiging: J. v. d. B., 51 j., landbou wer te Bruinisse, f25 of 25 d. h. Ontucht met kinderen: J. J. v. d. V. 56 j., hotelhouder te Zierikzee, f 500 boete of 3 maanden hechtenis; C. W. F., 55 j., commissionair te Goes, 3 mnd. gevan genisstraf voorwaardelijk Overtreding Vleeschkeuringswet: J. J. M-, 67 j., slager te Middelburg, appèlvon- nis Kantongerecht Middelburg. Vonnis waarvan beroep bevestigd, f25 of 25 d. h. Overtreding Motor- en Rijwielwet: J. C. M., 55 j., koopman te N. en St. Joosland, appelvonnis Kantongerecht te Middelburg. Bevestiging vonnis waarvan beroep f 10 of 10 d. h. Verduistering ten nadeele van het Stedelijk Museum te Vlissingen. Door de Rechtbank tp| Middelburg werd heden behandeld de zaak tegen J. H. K., 48 jaar, destijds concierge van het Gemeentelijk Museum en wonendel aldaar, in 'voorarrest te Middelburg, die blijkens de dagvaarding er van verdacht wordt zich op verschil lende tijdstippen in 1927 en 1928 in zijn kwaliteit van concierge van het Gemeente lijk Museum te Viissingen, in welke kwa liteit hij onder zijn bewaring en bewa king had verschillende uit oudheidkundig oogpunt waardevolle gouden munten, zich wederrechtelijk verscheidene van die gou den munten heeft toegeëigend en te heb ben beleend, o.a. een tweetal gouden tientjes met den beeldenaar van 'Willem I, een met beeldenaar van Willem II, een met beeldenaar van de Koningin, een gou den vjjfje met beeldenaar van Willem I, een pond sterling met beeldenaar van Koningin Victoria, een heele en een halve gouden ducaat, een gulden van 1832, en een van 1898, twee van 1840, een gouden dubbele ducaat van 1732 en een van 1844. Verdachte werd rechtskundig bijgestaan door Mr v. d. Slikke, advocaat te Vlis singen. Als getuige in deze zaak werd gehoerd van Grol, conserv&tor verbonden aan "het Stedelijk Museum te Vlissingen, die ver slag deed van de munten welke werden vermist. Volgens getuige voldeed verdachte aan vankelijk goed. Later werd getuige ge waarschuwd door den Burgemeester die iets over de handelingen van verdachte had vernomen van de zijde der politie. Verdachte kon bij de voorwerpen omdat hij in het bezit was van de sleutels der vitrines waarin de munten werden ten toongesteld, omdat sommige stukken wel eens moesten worden opgepoetst. Verdachte door den President onder vraagd, erkent de door "hem gepleegde verduisteringen. Hij genoot in zijn kwa liteit van concierge eenig tractement en emolumenten. Bovendien genoot hij een vrij goed pensioen, doch zegde veel noo- dig te hebben gehad voor eigen gebruik. De Off. van Justitie acht de feiten bewezen, n.l. verduistering gepleegd door iemand die het verduisterde krachtens zijn betrekking onder zich had. De Off. acht het een ernstig feit en eischt een gevangenisstraf van 8 maanden voorwaar delijk met een proeftijd van 3 jaar en bijzondere voorwaarden omtrent ver- dachte's gedrag. Verdachte's raadsman, Mr v. d. Slikke, kon zich met het requisitoir van het O. M. vereenigen en had daaraan niet veel toe te voegen. Ook hij achtte hier een voorwaardelijke straf op zijn plaats, omdat de man door drankmisbruik tot zijn daad is gekomen en thans maatregelen tot zijn herstel kun nen worden getroffen. BIJ KLEINE KINDEREN is bijzondere zorgzaamheid noodlg ter voor koming van vervelling en ontstekingen Het beste middel daartoe Is Vascllne- Chesebrough. Bestrijkt