DE ZEEDW
tweede blad.
In dit blad
nboomen,
Uit de Pers.
Uit de Provincie.
feuilleton.
KRONKELENDE PADEN.
Dr. H.NANNING's
SUPPOSITORIA
Zoekllchtjes.
Burg B II
Inschrijving
tfame
lenstbode
Etfn w»d®sbir!ef.
(Zetpillen legen aambeien.)
f 1.75 p.doos v.
12 stuks.
UIT HET ZEEUWS0HE VERLEDEN.
Het slot Ottenda.
moeilik het
ïten zijn om
tijd voortdu-
■isten in de
t de rustige
als niets af,
er stadsmen-
)es landman»
;ft veel meer
iken, gansoh
hem in. Het
ils het groei-
plant welke
geven, gaat
st werkt in
die midden
JAANSMA,
1
Middelburg
mdera, Honing"
us en NlarthSs
Unie Almanak
Stoop's Kas<
ndbeuw.
root het
rernleuwen van
Daken.
land te ontbieden
ZONEN. Riet-
leuwdorp.
kol leegstaande
•op gevraagd. t
etter A aan Boek»
R PEIJL te
Souburg-
ide begraafplaats,
-veren vóór of op
len heer L. MELSE,
te Serooskerke (W.)
lichtingen worden
evraagd
Iker. Te vervoegen
1NHUIJZE te
Schore (bij Goes)-
Ier gevraagdi
ig beschikbaar.
Zandhof, Seisweg.
»H. DE ROO,
ibouwer. Biezelinge-
VAa
DINSDAG 10 JAN. 1928, No. 88.
Mglaoh gestook.
De „Limb. Koerier" wijdt een artikel aan
da opmerkingen, die de „Action Nationale"
jioh heeft veroorloofd over den heer Schaep-
kens van Riemst, den voorzitter der Maas-
trichtsche K. v. K. en F., wiens trouw „aan
de Limburgsohe, d.i. Belgische, zaak" het an-
nerionistische blad had geroemd.
Dien blaam meent het blad op een Neder-
landschen functionaris niet te mogen laten
rusten.
Neen, men hale te Brussel niet naar zioh
toe, wat daar niet thuishoort I De heer Schaep-
kens moge in zijn ongebreidelde liefde voor
zijn gewest zijn grieven tegen het Nederiand-
sche Staatsbestuur soms overdrijven, 'n enkele
maal tot in het tienvoudige toe, doch
waar hij gaarne en con amore Nederlandsohe
ambten aanneemt en vervult; waar hij met
ingenomenheid een Nederlandsohe ridderorde
aanvaardde; waar zijn geslacht zóó fier gaat
op hetgeen het, sinds zijn Uebersiedelung uit
Rijnpruisen, voor den Nederlandscheai Staat
verrichtte, dat het met hoop op uitzicht aan
spraken op verheffing in den Nederlandsohen
adelstand meende te kunnen doen gelden;
daar moet men van Brussalsch-annaxio-
nistische zijde niet zonder meer met aantij
gingen komen, welke met al deze boven
aangehaalde feiten in strijd zijn.
En waar in datzelfde no. van de „Action
Nationale", in een brief uit Noord-Brabant,
verklaard wordt, dat de bedoeling der Ned.
annezionisten zouden daarvan drie dozijn
in ons heele land te vinden zijn? geen
andere is dan de afscheiding in 1930, van
Noord-Brabant, Limburg en Z.-Vlaanderen,
daar kan men stellig dezer dagen van den
voorzitter der Maastrichtsche Kamer van Koop
handel en Fabrieken de verklaring verwach
ten, dat hij bij de voorstanders van zulk
een „idéé, limbourgeoise, o'est h dire beige"
niet wenscht te worden ingedeeld.
Aan den voorzitter van den Raad van
Ministers is of wordt het volgend schrij
ven verzonden, waarvoor ook in deze
omgeving handteekeningen worden ver
zameld:
Excellentie,
Met buitengewone blijdschap en wanne,
onverdeelde sympathie hebben wij, ander-
geteekenden, vrouwelijke en mannelijke
Nederlanders boven da 20 jaar, gelezen
hoe dezer dagen een VrecLesbrief, on
derteekend door 118.000 Britten is ge
richt aan Stanley Baldwin, Engelands
eersten Minister.
