DE ZEEUW en en DERDE BLAD. Uit de Pers. Berlijnsche Brieven. Uit de Provincie. Onderwijs. Gemengd Nieuws. SEN rljgbaar. MIJNHARDT'S Hoofdpijn-Tabletten 60 ct Laxeer-Tabietten 60ct Zenuw-Tabletten 75ct Staal-Tabletten 90 ct Maag-Tabletten 75 ct ELBURG de G 203 VAN ZATERDAG 25 FEBRUARI 1928. No. 126. Waarschuwende woorden. Da bekende leider en vakvereenigingsman der sociaaldemocraten, de heer Henri Polak als Schaper en andere vooraanstaande per soonlijkheden in die partij een selfmade man heelt zijn 60en geboortedag gevierd, en werd, naar aanleiding daarvan, door een medewerker van „Het Volk" geïnterviewd. In het relaas van dit onderhoud, zegt het „Centrum", komen eenige merkwaardige pas sages voor. Hebben in het algemeen vroeg o.a. de journalist uwe denkbeelden zich in den loop der jaren nog gewijzigd? En de heer Polak gaf dit beteekenisvolle antwoord Wat zal ik daarvan zeggen? Ik kwam jong in de beweging, zuiver uit gevoels overwegingen en vol revolutionairen drang. Men stelt het zich dan alles erg sim plistisch voor: je bezemt het kapitalisme weg en de rest komt van zelf. Men is zich dan nog niet bewust van de ingewikkeld heid van het maatschappelijk leven, van den groei van het eene stelsel naar het andere, van den omvang der tegenwerkende krachten. Ook rekent men dan niet vol doende met psychologische faktoren. Van geweld sprak de gewezen voorzitter der S. D. A. P. onverholen zijn afkeer uit: Van geweld, in welken vorm dan ook, verwacht ik geen heil. Van het bolsjewisme moet ik niets hebben en van die „een heidsbeweging" evenmin. Als men het niet met ons eens is laat men het ruiterlijk lijk zeggen, de Partij verlaten en tegen over haar gaan staan. En verder De grootste welvaart zou te duur ge kocht zijn, indien zij zon moeten steunen op knechtschap, op de belemmering der vrije meenings- en wilsuiting. Maai- ik geloof niet, dat geweld welvaart scheppen kan. Zij kan slechts vrucht zijn van de vreedzame en vrije samenwerking dei' menschen. Dit is duidelpe taal duidelijk ook en vooral als waarschuwing. De geestverwanten en partijgenooten van den heer Polak mogen er hun voordeel mee doen. Want dat het oude revolutionnaire instinct nog geenszins geweken is uit de S. D. A. P. is bij de wjjze, vjaarop nog pas over de gebeurtenissen van 1903 en 1918 gesproken en geschreven werd, maar al te duidelijk gebleken. Druipt van bitterheid. Onder dit opschrift merkte „De Stan daard" het volgende op: „Een fleurig boek kwam uit, frisch van opzet. Onder den titel „Onze Mei" werden bijeenvergaderd een aantal schetsen van onze meest bekende Nederlandsche schrijfsters, waarin deze haar jeugdher innering geven. Jo van Ammers-Küller, Ina Boudier— Rakker, Carry van Bruggen, Top Naeff, Margot SchartenAntink en andere zijn hier aan het woord. In goedmoedigenluim voeren de hel dinnen van de pen ons terug naar de onbezorgde kinderjaren. Toch is niet alles even goedmoedig. Carry van Bruggen verplaatst ons naar het kleine stedeken Tiel, waar haar vader Joodsch leeraar was. De synagoge heeft zij teruggezien en naast die synagoge stond al in haar kin derjaren de School met den Bijbel. Nu nog. Maar die school heeft een metamor phose ondergaan, die door haar aldus wordt beschreven: „Het fijne school, aan den anderen kant, onderging alleen een [uiterlijke gedaante-verwisseling de „Vreeze des Heeren" wordt er nu onder richt in een gloednieuw gebouw, dat let terlijk druipt van het vet der Rijkssub sidie". De uitlating van deze toonaangevende schrijfster is -teekenend voor de geestes stemming van sommige kringen. Zij „druipt" letterlijk van bitterheidl EENHEIDSSTAAT. Wij plegen over het Duitsche volk, over de Duitsche taal en over Duitsch- land te spreken op een wijze, die bij den