Scheepstijdingen.
Afloop Woopinp, Aanbestedingen m,
Burgerlijke Stand.
Marktberichten.
Provinciale Staten van Zeeland.
De gronden in den polder Borsselen zijn
Agentschap: Rotterdamsche Lloyd
HENDRIKSE Co's BANK - GOES
Aanbestedingen.
hebbende gerechtelijke schouwing ran het lijk
ran Loewestein kwam vaat te staan, dat
de linkerborst en de linkerschouder gewond
waren. Het lichaam was zeer ernstig be
schadigd; een hand en een gedeelte ran
een been ontbraken.
De mijnramp In Heerlen.
HEERLEN. H. M. de Koningin heeft aan
den Coram, der Koningin in Limburg een
telegram doen toekomen waarin zü hare op
rechte deelneming betuigt aan de nagelaten
betrekkingen van de verongelukte mijnwerkers.
ROTTERDAM. In het stoomschip „Noreus",
liggende in de haven is een hevige brand
uitgebroken. Met 28 stralen gelukte het aan
de brandweer het vuur te bedwingen.
Hedenmor
gen 10 uur
opende de
Commissa
ris der Ko
ningin de
zitting der
Prey. Sta
ten.
Aanwezig
41 leden,
afwezig de
heer Frui
tier.
Ingekomen
is een me-
dedeeling van den Minister van Binn.
Zaken en Landbouw, dat de Kon. Beslis
sing omtrent het besluit der Staten van
17 Jan. 1928 no. 14, houdende vast
stelling van een reglement betreffende
den rechtstoestand van de ambtenaren
in dienst der provincie Zeeland, nog niet
is gery>men kunnen worden.
Het' adres van B. en W. van Middelburg
inzake electrificatie van de middengroep
wordt gevoegd bij het 'dossier op deze
zaak betrekking hebbende.
Het verenreglement.
Over het voorstel tot vaststelling van
algemeen e reglementen op de overzet
veren in de wateren tusschen de Zeeuw-
sche en Zuid-Hollandsche eilanden en
over de Eendracht, werden in de af-
deelingen geen algemeene beschouwingen
gehouden. Gevraagd werd bij de artikels-
ge vrij ze behandeling of er ook reserve
vaartuigen be.-chikbaar moeten zjjn en werd
de wenschelijkheid uitgesproken om ge
bruik van alcoholhoudende dranken ge
durende den dienst aan het personeel te
verbiedennader werd toegelicht,* dat het
vervoer verboden is by hoog water
gecombineerd met harden wind. Men
meende o.a. nog, dat het een bezwaar
is; dat iedere politieman het overzetten
kan verbieden, waartegen opgemerkt
werd, dat dit art. nimmer aanleiding tot
moeilijkheden heeft gegeven. Een lid wil
de het verbod om bij overzetten in een
voertuig te blijven alleen doen gelden
voor autobussen, terwijl nog een lid
meent, dat niet alleen in roeibooten, doch
ook op ponten het rooken geoorloofd
moet zijn. Ged. Staten zeggen, dat waar
de Staten van Zuid-Holland en Noord-
Brabant de reglementen reeds onveran
derd hebben aangenomen, het onge-
wenscht is daarin nog wijzigingen aan
te brengen. Zij zijn wel bereid met hunne
ambtgenooten in overleg te treden over
de wenschelijkheid der bepleite wijzigin
gen.
Dhr Moeiker (v.b.) vraagt: waarom
mag aan het Thoolsche veer op de
ponten niet worden gerookt en wel in
de roeibooten Overigens heeft Spr. geen
bezwaren tegen het reglement.
Dhr de Jonge (c.-h.) heeft in de
stukken nieit aangetroffen den eisch, dat
in geval van groote herstellingen een
reserveboot aanwezig moet zijn. Veel
scherper zou Spr. willen bepalen, dat
personen, die zich schuldig maken aan
drankmisbruik, geen dienst op de boo
ten mogen doen. Het bedienend personeel
dient zich tijdens den dienst geheel te
onthouden van alcoholhoudenden drank.
Dit geldt b.v. ook voor de treinmachi
nisten. In dien geest doet Spr. een voor
stel.