In dien brief immers wordt de (liep-ge
wortelde overtuiging uitgesproken, dat
alle geschillen tusschen de Volkeren ge
regeld kunnen worden door diplomatieke
onderhandelingen of door internationale
arbitrage in den een of anderen vorm.
Wij allen, vervuld van diepen afschuw
voor de gruwelen van den oorlog en ge
schokt door het Onbeschrijfelijk leed, dat
door dezen geesel der menschheid ov-er
de gamsche wereld wordt gebracht, willen,
gesterkt door het Engelsohe voorbeeld,
bij dezen getuigen hoezeer ook wij be
zield zjjn van het onbluschbaar verlan
gen naar een betere toekomst, waar het
Recht zal zegevieren over het Geweld.
Dankbaar voor alles wat Nederlands
regeoring en haar vertegenwoordigers
doen en tot heden gedaan hebben voor de
verwezenlijking van de Vredesgedachte,
spreken wgde vurige hoop uit, dat U en
uw mede-Ministers op den eenmaal inge
slagen weg zullen voorwaarts gaan en
dat, door hunne tusschenkomst in den
Volkenbondsraad te Genève' van Neder
landsohe zijde, alleen of in samenwerking
met andere natiën, luid en machtig een
oproep aan de geheele wereld zal weter-
klinken om door diplomatieke onderhan-
65)
Vr(j naar het Kingel ach
Peinzend keek Herbert voor zich. Ten
laatste zeide hij: „Het kan toch wel Ar
thur, dat je gelijk hebt, ja, het is zeker.
Weet je, wat ik doen zal? Ik zal zoo
spoedig mogelijk weer terug naar Ca
nada gaan. Hier ia Engeland is niets,
dat me vasthoudt. Ik zal de volgende
boot nemen.
„Ja, ik moet me ook spoedig insche
pen, antwoordde Arthur; als je in Canada
komt, wil je dit dan aan Mary geven",
eindigde hij met een zucht, terwijl hij
een portret uit zijn portefeuille nam.
,,Het lijkt .uitstekend", zeide Herbert,
het beschouwende. „D>och nu springt het
eerst goed in het oog, hoeveel onder
^geworden bent, sinds je Canada ver-
Het uur van scheiden was spoedig
daar. Herbert verliet Londen om scheep
te gaan voor zijn reis naar hot Westen;
bij was een heel ander mensch, dan de
Maxwell, die Canada ©enige maanden ge-
Iaden den rug had toegekeerd.
delingen en door Internationals arbitrage
een einde te maken aan alle oorlogstoe
rusting en alle oorlogvoering.
Wij zijn ons diep bewust, dat Nederland
daarmede een edele en wondermooie taak
op zich zou nemen.
Zendingsfilm. Man meldt onBi
(De film Warta Sari, filmreis door het
zetnddngsgebied van Oost-Java zal in de»
maand Februari ook in Zeeland komen.
De film zal komen te Goes 13 Febr.,
14 en 15 Febr. te .Axel en Terneuzen, 16
te VHssingen, 20, 21 en (22) te Bres-kéns,
Giroede jg®. (Oostbuig), 23 Febr. te .Mid
delburg. De film wondt geëxploiteerd door
een oomitó vaJn enkele particulieren te
Amsterdam. Dat comité bestaat uit de
heeren: Ds J. P. van 'Bruggen, G. P.
Marez Oyes, Dr G. Royer en Prof. Dr
Sweflemgrebel. Daarenboven is er eem co
mité van lanbeveling bestaande uit 30
personen, onder wie o.a. de Minister
president De Geer, de Minister van Kolo
niën Koningsberger, de Minister van Ar
beid „Slotemaker de Bruine, 'de oud-Gou-
verneur-gen. Idienbuxg, gravin van Lyn-
den van Zandenburg, de oud-zendings
consul Dr Baron van Boetselaer van Dub
beldam, de 'Commissaris van de Konin
gin van Noord-Holland en die van Gel
derland, enkele professoren, enz.
