DE ZEEUW
tweede blad.
Uit de Provincie.
de mormonen in zeeland.
FEUILLETON
VAN HOOGER ORDE.
Zoeklichtjes.
tegei^k gehuwd werden. Grijs-"
aards trouwden vaak met
meisjes van nog ge>en 12
jaar. Vrouwen hadden ook
wa meerdere manneg en het
kwam niet zelden voor, dat
men onderling mannen en
vrouwen verkwanselde. Jar-
man deelt mede, dat hij; eens
een zijner medebisschoppen
ontmoette, die tegelijk met
zes zusters gehuwd was en
dit verdedigde, omdat hij nu
sjeohts met één schoonmoe
der te maken had."
Verder wijst hij op een uit
spraak van Susan Young Ga
tes, die in onderscheide
ne Amerikaansche bladen
schreef: „Voorname man,
nen hebben steeds de veel
wijverij voorgestaan en in
praotijk gebracht, hetzij dan
op wettige, hetzij op onwet
tige wijze. De voordeelen der
veelwijverij waar die onder
Goddejjke goedkeuring wordt
beoefend zijn van '.ichame-
lijken, verstandelijken en
geestelijken aard. De veelwij
verij, is het voorrecht der go
den en de verachting der
minst ontwikkelden".
Wij zouden nog tal van
dergelijke uitspraken kunnen
aanvoeren, maar wijzen al
leen op de „Declaration of
grievances and Protest" aan
President Cleveland, waarin
het hemelsch en meervoudig huwelijk ge
noemd wordt een wezenlijk deel van hun
godsdienst en geloof.
Maar op heden aldus de zendelin
gen komt do veelwijverij onder de
Mormonen niet meer voor.
Is dat juist?
Bij het beantwoorden van deze vraag
verwijzen wij naar een juist dezer dagen
verschenen boekje van I) s P. J. van
M e 1 le te Nij'kerk (Uitg. Neerbosch'
Boekb,), die erkent, dat de schandelijke
toestanden, die vroeger in Utah heersch-
tem, daar niet meer voorkomen, maar
om er aan toe te vo eigen, dat de clan
destine polygamie, bezegeld door de Kerk
daar nog niet verdwenen is, terwijl in de
officiëele boeken van het Mormonisme,
do veelwijverij openlijk wordt goedge
keurd, en de vrouw, die hare toestemming
weigert, met Godis geduchte tijdelijke en
eeuwige straf wor£t bedreigd.
Ds van Melle zegt verder:
„De Mormonen hebben nooit een tittel
of jota van hunne beginselen, ook op
dit punt, losgelaten. In zijne voorrede
voor bet boek van Gertr. Major, The
Revelation in the Mountain (1909), schreef
rechter Goodwin van S. L. City dat velen
der aanzienlijkste Mormonen nog geen
twee jaar na Woodruff's manifest (1890)
weer openlijk met meerdere vrouwen leef
den. In 1904 verklaarde Jos. Smith, de.
toenmalige president, opnieuw het meer
voudig huwelijk voor eene Goddelijke in
stelling. Bij een van Regeeringswege in
gesteld onderzoek bleek toen ook dat 'hij
zelf 5 vrouwen had, en met zijne mede-
apostelen samen 33 vrouwen en 200 kin
deren. In 1906 wegens polygamie Veroor
deeld, schijnt hij zich daarvan weinig te
hebben aangetrokken. De Regeering der
Unie is blijkbaar huiverig om door te
tasten. Zij verschuilt er zich achter, dat
deze meervoudige huwelijken niet wet
telijk gesloten zijn. Geen wonder. Die
huwelijken worden in het diepste geheim
in den Tempel of in het Endowment-huis
gesloten (verzegeld)."
Dit komt overeen met wat de heer
van der Valk in zijn eerder aangehaald
werk meedeelt: „Lorenzo Snom, de voor
laatste president der Mormonen, die v i er
vrouwen had, ondanks het verbod, zei
„dat het geen zedelijk noch godsdienstig
kwaad is om polygamie te bedrijven."
Joseph Smith, neef van den profeet, die
ook president geweest is en in 1918
stierf had vijf vrouwen en was vader
van veertig kinderen. Hij heeft vanzelf
nooit een woord tegen da veelwijverij
gesproken."