niet georiënteerden toehoorder een min der juist beeld van de werkelijkheid zou kunnen vormen. Nog daargelaten, dat er duizenden Duitschers zijn, welke elkan der, onder den invloed van het dialect, uiterst moeilijk kunnen verstaan verre van gemakkelijk zou 't u vallen, twee Duitschers te ontdekken, die elkander in hunne zienswijze en overtuiging, niet slechts op politiek terrein, begrijpen, waardeeren, laat staan aanvullen. Een deel van 't Duitsche volk, het over wegend kleinere deel uit de steden, zij, die den nieuwen staatsvorm onderschrij ven, wenscht ter blijvende bevestiging van de republiek, uit het gecompliceerde üuitaohe rijk «en eenheidsstaat te schep pen. De woorden unitarisme, centralisa tie, rijkshernieuwing, hervorming ran den rijksbouw werden als een ballon d'essai van Berlijn uit over de Duitsche landen in de lucht gelaten en daalde in Thü- ringen, in Saksen, in Beieren, in Wur- tenberg en waar dan ook onder de be volking, wier regeering werd uitgenoo- digd, om naar Berlijn te komen, In de groote congreszaal van de rijks kanselarij waren de minister-presidenten van 18 Duitsche landen- bijeengekomen, in de zaal, waar 1878 het Berlijnsche congres gehouden werd. Het presidium had dr Marx op zich genomen. Een groot aantal kaarten, speciaal voor deze histo rische gelegenheid bestemd, hing aan de wanden. De indeeling der referaten was toevertrouwd aan den staatssecretaris der kanselarij, dr Pünder. Het bureau van den rijkspresident was door den staatssecretaris Meissner ver tegenwoordigd, die ook aan Ebert groote diensten bewezen heeft. De rijksregeering had uit München ook haar Beierschen ge zant dr Haniel naar Berlijn geroepen, naar ik vermoed, waar 't eerste nummer der besprekingen: de verhouding tusschen rijk en landen, vooral van Beiersche zijde weinig instemming zou verkrijgen. Neen, vooral de Beiersche bevolking voelt weinig voor den eenheidsstaat, be schouwt Berlijn als den a'Jes verslinden den Moloch en de Beiersche vertegen woordigers nemen op 't beslissend mo ment geen blad voor hun mond, zeggen precies, hoe ze 't vinden en vinden het verre van mooi! Van het overwegend socialistische en democratische deel der republikeinen willen de Beiersche mo narchisten „durchaus nichts wissen" en dat bedenkende, kon men van deze met grooten ophef aangekondigde „Landerkon- ferenz" niet veel positiefs verwachten. Een bevoegd staatssecretaris moet reeds, voordat dr Marx zijn openingsrede gehouden had er de aandacht op geves tigd hebben „dass die Reichsregierung nicht beabsichtige, die dureh Tradition gewordene und durch Verfassung veran- kerte gegenwartige staatliche Struktur Deutschlands durch die Januarkonferenz zu zerstören". Dat zegt genoeg. Van te voren had Berlijn hiermede toegegeven, dat 't tegen traditie, grondwet, tegen histo rische zeden en gebruiken niet op kan. Dr Held, de Beiersche minister-president vatte zijn meening omtrent den eenheids staat aldus samen: „Op grond van historische ervaringen en in verband met de geaardheid der Duitsche stammen is voor het Duitsche volk en de basis der samenleving niets beters denkDaai dan de indeeling in sta ten, die een zekere mate van zelfstan digheid bezitten en in gemeenschappelij- ken wedijver één doel beoogen: aan het gansche vaderland zooveel mogelijk macht te verleenen tot de ontvouwing der bui- tenlandsche politiek. Door de aanhangers en verdedigers van den eenheidsstaat werd op veel gewezen, dat te denken geeft: In 'trijk en in de ver schillende landen dienen onder de huidige omstandigheden 66 actieve ministers. In 'trijk zijn elf ministeries, waarvan alleen Pruisen er zeven telt. In 't rijk en de verschillende landen telt men 2500 parlementariërs; geen land ter wereld kent een zoo