DE ZEEDW TWEEDE BLAD. Uit de Provincie. Uit de Pers. Staten-Generaal. Het huisje aan den zeedijk Binnenland. VAN WOENSDAG 19 DEC. 1928. No. 69. Loon van gemeente-personeel. Hoe moeten de salarissen zijn van het gemeen tepersoneel vraagt de „Maas bode". „In het maandblad „Anti-revolutionaire Staatkunde" verstaat men Se kunst dat kort en kloek en goed aan te geven. Wij meenen nut te stichten door de for muleering over te nemen: „Nu wordt in anti-revolutionairen kring vrij algemeen de opvatting voorgestaan, dat ten aanzien van de salariëering de Overheid aan het particulier bedrijf ten voorbeeld moet zijn. En die opvatting is o.i. juist, mits men daarin niet leze, dat de overheidsbezoldiging altijd hoogei moet zijn dan die van het particulier bedrijf." Na dit te hebben uitgewerkt, belicht het maandblad ook de andere zijde: „Afgezien van deze overweging, is er voor de Overheid aanleiding hare bezol diging' iets hooger te stellen dan die van het particulier bedrijf, indien en in zoo verre het particulier bedrijf loonen uit keert, die beneden de grens van een billijk minimum liggen. Zulks niet alleen uit billijkheidsoverweging ten opzichte van het overheidspersoneel, maar ook om daardoor krachtens hare roeping op so ciaal gebied invloed ten goede te oefenen, zonder nog genoopt te zijn (gelijk b.v. bij het voorschrijven van loonminima van overheidswege) partij te kiezen in, uit economisch en sociaal oogpunt, uitermate moeilijke aangelegenheden". Wij zijn van oordeel, dat met deze twee uitgangspunten de praktische uitwerking van de vraag zeer wordt vergemakke lijkt. Verschillende meer concrete vragen wor den door het anti-revolutionaire maand blad dan ook op bevredigende wijze op gelost. Wanneer men echter, blijft bij de aan gehaalde twee beginselen, dan ligt er voor de gemeentelijke zorg (en hetzelfde geldt voor den Staat) om vooral' niet te laag te salarieeren nog een argument in deze omstandigheid, dat het overheids personeel niet over staking als strijdmid del beschikt. Dit maakt des te meer noodzakelijk om te waken, dat het personeel zijn recht ontvangt. Immers, recht is recht, ook al staan de machtsmiddelen niet gereed om de naleving af te dwingen. Door het gemis van stakingsrecht is het machtsoverwicht der Overheid veel grooter dan bij het particulier bedrijf. Maar het zou al bijzonder ontstichtend werken, als van dat speciale machtsover wicht werd gebruik gemaakt. Door aan den veiligen kant te blijven in de bepaling der loonen zal de gemeente den schijn van zulk machtsmisbruik ver mijden." TWEEDE KAMER. De Indische begrooting. Nadat gisteren eerst een paar kleinere wetsontwerpen waren afgedaan, werd de behandeling van de Indische begrooting voortgezet. Eerste spreker was da heer Cramer (S.D.) die zijne critische rede eindigde met een viertal moties in te dienen, tot afschaffing der exorbitante rechten, het opheffen dor belemmeringen door zijn interneering in den weg gelegd aan de uitoefening van zijn Volteraadslidmaat schap door dr Tjipto, tot opheffing van 't Boven-Digoelkamp, en tot naarhuiszending der geïnterneerden. De communistische zweep en de oppo sitie van de linksche socialisten was op de houding van dezen afgevaardigde merkbaar van invloed. FEUILLETON door HUGO KINGMANS. 9) -o- Alleen hij wilde geen scènes. En daarom had hij er nooit een ernstige aanmerldng over gemaakt. Dat was zoo zijn gewoonte geworden, dat hij alles maar goed vond en alles maar over zijn kant liet gaan. Lia vond het niet zeer mannelijk van Papa, al begreep zij wel, hoe het geko men was. Wie Mama wilde dwarsdrijven, kon op een geduchten strijd rekenen en had bijna de zekerheid, dat hij het on derspit zou delven. Papa wilde geen scènes. Hij zeide het zelf. Daarom vond hij alles goed en stem de hij in alles toe. Maar liever deed hij1 het niet- Zóó stond de zaak. „Mama en Annie moesten een klein weinigje meer aan de huiselijkheid den ken", had Papa opgemerkt zooeven. Héér