Land- en Tuinbouw. Het Vrouwenhoekje. Voor de Jeugd. TANTE DOLLIE. ste van bat volk. Als bewij3 daaxvani deelde de Minister mede, dat Jhr Mr W- C. Quarles van Ufford, vice-voor- zitter van het Verbond, is be noemd tot Officier in de orde van Oranje Nassau. (Langdurig ap plaus.) Wethouder Ter Haar sprak er zijn blijdschap over uit, dat het N. J. V. toont, dat er nog duizenden jonge mannen zijn, die zich het Evangelie van Christus niet schamen. Na uw feest weer voorwaarts, zegt spreker. Brengt bij uw duizenden, do duizenden die nog verkeeren in geestelij ken nood. Na mededeeling van eenige ingekomen stukken en wat muzikale afwisseling, voerde de Bondsvoorzitter het woord. Deze zag de geschiedenis van het Ver bond als een geschiedenis van God's trouw Het Verbond is vrucht van het re veil. Tal van moeilijkheden heeft het Ver bond ondervonden ook daar waar mede werking mocht worden verwacht, maar groote geestelijke invloed is er van uitge gaan. In menige Jongelingsvereeniging zijn mannen gevormd, die later een in vloedrijke positie op onderscheidene pos ten hebben ingenomen. Het is waarlijk geen organisatie waar men enkel wat Bij belbesprekingen en voordrachten geeft. In dit verband w'ees spr. op 't kampwerk, de conferenties, de leiderscursussen, op het vacantie- en conferentieoord: de Ernst Sillemhoeve en op den arbeid voor de mijnwerkers in Limburg en op het werk te Eindhoven. Met dit alles wil het Verbond de jonge menschen winnen voor Jezus Christus. Aan het eind van deze rede verscheen de Beschermheer van het Verbond, Z. K. H. de Prins der Nederlanden ter vergadering, vergezeld van den Burge meester van Amsterdam. Op de begroeting antwoordde de Prins- Het doet mij groot genoegen als Be schermheer van uw Verbond in uw mid den to mogen zijn en ik wil deze gelegen heid aangrijpen om u dank te zeggen voor uw telegram van hulde, dat ik gisteravond van u ontvangen mocht. Ik wensch u toe, dat Ghristus, Wien ge uw leven hebt gewijd, uw arbeid zal zege nen en dat ge daardoor nog vele jonge mannen in uw arbeid zult kunnen betrek ken. Burgemeester De Vlugt zeido zich te verheugen hier te zijn. Allereerst om de Bondsleden persoonlijk welkom te heeten en ten tweede aldus spreker met het feit, dat uw Verbond vijf en zeven tig jaren lang God's zegen mocht ervaren. In het bijzonder ben ik dankbaar, dat uw Verbond ook aandacht schenkt aan de be studeering van maatschappelijke vragen en ook daarop in God's licht een antwoord zoekt. God's zegen ruste op uwen arbeid en Hij vergunne u om straks uw eeuwfeest in ongekenden luister te mogen vieren. Daarna kwamen de buitenlandsche af gevaardigden aan het woord. Ootk spraken nog: Kolonel Jhr. R o 11, voorzitter van den Militairen Bond en de heer A. J. d a G o s t a. Deze sprekers werden door den Voorzitter beantwoord. Ds C. D. van Noppen sloot de vergadering met dank gebed. De duizenden deelnemers aan den Bondsdag vereenigden zich ten slotte allen in het enorme R.A.I. gebouw. Min. Slotemaker de Bruine sprak, nadat het Bondslied was gezongen, een slotwoord. De Bondsvoorzitter sprak woorden van dank tot allen, die er toe hebben meegewerkt deze Bondsrfeesten zoo wel te doen slagen. De o u d-M i n. D e Visser sloot met dankgebed. KUIKEN-OPVOEDING. Een en ander over Vitamins A, hot groel-vitamine. Men zou dit vitamine kunnen noemen het groei-vitamine csf anti-oogziekte-vita- mino .Oorspronkelijk sprak men van een in vet oplosbaar vitamin, dat zoowel invloed had op den groei als op de Engelsche ziekte. Dit vitamine kwam zeer veel voor in levertraan, vandaar demi naam: in