DE ZEEUW
TWEEDE BLAD.
Staten-Generaal.
VAN HOOGER ORDE.
Gemengd Nieuws.
FEUILLETON
EINDE
VAN
VRIJDAG 7 DECEMBER 1928. No. 69..
TWEEDE KAMER.
De R.-K. Handelshoogeschool te Tilburg.
JDe debatten over de Onderwijsbegroo-
tiH werden gisteren voor een goed deel
beheerscht door de voorgestelde subsidie
van f 10.000 voor de R.-K. Handelshooge
school te Tilburg.
Ter toelichting van deze zaak het vol
gende:
In 1913 is aan de Nederlandsche Han
delshoogeschool te Rotterdam een bijzon
dere school opgebouwd op een vrij weten
schappelijk beginsel, subsidie verleend.
Artikel 34 van de begrooting vraagt voor
dit jaar zelfs f 61.000. Niemand had daar
bezwaar tegen. Het Rijk geeft geen hooger
handelsonderwijs en wettelijk is dat niet
geregeld.
Naast deze school in een handelscen
trum, is er in het centrum van het in
dustriegebied te Tilburg een R.-K. Han
delshoogeschool gesticht, waarvoor thans
een subsidie van f 10.000 gevraagd werd
Maar nu kreeg men de poppen aan het
dansen.
Tegen subsidie aan een z.g. neutrale
school, waar met God en godsdienst niet
gerekend wordt, had niemand bezwaar,
maar subsidie voor een R.-K. inrichting,
neen dat mocht niet.
De heer T i 1 a n u s (jC.-H.) wees er op,
dat de Chr. Hist, steeds een afwijzend
standpunt hebben ingenomen tegen de
subsidieering van bijzondere hooger on
derwijsinstellingen. Zij vragen volledige
vrijheid van die instellingen. Gaat men
daarentegen sübsidieêren, dan zullen
voorwaarden moeten worden gesteld, die
bij de wet moeten .worden geregeld. Zij
wenschen ook de wetenschap niet aan een
dogma te binden. Op dien grond bestaat er
voor spr. onderscheid tusschen een niet-
confessioneele school als die te Rotterdam
en een confessioneele school als die te Til
burg.
De verbijzondering van ons volksleven
dient niet verder doorgevoerd te worden.
Bovendien is de subsidie te hoog in ver
houding tot die van de Vrije Universiteit
en van de R.K. Universiteit te Nijmegen.
De Kamer staat hier voor een ernstige
beslissing. De minister doet beter, door dit
punt terug te nemen.
Dhr Lingbeek (H.G.S.) bestreed
eveneens de subsidie-aanvraag. Reeds
hebben de Roomschen het meeste profijt
getrokken van de Hooger onderwijswet van
dr Kuyper, doordien zij een ton subsidie
krijgen voor de R.K. Universiteit te Nij
megen, terwijl de Vrije Universiteit te
Amsterdam blijft tobben. Wil men iets
doen voor het Hooger onderwijs, dan is
het herstel van onze theologische facul
teiten aan de landshoogescholen het eerst
aan de beurt.
De heer M o 11 e r (R.K.) had de onge
lukkige uitdrukking^ dat de wetenschap
niet gebonden mag zijn aan een dogma,
niet verwacht uit den mond van een
man als de heer Tilanus. De wetenschap
is gebonden aan de waarheid, aan de
Christelijke waarheid en aan iedere an
dere waarheid. Komt de man der weten
schap bij zijn onderzoek daarmede in
strijd, dan blijkt hij zich te hebben ver
gist en gaat hij voor die waarheid terug.
Spr. vraagt met hetzelfde recht als
de heer Lingbeek aan elke openbare uni
versiteit een volledig ingerichte katholieke
theologische faculteit met staatsgeld.
Waarom alleen een protestantsche theo
logische faculteit? SpT. ontkent en blijft
ontkennen $en eigen protestantsch ka
rakter der natie. Dat is er nooit ge
weest. Er is wel een gereformeerde over-
heersohing geweest.
De heer Van Wijnbergen (R.K.)
constateert, dat de overheid ten onzent
tot dusver zelf geen hoogere handelsscho
len heeft opgericht. Er zijn twee bijzon
dere handelshoogescholeri, één te Rotter
dam en één te Tilburg. De heer Tilanus
noemde de laatste _een confessioneele
school, die opmerking heeft spr. uit den
mond van een secretaris van den On
derwijsraad verbaasd. Onze wet kent geen
130)
Naar het Engelseh.
