No. 6 Berlijnsche Brieven. Leestafel. Rechtzaken. Voor huis en hof. EER* Dit numme oogenblik naderden een paar fietsrijders, en dit deed waarschijnlijk de aanvallers op de vlucht slaan. Toen bleek, dat er ook nog twee zware keisteenen ter versperring op den weg waren gelegd. Nadat de hoo rnen en keien op den berm waren gewor pen, vervolgde de auto zijn weg. Bij de politie te Steenwijk is van het geval aan gifte gedaan. PRINSES MARGARETHA VAN PRUISEN. De Romeinen wisten er reeds alles van, toen zij met een afwijzend gebaar spot ten: „de wereld wil bedrogen zijn!" In den loop der eeuwen is daar weinig aan veranderd. Het is eerder erger dan beter geworden. Men spreekt van vooruitgang op elk gebied, beschouwt de 20ste eeuw als een hoogtepunt in de wereldgeschie denis, speciaal op het gebied der tech niek en och ja, er is veej nieuws onder de zon. Wij, volwassenen, zien om ons heen dingen gebeuren, waar we in onze prille jeugd niet van gedroomd hebben ik wijs slechts op luchtschip en vlieg machine maar één ding is ongewijzigd gebleven: de leugen, het bedrog, de zonde, het vergrijp tegen de tien geboden. Daar is van vooruitgang slechts sprake in ne gatieven zin Ik bedoel, men heeft mid delen en wegen gevonden, om anderen op te lichten, welke zelfs de bewoners van een wereldstad als Berlijn, die aan veel gewend zijn, verbaasd doen opkijken. Unter den Linden is een aaneenscha keling van groote hotels en voorname winkels. Onmiddellijk aan. Hotel Adlon, waar veelal Amerikaansche en Europee- sche grootheden hun intrek nemen, grenst een bloemenwinkel, waar ge niet aan voorbijgaat, zonder de fraaie etalage te bewonderen. Wat verderop, in de buurt van Hotel Bristol, zijn mode-zaken voor dames en heeren, waar gé, uit angst voor hooge prijzen, niet gauw naar binnen zult stappen, ook al bewondert ge de schouw vensters Met traliewerk voorziene ven sters stellen de juweelen ten toon, welke menigen inbreker van beroep doen wa tertanden en ik heb nooit begrepen, waar om de juweliers de op diefstal uitgaanden zoo o'nnoodig prikkelen. Nog geen half jaar geleden brak een ondernemende dief aan den Kurfürstendamm bij een juwelier in, nog wel op klaarlichten dag, vluchtte het Kaufhaus des Westerns binnen, liet een paarlen collier op den trap vallen, wist eerst te ontkomen, maar werd later geknipt. Thans zijn het twee buitenlan ders, waarschijnlijk Amerikaansche gauw dieven, welke alle Berlijnsche juweliers den schrik op het lijf jagen door een diefstal zoo vermetel, dat de betrokken juwelier er een belooning van IC.000 M. voor toegezegd heeft aan hem of haar, d e den dieven op het spoor komt. Men heeft de schade der betrokken firma Gebrüder Friedliinder, op 300.000 Mark getaxeerd en de politie van allp landen werd reeds op de hoogte gebracht van de dieven en de gestolen voorwerpen. Aan denzelfden Kurfürstendamm woon de ik deze week een voordracht bij, ge houden door dr Paul Seelig voor de „Ber liner Gescllschaft für Psychologie und. Charakteriologie" over het onderwerp: „Jugendliche Hochstapler" jeugdige op lichters en natuurlijk was Harrv Do- mela, de knaap, die brutaalweg weken achtereen den oudsten zoon van den voormaligen kroonprins imiteerde en door zijn ongekende brutaliteit aan den kapi tein van Köpenick deed terugdenken, een der meest, pakkende voorbeelden. Door den spreker werd ons het gedachten- leven van kinderen beschreven en de overeenkomst daarvan met het gedach- tenleven van jonge misdadigers en op lichters. De pubertéit schijnt daar een belang rijke plaats bij te bekleeden ,en tot de b-ooze gevolgen van den oorlog kan men ook het feit rekenen, dat vele kinderen de vaders waren ver weg slechts gebrekkig werden opgevoed. De strenge hand ontbrak en van de moeders, die het thuis ook al hard hadden, kon men niet veel meer vergen. Allerlei zonder linge gevallen kregen we dien interessan- ten avond te hooren