Dhr S o n k e (A.R.) is niet geheel be
vredigd door het antwoord van Ged.
Staten. Er zijn bepalingen, die niet nood
zakelijk zijn en hinderlijk voor de passa
giers. Zoo b.v. het rookverbod op de
ponten en het niet mogen plaatsnemen
in voertuigen (auto's,' rijtuigen enz.) tij
dens het verblijf op de ponten. Spr. stelt
voor de laatstbedoelde bepaling in te
trekken.
Dhr helleman (V-D.) is voor de
voorst ellen-De Jonge en Ronke, maar ze
zullen weinig effect sorteeren, omdat de
veranderingen bezwaarlijk meer kunnen
worden aangebracht, daar Ged. Staten van
Zuid-Holland het reglement reeds in wer
king stelden.
Dhr v. d. Weg de (Ged. Staten) onder-
streept dit laatste. De zaak zou opgehou
den worden bij aanneming der amende-
inenten. Spr. dringt aan op intrekking
er voorstellen en zegt namens Ged. Sta-
,1°®' dat ze zullen trachten de denk-
eelden, 'in beide amendementen neer-
geiegd, te verwezenlijken. 0r zal met "Ged.
v van Zuid-Holland en Noord-Bra-
nl °nderhanideld morden,
on de 'i°nRe en Sonke trekken daar-
len rd deze toezegging, hun voorstel-
vertu.r keilingh (V-B.) wil toch even
e a*en het niet eens te zijn' met den
r Sonke, zulks uit hoofde van de
Ve'iigheid.
De voorstellen van Ged. Stateö worden
meiüa z-h.st. aangenomen.
Verzoek om vrijverklaring van
den Gal. polder Borssele.
Het voorstel om het verzoek van den
polder Borssele om vrijverklaring af te
wijzen, lokte in de afdeelingen breed
voerige besprekingen uit. Ben' lid zegt dat
de inkomsten sedert 1923 niet langer door
de uitgaven overtroffen worden en de
polder thans zelfs een aanzienlijk bedrag
heeft uitstaan. Volgens zijn meening is
het verzoek dan ook geheel gerechtvaar
digd. Van gevaar kan meii alleen spreken
op minstens 800 voet uit den dijk.
Ook in 1923 gold het argument, dat bui
tengewone werken mochten worden uit
gevoerd en sinds dien is niets gedaan.
Een ander lid zegt, dat ter plaatse een
actie is gevoerd om de groote meerder
heid in den Dijkraad te verkrijgen. Men
is er in Borsselen slechts op uit, om den
pot met geld te verdeelen. Maar als de
uitgaven eens enorm stijgen, zal de pol
der geheel op zich zelf zijn aangewezen.
De financiëele toestand gedoogt z.i, de
vrijverklaring niet. Een lid waarschuwt
tegen geldverdeeling en acht gezien ook
de grondprijzen voor vrijverklaring aller
minst termen aanwezig. Een ander lid zou
willen, dat Ged. Staten ernstig overwegen,
of de wet van 1870 nog wel voldoende
van kracht is. Een lid in een andere af-
deeling zou een© commissie van onder
zoek willen, om na te gaan, of de wet
zich nog langer aan den geest van den
tegenwoordigen tijd aanpast. Een opdracht
tot dergelijk onderzoek aan den Zeeuwsch-
schen 'WateTschapsbond zou ook kunnen
worden gegeven. Vanwege Ged. Staten
wordt opgemerkt, dat het in hoofdzaak te
doen is om verdeeling der uitstaande gel
den en aan de toekomst en het verleden
verder geen aandacht wordt geschonken.
