union-castle lijn
Wat er deze week voorviel.
NAaR zuid-afrika
Dammen.
VASELINE-
Chesebrough
Het Vrouwenhoekje.
Agenten: KUYPER, VAN DAM SMEER ROTTERDAM.
Het trok in de afgeloopen weok telkens
weer de aandacht dat de barometerstand zoo
buitengewoon gunstig was, terwijl toch het
frisBche vriesweer waarop in verband daar
mede wol eenigszins gerekend werd, uitbleef.
'tWas dag aan dag vochtig en somber en
triestig.
Zoo gaat 'took nogal eens op ander gebied.
Als men sommige bladen leest, dan staat
de politieke barometer, wat de internationale
politiek betreft, wel zoo mooi als 't kan.
Maar de werkelijkheid is vaak zoo geheel
anders. Dat bleek nog weer deze week, toen
Bolivia en Paraguay elkaar in de haren
vlogen en ook in de slotvergadering van den
Volkenbondsraad, waar 't een oogenblik ver
van rustig was.
Gelukkig is men nu zoover naar 't schijnt,
dat de opgewonden Zuid-Amerikaansche Staten
naar rede .beginnen te luisteren, zoodat er
alle kans is, dat erger zal worden voorkomen.
In België houdt de verkiezing van Borms
nog steeds de gemoederen in beweging, en
in Engeland is het de ziekte van den Engel-
schen Koning die de algemeene aandacht
trekt. Volgens de laatste berichten schijnt
thans het levensgevaar vrijwel geweken en is
er alle hoop op een langzaam herstel.
Bij de berichten pmtrent den toestand van
den Koning trok het de aandacht hoe waar-
deerend de leiders van de Engelsche arbeiders
partij zich over den Koning uitlieten.
Tot die hoogte hebben de socialisten zich
in ons land nog niet kunnen opwerken en
nog minder zouden ze willen doen wat Mac
Donald deed, toen hij schroef, dat ook de Ar
beiderspartij' gaarne instemt met de bede
dat de Koning geheel mag herstellen.
Trouwens de S. D. A. P., stel ze zou zich
in dien geest willen uitspreken, zou dat,
omdat ze nu eenmaal door de Communistische
zweep wordt voortgedreven, niet durven.
Hoe sterk daar 't klappen van die zweep
gevoeld wordt is dezer dagen bij de behan
deling van da Indi'sche begrooting in de
Tweede Kamer gebleken. Wat toch eigenlijk
een treurige houding, van een zoo sterke
partij.
De Kamer doet haar uiterste best om nog
voor Kerstmis met de begrootingen klaar te
komen, en vermoedelijk zal dat wel gelukken
ook.
Bovendien werden deze week nog enkele
kleinere ontwerpen afgedaan, w. o. de ver
laging van den gedistilleerd-accü'ns.
De „Kerstvliegers" zijn op hun tocht naar
Indië niet bepaald gelukkig, wat temeer jam
mer is, omdat velen hier en in Indië
elkaar met de feestdagen en in de jaarwisseling
hoopten te verrassen.
Nog net voor de Kerstdagen een gewijzigd
ont.werp-Ziektewet ingediend, tegelijk met de
publicatie van het verslag der Commissie
van voorbereiding. Zou dan toch nog voor
de verkiezingen de Ziektewet worden afge
handeld
Terwijl wy dit schrijven zijn de Staten
van Zeeland bezig met de behandeling van
het electriciteitsvraagstuk. Laten we hopen
dat nu eindelijk een beslissing valt, waardoor
een oplossing van deze kwestie wordt ver
kregen.
Wij willen dit korte overzicht niet eindi
gen zonder al onze lezers een gelukkig Kerst
feest te hebben gewenscht!
Zij er bij velen ware Kerstvrede en Kerst
vreugde I
BRIEVEN UIT HET LAND VAN
CADZAND.
XXVI.
Aardenburg in gevaar. Een bui-
tendorpsche vijand. Een „licht"-
kwestie. Niet gewaardeerde pogin
gen om meer licht te brengen.