vet oplosbaar. Later bleek uit verschillende ervaringen Mat er een ver szeil moest zijn tusschen twee vitaminen n.I. één dat den groei van jonge dieren) be- rdort en één dat de Engelsche ziekte geneest. Tegenwoordig spreekt man "dan ook van A vitamine of groei-vitamine cn Jj vitamine of anti-Engelsche ziekte vitamine. Zoodra dus dit vitamine ontbreekt zul len jonge dieren, ondanks de beste voe ding, niet groeien en heel vaak ontwikkelt zich een eigenaardige oogziekte, die ten- slotto tot blindheid leidt. Plaatselijke be handeling van het oog helpt niets, maar de ziekte verbetert in enkele dagen na het gebruik van levertraan. Gedurende den oorlog zag men deze ziekte voel bij kinderen in Roemenië waar de melk krap was. Eveneens kwam zij vooir in Japan en Denemarken. Vooral in Denemarken ontdekte men verband tus- schen de kinderziekte en export van boter en bleek dat de fout lag in het feit dat men de boter door margarine verving. Tegenwoordig kan men margarine ook van vitaminen voorzien'. Natuurlijk hielp levertraan alleen in het begin der ziekte. Als eenmaal het hoorn vlies al stuk was kon men de kwaal niet meer genezen. Toen men de ziekte bij kinderen be studeerd had, ontdekte men haar ook bij pluimvee. Tevens vond men hier even als bij kinderen dat de betreffende die ren veel gevoeliger waren voor besmettin gen van het darmkanaal en de longen! en dal tenslotte de dood vaak volgde, niet door een bepaalde ziekte, maar door dat de smetstoffen Je overhand kregen op het organisme. Volwassen menschen of dieren zijn veel minder gevoelig voor een tekort aan dit vitamin, maar toch bemerkt men ook daar een verhoogde gevoeligheid voor besmet telijke ziekten, vooral ook voor long aandoeningen. Vanuit Californië is het eerst een ernstige kippenziekte beschre ven, die zich uitte onder verschijnselen' van diphthc-rie, doch die veroorzaakt bleek te zijn door een gebrek aan A vita mine. De ziekte lijkt voor den leek geheel op z.g. „snot" of diphtheria, waarbij het slijmvlies van den mond, neus, keel, en oogen hevig ontstoken is en met dikke ge'.e vliezen bedekt is. De dieren sterven tenslotte en men vindt in het lichaam de typische verschijnselen van jicht. Jicht doet zich nil. bij! kippen heel anders voor dan bij menschen. In beide gevallen zetten zich urinezuur-kristallen af. Biji menschen vaak in de gewrichten en bij: vogels in de nieren en op het vlies,.- dat lever, hart en darmen bedekt. Als men zoo'n kip opent is het precies alsof het dier van binnen met een dikke laag meel bestoven is. Men kan deze ziekte bij1 kippen gemak kelijk veroorzaken door een bepaald dië&t en aan den anderen kanlt kan men dani de ziekte ook weer genezen door toe voeging van levertraan. De zonneschijn heeft echter geen invloed tan gunste op de ziekte en daaruit blijkt dat ze ver oorzaakt wordt door een tekort aan een ander vitamin dan. 't zonnestraal-anti En gelsche ziekte vitamin D. Ook kan men de ziekte voorkomen met gele mais, die wel vitamin A bevat, maar geen D. Feitelijk is dus dit vitamin A voor ons kippenhouders niet van zoo groot be lang, aangezien kuikens of kippen be trekkelijk gemakkelijk hef benoodigde A- vita.mine vinden in groenvoer, gë4e mais of levertraan. Ik spreek steeds van gele mais, omdat witte mais geen vitamine bevat en dus wel tot schadelijke gev,al gen kan leiden. Aan den anderen kant is echter dit vitamine weer in den laatsten tijd meer op den voorgrond gekomen omdat men meent dat dit vitamine schei kundig aangetoond kan wor den. Er zijn bepaalde stoffen, b.v. anti- monium-trichloride die met