naam had hij er niet hij genoemd. Maar Lia moest zichzelf bekennen, dat zij mede schuldig was. Altijd fladderden zij maar uit. Papa zat immers toch te werken? Of hg was buitenshuis. De waarheid weid De overzichtschrijver van de „Maasb." zegt er van: „Was vroeger de heer Wjjnkoop niets te dol, thans schijnen de heeren, die zich reeds lang tot regeeren in staat en ook bereid achten, dien weg ook te willen opgaan. We hebben den heer Cramer nog nooit zoo op hol gezien. Hij sprong van den hak op den tak en alhoewel hij den voorzitter met veel nadruk vroeg over de exorbitante rechten bij de afdee- ling te mogen spreken, diende hij toch maar vast een motie in om deze af te schaffen. Eenige lijn was in zijn betoog, dat an derhalf uur duurde- niet te bespeuren, maar hij moest ook vier moties op de tafel van den voorzitter deponeeren en was maar bang, dat te vergeten en daar mede den communist gelegenheid te ge ven hem voor te zijn. Deze moties getui gen van wel heel weinig ernst. Terecht mocht de communist uitroepen, dat hij school maakte. Voor een partij als die der sociaal-democraten is een dergelijk optreden onwaardig. Ze dragen echter geen verantwoordelijkheid en daarom kun nen ze ook de leus aanheffen „Indië los van Nederland". De heer Cramer weet we" dat het in afzienbaren tijd niet mo ge, .jA is, maar het kan toch geen kwaad redeneert hij, dus laten we het maar doen. Als pngJ'ukken van komen wasschen zij hun' aaaden in onschuld. De heer B ij 1 e v e 1 d (A. R.) wilde aan de moties niet veel aandacht wijden, om dat het hem niet mogelijk is, vier moties tegelijk te verwerken, omdat het hem niet gewenscht lijkt in dit stadium der de batten reeds met vier moties te komen, omdat hij niet mee wil doen aan een kinderachtige vliegenafvangerij. Wat het Indisch beleid betreft betoog de spr., dat het financieel aspect hem niet gunstig schijnt. Hij ontkent, dat in de naaste toekomst sluitende begrooting èn welvaartspolitiek mogelijk zullen zijn en betoogde, dat niet gejaagd mag worden naar hooge uitgaven, doch gestreefd moet worden naar een gezonde, systematische, financiëele politiek, waarbij heerendien sten en desadienst, mits zorgvuldig toe gepast, niet behoeven te worden prijs gegeven. Spr. wees op onze verantwoordelijkheid tegenover Indië en op den eeuwenlan- gen achterstand, die Jjier .bestaat en die moet worden ingehaald. Wie het tempo wil versnellen en nu reeds het eind daar van wil zien, maakt zich schuldig aan een dwaas gebaar. Als we het bereikte overzien blijft er nog zeer veel te doen over, maar voor schaamte is geen reden. Spr. achtte verdere decentralisatie van het binnenlandsch bestuur mogelijk bin nen het kader der huidige staatsregeling. De bestaande onderwijsregeling is niet lang meer te handhaven. "De inlandsche wereld schijnt de schade niet in te zien, die kan worden toegebracht door het Europeesche onderwijs. De drang daar naar is groot, maar de vraag is, of wij dit moeten geven. Het neutrale on derwas is funest en werkt onze kolo niale taak tegen. Het bijzonder onder wijs verdient allen steun, evenals de zen ding. Dubbele zending steune de minis ter nooit, maar daartegenover moet ieder kerkgenootschap de absolute vrijheid heb ben, het evangelie te verkondigen. De heer M o 11 e r (R. K.) achtte de bezwaren tegen dubbele zending over dreven. Spr. critiseerde verder het niet- toelaten van de zending op Bali en in verband daarmede de uitlating van 'den Gouverneur-Generaal betreffende de be scherming van de Balineesche. cultuur. Op Bali is de echtgenoote niet meer dan een huismeubel. De vrouw wordt bij hu welijk aan den meest biedende verkocht. Moet ook die Balineesche cultuur be- .schermd worden? Mag daar Tiet Chris tendom niet komen om dien toestand te verbeteren. De heer F eb er (R. K.) betoogde, dat voor afzienbaren tijd de leiding van Ne derland niet kan woraen gemist. De In landsche beweging moet vrijheid hebben zich te uiten, maar binnen