Wat Aardenburg boven het hoofd
hangt.
De vroede vaderen van Aardenburg
trekken weer ten strijde. Neen, geachte
lezer, nu eens niet tegen elkaar. Eens
geen gast- of weeshuiskwestie, geen recht-
zaakje onder elkaar, geen politiek zaak
je, in den komenden strijd staan z,e nu
eens eensgezind, 't Is hier, als in 1914,
toen het land in gevaar was en alle
burgers in de eerste dagen schouder aan
schouder stonden. Zoo staan nu ook de
vroede vaderen van Aardenburg schouder
aan schouder tegenover den vijand van
buiten, 'tls wei een beetje vreemd ge
zicht, ook voor henzelf, maar zoo ziet
men weer de waarheid bevestigd van
het spreekwoord, dat het bloed kruipt,
waar het niet gaan kan, en zoo 'is het
met hel Aardenburgsche blijkbaar ook
zoo.
Om eerlijk te zijn en Aardenburg niet
te idealistisch voor te stellen, wil ik er
dadelijk bijvoegen, dat de portemonnaie
in het gedrang komt.
Maar nu ter zake. De kwestie is, dat
Aardenburg bedreigd wordt door een
„Licht" gevaar. Geen licht gevaar (zet
ter, pas op), maar een „LICHT" gevaar.
Ongeveer een 15-tal jaren geleden werd
door de gemeente Aardenburg een con
tract gesloten met de Industriëele maat
schappij „MABEG" te Utrecht, waarbij
deze zich verbond gas van deugdelijke
kwaliteit in de gemeente Aardenburg te
leveren. Het meer of minder wijs beleid
van de vroede vaderen van Toen zullen
we nu maar laten rusten, het doet trou
wens aan de kwestie van heden af noch
toe. Wel wilde in de zitting van den ge
meenteraad van verleden week één der
„schouder aan schouder staanden" even
uit de rij stappen, om daar eens over te
schermutselen, maar de commandant zet
te Ijem weer netjes in het rijtje.
De Mabeg, die zoo goed was aan de
gemeente ardenburg, de levering van
gas te garandeeren, had bij het opmaken
van het contract wel gezorgd, dat zij het
PER
lijntje strak hield, daar had ze trouwens
gelijk in ook. In het contract toch komt
de volgende bepaling voor, en ik zal er
een zinnetje uit spatiëeren:
„De gemeente verbindt zich gedurende
den duur der overeenkomst aan derden
geen concessie te verleenen voor het
hebben leggen of onderhouden van gas
buizen, electrische geleidingen voor licht
of toestellen van een ander licht leve
rende inrichting in de wegen en voet
paden, welke eigendom der gemeente
Aardenburg zijn en niet zijn ge
plaatst op den door Ged. Sta
ten van Zeeland vastgestelden
ligger van wegen en voetpaden,
noch concessie te verleenen voor het leve
ren van gas, electriciteit voor licht of
ander licht, noch zelf gedurende dien
tijd gas, electriciteit voor .licht of ander
licht aan particulieren te zullen leveren
of ten behoeve van hare eigendommen
of openbare doeleinden te zullen vervaar
digen, of te zullen doen vervaardigen,
hetzij in vereeniging met derden, hetzij
door derden."
Steek daar nu eens een speld tus-
schen
De Mabeg heeft van zijn gaslevering
niet veel plezier beleefd. In de verloopen
jaren is een verlies geleden van onge
veer f40.000. Op alle manieren is reeds
geprobeerd het gasverbruik in Adrden-
burg op te voeren en aldus het ver
lies in .winst te doen veranderen, maar
het is tot heden nog niet mogen gelukken.
En nu Jtwam tot overmaat van ramp
in 1926 de Provinciale Zeeuwsche Elec-
triciteitsmaatschappij, laat ons dat troetel
kind van zekere andere vroede vaderen
maar Pezem noemen, met het verzoek
over het grondgebied van Aardenburg
electricileitsgeleidingen aan te leggen, om
Draaibrug, een deel van Aardenburg, van
licht te kunnen voorzien.