Wij citeeren niet verder
Het is duidelijk als de dag dat de Veel
wijverij bij de Mormonen nog volstrekt
niet is afgeschaft
Wij eindigen met 'hier te laten volgen
"Woensdag bracht H. M. de Koningin, H. K. H. Prinses Juliana en Z. K. H. Prins Hendrik
een bezoek aan Zwolle, waar zij per auto arriveerden. De Koningin en Prinses Juliana tijdens
den rondgang in het Nieuwe Binnengasthuis. El'k van de oudjes werd door H. M. afzonderlijk
toegesproken.
wat Ds van Melle, na er eerst op gewezen
te hebben, dat de Mormonen veel spreken
van bet Evangelie, maar dat dan bedoeld
is het Mormoonsche, aan het slot van
zijn bovenaangehaald boekje opmerkt:
„Tal van Mormonen waren persoonlijk
achtenswaardige lieden. En dit is nog zoo.
Ik ken ze. Ze zijn veel beter dan hunne
leer. Er zijn er trouwens velen onder
hen, die van de veelwijverij niets wiDen
weten.
Maar het stelsel en de geméen-
schap zelve kunnen niet genoeg
verfoeid en geschuwd worden.
Het Mormonisme ligt, blijkens zijn veel
godendom en zijn opvatting van 'den
persoon en het:werk van Christus, bui
ten de grenzen van het Chris
tendom. En elke kerk en gemeente
moet de oiogen openhouden voor het
voortdurend gevaar, waarmede de ruste-
looze propaganda der Mormonen haar be
dreigt.
Men geve allen, die eenige neiging ver
toon en om zich bij hen aan te sluiten,
kennis van de feiten, die aangaande het
ontstaan, de geschiedenis en de leer dezeir
secte uit de bronnen door mij en anderen
openbaar gemaakt zijn. Ed. men geve hun
gerust bet Boek van Mormon in handen.
De lezing van een paar hoofdstukken
van dit eentonig geschreven boek moet
alleen reeds, naar 't mij voorkomt, wer
ken op verhitte gemoederen als een koud
bad."
Diefstal met braak. Hen de
zer dagen ging de arbeidster M-, woon
achtig te Eede, des namiddags;, na eerst
de vensters harer woning en de deur
te hebben gesloten, naair haar werk. Toen
zij des avonds terugkeerde, bemerkte zij
dat een raam van haar woning openstond,
terwijl een ijzeren bout, waarmede het
venster .was afgesloten, op de tafelin
de kamer 'lag. Toen de vrouw binnen
kwam, zag zij dat een kast, die afgesloten
was geweest, thans openstond en daar
uit eenige doosjes met gouden en zilveren
sieraden, die een belangrijke waarde ver
tegenwoordigden, waren verdwenen. De
politie werd gewaarschuwd, die dan ook
onmiddellijk een onderzoek instelde, even
wel zonder resultaat. Eenige personen
hadden in den namiddag in de om
geving van 3e woning een landl'ooper
zien -rondscharrelen, doch deze bleek bij
onderzoek reeds de grens te zijn gepas
seerd.
Diefstal van een zeiljacht.
Donderdag 1.1. strandde nabij Valkenisse
onder de gemeente Hontenisse op een
plaat een zeiljacht, dat uit Antwerpen
afkomstig bleek te zijn. In den loop van
den dag vervoegde een persoon hit Ant
werpen zich bij de Marechaussee te Hon
tenisse, mededeelende eigenaar van bet
gestrande jacht te zijn en aangifte deed
van diefstal van het vaartuig. De m'ar
rechaussees begaven zich aan boord van
het schip en troffen aldaar slapende aan
een persoon die van Amerikaansche na
tionaliteit bleek te zijn.
De man werd aan een verhoor onder
worpen, waarbij: hij erkende het zeiljacht
met nog eenige andere personen te heb
ben gestolen, en reeds Zondag LI. uit
Antwerpen te zijn weggevaren. De andere
metgezellen jjadden hem één dezer dagen
in den^teek gelaten en waren er met een
roeiboot vandoor gegaan.
Eij onderzoek te Antwerpen bleek de
persoon die zich bij de politie meldde
inderdaad de eigenaar van het zeiljacht te
zijn. j t.
De Amerikaan is door de politie aange
houden en zal ter beschikking van de
Justitie worden gesteld.