Ik verbeeldde me, dat ik John dit hoor
de zeggen, terwijl hij bij me stond, met
zijn hand op mijn schouder. John
zelf, geheel verschillend van dat, wat
daar zoo stil voor me 'lag; schoon, als
alleen de dood wezen kan, veel jonger,
wel twintig jaar jonger, dan hij er dezen
morgen uitgezien had.
Vaarwel Johnl Vaarwel gij, die meer
dan een broeder voor mij zijt geweestl
'tls maar „voor een poos".
Terwijl ik daar zoo zat en dacht hoe
vreedzaam de handen neerlagen, nog ge
vouwen, hoe zacht de uitdrukking was
van den gesloten mond en hoe vreemd
het geheele gezicht leek op het kleine)
gezicht van Muriel, dat ik had zien rus
ten in dezelfde diepe ru3t op dezelfde
peluw raakte iemand mij aan. Het waa
mevrouw Halifax.
au er lan openbaar of b'jzonder onder
wij?. Wij hebben twee bijzondere han-
deishoogescholen, één in het noorden,
één in het zuiden. Tegen de laatste komt
thans verzet. Maar bij de voorbereiding
van de oprichting van deze laatste is
alle steun en medewerking ondervonden
van de Handelshoogeschool te Rotterdam
en bij de opening van deze school is
sympathie betuigd door alle richtingen.
Sinds dien zijn 14, 15 maanden verloo-
pen en is de goede verstandhouding tus
schen de instelling te Tilburg en de an
dere hoogeronderwijsinstellingou blijven
bestaan. Het allereerste bezwaar tegen
deze inrichting wordt vernomen uit de:.e
Kamer. Spr. betreurt, dat op die wijze
de indruk zal worden gewekt, dat weer
voor de zooveelste maal onze zuidelijke
provinciën, Noord-Brabant en Limburg,
bij de noordelijke worden achtergesteld.
De heer Z ij 1 s t r a (A.-R.) bestrijdt de
beschouwingen van den heer Tilanus, vol
gens wien het verschil van levensbeschou
wing door de overheid niet moet wor
den geëerbiedigd bij het universitair on
derwijs.
De wetenschap is een souvereine le
venskring met zijn eigen wetten. Zij ont
vangt haar inhoud niet van de overheid.
De wetenschap moet één zijn; die eenheid
is ondenkbaar zonder dieperen grondslag.
Zeker 'is een subsidie van f 4000 voor
de Vrije Universiteit gering in vergelijking
met een subsidie van f 10.000 voor deze
Handelshoogeschool. Maar daaruit volgt
alleen, dat de overheid haar houding te
genover de Vrije Universiteit zal hebben
te herzien. Overigens huldigt de A.-R.
partij zeer zeker den protestantschen
grondslag onzer natie.
De heer Oud (V. D.) motiveert de
stem zijner partijgenooten tegen het sub-
sidievoorstel. De vrijz.-dem. maken on
derscheid tusschen het lager- en middel
baar onderwijs eenerzijds en het hooger
onderwijs anderzijds.
Te Rotterdam 'heeft men te doen met
de vrije markt; terecht heeft de staat-
dus dit onderwijs gesteund, maar de
Hooge School te Tilburg heeft een ge
heel ander karakter.
De heer Zandt (S. G. P.) vraagt zich
af of we onze kinderen nog aan de Vrije
Universiteit mogen toevertrouwen, daar
deze meer en meer afwijkt van de grond
slagen der Belijdenis. Des te minder reden
is er om Rome te verrijken. Van den
echten Calvinist mag men niet verwach
ten, dat hij zulk een streven met staats
geld zal bevorderen.
Spr. stelt zich aan de zijde van hen,
die een theologische faculteit aan de
staatsuniversiteit hebben bepleit. Deze zal
de studenten moeten onderwijzen in de
Gereformeerde Belijdenis.
De heer A1 b a r d a (S. D.) betoogt,
dat de pacificatie op lager-onderwijsgebied
niet de verplichting inhoudt, tot pacificatie
op ander onderwijsgebied. Het is niet
wenschelijk, dat daaromtrent ten aanzien
van het hooger onderwijs een incidenteele
beslissing wordt genomen.
