nmTjm h E E E W SVRAA& michtensmaak k h o est n ch if is IENPLANTEN BOOMGAARD Voor den Zondag. I Fa J. aTuTwRTE j troebele Sinaasappellimonade 2 VAN H00GER ORDE. Wat er deze week voorviel. 10LLEM i IVIOP en ents rollen nee te doen, ol verpakt. rster Boertje" d5meer en Polderbesturen. cht of Halfwas, I Jfoax deze poging is pel-. I Wat grond heeft de mensch om een etere toekomst to verwachten? feuilleton MIJNHARDT'S Hoofdpijn-Tabletten 60 Laxeer-Tabletten 60 Zenuw-Tabletten 75 «t Staal-Tabletten 90 «t Maag-Tabletten 75 «t [terdag VAH i AUGUSTUS 1928. No. 260. M en jeneesmiddelen van STEGEMAN Staphorst atis brochure aan. -unda voor Export per r 1000 3.50. Duitsch per 100 £0.60, per -axton Noble per 100 30 f 4.50, Madam Le- £0.60, per 1000 f 4.50. adam Matot per 100 000 f 4.50. Zending ge prijscourant van uchtige aardbeienplan- aanvraag franco toe- lerlj - Dordrecht gelieven te schrijven van dit blad te Goes A. an vaarden aangeboden. KOOP: icout 1925, staat met Ideal duo. ieuw- en St. Joosland. ne en zwaargetrokken KLINKERS, oor verharding van gen. Ook elke andere atklinker te bekomen ,ts. J. VAN DE VEN. 129, Middelburg. ne aangeboden indiging studie l Encyclopaedic in sche-, Engelsche- en lenboeken, (Campag- Bruggecate en Van en aan billijken prijs. iat B 146, Souburg. GEVRAAGD Brandkast, ters B. K. Adres Bu il te Goes, gd een flinke Zich aan te melden TRAENEN, Lange S2, Middelburg. EG, gediplomeerd ■enpolder. FvVEEDE BLAD. Verwachting. En zie, er was een mensch te Jeruzalem, wiens naam was Si meon; en deze mensch was recht vaardig en godvreezend, verwach- iende de vertroosting Israels. Luk. 2:25. Het is den mensch. eigen in die toa- te leven. Het dier leeft alleen in #t heden. Be mensch denkt voor,uit, zgn. L jciopt van verwachting. De mensch 'kan niet anders, gij is Gods geslacht. De Eeuwige heeft m naar Zijn beeld -gemaakt. Hoe zou dan vrede kunnen hebben met het u^idig heden? get is onmogelijk ivoor een waarlijk evoelig mensch om in deze wereld, vol aat en misdaad, vol doornen en diste- y,0[ jammer en leed, echt gelukkig 1 "zijn. Hij denkt dus aan een betere toekomst. gij verwacht het |eien of ander geluk. In die verwachting poogt hij het im- iffi teleurstellend heden te vergeten, al- hans lot geduldig te dragen. Vraag aan den weneldmensch: Wat ver sacht gjj eigenlijk? en ge krjjgt een aag, onzeker antwoord. De meesten weten in het geheel geen rutwooxd. Het socialistisch paradijs, dat na de solutie komen zou, blijkt al meer «en Ü'dele droom geweest te zijn. Zie Rusland 1 De cultuur, met al hare schatten en ronderen, brengt wel veel onrust, maar leinig geluk. En persoonlek staat bg ieder mensch roor de deur de onverbiddelijke dood'. Naarmate de mensch ouder wordt, ver liest hij rnear dan hij wmt. Het gaat steeds 1 bergafwaarts, naar het diepe, donkere graf. Schopenhauer, de beruchte pessimist, - zei eens treffend: „De mensch leeft al- i tijd in verwachting. Wanneer hij een kind 1 is en er wordt op de deur geklopt, denkt hij: Nu komt het geluk! Maar wanneer hij oud geworden is>, doet de klop op de deur hem schrikken. Dan denkt hg: Nu komt het ongeluk!" Anne mensch! In het heden heeft hg geen vrede. Van de' toekomst heeft hij! niets te verwachten. Wat moet hij doen? Hij kan toch zijn hart, dat naar geluk I dorst, niet het zwijgen opleggen. Hjf ïan ook zijn denkende verstand niet stilzetten. Louis Couperus, in ^ijn leven een van onze meest gevierde kunstenaars, schreef eens: „Vroeger dacht ik veel na, en ix was ongelukkig. Nu heb ik opgehouden te denken. En sinds ik opgehouden heb te denken, voel ik mij gelukkig". Hoe lang hij, dat volhield: niet meer te Een dag? Een uur? De mensch is toch geen beest. WIJNHANDEL - GOES - TEL 264 ORANGE S I1«— per flesch. 