de perken van de wet Spr. waarschuwde tegen een z.g. uitholling van den Volksraad en wees er op, dat de Gouverneur-Generaal niet gelukkig is met het houden van rede voeringen. Hij kan bijna zijn mond niet opendoen of er ontstaan misverstanden; haar nu duidelijk. Hij snakte naar een weinig huiselijkheid, als het werk afge- loopen was. Maar die had hij nooit ge vonden. En dan zocht hij zijn toevlucht maar in de sociëteit. Zeker, zij was er mede schuldig aan. Haar antipathie, haar ontzettende afkeer, tegen het uitgaan en pretmaten was maar van de laatste maanden. Vroeger had zij er dapper aan meegedaan. O, kon dat maar eens veranderen! Maar hoe moest zij dat aanpakken? Zij kon toch .niet tegen Mama en Annie op. En als zij dat wilde probeeren, dan moest zij thuis blijven. Terwijl zij er juist naar snakte, in een andere, rustige omgeving te komen. De deur van het salon werd geopend, en binnen trad het kamermeisje, die nu met veel vriendelijker stem dan zooeven vroeg: „Kan ik nog jets voor u doen, juffrouw?" Verbaasd keek Lia haar aan. Dat had zij nog nooit gevraagd. Meestal, zonder wat te zeggen verdween het meisje op haar uitgaansavonden, drie maal pe r week. „Neen, Cor, je kimt wel gaan, wat mij betreft." „Zal ik soms nog thee zetten? U blijft toch vanavond thuis?" „Ja, ik blijf thuis. Maar ik zal zelf wel tbee zetten. Waar is de tbee?" laatstelijk is dit weer gebeurd met zjjn bekende rede op Bali. Hij wekte den in druk het Christendom van Bali te willen weren. In dit verband wijst spr. op het belang van de missie voor Indië. Ten aanzien van de toepassing van art. 177 sloot spr. zich aan bij den heer Bijlevelt. Nu dit artikel eenmaal bestaat, mag men verlangen, dat het loyaal en onpartijdig wordt toegepast. WIJZIGING DER ZIEKTEWET. Verschenen is het Verslag der Commis sie van voorbereiding met bijbehoorend antwoord van den minister van Arbeid, H. en N. en een Nota van Wijzigingen betreffende het wetsontwerp tot wijziging der Ziektewet. Daaruit blijkt, 'dat sommige leden er de voorkeur aan zouden geven, dat de be staande wet-Talma werd ingevoerd, an deren zouden een regeling wenschen zoo als minister Aalberse had voorgesteld. Sommige leden legden er den nadruk op, dat men zich niet langer moet ver liezen in hopelooze pogingen, een vol maakte regeling te vinden, die alle Ne derlanders geheel zou bevredigen. Zij spraken de hoop uit, dat thans niet meer politieke verschillen of goed bedoelde nieuwe plannen een spaak in het wiel zouden steken. Andere leden merkten op, dat indien de onderhavige poging tot het zoeken naar een oplossing opnieuw mocht mislukken, de vraag rijst of het niet de voorkeur verdient van verdere po gingen af te zien en de voorziening bij ziekte aan de vrije maatschappij over te laten. Verschillende leden merkten daartegenover op, dat hetgeen in de maat schappij tot stand is gekomen ten eenen- male onvoldoende is te achten. Volgens sommige leden zou kunnen worden volstaan met een uitbreiding van de verplichting neergelegd in art. 1638 C. van het Burg. Wetboek; tusschenkomst van een verzekeringsinstituut is dan niet noodig: Daartegenover merkt de minister met stelligheid op, dat het hier gaat om de handhaving van het instituut der soci ale verzekering. Voor zoover hij heeft kunnen nagaan, kunnen op dit oogenbllik een 500.000 arbei ders van een uitkeering bij ziekte verze kerd worden 'geacht, terwijl daarnevens zeker zeer vele arbeiders bij ziekte van hun werkgever een uitkeering plegen te ont vangen. Maar daartegenover staan breede. vele duizenden tellende, groepen van ar beiders, die van uitkeering bij ziekte ver stoken zijn. Bovendien blijvep vele voor zieningen beneden de miinimumeischen be treffende bedrag en duur der ziekengeld- uitkeering, welke de bestaande Ziektewet heeft gesteld. Sommige leden stelden op den voor grond, d'at de grondgedachte van een rege ling in geval van ziekte moet zijn, dat de arbeiders verzekerd zijn van een