Ook Walsoorden vroeg destijds om vrij
verklaring, het werd gelukkig niet toege
staan, gezien wat er op 12 Maart 1906
daar is voorgevallen. De polder ELewouts-
dijk werd destijds wel vrijverklaard, maar
staat nu voor zeer hooge uitgaven. Over
de kwestie van een onderzoek naar de
wet van 1870 zijn de leden van Ged. Sta
ten verbeeld. In deze afdeeling wordt niet
gestemd. In een andere a'dseiing meent
een lid dat de voorstanders te veel Iet
ten op ïiet groote bedrag in kas en te
weinig op eventueels rampen. Enkele le
den willen zich eerst nog wat nader op de
hoogte stellen, vooral 'ook waar het besluit
een gevaarlijk precedent voor andere pol
ders zou kunnen opleveren. Een lid meent
dat waai' de polder in de laatste
ste jaren de provincie niets gekost heeft
deze zich zelf in voldoende mate kan
helpen. Een ander lid meent, dat de Dijk
raad en de ingelanden wel bevoegd zyn,
een oordeel over de verbetering der zee
wering te vellen. Ged. Statep merken o.a.
op, dat van de f250.0Q0 kasgeld in de-
naaste 'toekomst f 140.000 noodig zal zijn
voor uit te voeren werken. De toestand
aan de Zuidwatering van den Polder Wal
cheren bewijst voor wélke verrassingen
men kan kómen te staan. Daarom wordt
inwilliging van het verzoek dan ook sterk
ontraden.
Alhoewel de kosten voor de leden met
f20 per H.A. zullen verminderen!, kan
een ander lid geeö vrijheid vinden tegen
het advies in te gaan, ook met het oog
op het gevaar dat er niet meer voldoende
voor de zeewering zal worden gezorgd.
Benige leden zouden één polder of water
schap Zuid-Bevelajid willen oprichten!,
waarvan Ged. Staten tegen later overwe
ging toezeggen.
Een ander lid, zegt clat de laatste 30
jaar rijk noch provincie steun1 moesten
verleenen aan dezen polder. -Altijd kan
weer calamiteusverklaring worden aange
vraagd. Een ander lid vraagt zich af
waarom de naastliggende polder niet cala-
miteus is. Weer een ander lid meent
dat men met polders aan diep water
niet voorzichtig genoeg kan' zijn. Een
reserve van f 2ÓO.OOO beteekent niets bij
groote werken. Op verschillende vragen!
wordt van de zijde van Ged. Staten ge
antwoord, dat de laatste jaren de polder
geen ondersteuning; meer heeft ontvan
gen, maar dat dit nog geen' vdldoende
argument is voor vrijverklaring. Er zullen'
direct werken voor een bedrag van min
stens f 145.000 noodig zijn' en dan is de
kas als reserve te klein geworden. Als
de polder vrij verklaard en dan later
toch weer calamiteus zou worden, zal
de eerste 5 jaren de volle geschatte waar
de als dijkgeschot moeten worden betaald.
Ek zou geen bezwaar zijn tegen inwilli
ging als het reservefonds bijv. maar
f800.000 of f 1.000.000 bedroeg. Ged-
Staten handhaven hun voorstel ongewij
zigd.
Dhr. W al 1 i e n (C.-H.) is het voorals
nog niet eens met Ged. Staten. Spr. vraagt
of het gewettigd is den polder Borsselen
nog lander onder curateele te houden.
Volgens spr. niet. Het bedrag, noodig voor
uit te voeren herstellingswerken
(f 145 000) is hij den polder in reserve. En
ook hebben Ged. Staten toch altijd do
macht den polder te dwingen tot het uit
voeren van zeeweringwerken. Ingelanden
hebben behoorlijk overwogen wat ze deden,
toen ze vrij-verklaring vroegen. Want volgt
na een vrijverklaring later weer calamiteit,
dan kunnen de ingelanden wel rekenen op
hoogere polderlasten.
Dhr Joziasse (Stk. Geref.) merkt op,
dat het reeds de 4e keer is, dat de polder
Borsselen om vrij-verklaring vraagt. Der
tig jaar staat die polder onder curateele.
De eigenaren van verreweg de grootste op
pervlakte grond .vragen nu vrijverklaring
en spr. meent, dat er redenen zijn, om hun
verzoek in te willigen.
De ingelanden zullen wel degelijk voor
de zeewering zorgen, want het is hun
eigen belang. Ze zullen niet zoo naïef zijn
om den pot te gaan verteren.
goed, maar de waarde zou hooger zijn als
de polderlasten minder werden.