De belangstelling voor de film en de
medewerking is groot. In de groote steden
waren alle zalen uitverkocht. In Leiden 9
dagen vóór den avond waren alle kaar
ten voor 1200 plaatsen al verkocht!
Hoog water. Tengevolge van den
hoogen waterstand in den Bewester Eede
polder bezuiden Si Pietersdijk, moest het
verkeer pp het traject AaidedburgMid
delburg (B.) van de tramlijn Aardemburg
Brugge, dat door den Krakeel weg van
bovenvermelden polder loopt, stopgezet
worden, daar het water 20 k 25 c.M.
boven de rails staat. Bij den laatsten rit
door het water waren zoodanige versak-
kingen in de baan geconstateerd, dat het
voortzetten van den dienst gevaar op
leverde. Groote perceelen land staan
blank en geljjken een binnenzee. Ouden
van dagen herinneren zich niet, ooit zoo"n
hoogen waterstand in den polder gezien
to diebben. (M. C.)
De oester campagne. Men
schrijft aan de N. R. Ct.:
De oestercampagne neemt een minder
gunstig verloop dan men aanvankelijk
verwacht had. Overtrof de eerste maan
den het aantal verzonden oesters dat der
gelijknamige maanden van het vorige jaar,
telkens met ongeveer een half millioen,
de laatste maanden waren de verschillen
ten nadeele van 1927. Tot 1 Januari
werden verzonden 10.716.726 oesters, in
de vorige campagne 10-141.987 oesters.
Hoewel deze campagne dus nog iets in
het voordeel is, verwacht men alge
meen, dat het eindresultaat een belangrijk
nadeelig verschil zal opleveren.
Zooals vroeger gemeld zgn de Engel-
sche oesters dit jaar verre van best. Zee
land kon in het begin der campagne
enkele partijen zeer goede oesters leveren,
wat veel vraag van Engeland uitlokte. De
verdere gang der visscherij toonde even
wel aan, dat do koude zomer ongunstig
gewerkt had op het vet worden en op
den groei der oesters, zoodat die groote
Traag niet bleef aanhouden.
Duitscfaland nam in de eerste helft der
campagne een half millioen meer dan
in die der vorige. Hier zal wel van
invloed zijn de verdere verlaging der
invoerrechten van R.M. 250 per 100 K.G.
tot R.M. 100. De destijds van andere zijde
in dit land verkondigde meening, dat de
import van Amerikaansche oesters in dit
land belangrijk afbreuk zou kunnen gaan
doen aan de Zeeuwsche, is dus tot nu toe
niet bewaarheid geworden. De geïmpor
teerde Amerikaansche oesters zjn vees)
grooter, maar dan ook. veel grover van
visch dan de Zeeuwschè en willen er vol
gens de ervaring van vele jaren toch
niet in.
De slechte groei heeft natuurlijk ook
zijn invloed doen gelden op de kleinere
oesters. Er zullen dan ook wel niet zulke
groote partijen zaaioesters van 40 K.G-
per 1000 kunnen worden verhandeld als
in de laatste jaren. Men zal zich met
die van 35 K.G. moeten tevreden stellen.
Evenwel mag 1927 vooral wegens de
goede prijzen voor den oesterhandel niet
ongunstig genoemd worden.
Arthur, die gemeend had, dat het
zwaarst» deel van ?ijn beproeving reeds
voorbij was, moest nu ondervinden, dat
bij den beker nog niet tot op den bo
dem had geledigd, want de zware taak
rustte nog op hem om Mary mede te
deelen, jvat hem in Engeland was we
dervaren. Eenzaam zat hij. in de hotel
kamer, gebogen over zijn brief. En nu
besefte hij eerst ten volle de omvang
van het verdriet, dat hiji zijn verloofde
moest aandoen. Doch, met al de teeder-
heid, die zijn. liefde hem ingaf, kweet
hn zich van zijn werk. Zijn brief was
m»er de bekentenis van een echtgenoot,
die in moeilijkheden verkeert aan zijn
vrouw, dan van een jonge man aan zijn
verloofde. Uit zijn pen vloeiden woorden
van steun, troost en hoop op de toe
komst.