doorloo pend loon, zij het tot een iets lager bedrag. Dit beIhoeft nog niet mede te brengen een verplichte verzekering. Andere leden achtten een dergelijke re geling verwerpelijk. De minister deelt mede, door het over leg er nader toe te zijn gebracht mede te gaan met het door de groote meerder heid der commissie aanbevolen denkbeeld om de organisatie te vereenvou digen door als basis daarvoor aan te nemen de bedrijfsvereenigingen en de raden van arbeid naast elkaar. Daarbij is het voor den minister, naar deze ver klaart, niet gemakkelijk geweest de bij zondere ziekenkassen los te laten. De aangebrachte veranderingen zijn ne- dergelegd in de Nota van Wijzigingen en een gewijzigd wetsontwerp. Aanmelding en inschrijving van alle verzekerden bij de Raden van Arbeid, zooais door sommige leden werd bepleit, zou naar de minister betoogt de uitvoering der verzekering noodeloos om slachtig en kostbaar maken. De bezwaren, ontwikkeld tegen de voor gestelde uitbreiding van den kring der personen, die onder de wet zullen vallen, heeft den minister er toe geleid om terug te nemen het voorstel om ook personen, niet werkzaam in een onderneming, on der de verzekering te brengen. De huis dienstboden en in het algemeen de ar beiders, in dienst genomen voor persoon- Lia schaamde zich, dat zij niet eens wist, waar de thee stond. Niets, letter lijk niets wist zij van het huishouded ai. Omdat zij nooit, nooit iets deed. Het kamermeisje gaf haar eenige aan wijzingen. „Mooi, Cor, dan zal ik het wel vinden, hoor." J ,,'tls anders een kleine moeite, juf frouw, om „Neeu, neen, je kimt wel gaan. Je ver langt immers ook wel eens vrij te zijn?" „O, maar voor u", zei het meisje, en zij drukte sterk op dat u, „wil ik nog wel iets doen." „Dank je", zei Lia kortaf. Het hinderde haar nu, dat het meisje zoo sprak. 'tWas of zij zeggen wilde: voor uw Mama en uw zuster heb ik niets over, want ze behandelen ons niet goed. En dat wilde Lia het liefst maar niet hooren. Omdat het maar al te waar was. Zij hadden, drie, vier dienstboden in één jaar. Dat lag niet altijd aan de meisjes! Papa merkte dat ook wel. Vandaar na tuurlijk zijn opmerking van zooeven. dat Mama Cor wel geen vriendelijken uitbran der zou hebben gegeven. Met een vriendelijk: „Goeden avond, juffrouw" was het meisje heengegaan en zat Lia weer alleen- Van lezen kwam niets. Vol gedachten staarde zij in het vuur van den haard. lijke diensten (naaisters, werkvrouwen e.d.) zullen derhalve evenals de be slaande Ziektewet bepaalt buiten de verzekering blijven. De minister deelt ook de bezwaren tegen de opneming in de verzekering mede van het personeel met hoogere inkomens. Het gewijzigd wetsontwerp beschouwt mitsdien niet als arbeider dengenen wiens overeengekomen vast loon in geld meer bedraagt dan f3003 per jaar. De vraag of losse arbeiders in ondernemingen onder de wet vallen, be antwoordt de minister bevestigend. Na ampele overweging van het vóór en tegen van de in het wetsontwerp voor gestelde moederschapsvoorzie ning zoowel voor 'de gehuwde als voor de „ongehuwde moeder, heeft de minis ter gemeend, ondanks de geopperde be zwaren, het door hem voorgestelde te moeten handhaven. Na overleg heeft de minister zich be reid verklaard het percentage van het dagloon, dat als ziekengeld zal worden genoten, te verhoogen tot 80 ten 100. Ook op enkele punten van minder be lang heeft dit wetsontwerp wijziging on dergaan. Het Koninklijk gezin. De Koningin en Prinses Juliana vertrok ken Maandag half twee per auto uit Den Haag, ten einde zich naar het Loo te begeven. Door de gladheid van de wegen op Utrechtsch en Geldersch gebied acht te de Koningin het echter raadzaam, te Utrecht de reis per trein te vervolgen. Om 17.15 uur arriveerden de Koningin en de Prinses aan het station Apeldoorn -Nederland en België. Uit Brussel wordt aan „Het Hdbld" gemeld: Volgens een uitdrukkelijke verklaring van den minister bij het verlaten van het gebouw van het