Dhr Wer-
leman (v.
d.) wil de
zaak zoo ob
jectief mo
gelijk bekij
ken. Het al
gemeen be
lang móet
voorop
staande
po der Bo s-
se.en moet
als cultuur-
gTond be
houden blij
ven. En
wordt dit belang nu gediend door bet voor
stel van Ged. Staten of door inwilliging
van bet verzoek tot vrijverklaring. Wat de
technische kwestie betreft, moéten Prov.
Staten toch zeker luisteren naar het advies
van den hoofdingenieur. Maar naast een
technischen is er ook een economische
kant aan.deze zaak.
Hier is een polder, die vrijheid wil en
een college van Ged. Staten, dat die vrij
heid niet geven wil. In vele gevallen in
het leven is het juist andersom.
Ged. Staten willen de menschen tegen
zichzelf beschermen, een bescherming,
waarvan de ingelanden niet gediend zijn.
Ged. Staten meenen, dat de toestand van
den vooroever nog verrassingen zou kun
nen haren. In het algemeen belang en dat
van de achterliggende polders, zoo zeggen
Ged. Staten, is het gewenscht, dat de pol
der calamiteus blijft.
Maar spr. vindt het eigenaardig, dat, als
er een verzoek tot vrijverklaring komt, er
steeds gewezen wordt op zeeweringswer-
ken die noodzakelijk moeten worden uit
gevoerd. Dus is de toestand tijdens de ca
lamiteit niet in orde gehouden? Moesten
verschillende werken reeds niet uitgevoerd
zijn, desnoods met steun der provincie?
Spr. zal echter stemmen vóór het voor
stel van Ged. Staten als zijnde het meest
in 'talgemeen belang. Spr. wijst er nog
op, dat de Borsselsche ingelanden bij vrij
verklaring gedurende de e.v. 10 jaren toch
evenveel als nu zouden moeten betalen.
Bovendien zouden aan vrijverklaring tal
van bezwarende bepalingen verbonden
kunnen worden.
Dhr v. 't H o f f (A-R.) voelt veel' voor
vrij-verklaring. Het verzoek van Biorsselen!
houdt nu eens niet in een verzoek om
steun, maar om vrijheid. Natuurlijk staan
hier groote belangen op het spel. En de
„meeste Statenleden zijh technisch niet op
de hoogte, zoodat ze moeten afgaan 'op>
hot advies van den. hoofdingenieur van
den. Prov. Waterstaat.r
We staan hier voor een wisselvalligen!
toestand. Niemand weet, hoe de stroom
in de Schelde in de toekomst zal' zjjn.
Van de pessimistische voorspellingen
van den hoofdingenieur bij vorige gele
genheden is echter niets uitgekomen. Dit
geeft Spr. reden, om de ingelanden! van
Borssele ter wille te zijn. Maar aan de
vrijverklaring^ zouden voorwaarden! ver
bonden moeten worden, welke Spr. nader
opsomt.
D|hr Boonman (R.K.) bestrijdt enkele
onjuiste beweringen' van "God. Staten in
het algemeen verslag. Spr. stelt vöor:
aanhouding tot de n'ajaarszittm'g. Dan
kunnen' prov. en Ged. Staten zich eerst
goed op de hoogte stollen.
Dhr Moei ker (V.B.)' houdt een be
schouwing over de gevaren, die den oever
van dezen polder bedreigen. Bij een lage
eb dreigt hier oeverafschuiving.
En wat doet men dan met anderhalve
ton, als er dan groote zinkwerken moe
ten plaats hebben? Spr. is voor de vrij
heid, maar in dit geval durft hij haar
piet geven.
Dhr Adriaanse (V.DJ steunt het
voorstel tot aanhouding. De Statenleden
kunnen zich dan ook eens ter plaatse
gaan overtuigen.
Dhr Wal li en (G.H.) is niet tegen' aan
houding, maar stelt voor bovendien' aan
Ged. Staten te verzoeken, voorwaarden te
ontwerpen die aan! een eventueele vrij
verklaring zouden moeten worden verbon
den.
Dhr Onderdijk (S.D.). ziet in dit
voorstel-Wallien een uitspraak voor vrij
verklaring. (Ontkeninende interrupties.);
Voor een vrijverklaring onder allerlei bin
dende voorwaarden voelt Spr. niets. Laat
die polder dan liever calamiteus blijven.