levertraan te samen gebracht een sterk paarse kleur geven. Doze kleur schrijft men toe aan de aanwezigheid van vitamine A. Of deze proef geheel betrouwbaar is, is nog niet zeker, maar zelker is wel, dat handige zakenmenschen er al weer gebruik van gemaakt hebben om het publiek van de wijs te brengen. Zij verrichten in liun laboratoriums z.g. levertraan-onderzoek en de hando laars verkoopen hun levertraan, die on der controle staat van laboratorium zoo en zoo. Bij dit alles bega.it men de groote fout dat levertraan gebruikt wordt hoofd zakelijk om het gehalte aan D-vitamine en niet om A-vitaimine en dat een schei kundige proef ap A vitamine niets zegt omtrent de al of niet aanwezigheid van D-vitamine. Het is nog veel sterker. Hef is mij bekend dat een dergelijk laborato rium monsters levertraan afkeurde omdat ze geen vitaminen'heette te bevatten. Ik wist echter dat deze traan uitstekend bereid was en uitstekend van qualiteit was, daar ik haar op levende kuikens gecontroleerd had! Men zij dus voorzichtig met z.g. gecon troleerde levertraan. Die geheel® schei kundige controle is voor ons doel geen cent waard. Het verschil in Vitamin A en D blijkt odk hieruit, dat vitamin A door verhitting snel gedood wordt en D nief. Als men levertraan b.v. verhit tot 100 gr. Celsius of er onder verwar ming lucht door heen blaast, dan ver dwijnt het gehalte aan A-vitamin direct, doch haar genezende werking ten op zichte van Engelsche ziekte blijft zij be houden. Zeer rijk aan vitamin-A zijn o.a. versche klaver, gras, sla spinazie, gele wortels, boter, eidooiers, lever en lever traan (ook melk). Vatten we nu een én ander te za.men dan zien wij dat A-vitamin onmisbaar is voor den groei en gezondheid van kuikens en kippen. Gebrek aan A vitamin schijnt invloed te hebben op bepaalde klieren in het lichaam en de vet- en zweefklieren der huid. Daardoor werken de lichaamssappen onvoldoende (geen groei, abnormale gevoeligheid voor be smelting) en de huid en slijmvliezen dro gen uit (oogziekten). Een betrouwbaar onderzoek naar vitamin A in levertraan kan alleen gedaan worden door proeven op jonge, groeiende dieren (jonge ratten of kuikens). Scheikundig onderzoek heeft weinig waarde en in -geen geval heeft een onderzoek op vitamine A waarde voor een beoordeeling van ihet D-vita mine. Dr te He n nep e. Vragen, deze rubriek betreffende, kun nen door abonné's worden ingezonden. Postzegel van 7V2 cent insluiten. Ervaringen van een dienstbode. We laten de dienstbode, die vorige week aan 't woord was, nog .even ver der vertellen: Door omstandigheden kwam ik daarna in - een joodsch gezin vain handelsmem- schen terecht. Vier personen:, mijnheer en mevrouw, zoontje endochtertje. Prachtig huis, Perzische loopers van den kelder tot den zolder, massa's kristal en zilver. Electrolux, elektrische waschmaebine, strijkijzers, en al de verdere uitvindin gen der moderne techniek tof vereenvou diging en vergemakkelijking van hef huis werk. Alles was doelmatig ingerient en men had er bijna machinaal kunnen werken, als niet het tempo door een opge wonden, overprikkelde en op duizend klei nigheden lettende huisvrouw herhaaldelijk onderbroken was. Van 's morgens vroeg tot 's avonds laat werd er gebeld, ge roepen en het een of ander besteld. Men had er goed eten en drinken, een schitterend loon, veel cadeaux, maar ik heb dezen 'dienst on tanks dat alles toch verlaten. Niet eenmaal heeft m;n naar mijn ouders df zusters gevraagd, neen. niet eenmaal heeft men1 naar mij zelf gevraagd. Doch het onverdragelij'cste was nog, dat ik in acht dagen het huis