Zooals te begrijpen, weigerde het ge
meentebestuur dit toe te staan, op grond
van het contract met de Mabeg. Niet uit
conservatisme om het electrisch licht uit
Aardenburg te houden, hoe meer en
helderder licht in Aardenburg,
hoe liever.
De Pezem ging in beroep bij Ged. Sta
ten. Voor Ged. Staten is toen door den
rechtsgeleerde, die namens de gemeente
Aardenburg optrad, een pleidooi gehouden
dat niet voor de poes was. Een af
doende beslissing is toen echter niet ge
nomen, maar een tijdelijke oplossing ge
vonden, dat aan de Pezem, met verlof
van de Mabeg, vergund werd voor een
jaar de leidingen aan te brengen. Dit ver
lof is voorts ook voor 1928 verlengd.
Uitdrukkelijk heeft toen het gemeente
bestuur bij Ged. Staten aangedrongen te
gen 1 Jan. 1929 een oplossing te vinden,
maar dit is niet gebeurd en zoo blijkt
dat tijdelijk verlof slechts uitstel van exe
cutie ,te zijn geweest. De Mabeg toch
heefL het gemeentebestuur doen weten,
dat zij er absoluut niet in toestemt, dat
ook na 1 Jan. aanstaande, die electrische
geleidingen blijven, terwijl de Pezem die
leidingen nog wil uitbreiden.
En nu is Leiden, oftewel Aardenburg
in last. Wanneer ajj 'die leidingen Iaat
liggen en dus de mogelijkheid tot elec-
triciteitslevering aan inwoners van Aar
denburg blijft bestaan, wordt contract
breuk gepleegd, tegenover de Mabeg, en
zijn de finantiëelo gevolgen niet te over
zien.
Wanneer ï'ij het niet toelaat, wat zul
len Pezem enGed. Staten doen.
Deze zijn n.l. van meening, dat het ver
bod niet geldt voor de wegen, die wel
op den legger van wegen en voetpaden
voorkomen en daarom onderstreepte ik,
zie boven, een zin uit het contract. Dit
zou toch zijn het bij overeenkomst af
stand doen van een publiekrechtelijke be
voegdheid, van de zijde der gemeente
Aardenburg, en dat kan niet. Wanneer
nu de rechter dit moest uitmaken, liep
de gemeente Aardenburg altijd nog de
kans, dat het zou winnen, hoewel ook
weer piet het risico te verliezen (en
dat risico mag een kleine gemeente om
den grooten finantiëelen strop toch zeker
niet loopen), maar de zaak moet beslecht
worden door arbiters, die naar recht en
billijkheid moeten oordeelen. En dan is
de uitslag niet twijfelachtig. Het eenige
doel van de bovenaangehaalde clausule
uit de overeenkomst indertijd gesloten
is toch, van de zijde der Mabeg, dat zij
absoluut het monopolie kreeg voor de
lichtlevering in de gemeente Aardenburg
en dat wordt haar dan ontnomen, waar
door de verliezen, die zij lijdt nog groo-
ter zullen worden.
Zoo is op het oogenblik "de toestand
voor Aardenburg allesbehalve rooskleurig.
Zijn met 1 Jan. a.s. de palen enz. niet
opgeruimd, dan begint de Mabeg met de
pachtsom van f4726 niet te betalen.
Strop No. 1. De volgende strop aan
sprakelijkheid voor het verlies van
f 40.000 terwijl als het contract tot het
einde van den tijd waarvoor het loopt
(nog een 20 jaar) wordt nageleefd al
het geleden verlies voor de Mabeg is.
Wat de gemeente Aardenburg zal doen
is nog niet bekend, daar de gemeente
raadsvergadering, waar het bovengeschre-
vene werd medegedeeld jn een geheime
zitting overging. Met belangstelling wach
ten de Aardenburgers den loop van za
ken af.