van phantastische oplichterijen en het viel mij op, dat ook en juist de vrouwen - het zwakkere geslacht! op dit crimineel terrein een zeer bedenkelijke rol spelen. Voor de meesten, die in hun jeugd op bedrog uitgaan, wordt deze zonde een beroep, een bron van voor hen niet eens bedenkelijke inkomsten. Ons werd van een jongetje vertelt, dat vele Ber lijnsche artsen telefonisch geld wist af te zetten en uit „Grössenwahn" toen maar den ganschen dag insmoking door de straten rondwandelde. Nog mal ler was een jonge vrouw, die het on echtelijk kind van een maharadschah wil de wezen, een voor alle geleerden onbe kende taal sprak en later een dood gewone boerin van onvervalscht Duitsche origine bleek te wezen I Haar werkelijke naam luidt Martha Barth en zij is de onechtelijke dochter van een assessor, dus van een man, die in betere kringen verkeerde. Als kind reeds voelde Martha zich meer dan alle andere meisjes en dezen namen op school een loopje met haar, gaven haar den bijnaam „de ver- rückte Martha". Thans stond zij in Erfurt terecht wegens niet minder dan 28 ge vallen van oplichterij en het is leerrijk, uit dit proces af te leiden, hoe de Duit- schers, althans een deel van dit volk, gevoelig zijn gebleven voor hoogklinkende namen. Het. dienstmoisje van 't platteland heeft 't klaargespeeld, tallooze menschen min of meer onder hypnose te brengen, door zich brutaalweg uit te geven voor (een niet bestaande] prinses Margaretha van Hohenzollern. Met de noodige ge heimzinnigheid fluisterde zij goedgeloovi- gen in 't oor, dat zij door de zuster i van den voormaligen Duitschen keizer de Voormalige koningin van Griekenland, in Bad Berka ter wereld werd gebracht. Haar onechtelijke moeder zou dus nie mand minder dan Koningin Sophie van Griekenland zijn geweest, Keizer Wilhelm daarmede haar (onechtelijke) oom! Reeds op 14-jarigen leeftijd trad zij in morganatisch huwelijk met Prins Bo ris, den tegenwoordigen Koning van Bul garije maar dit huwelijk werd natuurlijk alleen in de verbeelding van „prinses Margaretha" .ongeldig ver klaard. Toen de voormalige Kroonprins op een goeden dag naar Sofia kwam, werd hij verliefd op haar, nam haar „mir nichts, dir nichts" mee op reis naar Beieren enhuwde ook al met haar. De gestorven Keizerin was de eenigste, die van dit morganatisch hu welijk afwist. Later huwde hij dan ech ter zijn tegenwoordige echtgenoote Met zulke dwaze phantasieen wandel de de boerendochter, keurig gekleed, door Erfurt en hoe onwaarschijnlijk u en mij dit toeschijnt er waren tallooze men schen, die dat als ernst hebben opge nomen. Ik ben zelfs overtuigd, dat de meesten, die Martha Barth voor een rasechte prinses, nog wel van Hohen zollern hebben gehouden, uit angst voor publieke blamage, niet tegen haar zijn opgekomen als getuige. Jammer genoeg, want we hadden dan nog veel meer dwaasheden te hooren gekregen. Het ergst zijn twee zusters Herold, modisten van beroep, erin gevlogen en men moet lachen x>f men wil of niet, wanneer men leest, hoe deze goedige oudjes alles voor bare munt hebben op genomen, wat Martha vertelde. Zij be schouwden haar als een rasechte prin ses van keizerlijken bloede, geloofden, dat zij later millioenen zou erven, hiel pen haar aan alles en nog wat, leenden haar geld voor in nood verkeerende ver wanten in Koburg, in Hannover, in Prui sen. De gezusters Herold zijn door haar dwaze goedhartigheid volkomen geruï neerd en leest men het verhr ir, dan mengt zich met een gevoel var medelij den ook een zekere afkeer zulke serviliteit. De een of andere i ïefkaart uit Doorn moet den stoot gegeven heb ben tot Martha's optreden als Hohen- zollernprinses. De dames Herold hadden zulk een kaart uit Nederland ontvan gen, waren er niet weinig trotsch ,op, lieten die kaart aan iedereen zien en dat bracht de boerin op de gedachte, de sympathie der naïeven in haar eigen be lang uit te buiten. Zij