Baby's tcere deelen vóór het bad ruim, en nh hot bad licht met Vaseline-Chesebrough, en Uw kind zal zich Weer spoedig wel bevinden. Lj:C er vooral op, dat gij het zuivere natuurproduct (Spreek uit: Tschiesbro) gebruikt. Het is "t eenige. dat vrij van zuren, zonder reuk of smaak Is. Zwart: 7 sch. op 3, 5, 11, 12, 13, 16, 22 en dam op 48. Wit: 9 sch. op 15, 23, 24, 26, 32, 35, 38, 44 en 49. Wit speelt en wint. Oplossingen binnen 8 dagen na laatste plaatsing in elke maand. Om het wereldkampioenschap. De volgende partij werd gespeeld tus- schen Bélard met wit en Springer met zwart. 47 48 49 50 1. 34—30 20—25 2. 32—28 25X34 3. 39X30 16—21 4. 37—32 21—26 5. 32—27 26X37 6. 41X32 15—20 7. 44—39 20—24 8. 4641 11—16 9. 41—37 17—21 10. 37—31 21—26 11. 50—44 26X37 12. 42X31 18—23 13. 47—42 6—11 14. 30—25 11—17 15. 33—29 24X22 16. 27X29 12—18 17. 29—24 19X30 18. 25X34 7—12 19. 39—33 14—13 20. 44—39 10—14 21. 33—28 5—10 22. 39—33 19—24 23. 43—39 13—19 24. 34—30 18—23 25. 30—25 10—15 26. 31—27 17—21 27. 27-22a) 13—18 28. 22X13 9X18b) 29. 36—31 8—13 30. 31—27 4— 9 31. 40—34 1— 7 32. 34—30 7—12 33. 49-44 12—17 34. 44—40 2— 8 35. 39—34 24—29 36. 33X 24 14—20 37. 25X14 9X29 38. 30—25 3— 9 39. 39-35c) 9-14<l) Stand na den 39en zet van wit: 47 48 49 50 40. 40—35 41. 45X34 42. 25X14 43. 28X19 44. 30X13 45. 38—33 46. 42—37 47. 48X37 48. 3429 29X40 14—20 19X10 13X14 17—22 22X31 31X42 18—22 10—14 49. 19X10 50. 32—28 51. 37—32 52. 33X42 53. 29—23 54. 35—30 55. 23—18 56. 28—22 57. 42X31 15X 4 22—27 27X38 21—27 16—21 21—26 27—31 31—37 26X37 Remise. a) Met het doel schijf 36 in spel te bren gen. b) Dreigt met 2127 enz. c) Wel het beste. Op 34-30 volgt zwart met 1822, wit 27X18, zwart 13X33. Nu mag wit 4034 niet spelen wegens zwart met 29X40, wit 38X18, zwart 4044. Op 1812 volgt zwart met 913, wit 12X3, zwart 2126, wit 3X21, zwart 16X47. d) Op 1822 volgt wit met 27X18, zwart 13X33, wit 3228, izwart 23X43, wit 34X12, zwart 17X8, wit 48X28. BIJ VERSTOPPING, spijsverterings storingen, maagbranden, congesties, alge meen gevoel van onwel zijn, neme men 's ochtends op de nuchtere maag een glas natuurlijk „Franz-Josef'-bitterwater. Vol gens de in klinieken voor inwendige ziekten opgedane ervaringen ishet,,Franz-Josef"- water een uiterst weldoend afvoermiddel. Duimpje zuigen. Een lezeres schrijft aan de Rott.: Me dunkt er zullen wel jonge moeders in den lande zijn, die niet weten welke schadelijke gevolgen het zuigen op duim of vinger op het jonge kind kan uitoefe nen. Uit eigen ervaring het volgende: Bijna tien jaar geleden werd onze eer ste dochter geboren en de baker wist ons al gauw te vertellen „nou, dat wordt een zoet kind want het zuigt op d'r duimpje". Die gewoonte om telkeDS op den wijsvinger te zuigen als 't zich ver veelde, wanneer ze moe was en ging slapen, heeft het kind ongeveer tot haar zevende jaar gehouden. We verboden het haar wel vaak en werkten op haar eer gevoel om toch niet zoo'n kleine meid te wezen, doch afgezien van de onsma kelijkheid waren we toch niet doordron gen van den ernst van het geval. Intusschen kreeg het kind de blijvende tanden en de bovenste snij'anden kwamen er wonderlijk "door, zoodat ik met haar naar den tandarts ging, die het kind di rect toevoegde, „jij zuigt op je duimpje 1"

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1928 | | pagina 6