En het bestuur der gemeente hoopt
van harte, dat Ged. Staten, wier plicht
het is de gemeenten met raad en daad
bij te staan er voor zullen waken, dat
Aardenburg, dat trouw zijn eens gegeven
woord aan de Mabeg wil gestand doen,
in groote finantiëele moeilijkheden komt.
VREEMDELINGEN OVER ONS LAND.
In „De School' met den Bijbel" schrijft
V. interessante schetsen over het eenigen
tijd geleden gehouden Intern. Chr. Onder-
wijscongres.
Wij ontleenen daaraan het volgende:
Den Zaterdagavond had ik een Duit-
scher op bezoek, die zich eens heel nauw
keurig wilde laten inlichten over de Hol-
landsche onderwijstoestanden. Daarover
hebben /we zoo eens een paar uurtjes
geplaudert.
Hoe komt een school tot stand? Wie
betaalt bouw en inrichting? Wie de sala
rissen? Openbaar en Bijzonder Onderwijs?
Waarborgsom? Wie benoemt en ontslaat
de onderwijzers? Schoolinspectie? Welke
macht heeft het Bestuur? Hoe komt zoo'n
Bestuur er? Oprichting eener Schoolver
eeniging, Commissie van beroep, kortom
alle belangrijke zaken werden besproken
en genoteerd. Eerst in het Hollandsch,
want hij. wilde de Hollandsche termen
kennen en toon in 'tDuitsch. We hebben
menig velletje volgeschreven I
„Laat ze nu in Duitschland nog maar
eens over vrijheid spreken," riep onze
Duitscher geestdriftig, uit. Ik zal' op alle
vergaderingen zeggen: „Wat praten jullie
over vrijheid. Wil je weten, wat vrij
heid is, ga dan naar Holland 1"
's Zondagsavonds had ik een Duitschen
Pfarrer op bezoek. Ik vroeg hem zoo
„Wie heeft er nu vandaag bij U ge
preekt?" En luistert nu dorpscollega's, die
misschien voor zoo iets ook wel' eens
aan de beurt komt: „Der Lehrerl" „En
komen ze dan ook trouw in de kerk?" Het
antwoord was net, als het hier zou zijn.
Eigenaardig klonk het mij toe, dat het
liturgisch gedeelte van den dienst in de
streek, waar onze Pfarrer vandaan kwam,
gezongen werd. Een dominéé, die den
dienst niet 'kan zingen, zouden de men-
schen zich eenvoudig niet kunnen voor
stellen. En dan b.v. het Onze Vader o p-
zeggen, dit kan toch niet? Dat behoort
toch gezongen te worden
We hadden een gezelligen avond, waar
op we allerlei Bijbelsche en Godsdienstige
vragen bespraken. Ik vond het zoo leuk
eens met iemand te spreken, die onbe
vooroordeeld tegenover onze Hollandsche
kwesties stond. Zéér verwonderd was mijn
bezoeker er over, dat er hier Christenen,
ja geheele kerken zijn, die alleen Psalmen
zingen en die in de kerk geen Gezangen of
Liederen hebben. Dat kon hij zich niet in
denken. En dat er nu ook van dergelijke
menschen op het congres waren geweest,
met wie hij toch zoo prettig gesproken
had die en die ook al? daarover
haalde hij de schouders op. „Das ist mir
doch zu eng".
's Maandags trek dezelfde dominé naar
Amsterdam om het Rijksmuseum te be
zoeken. De stad maakte een kolossalen
indruk op hem. En dan die fietsen! Als
mieren krioelde het door e'lkaar. Toen
hij op zeker druk punt wilde oversteken,
had hij wel' een half uur gewacht en
toen hij nog geen kans kreeg, was hij
maar een eind doorgeloopen om op een
ruMiger punt zijn geluk te beproeven.