bestelde en be stelde, alles op crediet en de Gezusters Herold vonden 't een eer, om aan een Hohenzollern-prinses te mogen leveren. Naast dit goedgeloovig tweetal werden 23 andere, minder ernstige gevallen behan deld, waaruit blijkt, dat maar al te veel Duitschers den schijn nog steeds niet van het wezen kunnen onderscheiden. Het vonnis voor „prinses Margaretha" lui 1de: twee jaar g vangeaist af met af trek van een half jaar voorarrest. "■erlijn, December 1928. Antirevol. Staatkunde. Hei No vember nummer van dit altijd belangrijke en leerzame orgaan der Dr A. Kuyper stichting bevat allereerst een historische studie van Ds J. C. Rullmami over: Het Reveil en de opkomst der A. R. partij. De heer P. A. Colijn schrijft over: „De Poenale Sanctie in.Ned.-Indië" De schrij ver is van oordeel dat de Poenale Sanctie vooralsnog niet gemist kan worden, maar voegt daaraan toe dat dit geen beletsel behoeft te zijn bij het streven naar lots verbetering van den arbeider in Indië. Een goede arbeidswetgeving en een goede controle in de eerste plaats de invoering van eon wekelijkschen rustdag moet als gewenscht worden beschouwd. In de rubriek Vraag en Antwoord, be werkt door Mr J. W. Noteboom, wordt o.m. gehandeld over de al of niet ver dedigbaarheid van de afzwering van Ko ning Philips II door de Staten-Generaal. Op de vraag of de afzwering door den antirevolutionair op staatsrechtelijke of op algemeen menschelijke en gods dienstige gronden verdedigd moet wor den. zegt Mr N. het laatste zeer gevaar lijk te achten. Uit het feit, dat Calvijn zich in zake de afzetting van vorsten in bepaalde gevallen aansloot bij het geldend recht volgt, dat hij de beantwoording van de vraag, hoever het verzetsrecht in een be paald land ging, deed afhangen van den inhoud van het in dat land geldend staats recht. Het staatsrecht nu, dat ten tijde van de afzwering in de Nederlanden vigeerde, bood inderdaad steun aan 'het besluit, dat de Staten ten opzichte van Filips namen. De Staten waren de wettige or ganen ter bescherming van de rechten des volks tegen machtswillekeur van den vorst. En nu kan men twisten over de vraag, o-f dc privileges, met name 'de z.g. Joyeuse Entree de Brabant van 1354, volgens de historische interpretatie al of niet den onderdanen het recht gaven om den vorst in bepaalde gevallen af te zetten, vast staat, dat bescherming van de aloude volksrechten, die in de privile ges zelf uitdrukkelijk waren vr 'gelegd, voor de Staten-Generaal niet >gelijk was, zonder afzwering van e vorst, die hoewel als zoodanig ingehuldigd onder de voorwaarde van een eed van trouw aan de privileges niet slechts op de meest grove wijze de privileges met voeten getreden had, doch zelfs niet aarzelde om duidelijk zijn toeleg te doen blijken aan deze privileges en het bestaan der wettelijke volksvertegenwoordiging voorgoed een einde te maken. Natuurlijk woog voor ons volk, met name voor het Protestantsche volksdeel, in die dagen meer dan eenig staats rechtelijk argument de overtuiging, dat het eisch was van Gods gebod om op to komen tegen een tvran, die niet alleen de burgerlijke vrijheid, doch vooral ook het dienen van God op de wijze in Zijn Woord voorgeschreven op de gruwelijkste wijze vervo gde en zelfs niet terugdeinsde voor de meest laaghartige misdaden (men denke aan den geprovoceer len moord op Oranje), als maar de organisatie der Ne- derlandsche gewesten er door kon worden ontwricht. „De nauwgezette partij" zegt Groen t.a.p. blz. 130/7 „heeft, zelfs na veeljarig lijden, dezen beslissenden stap, niet om het gevaar, maar uit plichtbesef, mei leedwezen en bekommering aan schouwd. Strenge Calvinisten deinsden hiervoor terug, maar republikeinsche theorieën 'kwamen, ter doordrijving van de staatsrechtelijke breuk, op den voor grond. Om den Roomschen, talrijk in den lande, te believen, „werd" (in de acle van afzwering) „de drangreden