De heer van Wijnbergen heeft een zeer
slecht element in het debat gebracht door
zijn tegenstelling tusschen het Noorden
en het Zuiden. Rotterdam ligt werkelijk
zoo ver niet van Noord-Brabant, dat de
jongelui uit die provincie alleen te Til
burg zouden kunnen studeeren_en niet
te Rotterdam. Spr. ziet geen réden om
deze school te subsidiëeren.
De heer v. Wijnbergen: De school
te Rotterdam krijgt wel subsidie-
De heer Albarda: Dat is geen con
fessioneele school. Die wensch ik geen
subsidie uit de staatskas te geven.
De heer Visscher (A.-R.) betoogt,
dat de gereformeerde wetenschap in En
geland, Nederland en de Vereenigde Sta
ten een protestantsche cultuur heeft doen
opkomen. Zelfs het katholicisme heeft hier
te lande den gezegenden invloed daarvan
ondergaan. In dit opzicht draagt Neder
land nog heden ten dagen het merkteeken
van het protestantisme op het voorhoofd-
Het karakter der universiteiten is ge
heel gewijzigd. Zij gaan meer en meer
op een complex van vakscholen gelijken.
Spr. staat sympathiek tegenover het stre
ven het herstel daarvan in den geest der
middeleeuwen of der reformatie te bevor
deren door regeeringssteun. Maar dan
moet dit niet incidenteel geschieden maar
door een herziening der ^Hooger Onder-
wijiswet. De minister neme dus dezen
post terug en kome met een herziening
der Hooger-onderwijswet waarin ook deze
materie is geregeld. Daarbij zal hij op
sprekers sympathie kunnen rekenen-
De heer S ch o k k i n g (C.-H.) zegt, dat
de Chr. Historischen altijd onderscheid
hebben gemaakt tusschen het lager, het
middelbaar en het hooger onderwijs. Wij
wenschen niet een verder doorgevoerde
splitsing in ons volk dan noodig is.
Zegt men: de handehhoogeschool te
Rotterdam is een bijzondere, dan is te
overwegen, of de overheid deze zal heb--
ben over te nemen. Het protestantsch ka
rakter onzer natie is er nog. Daar genie
ten allen van, die zijn voor geestelijke
vrijheid. Wij leven in de sfeer der re
formatie die ons de geestelijke vrijheid
do-et hooghouden en die niet wil dat het
onderwijs aan onze universiteiten gebon
den is aan een dogma.
De Minister van Onderwijs, de
heer Waszink, vraagt zich af, of het
wel op den weg van het Kabinet ligt,
om te komen met een voorstel tot alge-
meene herziening van de Ho-oger-onder-
wijswet.
De heer Heemskerk (A.-R.)Nuwèl,
nu dit voorstel is ingediend.
De Minister: Het is nu toch wel
gebleken, dat er zooveel verschil van
meening lyervoor is tusschen de ver
schillende partijen, dat zulk een voorstel
niet te verwachten is van een extra-par
lementair Kabinet.
Spr. kan niet voldoen aan "het verzoek
van den post van f 10.000 subsidie voor
de R.K. handelshoogeschool te Tilburg
in te trekken; ondanks het feit dat spr.
volkomen zekerheid heeft over !het lot
van dit voorstel.
Het handelshoogeronderwijs is weste
lijk niet geregeld. Desondanks heeft men
destijds geen bezwaar gemaakt tegen het
Rotterdamsche subsidie. Men behoeft dus
geen wettelijke regeling af te wachten
om dit subsidie te voteeren. Uitsluitend
op grond van het praecedent van de Rot
terdamsche handelshoogeschool heeft spr.
dit subsidie voorgesteld om geen onbil
lijkheid te scheppen, waar beide scholen
in precies dezelfde omstandigheden ver-
keeren.
Hierna kwam het artikel in stemming.
De heer Heemskerk motiveert zijn
stem vóór dit artikel, op grond van de
billijkheid, nu de bijzondere handelshoo
geschool te Rotterdam, die niet op een
bepaald beginsel berust, wèl subsidie ge
kregen heeft. De minister heeft het echter
hun, die voor dit subsidie zullen stem
men, zoo moeilijk mogelijk gemaakt, daar
hij weigerde de consequentie te trekken
dat nu ook yoor de universiteiten, die
op een bepaald beginsel steunen, de sub
sidie zal moeten worden geregeld.