37) Naar het Engelseh. tJonge meisje aarzelde een oogenhlik, oen vulde zij 'tblad opnieuw en gaf 't em ik vrees, dat hij nog iets meer in- I r°nlj dan onschuldig water. d 1Terden ietwat ernstig en ston- pn elk aan een kant van de beek, erin eerziende en luisterend naar het geruisch Tan t water. Toen wij afscheid van hen namen, was March bijzonder beleefd en ver tex °ns' ^at ons gezelschap altijd een dochter11 Z°U wezen TOOr hemzelf en zijne JocmL- Zegt altoos z0° plechtig „mijn hngegaanmerTl0 °P'-t0<m wareii n' „Ik ben nieuwsgierig wat Bwr naam is!" "ij geloof Ursula." fjPt !!n.ie dat te weten gekomen?" "pj««lmeen van haar iboeken." {naam ^haalde ik. „Wat een mooie „Een mooie naam." Neen, »r ft slechts 66n weg, om nfl dit vreesclijk dilemma te komen. Jezus zegt: Ik ben de wqg. Wie Jezus verwacht is niet ongelukkig, al wordt hij oud, al leeft hg in een donker heden. De oude Simeon te Jeruzalem was oen dieip gelukkig imiehschenkind. Hg verwachtte een groot geluk, e«n zonnige toekomst, een eeuwige zaligheid. Hij verwachtte de vertroosting Israël*. Dat is Jezus 1 Er is slechts één verwachting, dïe niet in teleurstelling eindigt. Die den Hsera Jezus verwachten zuTTeta niet beschaamd worden. Allo idealen buiten Jezus zijn slechts illusies. Alle beloften buiten Jezus falen. Noch de politiek, noch de wetenschap, noch de opvoedkunde, noch de econo mie, noch de techniek, brengen den mensch het gedroomde geluk. Er is geen andero naam onder den hemel gegeven, door welken wij1 zalig worden, dan de naam van Jezus. Jezus alleen 1 EEN DRIEVOUDIG SNOER. Kent gij het schoon drievoudig snoer Van liefde, licht en leven? Het zal u binden aan den Heer In dienen, dulden, streven. Eerst licht, dat doet een blik u slaan Op al uw schuld en zonden, Maar bij dat licht wordt ook weldra Des TIeilands kruis gevonden. Dan leven, een kristallen stroom, Die eeuwiglijk blijft vlieten, Sinds onze Heer gestorven is Steeds nieuw kunt gij genieten. Dan liefde, wat onpeilbre zeel Wie kan haar grootte schatten? Zg overtreft oneindig ver Al wat uw geest kan vatten. Zie, dit drievoudig sterke snoer Zal door geen stormen breken; Gevlochten door Gods eigen hand Is 'timmer sterk gebleken. Ja, heit geloofslicht geeft u troost; Des levenshoop zal sterken; De God der liefde leidt u Zelf En kroont met vreê Zijn werken. BRIEVEN UIT HET LAND VAN CADZAND. XVI. Wenschen inzake telefoon. In voering van het streeknet ge- wenscht. Telefoneeren met Hol land geen pretje. Ontbreekt er iets aan de samenwerking? De waterleiding niet populair? In mijn vorigen brief had ik het over den „kanaalwensch" van ons land tvan Cad- zand. Ik denk zoo, dat er nog menig drop peltje water door de Schelde zal vloeien, eer die wensch vervuld is. Als de actie nu maar komt, de groote, algemeene