omvangrijke volksvertegenwoordiging. Alleen de rijks dag telt 493 afgevaardigden. De Pruisi sche landdag beschikt over 450 leden. De rijksraden omvatten 66 leden. Pruisen al leen kent 77 Staats rate. Een goed deel van deze politici kan men alleen reeds in de hoofdstad des rijks tegen 't lijf loopen. Men fluisterde mij op de tribune in den rijksdag on langs in 'toor, dat elke hoogere ambte naar in dienst van het rijk ongeveer een inkomen heeft, dat met 25 pet. van een ministerieel inkomen gelijk staat. Of daar niet enkele millioenen te besparen zouden zijn? Pruisen wilde het voorbeeld geven. Dr Nobis, de veeljarige vertegen woordiger van Pruisen in den rijksraad, uitte zich over het Pruisische standpunt inzake de rijkshervorming in dier voege, dat Pruisen er reeds in 1919 op aangedron gen heeft, voor het definitief regelen eener nieuwe grondwet voeling te ne men met de regeering der verschillende Duitsche landen tot het oprichten van een Duitschen eenheidsstaat. Die aan vrage moet in Weimar zijn uitgegaan van sociaal-democraten, democraten en het katholieke centrum. Ondanks dit feit is het sedertdien tus schen Pruisen en het rijk tot vele con flicten, maar niet tot eenig positief besluit gekomen. Woordelijk zeide dienaangaande Ministerialdirektor dr Nobis: „Als staat wil Pruisen tenslotte verdwijnen om op te gaan in een werkelijken eenheidsstaat, maar dan wenscht het ook, dat alle an dere landen op denzelfden weg meegaan". Dat Pruisen er op uit was, hier iets positiefs te bereiken spreekt zonneklaar uit dr Punder's uitlatingen dienaangaande: „Ik verraad geen geheim want het is vanzelfsprekend, dat deze landenconferen- tie met groote zorgvuldigheid is voorbe reid". Wanneer een ervaren staatssecre taris in dienst van den rijkskanselier dat zegt, dan moet men het gelooven. De Landeshauptmann der provincie Saksen bracht ook typische staaltjes van verdeeldheid in midden-Duitschland, on mogelijke verhoudingen, welke, door den Heer Hübener weergegeven, den buiten staander een indruk gaven van de on houdbaarheid der politieke en economi sche verhoudingen in midden-Duitschland. 106 Rijksvertegenwoordigers hebben een dag langer dan beraamd was, beproefd, tot een positief resultaat te geraken. De vele landkaarten beoogden, hun een beeld rwn de meer dan 200 enclaven (in- gesloten gebieden) te geven, welke het re sultaat zijn van djjiastieken strijd uit vroegere eeuwen. Deze enclaven waren voor de „Landcrkonferenz" echter bij zaak hier zou 't immers gaan om de 18 Duitsche landen en steden, welke elk op zichzelf absolute zelfstandigheid en onafhankelijkheid demoqstreeren, terwijl ze toch meer en sterker dan ooit thans op elkander aangewezen zijn. Reeds bijl het eerste referaat, voorgedragen door Hamburg's eersten burgemeester Pe tersen, werd voorgesteld, een com missie van deskundigen te vormen, welke alle ingediende voorstellen en ont werpen aan een deskundig onderzoek zou hebben te onderwerpen. Deze wenk werd tot een teeken voor de gansche conferentie. Men gevoelde, al luisterend, dat 'thier tot geen positief resultaat kón komen, dat men voorstel len zou doen, welke op een verschuiving zouden uitloopen. Juist de groote binnen- landsche verdeeldheid, de zeer uiteenloo- loopende zienswijzen van Duitschers on der elkaar, de publieke vijandschap op politiek gebied, kwam bij deze besprekin gen van staatslieden onder elkaar sterk tot uiting. Mannen als Bazille, Duitsch-nationaajl staatspresident van Wurtemberg, Held, minister-president uit Beieren, kwa men pal te gtaan tegenover Rraun, mi nister-president van Pruisen, die zich strikt aan Weimar hield, waar men den federatieven staat verworpen en den een heidsstaat in principe erkend heeft. Dr Heldt, de minister-president