De heer Tilanus (C.TI.) motiveert
zijn stem tegen het artikel en verklaart,
de zaak zoo zakelijk mogelijk te hebben
bezien.
Het artikel wordt verworpen met 45
tegen 34 stemmen. Voor: de katholieken
en de anti-revolutionnairen, behalve de
heer Visscher.
Avondvergadering.
Waterstaatshegrooting.
In de avondvergadering werd de behan
deling van de Waterstaatshegrooting
voortgezet.
Van de langdurige debatten, waarbij
de meest uiteenloopende punten ter. spra
ke kwamen, vermelden we alleen het
volgende.
De heer Bakker (C. H.) drong aan
op beperking van de diensten op Zon
dag bij de spoorwegen, waartegen de heer
Oud (V. D.) zich krachtig verzette.
De heer Duymaer v. Twist ver
klaarde zich tegen het rijden van extra-
treinen op Zondag, waardoor aan het
personeel de Zondagsrust wordt ont
nomen.
De heer S m e e n k (A. R.) erkende, dat
de kwestie van het rijden' van treinen
op Zondag een uiterst moeilijk vraag
stuk is. Er is in den loop der jaren
ten aanzien van de Zondagsdiensten bij
verschillende bedrijven veel verbeterd,
maar spr. heeft met leedwezen gecon
stateerd, dat in de laatste jaren het aan
tal treinen op Zondag weer is toegeno
men. De minister verdedigt dezen Zon
dagsdienst met de opmerking, dat het
publiek anders' meer gebruik zal gaan
maken van autobussen, maar daarmee is
de minister er geenszins af. We hebben
hier te doen met een principiëele kwes
tie en het is de plicht van een over
heidsbedrijf in deze het goede voorbeeld
te geven.
Voorts hoopt spr. evenals de heeren
Bakker en Hermans, dat de mi
nister zal kunnen bevorderen, dat aan
de billijke eischen van het spoorwegperso-
neel inzake een 'uitkaeringi in eens spoe
dig zal1 worden tegemoetgekomen. Ook
zou spr. het pens i o en vraagstuk voor het
trampersoneel graag zien geregeld.
De heer Z an dt(S.G.P.) keurde de hou
ding van den minister af, die in strijd met
Gods gebod treinen op- Zondag en zelfs
extra-treinen op den dag des Heeren laat,
loopen. Dat is in strijd met de H. Schrift
en spr. Rad zulks niet van dezen minister
verwacht. Hij betoogt voorts, dat ook aan
do autobussen verboden moet worden om
op Zondag te rijden.
Spr. diende een mo'tie in waarbij de Ka
mer als haar oordeel uitspreekt, dat op1
Op den Muiderstraatweg
heeft een ernstig auto-onge
luk plaats gevonden. Een van
Amsterdam komende auto
raakte op het gedeelte waar
de rails van de Gooische
stoomtram over het onbe
strate gedeelte van den weg
loopen, van den straatweg en
te water. Twee der inzitten
den werden zwaar gewond,
terwijl een derde minder ern
stig werd gewond. Een zwaar
gewonde passagier werd weg
gedragen.
Hoe zij hier kwam, weet ik niet; noch
hoe zij het aangelegd had om weg te
komen van haar kinderen; ook niet, hoe
zrj, die in geen weken geloopen had,
haar weg hierheen gevonden had, in het
donker, geheel alleen; ook niet, welke
kracht, bijna bovenmenschelijk, haar hielp
om daar zoo te staan, zooals zij deed,
rechtop en kalm naar hem ziende -
ziende, gelijk ik deed.
„Hij lijkt zoo sprekend vindt ge ook
niet, Phineas?" de stem was zwak en
zacht, niet onderbroken door snikken-
„Hij heeft mij eens gezegd, in gevalin
dit geval hij liever niet wilde, dat ik
zou kpmen om naar hem te zien
maar ik kan het zoo gij ziet."
Ik gaf haar mijn plaats en zij zat brj
het bed. Wel tien minuten of langer ble
ven wij daar zonder een woord te wis
selen.