die, in het oog der Hevormden, alleen den afval rechtvaardigen kon (het weigeren van gewetensvrijheid o-m God te blijven dienen), in de schaduw gesteld". Doch indien niet binnen het kader van het toenmaals geldend staatsrecht daad werkelijk verzet tegen het wettig over heidsgezag ware mogelijk geweest, dan zou toch een optreden tegen de Overheid dat verder reikte dan het z.g. lijdelijk verzet, van antirevolutionair standpunt bezien, o.i. z,eer bezwaarlijk zijn te ver dedigen." Stemmen des Tijds. De zeven tiende jaargang van dit maandblad voor Christendom en Cultuur is thans com pleet- Het December nummer opent met een bijdrage van P. Oosterlee over De Urne Een School met den Bijbel. Volgt een belangwekkend opstel van Dr F. C. Do- minicus over: C. S. Adama van Schel- tema als dichter van opstandige verzen, waarin hij als zijn meening uitspreekt, dat A. van S. niet de kunst heeft verstaan ons aan te grijpen, mee te sleepen en te overtuigen van de doorvoeldheid van zijn poëzie. Indien van tijd tot tijd een vers ons treft, dan heeft het dit vaak slechts te danken aan het min of meer duide lijke marschtempo, maar een schrijnend lied, dat ons zonder uiterlijke hulpmiddel tjes roert en tot opstandigheid drijft, is bij hem nooit te vinden, hoe hij ook in dit opzicht moge geroemd zijn." Verder bevat dit nummer de volgende bijdragen: Het verleden in de werken van Pierre Loti. door Dr J. W. Marmel- stein; Een nieuwe sexueele ethiek, III, door A. Hymans; Literaire Kroniek door J. C. van Dijk; Verzen door A. J. D. van Oosten, Willem de Merode en 'Ga- briël Smit, en eindelijk: Leestafel. Uitgeefster van dit maandblad, waar op wij gaarne bij vernieuwing de aan dacht vestigen, is: G- J. A. Ruijs U. M. te Zeist. Kantongerecht te Goes. Door den Kantonrechter te Goes zijn veroordeeld wegens overtreding: Leerplichtwet: W. L., Hoedekenskerke 2 maal f 3 of 2 maal 3 d. h. met een auto rijden over het plein der groote markt te Goes: Id. v. d. W., Kootwijk ontslagen van rechtsvervolging C. E. B„ Goes, vrijgesproken; met een hondenkar rijden zonder dal daarop is vermeld naam en nummer van den houder: J. S., G-oes f5 of 5 d. h.; wielen van wagen niet van klei en mod der zuiveren: M. W„ Kloetinge f3 of 3 d. h.; te Kloetinge met een auto harder rijden dan 20 K.M. per uur: W. v. d. G., Dor drecht f10 of 10 d. h.; als schipper geen reglementen aan boord hebben: P. v. G., Antwerpen, 2 maal f2 of 2 maal 2 d. h.; Naam van den schipper niet op zijn vaartuig hebbenN. H. K„ Bingen f 5 of 5 d h.; met een rijwiel de veiligheid van het verkeer in gevaar brengen: LI. F. S„ Ierseke f 15 of 15 d. h.; met een auto rijden zonder rijbewijs: M. v. 'tW., Heinkenszand f5 of 5 d.h. 's avonds met auto rijden zonder achter licht: J. W., Goes f5 of 5 d: h. fietsen zonder rem: J. d. K., 's H. Arendskerke f5 of 1 w. t.sch.; Door den Ambtenaar van het Openb. Ministerie bij het Kantongerecht te Goes is hooger beroep aangeteekend tegen het vonnis van H. v. d. W. te Kootwijk, waarbij deze wegens het rijden over het marktplein te Goes is ontslagen van rechtsvervolging. Steekpenningen. De rechtbank te Zwolle heeft J. v. W., 65 jaar, ge pensioneerd directeur van de gasfabriek te Nijkerk, wegens het aannemen van steekpenningen tot 1 maand gevangenis straf veroordeeld. Gascorruptie. In de zaak van den directeur van de gasfabriek te Doe- tinchem en van die van den opzichter bij dat bedrijf, die terecht hebben gestaan we gens diefstal en verduistering ten nadeele van de gemeente Doetinchem, doch die de rechtbank had vrijgesproken, heeft de Of ficier van Justitie hooger beroep aange teekend. J De schrijfmachineinhet s t r a f r e c h t. In het Archiv für Krimi- nologie Band 83, Heft 34, wijst Schmidt, op de nog niet genoeg opgemerkte moge lijkheid om bewijs in rechte te leveren door aan te toonen, met welke individueele schrijfmachine een bepaald stuk