actie en als nu maar niet door velerlei persoon lijk en plaatselijk belang de zaak vertroe beld wordt. Laat ik in dezen brief enkele andere punten bespreken. En dan is daar aller eerst do telefoon. Het tarief bedraagt in tercommunaal per 3 minuten 50 cents, maar binnen een kring met een straal van, naar ik meen 15 K.M., 20 cent. Voor plaatsen zooals Sluis, Aarden burg, IJzendijke een groote onbillijkheid tegenover andere plaatsen, zooals Oost burg e.a. Deze kunnen 2 maal zooveel plaatsen bereiken, dan de eerstgenoemde, daar de cirkeloppervlakte van deze naar het Zuiden, in Be'gië ligt. Als b.v. Aar denburg met Breskens telefoneert, be taalt men 50 cent. Voor den handel een groot ongerief, daar Breskens juist de eenige havenplaats voor ons district van belang is. Het ware wenschelijk, dat het z.g.n. streeknet werd ingevoerd, dat men b.v. tusschen alle plaatsen in een bepaalde streek (hier land van Cadzand) tegen het jaarlgks vastgesteld tarief, desnoods met een klein bedrag per gesprek, kon spreken. De belangrijkheid der telefoon zou er zeer door toenemen. We zijn, wat de telefoon betreft, toch al niet te ruim bedeeld. In verschillende HOOFDSTUK XITL Den volgenden dag viel de regen in stroomen neer, den ganschen tijd. 't Weer was blijkbaar omgeslagen, hoewel 'tnog vroeg in den herfst was, want verscheide ne dagen achtereen hadden we niets dan wind, regen en 'storm. De hemel was grauw als juffrouw March's grijze japon. John ging die week eiken dag naar Nor ton Bury. Zijn geest scheen rusteloos. Hij was dubbel vriendelijk voor mij maar eiken avond hoorde ik hem naar buiten gaan én in den storm wandelen. Op Zaterdagmorgen, aan 't ontbijt ko mend, boorde ik hem mevrouw Tod vra gen hoe 'tmet mijnheer March was. We wisten, dat <le zieke de geheele week onwel was geweest, we hadden niet één keer hem of zijn dochter gezien. Mevrouw Tod schudde onheilspellend haar hoofd. „Hij is erg slecht, mijnheer, slechter dan ooit, dunkt mij. Zij blijft 't grootste gedeelte van den nacht 'bij hem op." „Dat dacht ik wel; ik zag haar Hcht branden." „Wel, mijnheer Halifax, u wandelt toch 's nachts niet buiten, dat is erg slecht voor uwe gezondheid," riep de goede ziel, die plaatsen meerdere uren per dag gesloten, en als men aansluiting met plaatsen bo ven Rotterdam heeft, dikwjls een kwel ling voor de zenuwen. Een gesprek, dat vjf minuten zonder eenige onderbreking duurt, is een zeldzaamheid. Eigenljk ge loof ik, dat er ergens aan de lijn een telefoonjuffrouw zit, die muziek stu deert, en naarmate de aanwjzing p of f, of diminuendo is, de aansluiting ook be handelt. De helft der gesprekken verloopt dan ook als volgt: Hallo, hallovarieerend tusschen 5 en 25 keer. Met wie? O, U spreekt met Met wie, zegt U? Met O, juist, meneer, met Ja, ik wou U vragen of U offerte kunt maken in(knap). Hallohallo Ah juist, is U daar weer, of U of ferte. Versta U niet, meneer, bel eens even door. O, daar gaat het beter. We zullen ons verhaaltje maar niet verder vertellen, ieder die vaak met „Hol land" telefoneert, zal er een kroniek van kunnen dichten, zooals de Cadzantenaar zegt. En nu is het eigenaardige, dat wan neer men b.v. met Londen telefoneert, het meestal zoo goed gaat. Wat de telefoon betreft, zitten we wel in het