Terwijl Arthur aldus zat te schrijven,
was er nog iemand anders, die een brief
klaar maakte voor die Canadeesche mail,
Arthur's moeder ,een brief, di8 al haar
aandacht in beslag nam en die haar blijk
baar veel hoofdbrekens kostte. Ook dit
epistel droeg het adres Richmond, doch
was niet gericht aan Mary Stewart,, maar
aan mevrouw Burfce. Terwijl mevrouw
Nugent naar het adres keek, zeide ze
tot zichzelf: „Ja, ik ben blij, dat ik hier
aan gedacht heb. Dit zal de zaak een
Borsselen. In de vergadering van de van
Citterspolder is de navolgende voor
dracht voor plaatsvervangend Dijkgraaf
opgemaakt: 1. ,T. de Winter, 2. L- de
Winter, 3. De Geschiere.
Arnemulden, Zondagavond trad in de
Geref. Kerk alhier op Ds W. Reus van
Westkapelle, om een rede to houden voor
de afd .Arnemuiden, der vereen, tot Chr.
Verzorging van Krankzinnigen in Zeeland.
Spr. nam tot motief: Ik ben krank ge
weest en gij hebt mij bezocht. (Matth. 25
vs. 36). Wij moeten Vrederust vooral
beschouwen als een krankenhuis. Vroeger
werden de krankzinnigen als beesten ben
bandeld. Door Gods genade hebben we
een stichting, waar ze verpleegd en ver
zorgd worden naar den eisch van Gods
Woord. Vooral het verplegend personeel
heeft een zeer zware taak, en alleen
de werkelijk geroepene houdt het vol.
Spr eindigt zijn met stille aandacht ge
volgde rede met op te wekken „Vrede
rust" te steunen door onze gebeden en
gaven.
Het kerkgebouw was flink bezet
De visschersbusjes van de vis-
schers, behoorende tot de Geref. Kerk
hebben opgebracht f70.10V2, en van de
visschers behoorende tot de Hervormde
kerk f439 en eenige centen.
Colïjnsplaat. Gedurende de maand De
cember hebben zich in deze gemeente
gevestigd: Lena de Smit uit 'sGraven-
bage. In hetzelfde tijdvak zijn uit de ge
meente vertrokken: Thomas Pieter de
Fouiw naar Eindhoven; Adriaan Huissoon
naar 0 uwer kerk aan den TJsel; Pi-eter
Hoogerheicte naar Sint Annaland; Maria
Flipse, wed. D. Fortuin en gezin, naar
's Gravenhage; Elizabeth Groenleer, naar
Goes.
Door A. M. Weasels.
(Slot.)
In dia moeitevolle dagen van 1734,
toen de strijd tusschen de Roomschen
en Hervormden hoog oplaaide, dank zjj
de talrij&e onzinnige verzinselen, werd
ooik het slot in den strgd betrokken.
Op St. Jan 1734 zou heel Goes uit-
emoord worden, ieder die de Hervorm-
e godsdienst beleed', zou Bterven.
Een boer, een buitenman, die in Ter
Goes kwam, en al dat leven om niets aan
schouwde, vertelde (het stuk is aanwezig
in het Goesche Archief) j
„Ik was juist in de stat met menig
buitenman,
't Was op een heiligdach, die hete
Sinte Jan,
Om versche boter en om eiers te verko
pen
Daar zag ik 't Goesche volk, dicht bjj
malkander hopen,
Dicht bjj elkander staan, het liep er al
verdwaalt,
Zjj schreeuwden heel verwoet; en waar
om meer verhaalt?
Men zach een doodsche verf verschijnen
op bet wezen
En kon de waarheid uit der menschen
tronie lezen,
't Was al in rep en roer, der gansche
stat van Goes, l
Die scheen op eenen dag te raken
voor den droes.
Te raken tot een pain. Ik ging mjjn
tjjd besteden,
Om van dit vreemd geval, te horen
goede reden.
Ik tropte mee bjj 'tvolk te midden op
de straat.
„Daar sprak men anders niet, dan van
een snoot verraad.
Van rad, van galg, van strop, van branden
en van blaken.