De Godshuizen te Middel
burg. In het gasthuis te Middelburg
werden in 1927 verpleegd 834 patiënten,
w.o. 4 dagpatiënten.
Het aantal verpleegdagen bedroeg in
de kliniek 19.455 en in 't paviljoen 5342,
of gemiddeld totaal 68 per dag:.
Het hoogste aantal verpleegden op één
dag aanwezig was 84 en het kleinste aan
tal 51.
Voor rekening van bet Burg. Armbe
stuur te Middelburg werden verpleegd
183 patiënten.
Het totaal der wegens verpleging of be
handeling in het gasthuis uitgeschreven
rekeningen bedroeg f 136.846-11. Onder
deze bedragen zijn begrepen de verpleeg-
gelden enz. komend voor rekening van
het Burg. Armbestuur te Middelburg ten
bedrage van f41.218-37.
Het aantal verpleegden in het Oude
Mannen- en Vrouwenhuis bedroeg op 1
Januari 52 en wel 26 mannen en 26
vrouwen.
In het Burger Weeshuis waren 9 wee
zen opgenomen, waarvan 6 voor rekening
van het Biurg. Armbestuur.
De Prov. schietwedstrijden van de
burgerwachten In Zeeland zullen 8 en
15 September op de schietbanen te Sou
burg worden gehouden.
Door den Commissaris der Koningin
is tot gemeenteveldwachter te St. An-
naland benoemd Chr. Schipper mare
chaussee te Steenbergen. De benoemde
moet op 1 Oct. a.s. in dienst treden.
Middelburg. Het bezoek van vreemde
lingen aan onze stad was ook gisteren,
gezien het vergevorderd seizoen, zeer
groot. Van Breskens naar Vlissingen wer
den niet minder dan I960 personen en
31 auto's overgezet.
VAN
VRIJDAG 7 SEPT. 1928. No. 289.
Naar aanleiding van wat Ds Horvath
ie vorige week over dit onderwerp in
ons blad schreef, ontvingen wij een be
zoek van eenige Mormonen-zendelingen,
Üe verKlaaxden door het schrijven van
Ds H beleedigd te zijn en gelegenheid
vroegen om zich daartegen te verdedi-
?e\Vij hebben ons gaarne bereid verklaard
ie noodige ruimte af te staan. Wanneer
iemand beleedigd wordt, mag hem de
gelegenheid om zich daartegen te verde
digen, niet worden onthouden.
Als' gevolg daarvan -ontvingen wij van
bedoelde zendelingen -een schrijven ter
plaatsing in „De Zeeuw", waarin wel
wordt gesproken van laster, van vialscbe
laster enz., imaar waarin geen argumen
ten worden aangevoerd om het gespro
kene te weerleggen.
Het artikel is niets anders dan een
aanprijzing van het Mormonisme, zonder
dat daaromtrent iets anders wordt mede
gedeeld, dan dat het -een evangelische
strekking heeft en het s-préekt w-el van
zelf, dat „De Zeeuw" zich voor een der
gelijke propaganda niet leent.
Ten opzichte van één punt, het
meervoudig huwelijk moeten we
echter een uitzondering maken, omdat
althans getracht wordt, wat daaromtrent
geschreven werd te weerleggen.
In het ons ter plaatsing gezonden
schrijven wordt daaromtrent het volgende
opgemerkt
„Do vragen over de polygamie, waarover
zoovele vuile len lasterlijke leugens op
het Mormoonsche volk geworpen wor
den, kan ik slechts in weinige woorden
beantwoorden, n.l. dat polygamie op
heden, onder wélken vorm of gedaante
dan ook, niet onder de Mormonen be
staat, gedurende de laatste zeven en
dertig jaren' is zelfs niet een huwelijk van
dien aard met goedkeuring van de kerk
voltrokken geworden en zelfs voor dien
waren slechts weinig meervoudige hu
welijken voltrokken door de Mormonen.
Het meervoudig huwelijk heeft eens
onder de Mormonen bestaan, doch niet
in den vorm, noch met het do-el, zooals
zulks voorgesteld wordt door hen, dia
de Kerk op laaghartige en liederlijke wijze
beschuldigen."
Volgen enkel© opmerkingen aan het
adres van Ds H. en van de predikanten
in het algemeen van zoo beleedigenden
aard, dat wij za in cms blad niet wen-
schen af te drukken.