achterland. En als men dan bij familie of kennissen in de steden is, als men ziet hoe het functionneert in plaat sen als Den Haag b.v., wordt men als plattelander wel eens kribbig en wenscht men den tijd terug, dat iedere streek zijn eigen vertegenwoordiger in de Ka mer had. Dan was er tenminste meer kans dan tegenwoordig, dat bepaalde streekbelangen ook werden naar voren gebracht. Bij de interpellatie Kortenhorst hebben wg van den minister ook nog een smeer uit de pan gehad, die we niet heelemaal verdiend hebben. Volgens den minister is o.a. bij de drinkwatervoorziening geble ken, dat de bevolking samenwerking meer schuwt dan in eigen belang raadzaam is. Hier 'is nu misschien wel iets van waar, maar heelemaal verdiend is het standje toch niet. Wat toch is het geval? Een deel der bevolking', een groot deel mis schien, zou zeer gaarne de waterleiding hebben. Maar een ander deel heeft er ab soluut geen gebrek aan. Bij vele huizen zijn flinke zuivere regenbakken, en als de waterloop goed in orde wordt gehou den, hebben de bewoners het heerlijkste water, dat men dénken kan. Voor het water, dat ik b.v. persoonlijk in mijn regenbak heb, kunnen ze alle leidingwater cadeau krijgen. En nu hangt ons, wanneer de waterleiding er komt, het zwaard van de verplichte aansluiting boven het hoofd. Er mag dan wel wor den geredeneerd, dat wie goed drinkwa ter heeft, niet verplicht kan worden, maar we weten ook wel, dat het practïsch hier op neerkomt, dat het overgroote deel wordt afgekeurd. Als b.v. na sneeuwval het water wordt gekeurd, is er licht wat op aan te merken. Was die verplichte aansluiting er niet, de waterleiding zou veel meer populair zijn. In den beginne zouden er iets min der aansluitingen zijn, maar het komt wel. Bij nieuwbouw of reparatie aan den regenbak gaat men er allicht toe over aan te sluiten. M.i. is het een absoluut verkeerd inzicht geweest, de verplichte aansluiting in to voeren. De bevolking schuwt geen samenwer king, maar het mag in dezen maTaisetij'd niet al te veel in de papieren Ioopen. Laat de menschen vrij, het goede breekt zich toch baan. Maar de Cadzantenaar Iaat zich niet gaarne dwingen. Gemoedelijk van aard, maar wanneer hij merkt, dat er kans bestaat, dat hij „er in loopt", wordt zijn hoofdje even hard als de ka- zrjen, waarover hij met zijn boerenwa gen hobbelt. En m.i. geen ondeugd. Bij Apoth. en Drogisten nooit 't feit verbloemde, dat mijnheer Hali fax haar meest geliefde logeergast was, behalve juffrouw March. „Dank u, dat u op mijn gezondheid let," antwoordde hij glimlachend; „maar zeg eens, mevrouw Tod, kunnen wij ook iets doen voor dien armen mijnheer?" „Niets mijnheer, dank u wel." „Als hij slechter wordt, laat me dan dokter Brown gaan halen. Ik hen den ge- 'heelen dag. thuis." „Ik zal uw vriendelijk aanbod aan juf frouw March overbrengen, mijnheer," zei mevrouw Tod en met een bedrukt gezicht ging ze heen. „Zou je vandaag niet naar Norton Bu ry gaan, John." „Ja, maar 'tis toch eigenlijk niet noo- di-g; ik hen veranderd; gij zijt ook al zoo veel alleen geweest. Of neen ik wil de waarheid niet verbergen ik had eigen lijk een andere reden." „Mag ik die ook weten?" „Natuurlijk, 't Is met 't oog op onze hu ren. Dokter Brown, dien ik van morgen op den weg