niet uit kwam. Had men fenminste 's avonds nog maar eens alles achter zich kunnen laten, een wandeling kunnen maken, een bezoek afleggen, hoe had: men zich dan kunnen verkwikken en bevrijden. In de zen dienst heb ik zoo echt de maatschap pelijke afhankelijkheid en onvrijheid in den dienstbodenstand gevoeld. Ik wilde liefde, vreugde en een beetje vrijheid en zoo ging ik al spoedig over naar het gezin va'n een rechterlijk amb tenaar. Daar moest ik echter reusa hlig aanpakken. Deze huishouding was in te genstelling met het Joodsche huishouden heel ouderwetsch. Eindeloos bekloede stoeten en vloerkleadcn moesten wekelijks geklopt en geborsteld, worden. Dit werk valt iemand dubbel zwaar als men een maal met den stofzuiger en dergelijke veel gemakkelijker gewerkt heeft. Ook in dit gezin was een grootmoeder, die ech ter nog zeer bedrijvig was en van mee ning was, dat een dienstbode op elk oogenblik zonder nadenken onvoorwaar delijk gehoorzaam moet zijn. Als zij riep, moest men van de derde verdieping naar den kelder vliegen of omgekeerd. Toen ik eens mijn meening zei over deze me thode, deed zij de volgende wijze uit spraak; „Al roep ik je ook tienmaal bij je werk vandaan, dan moet je ook tien maal komen:" Ik heb in dat huis hard gewerkt, maar geen .arbeidsvreugd gekend. Lief en' grap pig fvaren een paar vijfjarige tweelingen in het huis, maar ik had nauwelijiks tijd en gelegenheid met de kleintjes te praten of te spelen. Heerlijk was het als de fai- milie eens op reis of afwezig was. Dan kon ik mijin werk zelfstandig inrichten, wat tengevolge had, dat ik met alles veel eerder klaar was, Enkele recepten. Spaansche rijst. 1 L. melk, lVz d.L. (7« L.) rijst; 1 a2 eieren; 60 gr. (ruim 1/2 ons suiker; 1/4 stokje vanille; iets zout. Kook op de gewone wijize rijster brij en laat de vanille er in meekoken. Roer in een vuurvasten schotel de eier dooiers glad met de helft van de suiker. Voeg hierbij voorzichtig de rijstebrij, waar uit "de vanille verwijderd, en waarin de overige suiker opgelost is. Roer hierdoor luchtig het stijfgeslagen eiwit, en Jaat de massa in den oven rijzen en "heel licht bruin- worden (circa Vs uur). Huzarensalade. 250 gr. (i/j pd.) vleeschreston, 2 kropjes s'a!, ongev. 1.0 ge kookte aardappelen, 1 bietje, 4 zure ap pelen, 2 harde-eieren, 3 of 4 lepels sla olie, 4 of 6 lepels azijn, wat peper, zout, wat ingemaakte uitjes en augurkjes, desverlriezende een paar lepeltjes maggi- aroma. Bereiding: De aardappelen fijln hakken, het vleescn fijn snijden of hakken, de biet en de appelen in kleine stukjes snijden. Dit alles vermengen, doch van alles, behalve van de appelen, wat over houden voor de garneering. Met peper, zout, slaolie, azijn en aroma, desverlan- gende or(k wat s uiker aanmaken. Met een verbooging op vleeschschotel sta pelen, in vakjes garneearen met de over gehouden ingrediënten, het hard gekookt ei, geel en wit afzonderlijk fijn gemaakt en de uitjes en augurkjes. De schoonge maakte sla als een njnd om het mengsel garneeren. Bij den schotel afzonderlijk slaolie en azijn pxesenteeren of wat smakelijker is een sauskom met mayonaisesaus. Mayonaise saus: 2 kleine of 1 groote eierdooier, wat peper en zout, on geveer 2,5 d.L Slaolie, ongeveer 0,5 d.L. azijn. Bereiding: De eierdooiers worden met iets peper en zout met de garde of een houten vork goed door elkaar geroerd. Dan wordt er, steeds roeren-Je, druppel voor -droppel, de olie bijgeroerdi, tot dat het mengsel de dikte van een kluit boter heeft. Vervolgens wor den er een paar druppels azijn doorge roerd, zoo, tot het mengsel