Hier wordt dus naast de beleedigende
verdenking waaraan de bestrijders van
het Mormonisme worden blootgesteld met
zooveel woorden erkend, dat de veel
wijverij vroeger wel voorkwam onder ""de
Mormonen, zij het dan op kleine schaal,
maar beweerd dat deze zondige prao-
trjken thans tot het verleden behooren!
Is deze voorstelling juist?
Wij meenen op grond van wat door
zeer deskundigen op dit gebied geschre
ven werd deze vraag ontkennend te
moeten beantwoorden.
Kwamen vroeger slechts weinig
meervoudige huwelijken voor?
Het sterk gedocumenteerde boek Van
M. H. A. van der Valk „De profeet
der Mormonen" leert het wel anders.
De schrijver toont met de stukken aan,
dat in 1852 de veelwijverij als een bevel
van God publiek werd afgekondigd en
door de leidero op Bijbelschö gronden
en met een beroep op eene openbaring,
gegeven door „Joseph ,den Ziener" werd
aangeprezen.
En dan schrijft hij VerdeT (bladz. 204):
„Vast staat derhalve, dat de Mormonen
van hun ontstaan feitelijk af, meervoudigs
huwelijken hebben gesloten: mannen met
meerdere vrouwen, soms met hunne eigen
dochters en zusters. Lee had er 17,
Smith meer dan 30, waarvan sommigen,
als Mrs Dr Jacobs, Mrs Buel, Mrs Thearer
reeds gehuwd waren. Young in de 50
waarvan soms wel moeder en dochter
Naar het Engelsch.
62) —o—
«Ah! yerrnkt te zien mon beau cousin.
Dit is hij, Emma," terwijl zij zich wendde
tot de dame, die naast haar zat wat
een beminnelijk gezicht Mad die damel
geen wonder, dat 't de mannen gek maak
te; ach, zelfs dien dapperen man, in
m^S ^efTen deze groote zonde kan worden
geboekt, dat hij door haar betooverd werd.
John ving haar naam op misschien
herkende hij ook wel 'tgezicht 'twas
helaas maar al te publiekl
„U is geheel gezond waarlijk daar
ziet hij naar uit n'est ce pas, ma
chère?"
John hield zich goed, terwijl de oogen
van de beide dames, met al te kenbare be
wondering, op hem gericht waren en
by hoog plechtig.
„En hoe gaat 'tmet onze jonge bruid,
onze schat, welke gij gestolen hebt
nee,^„ 'twas geheel eerlijk geheel
eerlijk. Hoe gaat 't Ursula?"
„Ik dank u, mevrouw Halifax is wel."
Lady Caroline glimlachte.
„Ik ben verrukt, dat ik u ontmoet heb.
Werkelijk, we moeten vrienden wezen.
Iemands vrienden behoêven niet altoos
dezelfde te wezen als die van je man, wel,
Emma? Ge zult opgetogen wezen over on
ze schoone bruid. We moeten beide do
eerste gelegenheid de beste aangrijpen en
als vermomde princessen mevrouw Hali
fax komen bezoeken."
„Laat mij u nogeens bedanken, Lady
Caroline. Maar
„Geen „maren", ik ben vast besloten.
Mr Britbw^od zal 't nooit weten. En als
hij 'twel te weten komt wel, wat zou
't! Ik houd van u beiden. Ik ben van plan
beste vrienden met elkaar te worden, als
ik toevallig in Norton Bury ben."
En leunend op haar groote, hermelijnen
mof, zag zij John recht in 't gezicht, met
die veroverende liefelijkheid, welke na
tuur, niet de boven, verleende aan die
schoone trekken welke reeds begonnen
te verwelken en door de kunst hun pijnlijk
verval trachten te verbergen.
John beantwoordde dien blik half droe
vig; 'twas zoo faaTd, vriendelijkheid te be
antwoorden met koelheid. Maar een licht
zinnige lach van de andere dame trof zijn
oor en alle aarzeling, zoo hij die had ge
voeld was voorbij.
„Neen, Lady Caroline, 't kan niet. U zal
spoedig zelf inzien, dat 'tniet kan. "Wo
nend, zooals wij doen, in de zelfde huurt,
mogen we elkander toevallig ontmoeten en
steeds, hoop ik, vriendschappelijk, maar,
onder de huidige omstandigheden ja,
onder welke omstandigheden ook, ge
meenzaamheid tusschen uw huis en
't onze zou onmogelijk zijn."