ontmoette, vertelde me, dat mijn heer March nog maar enkele dagen, mis schien nog maar enkele uren zou te leven hebben. En zij weet 't niet." Hij leunde te gen den schoorsteenmantel, ik kon zien, dat hij zeer aangedaan was. Ik was zelf UIT HET ZEEUWSCH VERLEDEN. Door A. M. WesssI». XXXIX. De legende der twee handen, n. Adriaen van Domburcht trok er heen met onwankelbare trouw voor den Ko ning van Spanje. Hij zou wel eens willen zien wio hem durfde trotseeiren. Het huis, waar de Edelman zijn intrek ham, noemde men het Huis van Dom- burch. Het stond, met zijn zware en vier kant opgetrokken steenen muren met hoektorens, op de Groote Markt, aan den ingang der Gortstraat (eigenlijk gorsstraat, van gors: aangeslibt land). D;e geschiedschrijver Te Water noemt het een groot, sterk huis, terwijl er tee- keningem van in het Archief voorhanden zijn. Men zou het nu moeilijk meer herken nen. In 1761 werd het door den toenl- maligen eigenaar verkocht, die er een her berg, het „Huis van Domburch" van maakte. In 1833 werd het geheel ge sloopt. De komst van den Edelman Adriaen van Diomburch bleef niet onopgemerkt. Spoedig vloeide het burgerbloed. Het 's Gravensteen (ook Gravenhuis genoemd) dat op den Langen Burg stond enl tot gevangenis diende, kreeg spoedig een drukke bevolking en menige zucht en veel geween was er binnen deze muren. Wie er eenmaal inzat, kwam er niet meer uit. Sinds er op een keer een aan tal Watergeuzen, waaronder de beroemde Marinus (Brandt van Saaftinge, was ont snapt, was het toezicht zeer verscherpt. Ook de vader van Heindric was door den strengen Baljuw 'die den geestel van Middelburg genoemd werd gegre pen, gefolterd en ter dood gebracht. Heindric vernam deze schokkende tij ding op Lumey's vloot. De haat laaide op in zijn binnenste. Die Spanjool moest uit Middelburg! Zijn vader moest gewroken en Adriaen van Domburch zou sterven Maar dan dacht hij aan diens dochter, en smart doorvlijmde zijn haxt Doch het moést! Brielle was gevallen en Vlissingen was naar den Prins overgegaan. Thans was het oog op Middelburg geslagen Heindric biedt zich bij Treslong aan, die van zins is een aanval op de hoofd stad te ondernemen. Hij wilde wel gaarne de gids zijn, als het op de eerste stad van Zeeland los ging. [Treslong nam dit voorstel aan, wie kon hem beter geleiden dan een zoon uit Middelburg? 'tWas den 20sten April 1572. In de tent van Treslong werd krijgs raad gehouden en Heindric was uitge- noodigd daarbij tegenwoordig te zijn. Midden op de tafel lag de plattegrond der vesting Middelburg. Treslong legde zijn plan uit en mede op advies van Heindric besloot men, een aanval op de Dampoort te ondernemen, die huns inziens het meeste succes bood. Als het geluk mocht dienen, kon men van die zijde het beste de stad verrassen. Het was tegen zonsondergang toen' Heindric, aan het hoofd der colonne als gids, Vlissingen verliet. Met kloppend hart liep hij voort. Daar in de verte lag de hoofdstad, waar het dierbaarste wat hij had verbleef; maar smart doorsneed zijn hart, als bij bedacht, dat zijn vader on zoo'n ellendige wijze in 's Gravensteeit Vermoord was. O, als alles naar wensch ging, dan zou over enkele uren Middelburg aan de vr&emde overheersching ontrukt zijn en de "Prinselijke Vlag van den toren waaien. Zijn naam zou met eere genoemd ■worden. Zijn hart zwol van trots en Vreugde, als hij bedacht, dat hij de man zou zijn die zijn stad mede hielp rukken uit der Spanjolen handen. Dochde mensch wikt, maar God beschikt 1 In Middelburg was men op zijn hoede. 