van Saksen, viel Braun bij, waartegenover Leuth- hauser, minister-president van Thüringen, dan weer de belangen der kleinere sta ten plaatste. Geen wonder, dat daar Ull rich, de staatspresident van Baden, aan 't eind der conferentie resumeerde, hoe tot dusver slechts negatieve resultaten bereikt werden. De vice-kanselier, .de Duitsch-nationale Hergt, stelde aan 'teind der conferentie met een sarkastischen glimlach va;t, dat 'tonmogelijk gebleken was, aan 'tDuit sche volk een definitieve conclusie mede te deelen en herinnerde aan een 18 Ja nuari uit den tijd, toen Bismarck aan de Duitsche vorsten het zeer positief resultaat van drie groote overwinningen kon mededeelen, waarop de federatieve Duitsche staat onder zijn sterk beleid werd opgericht! Deze vergelijking tus schen 1871 en 1928 was niet direct flat teus voor de jonge Duitsche republiek en haar ondernemend bewind. - r - v Bij Apoth. en Drogisten Groede. Gistermiddag plm. 3 uur kwam een wagen van den landbouwer Koster uit Schoondijke uit de richting Breskens. Even voorbij den Kruisdijfc zag het paard de tram aankomen en keerde terug, waar bij hij den korten dissel aftrok en op hol ging. Het paard liep een wagen van den molenaar Risseeuw uit Groede voor bij, waardoor deze paarden, gespannen voor een ledige wagen, verbonden met een cultivator, ook er vandoor liepen, met het gevolg, dat de jongste zoon van genoemde R., welke de paarden stuurde, onder den wagen terecht kwam. Hij liep nogal ernstige kwetsuren aan zijn been en gezicht op en klaagde over pijn in den rug, zoodat geneeskun dige hulp van Dr Wallien uit Breskens noodzakelijk bleek. De paarden werden ongeveer een K.M. verder tot staan ge bracht, waarbij toen bleek, dat de wa gen nog een wiel kwijt was. Oostkapelle. Donderdagavond vergader de de Landbouwvereeniging „Algemeen Belang", onder leiding van den vice-voor- zitter dhr K. Janse. Slechts 11 leden waren aanwezig. Door den secr. dhr Joh. Poppe werd het jaarverslag uitgebracht. De Vereen, telt thans 74 leden. Dioor den penningmeester, dhr J. de Visser Gz. werd rekening en verantwoording ge daan. D<e ontv. bedroegen f 14551.25, de uitgaven f 14462.97, alzoo een goed slot van f 88-28. De contributie der leden werd weder voor een jaar vastgesteld. Tot af gevaardigde naar de Z-L.M. werd benoemd dhr J. Lous Azn. De leerlingenschaal. De te genwoordige leeriingenschaal brengt met name voor de kleine scholen groote moei lijkheden met zich. In de groote gemeenten zijn de be zwaren niet zoo groot. Daar weet men ze goeddeels te overwinnen door het aan stellen van boventallige onderwijzers, maar voor de kleine gemeenten op het platteland is dat niet wel mogelijk. En de toestand wordt nog verergerd door de vervroegde invoering van het 7e leerjaar waardoor het' geven van be hoorlijk onderwijs in kleinere scholen in hooge mate bemoeilijkt wordt. Het verdient dan ook toejuiching dat door den heer Zijlstra een initiatief-voor stel is ingediend om de leerlingenschaal te veranderen. In de memori» ran antwoord wordt door don roorstallar gewezen op d» nood In de nabijheid van Katwijk werden Donderdag in do duinen militaire oefeningen gehouden, welke door H. M. de Koningin en H. K. H. Prinses Juliana werden bij gewoond. Hierbij een plaatje van de tank, weike gedemonstreerd werd. kreten, die oprezen uit de onderwijswe reld zelf en die tot uiting kwamen a.ler- eerst in het adres, dat twee federaties van R.