Lady Caroline trok de schouders op,
ietwat geraakt.
„Zooals u wilt! Ik maak mij zelf nooit
druk om te dingen naar iemands vriend
schap. Le jeu ne vaut pas lachandelle."
„Versta mij niet verkeerd," zei John,
ernstig. „Denk niet, dat ik ondankbaar
ben voor uwe vroegere vriendelijkheid
voor mijn vrouw; maar 't verschil tus
schen haar en u tusschen haar leven
en 't uwe is zoo grOot."
„Waarlijk!" en weer trok zij de schou
ders op, met een lach, een bitteren lach.
„Onze wegen liggen ver uiteen wijd
als de polen; ons huis en onze conversatie
zon u niet passen; en voor mijn vrouw zou
de uwe niet passen," en terwijl hij keek
van het eene naar het andere gezicht, met
valsche rozen beschilderd en door valsche
glimlachen beschenen „neen, Lady Ca
roline,",feci hij ferm, ,,'tis onmogelijk."
Zij was voor een oogenhlik als doodelijk
getroffen, en toen hernam zij hare vroo-
lijkheid, welke niets lang verbannen kon
„Hoor hem, Emma! Zoo jong en zoo on
vriendelijk! Mais nous verrons. U zult wel
tot andere gedachten komen. Au revodr,
mon beau cousin." Zij reden snel weg.
„John, wat zal mevrouw Halifax wel
zeggen?"
„Mijn onschuldig kind! Gelukkig, dat
zij goed en wel weg is van hen allen
dat zij veilig is aan het hart van een arm,
maar eerlijk man." Hij sprak zeer ont
roerd. „Zag je wie naast haar zat?"
„Die mooie vrouw?"
„Arme ziel! jammer voor haar schoon
heid! Phineas, dat was Lady Hamilton."
Hij sprak niet meer en ik ook niet. Bij
de deur nam hij afscheid van me met z'n
ouden, vroolijken lach, terwijl hij me als
van ouds bij den schouder greep.
„Jongen, pas op je zelf, nu ik er niet
ben om 't te doen. Denk er aan, ik ben
even zoo goed je tiran als toen ik hier nog
woonde."
Ik lachte en hij ging heen naar zijn
eigen, rustig, gezegend tehuis.
HOOFDSTUK XXL
De winter en de lente gingen kalm voor
bij. Ik was veel lijdend en kon erg weinig
uitgaan; maar zij kwamen me gedurig op
zoeken, John en Ursula, vooral de laat
ste. Gedurende deze ziekte, als ik verlan
gend leerde uitzien naax haar vriendelijk
L..MWH .11,1 ip^
In verband met het toenemend aantal
theologische studenten den laatsten tijd,
met name voor de Geref. Kerken, hoorde
ik onlangs de meening verkondigen dat er
over niet te langen tijd voor jonge predi
kanten geen plaats meer zal zijr. Zelfs
schijnt men in sommige streken ver
strekken van studiebeurzen stop te z-nten,
teneinde den toevloed alvast wat te
perken.
Ik begrijp zooiets niet.
Een oppervlakkige telling leert dat
Zeeland bij de Ned. Herv. Kerk, de
Kerken, de Chr. Geref. Kerk en de i. vr
Gemeenten in totaal een 170 predik- uit
plaatsen zijn.
Nu is de bevolking van Amsterdam
maal zoo groot als die van Zeeland.
verhouding zou men daar dus moeten heb
ben ongeveer 400 predikanten, terwijl er
in werkelijkheid in totaal slechts een 50
zijn.
Nu zal men zeggen dat zulk een vergelij
king niet opgaat.
Ik geef dat toe. Maar uit deze cijfers
blijkt toch wel zooveel, dat we ons over
een teveel aan predikanten heusch nog
niet bezorgd behoeven te maken, maar dat
er nog altijd reden is om te bidden dat
meerdere arbeiders in den wijngaard mo
gen worden uitgestooten.
OPMERKER.
Do Gemeen tebegrooting.
Door Burg. en "Weth. is aan den Raad ter
vaststelling aangeboden de ontwerp-ge-
meentebegrooting voor 1929. De gewone
dienst wijst een eindbedrag in ontvangst
en uitgaaf aan van f 742,356,6014, tegen
f768,068,09 voor 1928. De post onvoor
zien is uitgetrokken op een bedrag van
f29.259,3314 tegen f42.975,1114 op de
oorspronkelijke begrooting 1928.