iets dunner wordt. Zoo wordt voortgegaan, tot olie en azijn verbruikt zijn en, de saus een roomdikte heeft. Het komt er bij deze saus vooral op aan, om in het begin eierdooiers en olie duchtig te vermengen, daar ze anders mislukt. Peau de Suède-schoeiten. Het Hbld. geeft de volgende tien ge boden voor pealu de Suède-schoenetn le. Draag ze nooit bij vochtig weer of als de straten modderig zijn. 2e. Zijn ze op straat vuil en nat gewor den, laat ze dan rustig drogen om ze later met een zindelijjken, handen borstel uit te schuieren. 3e. Verwijder de vlekken, die dan nog zijn achtergebleven, met een ijzerbors beitje of een s'tukje fijn schuurpapier. 4e. Zorg ervoor, dat nooit vet- of olie vlekken op de schoenen komen. Ze ver dwijnen uit peau de Suède zoo .goed als niet jneer. 5e. Is tóch vet of olie op den schoen, gemorst, probeer dan de vlekken weg te krijgen met benzine of tetra. Misschien Inkt het. 6e. Draag bij lichte peau de Suède- schoenen kousen in dezelfde tint van het leer. 7e. Kies altijd peau de Suède-schoenen van goede kwaliteit. Zijn die u te duur, neem dan voor hetzelfde geld liever ge woon leer. 8e. Als gij de schoenen niet draagt, vul ze dan op met leesten of proppen: vloeipapier, opdat ze in hun model blij ven. 9e. Bewaar ze altijd op een droge plek. 10e. Bedenk, dat kale plekken in peau de Suède, ontstaan door slijtage, niet meer te verwijderen zijn. Oók niet met een ijzerborstel Beste Jongens eni Meisjes, Het zijd thans weer de vierde prijs raadsels. En jullie weet allemaal al wal dat beteekent nietwaar? Dat wil immers zeggen dat jullie deze week erg je best op de raadsels moeten doen, wamt dat het de tjjd voor inzenden' is. Deze week dus moeten al de oplossingen worden inge-zonden. Wanneer ik vroeg genoeg de briefjes krijig zal waarschijnliji.i de vol gende Zaterdag de uitslag der prijzen er in staan. Dat is dus afgesproken, dat ik ze zoo vroeg mogelijk krijg. Briefjes die na Don derdag nog komen, tellen niet moer mee, want dan is het toch al beslist, wie er voor een prijs in aanmerking komt. Dus allemaal goed je best gedaan en een .ieder zorgt weer op post te zijn. S er 0 os kerke. „Distelvink". Ja, nu ging 't beter, je oplossing was goed hoor. Dit keer zijn het de laatste prijsraadsels, dus moeten ze allemaal hun raadsels insturen. Hoek. „Nachtegaal". Hier en daar heb ik de zin weil een beetje veranderd zoo- als je zult zien. 'k Was bang da;t het anders te lastig zou zijin. Be® jij' ook weer op 'tappèl? Wemeldinge. „Eekhoorn". Het Is den laatsten tijd maar weer koud hé? Ver lang je al naar het feest van Woensdag of ga je daar niet naar toe. „Attencia". Ook uit geweest met Hemelvaartsdag of heb je de gezelligheid thuis gezocht. En nu met Pinksteren alweer een vrije dag. 'sGravenpolder. „Vogelaar". Dit is het vierde en dus het laatste prijsraad sel. Heb je al de raadsels kunnen vin den -en de oplossingen goed bewaard 'tZou jammer zijn als je er een miste. Zijn je broertjes al weer beter? W o I f a a r t s d ij k. „Zonnestraaltje". Ik vind het leuk je maar dadelijk zoo te noemen, dat zal je zeker wel goed vin den. Jij hebt zeker niet veel last van het koude weer. „Prins Ma.urits". Als Z- niet goed weet hoe de raadsels opgelost moetori. worden, wil je haar misschien wel eens helpen. Je krjjgt het nu zeker wel druk in don tuin? Kamperland. „Duinhelm". En zijn de dam problemen moeilijk op te lossen? Het lijkt me een lastig werkje. Eerlijk gezegd, ik snap er niet veel van. Wat bl:pt het toch koud hé? 