„Ik geloof, dat ik iemand aan de deur
hoor. Broeder, wilt gij de kindereybin
nen roepen."
Guy, geheel verslagen, knielde neer
naast zijn moeder en smeekte haar, toe te
staan, dat hij haar naar huis bracht-
„Dadelijk dadelgk, mijn zoon. Gij
zijt zeer goed voor me maar je vader.
Kinderen kom binnen en zie naar je
vader".
Zij kwamen allen om haar heen
schreiend; maar zij sprak zonder een
traan.
„Ik was een meisje, jonger dan een
van jullie, toen ik het eerst je vader ont
moette. De volgende maand zouden we
33 jaar getrouwd zijn geweest. Drie en
dertig jaar."
Haar oogen werden droomerig alsof
haar verbeelding haar terugleidde langs
al dien tijd; haar vingers bewogen zich
werktuiglijk op en neer, over haar trouw
ring.
„Kinderen wij waren zoo gelukkig. Hij
was zoo goed; hij had mij zoo lief- Nog
meer dan dat, hij maakte me zoo goed
dat was het waarom ik hem zoo lief
had. O, wat is zijn liefde voor mij ge
weest van het begin afi Kracht, hoop en
vre&e; troost, hulp in nood, heerlijk in
voorspoed. Hoe niijn leven gelukkig en
volmaakt werd hoe veel meer ging ik me
zelf achten, omdat hij mij tot de zijne
had gemaakt 1 En wat hijj was kinderen
niemand, dan ik, zal ooit al fijn
goedheid kennen, niemand dan hij zelf,
wist, hoe lief ik je vader heb gehad."
Haar stem werd bijna onhoorbaar
maar zij bedwong zich en weer klonk zij
klaar en helder, als de natuurlijke stem
van de moeder.
„Guy, Edwin, gij allen, gij moet nooit
je vader vergeten. Gij moet doen gelijk
hij wilde en leven als hij leefde in
alle opzichten. Gij moet hem liefhebben
en elkander liefhebben. Kinderen, gij zult
nooit iets doen, dat je beschaamd zal
doen worden om je vader te ontmoeten."
Zij kuste hen allen haar drie zoons
en haar dochter, een voor een; en dan
zag zij rond naar iTog een kind maar
zij glimlachte: „Hoe blij zal haar vader
zijn haar weer te hebben, zijn eigen,
kleine Muriel."
„Moeder! lieve moeder! kom mee naar
huis", fluisterde Guy, bijna snikkend.
Zijn moeder boog zich over hem, gaf
hem nog een kus hem, de liefste van
al haar kinderen en herfiaalde„Da
delijk, dadelijk! Nu, gaat allen heen. Ik
wil even alleen bleven, alleen met mijn
man."
Toen wij weg gingen, zag ik haar naar
Zondag alle openbare middelen van ver
voer behooren stil te staan, en waarbij
de regeering wordt uitgenoodigd, om de
daartoe noodige stappen te ondernemen.
De motie werd niet voldoende onder
steund, zoodat zij geen punt van beraad
slaging kon uitmaken.
Kerstboomen op stations en
straten. In een aantal Duitscbe steden
worden sinds enkele jaren in de Kerst
week of ten minste op de Kerstdagen
op openbare plaatsen electrisch verlichte
kerstboomen opgericht. Dit jaar zullen
te Miinchen twee kerstboomen prijken. In
verschillende Beiersche steden zullen dit
jaar ook kerstboomen op de stations wor
den opgericht. Dit zal o.a. het geval zjjn
te München, Garmisch-Partenkirchen, Mit-
tenwald, Berchtesgaden, Rosenheim, enz-
Auto in brand. Gisteren is te
Rijnsburg een auto van den bloemist G.
v- d. Eijkel, in brand geraakt. De auto
was geladen met vaten, deels ledig, deels
gevuld met benzine. Toen de 18-jarige
J. van den Eijkel de motor van de auto
aanzette, ontstond een vonk, die in aan
raking kwam met benzine, welke uit een
der vaten lekte. In minder dan geen tijd
stond de auto in lichte laaie, met het
gevolg, dat de met benzine gevulde vaten
uit elkaar sprongen- Dit had weder ten
gevolge, dat de nabij gelegen woning van
den heer J. Star in brand geraakte. Met
emmers water en een slang op de water
leiding heeft men weten te voorkomen,
dat het huis een prooi der vlammen
werd. Een gedeelte van het dak en een
partij op den zolder opgeslagen groenten
is verbrand, terwijl het gebouw veel wa-
terschade kreeg. De jongen, die den mo
tor had aangezet, geraakte eveneens in
brand- Zijn vader duwde hem in een sloot
waardoor de vlammen werden gedoofd-.