Terwijl de begrooting voor 1928 aan
ving met een kwaad slot van de rekening
1926 groot f12.732,9414, kan nu met een
goed slot van de rekening 1927 worden,
begonnen. Dit was oorspronkelijk groot
f 67.848,5714. Er is bij de vaststelling van
het vermenigvuldigingscijfer voor de be
lasting naar het inkomen reeds f 19.500 op
de begrooting 1928 overgebracht. Thans
moet doordat tot een bedrag van
f 32.553,76 aan uitgaven over 1927 eerst
in 1928 kon worden voldaan en f 8773,01
aan inkomsten over 1927 eerst in 1928
konden worden - geïnd, nog f 23.780,75
naar de begrooting 1928 worden overge
boekt. Voor de begrooting 1929 blijft dus
een goed slot 1927 over van f 24.567,8214.
Voor ontvangsten uit den post Belas
ting naar het inkomen, is geraamd
f '545.000, voor 1928 werd op de ontwerp-
begrooting 1928 f 600.000 geplaatst. Dit
werd hij de vaststelling door den Raad
f 570.000. Bij de vaststelling in Mei j.L
van het vermenigvuldigingscijfer werd
f 550.500 voldoende geacht, doch werd
toch een berekening gemaakt, die ruim
f 568.000 opbrengst zal geven. Als winst
uit het electriciteitsbedrijf wordt geraamd
f 31.059.11, tegen f 21.887,29 voor 1928 en
een gemaakte winst van f29.319,47 over
1927.
De gasfabriek zal volgens de raming een
winst opleveren van f 13.964,23, terwijl
voor 1928 f 113,29 was geraamd en in
1927 f 4050.05 werd verkregen.
Voor de duinwaterleiding is het ge
raamde verlies f4892, voor 1928 is
f268,27 winst geraamd, terwijl 1927 een
verlies opleverde van f 6694,85.
Voor het Burg. Armbestuur is evenals
voor 1927 f 100.000 geraamd en voor
steun en werkverschaffing aan de werk-
loozen samen f40.000. Voor 1928 werd
voor steun f 10.000 en voor werkverschaf
fing f 30.000 geraamd, nu resp. f 3000 en
f 37.000, omdat Burg. en Weth. er naar
streven de werkloozen zooveel mogelijk
door werkverschaffing tegemoet te komen.
Betreffende den post bestrating wordt
medegedeeld, dat het in de bedoeling ligt,
het volgende jaar de Langedelft verder
met koperslakkeien te bestraten vanaf de
Nieuwe Kerkstraat tot de Korte St.Pieter-
straat. Verder komen voor herbestrating
in aanmerking de Zandstraat, de Potten
bakkersingel vanaf de Zandstraat tot eflt
met het Domburgsch Schuitvlot; Hout-,
Turf- en Bierkade met de bestrating van
af de boomenrij tot den Kademuur, de
gezicht en luisterde naar haar vroolijke
stem, zeide zij mij, dat ik haar „Ursula,"
en met mevrouw Halifax moest noemen.
Gedurende de lange zomerdagen, als 't
erg stil was in ons huis en akelig, had ik
de gewoonte aangenomen, naar John's
huis te gaan en daar uren lang te zitten
onder de appelboomen in zijn tuin. 't Was
nu heel wat anders dan de wildernis, wel
ke hij er gevonden had. De oude boomen
waren gesnoeid en verzorgd en jonge aan
geplant Mevrouw Halifax noemde het
trötsch „onze boomgaard", hoewel zij den
top van den hoogsten boom met hare hand
bereiken kon.
Of anders als 'terg heet was, lag ik ge
woonlijk in hun koele zitkamer te luiste
ren naar haar stem en stappen door het
huis, terwijl ze Jenny leerde of van haar
leerde want de jonge dame had veel te
leeren en schaamde zich daarvoor ook
niet. Zij lachte om haar eigen fouten en
probeerde nog eens; zij was nooit ledig of
traag, niet één oogenhlik. Zij deed veel in
huis zelf. I 1J -I
N' G;IiZ21
Admiraal Nelsom
(Wordt vervolgd.)