En ik en weet njfit wat, om menschen
bang te m ken.
Terwijl ik bezig was met horen, quam
er een,
Zaterdag is het stoomschip „Gelria" op het IJ ter hoogte van de emplacemen
ten der Holl.-Amerikalijn in aanraking geweest met de „Scbelidestróom". Da boeg
van de „Gelria" werd zwaar beschadigd.
einde doen nemen, het kan niet ander®"
en ze wenschte zichzelva geluk met haar
inval.
Eer het veertien dagen verder was,
naderden Herbert Maxwell en deze twee
brieven Canada reeds, terwijl Arthur Nu
gent op weg was naar Indië. Doch zijn
mioeder vond niet als vroeger, 's morgena
brieven van haar zoon op de ontbijttafel,
die tijd was voorbij. Hot is 'da stilte,
die op den storm volgt.
HOOFDSTUK XXVI,
Nogmaals voeren we den lezer naar
Amerika, en wel op een drukkend h-eeten
dag, die het kenmerk is van den Cana-
deeschen zomer. Geen wincjje bracht er
eenige verfrissching, geen wolkje bracht
afwisseling in het eentonig diepe blauw
van den hemel.
Emily vButler zat op haar veranda en
beek met de bewonderende blikken van
een jonge moeder, naar de baby die
in haar schoot lag te slapen; Mary zat
tegenover haar met een boek voor zich.
Ze las-echter niet.
„Waarom tijk je toch zoo donker, Ma
ry?" vroeg hare vriendin, „waar zitten
je gedachten toch?"
„Ik heb er geen woorden voor, hoe
die gieuwe hatelijkheid van .tante me
hindert", antwoordde ze, waarna ze wees
zwijgend voor zich keek.
Zjj doelde op hetgeen onmiddellijk na
haar tantes terugkomst uit Richmond was
voorgevallen. Dat zat zoo. Toen ze na
een vacantia van eenige weken weer thuis
kwam, werd ze door haar man, kolonel
Burke ontvangen met de mededeeling,
dat hij goed nieuws voor haar had. „Raad
maar eens", had hij op zijn gewone goed
moedige manier gezegd, en toen ze dat
natuurlijk niet kon, hpe zou ze het ook
weten? had hij geantwoord:
„Wel, je nichtje gaat trouwen met Ar
thur Nugent I De verloving is nog niet
publiek, daarom heb ik hot .stil gehouden
tot je terugkomst."
Men kan zich de ontstemming Van me
vrouw Burke voorstellen I Niets kon haar
tot bedaren brengen. Niet alleen zag ze
haar dochter den kans om mevrouw Nu
gent te worden, ontglippen, maar daarbjj
kwam nog, de jaloezie, dat men Mary
Stewart boven Julia verkozen had. Het
ergste was nog, dat ze voor haar echt
genoot zorgvuldig haar teleurstelling zou
moeten verbergen, want deze hield veel
van zijn nichtje en had bovendien niet
het flauwste vermoeden, van de lage
•praktijken, die zijn vrouw in toepassing
bracht. De arme Mtery moest het van nu
af dubbel ontgelden; haar tante «paaide
Met het Ghristelgk Militair Tehuis, beter
gezegd met ons Christelijk Mil- Tehuis
te Middelburg staat het er niet zoo goed
voor.
Er is naar ik vernam, een tekort van
pl.m. f500.En bovendien is het zoo
dringend noodig, dat de benedenzaal
een nieuw behangsel krijgt en dat een
tiaar stel gordijnen en een paar tafelklee-
den worden aangeschaft.
Over de beteekenis van zulk een Tehuis
behoef ik niet te zeggen. Wie zelf „in
dienst" geweest is, wie een zoon in d1»
kazerne had of heeft, die zal 'tmet mij
eens zijn, dat een Christelijk Mil. Tehuis
onschatbare waarde heeft.
Maar zal zoo'n teihuis aan het doel
beantwoorden, dan moeten er om te be
ginnen geen tekorten zgn en moet het
bovendien althans een weinig huiselijk
ingericht kunnen worden.