En dan was hij aangehouden door Spitz-
buben, tweemaal achter elkaar op ver
schillende punten der stad. Ze hadden
hem een gouden horloge willen verkoopen
voor 60 Mark. Slechts met moeite was hij
van hen afgekomen. Dat is me nog eens
een stad, dat Amsterdam!
Maar wat kun je er lekker en goedkoop
elenl Speck mit Sauerkraut! Wunderbar!
Nog nooit, zulk lekker spek gegeten voor
zóó weinig geld. En zooveel je maar
wilde 1 'tLag hem 's avonds nog zwaar op
da maag, want voor hij zich te bed
begaf, moest hij toch eerst nog even een
flink glas water drinken. Vanwege het
„wunderbare" spek!
In het gebruiken van gepeperde uit
drukkingen waren onze gasten toch nog
al sterk. Wie het in politiek opzicht niet
met hen eens was, werd al gauw met den
bijnaam Schweinhund, Halunke, Spitzbube
of filou betiteld. Wij doen dat niet zoo
gauw, nietwaar?
Voor hij Dinsdagsmorgens vreer „ab-
reiste", liet hij nog eerst zijn „Schiagring"
zien, een sterken ijzeren ring met vijf
openingen voor de vingers, aan den bo
venkant met stevige, stalen punten bezet
,,'t Is zoo'n rare tijd in Duitschland en
ik mocht eens op "de zwarte lijst staan!
Een flinke duw in 't gelaat met dezen
Schlagringl I
Maandagmorgen kregen we nog bezoek
van een Duitschen schoolmeester uit
Tsjecho-Slowakije, die graag de school
eens wilde zien. Hij had gehoord, dat die
zoo mooi waren in Holland. Ik wenschte
wel, dat U eens getuige had kunnen
zijn van zijn bewondering. Hij kwam
woorden te kort. „Wat een prachtschool
alles zoo ruim en groot. En wat eei.
prachtig gekleurd raami Ik kom er heele- 1
maal van onder den indruk, 't Lijkt wel
oen kerk. En hier in de hal heoxscht
heilige stilte. En hoe rustig zitten de
kinderen te werken. Wat een genot moet
het zyn hier te mogen arbeiden! Wat zijn
wij dan toch ver ten achter!"
Op dozo wijzo trachtte hij uitdrukking
te geven aan zyn gevoelens. 'tWas me
een waar genot hem alles te laten zien.
Gelieve alles, deze rubriek betreffende,
te adresseren aan P. Mons, Westerstraat
221, Amsterdam.
Probleem No. 66.
Auteur: W. Dommisse, Zoutelande.
1 2 3 4 5
Arrond.-Rechtbank Middelburg.
Door de Rechtbank te Middelburg wer
den gisteren de navolgende vonnisseD
uitgesproken
diefstal: M. J. R., 53 j., landbouwer
te Hoek, in voorarrest, 4 mnd. gevange-
nisstrai met aftrek voorarrest; W. M. de
J., 27 j., reiziger te Middelburg, f25 of
25 d. h.; I'. S., 42 j., landbouwer te
's Gravenpolder, vrijgesproken.
Heling: J. W. V., 23 j., machinist te
Sliedrecht, 115 of 15 d. h.
Bedreiging: J. v. d. B., 51 j., landbou
wer te Bruinisse, f25 of 25 d. h.
Ontucht met kinderen: J. J. v. d. V.
56 j., hotelhouder te Zierikzee, f 500 boete
of 3 maanden hechtenis; C. W. F., 55 j.,
commissionair te Goes, 3 mnd. gevan
genisstraf voorwaardelijk
Overtreding Vleeschkeuringswet: J. J.
M-, 67 j., slager te Middelburg, appèlvon-
nis Kantongerecht Middelburg. Vonnis
waarvan beroep bevestigd, f25 of 25 d. h.
Overtreding Motor- en Rijwielwet: J. C.
M., 55 j., koopman te N. en St. Joosland,
appelvonnis Kantongerecht te Middelburg.
Bevestiging vonnis waarvan beroep f 10 of
10 d. h.