geschre ven is. Het blijkt, dat nagenoeg iedere schrijfmachine kleine eigenaardigheden heeft, speciaal bestaande in vervormingen van de letters, ook wel in bijzondere af standen tusschen de letters of tusschen de regéls, die het mogelijk maken het schrift van zulk een machine met voldoen de zekerheid te herkennen. De schrijver geeft een tweetal gevallen, waarin op deze wijze gedingen zijn beslist. Het eerste is dat van een koopman, die ondervond, dat getypte circulaires werden verspreid waarin zijn credietwaardigheid verdacht werd gemaakt. Twee personen kwamen als de schrijver in aanmerking. Bij onderzoek bleek, dat de circulaire geschreven moest zijn op een schrijfmachine van het merk, dat een van beiden wel en de ander niet had. Een nauwkeuriger onderzoek wees uit, dat de machine van deze verdachte eigenaardigheden aan enkele letters ver toonde, die ook te vinden waren in de cir culaire. De man werd op dezen grond ver oordeeld. Het tweede geval betrof diefstal van een schrijfmachine. De bestolen firma kocht eenigen tijd later een machine van het zelfde merk, maar vatte na eenigen tijd het vermoeden op, dat dit dezelfde machine kon zijn, die haar ontstolen was. Ook hier bleek na een zeer nauwkeurig onderzoek, dat het schrift van de oude machine en dat van de nieuwe geheel dezelfde kleine fouten aan letters vertoonde, waardoor de verkooper van de machine tot bekentenis werd gebracht. Een verpleegster voor het gerechtshof. Een 61-jarige verpleeg ster heeft zich in hooger beroep voor het gerechtshof te Amsterdam te verantwoor den gehad wegens vier gevallen van op zettelijke mishandeling, waarvan twee kinderen, die door haar werden opgevoed, het slachtoffer zijn geweest. Verd. was werkzaam bij een dame, die er haar roeping in vond, arme, verlaten kinderen uit de lagere klassen der maat schappij tot nuttige menschen op te kwee ken. Met de verpleegster brachten de klei nen het jaar door in tehuizen te Aerden- hout, op Schouwen of te Barneveld. Het eerste geval van mishandeling be treft een 11-jarig Hongaarsch meisje, dat volgens de dagvaarding door verd. ge dwongen was geworden met bloote voeten over het uit basaltslag bestaande gedeelte van een weg te loopen, waardoor het kind pijn heeft ondervonden. De overige drie gevallen van mishandeling waren door een 11-jarig Hollandsch meisje ondergaan. Verd. heeft dit kind in zee het hoofd on der water gehouden, waardoor haar de vrije ademhaling eenigen tijd was onthou den: voorts heeft verd. bet meisje met een Vliegenklapper den neus bloedend verwond en haar pijnlijk getroffen, door haar haren uit het hoofd te trekken. Op 28 Juni 1.1. had de rechtbank te Haarlem verd. voor het eerste geval we gens 'het h. i. niet bewezen zijn van kwaad willigheid van rechtvervolging ontslagen; van de overige drie feiten werd zij wegens gebrek' aan bewijs vrijgesproken. De offi cier van justitie, die acht dagen gevange nisstraf had gevorderd, teekende hooger beroep aan. Voor den president van bet Amsterdam- sche Gerechtshof, mr. Jolles, deed verd., die in uniform was, het verhaal, dat ze al dus gehandeld had om de kinderen te straffen, aangezien ze gelogen hadden. Al leen de klap met den vliegenmepper was per ongeluk gegeven. „Ik wilde de kinderen moreel doen voe len, dat ze verkeerd hadden gedaan", al dus verd. Pres.: „Van moreel is geen sprake; in dat geval hadt u met de kinderen moeten praten. U wilde dat de kinderen, het licha melijk zouden voelen. Dat is uw svsteem; u houdt er een Spartaansch opvoedings systeem op na". De procureur-generaal (tot verd.): „Is 't ook waar dat u het Hongaarsche kind, toen het nog maar zeven jaar was, twee nachten achter elkaar telkens tien minu ten op een open balcon hebt gezet en ver volgens weer tien minuten in bed gestopt, alleen omdat het niet het Hongaarsche woord voor grootvader wilde zeggen? Wat zijn dat voor barbaarsche methoden? U