Tegen aanhouding op zichzelf is Spr. niet
Dhr Welle man (v.d.) zegt, dat de
wet allerlei voorwaarden aan vrij-verklar
ring verbindt. Maar de Staten kunnen
ook nog hun voorwaarden stellen.
Dhr v. 'tHoff (A.R.) verzet zich ook
tegen de opinie van den heer Onderdijk.
Dhr Kakebeeke (v.b.) noemt een
calamiteuzen polder armlastig. Hij kan
niet zelfstandig zijn financiën afhande
len. Provincie en Staat zorgen er voor,
dat zulk een armlastige polder in stand
gehouden wordt, wat er ook gebeurt.
Als er groote werken moeten worden uit
gevoerd, zooals hier voor de deur staan,
dan dreigen er groote gevaren. Het is
een daad van wijs beleid, den polder
calamiteus te laten. We moeten letten
op de toekomst
Spr. is niet voor aanhouding. De Sta
ten zullen er niet wijzer door worden,
tenzij ze misschien een duiker-onderzoek
naar den toestand yaa den voor-oever
instellen. (Gelach.)
Dhr Joziasse (Stk. Geref.) wil'
iemand, die in geen 39 jaar ondersteuning
heeft genoten, niet armlastig noemen. Spr.
is voor vrij-verklaring, maar uit tactische
overwegingen zal hij voor het voorstel
tot aanhouding stemmen.
Dhr v. d. We ij de (Gad, St.) ver
klaart, dat Ged. Staten adviseeren de
zaak nu niet meer uit te stellen. Er is T
alle tijd geweest en die is pok gebruikt
om zich op de hoogte te stellen.
Van een 'bezoek ter plaatse kan men
niet veel verwachten, want wat men
eigenlijk zou moeten zien, blijft aan de
waarneming onttrokken.
Spr. zegt, dat wanneer de zaak
wordt aangehouden tot de na
jaarsvergadering, alle kans op
vr ij verklaring ,zal zjjjn verke
ken. Wantdetoèstand terplaat
se zal dan zeer critiefc zijn.
Groote werken zullen noodig zjn, die
spreker liever zoo spoedig mogelijk ziet
uitgevoerd.
Dhr Reilingh (V.-B.) meent, dat men
de ingelanden van Borsselen tegen zich
zelf moet beschermen.
Het voorstel Boonman-Wallien (aanhou
ding van het voorstel) wordt verworpen
-met 27 tegen 14 stemmen.
De zaak komt dus nu in behandeling
Dhr v. d. W e ij d e (Ged. St.) beant
woordt nu de verschillende sprekers.
Reeds eeuwen geleden was Borse-
len een calamiteuze po-lder. Spreker
doet dienaangaande een mededeelïng uit
1372. De toestand is er nu nog altijd cri-
tiek. De voor-oever staat er aan groote
gevaren bloot. Spr. wijst er op, dat een
polderbestuur, dat wegen verbetert, toe
juiching ondervindt. Gaat men een zeedijk
verhoogen en verzwaren, dan zijn er nog
enkele ingelanden, die dit toejuichen.
Maar gaat men den vooroever (onder
het water dus) versterken, dan noemen
verreweg de meesten dat geld in het
water gooien. En waar die vooroever-
verbetering zoo dringend noodig is, is het
beter, dat de polder calamiteus blijft. Dan
is het zeker, dat het werk gebeurt.
Het verwijt, dat Ged. Staten en de Prov.
hoofd ingenieur zoo graag hun groote
macht houden en daarom den polder
calamiteus willen laten, is- geheel onge
grond. Integendeel, het zou spr. genoe
gen doen een voorstel tot vrij-verklaring
te verdedigen.
Spr. geeft de Staten dringend in over
weging in 't belang der provincie en voor
al, gelet op de toekomst, den polder Bors
selen niet vrij te verklaren. Het verleden
waarschuwt ons. Groote onheilen zijn aan
gericht door het laat-mahr-waaien-systsem
Het voorstel van Ged. Staten (a f w ij-
z i n g van het verzoek tot vrij-verklaring
van den polder Borsselen) wordt hierna
aangenomen met 35 tegen 6 st.