-K. onderwijzers in Nederland bij de Tweede Kamer inzonden. In de me morie van toelichting, bij dit adres ge voegd, wordt gewezen op het feit, dat de geschiedenis van ons onderwijs duidelijk doet zien, hoezeer bij elke onderwijswet- geving getracht is zooveel mogelijk de kleine scholen tegemoet te komen. In andere richting bracht de bezuiniging, die de 48-scliaal veroorzaakte en, als nu het resultaat eener enquête naar de wer king van deze schaal is weergegeven, wordt het volgende geconstateerd: „deze cijfers der enquête wijzen uit, dat in nauwelijks drie jaren tijds door het 48- stelsel aan onze lagere scholen een toe stand is onts.aan, waardoor inder daad groot gevaar dreigt voor ,onze volksontwi kkeling. Steeds meer en meer doet dit funeste stel sel zijn nadeeligen invloed op ons onder wijs gevoelen." Ook de Vereen, van Christelijke onder wijzers en onderwijzeressen in Neder land en over^eesche bezittingen ste.de een enquête omtrent den toestand in en pleitte op grond daarvan voor spoe dig herstel van de leerlingenschaal der technische herziening. En in de derde plaats, zegt de voor steller, moge gewezen worden op het adres, dat deze Kamer toekwam uit de kringen van het openbaar onderwijs, een adres namens de vereeniging „Volkson derwijs", -geteekend door de heeren Mr H. Smeenge en Klaas de Vries, waarin o.m. gewag wordt gemaakt van de groote bezorgdheid, waarmede het hoofd bestuur der genoemde vereeniging de bui tengewoon groote moeilijkheden van het onderwijs op de lagere, zoo>we, bijzondere als openbare scho.en ziet, moeilijkheden, die verband houden met het groo, aantal leerlingen per klasse en het op honder den plaatsen ten p.attelande groot aantal leerjaren onder leiding van één leer kracht. De doorwerking van de 48-schaal, zoo wordt in dit adres gezegd, doet zich op on.rustbarende wijze gevoe len in het ontslaan van voor het geven van vruchtdragend onderwijs ondeugde lijke toestanden. En nog wordt gewezen op de gehouden enquête voor de R.K. scholen, waardoor ten duidelijkste met cijfers is aangetoond ^hoe ontstekend de toestand in dezen is' Benoemd tot onderwijzer aan een open bare lagere school te Rotterdam de heer A. C. de Coninck van Temeuzem, thans werkzaam als tijdelijk onderwijzer aan school A te Biervliet. Een schoolhoofd in 1842. In „De Vacature" vinden wij de volgende oproeping van sollicitanten naar de betrekking van schoolhoofd te Arnemuiden in 1842: Door het gemeentebestuur aan den onder wijzer H. W. Hogerheyde op deszelfs ver zoek eervol ontslag als schoolonderwijzer ver leend zijnde, in te gaan met 1 Januari 1842, onder toekenning van een jaarlijksch pensioen van f 350, te voldoen f 250 uit stadskas en f 100 uit het gemeentelijk inkomen van ^zijnen opvolger; zoo worden sollicitanten, den derden of hoogeren rang bezittende, bij deze uitge- noodigd voor genoemden post van onderwij zer, aan welken de bediening van voorzanger en koster verbonden zijn, en, indien iemand van de Hervormde geloofsbelijdenis gekozen wordt, verbonden zullen blijven, zich met hun ne Acte van den derden of hoogeren rang en bewijzen van bekwaamheid en goed gedrag, vóór of op den 26 November aanstaande, portvrij aan te melden bij den Burgemeester dhr C. D. Baars. De jaarlijksche voordeelen zijn: een landsin- komen van 61 gulden; van de Gemeente 125 gulden (per jaar), waarvan ieder quartaal f 25 wordt ingehouden voor den gepensionneerden (voorganger); voor het onderwijs van kinderen van gealimenteerde ouders f 20de school gelden, geraamd op f300 a, f400; voorts casu quo als koster en v'oorzanger £72; voor het ophalen der zitplaatsgelden (zitplaatsen in de kerk) ruim f 10voor het schoonhouden der kerk f24; zevenachtste last turf uit de kerke lijke fondsen, ten einde daarvoor, gedurende dan winter, dee Zondags en in de week- arondkerk, 4e noodige «teven met vuur te zetten; eindelijk gedurende het teven van den altredenden onderwijzer, het vrye gebruik van het aanwezige schoolvertrek en van de school- meubeien. Aan mjjn broer. Dezer dagen kwam op het postkantoor