moest u schamen!" Verd.: ,,'t Allerbeste dat ik in me heb. heb ik aan de kinderen gegeven". Daarna werden de beide kinderen zelf na elkander voor de groene tafel geroe pen. De president had er slag van, de klei nen volkomen op hun gemak te stellen. De kleine Hongaarsche vertelde onbevangen, dat ze de haar opgelegde straf verdiend had; het loopen met bloote voeten op den basaltweg was wel niet prettig, maar ze mocht op het platgereden fietspad stappen en dat deed minder pijn. Ook het andere meisje gaf toe, rechtvaardig gestraft te zijn. „Maar in het Weeshuis, waar ik nu ben, is het veel prettiger", voegde ze er met een lachje aan toe. Tot de vele getuigen a décharge behoor de de dame van het tehuis, die verklaarde dat verd. streng doch niet hardhandig op trad. Alle kinderen houden van haar en het Hongaarsche meisje is door verd.'s opvoedingsmethodes ten goede verbeterd. Ook de andere getuigen waren eenparig van oordeel, dat verd., waar dit noodig was, streng, doch immer met goede bedoe lingen optrad. De procureur-generaal, mr Bauduin, meende dat de gronden, waarop de Haar- lemsche rechtbank tot haar vonnis is ge komen, niet deugdelijk zijn. Het tuchtrecht, dat verd. meent te kun nen toepassen, wordt door de wet niet er kend. In het door verd. gehuldigde systeem kan spr. slechts misdadige hard heid en wreedheid zien. Spr. eischte ver nietiging van het vonnis der Haarlemsch rechtbank en veroordeeling van verd. to. #acht dagen gevangenisstraf. De verdediger, mr Van der Deure ui Bennekom, wees er op, dat verd. in haa zucht om alles toe te geven, haar bekente nissen overdreven heeft. Aan de hand de jurisprudentie betoogde pl., dat niet elk toebrengen van lichamelijk leed mishand' ling is. De feiten, waarvan hier sprake io. zijn begaan voor een doelmatig doel; all klachten concentreeren zich juist op de/ twee kinderen, wien het liegen, bedriege» en treiteren in het bloed zit! Pl. zeide, <1? er geen sprake is van een systematisch mishandeling. Het betreft hier een relletje legen verd. op touw gezet uit minderwaar dige motieven. Pl. drong aan op vrijspraa, of ontslag van rechtsvervolging. UitspraaK 18 December. November in den Tuin. De Fruittuin. In den fruittuin ziet het er nu allesbehalve prettig en vrool T uit. Het is nog te vroeg voor dvoor jaarswerkzaamheden, doch d t wil daar om nog niet zeggen, dat het tijd van rus ten is. Werkzaamheden zijn er in d n tuin het geheele jaar altijd nog te doen. We hebben nu prachtig den tijd om alle boo men in den boomgaard eens te inspec teeren en het overtollige hout uit te zagen Lucht en licht moeten ongehind >rd tot het hart van den boom kunnen door dringen en 'bij heel wat boomon valt hei steeds weer op, dat. ze te dicht in het hout gehouden worden. Takken, die elkaar kruisen, mogen in een goeden boom, waarvan men een goede productie ver wacht niet voorkomen en zulke fouten kunnen we nu herstellen- Verder worden alle dikke takken, benevens de stam mei een boomkrabber duchtig afgekrabt en met een stalen borstel nog eens nagebor- steld. Alle afval der ^hoornen wordt ver zameld en verbrand, omdat het in den regel een groote partij eieren en larven herbergt, waar de dierlijke parasieten uil voortkomen, welke ons in den a s. zomer zeer groote schade kunnen berokkenen. Door do verbranding houden we dus met een een groote opruiming onder deze vijanden onzer vruchtboomen. Bezitters van Kippen laten deze dieren z-ooveel moge'ijk in den boomgaard rondschen-e- len. Hierdoor wordt een tweeledig doel bereikt De Kippen vinden hier een uit stekend voedsel en er wordt heel veel ongedierte opgeruimd. Deze werkzaamheden kunnen eveneens in het voorjaar plaats vinden, doch dan is er in den regel zooveel ander werk te doen, dat deze kleine karweitjes wel eens uitgesteld en daarna vergeten wor den, tot schade en schande. Ofschoon hei nu nog te vroeg is om met carbolineum te