Vóór vrijverklaring stemden dhrn Wal-
lien, Joziasse, Kodde, Boender, Boonman
en v. 't Hoff
Renteloos voorschot
P. Z. E. M. Zie tweede
blad.
Dhr de Pauw (S.-D.) is dankbaar
voor de mededeelingen van Ged. Staten,
maar niet vbldaan. Maar het is moeilijk
tijdens de onderhandelingen verder op de
zaak in te gaan. Een motie zal dan ook
zijnerzijds achterwege blijven. Maar spr.
dringt aan op meerdere officieele of ver
trouwelijke mededeelingen. Spr. wil tot de
najaarszitting wachten en dan zoo noodig
op de zaak terug komen.
Het schrijven van Ged. Staten wordt
daarna voor kennisgeving aangenomen.
De electrificatie MitL
ïengroe-p.
Dhr Overhoff (S.DO zegt niet te
verkeeren in een! wanhoopssternming,
maar is met plezier naar deze zitting
gekomen, omdat hij verwacht, dat van
daag spijkers met koppen zullen kun'nen
•worden geslagen, al zal het zaak zijn
op te passen geen kromme spijkers te
slaan.
Spr. constateert met genoegen', als warm
voorstander van het Overheidsbedrijf, dat
het, er nu uitziet, dat de P.Z.EM- den
stroom zal leveren aan de middengroep1.
Spr. noemt het een onlzalig idee oin
het besluit van 1917 in te trekken'. Maar
niet een der laden) is er nu mee aan
gekomen. Alle Statenleden willen een vol
ledig Overheidsbedrijf, zoowel voor pro
ductie als distributie.
Er is alleen verschil over derf tijd en
het tempo van uitvoering der zaken.
Spr. is nog niet overtuigd, dat het
noodig is, direct een eigen centrale te
bouwen. In' 'Zeeuwsch-Vlaanderen hebben
we wel geleerd, daf de toename van'
stroomverbruik in de eerste jaren' niet
vlug gaat. We zijn daar zelfs nu nog, lang
niet de moeilijkheden te boven.
Het is overdreven, als men zegt: de mid
dengroep roept om elektriciteit. Juister
ware het, als men dat zei van Goes en dan
nog maar van een gedeelte van Goes. Voor
bet platteland voorziet spr. grooter risico
dan Ged. Staten. Spr. is bang, met een
eigen céntrale voor een kwijnend bedrijf
in de eerste jaren. Het contract met de
Societé Anonyme, aangeboden via den
Raad van Advies der P. Z. E. M. (waar
voor we dezen Raad wel dankbaar mogen
zijn) lijkt spr. voordeeliger. Dan hebben
we 15 jaar voor den boeg, waarin het be
drijf gaat groeien. Dan 'hebben we na die
15 jaar in eigendom: een net en een klan
tenkring. De P. Z. E. M. is dan ooncur-
renz-fahig. Misschien is dan na 15 jaar
wel mogelijk een overname van het be
drijf der Societé door de P. Z. E. M. Over
15 jaar hebben we meer macht dan nu. En
ook is er de mogelijkheid volgens spr. na
die 15 jaar de bevoegdheid van het Rijk
om tot naasting over te gaan.
Spr. acht het riigewenscht, dat we in
do middengroep twe6 centrales zouden
krijgen. Maar.mocht het werkelijk noodig
of gewenscht zijn, dan kan na 15 jaar al
tijd nog tot het bouwen van een eigen cen
trale worden besloten.
Spr. vindt het niet ei'g, dat de Societé
een buitonlandsche maatschappij is, Spr.
heelt wel vertrouwen in de verbetering
der internationale verhoudingen, in oor
logstijd vallen alle normale dingen weg,
dus kan men dan altijd nog zien wat te
doen.
Men heeft ook gezegd: bij contract met
de Societé kan geen vastrechttarief wor
den ingevoerd. Maar, vraagt Spr., kan dat
wel direct met een eigen centrale?
Ged. Staten willen het monopolie van
stroomlevering nietgeven aan een par
ticulier bedrijf. Maar dat duurt zoolang
de Staten het willen.