Mag ik een beroep doen op de lezers
van ons blad om deze zaak in orde
te brengen? t
Groote giften, hoewel natuurlijk wel
kom, zijn hier niet noodig. Als allen
iets doen, dan krijgt de huisvader meer
dam hij heeft durven hopen.
Men kan zijn bijdragen zenden direct
aan het Tehuis of aan ondergetee'kende,
bureau „De Zeeuw" te Goes.
OPMERKER.
Die mij het bloet van 't hoofd deedt
kruipen tot mijn teen.
Hij riep met naar geschreeuw: „Goe liên,
wij zijn bedog-ven.
Daar is een oude non, onlangs iri
Goes gestorven
En ligt begraven in het oude Paapsche
Slot1)
Dit is nu mogelijk, haar lijk is half
verrot,
Maar des niet al te min, daar is bij haar'
verborgen
Een groote massa kruid, en dat doet
billijk zorgen
Dewijl de non haar kist op uurwerk
is gemaakt,
Heel Goes springt in de lucht,
zoo dat aaji 't werken raakt.
Dat is het nog niet al: Daar zijn zeer
veel soldaten
Behendig op het slot, ook op één naicht
gelaten;
Die slaan gewis te nacht2), al de Her
vormden dootd-
Wat is helaas ons stat, ons
dierbaar Goes in noodt"
Straks zei Jan Alleman: „Komt zonder
lang te dralen,
Laat ons die oude non weer uit haar
graf gaan halen
En slaan dan alles dood, wat lijkt naar
een soldaat."' 1
Fluks was het: Koomt, dat is, dat is
een flinke, goede raad.
Weg gingen zg (en ik ging ook al mede
loopen)
Daar was geen tijt doch om mijn wa
ren te verkoopen.
Wij kwamen in het Slot, wij quamen
aan het graf,
Daar was het: Mannen helpt, de graf
zerk moet er af."
W§ zullen dit stuk niet verder volgen
maar alleen verhalen, dat men niets an
ders vond dan een doode non.
„met eene muts bedekt, een hallef ver
sleten laken,
doch zag geen uurwerk daar, nog eenig
kruit en lood."
Ook het zoeken naar de vermeend»
soldaten liep op niets uit, want er werd
op het Slot geen enkele soldaat gevonden.
Aan de verfraaiing van het prachtige
kasteel werd geen zorg meer besteed. Da
kapel met fraaien toren kwamen in ver
val.
"26 Sept. 1750 werd de,,oude Ridder
burcht ingericht tot herberg en tapperij,
wat zg heden ten dage nog is. Uit de
oude notulen der stad blijkt, dat de ver
koop plaats vond in Nov. 1750 voor
L 400 VI. aan Cornelis Steenaart.
Ook werden er in het Slot veel vergade
ringen gehouden. En dan is het mij op-
US lot Oostende. 8) Op St. Jan.
haar niets.en tyranniseerde haar op pile
mogelijke manieren .waartoe ze als vróuw
des huizes tegenover een jong logeetje
ruimschoots gelegenheid had. Het zwaarst
te dragen vond zij de «teken, die voort
durend op majoor en mevrouw Butler
werden gegeven, als zouden zij voor een
groot deel debet zijn aan dé verloving
van haar en Arthur.
De terugkomst van mevrouw Burke
noodzaakte Mary, zich weer te begeven
in de ongezonde leugenachtige sfeer van
de Zuiderbarakken, en het was het eerste
om er haar aan te herinneren, dat haar
liroom van volmaakt geluk slechts een
droom was, omdat nu eenmaal niets vol
maakt i» in deze wereld. Dien morgen
vooral werd ze door drukkende gedach
ten gekweld, in verband met een pijnlijk
■gesprek, dat zij pas met haar tante ge
voerd had. Voor iemand, opgevoed als
Mary in een liefderijke omgeving, door
menschen, die alleen het goede met, haar
voor hadden gehad, was het een nieuwe
en droeve gewaarwording door menschen
omringd te worden, die haar niet welge
zind waren en hiervan ook lieten blijken.
Heit was als het afdalen naar een atmos
feer van minder gehalte; want alle harts
tocht bezoedelt den geest conventie
en beschaving ten spijt.
(Wondt vervolgd.)