werken, verdient het toch aanbeveling reeds nu tot bestelling over te gaan, om ze vroegtijdig t- kun nen gebruiken. Gebruik uitsluitend de goede kwaliteiten de kosten w rden r, in sehoots vergoed door meer en mooiere vruchten. De moestuin In den moestuin ziet het er eveneens kaal uit en het wordt met den dag kaler. Het is nog maar al te zeer gewoonte om het moesland in den winter, verder als nergens voor die nende» te laten liggen om het zoo te laten als het is. Ook dit zal zich onher roepelijk wreken door oen mindere op brengst. Tijdig spitten is de boodschap, zorgen voor voldoende afwatering, voor zoo ver dit mogelijk is. Hebben we plannen om in hnt begin van December een begin te maken met het in orde brengen van warme bakken voor wortelen, kropsla of bloemkool dan verwijderen we de aarde en de broe'laag van bel vorige jaar en brengen een nieu we laag aan. Deze broeilaag behoeft geenszins zwaar te zjjn en kan bestaan uit bladeren, boonenstroo, en dergelijke met wat mest We raken dan meteen een groot deel der rommel kw.jt en trekken er tegelijkertijd profijt van. De bloementuin. Is het w e- gun stig en dat is het den laatsten tijd helaas al zeer weinig, dan kunnen heesters en dergelijke worden gesnoeid. Dit werk ver- eisebt de noodige vakkennis en wie er geen voldoende kaas van gegeten heeft, doet verstandig het prutsen en bederven achterwege te laten en een vakman d't werk te laten opknappen. Het is wel gemakkelijk en heel eenvoudig om, ge wapend met een bijl en zaag wat takken af te slaan, doch dan is het middel nog erger dan de kwaal. De wijze van snoeien wordt bepaald door de soort, de standplaats en het beoogde do°l, waar bij nog tevens op den snoeitijd gelet moet worden. De teere boomsoorten en heesters wor den het beste vroeg in den herfst of di rect na het bloeien gesnoeid, omdat an ders de takken gemakkelijk insterven. Bij strenge vorst is in het algemeen snoeien ongewenscht en hij het snoeien is het bovendien een eerste vereischte, dat de snooiwerktuigen flink scherp zijn. Alle takken moeten glad worden afgesneden, hoe gladder hoe beter. Dan is de verwon ding het geringst en herstelt de plant zich het vlugst. Bij het snoeien dragen we zorg, dat het snijvlak niet kan inwa teren, door steeds schuins van onderen naar boven te snijden. Groote snooiwon- den bestrijken we met teer óf sluiten ze af met entwas. Direc' 4 Bureau: L Tel.: Redacti Postr t Bijkai Firma F. P. I Onze Door het wordt van 10 heele land ec pagne gevoer Overbodig niet. Wel heeft loop der jare kregen en is invloed belan ideaal is noj Zeker, onze zjjn. Het Iedenta 60.000. Het heeft bij staking e 20.000 leden Het fonds te is in staat gen uit te k aan leden ei die door tub Uit deze e dat de Christ wel iets bete En het blijl vakbonden bj broken oonflie sende woord ook ten opzi den, der woi positie der we reeds veel ko Maar wanm len de geweld nen Bond en zenden arbeid bij dezen bonc wel dat er no'| ven en dat e daad nog wel Van harte h campagne aan ook in Zeelai Er zjjn ooi nemers, die n niseerd zijn. Welnu, late dagen eens e len, wat ten Wij zjjn het Overheid zich het maatscha] en dat de ma moet regelen. Maar dat ka de noodige Daarom in Zeeland: op vakbewegi Waakzi Van vrijzinr was men dar over Minister Men erkendi schappen, zjjj rendheid, maa den toch een den heer Kh leerd „De ministei het nadeel vensbeschouwi formules staat schappelijke v gen die zich verheffing dei getuigt." De heer K zich hierbjj aa zelfs niet zone deel te nemer Het ging h recht. En dan be. De ministei levensbeschour altijd vast aan opzichte van vat die hij ni Hij staat m| tegenover de selen, d.w.z. L plaats wat m< schelijk beschc handhaven de Niet de men regel en ric! des Heeren. Of, zooals kernachtig uit eischen va eisch van diging van d van het huwi Wij mogen zegen, dat eei

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1928 | | pagina 6