departement van "Kolo niën, waar de ministerraad is gehouden, heeft de regeeriing zich gisteren niet bezig gehouden met het antwoord op de nota op het rapport van de deskundigen inzake het Nederlandsch-Belgisch verdrag, wel ke nota, volgens sommige berichten, in het begin dezer week aan de Ne "erland- sche regeering zou zijn toegezonden. Hoog bezoek in Indië. Omtrent de aankomst van het kroon prinselijk paar van België te Batavia, wordt gemeld, dat bij aankomst van 'de Insulinde een der freules De Graeff aan de kroonprinses een bouquet aanbood van blauwe en witte orchideeën, bijeenge houden door linten in de Belgische kleu ren. Mede was ter verwelkoming aanwezig de agent van den Rotterdamsdien Lloyd de heer Bouman, met den heer Ruys Jj en den inspecteur Ter Marsch. De hooge gasten hebben Maandag den plantentuin bekeken en zaten des avonds aan een maaltijd in het paleis. Er waren geen andere gasten genoodigd. Gisteren werd een bezoek gebracht aan den plantentuin en het museum. Ook werd een bezoek gebracht aan twee Jaborato- ria. Alle bladen wijden zeer nartelijke woorden van welkom aan de Belgische hooge bezoekers. Het „Bataviaasch Nieuwsblad" zegt, dat de graaf en gravin de Rethy reeds vele Nederlandsche vrienden hebben gemaakt, welk aantal ongetwijfeld nog aanzienlijk zal stijgen. Het blad schreef: „Zoo zou dan bovendien deze reis niet slechts als studiereis aan de Belgische gasten ten goede komen, maar oo"k den aanstaanden souverein van België nader brengen lot bet -buurvolk. Wanneer de Indische reis de verwachtingen niet beschaamt, zal zij wellicht bijdragen tot het vestigen van die uitnemende verstandhouding, welke twee kleine West-Europeesche mogend heden minder dan welke staat ook kun nen ontberen". Vernomen wordt, dat het kroonprinse lijk paar de terugreis zal maken aan boord van de Tjerimai, van den Rotterdam- schen Lloyd. Hoe was het mogelijk, peinsde zij, in zoo'n korten tijd zooveel te denken te krijgen. En dat alleen door enkele op merkingen van Papa. Opeens kwamen zijn woorden over Theo van Zeggelen haar in gedachten. Liever ieder tot schoonzoon dan dien, had Papa gezegd. Zij kon het begrijpen, Want zjj vond hem ook een onuitstaan- baren fat en een verwaanden leeglooper- En toch was de kans zeer groot, dat hij en Annie een paar zouden worden. Mama werkte er op, al wist zij dan blijk baar, dat zij Papa er geen genoegen mee deed. Lia begreep dat niet goed. Was het huwelijk van Papa en Mama dan wel gelukkig? Tooneelen kwamen er nooit voor. De harmonie was altijd goed. Maar kwam dat alleen, omdat Papa niet van scènes hield? Hij was niet gelukkig. Dat stond nu voor Lia vast. Het was, of zich een af grond voor haar opende. Hoe was het toch mogelijk, dat zij nooit had opgemerkt, dat Papa niet tevreden was over den gang van zaken1 En toch gaf bij altijd maar toe. Ja, hij stijfde Mama in het koopen van toi letten en in andere dingen. Hoe was dat nu te verklaren? Was Papa dan iemand met twee aangezichten? Of handelde hij alleen maar zoo uit vrees voor Mama? Het was Lia een volkomen raadsel. Uitvoering van de ongevallen wet. Ten laste van een werkgever, die pre mies verschuldigd was krachtens de On gevallenwet, was onder een derde beslag gelegd. Het Bestuur van een der Raden van Arbeid, met de inning belast had deze derde beslagene voor de rechtbank te 's Gravenhage gedagvaard tot het af leggen van een verklaring nopens hetgeen deze van den werkgever-gearresteerd» onder zich had. Deze beweerde, dat de dagvaarding nietig was, daar deze alleen rechtsgeldig kon worden uitgebracht door een deurwaarder der directe belastingen hetgeen in casu niet was geschied. De rechtbank achtte dit verweer gegrond, daar het hier betrof de ten uitvoerlegging van het dwangbevel, die volgens art. 51 der Ongevallenwet geschieden moet door een belastingdeurwaarder en niet kan gedaan worden bij exploit van een gewo nen deurwaarder. S. Oerlemans. f Te Drong el en is in den