Verduistering ten nadeele
van het Stedelijk Museum te
Vlissingen. Door de Rechtbank tp|
Middelburg werd heden behandeld de
zaak tegen J. H. K., 48 jaar, destijds
concierge van het Gemeentelijk Museum
en wonendel aldaar, in 'voorarrest te
Middelburg, die blijkens de dagvaarding
er van verdacht wordt zich op verschil
lende tijdstippen in 1927 en 1928 in zijn
kwaliteit van concierge van het Gemeente
lijk Museum te Viissingen, in welke kwa
liteit hij onder zijn bewaring en bewa
king had verschillende uit oudheidkundig
oogpunt waardevolle gouden munten, zich
wederrechtelijk verscheidene van die gou
den munten heeft toegeëigend en te heb
ben beleend, o.a. een tweetal gouden
tientjes met den beeldenaar van 'Willem
I, een met beeldenaar van Willem II, een
met beeldenaar van de Koningin, een gou
den vjjfje met beeldenaar van Willem I,
een pond sterling met beeldenaar van
Koningin Victoria, een heele en een halve
gouden ducaat, een gulden van 1832, en
een van 1898, twee van 1840, een gouden
dubbele ducaat van 1732 en een van
1844.
Verdachte werd rechtskundig bijgestaan
door Mr v. d. Slikke, advocaat te Vlis
singen.
Als getuige in deze zaak werd gehoerd
van Grol, conserv&tor verbonden aan "het
Stedelijk Museum te Vlissingen, die ver
slag deed van de munten welke werden
vermist.
Volgens getuige voldeed verdachte aan
vankelijk goed. Later werd getuige ge
waarschuwd door den Burgemeester die
iets over de handelingen van verdachte
had vernomen van de zijde der politie.
Verdachte kon bij de voorwerpen omdat
hij in het bezit was van de sleutels der
vitrines waarin de munten werden ten
toongesteld, omdat sommige stukken wel
eens moesten worden opgepoetst.
Verdachte door den President onder
vraagd, erkent de door "hem gepleegde
verduisteringen. Hij genoot in zijn kwa
liteit van concierge eenig tractement en
emolumenten. Bovendien genoot hij een
vrij goed pensioen, doch zegde veel noo-
dig te hebben gehad voor eigen gebruik.
De Off. van Justitie acht de feiten
bewezen, n.l. verduistering gepleegd door
iemand die het verduisterde krachtens
zijn betrekking onder zich had. De Off.
acht het een ernstig feit en eischt een
gevangenisstraf van 8 maanden voorwaar
delijk met een proeftijd van 3 jaar en
bijzondere voorwaarden omtrent ver-
dachte's gedrag.
Verdachte's raadsman, Mr v. d. Slikke,
kon zich met het requisitoir van het
O. M. vereenigen en had daaraan niet veel
toe te voegen.
Ook hij achtte hier een voorwaardelijke
straf op zijn plaats, omdat de man door
drankmisbruik tot zijn daad is gekomen
en thans maatregelen tot zijn herstel kun
nen worden getroffen.
BIJ KLEINE
KINDEREN
is bijzondere zorgzaamheid noodlg ter voor
koming van vervelling en ontstekingen
Het beste middel daartoe Is Vascllne-
Chesebrough. Bestrijkt Baby's tcere deelen
vóór het bad ruim, en nh hot bad licht met
Vaseline-Chesebrough, en Uw kind zal zich
Weer spoedig wel bevinden. Lj:C er vooral
op, dat gij het zuivere natuurproduct
(Spreek uit: Tschiesbro)
gebruikt. Het is "t eenige. dat vrij van
zuren, zonder reuk of smaak Is.
Zwart: 7 sch. op 3, 5, 11, 12, 13, 16, 22
en dam op 48.
Wit: 9 sch. op 15, 23, 24, 26, 32, 35, 38,
44 en 49.
Wit speelt en wint.
Oplossingen binnen 8 dagen na laatste
plaatsing in elke maand.
Om het wereldkampioenschap.