'tWas of men een voorgevoel had van den beraamden aanslag en rustig wachtte men de Geuzen af. Deze, eenigszins overmoedig, onderna men den vooraf bepaalden aanval op de Dampoort. Maar het ging niet zoo gemak kelijk; want bij deze .poort ging het' er (warm toe. Treslong zag reeds spoedig in, dat hij wel wat al te luchtig over de onder neming gedacht had. Nadat het gevecht ook aangedaan. „Men zal om 'haar familie moeten zen den?" „Zij heeft geen familie. Dokter Brown zei, dat zij hem dat eens verteld had behalve de Brithwood's en we weten wie de Brithwood's zijn." „Neen, Phineas maak je niet zoo be angst. Tenslotte zijn 't toch vreemden voor ons, vreemden. Koin, laat ons gaan ont bijten. Maar hij kon niet eten. Nu en dan zag hij afgetrokken. Ten slotte zei hij, plotse ling „Phineas, ik denk, dat 't verkeerd is, heelemaal verkeerd van een dokter om bang te wezen aan een patiënt te zeggen, dat hij sterven zal maar slechter mis schien nög om de nabestaanden in onwe tendheid te laten, totdat de laatste ver pletterende slag valt. 't Moet haar worden gezegd 't moet haar worden gezegd misschien heeft zij haar vader nog veel te zeggen. En God helpe haar op zulk een slag dient ze toch wat voqrhereid te worden, 't Zou anders doodelijk voor haar kunnen zijn? Hij stond op en liep de kamer op en neer. Eensklaps bleef hij staan: „Je bent net zoo geschokt als ik Phineasl Wat kunnen we doen? Laat ons vergeten, dat In de politieke wereld is bet stil. Van de Tweede Kamer lezen we niet an ders, dan dat men in een paar vacatu res tracht te voorzien. De vrjjz. democraat Van Aalten wordt opgevolgd door mevr. Van Itallie, terwgl in de A.-R. vacature- Scheurer nu is benoemd prof. Rutgers, die deze benoeming echter niet zal aan vaarden. Dan zal toch heusch da Jiear Heukels, dien de pers reeds eerder offi cieus had benoemd verklaard, aan de beurt komen. Maar meer valt er van ons parlement niet te vertellen. In de sportwereld is het leven diger. De Olympische Spelen zijn le Am sterdam in vollen gang en leggen ook niettegenstaande het wijdingswoord ran oud-minister de Visser bij de opening beslag op den Dag des Heeren. De Koninklijke familie keerda deze week van haar vacantiereis uit Scan dinavië terug en in bigden familiekring is teh paleize te Soestdgk de zeventigste verjaardag van H. M. de Koningin-Moeder gevierd. Ook voor ons volk, althans in zgn groote meerderheid, was het Donderdag een feestdag. Jammer, dat in deie feest- en vacantia- week ©en zoo ernstig bericht over da encephalitis na vaccinatie m de pers verscheen. In het tweed© kwartaal blgkea acht van deze ziektegevallen te zijn voor gekomen, van welke 4 doodelgk. Men kan nu niet, gelijk vorig jaar, da Overheid ver- antwoordelgk stellen voor deze gevallen, aangezien ze den vaccinatiedwang op hief, maar dit droef gebeuren moge voor Kabinet en Kamers wel èen reden zgn, om dien djvang niet weder in te voeren. Ook uit het buitenland gewerden ons ernstige berichten. In Beieren en Frankrgk hadden