te Vinkeveen een brief kaart aan met het volgende adres„Aan mijn broer te Vinkeveen". De kaart kwam aan het juiste adres. Blo em enr ervoer per vlieg tuig. Alle teekenen wijzen erop, dat in 19c8 het exporteeren van snjjnloeman per vlieg tuig weer zal toenemen. Dezer dagen beslool het bestuur van de Boskoopsche veiling zyn veilinguren te wijzigen en te regelen naar de vertrekuren der vliegtuigen. In verband met aanvragen uit versemhende deelen des lands zal de beschikbare laadruimte naar En geland, Duitschland, benemarken, Zweden en Zwitserland door de K.b.M. en de anders luchlvaarlmaatsciiappijen worden vergroot. De totale hoeveelaeid door de luent geexporteerde bloemen bedroeg in 192? ruim 130.CD0 K-O. tegen öO.Ouü in 2926. Geheime distilleerder jj en. Gisteren hebben belastingambtenaren uit Groningen, Roden en Norg, geassisteerd dooi gemeentepolitie, een inval gedaan in de wo ningen van V. te Eendervald (gem. Norg) en W. te Leutingesvolde (gem. Roden). Bij eerst genoemde werd een compleet, in werking zqnd distiilatieloestel gevonden, benevens een be- langnjir quantum gestookte jenever en gistings- producten. De distdieeraetel was geplaatst in een kelder onder de woning; de leiding kwam uit in een schoorsteen. Bij W. te beutinge- wolde werden aangetroften eenige onderdoe lea van een distilleerketel, die samen een volledig distiilatieloestel vormden. Een en an. der is in beslag genomen en per auto ver voerd naar het kantoor der directe belastin gen invoerrechten en accijnzen te Roden, le gen V. en W. is proces-verbaal opgemaakt. Ruzie in den Raad van Haar- lem. De Haarlemsche gemeenteraad had Woensdag i'a gemoedelijk karakter verloren. Een paar ongeorganiseerde werkloozen waren er de oorzaak van. Dezen maakten eenige dagen geleden een relletje op de Arbeidsbeurs. De politie moest er zelfs aan te pas komen, daar zy dan di recteur, den heer Vader bedreigden. Bk en W. hadden de betrokken werkloozen gestraft met drie maanden uitsluiting van deel neming aan de beurs. Het lid van de anti-stemdwangpartij, de heer Oversteegen meende, dat B. en W. een „bruta- len" maatregel hebben getroJen. Volgens hem zou deze straf, zonder dat de zaak voldoende was onderzocht, gegeven zijn. Dan beweerde de heer Oversteegen in het vervolg van zijn zeer heftig betoog, dat de heer Keesen in een vorige vergadering, de ongeorganiseerde werkloozen „klaploopers" had genoemd. De heer Keesen: „Dat heb ik niet gezegd 1" De heer Oversteegen: „Wel waar en ik wil hier even zeggen, dat de werkloozen geen klaploopers zyn. Wilt u weten waar klaploopers zijn Die zitten in het Burgerlijk Armbestuur!" Voorzitter: „Wilt u dat gezegde herroepen?" De heer Üversteegen: „Ik herroep niks". Voorzitter: „Dan ontneem ik U het woord 1" De heer Oversteegen: „Boe, boe, doe het maar gerust, ik hliji toch spreken 1" Op voorstel van den voorzitter werd daarna besloten den heer Oversteegen het woord, te ontnemen. Even later: weer een incidentje. De nestor van den raad, de heer Van der Kamp verloor zjjn bijna spreekwoordelijk ge worden kalmte en verweet den voorzitter, dat hij de leiding niet voldoende in handen had en dat „mijnheer de voorzitter goed zou doen, de lijntjes wat strakker te houden". De voorzitter wenschte dit „lesje" niet te aanvaarden en besloot zjjn fel antwoord met een nog felleren hamerslag. (Tel.) Mishandeling. Te Heusden ont stond ruzie tusschen eenige personen uit Heus den en Herpt. Daarbij kreeg H. een steek in den schouder en P. F., uit Luttelherpt, een ernstige steekwond in den rug. Men vreest dat van den laatste de longen geraakt zijn. Hij is in het St. Antoniusgesticht opgenomen. Zijn toestand is ernstig.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1928 | | pagina 9