Spr. gelooft, dat er bij de Société nog
wel meer te bereiken is, dan' nu in het
ontwerpLcontract staat. Het definitief con
tract zal, naar Spr. meeent, toch altijd
nog in de Staten ^moeten komen.
Het schrijven van j$, en W. van Middel
burg wil Spr. liever niet in' opeiübara
zitting bespreken'.
Hierna pauze tot kwart over twee.
Stoomvaart Mij. Nederland.
RONDO, thuisr., 19 te Londen.
ROTTI, uitr., 19 te Pt. Said,
BALI, thuisr., p. 19 Perim.
SAPAROEA, thuisr., 19 te Amsterdam,
Kon. Ned. Stoomboot Mij.
NEREÜS, 19 v. Amst. n. Gibraltar,
BENNEKOM, Chili n. Amst. 19-te Antwerpen.
BERENICE, 19 v. Amst. n. Rott.
BREDA, 18 v. Antwerpen n. Amst.
VENUS, 19 v. Alexandrië te Amsterdam.
ORESTES, 19 v. Algiers te Amsterdam.
ODYSSEUS, 19 v. Amsterdam n. Danzig.
Ftotterdamsche Lloyd.
TAPANOELI, uitr., 19 te Belawan.
KEDOE, uitr., 19 v. Genua.
TAMBORA, uitr., 19 te Marseille.
TELEGRAFISCH WEERBERICHT
Verwachting tot den avond van 21 Juli:
Zwakke tot matige wind uit Westelijke
richtingen. Licht of half bewolkt. Waarschijn
lijk droog weer; weinig verandering in tem
peratuur.
Stand van hedenmiddag 2 uur»
Stand van gistermiddag 2 uur 763.
Licht op voor fietsers:
Zaterdag 9 u. 37.
i .i«—I
KRABBENDIJKE. Gisteren word door nobv
ris J. J. van Dyke van Kruiningon publiek
verkocht het woonhuis en erf van de erven
P. K. van Nieuwenhuijze. Hoogste inschrijver
M. Franke voor f 3666. Kooper Joh. van
Strien, alhier, voor f 6065.
SEROOSKERKE. Bij de door notaris A.
de Neeling gehouden veiling van een huis
gemerkt B 79 enz. te Gapinge, werden de
perceelen 18 in combinatie verkocht aan
dhr Joh. Wondergem, landbouwer te Seroos-
kerke, voor f 9245.
Juli.
24 Wilheiminadorp, schoonmaak, onder
houd en schilderen van schalen,
Burg. en Weth.
28 Baarland, woonhuis, Bouwk. Hoog
vliet.
MIDDELBURG. Gehuwd: D. Taal, 27 j.
en M. F. Houtop, 25 j.
Overleden: -H. L. E. Dormaar, 67 .j, geh.
met A. C. Snoep; L. Dorlefjn, 49 j.,
geh. met P. M. van Heulen.
Van 1219 Juli.
SOUBURG. Ondertrouwd: Laban Jacobus
Bierens, 24 j. en Suzanna Adriaaa Kodde,
22 jaar.
MIDDELBURG. Veiljng van 19 Juli 1928.
Roode bessen £17.50£27, Witte bessen
£13.50—f 14.70.
Aardbeien: Jecunda £25.10f47.10, Mad.
Mathot £25—f34.10.
Eierveiling van 19 Juli 1928. 5254 K.G.
£4.50, 54—56 4.90, 56—58 K.G. £5.10—
£5.20, 5—60 K.G. f 5.40—f5.60, 60—62 K.G.
f 5.50, 62—64 K.G. £5.80.
Eendeieren f5.10.
Veiling van 20 Juli 1928. Aardbeien: Jecun
da f 18.20—f38.70.
MIDDELBURG. Middelbnrgsche Markt, Boter
fl.10, Eieren £5.60, Eendeieren £5.75.
MIDDELBURG, 19 Juli. Op de export-
veiling werden nog de volgende prijzen
besteed: roode hessen f 17.50—f 27, witta
bessen f 13.50f 14.70, aardbeien Jecunda
f 25.10—f 47,50, ïaadaiaö matot f25—
f34,10.