'sH. Abtskerke. „Meiklokje". Nu is het de tijd voor de Meiklokjes en nu miste ik jou juist. Ik vind hei niets gezellig als jou pïettige babbeltjes er niet bij zijn. „De kleine Landman". Ge lukkig dat die vervelende kiespijn zoo gauw weer verdwenen is. Maar of 't nooit meer .terug zal komen? Natuurlijk kan je dan niet schrijven. Sint Maartensdijk. „Adelaartje". Leuk, dat jé het groote raadsel ook had. Ik vind het uitstekend hoor, als je ook eens een raadsel instuurt. Met een beetje hulp zal je het best klaar krijgen. Hoe heet die ondeugende kleine zus? Krabbend jj ke. „Luistervink". Je was nog een week te vroeg, want nu zijn het pas de laatste raadsels. Neen, die sommen vallen niet mee. Prettig, dat je nog wat op school mag blijven. „Fazant". Hebben in jullie tuin de vruchten ook geleden van de nachtvorsten? Ik las in de krant, dat er op sommige plaatsen veel schade was. 'tls te hopen, dat het nog wat mee valt. „Sleutelbloempje". Dat was een meevaller, zoo'n vrije dag. Leuk, dat je C. weer geschreven hebt. De andere beteekenis van het insigne is ook heel mooi, draag het maar steeds en meteere. „Waterlelie en Tulpje". Zijn jullie er de volgende week ook weer bij. Hebben jul lie al zin in de Pinksterdagen? De meeste menschen verlangen vooral voor die da gen naar mooi warm weer. Oostkapelle. „W. L.' Ook al een week te vroeg. Neen, dat was niet zoo'n prettige vacarihe. Dat is een heel feest geweest toen. Ja, de advertentie had ik wel gelezen, maar ik wist niej^ dat jij er ook bij" zou zijn. C o 1 ij n s p 1 a a t. „Bakkerinnetje". Nu ik hoop maar, dat ze goed worden. Ik verlang er eig naar het eens te zien. Ja, 'die cadeautjes zijn heel leuk. Zou je zoo iets prettiger vinden dan een bpek- je? De groeten aan allemaal. St. Laurens. „Rozeknopje". Wat aar dig, dat je al die stukjes bewaart. Als je ze in een 'oud schrift opplakt, krijg je gen mooi geheel. Ja zoo langzamerhand moet ik al eens 'over een ander gaan denken. Ierseke. „Zeemeeuw". Nog een week je en dan is het weer Pinkster-vacantie. Je hebt er zeker wel zin in? Ga je nog uit, of blijf je die dagen in i. „Junibloem" Nog wel gefeliciteerd met je jarige zus. Heb je J. S. de groeten van mij gedaan? Ik had haar wel eens willen hooren spe len. Wat gezellig zeg, van die bloemen. Ben je weer helemaal beter? O u d V 0 s m e e r. „Uli«t". Gefeliciteerd hoor, met je overgang. Zoo mag ik het hooren. Ik ben blij, dat je het verhaaL zoo mooi vindt, maar nu is het gauw uit. Goes. „Erica". Jij hebt, geloof ik, niet veel moeite met de raadsels. Je oplos singen zijn altijd goed. Maar altijd een een briefje te schrijven dat is lastiger, hé? Ik weet ook wel eens niet veel. Ane moontje". Als hel geen prijsraadsels zijn, behoei je ook niet te schrijven. Om bui ten te spelen is het zeker wel wat koud, of kan je daar wel tegen? „Boschviooltje". De vriendinnetjes zet ik altijd maar dicht bij elkaar. Jullie zijn toch altijd samen, is het niet? Dus mag het hier ook wel, als jullie tenminste geen ruzie krijgen. „Gouden Regen". Jij hoort hier toch ook bij, niet.waar? Ik geloof, dat ik dat goed onthouden heb. Kun je de raadsels nogal gemakkelijk vinden? „Gladiolus". Je had geljjk hoor, het was een domme fout. En wat die naam van die plant betreft, daar heb je ook geljjk in, maar zjj schrijft het zoo, dus dan doe ik het ook. „Talbot". Wat had je weer veel streepjes en krin getjes er bij geteekend. 't Staat wel aar dig, piaar met het lezen is het wel eens lastig om uit te zoeken. J. de J. Hartelijk welkom in onzen kring, 'klïoop, dat het je er zoo goed bevallen zal, dat je heel lang mee blijft doeij. Had ze toch maar eens eerder ingestuurd. Probeer maar eens, welke raadsels je het beste kan. 