ouderdom van 76 jaar overleden de heer S. Oerlemaus die lange jaren burgemeester dier ge meente is geweest. Onderhoudsplicht ten opzich te van natuurlijke kinderen. Een wetsontwerp is ingediend tot her ziening van de bepalingen betreffende den onderhoudsplicht ten opzichte van natuur lijke, niet erkende kinderen. De minister geeft een overzicht van de processueele moeilijkheden, die thans ondervonden worden. Door de bevoegd heid tot optreden in rechten van den voogd op een bijzonder daartoe aange wezen vertegenwoordiger over te dragen en de zaak p.og vóór den aanvang van het eigenlijke proces door den kanton rechter te doen onderzoeken heeft men een waarborg willen scheppen tegen overijlde processen en chantage. In den loop der jaren is de noodzakelijkheid uit laatstbedoelden hoofde niet gebleken. Ook in 't algemeen heeft het instituut van den bijzonderen vertegenwoordiger niet aan de verwachtingen beantwoord. De minister acht het wenschelijk, dat het recht om de procedure te voeren in de eerste plaats aan den Voogdijraad wordt toegekend. Ten einde aan de .be langhebbenden, zoo de Voogdijraad zijn medewerking weigert, den weg naar den rechter niet reeds bij voorbaat af te snij den, is ook aan den voogd de bevoegd heid om te dezer zake in rechten op te treden, gegeven. Echter meent de minis ter, dat voor het O. M. op dit gebied geen taak is weggelegd. Tot gem.-secretaris van Baarn (IJ.) is benoemd de heer B. de Die, hoofd commies ter secretarie aldaar en afkomstig uit de gemeente Oostburg. Goes. Op de voordracht voor Directeur der gasfabriek te Harderwijk komt als nr 3 voor de heer P. van 'tSant, op zichter der gasfabriek alhier. Chr. Besturenbond. In de ver gadering van het Bestuur van den Chr. Besturenbond met de afgevaardigden der verschillende organisaties werd besloten op Maandag] 28 Januari een vergadering te houden met de kerkeraden der "diverse kerken in Goes en omgieving, teneinde daarin te behandelen het onderwerp „De kerk en het sociale leven". Dhr. W. Strij- bis uit den Haag, voorzitter van den Chr. Bond van Fabrieks- en Transportarbei ders zal de bespreking over dit ongetwij feld belangrijke onderwerp inleiden. Waar de Chr. Besturenbond in Februari a.s. zijn tienjarig bestaan hoopt te vie ren, werden besprekingen gewijd aan de D.V. in de tweede helft van Februari te houden 10e jaarvergadering. Reeds nu kan worden gemeld, dat ds Raams te Kloetinge bereid werd gevonden In die vergadering lichtbeelden te vertoonen over zijn reis naar Palestina. Ook zal getracht worden dooT zang en voor dracht de werkzaamheden te doen afwis selen. Mochten de opgezette plannen sla gen, dan zal zeker deze jaarvergadering evenals de vorige, die zoo in den smaak is gevallen, slagen. *8-H. H en drlk8 kin deren. Gisterenavond had in de school voor Chr. volksonder- Hij had gruwelijk het land aan Theo van Zeggelen. Maar die zou zeer waar schijnlijk zjjn schoonzoon worden. Omdat Mama het wilde. En Annie? Lia hield haar hart vast. Zij vreesde, dat bij Annie dezelfde drijfveeren als bij Mama de over hand hadden. De Van Zeggelens behoor den tot één der eerste, toon aangevende families En zij waren schatrijk. Het be zit van Papa was daarbij een peulschil letje. Met de Van Zeggelens gepatendeerd worden, dat was Mama's eerzucht. En Annie dacht er blijkbaar ook zoo over. Maar maar, was er dan geen liefde? Ging dat dan zoo maar? Moest dat dan een ongelukkig huwelijk worden? Het werd Lia bang te moede. Zij be greep zichzelf niet meer. Hoe was het toch mogelijk, dat zij daar vroeger, tot vóór eenige maanden, nooit zoo over gedacht had? In een onverklaarbare stemming liep zij naar de huiskamer, waar het water op het bouilloir te koken stond. Langzaam zette zij thee. Opeens vond zij deze kamer zoo ge zellig, dat zij in het salon het licht uit knippen ging, haar boek meenam en in de huiskamer een fauteuil opzocht. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1928 | | pagina 5