spoorwegongelukken plaats, waarbg van tal van dóoden en gewonden melding moest worden ge maakt. Uit Siberië werden overstroomin gen en uit Japan storm- en hoogwatsr- rampen gemeld. In Rusland schijnt het gebrek aan graan zóó nijpend te zijn, dat het broodkaartenstelsel weer moest wor den ingevoerd. De verhouding tusschen Polen en L i t a u e n schijnt voor de toekomst wei- nig goeds te beloven. Er heerscht daar blijkens de berichten een gespannen toe stand on zeer zeker wordt de vrede in ons werelddeel daar ernstig bedreigd. In den kring der Engelsche ministers en van het Lagerhuis is deze week veel en lang gepraat, en misschien wel ge twist want er was meeningsverschil onder de conservatieven over de be scherming van enkele takken der E n - gelsche ngverheid. Voorloopig zal echter, zoo heeft de minister-president verzekerd, nog geen wgziging gebraéht worden in de Engelsche handelspolitiek, maar zal men op andere manieren trach ten de moeilijkheden te overwinnen. een poosje geduurd had, bleek hem, dat het vrijwel onmogelgk was, om van deze zgde met geweld de stad Middelburg bin nen te dringen. Aan de dapperheid der Oranjemannen lag het niet. Heindric streed in de voorste gelederen, maar zijn strijden was tever geefs. Treslong die zag 'dat de onder neming vastliep, liet den aftocht blazen, maar Heindric kon niet meer terug, -m viel in handen van de Spanjolen. Zgn wensch was thans vervuld.... hg was nu in de hoofdstad. Maar hoe? Als een gevangene werd hij' door Mid delburgs straten naar het 's Gravensteen gesleept en gevangen gezet. Daar lag hg in den kerker neer, waar ook eenmaal zijn vader zuchtte. Wilde droomen spookten door zgn brein. Hij klemde de handen krampachtig samen, terwijl een radelooze trek op zg& gezicht zichtbaar werd. Een smart, die aan wan hoop grensdo verteerde zijn kracht als vuur. Hij keek naar het getralied venster en de zware eiken deur. Ontsnappen, als eenmaal de groep andere Geuzen, daar voor was geen kans meer; de maatregelen fcvaren te goed genomen. n vw wig (Wordt vervolgd 't vreemden zijn en laat ons handelen hls Christenen. Vindt jo niet, dat zij 't weten moet?" „Zeer zeker. Misschien kunnen er nog iemand anders bij halen." „Dat zal niet geven. Dr. Brown zegt, dat 't geval hopeloos is en lang hopeloor geweest is; maar hij wilde 't niet geioc en en ook niet, dat men 't zijn dochter zégge» zou. Hij klemt zich wanhopig aan 't leven vast. Hoe verschrikkelijk voor haar!" „Zeker, zeide hij beslist. „Hü ccg-ri, wat hij gezaaid heeft, de arme man! Gvd weet, dat ik medelijden met hem bdv Maar zij is zoo goed als oen enn-J. uit den hemel" 't Was duidelijk, dat John, op de e>sri of andere manier, heel wat was k woioft gekomen aangaande vader en dóchter. Maar 'twas nu niet de meest geschikte tijd om hem daarover te vragen. Want op ''t zelfde oogenblik bereikte ona door de geopende deuren eeu zacht gekr'-iin, dat van den zieken nu wellicht ster venden man kwam. Mevrouw Tod, dia Dr Brown op zijn paard had gezien, 'kwam bij ons binnen bleek en met ge zwollen oogen. „O, mijnheer Halifax", en ze begon weer opnieuw hevig te schreien. John liet haar neerzitten en gaf haar atu. glas wijn. (Wordt verruig.;..)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1928 | | pagina 5