De volgende partij werd gespeeld tus-
schen Bélard met wit en Springer met
zwart.
47 48 49 50
1. 34—30 20—25
2. 32—28 25X34
3. 39X30 16—21
4. 37—32 21—26
5. 32—27 26X37
6. 41X32 15—20
7. 44—39 20—24
8. 4641 11—16
9. 41—37 17—21
10. 37—31 21—26
11. 50—44 26X37
12. 42X31 18—23
13. 47—42 6—11
14. 30—25 11—17
15. 33—29 24X22
16. 27X29 12—18
17. 29—24 19X30
18. 25X34 7—12
19. 39—33 14—13
20. 44—39 10—14
21. 33—28 5—10
22. 39—33 19—24
23. 43—39 13—19
24. 34—30 18—23
25. 30—25 10—15
26. 31—27 17—21
27. 27-22a) 13—18
28. 22X13 9X18b)
29. 36—31 8—13
30. 31—27 4— 9
31. 40—34 1— 7
32. 34—30 7—12
33. 49-44 12—17
34. 44—40 2— 8
35. 39—34 24—29
36. 33X 24 14—20
37. 25X14 9X29
38. 30—25 3— 9
39. 39-35c) 9-14<l)
Stand na den 39en zet van wit:
47 48 49 50
40. 40—35
41. 45X34
42. 25X14
43. 28X19
44. 30X13
45. 38—33
46. 42—37
47. 48X37
48. 3429
29X40
14—20
19X10
13X14
17—22
22X31
31X42
18—22
10—14
49. 19X10
50. 32—28
51. 37—32
52. 33X42
53. 29—23
54. 35—30
55. 23—18
56. 28—22
57. 42X31
15X 4
22—27
27X38
21—27
16—21
21—26
27—31
31—37
26X37
Remise.
a) Met het doel schijf 36 in spel te bren
gen.
b) Dreigt met 2127 enz.
c) Wel het beste. Op 34-30 volgt zwart
met 1822, wit 27X18, zwart 13X33. Nu
mag wit 4034 niet spelen wegens zwart
met 29X40, wit 38X18, zwart 4044.
Op 1812 volgt zwart met 913, wit
12X3, zwart 2126, wit 3X21, zwart
16X47.
d) Op 1822 volgt wit met 27X18,
zwart 13X33, wit 3228, izwart 23X43,
wit 34X12, zwart 17X8, wit 48X28.
BIJ VERSTOPPING, spijsverterings
storingen, maagbranden, congesties, alge
meen gevoel van onwel zijn, neme men
's ochtends op de nuchtere maag een glas
natuurlijk „Franz-Josef'-bitterwater. Vol
gens de in klinieken voor inwendige ziekten
opgedane ervaringen ishet,,Franz-Josef"-
water een uiterst weldoend afvoermiddel.
Duimpje zuigen.
Een lezeres schrijft aan de Rott.:
Me dunkt er zullen wel jonge moeders
in den lande zijn, die niet weten welke
schadelijke gevolgen het zuigen op duim
of vinger op het jonge kind kan uitoefe
nen.
Uit eigen ervaring het volgende:
Bijna tien jaar geleden werd onze eer
ste dochter geboren en de baker wist
ons al gauw te vertellen „nou, dat wordt
een zoet kind want het zuigt op d'r
duimpje". Die gewoonte om telkeDS op
den wijsvinger te zuigen als 't zich ver
veelde, wanneer ze moe was en ging
slapen, heeft het kind ongeveer tot haar
zevende jaar gehouden. We verboden het
haar wel vaak en werkten op haar eer
gevoel om toch niet zoo'n kleine meid
te wezen, doch afgezien van de onsma
kelijkheid waren we toch niet doordron
gen van den ernst van het geval.
Intusschen kreeg het kind de blijvende
tanden en de bovenste snij'anden kwamen
er wonderlijk "door, zoodat ik met haar
naar den tandarts ging, die het kind di
rect toevoegde, „jij zuigt op je duimpje 1"