'tMag allebei. „Leergraag", Welnee, jongen, zoo gauw ben ik niet boos hoorl Neen, met het weer wil het nog niet erg. Maar het zal toch eindelijk wel eens zomer wor den, denk je ook niet? II a r d e r w j k. „Zwartje". Dat was een prettige brief. Ik vond het heel gezellig eens iets van je te hoorenden de andere neefjes en nichtjes ooi Is het in H, net zoo koud als hier? 'sll. A r e n d s k e r k e. „Duifje". Dat waren twee korte briefjes, maar samen, was het toch een lang. 't Is net als met de vele kleintjes die een groote maken. Ik ben van do week nog langs 'sH. A. ge fietst. 'sH. H. Kinderen. „Lentebloempje". Jij weet niet veel te schrijven, dat is een lastig geval. Vortel me maar eens of je nog wel eens iets van Sneeuw klokje hoort. Dat is toch een vriendin netje van je. „Lerngern". Ik ben erg nieuwsgierig naar je volgende brief, 'k Heb zoo'n idee dat je dan heel wat to vertellen zult hebben, maar ik kan me ook wel vergissen hoor. 'k Zal maar af wachten. „De Gebroeders". M. Ziezoo heb jij nu eens je best op de raadsels en het briefje gedaan. Elk op zijn beurt, zoo gaat het mei de prijzen ook. Al de neefjes en nichtjes zijn verlangend naar den uit slag. „A." De visoh is nog goed geezpnd. Heb ik er nu niet goed opgepast? Dit keer is hot raadsel zoo erg gemakkelijk niet, maar daar ben je niet bang voor, is 't wel? „J." En hoe gaat het met de verzameling. Zijn er ai voel vreemde lan den in vertegenwoordigd. Het valt. niet mee,hè ze bij elkaar te krijgen, 't Viertal". „D." Dat, was geen prettig nieuws, ge lukkig maar dat je al een plaatsvervan ger hebt. Die geschiedenis van zoo'n pen heb ik ai moer gehoord. Je hebt op school goed je best gedaan. Tot ziens en hel. beste er mee hoorl „J." Jjj wilt me zeker zoo nu >n dan nog wol eens iets over D. vertellen, 't Is wel jammer hè, maar ja zoo gaat het toch altijd. „P." Zoo'n verhuispartij eens in 'tjaar is wel gezellig. Wij zijn gelukkig ook klaar. Toch maar fyn .als 'tweer achter den rug is. „B." Misschien wil jij zoo nu en dan wel eens voor M. schrijven. Hij zelf zal. 'tr.og niet kunnen. Gaat hij al op school? In welke klas is hij? „M." Wat fijn zeg dat jij zooveel eieren gevon den hebt. Was je er niet heel erg blij mee. Wat doe je er nu mee. 'kVind je een knappe baas. Dit zijn prijsraadsels. 1. Voor de grooteren. Mijn geheel bestaat uit 53 letters. De 4. 19. 23. 10. 13. 26. 52 is een moeilijk te bevaren rivier. 20. 34. 47. 12 is een plaats in Zeeuwsc.h- Vlaanderen. De 11. 25. 24 is een bekende rivier in Egypte. i 13. 6. 28. 40. 7. 53 is bekend: door zijn vele inwoners. 20. 15. 43. 46. 17. 37. 1. a. 5 is bekend öuor de radio. 2. 11. 37. 21. 24 is een gebergte in Rusland. 15. 31. 48. 39. 46. 7. 16. 20. 21. 31.lg7 is de residentie der Koningin. De 50. 4. 10. 43 is een rivier in Gel derland. I. 15. 35. 44. 39. 37. 22 is een plaats in Limburg. 33. 3. 49. 23. 38 is een plaats in Overijsel. 8. L9. 24. b. 52. 32 51 is een plaatsje in Friesland. Van Amsterdam op 13. 42. 30. 9. 45. 48 vaart een nachtboot. 20. 14. 36. 31 is een plaats in Fries- laad. f I (Ingez. door: Nalchtegaai.) II. Voor de jongeren. Mijn geheel bestaat uit 26 letters. In plaats van cijfers moet hier een 9. 5. 17. 24. 26 staan. Een zwerver is 14. 20. 8. 1. 20. 4. 22 thuis. Een tuinman gebruikt een 15.10. 2. 23. 7. 24. Een visch heeft 6. 13. 18. 18. 3. 12. 16. 25. 19. 3 is een dure stof. De 9. 13. 11. 23. 2. 21 is voor velen een moeilijke tijd. De hartelijke groeten van

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1928 | | pagina 7