Hij kreeg in hoofdzaak aan een zijner
handen eenige vrij zware brandwonden-
De auto met den inhoud brandde ge
heel uit. De schade van een en ander
wordt geschat op f 1500.
Verduistering in dienstbe
trekking. De koopman in margarine
van S. te Rotterdam, heeft aangifte ge
daan, dat de reiziger van B. een bedrag
van ongeveer f 1300 heeft verduisterd.
Van B. was z.g.n. stadsreiziger en was
o.a. heiast met het innen van posten.
Om particuliere schulden te dekken, heeft
hij gedurende de laatste twee jaar stelsel
matig geld van de geïnde bedragen ach
tergehouden en steeds heeft hij de oude
tekorten gedekt met geld, dat hij pa3
had ontvangen. Hij is aangehouden en
opgesloten.
Ontrouw postbeambte- Een
brievenbesteller van het postkantoor te
Berlijn-Wilmersdorf heeft zich ter beschik
king van de justitie gesteld. Hij beweerde
een bedrag van 10.800 mark te hebben
verduisterd.
Waarschuwen tegen 'auto-
vallen. De rechtbank te Keulen heeft
dezer dagen een automobilist, die door te
roepen: „pas op, auto-val!" andere auto
mobilisten had gewaarschuwd tegen de
lagen der verkeerspolitie, tot een boete
veroordeeld wegens „grober Unfug".
(Grof, onbehoorlijk gedrag.)
Een advocaat schrijft nu aan de Köln.
Ztg. dat deze veroordeeling in strijd is
met een beslissing in hooger instantie,
n.l. van het Keulsche gerechtshof, welke
in eén dergelijk geval een autorijder heeft
vrijgesproken op grond, dat een waarschu
wing tegen een auto-val neerkomt op een
aanmaning, de verkeersvoorschriften in
acht te nemen en mitsdien niet onbehoor
lijk is.
Boevenstreek- Bij een dikken
mist, die het uitzicht belemmerde, reed
Woensdagavond een heer uit Leeuwarden,
die alleen in zijn auto zat en uit de
richting Meppel kwam, op den rijksweg
nabij het Steenwijker pompstation boven
op een paar dwars over den weg liggen
de denneboomen. Door den schok en
tevens verward in de takken, slingerde
de auto heen en weer, doch bij kon
zonder ongelukken tot staan gebracht
worden. De nog jonge dennen waren' uit
een in de onmiddellijke nabijheid gelegen
bosch gehaald. Nauwelijks stond de auto
stil, of drie kerels kwamen le voorschijn
en sprongen, zeker met weinig goede be
doelingen, op den wagen toe. De be
stuurder van de auto greep ter verdedi
ging zijn motorsleutel. Juist op dit kritieke
bet bed gaan „John, John!" De
zelfde woorden, met welke zij naar hem
toegegaan was, jaren geleden, op den
dag, dat ze verloofd werden.
We deden de deur dicht. We zaten
allen op de trap; misschien enkele mi
nuten, misschien uren. Buiten noch bin
nen sprak iemand niets verroerde
zich.
Ten slotte ging Guy zacht naar binnen-
Zij was nog op dezelfde plaats naast
het bed, maar zij lag er half op, gelijk ik
haar gezien had, toen ik de deur sloot.
Haar arm had zij geslagen om den hals
van haar man; haar gez'icht had zij in
de peluw gedrukt, dicht bij zijn haar.
Zij konden in slaap zjjn geweest zfrj
beiden.
Een van haar kinderen riep haar, maar
zjj antwoordde niet en zij bewoog zich
niet. 1
Guy nam haar op zeer teeder; zijn
moeder, die geen steun over had, behalve
hem zijn moeder een weduwe.
Neen Gode zij dank! zij was nu geen
weduwe.